kloosterlingen. Ze konden zij toch niet leven
van den hemelschen dauw Maar ze deden er
•ook veel goed mee Zij gaven aalmoezen aan
de arme menschen, ze herbergden de reizigers
en gaven hun den kost en 't slapen voor niets,
ze namen de zieken op in de hospitalen, kort
om, ze gebruikten de goederen om er goed
mee te doen.
Ja maar In 1789 brak de Fransche Revolu
tie uit, en die mannen die legden hun handen
op 't goed van de pastoors en de kloosters, en
ze zeiden 't Is 't ons En eenige jaren
nadien veroverden de Franschmans ons land,
en ze begonnen er 't zelfde spel, 't is te zeggen,
ze stolen er 't goed van de Kerk, want dat
was effenaf stelen. Daar zaten ze nu met die
huizen, die akkers, die boschkens, die ze van
<le Kerk gepakt hadden 't Zou nogal lastig
geweest zijn om al dat goed te besturen, en
daar 't juist krotwas in hun kas, gelijk de
menschen bij ons zeggen, zeiden ze Wel 1
Laten wij dit goed verkoopen I En ze ver
kochten dit goed. Hebt ge nooit hooren spre
ken van zwarl goed Hebt ge nooit hooren
zeg gen Zie die hoeve ginder, dat is zwart
goed 1 i) Dat beteek--nt dees Dit is goed dat
in den tijd van de Fransche Revolutie aan de
Kerk gestolen en dan verkocht is.
De mannen van 't Goevernement zaten daar
nu met 't geld van den verkoop van dit zwart
goed, maar... depriesters en de kloosterlingen,
die zaten daar ook zonder hun goed. En de
armen kregen bijna geene aalmoezen meer, en
de reizigers wisten niet meer waar naartoe, en
de zieken werden niet goed meer opgepast.
Maar 't ergste van al was misschien nog dat zij
die van dat zwart goed gekocht hadden daar
nu zaten... met hui goed En dat de Regee
ring van de Frahschen zag dat ze... gestolen
had, en die andere menschen, dat ze... ge
stolen goed gekocht hadden, en ze zeiden
Dat kan toch niet zijn wij moeten dit goed
maken, die zaak kan zoo niet blijven!»
Ewel, 't is niets, zei de Paus, wij zullen die
zaak zóó regelen Ik, in naam van de Kerk,
naar negen verschillende personen
moest gestuurd worden indien we
't deden zouden we een groote gunst
bekomen, deden we 't niet, dan zou
er ons een groot ongeluk overkomen...
Mr. Goeman. Superstitie, lef. Wat
hebt ge met dat gebedeken gedaan
Jej Werpop. Wel, Mijnheer, in
't eerste stond ik zoo al te zien en te
peinzen, 'k Wist niet goed wat doen.
Maar, ons Trees wist te zeggen dat de
Pastoor daar nog over gepreekt had
en dat zoo iets superstitie is en
dan heb ik het maar kapot gescheurd.
Mr. GoemanGoed zoo, [ef. Die
negen keeren juist op den kop noch
min noch meer wat kan dat allemaal
doen 't Is het geloof en 't betrouwen
die een gebed doen verhooren en niet
dat negen keeren herhalen. Natuurlijk
wij hebben ook zoo iets in de kerk,
een octaaf, een noveen, een triduum
maar dat is heel wat anders. Dat zijn
plechtigheden om onze godsvrucht op
te wekken en ons betrouwen aan te
veeg de spons over dit stelen van goed en
over dit koopen van gestolen goed, 'maar op
één conditie...» En dit was? «Dat de
Staat, als vergoeding voor al dit gestolen goed,
de priesters zou bezoldigen 't Akkoord,
zei de Fransche Regeering, wij zullen dat
doen
't Akkoord zei de Hollander als hij in
i8i5 meester werd in ons land.
't Akkoord zeiden de mannen van 't
jaar '3o, als België weer vrij en onafhankelijk
werd. En 't Nationaal Congres van i33o, dat
de Grondwet van België opstelde, schreef
daarin De jaarwedden van de geestelijken zijn
staatsschuld.
Ge ziet het nu, he vriend, dat de Staat de
priesters geenen trok geeft, om hun 'nen cadeau
te doen, maar om een schuld te betalen. En ge
ziet dat de Staat ook aan de geestelijken niet
kan zeggen Hoor eens, 't heeft nu al lang
genoeg gduurd, 'k betaal U niet meer!
want een deftig mensch, die schulden heeft,
hecht er aan om zijne schulden te betalen.
Steek dat voor vandaag al goed in uwen
kop Dat de bezoldiging die de Staat aan de
pastoors en onderpastoors geeft, geen gift is,
maar een schuld, en een vergoeding voor 't
geen hun zonder 't minste recht onder en kort
na de Fransche Revolutie werd ontnomen.
Jan de Klopper.
Zeg eens gebuur, heeft uwe vrouw u voor
goed verlaten
Ja.
En welke waren hare laatste woorden?
Staat mijn hoed recht?
Een persoon deed onlangs de volgende
annonce in een blad zetten
B. De Weerdt heeft de eer het publiek te
laten weten dat hij te rekenen van den eersteD
der aanstaande maand rechtover zijn huis zal
wonen.
vuren meer niet 't is niet om dat
getal van acht of negen of drie dat we
verhoord worden, maar dat is enkel
een middel om ons des te beter te doen
bidden en met meer betrouwen.
Jef Vraaguil. En kaartlegsters en
waarzeggers, Mijnheer, wat is dat alle
maal
Mr. Goeman. Superstitie, Jan
Die waarzeggers en kaartlegsters zijn
flinke stroopers die goed voor hunnen
zak zorgen en de menschen wat op de
mouwspeeten. Dat is allemaal fopperij.
Onnoozele menschen die daar geloof
aan hechten.
Louis. Zoodat er nog al veel super
stitie is tegenwoordig.
Mr. Goeman. Veel te veel Louis,
en 't is curieus 't zijn juist dezen die
't minst geloof hebben, die 't meest
bijgeloof hebben. Zie eens de gazetten
staan vol annoncen van die kwakzal
vers. En wie laat zich beet nemen
Wel dezen die zich minst bekommeren
om God en zijn gebod.
Dieven Dieven
't Zijn dieven, groote dieven
Zij die melk, boter, bloem of andere waren
vervalschen
Zij die te veel aanrekenen, of te weinig be
talen, te weinig gewicht of maat geven of be
driegen in de hoedanigheid
Zij die in tijds hunne schulden, hun pacht
niet betalen
Zij die het werk niet verrichten waarvoor
zij betaald worden, die binst de werkuren
zich enkel een beetje bezighouden
Zij die iemands gebouwen, vruchten, werk-
alaam vrijwillig beschadigen
Zij die zieke beesten voor gezonde verkoo
pen en de verborgen gebreken verzwijgen
Zij die alles medenemen wat niet te lang, te
breed of te zwaar is.
Zullen al deze dieven niet allen geknipt
worden door de gendarmen, aan Gods oordeel
zal zeker geen enkel ontsnappen.
RAADSELPRIJSKAMP
Oplossing van vorig raadsel schildpad.
Weinig goede oplossingen, 't Was nochtans
niet moeilijk.
Bij verloting wonnen den prijs
ie Horendonck Elisa Peeters
2C Lokeren Leon De Vylder.
3C Antwerpen Karei Brenders.
Nieuw Raadsel
Wie kan bewijzen de helft van twaalf
is zeven
Dezen keer hebt ge tijd tot 15 Sept. voor 't
inzenden van de antwoorden want de raad
selman gaat op vacantie... op zoek naar nieu
we raadsels. Al de antwoorden moeten ge
stuurd worden naar: GeloofsverdedigingPloeg-
straat, 23 Antwerpen, en op den omslag de
melding dragen Raadselprijskamp.
Jef Werpop. Maar in den gods
dienst zijn er toch ook zoo'n dingen
die uit hun eigen niets kunnen en
waar de menschen in gelooven Is dat
dan ook superstitie bijv. het kruistee-
ken, het wijwater, gewijde palm enz.
Mr. Goeman. Dat is heel wat an
ders. De Kerk zegt niet dat dit alles
iets uit zijn eigen kan teweegbrengen.
Indien 't zoo was, dan was 't supersti
tie. Maar de Kerk zegt zie, ge moogt
betrouwen daarin hebben, niet om die
voorwerpen zelf, maar omwille van
het gebed dat door den priester daar
over gezegd is en omwille van de wij
ding. We hebben daar betrouwen in
omdat we weten dat God, omwille
van dat gebed en dat betrouwen ons
verhoort. Dat is al wat redelijk en goed
is... We zullen de superstitie dus maar
stillekens laten varen, en best ons
houden aan ons oud voorvaderlijk
geloof.
Louis. Dat vind ik ook.
Kempsohn.