o5ste Jaer. Zondag', 15 April 79. 1700. YZEKEN WEG.— VERTREKUREN UIT AELST NAER VERTREKUREN UIT DE VOLGENDE STATIËN KIEZERS EN [[FAMILIEVADERS Kiezers en Familievaders PIER EN JAN, ER-BQ ABONNEMENTPRYS6 FRANKS 'S JAERS. De inschryving eindigt met 31 December. ANNONCENPRYS, per drukregel: Gewone 20 cent. Reklamen fr. 1,00. Vonnissen op 3d* bladz. 50 cent. Dendermonde. 4-55 6-4b 8-42 12-25 3-06 6-40 10.05 lokeren. 4-55 6-45 8-42 12-25 3-06 6-40 Mechelen. 4-551 6-451 7-i9d 8-42d Exp. 12e 3® KIlt-53d 4-04d Exp. 4* 2° 3* kl. 2-50d 3-061 6-00d 6-40/ 10-06d Exp. 1" 2® 3* kl. Aniw. 4-551 6-451 7-19rf 8-l2d Exp. 4" 2" 3» kl. 4-04dExp. 4® 2® 3® kl. 2-51'd 3-06/ 6-00d 6-401 10-06d Exp. 4® 2® 3® kl. Brussel, langs Denderleeuw. 4 40 0-00 7-19 7-50 8-12E 9-18 41-53 1-04 E. 4® 2® 3® kl.2-50 5-22Exp. !®2®3®kl. 6-00 8-49 9-09 10-06 Fxp. 4' 2*3® -kl. Des zondogs 8,59 's avonds houdt stil in de tusschenslalien. Leuven, Thienen, Luik,Verviers 4-40d 4-551 6-451 en 8-12d Exp. 4® 2® 3® kl. 7-50d 9-l8d (H-53d tot Leuven)l-04d Exp. 4® 2® 3' kl. 2-50d 5-2U Exp. 4® 2® 3® kl. 6-OOd 8-49a 40-06 Exp. 3 kl. i (4) Nota De lettor 1 beleekenl langs Termonde en de Gent, (5-00 's vryd.) 7-59E4®2'3®k 8-41 9-45 42-22 12-40 3-09 3-41 en 5-31 E. 4®2® 3® kl. 6-12 6-40 8-49 Exp 1® 2® 3® kl. 9-36 Brugge, Oostende. 7-59 Exp.4® 2® 3® kl.G-00 9-45 12-22 12-40 3 41 en 5-31 E 1® 2® 3® kl. 6-40 Doornyk, Mouscron, Kortrvk, Ryssel (langs Gend) 8-41 12 22 12-40 3-09 3-44 Èxp. 6-12 6-40 Doorn. Mouse. Korlryk, Ryss. (langs Alh) 6-00 7-50 11-53 0-00 6-00 Nmove, Gecraerdsbergen, Lessen, Alh 6-00 7-50 8-12 11-53 2-50 0-00 6 00 9-09 Bergen, Quiévrain 6-00 7-50 8-12 11-53 2-50 0-00 6-00 Enghien Braine, Manage, Charleroy, Namen langs Gecraerds bergen 6 00 f-00 41-53 2-50 0-00 6-00 Soltegem, langs Erpe-Meire. 6.05 (-725 's zat12.30 6.02 lotter d langs Denderleeuw. Calque Suam. NAER AELST ÜIT Atb 6.49 40.30 4.30 4.20 7.58 9.05 Antw. 5.25 6,35 9,15 9.50 40.50 E. 1' 2® 3® kl. 12-15 3-45 E. 102°3« kl. 3-35 4 45 5.55 6.50 E. 1® 2® 3® kl. 9.< 0 Brussel 7.20 E.1«2«3®kl. 7.25 9.00 H .06 11 53 1.55 3.02 Deszondags3,30 namiddag houdt stil inde tusschenslalien. en 4.53 E 1®2®3® kl. 5.01 5.55 7.05 8.10 E, 3kl. 8.20 Dendermonde 7.13 9.45 14.34 2.25 5.27 8.23 10.47 Geeraerdsbergen 7.27 41.08 2.07 4.58 8.33 9.41 Gent O.OOE 6 32 7.39 E 4® 2® 3® kl. 8.19 10.59 12.31 E 1® 2® 3® kl. 4.55 4-50 E 1.2.3. kl. 5.09 8.09 8.14 9.33 Exp. 1® 2'3® kl. bessen 7.09 40.50 4.50 4.40 8.18 9.25 Lokeren 6.35 9.01 40.57 1.49 4 50 7.50 Ninove 1-55 11.36 2.35 5.26 9.01 10.09 Oostende O.OOE 6.20E. 1 2 3 kl. 6.25 9.00 11.55 0 00 3 30 El® 2® 3® kl. 6.04 8.14 Exp. uit Gent naer Moortzeele, Sottegem, Geeraerdb., Enghien, Braine-le. Comte 5.52 8.12E 8.58 41.18 2.20 5.40 6.59 UIT GZERAERDSBERCEN NAER Maria-Lierde.Sotlegem, Moortzeele en Gent, 5.15 i 24 9 54 11.59 2.58 5.00 5.50E 8.51 uit Denderleeuw naer Haellert, Burst, Herzele, Sotleg. Audenaerde, Ansegen». Kortryk, 6.17 0.00 9.01 12.55 6.C9 7.20 i i u,T1 Sotteceu langs denderleeuw naer: Aelst, (5.45 s Zalerd.) 7.49 12.06 0.00 5.00 7.48 uit Antwerpen naer St. Nikolaes, Lokeren en Gent 0.00 7.15 8.50 10.55 2.05 3.50 7.15 ÜIT, ^nNT,N*5R Lokeren, St. Nikolaes en Antwerpbn 4.30 7.05 9.25 IO.50 2.20 5.25 7.05 Uit Sottegem langs Erpe-Meire. 7.49 2.00 7.48 Het ministerie is zoodanig overtuigd van de volksongunst welk© zyn wetsontwerp op t lager onderwys ten deele valt, dat bet deszelfs verdediging niet zelve durlt onder teekenen. Om tot het land te spreken, ontleent het ministerie de handteekens van de goever- neurs der provinciën. Het ministerie liaelt bedrieglyk teksten aen, derwyze er den waren zin of beteekenis van te verdraeien. De RELIGIE welke de wet van 1842 aen 't hoofd der leervakken plaetst, IS ER DOOR T WETSONTWERP BUITENGESLOTEN. Het art. 4 dat het ministeri- eele plakkaert in groole letteren afkondigt, heeft geen ander doel dan DEZE UITSLUI TING TE VERDUIKEN. De volzinnen van het vertoog der beweegreden verbinden de toekomende ministers iri geener voege, welke zich altyd aen den tekst der wet zullen kunnen houden, en ten andere, de voor waerden in de welke de priester, volgens dit vertoog, in de school, zal gedoogd of toegelaten worden, zyn zoodanig belachelyk, dat men op voorhand de onmogelykheid voor hem heeft daergesteld er de godsdienstles te komen geven. HET GODSDIENSTIG ONDER WYS ZAL DAEDZAKELYK NIET KONNEN GEGEVEN WORDEN. Het ministerie durft lid gezag van graef de Theux inroepen ter bekrachtiging van eene wet die de Religie buiten de leervakken sluit, slechts EENE FACULTATIEVE LEERGANG builen de klasuren loelaet en den onderwyzer VERBIEDT een ENKEL WOORD OVER DE RELIGIE te spreken. Het reglement door GRAEF DE THEUXgemaekt in overeenstemming met de Bisschop pen,voorziet in de uitvoering eener wet welke de RELIGIE aen 't hoofd van 't programma der leervakken PLAETST, de GODSDIENSTLES VERPLICHTEND MAEKT gedurende de klasuren en den onderwyzer BEVEELT de godsdienstige gevoelens in den geest der kinderen onoplioudelyk te ontwikkelen. Uw gezond oordeel zal beletten dat gy in den strik valt dien men aen uwe goede trouw door onjuiste en verdraeidc aenhalingen gespannen heelt. Het ware doel van 't wetsontwerp is aen 't land bekend gemaekt geweestde Minister die het onderteekende, heeft, reeds van in 18G4, den grond van zyn gedacht uitgedrukt in de volgende bewoordiging HET CATHOLICISMUS IS 'T KADAVER VAN 'T VERLEDENE, men moet het IN DEN GRAFKUIL STOOTEN dien wy het hebben voorbereid. Brussel, den 7 April 4879. Voor het midden Komiteit De Sekrelaris, De leden van 't Bureel, De Voorzittter, graef de Grunne. J. Malou. graef de Merode- Westerloo. V.Jacobs. De Ondervoorzitters, de Can nart-d'Hamale. Prins Eugeen de Caraman-Chimay. Het bovenslaende manifest is de antwoord der catholyke bewarende Denkwyze op den zoo laffen als hypokrieten omzendbrief, op 't bevel van 'tliberael ministerie, door de heeren Goever- neurs der provinciën onderieekend en in alle steden en gemeenten des lands aengeplakt,behalve daer waer men'zich aen de grillige bevelen der lykdelvers van 't catliolicismus niet heeft onder worpen. Wy raden onze onze vrienden der gemeenten aen waer de Overheden zich aen de grillen der ministers hebben onderworpen,'t is te zeggen, waer de hypokriete bulle van minister Itolin, het handteeken dragende van den goeverneur der provincie, is aengeplakt, er het bovenslaende manifest nevens te plakken of te hangen. Wy zullen deze gelegenheid waernemen om onze geachte vrienden, deelmakende van de Gemeentebesturen te errinneren.dat uit de beraedslaging in de Volkskamer blykt, dat niet eene wet of koninklyk besluit de Gemeentebesturen verplicht, omzendbrieven van den aerd van dezen welke wy hier bedoelen, af te kondigen of aen te plakken. De Gemeenteoverlieden zyn de slaefsclie knechten niet der maconnieke ministers, en inplaets van hunne zoo latte als hypokriete omzendbrieven bekend te maken, men werpe ze in de scheurmand om er later achlerpoortservietten van te maken iets waerloe zy alleenlyk weerdig- lyk kunnen dienen. De huidige toestand vergt dal wy, eatholyken, ons niet als bloodaerds toonen, integendeel, wy moeten krachtdadig zyn, in plat vlaemsch, onze tanden laten zien, opdat zy te Brussel zou den ondervinden dat wy niet van zin zyn gedwee het hoold te bukken voor de godsliatende dwinglanders of liever verdrukkers die aen 't belgisclie volk het voorvaderlyk Geloof, de kostelyke pand welke het bezit, wil ontrukken om het in goddeloosheid, onzedelykheid en 'ver derf te storten AELST, 12 APRIL 1879. Samenspraak van twee verstandige mannen over het wetsontwerp-Van Humbeeck. III. Het was wederom een prachtige lentedag menige vogel zong zijn eerste minnelied, menig bloempje ontlook tusschen het groenende gras en hel jonge landvolk verheugd over de ont waking der natuur deed de lucht weergalmen van zijn geschuifel en zijn luide vreugdekre ten. Pier Klaas wandelde in zijnen tuin met zij nen vriend Jan Smet. Zij waren ernstig aan t kouten en schenen zelf niet te bemerken hoe zacht de zon hen bestraalde en wat pogingen een klein hondje deed om hunne aandacht op zich te trekken en van zijne meesters eene kleine streeling te ontvangen. Had iemand ongezien tot bij de twee vrienden kunnen slui pen, hij zou de volgende samenspraak kunnen hooren hebben Jan. Ge zegt, Pier, dat minister Van Humbeeck de armen zal dwingen hunne kin deren tot zijne scholen te zenden. Dat kan hij immers nietHel onderwijs is vrij in Belgie een ieder gaat ter school waar het hem be lieft. Pier. Die vrijheid zoo als vele anderen zal Van Humbeeck wel weten te verijdelen. Jan. Hoe dat Pier. Zeg mij, Jan, indien Mr Van Hum beeck bij u kwam Jan. Ik zou hem aan de deur zetten Pier. Maar laat me spreken, JanIn dien M. Van Humbeeck bij u kwam en u zeg de Ik eerbiedig eens ieders recht en wil niemand te kort doen. Gij zijt landbouwer en moogt in vrede uw land bewerken en er de vruchten van gebruiken maar dezen 't huis of op de markten yerkoopen dat verbied ik u op de strengste wijze Wat zoudt ge daarvan zeggen Jan Jan. Ik zou zeggen dat het tijd is van Mr Van Humbeeck naar Gheel te voeren. Im mers wat zou ik met al mijne vruchten doen Mijne vette koeien kan ik toch in den pekel niet leggen Zeggen gij moogt niet meer verkoopen of zeggen gij moet ophouden land bouwer te zijn, dat is net hetzelfde. Pier. Dat is nogtans het voorstel dat minister Van Humbeeck aan de katholieke normaalscholen zou willen doen. Hij zegt hun: Gij moogt beslaan, het onderwijs is vrij maar niet eene van uwe leerlingen zal voortaan eene plaats van onderwijzer bekomen Jan. Zijn de leerlingen der katholieke normaalscholen zoo geteerd niet dan die van de staatsnormaalscholen Pier. Zij zijn geleerder; Jan, en bijzon derlijk over 't algemeen deugdzamer. Alleen lijk zij zullen niet opgevoed zijn volgens hel programma der vrijmetselarij, zij zullen aan God nog gelooven, zij zullen naar de kerk nog gaan. en Meester Van Humbeeck denkt dat de staat in zulke schoolmeesters geen betrouwen mag hebben. Jan. En wij denken dat wij volstrekt geen vertrouwen kunnen hebben in school meesters van zijn fatsoen. Hoe van het geene een mensch voor alles moet welen, van den godsdienst, daar welen ze niets van en wij zouden hun onze kinderen overleveren Maar, Pier, in eenen goddelooze kan tocli geen rede lijk mensch het minste vertrouwen hebben Pier. Dat gaat vast, Jan. Indien de god delooze de gelegenheid en de lust heeft mij te bestelen, wie zal hem tegenhouden Zijn pa welen 7 Hij heeft geen De vreeze Gods Hij gelooft aan God nietDe vreeze der wet Maar niemand ziel hem. Ook Voltaire, de grootvader van alle vrijdenkers, zegt ergens. lk zou geenen goddelooze voor koning wil len want ware het hem vóórdeelig, ik ben zeker dat hij mij zou verpletteren. Ik zou gee nen goddelooze voor dienstbode willen want in mijn eigen huis zou ik niet veilig meer kun nen leven. Jan. Wilde Voltaire geenen goddelooze voor koning of knecht, niemand zal eenen god delooze voor opvoeder zijner kinderen willen. Pier. Ja maar, als er geen keus is Er zullen weer lafaards zijn Jan. Onze bisschoppen zullen ons zoo niet verlaten, wees daar zeker van Overal zullen zij scholen oprichten de arme zal hun zijn koper brengen, de rijke zijn goud Wees er zeker van, Pier, bet geld zal hun niet ont breken in hel vlaamscli, in het katholiek hart zit nog geloof en moed. Ik zou liever mijne kinderen alle dagen een uur verre op mijnen rug dragen of ze onwelend te huis houden, dan ze naar Van Humbeeck's dwangbuizen te zenden. Pier. Daarin zoudt ge gelijk hebben, Jan. Hel is beter onwetend te zijn dan eene valsche geleerdheid te bezitten. Maar mi nister Van Humbeeck beeft al dien tegenstand, dien afkeer voorzien, en hij heeft middelen uitgedacht om hem, ten minste bij de armen, te verijdelen. Jan. Wat wil hij doen Hij zal toch hunne kinderen met geene gendarmen naar zijne dwangbuizen leiden Pier. Nu nog niet voor zulke slavernij is hei volk nog niet rijp. Maar durft hij de ijze ren keten nog niet gebruiken, hij hoopt dat eene verzilverde min afkeer zal verwekken. Jan. Wat wilt ge zeggen, Pier Pier. Rijke en godvruchtige personen hadden groote geldsommen achtergelaten om arme maar verstandige en brave kinderen in verschillige katholieke gestichten te laten slu- deeren. Vrijdenker Bara vond, over eenige jaren, middel om zich van al die beurzen mees ter te maken en geus Van Humbeeck wil ze nu doen dienen om jonge vrijdenkers te kweeken. Jan. Hoe is liet mogelijk Pier. N'og meer de schatten van het Bureel van weldadigheid zullen ook tot de ver spreiding van 't goddeloos onderwijs gebruikt worden. Jan. En hij wil die ook tot zijn helsch plan gebruiken Pier. Ja, men zal de noodlijdenden, ar me weduwen en zieke werklieden pramen hunne kinderen naar de goddelooze staats scholen te zenden. Men zal die ongelukkigen toeroepen geen onderband meer indien gij uwe kinderen aan de staatsscholen niet toe vertrouwt, in andere woorden gij zult uwe kinderen in de goddeloosheid laten opvoeden en onderwijzen of wel van honger en gebrek kreveeren Te Brussel, te Luik, te Waver, te Oostende, te Doornik, te Jumet, enz. is dit schandelijk werk reeds ingericht. Jan. Maar, Pier, dat zal wraak roepen bij God en bij de mensclien, op zulke onge hoorde schandelijke wijze, de ongelukkigen, in hunne godsdienstige gevoelens te folteren!... Hebben de geuzen dan geene ingewanden meer Pier. Ingewanden, Jan een hart wil ge zeggen... Ze hebben wel ingewanden maar de godshaat beeft ze verdord of ongevoelig ge maakt.... De goddeloozen zijn immers voor geen medelijden vatbaar. Jan. Maar, Pier, gij die alles weet, zeg mij eens wat ik moet gelooven. Gisteren boorde ik zeggen dat de heer Pastoor in Van Humbeeck's scholen nog zal loeglaten worden. Pier. Ja bijna als een hond in een kegel spel. Het zij vóór, hel zij na de gewone klasse, zegt de beer Van Humbeeck, zal de priester mogen den katecliismus leeren aan de kinderen wier ouders het begeeren. Maai ziet eens, Jan, wat, schijnheiligheid Meester Van Humbeeck weet zeer wel dal de priesters van zulk eene toelating geen gebruik kunnen maken en daarom juist heeft hij die toelating in zijn wetsontwerp gezet. Jan. Zet u neer, Pier, en leg mij dat eens goed uit. De twee vrienden stapten een zomerhuisje binnen en zetten zich neder op eene bouten bank die ben daar scheen te wachten. Na een oogenblik stilzwijgenheid bezag de grijzaard zijnen jongeren vriend in 't wil der oogen en sprak als volgt. Pier. Des avonds, wanneer gij moede gewerkt zijt, zeg mij Jan, hebt ge dan nog groote lust om, terwijl een ieder rust, nog eenig nieuw werk aan te vangen Jan. Volstrekt niet Pier. En denkt ge dat de kinderen van eenen anderen aard zijn Denkt gij dat ze de lessen van Mr den Pastoor met veel aandacht zal komen van hunnen speeltijd berooven Denkt gij dat het den ouders zelf zal aange naam zijn des winters hunne kinderen na zon ondergang nog in de school te weten Wie zal alsdan die kleinen naar huis brengen Of zal men ze door de duisternis maar alleen laten loopen Want, Jan, bemerk het wel des winters het is avond wanneer de school ein digt en hoe weinig de Heer Pastoor de kin deren nog wederlioudl, zal hel pekdonker zijn. Jan. Maar zou hij vóór de klasse niet kunnen komen Pier. En moet de man de misse niet le zen, de diensten niet doen wanneer er zijn Moet hij en moeten de kinderen des middags niet eten En begint de klasse niet kort na den noen Hoe zou hij dus vóór de klasse kunnen komen Jan. 't Is waar ook dat is zoo onmoge lijk als aan eenen haan doen eieren leggen. Pier. En zegde ik u gisteren niet dat meester Van Humbeeck overal vrijmetselaar- sche bewaarscholen wil inrichten In die scholen ook zou de Heer Pastoor de katecliis mus moeten leeren. Zal hij klein en groot, kinderen van vier tot veertien jaren, op eene plaats verzamelen Maar waar zal hij eene zaal vinden die al die kinderen, kleine en groote, meisjes en jongens, kunne bevatten En vond hij nog eene zaal die zou ruim genoeg zijn, hoe zal hij spreken aan toehoorders van zoo verschillende ouderdom en geestontwik keling Jan. Zou hij de kinderen niet kunnen verdeelen Dezen nu en de anderen later on- dérrichten Pier. En waar zou hij den tijd vinden Zal meester Van Humbeeck onze zieken bezoe ken, de verschillige ofïiciën, de begrafenissen, de diensten doen Zal hij doopen, biechten, berechten Zal hij het heilige schrift studee- ren, het sermoen gereed maken, den brevier zeggen, de misse lezen, prediken, de vrede tusschen de dorpelingen behouden Zal hij dat alles komen doen om onzen Heer Pastoor den tijd te geven overal gaan den katechismus te leeren Jan. Gij hebt gelijk, Pier de priesters hebben al werk genoeg. Pier. In vele dorpen zijn er twee of drij priesters maar daar is ook tweemaal of drij- maal zooveel werk. En, zeg mij Jan, welken indruk zouden 's priesters leeringen maken op kinderen die reeds vermoeid zijn, die zien dat hij in hunne school ter nauwernood toegelaten wordt, op kinderen die hem aanzien als den stoorder van al hunne vermaken, die uit den mond huns meesters hooren, die in hun schoolboeken lezen juist het tegenovergestelde van hetgene de priester hun voorhoudt Jan. Ja, want goede schoolmeesters zul len er uit Van Humbeeck's normaalscholen niet komen en die vrijdenker zal wel leesboe ken weten te kiezen waar zijne dwaze gedach ten in verdedigd worden. Pier. En waren de meesters nog goed, Jan, wat zou het baten zou Van Humbeeck hun niet zeggen als aan die van het athenaeum van Bergen Zwijgt, neemt onze gedachten aan, of gij zijt uwe plaats kwijt Jan. Neen, neen, Pier, nooit zullen de priesters in Van Humbeeck's dwangbuizen den voet zetten Zij, Gods vertegenwoordigers op aarde, mogen hunne waardigheid zoo niet ver nederen Pier. Dat hebben de bisschoppen in hunnen brief klaar genoeg laten hooren En toch roepen de geuzen nog Gij katho- Heken waarover klaagt gij Uwe priesters worden immers in de staatsscholen nog toege laten net als de protestantsche dominés of de joodscne rabijnen \iJaH' n~ Dat's Bene bittere spotternij! waar, i ier, om zijn gedacht uil te voeren zal munster Van Humbeeck veel, zeer veel scholen moeten bouwen, veel nieuwe schoolmeesters moeten benoemen en betalen P}e': Schrikkelijk veel. 's Ministers ge dacht is in elk dorp eene bewaarschool en eene school voor volwassenen te stichten. In de dorpen, (en zulken zijn er nog velen), waar geene staatsscholen maar van die goede bij zondere scholen bestaan, zal men staatsscho len bouwen want bijzondere scholen mogen deiT gemeente lliet meer aangenomen wor- Jan. Maar de Peruw heeft geen schatten genoeg om zooveel kosten te betalen Waar zal minister Van Humbeeck al dat geld halen ,erAlle de kosten zullen ten laste zijn der gemeenten de minister zal bevelen en de gemeentebesturen zullen moeten gehoorzamen. Nog meer indien de inkomsten der gemeente niet voldoende zullen wezen om al de onkos ten die de nieuwe goddelooze scholen zullen veroorzaken,te betalen,dan zal mendeGemeen- tebestuien er toe pramen nieuwe belastingen op de burgers te leggen.... En op die wijze zullen zij ons. katholipkp.n mpt penningen de goddelooze scholen, die wij ver- stooten en verfoeien, doen slichten en onder houden Welk vrije volk zal dit wil gedoo- gen... liet goevernement van Jantje Kees dreef het zoo verre niet.... Ja"- Maar. Pier, gij die van den gemeen teraad zijl, denkt ge niet dat dit wetsontwerp strijdt met de vrijheden der gemeenten Pier. Welzekers, Jan Het artikel 108 onzer constitutie zegt dat het aan het gemeen tebestuur behoort te regelen al wat van ge meentebelang is. Eu tot hiertoe heeft eenieder gedacht dat het lager onderwijs van gemeente belang is. Jan. Wel dat spreekt van zelfs. Pier. Ja, maar minister Van Humbeeck beweert het anders hij wil aan de gemeenten alle macht ontnemen hij kent maar eetle macht, maareenen god dat is de staat. Jan. In andere woorden de vrijmetse larij Maar indien de gemeentescholen van geen gemeentebelang zijn, hoe wil hij dan dat de gemeentebesturen ze bouwen en onder houden Pier. Daar versta ik niets van dat is tegen alle recht. Immers het artikel 110 zegt dat er geene gemeentelasten zullen ingericht worden tenzij met toestemming van den ge meenteraad. Jan. En niet een gemeenteraad is het geld zoo moede dat hij het, op bevel van mi nister Van Humbeeck, zal door deuren en ven siers werpen. Maar heeft dus niemand de gemeenterechten durven verdedigen in de wet gevende kamers Pier. Zekers, de achtbare heer Van Wam- beke, burgemeester en afgevaardigde van Aalst, heeft verklaard dat hij zich nooit aan zulk een onrecht zou onderwerpen. Jan. En wat hebben de geuzen hem ge antwoord Pier. pat zij hem zouden weten te dwin gen dat hij de omwenteling, de revolutie,pre dikte. Jan. Ha zijn recht verdedigen dat is de omwenteling prediken Hij predikt dan ook de revolutie degene die beweert dat hij de dieven zal uit zijn huis jagen Om hunne vrijheid te behouden hebben orize voorvaders bun bloed vergoten wij zullen vrijdenker Van Humbeeck toonen dat wij geen bastaardzonen zijn van die edelmoedige mannen Pier. Ja, alle wettelijke middelen zullen we gebruiken om te beletten dat het wetsont werp doorga. Gausch het land is reeds in rep en roer Men spreekt niet meer dan van peti tiën naar de kamers, pelitien naar den bis schop, pelitien naar den koning, pelitien naar de koningin Overal zijn er vergaderingen, meetingen en de befaamste redenaars spreken er over dat monsterachtig wetsontwerp. Zij doen aan het volk zien hoe al zijne vrijheden, vrijheid van onderwijs,vrijheid van godsdienst en eeredienst, gelijkheid der Belgen voor de wet, vrijheid der gemeente door Van Hum beeck's voorstel gekrenkt worden. Jan. Ja en 't volk is zeer opgewonnen er is eene beweging, eene vrees als of de Noordmannen in 'i land waren Pier. Noordmannen in 't land of geuzen in 'l land 't is bijna hetzelfde Jan. Onze gemeente heeft ook al hare petitie ingezonden, niet waar Pieter. Dezen avond zullen wij ze op maken. Jan. Ja, en ik wil ook eene opmaken Ik zal er mede in alle huizen gaan, elke huis-

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1879 | | pagina 1