ZONDAG 20 NOVEMBER 1855. ACHTSTEN JAEBGANG. N' 576. AELST, deiv 49 November 1855. De adressen der Wetgevende Kamers. En waerom? Als het mm niet te lael bekiaegd is! VAN DEN DEK Al ON 1) E NAER AELST. Den Speech van 31. Delfosse! LEVENSMIDDELEN. YZLREN WEG. STATIE AELST. VERTREKUREN VAN DEN 21 OCTOBER 1855. 1» T'n 7 urm 45 minuien des morgens nnor Dendermonde, tiend, Drupje Oostende, Kortryk, Mouscron, Doornyk, llyssel, Calais. 2° Ten 9 uren 10 min. 's ninrg. tuier Dendermonde, Mechelen, Brussel. Antwer pen, Leuven, Thienen, Landen, St-Trujen, Hasselt. Luyk, Versiers, Aken, Keulen. 3<> Ten 3 uren nnmiddtig nner Dejjdeimonde, Mechelen, Brussel, Antwerpen, Leuven, Thienen, Landen, St-Truyen, IUsselt, Luyk, Vervier. Lend, BrutfftC, Oostende. 4® Ten 5 uren 20 minuien nnmiddng, naer Dendei monde, Gend, Brt»fg',e Oostende, kortryk, Mouscron, Doornsk, Hjsael, Calais. 5" Jen 8 uren 15 minuien des nrottds, tuu-r Dendermonde, Mechelen, Brussel, Antwerpen, Leuven, Thienen, Luyk, Vervier», Aken, Keulen en tiend. Sl'L'M 1° Ten 7 nr. 00 ut 's nioryjoiis.2' Ten 8 uren 30 minuien 's morgens. —3° Ten 12 men 10 minuten middags. 4° Ten 4 uren 00 minuten namiddag. 5° Ten 6 uren 10 minuten 's avonds. Zullen te tiysegem stillestnen de volgende konvoyen vertrekkende van AF.LST, ten 7 uren 45 minuten 's morgens, ten 3 uren en ten 5 uren 20 minu ten namiddag. Van DF.NDKUMO.NÜE ten 8 uren 30 minuten 'smorgens, ten 4 uren 00 minuten namiddag en ten ti uren 10 minuten «les avonds. Voor alle rigtingen moat men l<\ Dender monde van konvoy veranderen. Dit blad verscliynt ties Zaterdags in den namiddag onder de dagteekening van den dacrop volgenden Zondag.—Den prysder insehryving, by tri mester, is bepaeld op 1 fr. 50 e., dien der annoneen op 20 cenlimen den drukregel. DEN DENDERBODE De adressen of antwoorden der Wetgevende Kamers acn de troonrede schynen op eencnen zelfden vorm gemaekt of uyt de zelfde pen te vloeyën. Nogtans den opstel van den achtbaren heer D'Anetlian is klacrder dan dien van Al. Orts. lieyde schatten de zinsnede van het grondkrediet op hare juvste weerde, doordien zy werkelyk van beyde afgekeurd word men verhoopt r iels te konnen van maken 't geen min slecht zal zyn dan het grondslclsel 't geen Al. Frère in eene communistische ueyging had willen doen'doorgaen. Den wensch in de troonrede gcuyt ten voordode van den voortgang der openbarezeddykheyd, is in de beyde adressen krachtdadig ondersteund geweest, misschien 0111 een snuvfken Ie geven aen de liberators die zich weyn'ig met degodsdienstige en zedelyke grondstellingen van 't volk bekreunen. Alen heeft bet ook eens geweest in liet aenbevelen der gespaerzaemheden en het staken der gddverkwistingen, al wederom een snuvfken voor de liberale party en luier geliefkoosd ministerie. Het adres van den Senaet is stellig geweest voor wat betreft het gvwiglig vraegstuk der eetwaren. Het heeft duydelvk gezegd dat de door liet gouvernement genomen maetre'gels slechts gededtelyk zvn geweest, gevende boven dien klaerlyk te kennen dat de tegenwoordige crisis kracht dadigere maetregels vereysclite. Wy zullen ons met dit belangrvk vraegstuk nogiiiaels bezig honden want geheel 't land is van gevoelen dat zulks wet der moeyte weerd is 't volk is ten dien opzigte min gerust dan het ministerie schynt te zyn. Wy hebben nvt goede bron vernomen dat den minister van 't inwendige in de centrale sectie is ontboden als men bezig was met over liet ontwerp van adres in antwoord op de troonrede te beraedslagen, en dat by geïnterpelleerd is geweest om te weten wat het gouvei- ncmeut van zin was in deze krisis der eetwaren te doen en welke voorzorgen het stond ie nemen. Den minister zou geantwoord hebben dat het gouvernement niets van sin was, dat het de tegenwg ordigheyd der kamers afwachtte om de tegenwoordige noodwendigheden te kennen indien deze antwoord nauwkeurig is, moet men bekennen dat zv waerlyk wonderbaer is en geenzins tot cere strekt onzer bestuerders. De antwoord moet des te wonderlyker voorkomen, omdat, eenige dagen daerna, den minister van '1 inwendig aen zyn wetsontwerp ter bekrachtiging van het besluyt 'I geen den uytvoer der aerdappelen verbied, een verslag gevoegd beeft waerin. Iiy den toestand der eetwaren iu zoo klare bewoor dingen heeft afgeschetst, dat elkeen zou mogen gerust zyn. Den minister verklaert het volgende Dat hel gouvernement met de meeste zorg zoo natiw- keurige inlichtingen genomen heeft als mogelyk was over het belang van den oogst van 1855. en liet is gelukkig, zegt hy te mogen aenkondigeu dat, indien de eetwaren, ten gevolge van alge ueene oorzaken, tot ccnen tc hoogen prys gestegen zyn, er toch gccne ernstige vrees moet <1 ontstaeii nopens de bevoorrading van 't land tot aen den b toekomenden oogst. Want inderdred, voegt er den b minister by, den oogst van 1855 geeft middelmatig u genomen, slechts een te kort van 5 HECTOLITERS 11 LITERS (sic) par hectare tarwe, en, volgens de labellen aen 't verslag gevoegd, is er to besluyten dat de verniin- dering van den tarweoogst 1° in vergelyking met de middelmaet van 1850 lot 1852, is van 1,125,051 liekto- liters2° in vergelyking met de middelmaet van een gewoon jaer, volgens de statistiek van 18-46, van 686,897 hectoliters. Men ziet dus dat den minister slechts den tarweoogst als mislukt aenzietmaer' willende den invloed doen zien dien deze mislukking op de rogge, den boekwoyt en de aerd- appolen moet hebben, niaekt den minister eene tabel waerdoor de voedi 11 gsweerde dezer vier soorten van eet waren in globo alleen op de tarwe word gobragt, en besluyt uyt zync berekening dat den gebeden oogst der vier voor- naemste voedingstoffen mag geschat worden op 1,244,000 hectoliters. De middelmatige opbrengst dezer vier zelfde voedingsstolfen voor de jaren 1850 a 1852 beeft geweest van 1,510,000 hectoliters. fiy deze bemerkingen voegt den minister nog 't volgende: dat de middelmaet der ingevoerde eetwaren gedurende 1850 tot 1852,11a afrekening der uytgevoerde, voorde tarwe, de rogge, den boekweyt met hunne bloem en de aerdappels in weerde gobragt op de eenheyd der t.inve, is geweest van 60,709,940 kilogr. Indien men by dit cylfer, 't geen men volgens de verzekering van den minister, mag nemen als voorstellende liet te kort van de normale inwendige opbrengst, indien men by dit cylfer nog voegt het verlies 't geen den oogst van 1855, oplevert, bekomt men voor slotsom 165,534,782 kilogrammen of omtrent 2,044,ÜU0 hectoliters die Belgiën uyt den vremden zal moeten ont vangen om in den onderhoud zyner bevolking tot aen den oogst van 1854 te voorzien. Er is binnengekomen, zegt den minister, volgens de waerneniiiigep der handelsbeweging, gedurende de 10 eerste maend^n dezes jaers, afgerekend '1 geen er is nylgevoerd. eene hoeveelheyd van 103,464,979 kilogr. of 1,290,000 heet. gebragt op de eenheyd van tarwe. Volgens deze berekening, mag men dan gerust zyn, eyndigt den minister, over de bevoorrading lot aen den oogst van 1854 Waerop berust den minister zich 0111 geene bekommernis meer te hebben over den stoH'elyken toestand van 't land hy gelooft dat er levensmiddelen genoeg zullen zyn; maer ziet hy niet dat er alle dageit zoo veel granen uyt het land gevoerd worden, en kan hy ons verzekeren dat den invoel den uytvoer zal evenaren, byzonderlyk op het oogenblik dat alle naburige gouvernementen buytengewoone maet regels nemen, op het oogenblik dat er overal krisis is en dat den oorlog in de landen die ons plaglen te bevoorraden, er de granen inhoud Weet hy ook niet dat hel gebrek onrustwekkend word, dat men binten onder de annklas gedwongen is zich Ie voeden niet brood 't geen gemarkt is van peerdeboonenbloein, welke bloent hoogst scliadelyk is acn de gezondheyd en noodzakelyk ziektens zal doen ont- staen In zyn verslag beroemt den minister zich de principen der wet van 22 Febry 1850 ongeschonden bewaerd Ie heb ben, wet die den tarief der beweegbare schael heeft afge schaft Waerlyk er is stof 0111 zich te vcrhoovccrdigen over eene wet die voorzeker 's lands algemcene goedkeuring niet bezit, des tc minder omdat wy er thans de rampzalige uytwerksels van gevoelen. Wy lieeten dit ronduyt liberale dweepzucht die niet alleen dril tip der oor laet uytsteken, maer tevens geheel de natie in groot gevaer brengt. God geve dat wy dezen keer slechte profeten zyn, en dat liet liberael ministerie met al zyn beroemen, zyn verhoo- veerdigen etc. niet moet bekennen dat liet tc laet bekiaegd is. Deze die er de schuld van zullen zyn, zullen des piigli- ger gehouden worden omdat zy genoeg en in tyds vermaend zyn geweest. aenwyzcnde het artikel 57 der grondwet 't geen zegt: dat in hel begin van elke. sessie de kamers haren president noemen, en dal de sessie gesloten zynde, M. Del losse geenen pre sident meer was; dit was al verloren, den koppigen Luyker- wael wilde noch reden noch verstand gebruiken, zoodanig dat den gcnerael, 0111 een groot sehandael Ie vermyden, voor de pretentie Van M. Delfosse is gewekenHet publiek heeft met die dwaesheyd vail Al. Delfosse gelagchen en gezeyd dat het spytig was dat Molière niet meer leefde 0111 zyn komediestuk, le bourgeois gentilhomme, nog wat meer uyt te breyden. I11 die bedankiugsredevocring predikt Al. Delfosse de eendragt, de goede verstandhouding en de verdraeg- zaemheyd der denkwyzen maer wy zyn nieuwsgierig te zien of Al. Delfosse niet zal doen gelyk zekeren predikant: luystert naer myne woorden en doet niet volgens mync werkenWy zyn nieuwsgierig om die plotselinge verandering van dit fanatiek liberatersdom in dezen man eens te zien werkstellig maken In dit zelfde sermoen vraegt Al. Delfosse aen de verga dering Hebben wy ten anderen niet als algemeenen band onze verkleefdheyd aen liet koninglvk stamhuys en aen b de instellingen die wy aen de wysfieyd van 't kongres a verschuldigd zyn Wy welen welken eerbied de liberale-tranenlayonsche- en orangistiscbe party van Luyk voor onze instellingen heeftwy weten sedert lang boe de Frères, de Delfossen en consoorten de wyshevd en de akten van liet kongros schatten en vooi wat den eerbied en de achting voor liet koninglvk stamhuvs betreft, men zal er over oordeelen uyt de zinsneden vaneen liberael dagblad van Luyk, Le Journal de J.iège, 't geen over eenige dagen in een brtissélsche briefwisseling 'l volgende afgaf Wat liet publiek veel meer verlegen maekt, is de b afwcziglieyd van den Kroonprins in de conslitulionnele b piegligheyd die plaels luid sedert zyn liuwelyk 't welk b door kamers en land met eene merkensweerde welwil- B lendheyd is onthaeld geweest. Ik leg het feyt niet uyt, ik stip het alleenlyk aen Kan men scliandelyker en boosaérdiger ons bemind slamliuys aenranden L11 nogtans 't is alzeo dat de liberale party van Luyk hare achting en eerbied voor de koninglvke familie verslaet. lloe aerdig, boe drollig, boe geestig is toeli AI. Delfosse Afacr ook boe koppig, hoe stvfhoofdig is dien man niet Van iets afzien? NoytHy komt zulks voor geheel 'i land te bewyzen in eene plegtïge zitting der kamer Ik ben den tweeden vent van 't land Ka den koning Leopold, ben ik, Delfosse, den eersten man der natie 'T is ik die aen de regler band van den SoiiverÊvn zitIk ben Souvereyn K° 2Aldus begint AI. Delfosse Zyne redevoering om de kamer te bedanken van hem president genoemd te hebben. Dien mail heelt niet konnen vergeten dat den kardinael-artsbisschop-primaet van Belgiën de slip zyner walen-kazak niet gedragen heeft en dat hy, Delfosse, met zyne hielen de toenen van ccnen katholyken piclaet niet heeft konnen verpletterenHet idéé fixe van den stap is eene nachtmerrie voor Al. Delfosse die hem noyt verlaet, zelfs niet in tegemvoordigheyd van oenen scherp geslepen sabel, want wy lu-bben vernomen dat dit idéé fixe niet alleen naer de geestelykheyd maer zelfs naer 't leger gezweept heeft. Zie hier hoe Onlangs deed zich de gelegenheyd op dat den koning te Luyk moest gekomplinienteerd worden eenen divisie- genei ael maekte zich gereed 0111 die eerbew yzing te doen, maer AI. Delfosse kwam met eenen keer uytgëspróngen en pretendeerde den stap op den generael te hebben. Den gcnerael had hem schoon zyn ongelyk te doen zien hem Den achtbaren volksvriend, M. A. Uodenbach, heeft in de kamer de belangen der geringe burgers, werklieden en arme Belgen door de hierondérstaende indrukwekkende waerheden verdedigd, liet ware te wensehen dat het minis terie van zyne koppigheyd afzage en naer den raed van wyzc en tretlelyke volksvertegenwoordigers luysterde, dan ten minsten zou 't land voor geenen honger té vreezen hebben. Ziv hier de woorden van M. Rodenbaeh Ik ondcrsleune de petitie van MM. de kOopmans der stad Gend welke vragen dat voor deu ryst de wel van 21 juny gewyzigd worde of ten minsten dat men de regten afschatle welke op die eelwaer wegen. Hel schynt my, Mynheeren dat, als de tarwe meer dan 55 fr. geld, als de rogge 25 fr. en de aerdappelen 10 en 11 fr. de 100 kilogr. betaeld worden, wy ernstig moeten deuken om den invoer van alle eetwaren in ons land te begunstigen. Dit is dén wensch van geheel het land. De werkende klasse, de boigers klasse en byzonderlyk de arme lieden, reklameren met regt eene krag'.dadige bescherming voor alle slaeh van levens middelen. Na de aerdappelen, hel brood en de boonen, is het den gemeeucu ryst weikeu meest in Belgiën verbruykt word en by zonderlyk in de arme streken van Vlaenderen; en nogtans de iü millioen kilogr. ryst welke jaerlvks in Belgiën gebragt worden zyn met een regt van 5, 8«u 10 fr. de 100 kilogr. geslagen, vol gens de landstreek van welke zy komen, en dit maekl 25 ten 100 op de weerde. Is dit niet al le veel Zyn die regien niet te boog Men zou ook, Mynheeren, in dit land moeten laten komen zonder douanen regten te doen betalen de vremde bloem en bet gedroogd gezouten vleesch. Dit vleescb te Antwerpen aerigebragl, zou maer 50 a -40 eentimen den kilogr. kosten. Ik keil re volkomen goed den maelregel welken bel gouverne ment genomen heeft vau deu uytvoer der aerdappelen en boonen le verbieden. Maer, Myuheeren, dezen maelregel beeft zyn doel niet bereykt, om dal men ook den Uvtvoer der patalerbloem en der gemalen boonen niet verboden beeft. Aenzienelyke hoeveel heden patalerbloem en gemalen boonen worden nylgevoerd. Aen gezien bet woord my is loegeslaen, geioove ik hel niet ongepast Ie zyn bv het aenkometi van den winter een paer woor den le zeggen over de duerte der houtllckolcn. Indien ik wel onderrigt beu. dan zyn de houilekolcu reeds 50 a 40 ten 100

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1853 | | pagina 1