samenleving zyn satanisch ryk met zekerheid
te'kunnen vestigen.
Het gemeentebestuer van Brussel heeft ons
onlangs het ontegensprekelyk bewys geleverd
dat het maconnismus, overal waer het als
meester heerscht, weldra geen godsdienstig
ondervvys tol zelfs in de hewaerscholen meer
gedoogen zal.
Verscheidene hewaerscholen of kindertui
nen, bestonden te Brussel alwaer deugdzame
wereldlyke onderwyzeressen aen de kinderen
van den werkman en van den geringen burger
de eerste opvoeding gaven en tot liet lager
onderwys bereidden. Eene godsdienstige lucht
kring heerschte in die hewaerscholen men
leerde er de kinderen God, zyne H. Moeder,
de godsdienstige zaken, eeren en beminnen
en hunne ouders en de geestelyke en wereld
lyke overheden eerbiedigen men leerde er
de kinderen ook God bidden en loven en zyne
Heiligen nenroepenDoch dit alles is
superstitie, in de oogen van hel brusselsch
liberael gemeentebestuer en men besloot die
hewaerscholen aen de superstitie te ontruk
ken met ze onmiddelyk te verwereldlyken, 't is
te zeggen, God, de christelyke leering en het
gebed er uit te verbannen.
.Nu, onder voorwendsel dat die hewaer
scholen het budjet van 't weldadigheidsbureel
te veel bezwaerden, besloot de stad die scho
len over te nemen en er de kosten van te
dragen. Doch, nauwelyks waren die scholen
onder 't bestier der stad of het bevel ging van
't stadhuis uil dal alle voorwerpen welke van
verre of van naby eenigen godsdienst raekten
onmiddelyk moesten verdwynen, en dat men
zich voorlaen onthouden moest de kinderen
te leeren bidden of hen van godsdienstige
zaken te spreken. En om in eens wel doen te
gevoelen dat het gemeentebestuer God voor
goed uit de hewaerscholen wilde verbannen,
wierd byna terzelfderlyd aen de onderwyze
ressen beteekend dat juffer Galti de Gamond,
de bestierster der goddelooze meisjesschool,
met het opzicht gelast was. Oogenbiikkelyk
verdwenen al de printen, de bezonderslc daed-
zaken der heilige geschiedenis voorstellende,
de O. L. Vrouwbeelden tot het Christusbeeld
toe
Eenige onderwyzeressen onderwierpen zich,
andere wilden zich niet onderwerpen niette-
genslaende hare bezoldiging merkelyk ver
meerderd werd.
Zietdaer, geëerde lezers, hoe de liberhaters
den H. Godsdienst onzer voorvaderen genegen
zyn. De kiezingen staen voor de deur, en
wacht, gy zult zien en ondervinden, hoe zy,
niettegenstaende de verpletterendste bewyzen,
zullen beweren dat zy den R. C. Godsdienst,
het H. Geloof onzer voorvaderen, genegen zyn,
Hem voorstaen en verdedigen. Doch wy zullen
het u by tyde errinneren wat 'l liberalismus
door die genegenheid, door dil voorstaen en
verdedigen beduiden willen.
Onze confrater, Ie Court ier de Bruxelles
doet te recht opmerken dat dit besluit der
brusselsche magonnieke gemeenteoverheid op
eene treffende wyze aen de parysissche com
mune doet errinneren.
Op 16 Mei 1871, brachten de dagbladen ons
de volgende nota van hel officieel dagblad meê
Weldra zal het godsdienstig onderwys uit
de scholen van Parys verdwenen zyn.
Echter blyft' in vele dezer scholen, onder
den vorm van krusifiks, 0. L. Vrouwbeel-
a den en andere zinnebeelden de nagedach-
a tenis van dit onderwys leven.
a De onderwyzers en onderwyzeressen zul-
a len die voorwerpen doen verdwynen, wier
a tegenwoordigheid de vryheid van geweten
a kwetst.
a Wier tegenwoordigheid de vryheid van ge
weten kwetstDit is juist de tael die 't ma-
Qonniek besluer van Brussel en zyne organen
voeren om de verplichtende godverloochening
te wettigen die zy aldaer willen invoeren.
Er ontbrak nog aen de brusselsche krusifiks-
vreters de eer de hersenlooze bescliavers en de
goddelooze schelmen der commune van Parys
tot voorbeeld te hebben.
Die eer hebben zy nu. Ze mogen er fier over
zyn
LOUISA LATEAU.
Een bezoek te Bois-d'Haine op Vrijdag februari I 878.
(derde vervolg.)
De deur der kleine woon waar Louisa hare smar
ten verbergt, is zorgvuldig gesloten. De muren zijn
in bleek geel gewit, de vensterluiken zindelijk groen
geverwd. De twee vensters die naar de straat uitzien
zijn mei ijzeren staven bezet, en langs binnen be
hangen met gordijnen van fijnen neteldoek, op wel
ker willen grond zich voortreffelijk de groene kleur
van eenige geranium- en resedatakjes afschildert,
't Is eenvoudig, maar uitstekend net. Ik klopte aan
hot venster en werd aanstonds binnengelaten.
Louisa ligt op haar bed uitgestrekt, in denzell'den
staal waarin ik haar eene uur vroeger gelaten had
'l is als een slachtoffer op hetwelk zich alle bedenke
lijke smarten met woede hebben neérgeworpen.
tiet wondleeken op den rug der rechterhand, lus
schen het derde en vierde been der middelhand
gelegen, is eivormig rond, omtrent twee centimeters
lang en vijftien millimeters breed. Uit alle punlendier
kleine oppervlakte vloeit onophoudelijk bloed, wiens
eigenschappen leenemual overeenstemmen met de
gene van het bloed, dal in do kleinste bloedvaatjes
omloopt (i)dit is te zeggen, dat zijne kleur het
midden houdt tusschen hel helderrood van het slag-
aderbloed, en hel donkerrood van het aderbioed.
Ik kan die kleur niet beter vergelijken dan aan deze
van bet bloed dat uit den neus komt. Voor zooveel
men er met het bloote oog kan over oordeelen, is
dit bloed gezond Rondom het wondleeken is eene
opzwellende ringslreep eerder bleek dan roodkleurig,
van ongeveer éénen centimeter breed, en welker uit
sprong allengskens in de omringende huid verdwijnt.
Ik had wel een goed vergrootglas willen bij de hand
hebben, om het wondleeken zelf eens nauwkeurig
na te zien. Doch, wanneer men meermaals hel bloed
afvaagt dat er voortdurend uitvloeit, kan men gemak
kelijk de volgende bijzonderheden beslaligen. De
gansche oppervlakte der wonde is rood, als bezaaid
met fijne ronde en kegelvormige heuvelijes, welke
door kleine voortjes van elkander zijn afgescheiden.
Dit zijn de tepeltjes en lepelvoren van de onderhuid
(a) in haren rcgelmaligcn toestand Drukt men een'
oogenblik met den vinger op hel wondleeken, dan
wordt hetzelve bleek, voor eenen stond schijnen de
(1) Het bloedomloopgestel is samengesteld uit: de slag
aders die het door de longen verlevendigd bloed, van liet hart
naar alle lichaanisdecleii voeren de aders welke liet bloed
van 't gansche lichaam naar het hart en longen vveêrbrengen
de hairpjne bloedvaatjes, in het lijnstc ge weefsel aller li-
chaamsdeelen gelegen om ze te voeden, en tuscchcn de slag
aders en aders geplaatst om deze met elkander in verbinding
te stellen. De kleinste dier vaatjes hebben slechts twee dui
zendste van een millimeter diameter 't ts dus wel niet recht
dat men ze hair/ijn noemt.
(2) De huid, het vel, kan in twee vliezen gescheiden wor
den de opperhuid (épidemie) dunne en doorschijnende plaat,
van bloedvaatjes beroofd, welke volkomen den vorm volgt van
de onderhuid (derme). Deze is dikker, en 't is in haar gcwecf-
sel dat zich de laatste takjes der zenuwen en bloedvaatjes ver
spreiden.
lepeltjes plat, als dichter bij elkair geperstmaar
welhaast dringt hel bloed wederom in bunne hair-
fijnu vaatjes, zij hernemen zoo even hunne roode
kleur, en hel bloeden gaal voort. Aan den binnenrand
der wonde hangt nog een lapje der opperhuid, over
blijfsel van de blaas of blein die hel bloedvloeijen
voorafgaat. Langs de palm der hand is geen bloed
te zien hel wondleeken bestaal er slechts in eene
rozekleurigc plek van dezelfde grootte als dil der
bovenhand. Een woordje over de betrekkelijke lig-
lig dier beide wondleekens hunne middelpunien
komen niet stiplelijk overeen terwijl de wonde der
bovenhand 5 centimeters van hel voreenigingspunl
der vingeren verwijderd is, komt die afstand slechts
op 3 centimeters voor de wonde van de palm.
De Imker hand draagt langs binnen eene rood
kleurige plek welke geen bloed geeft Op den rug is
een wondleeken, etn weinig kleiner dan dil der
rechter hand hel biedt ook dezelfde bijzonderheden
aan, maar bloedt niet zoo sterk.
De vier wondleekens der voeten zijn heden droog,
gelijk die van de palm der handen aan hel voor
hoofd, slapen of achterhooofd is insgelijks geen
bloed te bemerken. Hel bloed vloeit zoo overvloedig
uit de linker zijde en de rechter schouder, dal
hemd c-n bovenkleed er door bevlekt zijn. Een ge
voelen van betamelijkheid dal iedereen zal verslaan,
belette mij die wonden te onderzoeken.
Vroeger vertoonde zich ook de bloedvloeijing aan
het hoofd, onder den vorm ecner kroon. Doch bier
was blaas noch wond te vinden en de plaats met
een vergrootglas onderzoekende, zag men dal eene
kleine scheur der opperhuid aan hel bloed doorgang
leverde.
Louisa verloor dc eerste maal bloed op die buiten-
gewoone manier, op Vrijdag 2-i April 1868, langs de
linker zijde den vrijdag daarna langs dc zijde en
bovenkant der beide voeten. Den derden vrijdag
vloeide het tenzelverlijde nog langs boven- en bin
nenkant der twee handen. Later, op '25 September
1868, loonde zich de bloedige kroon aan hel hoofd
eindelijk, ongeveer drie of vier jaren geleden, ver
scheen het w ondleeken op den rechter schouder.
Al die wondleekens geven niet altijd gelijktijdig
bloed soms vloeit het uil drie of vier wonden, soms
ook uit minder of meerder getal. Maar de bloed
vloeijing heeft nooit plaats gehad dan den vrijdag,
en niet eens op éénen anderen dag der week Zij
begint gewoonlijk tusschen middernacht en één uur,
en eindigt meest tusschen vier en acht uren namid
dags. En hoeveel bloed verliest de jonge dochter
eiken vrijdag Lefebvre schal die hoeveelheid op
ongeveer '251' grammen, of een kwaart kilo; en voor
zeker is hij in die berekening beneden dc waarheid
gebleven.
Ziedaar de kruiswonden. Aardige zaak, toch
Een godvruchtig meisje, zonder geleerdheid, een
voudig en liefdadig, door geene lichaainsziekle aan
gedaan, verliest sedert tien jaren bloed, eiken vrij
dag, nooit op een' anderen dag, langs verschillige
plaatsen des lichaams cn die plaatsen-komen juist
en slipt overeen met degene waar de God-Mensch
de hevigste smarten leed En die bloedvloeijing ge
schiedt natuurlijk, van zelf, zonder dat eenig bedrog-
of ander middel daartoe worde aangewend, gelijk uit
ernstige en herhaalde onderzoeken gebleken is. En
wanneer hel bloeden heeft opgehouden, is aan de
wonden noch ontsteking noch etter te vinden, en ras
zijn deze door eene normale opperhuid bedektEn
den volgenden vrijdag vertoonen zich wederom de
zelfde voorvallen
Hoogtr heb ik reeds gezegd, dat Louisa gedurende
de geeslontheffing, teenemaal zoo van laslelijk als
pijnlijk gevoelen, beroofd is. Maar builen de ziels
vervoering, zijn de kruiswonden en derzelver om-
kring met eene uitstekende gevoeligheid begaafd
de zachtste aanraking ook veroorzaakt er onuitdruk
kelijke pijnen. Zelfs wanneer zij aan geene uitwen
dige ophitsing onderworpen zijn, staal hel meisje er
hevige smarten in uit. Indien mijn geheugen getrouw
is, leed zij slechts den vrijdag, lol in December 1X75;
de andere dagen gevoelde zij niets, woonde 's mor
gens de Mis bij, ging heen en weder, en gaf zich
gerust aan bare gewooae bezigheden over Maar,
omtrent bovengemelde tijdstip groeide baar lijden
buitenmate aan, zij moest verscheidene maanden
bedlegerig blijven, en van dan af tot nu toe, was zij
dag of nacht geen oogenblik om zoo te zeggen,
zonder smarten. Des vrijdags nochtans zijn hare
pijnen buitengewoon levendig, zoo dat zij in de
onmogelijkheid is baar bed te verlaten de andere
dagen kan zij zich met eenig hand- of keukenwerk
onledig houden, alhoewel zij bij tusschenpoozcn
verplicht zij hare laak te onderbreken. De smarten
zijn dus onophoudend, en van lijd lol tijd vermeer
deren zij zoodanig, dat de gelaatstrekken van Louisa
zich samenkrimpen. Dan is haar gezicht verduisterd,
en de oogen keeren zich hemelwaarts, als 't ware
om genade af te smeeken. Louisa lijdt alleenlijk in
de wondleekens, en in geen ander hoegenaamd deel
des lichaams. De aard der pijnen is vcrschillig, vol
gens dc plaats waar zij zich doen gevoelen. Aan
handen en voeten is liet eene doordringende on
snijdende pijn; aan voorhoofd, slapen cn achterhoofd
is het eene brandende pijn, gelijk aan die welke eene
ijzeren schroef zou te weeg biengen hei hoofd kroons
gewijze prangende. En zoo geweldig zijn de smarten
aan hel hoofd, dal de arme dochter hel aanraken
van haar oorkussen niet verdragen kan. Aan den
rechter schouder is 't een gevoel, alsof dit lichaams
deel onder ecu' harden en zwaren last verpletterd
wierd. Louisa lijdt onzegbaar in de linkerzijde;
ik vraag haar, waaraan zij die pijn vergelijken zou,
en zij antwoordt op mijne vraag juist met dezelfde
woorden als over twee jaren het is alsof u hel
hartuil de borst wierd gescheurd. En niettegen
staande dit onmenschelijk lijden, komt niet een enkel
woordje van gemor hare lippen ontsnappen, en men
bespeurt niet het minste leeken van ongeduld
Langen lijd hen ik dien dag mei Louisa in gesprek
geweest. Ik heb haar menigvuldige vragen van zeer
verschillenden aard toegestuurd zij heeft mij altijd
beleefd, bescheiden, eenvoudig en met veel oordeel
ceantwoord Zwetserij en wantrouwigheid zijn haar
onbekend, en eene ware ootmoedigheid veropenbaart
zich steeds in gansch hare doenswijze. Meer dan
eens heb ik aan hare oprechtheid strikken gelegd
nooit heb ik deze in fout gevonden. Maar, laten wij
hier liever hel woord aan den uitmuntenden profes
sor Lefebvre. Ziehier hoe de Leuvensche Hoogleeraar
zich diesaangaande'uildrula
Louisa heeft veel versland, doch dit verstand
heeft niets schitterend de inbeelding ontbreekt,
en men zou zeer getrouw het meisje afschilderen
met te zeggen, dal zij veel gezond oordeel bezit,
maar zonder fijnheid noch geestdrift.
Hare geleerdheid is zeer bepaald cventwel
heeft zij de grondbeginsels ontwikkeld welke zij
ter school ontvangen had: zij drukt zich in do
fransche taal uit met gemak en juistheid. Zij
leest, alhoewel met moeite, zij kan schrijven, doch
foutelijk.
Onder het zedelijk oogpunt, is hel eene oprechte,
eenvoudige, ik zou zeggen doorschijnende ziel. Zij
bemint de stille cn de eenzaamheid, en nooit
spreekt zij over de wonderen die zich in haer op-
doen. Zij heeft eenige vriendinnen der kinderjaren,
aan wie zij ccne ware genegenheid toedraagt. Ik
weet door zorgvuldige navorschingen dat zij nooit
over de geeslonthefling of kruiswonden handelen
Dit maakt een' afgeslotene wereld uil, waar zelfs
de beste vriendinnen niet worden toegelaten. De-
zeilde bescheidenheid wordt gevolgd tegenover
hare moeder en zusters welke ook nooit daarover
i« spreken in Louisa's tegenwoordigheid.
Een uitkomende trek barer inborst is de mensch-
c lievendheid. Hoewel zelf arm, had zij steeds eenen
drift om de armen bij le slaan. Toen zij bijna nog
kind was, verzorgde zij de zieken met volle gèla-
lenheid en wonder oordeel. In 1866 brak de Cho-
lera te Bois-d'Haine los Louisa verliet do huizen
niet waar de gcesel was binnengedrongen. Zich
a niet overal kunnende bevinden pastte zij in ééne
maand tien zieken op, ging du dooden in hunnen
lijkdoek wikkelen, en hielp ze dikwijls naar het
kerkhof dragen. En dan was zij nog een kind zij
leldo slechts zestien jaren.
Van hare kinderjaren af toonde Louis3 eene zeld-
zame godsvruchligheid. Ik bon over dc ecnvoudigo
godsvrucht van Louisa Laleau getroffen geweest.
Zonder overdrevenheid en zonder gemaaktheid
volgt zij getrouw den gebaanden weg. In bare in-
wendige cn zedelijke doenswijze zoowel als in
haar uitwendig leven loont zij iels eenvoudig, be-
scheiden en gematigd dal haar nooit verlaat
Dusdanig is Louisa Laleau onder het verstandelijk
en zedelijk betrek cn zulks is ook hel gevoelen van
al degenen die haar oprecht cn zonder vooiingeno
menheid heoordcclen. Zulks is ook hel gedacht van
doktor Warlomont, de geleerde verslaggever der ge
neeskundige Academie over de feilen van Bois-
d'Haine. Wel is waar. heeft een ander lid der Acade
mie geschreven, dal Louisa zeer weinig begrip of
versland heeft, dal zij sulachtig is, onwetend, nnn of
meer stompzinnig, aan zinsbegoocheling onderhevig,
krankzinnig, door den biechtstoel verstompt en ver
beest!'... Die heer woont misschien in 't land van
Pic de la Mirandole en toch kan ik niet aanvaarden
dat hij alléén legen honderden gelijk zou hebben Die
heoordecling is dus zeer verschillend macr die
schrijver is ook niet l' akkoord mol zijn eigen zelvcn.
Immers, bcnevcn die acngenaamlieden, schrijft hij
nog dat Louisa eene fijne komediespeelsler, eene
doortrapte leugenaarster is. Aardige bcoordeeling
Van den eenen kant is zij bot, stom, onnoozelvan
den anderen kant verwijl men haar dat zij de moeic-
lijkste van alle komedien speelt en gedurende tien
jaren lang duizende en duizende toeschouwers be
drogen heeft. Dil ware wel liet wonderste aller mira
kelen ook, geloof ik er volstrekt niets van. Maai hét
schijnt dal die schrijver nooit Louisa gezien heeft
en mijns dunkens zou hij hel zelf wel min of meer
bewijzen. Nu, houden wij ons daarmede niet langer
op en verlaten wij de kiuiswonddragendo, om haar
in de zielsverrukking van den namiddag weêr le
vinden. (vervolg later
HANDEL EN NYVERHEID.
Nieuwe Methode voor de Aerdappelteeltvermeer
dering van opbrengst en bewaring voor de ziekte.
I.
De aeidappel is het beste geschenk, dat de oude
wereld aen de nieuwe gedaen heeft. Dy is het ge
bakken brood, hy is de spys by uitmuntendheid en
schikt zich wonderlyk naer alle soorten van berei
dingen.
De aerdappel werd hier ingebracht op het einde
der XVI® eeuw, namelyk in loin hy werd in Opper-
Pc-ru aengekwcekl, wanneer de Spanjaerden hem
naer Europa overvoerden
Zicliiier, volgens Van Hulthem, wal er Karei Van
Sluis (Clusius), de beroemde planlenkenner, aen
wien men het invoeren van verscheidene tot dusverre
ongekende hoornen, heesters en bloemen in Vlaen
deren verschuldigd is,van zegthel is immers hy die
deindiaenschekastanjeboomeo, krieklauner.den azia-
tischen plalaen, den weslelyken cypressenboom, de
keizerskroon, de perzischc lelie en de schoonste
schakeering van tulpen hier ingebracht heeft):
Ik kreeg dc eerste kennis van den aerdappel,
zegde Clusius, door Philips de Sivry, goeverneur
van Bergen, in België, die my twee struiken met
o hunne vruchten, uit Weenen in Ooslenryk, zond,
in het begin van 1588, en het daeropvolgende jaer
kreeg ik de gekleurde afbeelding dier plant. Hy
had my hel verleden jaer geschreven, dat hy die
ontvangen had van eene goede kennis (a familiari),
van den legael des Pauzes, in België, onder den
naem van Tarluffi. De Ilalianeu weten niet, van
waer hun die plant vandaen gekomen is, maer het
is echter zeker dal zy die uit Spanje of uil Amerika
ontvangen hebben.
Van Hullhem haelt nog hetTheatrum pungarium»
aen, van F. Van Slerbeeck, van Antwerpen, 1675,
bladz. 327. Zyn schryver plantte den aerdappel in
zyn tuin, als een kruidkundige nieuwigheid'en niet
om er als voedsel gebruik van te maken, want men
geloofde over het algemeen, dal de aerdappel ver
giftigd was dil vooroordeel blesf verscheidene eeu
wen voortduren. Het was eerst in 1713, gedurende
den oorlog, dat de Vlamingen, ziende dat de engel-
sche soldaten acrilappclt»n gobrmklen, bemerkten en
zich overtuigden, dal die knollen niets bevatten wat
hinderlyk aen de gezondheid is. Van dal oogenblik
af, werd de aerdappel in de omstreken van Gent
geplant, om als voedsel voor menschen en vee ge
bruikt tc worden.
Later, er. nog veel later, werd dit gebruik eerst iu
Frankryk ingevoerd, en zulks nog door de behendig
heid van eenen menschenvriend le welen, in 1783
begon Parmenlier theotische en praktische midde
len aen le wenden om de teeling van den aerdappel
le doen aennemen. Ily gaf le Parys eene Verhan
deling voor den aenkvveek en liet gebruik van den
aerd,nppel uit, en daerna een Scheikundig onder
zoek dacrvan doch al dio poogingen hadden den
gewenschten uiislng niel.
De beroemde scheikundige Vauquelin trachtte om-
tent den zelfden lyd, door gelyke proefnemingen te
bewyzen dal een en dezelfde grond, met aerdappelen
beplant, twcemnel zooveel voedende kracht voort
brengen kon, dan met koorn bezaeid zyndc.
Ondanks al die bewyzen, hieven de Franschen in
den ouden slenter van landbouw en zich le voeden
voortdrenlelen. Maer koning Lodewyk XVI wist de
poogingen van Parmenlier naer verdiensten te waer-
deeren en hy ondersteunde die. Om den aerdappel te
doen kennen en tevens le doen zien hoe hoog hy de
waerde daervan schatte, droeg hy de bloem "dier
plant in hel knopgat van zyn kleed. Door die konink-
lyke goedkeuring kreeg Parmenlier eenen akker in
de omstreken van Parys, waerop hy aerdappelen
deed planten.
De bloeilyd daervan voorby, verzocht en verkreeg
Parmenlier eenige schildwachten, om den toegang
lot zyn aerdappelveld te beletten maer hun orde
woord was slapen, om alzoo de aerdappelen te laten
stelen het volk, de genomen voorzorg ziende, werd
door nieuwsgierigheid nengezet, om den aerdappel
te proeven en die peulvruchten verdwenen als by
tooverslag delist van Parmenlier gelukte dus aller
best de oproep lot de begeerlykheid om van de
verboden vrucht le eten, is hel beste middel geweest
om den aerdappel le doen kennen, en, als menschen-
voedsel, hy de Franschen in gebruik le brengen.
Dal is in weinige woorden, het historiek van den
aerdappel, van eene plant, waervan hel gebruik een
machtige verzachtmiddel geweest is tegen de terug
komst van gebrek en den schrik des hongersnoods,
die thans door de vryheid van den graenhandel, ge
lukkig verbannen is, dank aen de zoo werkzame en
de zoo aenhoudende propaganda van den terecht
vermaerden Cobden, dank aen de hervoiming van
Robert Peel, beroemd engelsch minister, eindelyk
dank aen de vryheid des handels
VOLKSKAMCR.
De Volkskamer heeft zich deze week by
voortduring onledig gehouden met het onder
zoek van 'l budjet des ministeries van openba
re werken.
De achtbare beer Minister heeft geantwoord
op een groot deel vragen en eiscben welke,
door verscheidene leden, ten voordeele hun
ner wederzydsche arrondissementen, waren
gedaen geweest.
Wat ons arrondissement betreft, heeft het
achtbaer Opperhoofd des ministeries van open
bare werken op de redevoering van onzen ver
tegenwoordiger, M. Van Wambeke, geantwoord
1° Dat het ministerie van openbare werken,
zal medewerken zoo veel hel in zyne macht is
aen de afbraek der huizen welke de intrede der
statie van Aelsl gevaerlyk maken.
2° Dal de werken van den yzerenweg Ant
werpen-Douai reeds aengevangen zyn, en alles
laet verhopen dat de sektie van Aelsl naer Op-
wyck in den loop van 1878 za! voltrokken zyn.
5® Dat er aen den eisch van 't Gemeentebe
stuer van Ninove zal voldoening gegeven wor
den voor wat betreft het brugje over den Den
der aldaer.
Op de andere vragen heeft de lieer Minister
tot hiertoe niet geantwoord.
In ons toekomend nummer zullen wy de ant
woord des lieeren ministers in haer geheel
meêdeelen.
Myn vriendmyn goede vriendmyn boezemviiend,
de shah van Haeltert, leidt heden een woelig bestacn
Geen dag, geen nacht of dc ongelukkige heeft zonderlinge,
aerdige, ja, zelfs, vrecslyke avonturen
Nu zyn het avonturen op zyne gemeente, dan tc Gent,
dan weêr te Adlst, enfin, 't is om er zoo grvs van te worden
als eene duif, wel te verstaen als men door 't een of 't ander
zyn hair niet verloren heeft
Zoo heeft onze goede vriend, onze boezemvriend, in den
loop dezer weck, eene aerdige, zeer aerdige, zelfs afrontelvke
avontuer gehad.
Onze vriend had gedroomd dat dc gouden lyd op nieuw
was acngebroken toen hy met Angelus in den militieraed
neteldeNu, hy nam dezen droom voor eene wezenlykbeid
en met 't krieken van den dag liep hy by ZYNEN sekre-
taris om hem die blyde tyding te boodschappen en liem te
bevelen alles in gereedheid tc brengen en voornamelyk voor
de papieren te zorgen
Rond 9 uren zagen wy onzen goeden vriend gcllankeerd van
ZYNEN' sekretaris ons stadhuis binnentrekken. Hy was zoo
danig in gedachten en gepeinzen verslonden dat iiy ons in
't voorbygaen niet bemerkteWy wilden hem niet stooren
en lieten hem gaen
Onze vriend en ZYN sekretaris klommen de trappen op
en traden met 'ncn geheelen wagen pretentie de zael binnen.
Onze vriend en zyn sekretaris niaekten zicli een dobbel-
kinncke, grocttedcn dc aenwezigen met eene diepe buiging
en namen eene statige houding
De aenwezige heeren waren zeer verwonderd over die
aerdige verschyning en vroegen aen onzen goeden vriend wat
er van zynen dienst was.
o Ik ben de shah van Haeltert, antwoordde onze vriend,
en ik wil hier zetelen niet MYNEN sekretaris
o Wie! wie! zytgyde shah van Haeltert Hom-
eens,vriend,gy zyt zeker eene deur niisgeloopen, 't is hier niet
dat ge zyn moet g'hebt hier geene zaken, wy hebben met
u geen het minste uitstaens, en wy verzoeken u de zael tc
verlaten.
a Wel ik heb hier in den tyd nog gezeteld met mynen
vriend Angelus, en mag ik hier niet zetelen dan krvgt gy de
papieren niel, want myn sekretaris heeft zc, ziedc wel,
en dan staet gy te kyken ik heb te Gent cn te Brussel ten
rade geweest en ge verstaetIk wil mynen prestige
niet laten verminderen!
Holakadóéé dat zullen wy eens zien indien de papie
ren niet rap op tafel liggen dan scliryvcn wy seffens met
den telegraef naer Gent en wee u dan Ge weet ge wel
dat gy u hier met niets te bemoeien hebt, en als wy u hier
in de zael toelaten dat het slechts eene goedheid is van onzen
kanti>
Deze krachtdadige bedreiging deedt onmiddelyk haer effekt
onze goede vriend cn zyn sekretaris gingen in eenen hoek
der zael beraedslagen, en na zich een weinig met droefheid
bekeken te hebben als wilden zy elkander zeggen hoe diep
zyn wy toch getunneld, besloten zy de papieren af te geven...
En zoo is het gebeurd dat onze goede vriend, onze boezem
vriend feestelyk aen de deur wierd gekegeld....
Ziet, wy tonnen ons niet weerhouden, wy moeten het
rechtuit zeggen: 't is in 't geheel niet schoon gedaen onzen
goeden vriend, onzen boezemvriend zulke affronten te bak
ken,Maer kom, koiu, alles wel ingezien, ik 't zal aeh
de heeren van den militieraed maer vergeven, ze wisten
immers niet dat onze goede sbah van zynen vriend Angelus
en den militieraed gedroomd bad
Als onze boezemvriend ons de eerste mael dat hy ons
ontmoet nu niet in zyne armen drukt en vuriglyk omhelst
dan verstaen wy er niets meer van
KRING DE VRIENDSCHAP.
Afdeeling van den Catholyken Schoolpenning.
De heeren leden van den Kring worden ver
wittigd dat er Zondag aenstaende, 17 Maert, om
8 uren 's avonds, zal overgegaen worden tot de
verkooping by opbod, der pryzen van de TOM
BOLA van 5 Maert, welke niet afgeliaeld zyn
geweest.
Onder de te verkoopen voorwerpen bevin
den zich één spiegel, één hangende horlogie, één
O.-L.-Vrouwbeeld, enz., enz.
Comptante betaling zonder onkosten.
Men gelieve het ruchtbaer te maken onder
de leden van den Kring.
KORREKTIONNEELE RECHTBANK VAN
KORTRYK.
I»e gevluchte Weeskinderen.
Men herinnert zich het gerucht, dat de libe
rale drukpers onlangs heeft gemaekt, over een
meisje dat ontsnapt was uit hel weezenhuis
St-Nikolaes, te Kortryk. Verleden dynsdag zyn
de dry vrouwen die deze ontvluchting hebben
bewerkt, voor de korrektionneele rechtbank
van Kortryk verschenen.
Deze zyn 1° Felicita Valcke, vrouw Claer-
hout2° Virginie Janssens, vrouw Deseck en
5° Adela De Coene, vrouw Habaert, alle wo
nenden te Kortryk, beschuldigd, in 1877, eene
minderjarige wees te hebben geschaekt of
doen schaken, uit het weezenhuis van St-Niko
laes, te Kortryk.
De advokaet, die volgens de liberale dagbla
den, een aental schandalen moets aen den dag
brengen was niet te zien. De beschuldigden
hebben zich zelve moeten verdedigen en heb
ben bekend dat zy plichtig waren. Tusschen
de getuigen bevonden zich de twee ontvluchte
weezen beiden verklaerden dat zy geene
slechte behandelingen hebben ondergaen, dat
zy nooit opgesloten zyn geweest noch bedreigd
in eenen kelder le worden geworpen, dat zy
het weezenhuis niet hebben verlaten omdat
het regiem er te streng wasmaer alleen
omdat de bestuerder haer had gedreigd dat hy
haer zou wegzenden Zy bekenden daerenbo-
ven dat zy slechts gestraft waren, omdat zy
ongehoorzaem waren en weigerden te werken.
Eindelyk hebben zy geloochend aen de be
schuldigden by hunne ontvluchting, te hebben
verklaerd dat zy in eenen kelder geworpen
waren of bedreigd erin te worden geworpen,
of dat zy streng gestraft en op water en brood
gezet waren iri eene afschuwelyke strafkamer
al feilen door een geuzenblad van Kortryk ver
zonnen.
Op liet rekwisitorium van het openbaer mi
nisterie zyn de beschuldigden veroordeeld 1°
Felicita Valcke tot vier maenden gevangenis
2° Virginie Janssens, tot twee maenden en
Adela De Coene, tot 13 dagen derzelfde straf.
Verder ieder tot een derde der kosten. Ziedaer
alles wat er overblyft van den laster der geu-
zenpers
ASSISEN DER PROVINCIE ANTWERPEN.
Zaek Mestag,
eene vrouw in stukken gesneden.
UITSPRAEK VAN 'T VONNIS.
De jury treedt in beraedslaging om op de
twee gestelde vragen te antwoorden
Heeft Mestag zyne vrouw vermoord
Is de moord met voorbedachten rade begaen
Het verdict van den jury is bevestigend op
beide vragen.
Bygevolg wordt Mestag ter dood veroor
deeld. De halsrechting zal plaets heb
ben op een der openbare markten van Ant
werpen.
De liberale dagbladen hebben weêr een
helsch gelier laten hooren ter gelegenheid der
aenbouditig van eenen Broeder der christelyke
scholen te Doornik.
De Courtier de l'Escaut meldt dat deze Broe
der den zelfden dag in vryheid werd gesteld.
MINISTERIEELE BESLUITEN.
By ministerieel besluit van 50 december
1877, zyn de volgende belooningen toegestaen
aen de onderwyzers, van het arrondissement
Aelst, welke de konferenciën bywonen en zich
onderscheiden in het volbrengen hunner plich
ten.
Eene belooning van 130 fr.aen: J. Reyniers,
onderwyzer te AelstF. Meirschman, id. te
Hofsiade V. Dierickx, id. Ie Ninove.
Eene belooning van 100 fr. aen P.J. Prové,
onderwyzer te Idegem H. Vergeynst, id. te
Deflinge.
Een boek ten titel van aenmoediging aen
A. Verpeylen, onderwyzer le Meerbeke 1 De
Porre, id. te Oordegem T. De Kegel, id. te
Wanzele ;F. Oste, id. te Aelsl J. VanGutte, id.
le Haeltert A. Smets, id. te üorsbeke P. F.
Meire, id. te Oombergen L. Matton, id. te
Steenhuyze Wynhuyze.
Eene eervolle melding aen D. De Rruyn,
onderwyzer te Aelst I. Bruggeman, id. te
Appellerre-Eychem J. B. Morraye, id. te Den-
derliautem A. Van Droogenbroeck, onderwy-
zeres te Ninove A. Van Gutte, id. te Haeltert;
R. Coessens, onderwyzer te St-Goorickx-
Audenhove C. L. De Ceuleneer, id. te Moer-
beke.
KONINKLYKE BESLUITEN.
By koninklyk besluit van 9 meert, is M. A.
de Haerne, benoemd lot arondissements-kom-
micsaris van Dendermonde, in vervanging van
M. J. M. A. Fraters, wiens ontslag aengeno-
men is.
WETTELYKE BESLUITEN.
Een koninklyk besluit van 15 meert, roept
het kieskollegie van het arrondissement Me-
chelen byeen, tegen dynsdag 2 april, ten 9 uren
's morgends, ten einde eenen Senateur te kie
zen, in vervanging van M. d'Ursel, overleden.
De kandidaten moeten worden voorgesteld
vóór donderdag 28 meertelk voorstel moet
ten minste door vyftig kiezers onderteekend
zyn.
In geval van balloteering zal deze zonder
nieuwe byeenroeping plaets hebben op dyns
dag 9 april aenstaende,ten 9 uren 's morgends.
Een groot deel onzer medeburgers hebben
donderdag jl. aen hunne verontvvaerdiging
lucht gegeven hy het hooren der hoogst onze-
delyke, eer- en laemschendende gezangen te
gen Z. II. Pius IX, zaliger gedachtenis, die in
onze stralen, door eenige militianen van 't
kanton Lede, gehuild wierden.
Is onze sledelyke politie zoo doof geworden
dat zy die afkeurlyke gezangen niet gehoord
heeft?01 wel, heeft zy ze niet willen hoo
ren 't Moet 't eene of't andere zyn want
niet eene agent heeft deze eerlooze gezangen
verboden.
Zou het niet mogelyk zyn al dat gehuil, ge
tier, gevloek te verbieden dat zekere militianen
der buiten kantons hier dagelyks maken Men
heeft hen wel destyds verboden met stokken
in de stad te komen
Wy roepen de aendacht des heerén Burge
meesters hierop in, en hopen dat Hy de noodi-
ge maetregelen zal nemen om te beletten dat
onze medeburgers voorlaen door onzedelyke
en faemschendênde gezangen zouden ontslicht
wordenHem alleen hooren wy.door 't pu
bliek, over de zaek verantwoordelyk maken....
Dynsdag 12 Maert, rond 8 uren 's mor
gends, zyn te Voorde, twee aeneenhangende
huizen, toebehoorende aen Karei Cleerebaut en
Petrus Scliokkaert, arbeiders aldaer, de prooi
der vlammen geworden.
Volgens de verklaring der geburen zou de
brand ontstaen zyn aen de schouwpyp die zich
tusschen de twee huizen bevindt.
De oorzaek wordt aen den slechten toestand
der schouwpyp toegeschreven.
De schade wordt berekend 1° voor Cleere
baut aen gebouwen fr. 1,000,00 en aen meube
len aen fr. 930,00, te zamen fr. 1930,00. 2°
voor Scliokkaert aeri gebouwen fr. 1300,00 en
aen meubelen fr. 600,00 te zamen fr. 2,100,00.
De vernielde gebouwen en meubels waren
verzekerd by de maetschappy Primes Bruxel
les, het eerste voor eene waerde van fr.
2,000,00 het tweede voor deze van Ir 2,130,00.
Zondag, rond 10 uren 's avonds, is een
opper rogge, toebehoorende aen den heer L.
Schollaert, landbouwer te Velsicque-Rudders-
hove.'door brand in asch gelegd. De verliezen
beloopen tot 2000 fr., door de verzekerings-
maetschappy gedekt. De oorzaek wordt aen
kwaedwilligheid toegeschrevende daders zyn
onbekend.
Wy vernemen met genoegen dat er te
Heusden verleden zondag een calholyk genoot
schap is ingesteld, met den titel van Piuskrittg
gegeven ter verbeerlyking van den overleden
paus. Eene instelling van dien aërd kan niets
anders dan goed doen, en wy wensclien de
stichters den besten byval en de meeste onder
steuning in bun loffelyk werk.
Brussel, 12 meert. Z. Em. kardinael
Dechamps is gisteren door den koning en de
koningin in het paleis te Laken, in gehoor ont
vangen.
Zondag avond heeft de policie, te Elsene,
den genaemden Camiel V...., een schilder,
wonende le Brussel, Roggegang, 17, aenge-
houden. De aengehoudene had verschillende
messteken in de zyde toegebracht aen zyne
vrouw, van welke hy sedert eenigen tyd ge
scheiden leefde. Het slachtoffer werd door een
geneesheer de eerste zorgen toegediend en
daerna naer St Pietersgasthuis gebracht. De
mari is ter beschikking van het parket gesteld
en in de gevangenis der Kleine-Karmelieten
opgesloten.
Een jammerlyk ongeluk is dynsdag nacht
in de statie van de Allee Verte te Brussel voor
gevallen. De genaemde Coene, stoker van Gent,
die met den trein was aengekomen in plaets
van te Aelst al te stappen, omdat hy onder
weg was in slaep gevallen, wilde met eenen
vertrekkenden trein terugkeeren. By het over
stappen der rails werd Coene door een loko-
motief getroffen en op den slag gedood, 't Hoofd
was in twee gesneden. De ongelukkige laet
eene weduwe met vier kinderen achter.
Zondag avond, rond 8 uren, vond de me
nigte eenen man zitten op den dorpel van een
huis in de Miraveldstraet, namelyk voor de
herberg Wiesbaden, te Brussel. Het gerucht
verspreidde zich dat er eene misdaed was ge
pleegd, want de man verloor zyn bloed door
eene diepe snede aen den pols waerdoor een
ader gebroken was. De gewonde werd onmid
delyk naer het St-Jansgasthuis gevoerd, nadat
hy een eerste verband ter plaetse had gekre
gen.
Eenigen tyd later was 't geweten, dat de ge
kwetste met den baes in de kelderkeuken koffie
had gedronken, waerby de twee personen
twist kregen. De baes zette zynen gast aen de