28s,e Jaci*. Zondag1, 6 Septeinbre 1874. M° 1461 a iy y gw laur «j r/./j is eieïs mm @11 gg YZEREN WEG.— VERTREKUREN UIT AELST KA ER VERTREKUREN UIT DE VOLGENDE STATIËN Aelst, (5.45 's Zalerd.) 7.49 1.28 5.05 7.55 uit Antwerpen naer St. Nikolass, Ixikeren en Gekt 4.40 7.15 8.50 20 50 MS 3.45 7.10 9 10 uit Gent naer Lokecbm, St. Kieoubs en Antwerpen 4.25 7.00 9.25 10.50 2.45 5.30 6.55 9.05 De god petrole. De zaek van Biesmerée. BEDEVAERT 0. L. V. der Zeven Wcëea, !c Lede ABONNEMENTPRYS6 FRANKS 'S JAERS. De inscbryving eindigt met 51 December. ANNONCENPRYS, per drukregel: Gewone 20 cent. Reklamen fr. 1,00. Vonnissen op 5'® bladz. 50 cent. Dendermonde. 5-05 7-35 8-48 12-25 3-06 6-40 9.55 Lokeren. 5-05 7-35 8-48 12-24 3-06 6-22 Mechelen. 5-05/ 7-35/ 7-09rf8-12</ Kxp. 1 2* 3* kl. H-*3d l-04</ Exp. 1® 2* 3* kl. 2-50d 3-06/ 5-14t/ 6-40/ 9-4Srf Exp. 1® 2® 3' ki. Antw. 5-051 7-35/ 7-09d 8-1*td Exp. 1® 2® 3e kl. 1-0WExp. 1®2® 3' kl. 2-50d 3-06/ 5-14d6-40/9-48d Exp. 1® i® 3® kl. Brussel, langs Denderieenu'.b 22E. 7-097-50 8-12E. 1' 2® 3® kl. 9-24 11-53 1-04 E. le 2" 3® k 1.2-30 5-14 Exp. 1® 2' 3® kl. 6-24 8-49 9-19 9-50 Fxp. 1' 2' 3° kl. Leuven, Tbienen, Luik, Verviers 5-05/7-35/ 6-i2d en 8-1'2d Exp 1®2®3® LI 7-50d 9-t4d (ll-S3<J tol Leuven)l-04d Exp. 1* 2® 3" kl. 2-5( d 5-14dExp. 1®2' 3® kl. 6-244 (8-49d tol Thienen) (1) Nota. De letter boteekenl langs Temonde en de 1 Gent, (5-00 's vryd.) 7-59E1®2'3®k 8-4» 8-59 12 22 12-40 3-26 3-51 ca 5-33 E. 1®2® 3® kl. 6-20 6-40 8-39 Exp. i® 2® 3" kl. 9-36. Brugge, Oostende. 7-59 Exr.l®2®3® kl 8-41 8-59 12-22 12-40 3 31 en 3-33 E I® 2* 3® kl. 6-40 Doornyk, Mouscron, Korlrvk, Ryssol [langs Gend) 8-41 12 22 12-40 (3-26 lol oèinze) 3-51 E\r. 6-20 6-40 Doorn. Mouse. Korlryk, Ryss. (langs Alh) 6-00 7-50 11-53 0-00 5-52 Ninove, Geeraerdshergen, Lessen, Alh 6-00 8-12 7 50 1 1-53 2-50 5-52 9-06 Bergen, Quiévrain 6-00 8-12 7-50 11-53 2-50 5-52 Enghien Rraine, Manage, Cbarlerov. Namen langs Gceraerds- bergen 6 00 -00 11 -53 2-50 5-52 letter d langs Denderleeuw. Cuiqne Str NAER AEI.ST l'IT Alh 6.49 10.38 1.48 4 28 7.58 9.12 Antw. 5 40 9.50 10.50 E. 1' 2® 3® kl. 12-30 3-1K E. 1°2° 3® kl. 3-33 4.45 5.50 6.50 E. 1® 2" 3® kl. Brussel 7.20 E.1'2' 3-kl. 7.Ï6 8.14 11.06 it.53 2.10 3.12 en 4.55 E le2" 3® kl.5.09 5.55 S.Q0 E, I® -2® 3® kl. 8.20 Dendermonde 7.23 9.55 11.34 2.23 5.27 8.28 10.47 Geeraerdsbcrgen 7.27 11.08 2.18 4.58 8.33 9.50 Gcnl 5.4SE6 157.39 E 1® 2® 3® kl. 8.29 10.59 12 31 F. 1® 2' 3' kl. 1.55 4-42 E 1.2.3. kl. 5.29 8.09 8.14 9.17 Exp. 1® 2° 3® kl. Lessen 7.09 10.50 2 00 4 40 8.18 9.32 Lokeren 6.50 9.09 10.57 1.49 4 50 7 50 Ninove 7.55 11.36 2 46 5.26 9 01 10.16 Oostende 4.30E 6.Ï0E 1? .3 kl 6 28 9.00 11.55 2.13 3 53 Et® 2' 3® kl. 6.04 7.55 Exp. uit Gekt kaer Moorlzcelc. Sollegem, Geeraordb., Enghien, Braine-lo- Comle5.52 8.12E 8.58 11.is 2.10 5.34 6.59 UIT GBStUMBCSBRGRN liAER Maria-Licrde. Sollegem 9 49 11.59 2 59 Moorteeele en Gent, 5.15 7.24 i.00 5.50E 8.51 UIT DENDERLEEUW N/kER Haellerl, Burst, Herzele, Solteg. Andcna^rde, Anscem, Korlryk, 6.17 0.00 9.0» 12.55 6.09 7.20 UIT SOTTEfilN BAUt zieh met 't geweld der wapenen van een on- zydig land meester maekt, zou liet voor ons, Belgen, onvoorzichtig zyn legen die overwel diging te protesteren waer ons vaderland ook eens 't slachtoffer zou kunnen van worden Als een goevernement, onwaerdig van dien naera, met arglistigheid en snood geweld de verdelging van Gods Kerk bewerkt, zouden wy daer niets in te zien hebben Als liet in zekere landen voldoende is katlio- lyk te zyn om in den kerker geworpen of uit '1 Land verbannen te worden, zouden wy moe ten zvvygen Wy verslooten met afschrik de gedachte al leen van zulk een afkeurlyk gedrag. Neen, wy, kalholyken, moeten alle gelegenheden te baet nemen om met krachtdadigheid onze onwan kelbare standvastigheid in ons H. Gelool en onze aengekleefdheid en toegenegenheid, tot onzen welbeminden Vader Pius IX te beves tigen, en ook onze bewondering en eerbied te beluigen, aen de Bisschoppen, priesters en geloofsgenoten welke met zulk een geduld ver volging voor de recliiveerdigheid lyden. Onze christeneplicht gebiedt ons, ons legendie ver volgingen te verzeilen en ze van ons trachten af te weren, niet door 't geweld der wereldsche wapenen, maer door 't wapen des gebeds 't geen christenen alleen gebruiken mogen. sjaeswois. Ook hebben wy, de overtuiging dat al de ware en rechtzinnige kalholyken onzer om streken, welke geen wettig beletsel hebben, aen de algemeene bedevaert naer O. L. V. DER ZEVEN WEEËN te Lede, op Dvnsdag 8 September, zullen tegenwoordig wezen, ten einde op nieuw onze onwankelbare aenge- klecfdheid aen onzen II. Godsdienst en onze kinderlyke liefde den algemeenen Vader des Christendoms te betuigen, en, ter zelfdertyd, een machtige bede den Hemel toe le sturen om zyne verlossing en den eindelyken zege- prael der Kerke Christi te verhaesten. Indien wy de talrykheid en de macht der vyanden van Gods Kerk beschouwen, dan schynt onze zaek hopeloos en gansch verlo ren, doch die talrykheid en die maclil zyn hel bewys dal de eindelyke zcgcprael der Kerk en de verlossing van den 80 jarigen gryzaerd, welke aen haer hoofd slaet, nakend is. Laet ons dus bidden en zoo vurig bidden, dat onze bede den Hemel geweld aendoeLaet ons kloppen en blyven kloppen en er zal ons geo pend worden er zullen over het christene volk overvloedige zegeningen uitgestort wor den en Paus en Kerk zullen over hunne talryke woedende en haelvolle vyanden zegepralen. Dan alleen zullen ware vrede, geluk en voor spoed op deze wereld mogelyk zyn Het Journal cTAnverskondigt, naer een vlaemsch blad dier stad, dal ten tyde der kiezingen van 1873 met de geuzen aenspande, het volgende stuk af, 't welk wy aen 't oordeel van alle deftige burgers onderwerpen, 't is ge- lyk tot welke denkwyze zy behooren. Zielhier bedoeld stuk LITANIE VAN DEN PETROLE Schitterende likeur, Elixir van liefde, Ia-ei onzen dorst Champagne der verdrukten, t Nectar van 't kanaillevolk, Olie der rots, zuiver ons. Fakkel der toekomst, verlicht ons. Banier der Commune, leidt ons. Voorbode der revolutie, vereenigt ons. Wapen der ontwapenden, versterkt ons. Kolom van vrymaking, ondersteunt ons. Redingsplank der veriatenen, helpt ons. Keizers,Koningen en prinsen, Bedienden en eigenaers, /Versmacht Ministers en generalen, t hen, petrole Capitalisten en woekeraers, Al de paleizen en kasteelen, Al de kloosters, kerken en kazernen, J ei~ Pauzen, Kardinalen en Bisschoppen, ran Al de jesuiëten en priesters, \ze' ')e~ Al de paters en nonnen Jtrole van de slaverny en t /respotismus.jVerlostons, Van de legers en der bloedwet, )petrole Vuertoren der Commune, onfermt u onzer. God der revolutie, verhoort ons. GEBED/. PETROLE ONZE VADER Onze petrole die onder de aerde vloeit, ge heiligd zy uw naem, ons toekome uwe over vloed, uw reuk en uwe macht doet gy ge voelen zoo wel op als onder de aerde. Geeft ons lieden een ryken oogst,versmacht onze beulen gelyk wy het zeiven zouden wil len doen, en leidt ons niet in den afgrond, maer verlos ons van den kwade. Amen. PETROLE WEES GEGROET: Wees gegroet, amerikaenscbe olie, heil zame balsem de commune is met u gebene- dyd zyt gy boven alle oliën, en gebenedyd is de vrucht uwer branden kostbare vreemde olie helpt ons nu en in de uer van den opper sten stryd. Amen. SCHIETGEBEDEKEN Bescherm my nu, welbeminde petrole Versmacht mync beulen en verlos my Onze konfrater Het Journal d'.invers laet die lot hiertoe ongehoorde revolutionaire ge beden van eenigé gegronde bedenkingen vol gen, welke wy uit ganscher herte bytreden en ons verhaesten mede te deelen De lezer zal ons vergeven die afgrysse- lyke prosa in ons blad opgenomen te hebben, en zal begrypen dat het met diepen afkeer is dat wy zulk eene heiligschendende spotnavol- ging der christene gebeden onder zyne oogen leggen. Maer het moet zyn, en het is noodig dat de deftige lieden de laeglieid kunnen afme ten waerin deze vallen, die, de oude zedeleer onzer vaderen verwerpende, zich met lyf en ziel aen «de onafhankelyke zedeleerover leveren. Zy zullen ook het lastbaer bewys be komen, dat het heden meer dan ooit, nood- zakelyk is, met vereenigde machten, tot het behoud der ware maetschappclyke principen te werken. Want, 't is gansch de samenleving, 't zyn hare grondzuilen die de aenbidders van den god petrole aenranden. Hunne brandfakkel be dreigt met alleen den priester en den klooster ling zy zou den nyveraer, den meester, den eigenaer, of by christen zy of niet, ook willen treffen. Voorzeker, zullen cr in de liberale rangen een groot getal lieden aengelroffen worden wélke dien oorlogskreet der communards en internationalisten zal verontweerdigen en met schrik bevangen. Een weinig nadenken en goede trouw zouden die heeren voorzeker doen besluiten dat, 't gene zy heden zien en hooren, slechts de stipte en algcheele toepassing,de uit- lucping va,, uc -c zoogezegde liberale en maconnieke principen. 'T is niet straffeloos dat men God ver loochent, de religie en hare ministers bespot welke men uit de scholen verbant't is niet voor niet datmen liet gezag en den eerbied in zynen verhevenste oorsprong ondermynt Het zal niet ongestraft zyn dat men de fa milie en de zedelykheid in de nieuws bladen en openbare conferentie» zal beschimpen.... Die wanorde-zaden moeten natuerlyk ontkie men en vroeg of laet een verpestende vrucht voortsbrengen. Dit is tydens de eerste fransche revolutie voorgevallen en liet valt heden nog voor. De wetten der historie zyn onverzoenbaer en al de lyden belasten zich de waerheid te bewyzen der volksspreuk Wie wimlen zaeit zal tempeesten moeien Eenige dagen geleden kondigde de Monileur een koninklyk besluit af, gedagteekend van II Augusti, waerby M.Vincent, Burgemeester der gemeente Biesmerée, in de provincie Namen, voor dry maenden in zyne bediening werd opgeschorst. Kort daerop gaf gemelde burgemeester, gevoelende dat zyne positie niet uit le houden was, zyn ontslag. Er was niets meer noodig om de gansche doktrinaire drukpers, met het Organede Namvr aen het hoofd, voor den opgesehorsten burgemeester, die ongetwy- feld het slachtoffer was van deri willekeur der geeslelykheid, te doen in 't harnas sprin gen. Aanstonds verzon die eerlyke pers eene historie, waerin de scbandelykste leugens werden opeengestapeld. Biesmerée was ver laten door de geeslelykheid, aie niet alleen de zieken liet sterven zonder hun de HH. Sakramenlen toe te dienen, maer zelfs wei gerde de dooden te begraven, zoodal de bur gemeester, die goede man, zich genoodzaekt vondt zelve tot de begrafenis over te gaen. En lot belooning voor zyn edelmoedig gedrag, werd hy, och arme 1 door den minister, op last van den bisschop met eene opschor- sing gestraft Het duerde echter niet lang, of dit verhael, waeruit iemand die gewoon is tusschen dé regels te lezen, gemakkelyk de waerheid kon vatten, ontving de verdiende logenstraf fing. Ziehier de feiten In \roegere jaren was het, le Biesmerée, do gewoonte dat er, op het feest van St-Pieler, patroon van T dorp, eene processie uitging, die niets dan den naem van eene godsdiensti ge plechtigheid had. Deze processie, samengesteld uit groepen die in soldaten of zoo iets verkleed waren, werd£1<5oor cl'e "geésfe 1 y ecov^rhëia"al'ge^c1ia?£ als inbreuk makende op den eerbied dien men aen den Godsdienst verschuldigd is. Deze afschaffing dagteekent van vóór een dertigtal jaren, en sedert dien tyd had de processie geen plaets meer gehad. Een deel der bevolking van Biesmerée was echter niet tevreden en vroeg dat de processie op nieuw zou in voege worden ge bracht. De geeslelyke overheid stemde toe, op voorwaerde dat de plechtigheid een zuiver godsdienstig karakter zou hebben en niet zooals vroeger, in eene maskarade zou out. aerden. Dit viel niet in den smaek van zekere in woners van Biesmerée, die om zich te wre ken op de geestelyke overheid, welke weiger de zich aen hunne eisschen te onderwerpen, op eene woeste manier hunnen herder aen- randden en zelfs geweerschoten op zyne ven sters afvuerden, waervan de kogels tot in de meubels der pastory drongen. De pastoor van Biesmeiée vroegen bekwam de toelating om de gemeente te verlaten, en zich by zyne familie le hegeven. Voorloopig werd de onderpastoor van Metiet, eene naburige gemeente, gelast met den dienst der parochie van Biesmerée, tot dat de pastoor door een anderen zou vervangen zyn. Intussehen kwam de St-Pietersdag. Eenige dagen le voren werd aen de kerkdeur een AELST, 5 SEPTEMBER 1871. naer Het liberalismus, die plaeg onzer tyden, kan nooit zynen haet en vervolgingszucbt tegen de Kerk en hare instellingen gen'oegzaem ver zadigen. Te Roomen vervolgt hel liberalismus haer doorluchtig opperhoofd lot in de gevan genis zelve waer zyne snoode volgelingen Hem in geworpen hebben. In Duitschland verbannen en vervolgen de liberhaters met den autokrael Yon Bismarck aen 't hoofd, weêrlooze Bisschoppen, priesters en klooster, lingen. De gevangenissen zyn opgepropt met Bisschoppen en priesters welke tot onbetael- bare geldboeten zyn veroordeeld geweest, om dat zy Gods wetten aen de welke zy getrou- wiglieid gezworen hebben, boven deze der mensclicn stellen. In Zwitserland waer Cateret en zyn aënhang gansch onder de roede van den dtiilsclien autokraet staen.ziet men Eerw. Bisschoppen en priesters, uit haet tegen Roo men, uit hun vaderland verbannen, terwyl de aertsschelmen der parysische commune er eene volkomene herberg'zaemheid genieten en bystand bekomen. Nog meer, tot in Brasïfien toe, richt de helsche liberhaterssekte de woe- dendste aenvallen tegen God en zyne Kerk. De godsdienst-vervolging slaegl, gelyk men ziet, hare volkskwellende en onderdrukkende klauw over byna gansch de wereld, met eer. woord, de Kerk en hare dienaren lyden ver volging in al de landen waer 't maconmek liberalismus 't bestuer in banden heeft DOCH, Al die snoode aenslagen tegen de gods dienstige vryheid, al die verdrukkingen van 't gene wy, katholyken, boven alles op deze we reld liefhebben, al die kwellingen en vervol gingen eerbiedweerdige geestelyken gedurig aengedaen, al die onrechtveerdiglieden jegens de Kerk en Z. H. Pius IX gepleegd, de over weldiging der pauzelyke Staten, de diefle der Kerk- en kloostergoederen, zouden wy, vol gens de liberhaters en hunne tolken, onbe sproken moeten laten voorbygaen. Wy zouden er uil voorzichtigheid, onze stem niet mogen tegen verheffen, noch door onze gebeden de verlossing des Pauzes en den zegeprael der Kerk afsmeeken, maer integendeel, ons gewe ten geweld aendoen en ze toejuichen om ons de gramschap van machtige Staten niet op den hals te trekken. Weihoeals een vorst die gansch aen 't liberalismus verslaefd is, by zoo verre dal liy zyn vvalgelyk werktuig is geworden, nieltegen- staende zyne onder eed bevestigde belofte, HET WITTE EX ZWARTE HUIS IN IIET DAL. Eene vertelling uit het IJoogduitsch, _«.)-(»_ 6do VERVOLG ZIE ONZE VORIGE NUMMERS Kom hier, Alice je wilt me toch niet verlaten, lié Neen.» De ziekelykc bleekheid was van zyn gelaet gewe ken, en zyne strakke, wydgeopcndc uogen verrieden, dacht my, hevige koorls. Ik had hier liever wal bedaerder over nage dacht, zei hy doch myne uren zyn geteld, en cr is geeu tyd tc verliezen. >- Het besef van 't gevaer waerin hy verkeerde deed my onwillekeurig stoutmoediger worden, en ik zeide dus Laet me om een dooier zenden. Hy slaekte een diepen zuchldaerop hernam hy op zachlen overtuigenden loon Ge moei 1110 niet nog erger maken, Alice. Al de doctors ler wereld zouden my niel kunnen helpen en al konden ze, zou ik hen nog niet willen zien. Langzamerhand zal myn versland in de war raken, en ga ik aen 'l mymc- ren. Laet men zich hierop voorbereiden bovendien, ik moet die zaek aen een of ander vertellen ik kan die niet langer smoren. Alice, zoo ik onvriendelyk of barsch tegen u geweest ben. was 'l myne bedoeling toch niet Ik ben zoo gekweld en gepynigd gewor den, dat het my bevreemdt, dat myn hoofd het zoo lang heelt uitgehouden ik moet noodzakelyk Mark spieken, opdal ik nog doe wal ik kan om voor u beiden in die toekomst te zorgen, ge zult toch niel weggaen en me aen myn lot overlaten lk slond op cn legde myne hand op een der zynen doch deze trok hy plotseling weg, en zcide dal ze koud was. Wat zult ge doen wanner ik dood hen, Alice Jk antwoordde niel. Dal wcnscble ik wel le weten. We zullen 't in een anderen vorm brengen. Wanneer ik niet hier was. wntzoudl gc dan doen Naer de school teruggaen die ik kortelings ver laten heb, zcide ik, nadenkende. Juist. Doch, niet als ondcrwyzeresse. Ik heb 11 laolst gezegd dat ge zonder gold waert, dat is nu veranderd. Ja, ga in elk geval naer uwe vrienden terug. Eu zet nu 't licht achter 'l gordyn, en ga zitten om naer my tc luisteren. Is de deur digt Ja. V. Toen ik voor 't eerst lo Ravenboom kwam, zoo ving hy aen, was hel gelyk het nu is dal weel ge. Ik begon met eenigzins op myne oude losse wyze te leven overvloed was my vreemd. Op den veer tienden Juni, tweejaer geleden, had ik ccn diner. Hy hield een oogenblik stil, en ik dacht acn des tuinmans verhael, waervan nu reeds ééne byzonder- beid onjuist bleek le zyn. We zalen lang aen tafel, zóó lang dal hel reeds donker vverd, toen ik, myn hoofd naer 'l venster wendende, een gelaet, tegen de ruit gedrukt, naer binnen zag kyken lk slond van myn stoel op, en ver dween. Zoo ik le voren tc veel wyn gebruikt had, was ik nu op eetimacl nuchter. Ik wendde eene plot selinge ongeslelheid voor, verzocht myn vrienden my te verontschuldigen, cn eer. hunner myne plaets aeu tafel voor eeno korte poos in le nemen. Daerop liep ik de gangdeur uit, en zag een man ouder de ravenboomen stacn. Ik had geen tyd om te bedenken wal ik doen zou wanneer myr.e vrcessclyko verden king bleek gegrond le zyn, doch liep dadelyk liner den boom De man die daerlegcn leunde, was ongeschoren en in lompen gehuld zyn gelaet zag er mager on hongerig uit, en zyn eene gescheurde mouw hing los aen zyne zrde hy had een arm ver loren. Hy had eeitc pyp in den mond, en slreek be- daerd een lucifer legen den stam van den boom af. Ondanks dit alles, en nietlegenstaende de vele jaren die cr verloopen waren sedert ik hem gezien had, wist ik dal hy myn neef, Archibald Fcrliam, was, dien de gehcele wereld had dood gewnend. Wie heb je om 's hemels w il daer binnen vroeg hy. Drommels, oude jongen, geef me wat wyn, en laet me my zeiven eens wal opknappen. Ik "neb in geen veertien nachten op ccn bed gelegen <t En om 's hemels wil, antwoordde ik, zeg my wie gy zyt. Hy zag my acn, en lachte. Dat mag je wel vragen. l\om, laet ons stilletjes binnengaen ik heb lellerlyk door 'l land heen gebe deld, op den dag verborgen, en des nachts buiten even als dc uilen want ik sehaem me om de zon van dat oudo Engeland op zoo'n plunje le laten sehynen. Dus hebt ge onderweg geer.e vrienden ont moet Vrienden hernam hy bitter. Wie zou gaerne naer zulk eene eer dingen Ik had geen plan om my in dien toestand bekend tc maken. Hy kende de gedachten niet die zyne woorden in myn geest deden ontstnen. Ik bracht hem door den tuin naer de gangdeur ik sloop 't eerst naer binnen, om te zien of alles stil was, en daerop gingen wc naer boven. Hy was zoo zwak dat hy myn arm tot steun nam, toen i|c hem op die lange galcry in cenc kamer bracht die op 't struik gewas uitzag. Ik weet niel waerom ik hom naer die kamer bracht, doch er (luisterde my voortdurend eene slem in 't oor die my byna waenzinnig maekle. liet goed werd dus zyn eigendom, en ik erger dan een hedelacr. Wist cc'nig schepsel ter aerde dat hy terug was gekomen naer 'l geen hy in don tuin zcide, dacht ik hel niet Zou hy in stael zyn, om zyne identiteit le bewyzen Ik kende hem doch was or iemand anders die zich zyner waerschynlyk herinne ren zou In vorige dagen, loen wc nog jongens waren, vochten we nog al eens en', op zeker punt onder die grysbai'lge lokken was een lidleeken ver borgen doch ik alléén wist dat dit bestond. Er was ccn bed in dc kamer, hy zette zich cr op neer, en keek treurig in 'I rond Waerom heb je me hier gebracht 't Lykt wel eene gevangenis Dat was het ook Waerom sprak hy juist 'l denk beeld uil dal myn eigen geest bezig hield liet was de eenige kamer in huis, die voor dat oogmerK ge schikt zou geweest zyn, dewyl haer hoog venster stevig met yzeren traliën voorzien was. lk bracht hem voedsel cn wyn, en hy at cn dronk gulzig, tctvvyl hy my intussehen een relacs deed van ile gevaren waeracn hy met het verlies van zyn arm ontsnapt was. Doch terwyl by van wilde eilandbewo ners, van den stryd voor levensbehoud en vryheid sprak, kwamen die woorden slechts onbestemd tol my, wyl andere nieuwe gedaehteu een bepaelden vorm voor my acnnamen. Wat bekommerde ik my om zyne avonturen 't was voldoende dat hy hier was, in leven, en in mync macht. Al pralende, ging hy druk met drinken voort, en begon de wyn hem in zyn verzwakten toestand spoedig te bedwelmen. Ik bood hem kleören acn, doch hy wees veelbeteekcnend naer 't bed, en liet hem daerom alleen. lk dracidc den sleutel in dc deur om, ojschoon ik met zoo te handelen, toch geen bcpaeld oogmerk had. lk voelde dal ik op myn gemak moest denken, cn, toen ik den gang op en neörwandelde 0111 myoe denkbeelden by clkaèr te houden, en dc zaek stout in 'l acngezielil zocht le zien, kon ik dal niel. Ik was alleen ten volle bewust dal er een nel om my ge spannen was, en hoe meer ik my daeruil zocht to ontwarren, hoe erger myne voelen daerin verstrikt werden. Alles wat ik dien nacht deed, scheen buiten myn w il te gebeuren 'l was alsof een onzichtbare dryfveer my aenspoorde en deo weg effen maekle. Ik begi'f my weder naer myne gasten, doch ik was in geene stemming 0111 vrolyk tc zyn, zy zagen dit en gingen spoedig heen, om nooit meer een voet in huis tc zetten. Pcizend stond ik aen de tafel die zy verla ten hadden. Ik wist dal myn geloot zyne kleur nog niet herkregen had, en dal dit myn voorgeven eener plotselinge ongesteldheid zou rechtvaardigen, 't Was myne gewoonte om myne knechts of meiden onver- wyld weg te zenden, wanneer zy my toevallig reden loi klachten gaven, en 't zou dus gcmakkelyk zyn om dit ook nu te doen. Ik begaf my naer hen, en beknorde hen, en zelfs, terwyl ik dit deed, was myn geest op eene andero plaets ik zocht alleen tyd tc wiuuen; inmiddels voe lende hoe ellen de weg in werkelykheid voor my was, en hoe myn voet al vaster en vaster in 't net verstrikt werd dat ik zelf geweven bad. lk bulderde los ik was ziek, half vergiftigd 't middagmnel w:i« slecht, de wyn ondrinkbacr, de bediening schaiulc- lyk. Alles was slechtzc schenen samen te spannen om my te vervelen, en ze moesten dien avond allen op slaenden voet de deur uit. Ik lokve hen lot ant woorden uil die alle verzoening onmogclyk mark ten, en den volgenden morgen was myne wooning schoon geveegd. (wordt voortgezet.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1874 | | pagina 1