56ste Jaer. Zondag3 Maert 1882. iV° 1851. YZEREY WEG.— VERTREKUREN UIT AELST XAEK VERTREKUREN UIT DE VOLGEYDE STATIEY dit Gent nabr 3W Bericht aen onze geachte Inschryvers. Liberale geldverspillingen. Godslastering. Vyftien jaren in de Galeien. Twee maten en twee gewichten. Misdaden. DE DENDER-BODE. ABONNEMENTPRYS6 FRANKS 'S JAERS. De inschryving eindigt met 31 Deceraoer. ANNONCENPRYS, per drukregel: Gewone 20 cent. Reklamen fr. 1,00. Vonnissen op 5de bladz.50 cent. Dendermonde. «-S6 6-43 8-45 3-09 6-38 9.55 Lokeren. 4-56 6-43 8-45 li-51 3-09 6-38 Mechelen. 4-561 6-431 1-Ud 8-Ud Exp. 3-kl. 8-451 11-59d 1-04d Exp. 1* 2* 3* kl. 2-51d 3-091 6-00d 6-38/ 10-06d Exp. 1* 2* 3* kl. Antw. 4-561 6-431 7-17d 8-12dExp. 3 kl. 8-45/ 1-04dExp. 1» 2» 3* kl. 2-51d 3-09/ 6-00d 6-38/ 10-06d Exp. 1* 2* 3* kl. Brussel, laugs Denderleeuw. 4 31 7-17 7-50 8-12 E 3 kl. 9-10 10-23 dir. 11-59 1-04 EHkl. 2-51 4-57 direct 5-20 E 6-00 8-49 9-11 10-08 E 3 klas. Leuven, Thienen, Luik, Verviers 4-15d 4-56/6-43/8-12d 3 klas. 8-45/ 7-50d 9-10* (li-59d tot Leuven) l-04d Exp. 1* 2* 3' kl. 2-51d5-20d Exp. 1* 2' kl. 6-00d 8-49d 10-08 Exp. 3 kl. (1) Nota. De letter t beteekent langs Termonde en d Gent, (5-00's vryd. 7-02 dir. 7-56 E 3 kl. 8-41 9-45 12-21 12-40 2-28 dir. 3-08 3-41 0-00 E 3 kl. 6-12 6-35 8-54 Exp 3 kl. 9-36 12-36 Brugge, Oostende. 7-56 Exp. 3 kl. 9-45 12-21 12-40 2-28 dir. 3.41 0 00 E 1* 2« 3» kl. 6-35 8-54 E 3kl. Doornyk, Mouscrou, Kortryk, Ryssel (langs Gend) 8-41 12-21 12-40 3-08 3-41 Exp. 6-12 6-35 Doom. Mouse. Kortryk, Ryss. langs Ath) 6-00 7-50 11-59 2-51 6-00 Ninove, Geeraerdsbergen, Lessen, Atb 6-00 7-50 8-12 11-59 2-51 O-I'O 6 00 9-11 Bergen, Quiévrain 6-00 7-50 8-12 11-59 2-51 0-00 6-00 Enghien Braine, Manage, Charleroy, Nair.nn langs Geeraerds bergen 6 00 f-00 11-59 2-51 0-00 6-00 Sottegem, langs Erpe-Meire. 6.05 (7-25's zat12.30 6.02 Moorsel.Opwyck, Mechelen, Antwerpen 5,10 9,30 3,246,12 letter d langs Denderleeuw. Culqne Sunni. NAER AELST ÜIT Alb 6.49 10.30 1.28 4.09 7.58 9.05 Anlw. 5.15 6,40 9,15 9.50 10.50 E. 1* 2« 3* kl. 12-15 3-15 E. 1°2#3* kl. 3-54 4.45 5.54 6.50 E. 1* 2» 3* kl. 9.10 Brussel 6.20 direct 7.15 E 3 kl. 7.30 9.00 11.06 U 53 I-HO dir. 1.55 3.02 E 0.00 5.01 5.50 7.17 8.15 E 3 kl. 8.20 11-45. Dendermonde 7.12 9.41 11.34 2.27 5.27 8.23 10.48 Geeraerdsbergen 7.22 11.08 2.04 4.50 8.33 9.41 Gent 6 24 7.39 E 3 kl. 8.15 9 43 11.07 12.31 E 3kl. I.55 4-10 dir. 0.00 E 5.06 8.09 dir. 8.18 9.35 E 3 kl. Lessen 7.09 10.50 1.48 4.29 8.18 9.25 Lokeren 6.38 8.41 10.57 1.48 4.56 7.53 Ninove 7.55 11.36 2.32 5.18 9.01 10.09 Oostende O.00E 6.04 6.20E. 1 2 3 kl. 9.00 0.00 0.00 II.12 E 3 kl. 11-55 2.10 0.00 E 3 kl. 6.04 Moorlzeele, Sottegem, Geeraerdb., Enghien, Braine-le- Comte 5.50 8.12E 8.58 11.18 2.20 5.40 6.55 6.59 UIT GZERAERDSBERGEN NAER Maria-Lierde,Sottegem, Moortzeele en Gent, 5.15 7.24 8.35 dir. 9.54 11.58 2.58 4.48 5.50 E 8.51 OIT DeNDBRLBEUW NAER J Hacllerl, Burst, llerzele, Sotleg. Audenaerde, ADsegem Kortryk, 6.17 0.00 9.01 12.55 6.C9 7.20 direct. hit Sottegem langs dendeiileeow naer Aelst, (5.38 's Zaterd.) 7.49 12.06 1.28 5.00 7.48 dit Antwerpen naer St. Nikolaes, Lokeren en Gent 4.50 7.15 8.50 10.55 2.05 3.50 7.15 oit Gent naer Lokeren, St. Nikolabs en Antwerpen 4.30 7.05 9.25 1O.50 2.20 5.25 7.05 Uit Sotlegem langs Erpe-Mcire. 7.49 1.58 7.48 uit Antwerpen (zuid) naer Opwyck, Moorsel en Aelst: 5,50 10,04 4,17 7,12 AELST, i MAERT 1882. Wy berichten onze geachte inschryvers welke het abonnement van 1881 nog niet heb* ben betaeld, dat wy de vrybeid zullen nemen, hen, dezer dagen,eene kwittantie door de Post te laten aenbieden. Men merke wel op dat wy slechts de betaling van 't verloopene jaer 1881 vragen. Wy zyn overtuigd dat eenieder op eerste verzoek zal betalen,ten einde ons verder werk en onkosten te sparen. Nauwelyks twee jaren geleden deed het liberael ministerie, door zyne slaefsche meer derheid, eene gelieele reeks nieuwe belastin gen en rechten stemmen. Nieuwe belasting op 't planten van tabak, verhooging van T zegelrecht, der accynsen op de sterke dran ken, van den vervoerprys der reizigers en koopwaren langs de yzerenwegen, verzwaring der inkomende rechten op talryke artikelen te veel om hier te melden. Het is onbetwistbaer dat alle deze nieuwe belastingen, de staetsontvangslen merkelyk hebben doen klimmen. De vergelykende tabels door het Staelsblad afgekondigd,bewyzen ons op de ontegenspreke- lykste wyze dat de rechtstreeksche en onrecht- slreeksche belastingen, in 1881, een-en- twintig millïoenen franks, meer hebben opgebracht dan in 1880. Voegt hierby nog dat het gemeentefonds, ook in 1881, een millioen meer heeft gegeven dan vroeger. En de liberale gazetten van allen kaliber besluiten hieruit, dat de financieele toestand van ons land zeer bloeiend is. Doch by 't minste onderzoek blykt liet zoo klaer als de middagzon, dat onze openbare schatkist wel in zulke goede lakens niet zit, als de liberale schryvelaers het willen doen gelooven. En inderdaed, men errinnert zich nog wel dat minister Grau, onder voorwendsel dat de Sfaetsgeldkist door het afgetredene cathoHek ministerie byna tot op den bodem was plat getrokken, in 1879, ongeveer 12 millioenen nieuwe belastingen en rechten deed stemmen. Die nieuwe belastingen zyn hoogst noodzake- lyk, riepen de liberale woordenkramers uit, want de catholieke ministers hebben een te kort in de kas nagelaten van verscheidene millioenen.... Doch dit was eene grove leugen de liberale ministers en hunne handlangers wisten in hert en ziel dat de gevallene catholieke Siaels- regering niet een tekort maer wel eenen boni van verscheidene millioenen had nagelaten. Maer zy voorzagen dat hunnen schoolstryd millioenen en millioenen zou verslinden, en, om er te kunnen in voorzien, moesten zy geld slaen. Nu, wie nieuwe belastingen stemmen trekken zich de misnoegdheid van 't volk op den bals, zy maken zich halelyk, en om al de hatelykheid op den rug der catholieken te laden, vonden de liberale ministers de logen van een tekort in de Staetskas uit. Wy zeggen de logen van een tekort, en eene grove leugen was het inderdaed... Het verslag der Rekenkamer toont ons ontegenspreke- lyk aen dat het catholiek ministerie niet eenen mali, maer integendeel eenen boni heeft nagelaten. Gedurende 't laetste jaer dat onze catholieke vrienden het bewind in han den hadden, beliep de overschot der ontvangs ten op de uitgaven lot meer dan 18 millioenen. 't Voorlaesie diensljaer gaf insgelyks eenen overschot van meer dan zes millioenen. Dus totael voor de twee dienstjaren 25 millioenen, die onze gewezene catholieke ministers aen hunne liberale opvolgers hebben nagelaten na dat alle de rekeningen waren vereffend.... En zeggen dat het huidige liberael ministerie toen liet, om zoo te zeggen, in de millioenen door de catholieken nagelaten zwom, al die nieuwe belastingen, onder voorwendsel van een tekort in de kas, door zyne sleepdragers der Kamers deed stemmen Wellicht zou men denken dat de 12 millioe nen nieuwe belastingen die jaerlyks door arm en ryk moeien afgeduimd worden, de staels- geldkas nu in eenen buitengewoonen bloeien- den toestand moeten gebracht hebben, en dit bezonderlyk, omdat de catholieke ministers eenen boni van 25 millioenen in plaets van eenen mali hebben nagelaten Daer is niets van integendeel, Joos zit ge weldig in de staetskas.... Nu, heden, is het geene logen te beweren dat een aenzienlyk tekort in de openbare geldkist wordt bestatigd. Men raedplege 't laetste verslag der Rekenka mer en men zal vinden dat de hedeiidaegsche liberale ministers, de twee eerste jaren van hun bestier een tekort van 60 millioenen hebben veroorzaekt. Waeraen heeft 't liberael ministerie al die millioenen verspild Heeft het die millioenen gebruikt om den verkwynenden landbouw, de zoo beproefde nyverheid, den slapenden koophandel er op te beuren, te helpen en te doen ontwaken Neen, geene roode duit wierd er van uitgege ven ten voordeele dezer dry takken welke nog- thans alleen den algemeenen voorspoed en welvaert des volks kunnen bewerken en ver zekeren.... Alle die millioenen wierden verkneukeld aen den onvaderlandschen schoolstryd die overal twist en tweedracht onder de zonen van een en 't zelfde vaderland werpt. Ja, millioenen en millioenen heeft men over voor de scholen zonder God en zonder leer- lin gen, maer voor alle de zaken die 't geluk en de welvaert des volks kunnen bevorderen, is er geen kwaed oordje over Zullen de Belgen die schandelyke geldver spillingen ten voordeele der ongodsdienstige of onzydige scholen blyven gedoogen Zullen zy blyven verdragen dat alle de in komsten des lands aen den onvaderlandschen schoolstryd by zooverre worden verkwist dat er voor de bestryding der landbouw, nyver heid- en koopharidelcrisis geen centiemke meer overblyft Wy gelooven het niet.... Wy hebben de ge gronde overtuiging dat bet kiezerskorps met Juni aenslaende, een einde aen de wraekroe- pende geldverspillingen onzer liberale minis ters zal stellen. Wat meer is, 't ware volk is de liberale dwinglandy beu. Ja, met Juni aen- staende zal 't kiezerskorps de gevloekte libe rale ministers uit hunne zetels verdryven en in hunne plaets mannen doen optreden met ware volks- en vaderlandsliefde bezield, welke overal en alles de opperste belangen van land en volk moediglyk zullen bewerken, in plaets van dezelve aen hunne partybelangen te slacht offeren, gelyk de liberale ministers bet heden doen. Weg dan met de liberale ministers die den vooruitgang, de welvaert des volks aen hunnen boozen godsdienst- en priestershaet slachtof feren en hiervoor millioenen en millioenen erslinden Weg met hel liberale ministerie Weg Weg Z. H. Mgr. Deschamps, Aerlsbisschop van Mechelen, even als Z. H. Mgr. Bracq, onze doorluchtige Bisschop, handelden in hunne Vastenbrieven over de wraekroepende zonde der godslastering waeraen personnen van allen stand en ouderdom zich met eene duivelsche boosheid schuldig maken. Onze geëerde lezers hebben de bevelbrieven van HH. Hoogweer- digheden gelezen of hooren lezen, en hoe beantwoord de goddelooze drukpers die vader- lyke vermanir.gen?Ziet!iier een staeltje geknipt uit de Chronique van Brussel. Wy vertalen letterlyk lk ken, zegt de gewone opsteller der Chroniqnegodslasteraers die zeer brave lieden zyn, ik by voorbeeld. lk zie geenzins de afgryselykheid die er in de godslastering bestaet, wel integendeel. De godslastering, gelyk ik die versta en met a vurigheid uitbreng, Isidoor, neme het niet kwalyk, is het gezwets met de god- delyke zaken, (wil zeggenIs den spot dryven met de goddelyke zaken.) Welnu, dewyl de goddelyke zaken de domste en de kluchtigste van alle bekende zaken zyn, schynt het my heel natuerlyk en gansch onnoozel met deze te zwetsen. Maer welk vernuft, die Isidoor Hy zelf heeft het geneesmiddel gevonden eene bende deelgenoten ingericht om als pape gaeien te herhalenGeloofd zy Jesus-Christus (3* VERVOLG lk boorde eene zeggenArme jongen Ik zag naer dea man op die zonder een woord te spreken de lanlaern vasthield, hy bleef echter stom en wees slechts naer den grond nevens my.Toen ik myn hoofd omwendde, zag ik dat hy het gewone stuk brood ge bracht bad,doch in plaets van soep kreeg ik nu water, hetgeen my even goed smaekt6 Hy bleef niet wach ten tot ik myn avondmael gebruikt had, want nadat hy het my aengewezen had nam hy het licht mede en liet my weder in de duisternis alleen. Den volgenden dag kwam ik weder in myn eerste verblyf terug, nu echter werd ik met den stomme aen een ketting vast geklonken; dit was eene bepaelde verbetering in mynen toestand, want onder myne omstandigheden zag ik bet meest op tegen de gesprekken van eenen ruwen makker. Zoo ver my bekend is, werd er niet het minste onderzoek gedaei. naer het gebeurde van den vorigen nacht, ik weet niet of men ons en dit is wel het waerschynlyksle voor zulke doortrapte booswichten hield dat hel er weinig op aen kwam, hoe een onzer om helleven raekle, en dat, dus de ci piers wisten al te luisteren wat er by ons voorviel, zonder dat zy by ons waren (en dit vermoed ik omdat ik nimmer eene opening heb kunnen ontdekken waer- door zy hel geweer hadden afgeschoten)of wel dat, zooals ik later dikwyls gedacht heb, de stomme ter vermindering van straf als spion gebruikt werd,maer dit is zeker, er werd nooit gezinspeeld op den dood- gescholene.noch op het verdere lol \3n den man, die voor president speelde en die met het lyk te gelyk- tydig uit ons verblyf verdween. Ik verwachtte bepaeld dat men een meer stelsel- matigen aenval tegen my zou beproeven.maerditwas gelukkig hel geval niet, en in een gevecht van man tegen man had ik niets te vreezen omdat zy geene wapens by zich droegen Wel had ik natuerlyk be schimpingen en beleedigingen te verduren zoolang dezt» echter ir. woorden bestonden, sloeg ik er geen acht op, en wanneer zy verder gingen, dan bediende ik my van kracht, liet eenige middel dat met zulke ellendelingen te gebruiken is. Dry jaren lang arbeidde ik met denzelfden man aen een ketting byna even slilzwygend als hy; het eenige wat ik nog sprak was somtyd3 met de opzichters der werken waerloe men ons gebruikte. Na dezen tyd verdween myn medegezelof hy evenwel vry was of ergens anders heen ging, heb ik nooit geweien. Het zal misschien vreemd schynen als ik zeg dal ik, niel- legenstaende zyne talryke misdaden zoo aen hem gewoon was geworden dat het my speet toen ik hem missen moest. Misschien droeg de vrees dat zyn plaetsvervanger niet zoo gemakkelyk zou zyn, daer ook veel toe by. Ik werd eenige dagen alleen gelalen en begon reeds te hopen dat dit zoo zou blyven als eene kleine belooning voor myn onberispelyk gedrag: in den tyd dal ik in het boven beschreven hol was. had ik begrepen hoe nutteloos eenigen weerstand zou zyn en trachtte my dus allyd te herinneren, uil welk oogpunt de beambten^my beschouwden; deze gedach ten beteugelde myn driftig karakter veel,zoodal ik|nooit •iraf kreeg voor verzet tegen de beambten, maer zy kónden toch niet beletten dat ik verschrikkelyk leed by elke onbeschoftheid dio ik ondervond; dit laetste gebeurde ongelukkig maer al te dikwyls, want de beambten waren zoo gewoon allen die onder hun bevel stonden op dezelfde wyze te behandelen, dat het hnn onmogelyk was .onderscheid te maken tus- schen hen die vry willig werkten of die hel met nor- schen tegenzin deden Spoedig verdween myne hoop om alleen te worden gelaten. Op een morgen werd een man, die slechls weinig ouder was dan ik, maer zvvaerder geboeid, by my vastgeklonken. Wy namen elkanders gezichten aen- dachlig op. Zyn uitzicht was streng en dubbelzinnig hoewel niet bepaeld slecht, zoo dat ik onwillekeurig belang in hem stelde toen .ik zyn vroeger leven hoorde. Verlegenheid was echter de hoofduitdrukking van zyn gezicht, wanneer hy my aenkeek; dien dag be proefde hy niet ongehoorzaem te zyn aen den regel die ons het slilzwygen oplegde, maer hy stelde zich hiervoor schadeloos toen wy in ons nachlverblvf kwamen.Ily beantwoordde dadelyk al de hem gedane vragen, en spoedig wisten wy waerom hy buiien- gewone boeien had, het was hem eens gelukt zyne vorige gevangenis te ontsnappen, iloofdzakelyk was hy nu hierheen gezonden, daer hy op het punt had gestaen een veldwachter te dooden, maer volgens zyne getuigenis was deze daed niet erger dan hon derd andere waer hy zich aen had schuldig gemaekt; over het algemeen genomen behoorde hy nog niet tot de ergste soorten. Ik houd niet van morren en voel allyd zekere ver achting voor een man die noodeloos klachten uit daerom wil ik weinig meer van myn vroeger lyden vertellen en liever zoo spoedig mogelyk overgaen lol het lydslip dat ik my weder mogt verheugen. Myne lange 3lrafjarcn brachten hoegenaemd geene verzachting in mynen toestand. Dal myne gezondheid zoo goed bleef, kwam, naer ik veronderstel, door myn voortdurend hard werken in de open lucht maer niettegenstaande myne beste pogingen daer- tegen dwaelde myn geest toch dikwyls af by de ge dachte wal ik nu geweest zou zyn, indien ik de wen- schen myner vrienden in het kiezen van eene loop- baen gevolgd en die ongelukkige reis nooit onder nomen had. Vyftien jaren reeds was ik gevangen toen ik opeen namiddag, lerwyl wy, alvorens met ons dagwerk i te eindigen, bezig waren de worven schoon te ma- kei, verschrikt opsprong over den spoed, waermede I de cipier op my| afkwam cn myne hand-boeien los- rnaekte. Toen hy hiermede gereed was, trad een man die hem vergezelde en dien ik nauwelyks op gemerkt had, naer my toe en hood my zyne band. I Ik zag hem scherp aenhoewel ik een buitengemeen goed geheugen heb wanneer het gelaetslrekken betreft, duerde het toch eene poos eer ik in de ver anderde trekken van den man die voor my stond mynen ouden vriend en raedgever, Langenis, her- kende. Wy drukten elkander de hand, en wat ik daerby gevoelde, zal ik niet pogen te beschryven; wanneer wy er behagen zullen in vinden met den Godsdienst te spotten. Het is de uitroeiing der godslastering door a de uitboeting. Leve God, Mynheer de Cardinael, alles is gered Men bemerke dat deze goddelooze woorden- kramery de tael is die de meeste liberale dag en weekbladeren gewoonlyk voeren. En dan zyn de godslasterende inktbeesten kwaed als bezetenen wanneer de Catholieke Geestelyk- heid de lezing van alle die helsche liberale gazetten verbiedt Het arrest dat 't Verbrekingshof in zake van den heer Burgemeester van Rotisse komt uit te spreken, stelt een princiep daer 't welk tegenstrydig is aen 't bestuerlyk stelsel dat tot hiertoe in de groote steden werd gevolgd. Wy catholieken beweren dat, naer luid van 'tart. 15 des dekreets van prairial jaer XII, de kerkhoven in zooveel deelen moeten ge scheiden worden als er eerediensten in de gemeente beleden worden. Wat zegt dit artikel? In de gemeenten waer verscheidene eere diensten beleden worden, moet elke eere dienst eene bezondere begraefplaets hebben, en, in geval er maer een kerkhof bestaet, zal men het, door muren, hagen of grachten, in zoovele deelen splitsen als er verschillige 4 eerediensten bestaen, de grootte van ieder 4 deel in evenredigheid van het getal inwoo- ners van eiken eeredienst. Wat doel het Verbrekingshof Het legt dit zoo klaer artikel op eene valsche wyze uit en leidt uit zyne verdraeide uitlegging af dat de splitsing of verdeeling der kerkhoven alleen mag gebeuren in die steden en gemeenten waer verscheidene eerediensten beleden worden, De rechterlyke vervolgingen tegen de acht bare heeren Burgemeesters van Ninove,Ronsse en Ingelmunster, zyn dus, volgens de nieuwe rechtsleer van 't Verbrekingshof, gewettigd, omdat, in die gemeenten, de inwooners maer eenen enkelen eeredienst belydende, liet kerk hof niet mocht verdeeld worden. Alle de over ledenen moet men daer op 't zelfde kerkhof begraven De begraving vari eenen overledene op het gedeelte afgescheiden van 't gemeen kerkhof, is dus een sirafbaer feit. Nemen wy aen dat de heeren Burgemeesters van Ronsse, Ninove en Ingelmunster de wet hebben overtreden, iets wat wy ten sterkste betwisten. Maer wat gebeurt er Elkeen weet zoowel dan wy, dat er te Brussel, te Gent, te Antwerpen, te Luik, te Bergen, te Charleroi, enz., enz., verscheidene eerediensten beleden worden. Volgens de rechtsleer van 't Verbre kingshof zouden aldaer zooveel kerkhoven of deelen van kerkhoven moeten bestaen als er eerediensten beleden worden, doch juist in de plaetselyklieden hebbende liberale regeeringen de verdeeling der kerkhoven afgeschaft. Vol gens de nieuwe rechtsleer van 't Verbrekings hof overtreden de Burgemeesters van Brussel, Gent, Antwerpen, Luik, enz., enz., dagelyks het art. 15 des dekreets van 't jaer XII. Waerom worden die liberale Burgemeesters niet vervolgd gelyk de achtbare en moedige catholieke Burgemeesters van Ninove, Ronss§ en Ingelmunster Dat deliberaleschryvelaersons dien waerom eens uitleggen?... Maer ze zullen weêr zwygen dat ze zweeten. die groote zedemeeslers.om de goede reden daC zy de partydige handelwyze van zekere aen 't liberalismus verslaefde par ketten onmogelyk rechtveerdigen kunnen Men klaegt gansch 't land door over de-ver menigvuldiging der dieiien en moorden, die mei de meesie schaamteloosheid en wreedaer- digheid gepleegd worden. Ongelukkiglyk wor- den, in de meeste gevallen, de daders door 't gerecht niet ontdekt en blyven zy ongestraft. Te Antwerpen, te Brussel, te Cent, te Bergen en meer andere plaetsen wierden in den loop dezer laetste jaren wreede moorden en stout moedige dieften met braek en beklimming ge pleegd, zonder dat de daders door 't gerecht zyn opgespeurd geworden. De Hainaut van Bergen meldt dat het Parket aldaer in 't opzoe ken der misdadigers niet gelukkiger is dan deze van Antwerpen, Brussel, Gent, enz.. Sedert een jaer werden er binnen 't rechtsge bied dier stad acht moorden bedreven die allen ongestraft zyn gebleven omdat de daders niet ontdekt wierden. Op vele plaetsen verkeeren de vreedzame lieden vol angst en vrees. Welke is de oorzaek dat de gerechtsbedie- naers nu mooielyker de misdadigers ontdekken en vangen dan vroeger Is het getal dezer nut tige ambtenaren verminderd?... Neen, integen deel, want de Parketten, de gendarmen, de commissarissen en agenten van politie zyn overal versterkt geworden; men telt heden twee dezer ambtenaren waer voortyds een enkele te vinden was.... De oorzaek, volgens ons, is dal de gerechts- bedienaers niet zyn versterkt geworden, in evenredigheid, der talryke misdaden en moor den die heden gepleegd worden naer plannen die met eene helsche doortraptheid en stout moedigheid berekend werden. En aen wie de schuld van die bedenleelyke vermenigvuldiging der misdaden Aen de liberalen, aen de predikanten der onafhankelyke zedeleer, die het laetste vonkje godsdienstig gevoel uit de herten van vele lie den hebben gerukt.en hen aldus in 't schande- lykste zedeverderf hebben doennederstorten... Wat zal het later wezen, wanneer de scholen zonder God lallooze lieden zonder eenig gods dienstig gevoel op 't tooneel der wereld zullen gebracht hebben Men weel lietWie de alziende oog van God niet vreest, is vaek tot iedere misdaed veil, tot iedere schelmstuk in staet in zyn verouderd voorkomen zag ik dat ook myne jeugd reeds voorby was gevlogen de herinnering aen al myne verlorene illusiën, welke door zyne tegenwoordigheid nu slechls met verdubbelde kracht opgewekt werden om my te duidelyker aen te toonen hoe hopeloos hare vervulling was, folterde my zoo hevig dat ik dankbaer zou geweesl zyn zoo ik plotseling dood ware nedergevallen. Myne wys- begeerte (waermede ik iets bedoel dat my te heilig loeschynt om genoemd te worden by gewone dage- lyksche zaken) gaf my echten dadelyk myne zelf- beheersching weder. Hel kwam in hel geheel niet in my op dat zyn bezoek eene andere oorzaek kon hebben dan zyn verlangen om, nu hy de stad bezocht, te vernemen water van my geworden was, maer toen de cipier my met de complimenten van den goe- verneur zyne uilnoodiging bracht om hem in zyne vertrekken te komen, begreep ik oogenb'.ikkelyk dat myne onschuld eiDdelyh ontdekt was, want al zou myn goed gedrag my ook vermindering van straf be reid hebben, eene zoo beleefde uilnoodiging van den goeverneur had ik er toch nooit door ontvangen lk trachtte zoo goed mogelyk te loopen;de bittere gevoe lens over myn geleden onrecht, de gedachten aen hel geluk waer men my zoo ohrechtvaerdig van beroofd bad, de vernederingen en zedelyke pyningen waer ik gedurende vyftien jaren'l slachtoffer was van geweesl en die ik zoo lang met kracht uil myn geheugen had gebannen, overstelpten echter myn gemoed nu met dubbele hevigheid, zoodal ik Langeni3 stevig vast moest houden om niet bezwymd neder te vallen. Onder de verschillende afdeelingen der veroordeelden die tegenover bel het huis van den gouverneur ver zameld waren, bevond zich ook de myDe. De gouver neur zelf stond daer met verschillende hooge beamb- len by zich, hy liep my dadelyk te gemoel, drukte my hartelyk de hand en wenschte my geluk dat myne on schuld eindelyk erkend was, natuerlyk betreurde hy het dat ik onverdiend zooveel had moeten lyden. De smid werd nu geroepen om myne voet-boeien weg te nemen. Hy wilde ze op de gewone wyze open ma- I ken, maer de goeverneur riep met drift uitBreek ze open! de boeien van een onschuldige moeten ver broeken worden en niet geopend even als van een dief, die vergiffenis krygl Zoodra ik weder geheel vry was, nam de goever neur my onder den arm en bracht my, gevolgd door verschillende personen, naer zyn huis; de dames, die zich daer bevonden, en elk* dien ik voorbyging wenschte my om bet zeerst geluk, maer de goever neur geleide my spoedig naer zyne kamer om my in korto woorden te berichten hoe myne onschuld ont dekt was. lk deel hier een kopy mede van hel verslag dat Langenis my gaf Nadat pater Philippart Agnes Desnoyers voor zichtig voorbereid had op den onvermydelyken alloop harer ziekte, maende hy haer aen tot eene" vol ledige bekentenis harer zonden opdat zy nog vóór hare dood aflaet kon krygen. Een geruimèn tyd bleef zy voortdurend weigeren, terwyl den goeden vader de toegang tot haer allyd belet werd door Philippe Laret, die meestal by haer was. Op een morgend nog zeer vroeg kwam pater Philippart van het sterfbed van een zycer gemeenteleden, en moest toen de hut van Laret voorby. Daer hy licht zag schynen in de kamer der zieke vrouw, begon hy te denken dat zy misschien wel op het uiterste kon liggen; hy vond de deur gelukkig niet gesloten en ging dus naer binnen, den trap op naer haro kamer. Zy was nog goed by haer verstand en kende den priester dadelyk. Hare eerste vraeg was of hy dacht dat zy noch lang koa leven hy vond haer zoo veranderd hy den laetsten keer toen hy haer zag, dat hy deze vraeg niet anders dan ontkennend moest beantwoorden.Hierop wenschte zy hem hare biecht te doen hooren eer Laret terrug- keerde. Ily voldeed aen haer verlangen doch daer een gsdeelle van hare bekentenis betrekking bad op de moord van Mr en Mn,# Evrard zeide hy haer, dit te moeten opschryven, cn door haer te laten ondertee- keucn, omdat dit stuk de onschuld moest bewyzen van een onschuldig veroordeelde. Het koste veel overredingskracht haer hiertoe te bewegen. Wordt voortgezet^

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1882 | | pagina 1