Christen Vlaamsch Verbond tegen de Zedeloosheid
Afdeeling AALST
De Nieawie flfgod
1'Jaargang Nummer 1 1 Augusti ÏSSO
BLAD YOOE, VOL^ONTWIKKELDSTQ
(ïs
Maandelijksche vergadering der I<*den iederen 2den Dinsdag te 8 uur 's avonds stipt, in den Burgerkring, Korte Zoutstraat, Aalst.
Ziet ge ze daar zitten
't Is al geld wat de klok slaat. Men leeft èn
werkt voort niets anders dan voor geld. Geld
om te leven, geld om te genieten. Er is voor
velen geen ander ideaal of levensdoel meer
dan geld. O die beurs! die beurs!
Vader. Is mijn zoon nogal vlug mijnheer?
Patroon. Vlug? Ik heb nog nooit een
klerk gehad, die zoo gauw 't kantoor uit is
als het 4 uren heeft geslagen.
De kleinen moeten geld hebben voor cine
ma en snoepwinkel. De grooten voor mode en
toilette, voor plezier en genot.
Ze staan allemaal met hun handen open...
niet om te werken, maar om te krijgen.
Als t maar geld is dan komt het niet aan
op eer of rechtvaardigheid... 't geld heeft geen
kleur of geen reuk.
Kan het ook anders Als God wordt weg
gecijferd met zijn groote geboden Gij zult
niet stelen. Bemint uwen naaste. Zoekt eerst
het Rijk Gods, dan blijft er niets anders over
dan te genieten en dan worden alle middelen
goed.
Wanneer gaat onze samenleving dat weer
eens begrijpen? We gaan van dag tot dag
dieper den dieperik in...
Zoolang de beurs de afgod blijft en de
menschen dansen rond 4iet gouden kalf is er
geen redding mogelijk. Met stoeten en optoch
ten zullen we niet veel verder geraken 't is
de geest zelf dje moet veranderd en verbeterd
worden, 't Is immers de geest die levend maakt.
Maar ach, de beurs, de beursI de afgod
van zoovelenk
Hoe staat het met den oogst
De boeren trekken met hun hooggeladen
wagens de schuren in. Wat ze zaaiden eens
in hun zweet mogen ze nu met vreugde in-
oogsten. Vergeten nu al de moeite die de
oogst heeft gekost.
Maar propos, hoe staat het met den oogst
van uwe ziel Ge zult maar inoogsten later wat
ge eerst zult gezaaid hebben vergeet dat niet.
Herinnert ge u het woord van Christus wel
Gij zijt als de werklieden in den wijngaard de
Vader is de landbouwer en wanneer de tijd
daar is zal Hij komen zien hoe het staat met den
oogst. Wie zijn akker niet bebouwde zal ver
wezen worden naar den kerker waar geween
zal zijn en geknars van tanden... Wie echter
op zijn veld vele vruchten deed groeien zal
binnentreden mogen in de vreugde des Heeren.
Zeg eens, hoe staat het dan met den oogst
van uwe ziel Nu is het nog tijd om te zaaien
en te planten wanneer de Meester komen zal,
is het te laat... Wanneer Hij echter komen zal,
weet Hij alleen. Weest dan berefd, want
Hij zal komen als een dief in den nacht.