57ste Jaar. ZondagNovember 1882. 1886. IJZEREN WEG.— VERTREKUREN Uil AELST NAAR VERTREKUREN UIT DE VOLGENDE STATIËN De Anarchisten. IN DE WERELD, Belasting op de Fondsen. Louise Michel te Gent. DE DENDER-BODE. ABONNEMENTPRIJS6 FRANKS 'S JAARS. De inschrijving eindigt met 31 December. ANNONCENPR1JS, per drukregel: Gewone 20 cent. Reklamen fr. 1,00. Vonnissen op 3d® bladz. 80 cent. Dendermonde. 4-56 6-37 8-45 12-2-2 3-09 6-38 10.08 Lokeren. 4-56 6-37 8-45 12-22 3-09 6-38 liecheleo. 4-561 6-37/ 7-32d 8-12J Exp. 1® 2" 3' kl. 8-45/ 11-59d l-04d Exp. 1* 2® 3® kl. 2-50d 3-09/ 6-0üd 6-38/ 10-08d Exp. 1® 2® 3® kl. Antw. 4-561 6-37/ 7-32(2 8-l2dExp. Ski. 8-45/ l-04dExp. 1® 2® 3® kl. 2-50d 3-09/ 6-00d 6-38/ 10-08d Exp. 1® 2* 3® kl. Brussel, langs Denderleeuw. 4-31 7-32 8-00 8-12 E 3 kl. 9-10 10-25 dir. 11-59 1-04 EHkl. 2-50 6-00 7-54 direct 8-52 9-14 10-08 E 3 klas. Leuvea, Thienen, Luik, Verviers 4-31 d 4-56/ 6-37/ 8-1 id E 3 kl. 8-45/ O-OOd 9-10d (ll-59d tot Leuven) l-04d Exp. 1® 2® 3' kl. 2-50d 6-00d 7-54d direct 9-14d 10-08 E 3 kl. 1 (1) Nota. De letter beteekent langs Ttmonde en de Gent, (5-00 's vrijd 7-02 dir. 7-56 E 3 kl. 8-47 9-41 12-21 12-40 2-28 dir. 3-08 0-00 3-38 E 3 kl. 6-12 6-35 8-54 Exp 3 kl. 9-36 12-36 Brugge, Oostende. 7-56 Exp. 3 kl. 9-41 12-21 12-40 2-28 dir. 3 38 0 00 E 1® 2® 3® kl. 6-35 8-54 E 3kl. Doornyk, Mouscron, Kortryk, Ryssel (langs Gend) 8-47 12-21 12-40 3-08 3-38 Exp. 6-12 6-35 Doorn. Mouse. Kortryk, Ryss. (langs Alh) 5-55 8-12 E. 3 klas tot Denderleeuw 11-59 2-51 6-00 Ninove. Geeraerdsbergen, Lessen, Atb 5-55 8-12E. 3 kl. tol Denderl 2-51 6 00 9-11 Bergen, Quiévrain 5-55 8-12 E lot Denderl. 11-59 2-51 6-00 Enghien Braitie, Manage, Charleroi, Namen langs Geeraerds- bergen 5-55 11-59 2-51 0-00 6-0U Sottegem, langs Erpe-Meire. 6.05 (7-25 's zat12.30 6.02 Noorse), Op\vyck,Mechelen, Antwerpen 5,10 9,30 3,24 6,12 letter d langs Denderleeuw. Unique Suum. NAAR AELST UIT Ath 6.48 10.'29 t.lS 4.08 7.57 9.05 Antw. 5.15 6,40 9,15 9.50 10.50 E. 1'2® 3® kl. 12 15 3-15 E. 1°2®3® kl. 3-54 4.45 5.54 6.50 E. 1® 2® 3® kl. 9.05 10-15 E. 3 kl. Brussel 6.10 direct 7.15 E 3 kl. 7.30 9.00 11.06 11.55 1-50 E 3 kl 1.55 3.10 E 5.Cl 5.50 dir. 7.17 8.15 E 3 kl. 8.20 11-45. Dendermonde 7.07 9.41 11.34 2.27 5.27 8.23 10.48 Geeraerdsbergen 7.27 lt.08 2.00 4.50 8.35 9.41 Gent 6 40 7.39 E 3 kl. 8.15 9 43 11.07 12.31 E 3kl. 1.55 5.06 7-15 dir. 8.14 dir. 8.23 9.35 E 3 kl. Lessen 7.09 10.50 1.42 4.29 8.20 9.25 Lokeren 6.38 8.48 10.57 1.48 4.44 7.53 Ninove 7.55 11.36 2.28 5.18 9.01 10.09 Oostende 6.04 6.19E. 3 kl. 9.00 11.12E 3 kl. 11.54 6.04 dit Gent naar .- Moortzeele, Sottegem, Geeraerdb., Enghien, Braine-le- Comte 5.50 8.12E 8.58 11.18 2.20 5.40 6.55 6.59 UIT GEERAERDSBERGEN NAAR Maria-Lierde, Sollegem, Moortzeele en Gent, 5.15 vryd. 7.24 8.35 dir. 9.54 11.58 2.58 4.48 5.50 E 8.51 dit Denderleeuw naar Haeltert, Burst, Herzele, Sotteg. Audenaerde, Aosegem Kortryk, 6.12 0.00 9.01 12.55 6.C9 7.20 direct. uit Sottegem langs denderleeuw naar Aelst, (5.38 Zatcrd.) 7.49 12.06 1.28 5.00 7.48 uit Antwerpen naar St. Nikolaes, Lokerbn en Gent 4.35 7.12 8.57 10.55 2.05 3.45 5.12 6 35 9.10 E 3 ld. dit Gent naar Lokeren, St. Nikolaes en Antwerpen 4.25 7.05 8 00E 9.25 l't.50 2.20 5.25 7.15 9.05E 3kL Uit Sottegem laDgs Erpe-Meire. 7.49 1.58 7.48 dit Antwerpen (zuid) naar Opwyck, Moorse! en Aelst: 5,50 10,04 4,17 7,12 AELST, 4 NOVEMBER 1882. Hoe dikwerf is 't niet voorzegd geweest, dat de liberale leerstelsels ons eindelijk naar de diepste afgronden der ongebondenheid en re geringloosheid zouden voeren De kortzichtigen die in 't liberalismus geen kwade oog hebben, hebben met deze voor zegging gespot. Immers zij zien geen kwaad in die gedurige verloochening der Godheid, in die onophoudende bespotting der heilige zaken, in die gedurige lasteringen en beUe- digingen tegen de geestelijkheid, die de libe rale redenaars en schrijvelaars, bij alle gele genheid, uitbraken, met het eenige doel alle godsdienstig gevoel bij de volksmassas te ver- dooven. 't Liberalismus. of liever, 't maconnismus heeft aan 't volk doen gelooven dat er geene Godheid beslaat, dat bet eeuwige leven hierna een verhaalselke der priesters is; na de dood is alles dood, riep men uit, dus hierna geene belooning van 't goed, geene bestraffing van 't kwaad. De mensch is van natuur geneigd tot het kwaad, en velen dus, bezonderlijk onder de werkende volksklassen der grooie centrums, kleven heden die verderfelijke liberale leer stelsels aan. Met eene onomstootbare logiek leiden zij uit de liberale leerstelsels af, dat, indien er geene Godheid beslaat, en ook indien na de dood alles dood is, men zich dan met de gebo den Gods niet moet bekommeren, en dus al wat men hier op de wereld te doen heeft, bestaat in te zorgen dat men van alle wellus ten genjete zooveel men maar kan,en ook zijne driften voldoe. En om alle wellusten te genieten en zijne drillen te voldoen, slaat de huidige samenle ving in den weg. Deze. ,,moel dus vernietigd worden, zij moet verdwijnen, kost wat kost In verscheidene landen is reeds tot dit doeleinde, 'l is te 2eggen, tot de vernietiging der huidige samenleving een internationale Bond gesticht, getiteld De Bond der Anar chisten. Wat zijn de leerstelsels der anarchisten Luistert, wat zij in hun manifest van augusti 1881 zeggen Anarchisten, 't is te zeggen, mannen zonder opperhoofden »;wij bestrijden al dezen welke eene welkdanige macht veroverd heb- ben,, of AVjUen. veroveren. «iïOtrae vijand ia-de eigenaar die den grond bezit en den landbouwer tot zijn profijt doet i> werken onze vijand is de meester die het werkhuis bezit en het met slaven van den s dagloon heeft opgevuld onze vjjand is de monarchieke; oligarchische, demokratische Slaatonze vijand is de wet altijd gemaakt voor de verdrukking van den zwakke door den sterken en voor de bekrachtiging der misdaad a Wij willen den grond en het werkhuis heroveren, den Slaat afschaffen wij verwij- deren alle wettelijken middelen wij ver- stooten het algemeen stemrecht. Tusschen OF LOTGEVALLEN VAN JONAS B0NTEKRAAI. Eene humoristische bijdrage, DOOR P. NlilJENS, Jr. 1. De zon stond hoog aan den hemel, en verlichtte de groane weiden, die liet sieraad van Noord- Nederland's vlakke land zijn. De spitse kerktorens vertoonden zich aan mij in de verte als zoovele ge- denkleekenen van middeleeuwsche bouwkunst, en huu aantal getuigde van den rijkdom des bodems, waarop zij geslicht zijn- Daar toch, waar torens gebouwd zijn, vindt men de woningen der raenschen; daar, waar huizen in groepen of in rijen om den toren vereenigd zijn, dorpen of buurten, cn nergens vindt men die talrijker dan in hel noordelijkste deal van Noord-Holland. Het aloude West Frisia is inderdaad een rijk land. Hel grazende vee bereikt er hel toppunt van ont wikkeling. De goudgele bloesems van het kool-en mosterdzaad, die zich in de lente urenver aan ons vertoonen, geven het land een schilderachtig voor komen, en hot gelaat zijner talrijke bewoners leekent voorspoed en tevredenheid. Toen ik als knaap voor liet eerst den vetten grond betrad, viel triijn oog op den leeuwerik, die tijlpend •n fluitend omboog wiekte, of op de kweelende spreeuwen, die de daken der huizen of de toppen der eikeboomen tot hunne uitspanningsplaats geko- en hadden of mijn oog dwaalde langs slooten en ons, anarchisten, en alle bewarende of ge- matigde politieke partij is de verdeeldheid j volkomen.... Wij zijn dus communisten ('t is te zeggen, verdeelers der goederen) wij bekennen dat zonder de vernietiging der patrimonieele, gemeentelijke, provinciale, nationale grenzen, 't werk der revolutie altijd zal ie herbeginnen vallen. Zietdaar't programma der anarchisten af schaffing van alle religiën en gouvernementen, alle de volkeren vereenigd in een en dezelfde republiek, en verdeeling van alle de goederen, en winsten. Wat zegt gij hiervan, gij, liberale grondei genaars en rijkaards, die wellicht uwe fortuin hebt gebruikt om 't werkvolk te vergoddeloo- zen en tot revolutionairs te vormen Voorzeker hebt gij, liberalen, tot hiertoe in de bewegingen der revolutie slechts betoogin gen tegen de R. C. Reik gezien, en gij schepte er behagen in, doch wat ziet gij er heden in, nu dat de revolutiemannen tot daden zijn over gaan Niet alleen brengen zij hunne slagen aan de godsdienstige zaken, maar ook aan de wereldlijke toe. De gruweldaden te Monceau- les-Mines en elders in Frankrijk gepleegd, doen het u klaar en duidelijk gevoelen. De revolu tie verbrijzelde daar niet alleen de kruisbeel den, zij wilde niet alleen de kerken en kloos ters met dijnamiet in de lucht doen springen neen, zij wilde ook de fabrieken, de Staalsge- stichten, met een woord, al wat de overheid onder welkdanigen vorm vertegenwoordigt, ten gronde verdelgen. Europa, en vooral Frankrijk, slaat op eenen vuurberg die alle oogenblikken dreigt uitte bersten. Ook beginnen de radikale opper hoofden in Frankrijk voor den toestand der zaken ie beven. Zij zien zich gedwongen de geweldenarijen te beteugelen der mannen die vroeger met hen heulden en nu heden slechts hunne voorbeelden naleven, doch zij gevoelen zich machteloos. De hevigste radikale dagbladen roepen ver schrikt uit dat de revolutiemannen te verre gaan, en bezweren alle deftige lieden zich bij de overheid aan te sluiten om 't dreigend kwaad af te weren. Er mogen geene politieke partijen meer beslaan, roepen zij uit, eene partij is lieden noodzakelijk, deze der deftige lieden, vereenigd om de revolutie te bevech ten en hare plannen verijdelen Zoo beeft het immers altijd geweestals de liberalen vrijwillig T huis hebben in brand gestoken en zich over 't vernielend element geen meester zien, dau bezweren zij hunne tegenstrevers welke zij tot der dood vervolgen om hen een reddend hand te leenen 't Gevaar is groot, en wij denken dat alle de vereenigde pogingen der deftige lieden niet te machtig zullen wezen om de revolutie te dempen. Doch eens de revolutie beteugeld, zal deze nieuwe les de oogen der Staatsbestu ren openen Zullen zij begrijpen dat de oorlog dien zij tegen God en zijne Kerk,het verheven- ste gezag hier op en aarde, voeren, onvermij delijk moet leiden naar de misachting van alle wereldlijk gezag, naar de opene vijandschap tegen alle overheden, en den thans bestaanden stand der wereld Wij vreezen er groo- telijks voor Voegen wij hier len slotte nog bij De zelf- trekvaarten, om er den kikvorsch uil hel oeverriet op te jagen, of over de bloesems der velden, om er de wille en goudbcnle vlinders te vangen. Soms torste mijn zwakke schouder den polsstok, waarmede ik het spichtige gras doorwaadde, en sprong ik daarmede over de soms wijde slooten, teneinde hel ei van den kievit of den tureluur op te sporen of ik zat met een taai geduld op de beweging vau den dobber te staren, waaronder aan een zijden koord het verleidend aas, aan een stalen hoek be- bevestigd, neérhing, en waarom de baars, de scheele ruiter (1) of de rietvoorn dartelend beênzwom. Als een pauw slapte ik in de rijen mijner school kameraden met de lederen lasch (een erfstuk mijns overgrootvaders), als den ransel van een miliiair over den schouder, voort, en daagde den onverlaat qit, die het dqrfde wagen, mij in den weg te treden Na spelen kwam evenwel leeren, en deze gelukkig gekozen afwisseling maakte mij tot een held van beidenwant waar hel er op aankwam den regel van drieën te volgen of de gedichten van Tollens op to dreunen, was ik niet een der minsten maar waar ook de knikkers in rijen het voetpad bezetten of de sluiters op elkander botsten, de punt van de lol het gal in den groDd boorde, of de vlieger hoog in de lucht zweefde, was ik. Die jaren zijn voor mij vervlogen als kaf voor den wind, en de koude werkelijkheid van hel leven trad spoedig voor mij op. Ach, wel mocht de dichter zingen Hoe zalig als de jongenskiel Nog om de schouders hlijdl, Dan is bet hemel in de ziel En alles even blijd.... (1) Ruigvoorn, de oorzaken hebben altijd de zelfde gevolgen en 't zou ons in 't geheel niet verwonderen indien de anarchisten hier ook 't volk door ijzingwekkende gruwelen en geweldadigheden kwamen verontrusten. Men zegge niet dit is hier niet mogelijk immers de werklieden onzer grooie nijverheidcentrums zijn ook, door de liberale lasteringen en beleedigingen tegen God en Kerk, verblind en verleid, en wellicht is men zoo verre niet verwijderd als men hel wel denkt van den dag op den welken zij zich, naar 't voorbeeld van de mannen die heden aan 'i hoofd van Belgie staan, aan roof en verdrukking zullen plichtig maken De Minister van eeredienst in Pruisen, M. Von Gossler, heeft aan den Gemeenteraad van Crefeld bevolen de onzijdige scholen af te schaffen en dezelve, te rekenen van Paaschen, aanstaande te vervangen door confessioneele scholen, 't is te zeggen, scholen met God. Het pruisische Staatsbestuur moet dus reeds ondervonden hebben welke bittere vruchten de scholen zonder God voortbrengen, dan dat hel zich in de noodzakelijkheid bevindt ze af te schaffen. Gelukkig land 't welk bestuurders aan zijn hoofd heeft die karakter genoeg bezitten om hunne misstappen openlijk te bekennen en het kwaad dat zij hierdoor slichtten te her stellen. Dit is een groot voorbeeld aan de wereld gegeven. Zullen onze liberale ministers, zij, die zoo dikwijls uitriepen dal Pruisen ons voorbeel den gaf die hier dienden nageleefd te worden, nu dit voorbeeld volgen. Wij gelooven het niet. Indien het voorbeel den van vervolging en kwelling tegen Kerk en Priesters waren, ja, dan, maar nu heden niet., 't Zijn de frarische radikalen, die zij heden liever naiipendezen vervolgen immers nu de Religie!....Wat meer is onze liberale ministers zijn te kleingeestig, te verwaand en te dom om hunne dwaling te herkennen zij zullen in hunnen blinden haatvolleu oorlog tegen de Kerk en Geestelijkheid blijven volherden tot dat zij Belgie naar de diepste afgronden der zedeloosheiden ongebondenheid zuilen hebben gevoerd.... of wel, zij, onder den vermaledij- denden vloek des volks zullen verdwijnen De Brusselsche korrespondent van 't Han delsblad kondigde dezer dagen aan, dat men in 't ministerie van financiën eene belasting op het inkomen bestudeert de Gazelle de Liëge komt er op terug en herinnert hoe het catholiek ministerie voor verscheiden millioenen belas tingen afschafte onder ander op den invoer der levensmiddelen. Was er, in 1877, een klein tekort, dan werd dit uitgelegd door gansch bij zondere omstandigheden. Hel liberaal ministerie verschijnt. In plaats van eene nationale politiek, maakt het eene politiek van strijd, van oorlog tegen de catho- lieken. Oorlog kost veel, en in 1879 moest men reeds voor 12 millioen nieuwe belastingen ri'.aken, daarbij begrepen de konversie van de schuld 4 1/2 in 4 p. c. En toch werden vele noodige uitgaven afge schaft. Zoo liet men, om alleen het ministerie II. De dag was heel, want het was in het midden van de maand Juni, en mijne uitgeschreide oogen konden de brandende zonnestralen, die op mij neêrvielen, niel langer verdragen. Ik liep daarom met de vlakke hand voor mijn gezicht, en pinkte van tijd tol lijd tusschen de uitgespreide vingers om mij henen, ten einde mij te overtuigen, dat ik niet van den weg aldwaalde, dien ik betreden had, ol met iemand, die mij ontmoette, in botsing zou kunnen komen. De weg, die de sleden Hoorn en Enkhuizen aan elkander verbindt, is breed en lang, en de vele kuilen en gaten, die zich daarin dagelijks vermeerderen, geven het bewijs, dat hij de nijverheid der omlig gende plaatsen naar behooren dient. De talrijke boerenwagens, omnibussen, snorren en postkarren, die den weg dagelijks als het ware versperren, maken het den wandelaar uoodig, met omzichtigheid zijn gang lev ervolgen. Ik had nog nauwelijks eenige honderden passen j achter mij, of ik werd in de treurige overdenking, j waarin ik verdiept was, door een knaap gestoord, die niet ouder was dan ik, en die bijzonder op mij moet geleken hebben want zijn aangezicht was purperroodzijne haren, die kort waren afgesneden, haddeD eene aschgrauwc kleur, en zijne dikke, korle handen en vingers kwamen wel een kwart voet uit de nauwe, schrale mouwen van zijn pilowen huisje uit. Bovendien staken zijne voeten, waarom een bundel stopgaren gelijk een krans gevlochtc-n was', en hetgeen waarschijnlijk zijne kousen moes ten heoten, in nauwe en hallversleten holsblokken of klompen allen eigenschappen, die ook aan mijn persoon en mijne kleeding in dien tijd niet moeten van justicie te melden, overgroote sommen voor den eeredienst op zijn budjet staan voor subsidie en reparatie van kerken maar in waarheid schafte men de helft af en stortte het overgeblevene in de schatkist. Dat budjet was dus een bedriegerij. Welnu, in 1882 staan wij voor een le kort van 12 MILLIOEN, voor eene leening van 200 MIL LIOEN, waarvoor men de jaarlijksche dotatie, dus 8 MILLIOEN moet vinden men slaat voor dringende noodzakelijkheden, welke men kost wat kost moet betalen. Men moet voor 25 MILLIOEN nieuwe lasten maken, en men zal die kolossale som niet aan vullen met. traktementen van 600 fr. op haatlijke manier af te schaffen. Aan de besparingen van den declamator in het ernstige vak, met name Olin, moet nie mand gelooven. Waar dan het geld halen Op de onroerende goederen Die zijn reeds meer dan zwaar genoeg geslagen en de landbouw verkeert in een zoo kwijnenden toestand, dat men aan dergelijke belasting niet denken kan. Men zal dus, zooals de korrespondent maandag zegde, de roerende forluin, men zal het inkomen raken. Zingt dan toch hosanah voor dat lieve liberale ministerie, gij kleine renteniers Ons liberalismus, gij weet het, haalt al zijne voorbeelden uit Frankrijk. Na den vernielen den oorlog der Commune, stelde Frankrijk eene laks op alle koepons van obligaiiën en aktiën. Het gouvernement trekt dit geld direk- telijk van de sociëteiten, die alzoo aan hunne aktie-houders zooveel minder betalen. Het gouvernement zegt aan de maatschappijen Gij betaalt 10,000 halfjarige koepons aan 7 fr. 50 gij zult 25 centiemen per koepon afhou den gij zult aan mij 2500 fr. geven en aan de aktiehouders 7 fr. 25. Die belasting lelt nog al zwaar voor den kleinen rentenier als men een paar honderd aktien heeft, betaalt ge dus 50 fr. lasten. Hetzelfde is het geval met de dividenden, die men aan de aktiedragers uitdeelt. Eene socië teit met 10,000 aktien deelt bijv. 25 fr. van het voordeel per aktie uit. Halt, zegt het cen- tenpikkend gouvernement, begint eens met mij 90 centiemen of I fr. te betalen. De taks is elastiek. Als men de roerende fortuin gelijk zette met de onroerende,zou men 7 p.c. heffen. Ziedaar het middel dat het gouvernement gaat aanveerden, om de dwaze, gekke en nut- telooze schoolkosten en militaire uitgaven te betalen. Alleen aarzelt het ministerie om eene belasting te leggen op liet inkomen der aktiën deze zijn reeds verminderd, hetzij door paten ten, hetzij door eene taks van 2 per 1000, ge heven op de beneficiën, aangeteekend door de bilans der naamlooze maatschappijen of maatschappijen vari kommandiet per aktie. Maarrr.... de koepons van obligatien der nijverheidsmaatschappijen misschien wel de koepons der stadslolen, die reeds zoo weinig geven zullen geslagen worden. Die slag zal vooral den kleinen rentenier, de kleine spaarpot ten treffen. De rijken weten kapitalen te plaatsen om aan die belasting te ontsnappen maar de kleine renteniers niel. Het gouvernement moest wel in den nood zitten, om eene taks over te nemen die in Frankrijk gemaakt is in het midden van puinen en rampspoed j ^en gedenkt nog hoe M, Piercot, onder an der, te Luik den uitgang eener processie ver bood boe te Gent en te Antwerpen de burge meesters eenvoudige optochten verboden, om plezier te doen aan eenige blaffers. Engeland geeft in die vrijheid eene groote les aan Belgie dat altijd beweert zoo... vrij te zijn. Te Weston-Super-Mare hadden de munici- paliteiten eenê processie verboden, onder beweering dat er troebels zouden kunnen uit voortkomen. De catholieken gingen in beroep, en het hof besliste dat luistert, gi vrijheidsmoorders van liberalen dat de inrichters der processie slechts gebruik gemaakt hadden van hun rccfit. Dat het de plicht niet ivas van de burgemees ters, aan vreedzame burgers te beletten hunne rechten uit te oefenen, uit vrees voor wanorders; Maar dat het hunne plicht was te beletten dat dit recht gestoord werd. Dus, het is hun plicht de oproermakers met de kraag te vatten en hun achter de traliën te walsen. Het vreedzaam recht beletten om eenige tualle- bakken en straatkapoenen plezier te doen, is de oppermacht van den oproer bekrachtigen, en de ONDERJ U li li ING VAN DE OVERHEID EN DE WET. Zietdaar eene uitlegging der wet met en- gelsch gezond verstand, en die past op het vlaamsch gezond verstand. Doch onze liberalen zoeken hun gezond ver stand te Parijs, en daar is onzin meester en men leeft er in eene omgekeerde wereld. Dat de beruchte petroleuze der Fransche Commune onze stad niel kon bezoeken, schrijft het Fondsenblad, zonder zich door hare vol gelingen, de Gentsche socialisten, te doen toejuichen, laat zich begrijpen. Zij zou dus gister avond, om 6 ure, eene conferentie geven in het gewoon lokaal dier woelmakers, de zaal Parnassus. Onderricht door het voorbeeld van Brussel en Rijsel, hadden onze socialisten allerlei maatregelen genomen om de uiting van het waar volksgevoelen onmogelijk te maken in massa hadden zij de zaal bezet en het publiek werd slechts'in klein getal toegelaten. Dit scheen echter nog niet genoegzaam, want de lawaaimaker Anseele, de opwinder der werklieden die een weinig min kennen dan hij, verwittigde de aanwezigen dal elke schuifeling, elk gebalk van een burgerezel onmid- delijk zijne belooning zou bekomen, en dit zeggende stak hij dreigend de vuist uit. Dit is de socialistische vrijheid, zooals zij door die woelmannen begrepen wordt. Het gordijn gaat op en na liet gezang der Marseillaise, wier woorden op de kluchtigste wijze geradbraakt zijn, verschijnt het berucht vrouwmensch. Zij is echt leelijk, met haar getrokken, bleek gezicht, hare holle oogen en haren kolossalen mond, waarin nog eenige lange zwarte tanden steken. De socialisten juichen uitbundig toewel tien minuten lang is het eene onafgebroken ontbroken hebben Behalve den neus eu de kleur, daar mijn neus een weinig spits was cn de zijne den vorm van dien van een mopshond had, de kleur van den mijne bleek en die van den zijne bloedrood was, moet er in onze personen geen aanmerkelijk verschil bestaan hebben. Pinkoog, zeide ik, gij stoort mij... laat mij gaan. Gij hebt gehuild waarom vroeg hij deelnemend. Hij is dood, en nu ga ik de wereld in, her nam ik, een weinig kwaadaardig. Pinkoog zweeg. Zijne lippen bewogen zich wel als het sidderend blad van een popelboom, doch woorden scheen hij niet te kunnen vinden. Hij is dood, en nu kan bij zich verantwoor den.... mijne stiefvader, ging ik in n.;joe jengdige wijsheid voort. Gij hebt gelijk, zei Pinkoogzegevierend over de machteloosheid van zijne long. Gij hebt wel gelijk, herhaalde hijhij was ok een beul voor u, zooals alle sliefvaderszijn. Foei! riep ik uit, geene onrechtvaardig heid Er zijn zoovele stiefvaders, die bi ier voor mij zouden geweest zijn. Gij hebt waarlijk gelijk,» mompi ide Pinkoog «erzijn kwade, maar er zijn ook goede stiafva- ders. En daarom, nu hij, mijn kwade stiefvader, mij nitl meer kan dwingen hier le blijven, ga ik de werel in, zeide ik kortaf. Ik keerde mij om, groetle hem, en wilde mij ver wijderen. De knaap hield mij bij den arm vast. Waar gaat gij heen? vroeg hij. Waar het den goeden God belieft.Naar Hoorn, Amsterdam, misschien wel naar Londen of Parijs, antwoordde ik. En hebt gij geld vroeg hij. Geld!» hernam ik verbaasd:ik heb handen, en wil werken. Pinkoog scheen van mijne plannen geen begrip le hebben hij zag mij nog een oogenblik verbaasd en nieuwsgierig aan, en verwijderde zich toen. Wij waren kinderen van derlien jaren, en kenden geene zorgen ons schraal stuk brood moet ons even heerlijk gesmaakt hebben, als het van honig en boter overvloeiende wittebrood van hel rijke boeren kind, want nimmer vielen onze oogen met nijdige blikken op hem neder, wanneer hij zijne lekkernijen voor ons aangezicht vertoonde. De vader van Pinkoog was een daglooner, en kon zonder hulp van de genadige gift6n, welke hem tersluiks door de goed hartige dikke boerin, op wier boerderij hij werkte, in de hand werden geduwd, moeilijk met zijne vrouw en vier kinderen rondkomen Mijn stiefvader had het niet veel beter gehad hij bad mijne moëddr, die eene weduwe was, gehuwd, en mij, mijii broêf* en mijne zuster op den koop toe genomen. Hij'Was een hardvochtig, koud, gevoelloos man, en kende geen kinderhart. Hij was een beul, en de appels zijner oogen, die wel een halve duim uitprutlden, bewezen zijne domheid als een eendvogel. Eerst sterven mijne zusters, daarna mijn broeder aan eene kwijnende ziekte, kort daarna mijne moeder en ein delijk (God zij zijne ziel genadig') werd aan hem zelveo de tol der natuur afgevraagd. En ik.. :.-lk -sfirtld alleen.... alleen op de grens vaa de wijde, wijde wereld. (Wordt voortgezet.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1882 | | pagina 1