DE SPUITSE
JAAHGANG 2. - NUMMSË 7, -
VESANTWOOBDELÏJKE UITGEYE3
MAAND JUNI 1973
LINTHOUT Ï.IASG
PABKLAAN 29
9300 AALST
H-+++++++++-
D E S A E D E L:H,E',E A L F O N S
1889 - 1973
Weerom heeft men in ons midden een goede vriend van ons
ontnomen.
Onze vriend Alfons, werd geboren te Aalst op 20 maart 1889,
Op ^14-jarige leeftijd, dit ten jare 1903 sloot hij zich aan in de muziek-
afde: ng "Willen is kunnen", waar hij uitgroeide tot een volwaardige mu
zikant. Kort na de oorlóg van 1914-18 kwam Alfons voor de eerste maal in
kontakt met de hrandweer, en dit ten jare 1919.
In dat jaar werd door het bestuur van de Brandweer en de muziekkapel een
overeenkomst gesloten om hij alle plechtigheden elkander te helpen. Zoals
hij optochten en begrafenissen en andere plechtigheden.
Na tien jaar voor de brandvreer zijn muzikale kunsten te
hebben gespeeld, werd er gezorgd voor een eigen muziekkorps.
Onder leiding van ie reeds overleden Chef Lt- De Yos werd onze huidige
muziekkapel gesticht, en als eersten onder de leden werd De Saedeleer Al
fons genoteerd. Bij onze fanfare speelde hij de "Tuba", wat hij dan ook
gedurende 45 jaar met muzikale voeling en ervaring heeft bespeeld.
Door de jaren heen, maakte hij vele vrienden welke hij dan ook verdedigde
in hot bestuur van de muziekkapel, omstreeks de jaren '50.
Door al deze jaren heen had hij vele hoogtepunten in zijn muzikale carrière
en deelde hij vreugde en verdriet met de anderen.
Door zijn muzikale liefde werd hij in het jaar 1951 bedacht
met het ereteken de Zilveren Medaille der Orde van Leopold II, en dit na
48 jaren trouwe dienst aan de brandweer.
Maar onze vriend Alfons wist -,roort to doen, on een tiental
jaren later in 1962 Verkreeg hij zijn tweede medaille namelijk de Gouden
Palmen der Kroonorde,, dat reeds na 59 jaar diensten.
Zijn leuis wae altijd voortdoen, voortdoen, en inderdaad in 1970 bekwam
hij de Gouden Medaille -Maximae Fidelitatis'Causa".
De jaren begonnen nu zwaarder door te wegen, en stilaan begon hij jammer
genoeg pegen zijn "goesting" in zich minder actief te maken, maar indien
zijn gezondheid dit toeliet was hij toch steeds present.
Was hij een der eersten voor concerten en uitstappen, hij was dan ook al
tijd een der laatster om huiswaarts te keren, zo hield hij van zijn vrien
den, altijd goedgeluimd, altijd oven guitig.