58ste Jaar,
Zondag7 Januari 1885
iV° 1895.
IJZEREN WEG.- VKRTREKUREN 151 AELST NAAR
VERTREKUREN UIT DE VOLGENDE STATIËN:
Het hedendaagsche
liberalismus.
IN DE WERELD,
Faillieten.
Dood van M. Gainbcita.
DE DENDER-BODE.
ABONNEMENTPRIJS6 FRANKS 'S JAARS. De inschrijviug eindigt met 51 December.
ANNONCENPRIJS, per drukregel: Gewone 20 cent. Reklamen fr. 1,00. Vonnissen op ï*1* bladz.50 cent.
Gent, (5-00's vrijii 7-0'2 dir. 7-56 E 3 kl. 8-47 9-41
12-21 1k2-4d 2-2» Oir. 3-08 0-00 3-3» E 3 kl. 6-12 6-35
Dendermonde. 4-56 8-37 8-45 12-22 3-09 6-38 10.01
Lokeren. 4-56 6-37 8-45 12-22 3-09 6-38
Mechelen. 4-561 6-371 7-3-2J 8-12* Exp. l#2*3*kl. 8-451
1 i-59d I-04d Exp Is 2' 3* kl. 2-50* 3-091 6-0od
6-33/ 10-08d Exp. 2* 3' kl.
Antw. 4-561 6-37/ 7-32* 8-l2dExp. 3 kl. 1-451 1-04dExp.
1«2« 3* kl. 2-50*3-09/ 6-00d 6-381 10-08d Exp.
1* 2* 3* kl.
Brussel, langs Denderleeuw. 4 31 7-32 0 00 8-12
E 3 kl. 9-10 10-23 dir. 11-59 1-04 ESkl. 2-50 i-00
7-54 direct 8-52 9-14 10-08 R 3 klas.
Leuven, Tbienen, Luik, verviers 4-3ld 4-5616-3718-12d
E 3 kl. 8-451 0-0Od 9-lÜd (11-59(1 tot Leuven) l-04d
Exp. 1* 2" 3' kl. 2-50d 6-00d 7-54d direct 9-14a 10 08 E
3 kl.
(4) Nota. De letter 1 beteekent langs Ternonde en d
9-38 10-10 Exp 3 kl.
Brugge, Oostende. 7-56 Exp. 3 kl. 9-41 12-21
12-40 2-28 dir. 3 38 0 00 E 1* 2' 3e kl. 6-3'.
Doornyk, Mouscron, Kortryk, Ryssol {langs Gend) 8-47
12-21 12-40 3-08 3-38 Exp. 6 12 6-35
Doorn. Mouse. Kortryk, Ryss. (langs Alh5-55 8-12 E.
3 klas lol Denderleeuw 11-59 2-51 6-00
Ninove, Geeraerdsbergen, Lessen, Alh 5 55 8-12E. 3 kl.
tot Denderl 2-51 6-00 9-11
Bergen, Quiévrain 5 55 8-12 E tot Denderl.11-59 2-51 6-00
Enghicn Branie, Manage, Charleroi, Namen langs Gceraerds-
bergen 5 55 11-59 2-.*. 1 0-00 6 Ou
Sollegem, langs Erpe-Mcire. 6.05 (7-25 's zat12.30 6 02
Moorsel.Opwyck, Mechelen,Antwerpen 5,07 9.27 3,21 6,09
letter d langs Denderleeuw.
4'uSque Subsi.
NAAK AEl.ST UIT
Alh 6.48 10.29 i.lö 4.'8 7.57 9.05
Antw. 5.15 6.40 9,15 9.50 10.50 E. 1'2' 3" kl. 12-15
3-15 E. l#2°3e kl. 3-54 4 45 5.54 6.50 E. 1» 2° 3* kl.
Brussel 6.20 direct 7.15 E 3 kl. 7.30 9.00 11.06
11.55 l-HO B 3 kl 1.55 3.1,0 E 5.01 5.50 dir. 7.17 8.24
9-05 E 3 kl.
Dendermonde 7.07 9.41 11.34 2.27 5 27 8.23 10.48
Geeraerdshergcn 7.27 11.08 2.00 4.50 8.35 9.41
Gent 6 40 7.39 E 3 kl. 8.15 9 43 1 1 07 12.31 E 3kl.
1.55 5 06 7-15 dir. 8.14 dir. 8 23 9.35 E3 kl.
Lessen 7.09 10.50 1.42 4.29 8.20 9.25
Lokcren 6.38 8.48 10.57 1.48 4.44 7.53
Ninove 7.55 11.36 2.28 5.18 9.01 10.09
Oostende 6.04 6.19E. 3 kl. 9.00 11.12E 3 kl. 11.54 6.04
uit Gent naar
Moortzeele, Soltegem, Geeraerdb., Enghien, Braine-le-
Corate 5.50 8.12E 8.58 11.18 2.20 5.40 6.55 6.59
UIT GEERAERDSBERGEN NAAR
Maria-I.ierde,Sollegem, Moortzeele en Gent. 5.15 vryd.
7.2a 8.35 dir. 9 54 11.58 2.58 4.48 5.50 E 8.51
UIT DENDERLEEUW NAAR
Haellert, Burst, Hfl»-zele, Sottcg. Audenaerde, Ansegea
Kortryk, 6.12 0.00 9.01 12.55 6.C9 7.20 dirföt.
UIT Sottecem i.angs denderi.f.euw naar
Aelst, (5.38 's Zalerd.) 7.49 -12.06 1.28 5.00 7.41
uit Antwehpen naar St. Nikolaes, Lokeren bn Gent
4.35 7.12 8.57 10.55 2.05 3.45 5.12 6.35 9.10 E 3 ld.
uit Gent naar I.okeren, St. Nikolaes en Antwerpen
4.25 7.05 8 00E 9.25 1«».-50 2.20 5.25 7.15 9.05E 3kt,
Uit Sottegein langs Erpe-Mcire. 7.49 1.58 7.48
uit Antwerpen (zuid) naar Opwyck, Moorsel en
Aelst: 5,50 10,04 4,17 7,12
AELST, C JANUARI 1885.
II.
Tot dusverre, gaat onze achtbare Vertegen
woordiger voort, drijft de liberale drukpers
baren baat tegen de Kerk, dat zij niet aarzelt
een vorst tot de wolken te verheffen die een
dwingeland voor Belgie en tevens ook een
papenvreter was.
In de Revue de Belgique zagen wij libe
rale schrijvelaars, de brabanlscbe revolutie
van 1789 bestempelen met den naam van
democralieken-clerikalen oploop, waarop wij
niet denken kunnen zonder blozen, en tevens
Jozel II verheffen als de apostel der ware vrij
heid, als een wijze en verstandige vorsl ter
wijl de nationale partij uitgescholden wordt
voor handlangers eener logenachtige vrijheid?..
Zagen wij niet in 't officieel ministeiieel or
gaan, de Echo du Parlement, gedrukt staan
a dat de ontaarde zoon van Maria-Theresia als
i de edelste, als de verstandigste onzer vorsten
moet gehouden worden Nogthans Jozef II
trapte alle onze rechten eji vrijheden onder de
voeten; hij dorst aan den opperbevelhebber
zijner legerbenden in Belgie schrijven: Ziet
a niet naar min of meei bloed; daar moeteen
einde aan komen; moedigt de soldaten aan en
zegt hen dat zij zullen beloond worden als of
zij de turken overwonnen.... Maar wat geeft
dit alles aan de liberale, schrijvelaars!... Jozef
II, te recht de Keizer-koster gebecien. deed
immers de kloosters sluiten, schatte de kerke
lijke feesten af, belette processiën en bede
vaarten, sloot seminariën verbood mandemen
ten af te lezen welke den visa van 't gouverne
ment niet hadden verkregen, schorste alle
betrekkingen op der kloosters met Ruomen,
besliste boe de kerkelijke tucht voortaan in
Belgie zou gehouden worden, telde de keersen
der autaren en de missen die gelezen wierden,
mat den wijn welken in de kelk verbruikt en
de olie welke in" de godslamp verbrand wierd,
met een woord, bij bezat iu liooge mate de
kunst om de pastors den duivel aan te doen,
en had toen reeds den liberalen droom verwe-
zentlijkt: De Staat moet in de kerk mogen
meester spelen
Men begrijpt dat zij, die Jozef II zoo bewon
deren, dan ook onze grondwet moeien ver-
oordeelen.
M. Woeste haalt hiervan menigvuldige voor
beelden aan, en grijpt dan nog maar blinde
lings in den hoop.
De Flandre libérale roept uit; De gedachten
onzer vaderen van 1830 kunnen de onze niet
meer wezenzij hebben van begoochelingen
geleefd.
De Chronique zegt«Omdat onze voorgan
gers, meenende goed te doen slecht hebben
gehandeld, volgt daaruit dat wij hen moeten
navolgen Wij'leven in 1881 en behoeven iets
anders dan in 1830.
LOTGEVALLENVANJONASB0NTEKRAAI
Eene humoristische bijdrage,
DOOR
P. NLIJENS, Jr.
Ot-»0
8* VEnvoLG.
Ik stond daar verbaasd, verbluft, verlegen, scliaam
rood. Hocvcle deftige lieden zalen daar niet achter
den hoogen lessenaar, op hun kruksioel, en zagen
mij met nrendsblikkeu aan. De een zette den gouden
bril op do punt van den neus en blikte over dezen
heen; een ander verschoof zijn tabouret, en zag be
haaglijk onder zijn recblerclleboog door; een derde
legde zijne pen neer, waarmede hij lijdens mijne
binnenkomst op hel papier krabbelde, en scheen mij
wel met zijue oogen te willen verslinden; wederom
eon ander glimlachte op cene spottende wijze, terwijl
hij mij even aanzag, en bekommerde zich verder niet
meer over mij.
Slechts een enkele scheen belang in mij te stellen;
want, nadat hij zijne pen zeer zorgvuldig had neer
gelegd, en den haarbos, die hem wel lol een halven
meter hoogte op het lioold prijkte, nog hooger op
schoof, slofte hij naar mij toe.
Wat moet ge?» vroeg hij.barscher dan ik ver
wacht had.
Ik vertoonde hem do adreskaart, en zeidc, dat
zeker heer, voor wien ik gisteren eeo pak gedragen
had, mij naar hier had verwezen, om een dionsl te
bekomen.
M. Pergameni, professor aan de vrije hoogc-
school van Brussel, verklaart in eene vergade
ring der liberale associatie. dat het Congres
met de vrijheid van onderwijs te waarborgen,
eene misdaad beging van gekwetste-natie.
Hij stelt maatregelen voor in zake van onder
wijs, en voegt er bijIk beken dat deze
maatregelen tegenstrijdig zijn aan onze
Grondwet, maar hare opstellers begrepen
de vrijheid niet gelijk wij.
M. Woeste vergeet ook niet te melden dat de
liberale drukpers schreeuwt tegen de kloosters
en de hoop uitdrukt weldra hier in Belgie, even
als in Frankrijk verlost te zijn van de pest
der jesuïeten gelijk M. Van Schoor, senateur
en administrateur der geusche hoogeschool
van Brussel het zegt.
Onze geleerde vertegenwoordiger schrijft
ook eenige regelen over de brusselsche mee
tings tijdens den laatsten kiesstrijd. Wal daar
al uitgebraakt wierd tegen God en zijn gebod,
tegen de Kerk, tegen hare leering, legen de
mesters en kloosterlingen is niet te herha
len En daarbij, 't is nog le onlangs geleden om
er op terug te komen.
Men zal misschien vooruitzelten dat gansch
de liberale partij niet verantwoordelijk blijft
over 't geene de heeren Janson, Robert en
A mould- denken betrekkelijk wijsbegeerte, gods
dienst en staatkunde. Neen, dat weien wij,
maar men zal toch ook mei ons moeien beken
nen dat de radikalen het liberalismus op de
hielen zitten en hun't mes op de keel houden...
Vooruit! roepen zij het liberalismus toe, of wij
smijten u omverre, of wij leggen u voor de
voeten van 't clericalismus neer.... Vooruit,
roepen zij nog eens, want weet dat gij zonder
ons onmogelijk kunt beslaan En de liberalen
buigen en gaan zoo verre als zij voortgezweept
worden.... Is dat waardig.' Mag eene partij die
haar eigen meester niet meer is, maar die,
door 14 radikalen, als eenen troep kalkoenen
voortgedreven wordt, nog van politieke waar-
diggheid spreken?... Zij heelt de waardigheid
van eenen metserdiener die zijn meester mor
tel bijhaalt en op diens commando werkt en
zwoegt..-..
Deftigheid! Eerlijkheid Zagen wij niet, in
den laatslen kiesstrijd, doclrinairen hunne
stem schenken aan radikalen wier princiepen
zij beweren te bevechten en te verstooten
Zagen wij niet magistraten, kalm en deftig de
hand toereiken en hunne stem geven aan
Tridon die onlangs de communards van Parijs
het wierookvat tegen den neus sloeg? Zien wij
niet dagelijks onze ministers huigen, knielen
en zich plat ter aarde werpen voor de beve
len der logie hen door de radikalen voorge
legd?....
En het liberalismus juicht toe, omdat de
geestelijkheid gelrolfen wordt. Ah verblin
den niet de geestelijkheid, neen het zijn de
geloovigen, Belgen zoowel en meer dan gij,
vervloekte fransquillons en Irancmacqns het
zijn de geloovigeri, de Belgen, die lijden als
hunne onderpastors afgeschaft worden het
zijn de geloovigen, catholieke Belgen, die gij
raakt, als gij hollandsche en duitsche priesters
het karige traktement ontsteelt waar wij, Bel-
Gij bedoeld onzen reiziger, den heer Knik
k e b c e n. Die is juist heengegaan. Waarom zijl gij
niet vroeger gekomen, dan had hij u zelf aan onzen
patroon kunnen voorstellen; want waarlijk, gij ziet
er niet zeer bekoorlijk uit, merkte bij op.
De man met den hoogen haarbos nam mij nogmaals
nauwkeurig op, terwijl hij zijn hoofd bijna io'. op den
grond boog, cn nam toen, al lachende, uil een ronde
parkamenten doos eon snuifje.
Ik antwoordde, dal ik te negen uren mij hier moest
veivoegen, en hel juist negen op de torenklok gesla
gen had.
Gelukkig voor mij werd op dit oogenblik de deur
van het kantoor, achter mij, geopend en trad de heer
Knikkebeen met een van zweel druipend gelaat
binnen.
Zuö, zijl ge dner, kleine schooier, riep hij
uit; ik had waarlijk niet meer aan u gedacht
Toen fluisterde hij iets in liet oor van den man met
den reusachtigcn haarbos, waarop deze mij bij den
arm nam, en mij lot voor hel keluergat van een
groot vochtig huis leidde dat eenige passen van het
kantoor verwijderd was.
Ik belast mij om voorloopig voor uw le zor
gen. Ziedaar uw beslemming, zeide hij, terwijl bij
met zijn rechterwijsvinger in de diepte van het ge
bouw op eenen sleenen trap wees. Hij gebood mij
die af le klimmen, terwijl hij mij met do vuist in den
rug duwde, en op mijne hielen volgde.
Hoe het kwam, dat ik op dat oogenblik geen vrees
gevoelde, weel ik niet. De donkere kelder, waarin
ik eindelijk mijn voet zette, zag er loch akelig
doodsch uit, en de ongewone reuk. die uit duizenden
vaten en flessehen opsteeg, was mij ondragelijk.
Gij zijl hier onder de wereld, en om weer m
de wereld te komen, zult gij u ieverig moeten gedra
gen, ging hij, lachende, voort. Daarop zette hij mij
naast eene groole walerkuip neder, plaatste in mijne
gen, verplicht toe zijn het, zijn de geloovigen,
arme Belgen, die gij ontrooft wanneer gij de
bezoldiging der heeren pastors vermindert en
zoo gering maakt dat liet hen onmogelijk is
nog voortaan eene medelijdende hand ie leenen
aan onze noodlijdende broeders, gewoon van
hunne toevlucht tot hunnen heer pastor le ne
men het zijn geloovigen, arme Belgen die gij
besteelt, wanneer gij door uwe schandelijke
maatregelen, het geld van den arme in de offi-
cieele zakken der geuzenmeesters doet over
gaan het zijn de geloovigen, overledene Bel
gen, die gij treft als gij 't kerkhof schendt of de
zielmissen inkort of afschaft. Niet de geeste
lijkheid, maar ons, catholieke Belgen, randt gij
aan
En gij denkt zeker dat ons geduld oneindig
zal wezen gij meent zeker dat Belgie u ge
dwee zal laten geworden
Een oogenblik konden Jozef II en Willem I
ons doen bukken, doch weldra verdwenen zij
met hunnen ganschen aanhang voor doveront-
weerdiging des volks. Heden weet het volk
nog niet genoeg welke ongodsdienstigheid,
welke onmenschelijkheid, welke verfoeielijke
dwinglandij ons thans van hoog tot laag be
heertVan den hoogsten minister lol den klein
sten kribbelaar die achter eene gou\ernements-
bank aan de kribbe zit, is liet eene en 't zelfde
gedacht, de eene cn dezelfde begeerte, het eene
en 't zelfde werk, de eene en dezelfde vraag
Hoe zullen wij de priesters plagen Iioe zul
len wij den godsdienst verachtelijk maken? Hoe
zullen wij ons mesten met T geld en goed van
kerk cn armen Hoe zullen wij dat eën schijn
van wettelijkheid geven Hoe zullen wij alle
vrijheid, alle onafhankelijkheid doen den nek
buigen voor onze gewonnen heerschappij
Ziedaar, geëerde lezers, eene flauwe schets
van 't zoo belangrijk artikel van onzen waardi-
gen en geleerden vertegenwoordiger M. Woeste.
'/.iethier den tekst der wet betreffende de
kosielooze rechtspleging in zake van faillieten,
verleden vrijdag in den Mouileur afgekondigd
Art. f.Wanneer het aktief eener failliet
wordt verondersteld onvoldoende te zijn om
de eerste likwidalie kosten te dekken, zal de
koophandels-rechtbank van ambtswege of op
eisch van den kurator, de kosteloosheid der
rechtspleging bevelen voor het vonnis van in
faillietverklaring, de aanplakking van dil von
nis, het leggen en hel lichten der zegels, den
inventaris, l.et proces-verbaal van echtverkla-
der schuldvorderingen, liet proces-verbaal,
gehouden in gevolge artikel 555 van liet wet
boek van koophandel en hel vonnis over de
verschoonbaarheid van den gefailleerde.
De kosteloosheid zal insgelijks verleend
worden voor de akten en rechtsplegingen van
bewaring lot verval van liet uitstel van veertig
dagen, te rekenen van liet vonnis van failliet
verklaring.
Art. '2. Hel bestuur van liet enregislrc-
tr.ent, op bevel van den rechter commissaris,
zal de kosten voorschieten, voortspruitende
uit de opname in de dagbladen van liet vonnis
van faillietverklaring.
Art. 3. Door hetzelfde vonnis waardoor
de kosteloosheid wordt bevolen, zal de recht
bank van koophandel den deurwaarder aanwij
zen, gelast desnoods zijn ambt, le verleenen.
De avoués van eersten aanleg en de avoués
in beroep zullen desnoods, lot hetzelfde doel
einde aangewezen worden, de eersten door
den voorzitter der rechtbank van eersten aan
leg, de anderen door den voorzitter van bet
beroepshof, op aam-raag door den kurator in
gediend.
Art. 4. - Er wordt melding gemaakt van
de kosteloosheid der rechtspleging in al de
vonnissen, akten en processen-verbaal der
failliet.
De stukken onderworpen aan dc formaliteit
van den zegel eri van liet enregistrement, zul
len geteekend worden voor zegel en in debet
geregistreerd worden.
De griffiersrechten zullen insgelijks in debet
gebracht worden.
Art. 6 Indien liet aktief onvoldoende is
om al de kosten, voortspruitende uil de for
maliteiten, rechtsplegingen en akten in de ar
tikels I en 2 opgesomd le dekken, zullen zij bij
voorrecht terugbetaald worden in de volgende
orde:
1° De voorschotten door de schatkist gedaan
voor opname in de dagbladen;
2° De uitgaven der kurators
5° De akten en zittingen van den vrederech
ter, den griffier der rechtbank van koophan
del, der avoués en der hussiers;
4" Hel honorarium van den kurator;
5" De rechten aan de schatkist verschul
digd.
Zoodra de samenloop beslaat in dezelfde
orde, zal de betaling pond pondsgewijze ge
schieden.
nabijheid eenige manden met flessehen, en beduidde
mij, dat ik die moest schoonmaken.
Ik knikte met het hoofd, lot leeken, dat ik hem
begreep, maar zeide niets.
De heer Zwezerik zal uw hier wel weten te
vinden, om verder mol uw te spreken, sprak hij
lachende, en verwijderde zich.
Daar zal ik dan, omgeven door eene zee van
druivensap, in mijne eenzaamheid le peinzen, en
ikzou het aan der. heer Knikkebeen Ie danken heb
ben, indien ik den heer Zwezerik gunstig beviel.
Ik volbracht met loome hand het eentoonige werk
om flessehen met water om le spoelen, zonder dat
mij iemand bespiedde, en onwillekeurig overviel mij
de gedachte, dat de helderheid van den wijn van de
eerlijkgeid van een armen knaap kan afhangen.
Toen er een halfuur vcrloopen was, hoorde ik ach
ter mij, inde richting van de keldertrap, een zicht
geschuifel. Ik zag om, en ontdekic de lange, magere,
menschclijke gedaante van den heer Zwezerik.
«Sta op,jongen, sprak hij gebiedend.
Het was dc heer Zwczeiik in eigen persoon.
Gij hebt de annonce gelezen vroeg hij.
Ik zag om mij heen, alsof ik eensklaps op de maan
zat, want ik begreep geen enkel woord van hetgeen
hij zeide
Gij zijt genegen tot het werk van kantoor-
looper vroeg hij verder.
j lk meesmuilde, en zeide loen dat de heer Knikke
been, zoo althans had ik hem hooren noemen,
mij hierheen gewezen had.
Het is goed. hernam hij. lk verlang le ge
lijk een kanloorlooper en kelderjongen, en de aanbe
veling van den heer Knikkebeen is mij welkom. Volg
mij.
lk stond gedvveo op, verliet hijgende den vochli-
gen kelder, en slapte achter den heer Zwezerik an
dermaal naar het kantoor.
Gambetta, de groote volksredenaar,is dood!
Zietdaar bet groote nieuws dat. op Nieuwjaar
dag, uit Frankrijk aan gansch de wereld wierd
overgeseind.
Niemand verwachtte zich aan dit plotseling
afstervenalleen het dagblad La France
had mccgedeel dat zijn toestand gevaarlijk
scheen.
Gambetta is dus bijna schielijk overleden.
Op Nieuwjaaravond wierd doktor Lannelongue,
leeraar aan de parijsissche Hoogschool,haastig
naar Ville-d'-Avray ontboden. Hij kwam er
omtrent 7 uren toe. Alles scheen hem goed.
Om 9 uren begon den lijder zichtbaar te ver
zwakken. Ziende dat alle hoop op redding
verloren was, verliet de geneesheer den zieke.
Rond 10 uren begon de doodstrijd en 3 minu
ten voor middernacht, verscheen Gambetta
voor den Rechterstoel van den Almachtigen
God, hier alles verlatende tot zelfs zijne mira-
culeuse millioenen
Gambetta behoort nu tot de geschiedenis en
kan dus beoordeeld worden. Daar ligt nu,
door de onverbiddelijke hand der dóód ge
troffen, de man die zich met ziel en lijt in de
politieke woelingen smeet, die voor niets
achteruitwijkte, die groot gedruis maakte hij
Het was daar vrcolijker geworden sedert mijne
eerste intrede en hoewel hel niet past om in de
tegenwoordigheid van den heer des huizes te lachen,
bleek hel mij, dat daar thar.s eene uilzondering op
bestond
Allen schatlerdcn van lachen en knepen elkander
met de moderne, lange, witte, puntige nagels in de
roksmouwen; zelfs dc lieer Zwezerik kou zich niet
bedwingen om mede le lachen
Dat ik wederom beschroomd voor mij zag, is na
le gaan, want de talrijke onaangename ontmoetingen
in tweemaal vieren twintig uren ondervonden, had
den mij geleerd, dal men telkens om mijn persoon,
mijne houding en mijne klcedmg lachte Doch ik
verdroeg dil alles geduldig lk wilde immers dc we
reld in en om in de wereld le kunnen leven, met dc
wereld mede te gaan, moei men de luimen cn kwink
slagen der wereldsche menschcn welen le verdra
gen
lk werd dan kanloorlooper, met inbegrip van pak
kendrager Trouwens, in latere dagen heb ik geen
enkele kantoorzwalker gekend, die niet in T voorbij
gaan, tusschen zijn fluweelen vest, ofonder zijn hoed
een pak van eenige centimeters dikte verborgen
houdt.
Dc heer Zwezerik vroeg mij nu naar mijne geboorte
afkomst, naam, enz enz., te veel om ie onthouden
en toen hij hierop, zoo T scheen, geen voldoend
antwoord ontvangen had, zeide hij
Het doet er ook niet toe. Als gij ijverig zijl
zult ge wel verder komen, 'n den kelder zal men u
wel eene slaapplaats aanwijzen, en voor eenige cen
ten l.oopt men langs dc Jodcnbrcestraat een goed
middagmaal. Van hetgeen tusschen Zaterdag en Zon
dag aan klecren door mij wordt afgedankt, behoort
ook een deel aan u, en, als ik maar wilde, cn goed
oppaste, en braaf was, en nooit loog of mijn tijd ver
beuzelde, en en en dan had ik veel kans
zooverre, dat wijlen M. Thiers hem, den ra-
zenden zot noemde, Ja, hij ligt daar nu met
onmacht geslagen, de man die eens uitriep
liet clericalismus zietdaar de vijand en die
bijna gansch zijn politiek bestaan toewijdde
aan de bestrijding, ol beter gezegd, aan de
onmogelijke verdelging der Kerke Chrisli...
Doch op 'l oogenblik moet hij reeds de
dwaasheid zijner goddelooze onderneming on
dervonden hebben nu weet hij beter dan
iemand op de wereld dat de Kerke Gods eeu
wig en onvergankelijk is.... De dood van Gam-
belia bevestigt eens te meer de waarheid der
woorden door Onzen Godgelijken Zaligmaker
hij de instelling der Kerk uilgesproken, name
lijk De poorten der Ilel zuilen legen u niets
vermogen.... Gambetta is even als alle de vroe
gere kerkvervolgers verdwenen, en, Zij,_ de
Vervolgde leeft en bloeit nog!....
Ünnoodig bijna er bij te voegen, dat onze
belgisclic liberalen heele tranen storten over
die vroegtijdige dood; maar geen wonder, hij
was de uitvinder der echt liberale spreuk
Hel clericalismus zietdaar de vijand Hij
was, om zoo le zeggen, hun opperhoofd...
Zal de dood van den Volkstribuun eenen
groolen invloed teweeg brengen op den poli-
tieken toestand in Frankrijk .y
Hieraan valt niet te twijfelen; dit overlijden
zal eene zekere verwarring veroorzaken in de
verschillende republikeinsche groepen, die
eindelijk noodlottig voor de republiek zouden
kunnen worden.
Wij willen er nogthans bijvoegen dat sedert
den val van den gewezen volkstribuun aan
't ministerie, zijnen zijnen invloed uiterst
gering was geworden.
Volgens de Gaulois zou de wonde, die Gam
betta bij middel van een revolver werd toege
bracht, niet het gevolg zijn van een ongeluk,
maar zou er wel degelijk een moordaanslag
hebben plaats gehad.
Gambetta had onaangenaamheden met zekere
Mad. Leon, met wie hij in innige betrekking
was of geweest was. Ue onaangenaamheden
waren ontstaan over een zoon. Alphonse Leon,
die te Dresdc op studie was en dien de moeder
le Parijs wenschte le houden. Gambetta wilde
daarin niet toestemmen. Op zijne villa te Avray
had daarop een twist plaats; madame haalde
een revolver te voorschijn, en wilde of zich-
zelve ol Gambelia doodschietenhet schot ging
af, en Gambefla werd gewond.
Gambetta's zoon is 47 jaar oud, lang en dom
als de moeder, onrustig en bandeloos als de
vader. De knaap was aan geen tucht le gewen
nen, en de moeder trok steeds tegenover den
vader zijne partij.
Gambelia zal burgerlijk begraven worden.
De zegels zijn maandag gelegd in zijn hötel te
Parijs en in zijne woning teVille-d'-Avray.
Gambetta, Leon Michel, is den 11 April
1838, le Caliors geboren, van eene familie
van germaanscl'.en oorsprong. Hij deed' zijne
studiën iu liet klein seminarie van Cahors en
vestigde zich later als advokaat te Parijs.
Hij pleet in eenige politieke zaken en druk-
om eenmaal, iu plaats van een knaap, een man in de
wereld te worden.
Ik glimlachte van vergenoegdheid. Die goede heer
Zwezerik, hij deed den armen Jonas een nooit le
vergelden dienst, want dcór hem werd ik als het
ware de wereld ingeduwd.
Mijn werkkring zou reeds denzelfdcn dag een aan
vang nemen, ware liet niet om den kelderdiensl ef
eenige bezigheden voor het kantoor le verrichtten,
dan toch om voor de dikke keukenmeid eenige kleine
boodschappen te doen, en loen het schemerdonker
werd, den heer cn de mevrouw des buizes met een
paar wollen mantels, die zij mij le dragen hadden
gegeven, naar Tivoh lo geleiden. Dat avondtuur ver
geet ik nimmer, want het gaf mij een recht begrip
van hetgeen er al zoo in de wereld omgaat, althans
wat betreft den kleinen kring van wereldsche men
schcn, waarin ik mij destijds bewoog. Do heer ea
mevrouw Zwezerik hadden uit nederigheid dcD weg
le voet afgelegd, die naar het zomerlheater leidde,
steeds door mij op een eerbiedigen afstand gevolgd.
Toen wij het hak, of liever den sluitboom, die het
theater van den weg afscheidt, genaderd waren,
was h> l volksgedrang ontzaggelijk geworden, en
ik, die nog nooit zooveel inonscheii bij elkander ge
zien had, ik zette oogen op als een kwartel, dff le
gen het jagersnet gevlogen is. Al die menschen!
welke daa'r voor en óm mij heen gingen, wal wa
ren zij opgesmukt en wat zagen zij er vroolijk uil
Ik liaü toen nog geen goed begrip van de mode, of
den goeden smaak, der wcreldche menschen in hun
ne w ijze van klcedcn, maai ik kan mij toch zeer goed
herrinneren, dal dc ou 1 - Hollandsche deftigheid, al
was zij wat incerigesnocrd, loen nog niet overal ge
weken was. Men kende natuurlijk nog niet die S-vor-
mige lichaamsgestalte, door cene bespottelijke klee-
dcrdrachl veroorzaakt.
Wordt voortgezet.)