UJ 5 Uste Jaar Zondag18 Februari 18115. iV° 1901. M Pü IJZEREN WEG.VERTREKUREN UIT AELST NAAR VERTREKUREN UIT DE VOEGENDE STATIËN pBB Betalen, Landgenoten iieluk en ftlaebt. Bisdom van Gent. IN DE WERELD, LOTGEVALLEN VANJONASBONTEKRAAI Loting. ABONNEMKNTPIUJS6 FRANKS 'S JAARS. De inschrijving eindigt met 51 December. ER-BODE. ANN0NCENPR1JS, per drukregel: Gewooe 20 cent. Reklamen fr. 1,00. Vonnissen op Z*' bladz.KO cent. Dendermonde. Lokoren 4-56 6-37 8-45 12-22 3-09 6-38 10.08 4-56 6-37 8-45 12-22 3-09 6-38 Mechclen. 4-561 6-37/ 7-32d 8-1M Exp. 1®2® 3®kl. 8-45/ 11 -50d 1-04d Exp. 1* 2" 3» kl. 2-50d 3-09/ 6-0Od 6-38/ 10-08d Exp. 1e 2e 3' kl. Antw. 4-561 6-371 7-3M 8-l2dExr. 3 kl. 8-45/ i-04dExp. i'2® 'i- kl. 2-50d 3-09/ 6-00d 6-38/ 10-08d Cxp. 1" 2* 3® kl. Brussel, langs Denderleeuw. 4-31 7-32 O-OO 8-1-2 E 3 kl 9-10 10-25 dir. 11-59 1-04 E3kl. 2-50 o-00 0-0U direct 8-52 9-16 10-U8 E 3 klas. Leuven, Thienen, Luik, Verviers 4-31 d 4-56/ 6-37/ 8-iM E 3 kl 8-45/ ü-ood 9-1«d (li-S9i tot Leuven)l-04d Exp. 1® 2® 3' kl. 2-50d 6-OOd 0 OOd direct 9-16d 10-08 E 3 kl. (1) Not*, De letter beteekent langs Termondc en d Gent, (5-00's vrijd 7-0*2 dir. 7-56 E3 kl. 8-44 9-41 12-21 12-40 0-00 dir. 3-08 0-00 3-38 E 3 kl. 6-o9 6-35 9-38 10-10 Exp 3 kl. en des donderdags 12-36 Brugge, Oostende. 7-56 Exp. 3 kl. 9-41 12-21 12-40 o-OO dir 3 38 0 00 E 1® 2' 3e kl. 6-35 Doornyk, Mouscron, Kortryk, Ryssel (langs Gend) 8-47 12-21 12-40 3-08 3-38 Exp. 6-12 6-35 Doorn. Mouse. Korlryk, Ryss. (langs Atli) 5-55 8-12 E. 3 klas lol Denderleeuw H-59 2-51 6-00 Ninove. Gecraerdsbergen, Lessen, Ath 5-55 7-32 8-12E 3 kl. tot Dcnderl 2-51 6-00 9-11 nn Bergen, Quiévrain 5 55 8-12 E tot Dcnderl.11-59 2-51 b-00 Enghien Brainc, Manage, Charleroi, Namen langs Gecraerds bergen 5-55 11-59 2-51 0-00 6-00 Soltcgem, langs Erpe-Meire. 6.05 (7-25 s zat1—30 b.Oz Moorsel,0pwyck,Mechclen,Anlwerpen5,07 9,27 3,21 6,09 letter d langs Denderleeuw. Jf Cuique Suum. «AAR AELST ÜIT Alh 6.48 10.19 1.18 4.08 7.57 9.05 Anlw. 5.15 6,40 9,15 9.50 10.50 E. 1® 2® 3' 51. 12-15 3-15 E. 1®2°3® kl. 3-54 4.45 5.54 6.50 E. 1® 2® 3® kl. Brussel 6.20 direct 7.15 E 3 kl. 7.30 9.00 11.06 11.55 1-30 E 3 kl 3.00 E 5.01 5.50 dir. 7.17 8.24 2-05 E 3 kl.en des donderdags 11.45 Dendermonde 7.07 9.41 11.34 2.27 5.27 8.24 10.54 Geeraerdsbergen 7.27 11.05 2.00 4.50 8.39 9.41 Gent 6 40 7.39 E 3 kl. 8.15 9 43 11.07 12.31 E 3kl. 1.55 5.06 7-15 dir. 8.14 dir. 8.23 9.35 E 3 kl. Lessen 7.09 10.45 1.42 4.29 8.24 9.25 Lokeren 6.38 8.48 10.57 1.48 4.44 7.53 Ninove 7.55 11.33 2.28 5.18 9.07 10.09 Oostende 6.04 6.19E. 3 kl. 9.00 11.12E 3 kl. 11.54 6.0» üit Gent naar Moortzeele, Sottegem, Geeraerdb., Enghien, Braina-it- Corate 5.50 8.12E 8.58 11.18 2.20 5.40 6.55 8.59 uit geeraerdsbergen naar Maria-Lierde,Sottegem, Moorlzeele en Gent, 5.15 vryd. 7.24 8.35 dir. 9.54 11.58 2.58 4.48 5.50 E 8.51 üit Denderleeuw naar Haeltert, Burst, Hemele, Sotteg. Auder.aerde, Aasegaa Kortryk, 6.12 0.O0 9.01 12.55 6.C9 7.20 diraet. uit Sottegem langs denderleeuw naar Aelst, (5.38 's Zaterd.) 7.49 12.06 1.28 5.0» 7.41 uit Antwerpen naar St. Nikolaes, Lokeren en Gent 4.35 7.12 8.57 10.55 2.05 3.45 5.12 6.35 9.10 E 3 UI. uit Gent naar Lokeren, St. Nikolaes en Antwerpen 4.25 7.05 8 00E 9.25 1O.50 2.20 5.25 7.15 9.05E 3kl. Uit Sottegem langs Erpe-Meire. 7.50 1.58 7.48 uit Antwerpen (zuid) naar Opwyck, Moorsel an Aelst: 5,50 10,04 4,17 7,11 AELST, 17 FEBRUARI 1885. f De liberale schrijvelaars zitten fel in nesten met het tekort van mïllioenen dat, volgens bekentenis van M. Graux, minister van finantiën, in de staatskas bestatigd wordt. Immers de liberale feniksen weten niet boe zich te keeren bet tekort bestaat en er valt niet te loochen. 'Zij herinneren zich hunne verklaringen van Juni lest, wanneer zij met volle monden over de daken uitriepen Het liberaal ministerie lieeft er voor gezorgd de Staatskas stroomt over van geld. Geene duit nieuwe belasting zal moeten ge it stenul worden, en al wal de calholieke drukpeis a hieromtrent schrijft zijn eenvoudig leugens. schandelijke fopmiddels, oneei lijke uitvindsels enz., enz. Dus, wij calholieke schrijvers waren weêr logena'ars, bedriegers, en wat weet ik nog al meer. Doch het waren de liberale schrijvelaars alleen niet die ons voor logenaars en bedrie gers uitscholden.... Eenige dagen vóór de al- gemeene kiezing, den 7 Juni, stuurde de libe rale associatie van Gent een manifest rond. en daar er te Gent een minister, M. Ilolin, moest herkozen worden, mag men dit stuk als 't ma nifest van 't ministerie aanschouwen. En wat zegde de liberale associatie in haar ministerieel kiesmanifest? Luistert, Landgenoten Kiezers'. Gij zult geen geloof hechten aan de belachelijke fabels die de nieuws- bladen en de leiders der eatholijke partij uit- vinden over mïllioenen nieuwe belastingen a die wij zouden doen stemmen. Er is hoegenaamd geene kwestie van nieuwe helas- tingen. Geen ander tekort bestaat er dan eene misrekening zon- a der belang in zake van ijze- ren wegen. Dus er beslondt geen tekort en er moesten dan ook geene nieuwe belastingen gelieven wordenmaar er bestondt toch iels; er beslondt eene misrekening zonder belang in 't bestuur der ijzeren wegen... Eenmisrekening- ske zonder belang van 25 millioenen! Dit riep het ministerieel manifest der libe rale Associatie van Gent uit... Talrijke kiezers lieten zich door de/.e logenachtige verklaringen om den tuin leiden, de liberale candidaien zegepraalden, en de toer was gespeeld zou de vertegenwoordiger der luxemburgsche viggen, M. Bouvier, zeggen. Nauwelijks zijn de Kamers eenige weken vergaderd of bet ministerie moet zich zelve logenstraffen. Door den mond van den minis ter van finantiën moet bet bekennen dal het niet eene misrekening maar wel een te kort van 25 millioenen geldt, en er dus 25 millioenen nieu we belastingen moeten gevonden worden om het te dekken. Wij vragen liet u, lieeren liberalen, wie zijn nu de logenaars, de volksfoppers?... Wie is het die T kiezerskorps schandelijk door logen- I taal en bedrog om den tuin heeft geleid?... j Wie is het die belachelijke fabels, en bedriege- j lijke uitvindsels verspreide. Gij, lieeren libe- ralen, zijl de logenaars, de bedriegers!... Gij zijl het die bet kiezerskorps schandelijk hebt gefopt!... Gij zijl liet die uit uwe fopperij voor deel hebt getrokken, maar die zich nu beden toch verplicht ziet de door uw gelopte kiezers liet vel al te stroopen om bet tekort te dekken dat gij mordicus loochendet Wij hopen dat bet kiezerskorps de les wel zal onthouden, en zich bij den aanstaanden keus zal berinneren,dat de liberalen alleen den naam van eeuwige logenaars en volksbedrie gers verdienen Ziedaar den titel van een weldoordacht arti kel, 't welk wij in 't Vlaamsch Heelal aantreffen en wij bier grootendeels laten volgen Het geluk en de macht van een volk moe ten hunnen oorsprong vinden in de eenvoudige zeden en de matigheid. Men heeft schoon een volk te vleien en door eene bandeiooze vrijheid te begunstigen; men heeft schoon onlzagelijke legers in te richten om tegenover den vijand de macht van een volk te doen uitschijnen; men zal er daarmeê nooit in gelukken dit volk oprecht gelukkig en machtig te maken. Dit begrijpen onze hedendaagschc bestier ders niet. Zij willen onder geen enkel oogpunt afwijken van de vooroordeelen der hedendaag- sche beschaving en staatkunde; zij willen het volk gelukkig maken met het te bederven en te ontzenuwen zij willen liet machtig maken mei hei uit te buiten en te verarmen. Zoo redeneerden en handelden de regeer uil den ouden tijd niet. Zij kenden misschien gecne/t vooruitgang, geen klatergoud noch grootspraak zoo als wij; maar zij wisten bun volk toch beter te behandelen en te ver edelen zij kenden wellicht geene théoriedie bij velen de god van den dag is geworden maar z.ij steunden meer op de praktijk en vorm den. onversaagde belden, waartegen de huidige landverdedigers bespottelijke dwergen zijn Bij hen-bestond eene onverdeelde vrijheid; alleen de vrijheid die voor doel had het volk te bederven, deze was bij hen eene misdaad, en zij beproefden door alle middels om die geheel en gansch te vernietigen. Het geluk van hun volk wilden zij bewerken door eigenaardige, eenvoudige en onberispelijke zeden. Nu echter handelt men heel anders: men laat liet volk de volle vrijheid om zich te bederven, en men houdt er geene rekening van dal bet volk, met zich te bederven, zich levens ongelukkig maakt. De kracht der ouden bestond niet in eene overgrooie legermacht. Zij deden de macht van 't land steunen op 't geluk van bun volk En zij redeneerden juist. Laat ons alles doen zegden zij, om ons volk gelukkig te maken, om hel vaderland te doen beminnen. Als het va derland in geluk en weelde is, als men op den vadergrond geene dwingelandij te vreezen heeft, dan wordt en is bei vaderland machtig zijne zonen zullen als leeuwen strijden, met moed en overtuiging, om dit vaderland te ver dedigen tegen vreemde overweldiging! En de geschiedenis leert ons dat de oudere volkeren met hunne eenvoudige zeden en zon der bestendige legermacht, meer belden heb ben voortgebracht dan de staande legers van heden; zij leert ons den heldenmoed en de bewonderensweerdige vaderlandsliefde van klein en groot, van arm en rijk, die op de enkele gedachte dal hun land misschien de prooi ging worden van den vreemdeling, als een man opsprongen en have en goed te pande stelden voor't verdedigen van het lieve vader land! Want met het vaderland te verdedigen, streefden zij voor 't behoud van hun geluk en hunne vrijheid. Die volkeren waren machtig, omdat zij gelukkig waren. Heden echter bestaat zulks 'niet meer. Het meeste deel der landen zijn voor de burgers strafplaatsen gewordenmet moet er soldaat spelen tegen wil en dank; men ver plet de bevolking onder belastingen, en als bet aderland in gevaar verkeert, men zal strijden, ja, omdat men daartoe gedwongen zal zijn, maar zonder moed, overtuiging of vaderlands liefde, want iedere strijder zal zich afvragen lot wat de strijd toch dienen mag?... Statistiek, der vrije ot catlio- lieke lagere scholen. De statistiek der vrije of calholieke lagere scholen opgemaakt door het algemeen Scbool- beheer van ons Bisdom, en vastgesteld op 15 december van 't vei loopene jaar 1882, somt als volgt bet getal leerlingen op welke die scholen bijwonen tiers OF Eene humoristische bijdrage, DOOR P. NUIJENS, Ju. o«-»o— 14® Vervolg. (t Voor den drommel 1 riep de jood uit, mijn heer Jonas is al te keurig. Zoo gaai het tegenwoor dig in de wereld, mompelde hij schertsend van sjouwerman wil men een reuzenstap doen, en al dadelijk een heer worden Nu, ook in deze rubriek ben ik ruim voorzien, hoor maar... Mijnheer Jonas behoeft slechts even het hoofd te buigen bij bel noemen van den stand, die hem hel meest bevalt» Zonder tusschenpoozen dreunde hij op lieeren kamerdienaar, poortwachter, koet sier, palfrinier, kok, scrvctjongen, (een widstgevend postje, liet hij er leemend op volgen), lieeren borstelaar, besteller, inzeeper bij een barbier, cou peursloopjongen, kotnehuisjongen.kellner, biljai tjon- gen, bediende in eetic restauratie Het laatste is voor eiken nieuweling aan te bevelen,» zeide bij lachende. De bengel, die al den tijd, dat de Jood met mij sprak, achter mij stond en geen enkel woord in het midden bracht, duwde mij bij liet noemen van den laalsten stand tegen mijn achterhoofd, zoodal ik ge noodzaakt werd hoofd te buigen. a Ha, ha 1 lachte de Jood, gij weel de fijne brokken te kiezen,, de premie voor mij zal des te hoo- ger zijn. Hoor maarloon tachtig gulden, behalve ARRONDISSEMENTEN. 1882. 1880. Aelst. 22,714 22,293 Audenaerde. 15,953 15,692 Eecloo. 9,526 9,449 St-iSicotacs. 23,414 22,558 Dendermonde. 16,902 13,857 Gent zonder dc stad. 29,051 27,604 Te samen zonder de stad Gent. 115,590 111,153 Stad Gent. 11,418 10,878 'lotaien. 127,008 122,331 Deze opgave welke mei de meeste nauwkeu righeid volgens de inlichtingen der parochiale komileiten van ons Bisdom werd opgemaakt, toont zonneklaar, dat ofschoon de inrichtingen van 1880 af reeds genoeg volledig waren, de schoolbevolking, op 15 december 1882, nog maals vermeerderd was met 4,677 leerlingen sedert de laatste statistiek, deze van 1880. Het vrije calholieke onderwijs voorziet he den in de behoeften van alle de gemeenten van Oost-Vlaanderen. Behalve zeven of acht kleine gemeenten gelegen in de arrondissementen Aelst en Audenaerde waarvan de gezamenlijke bevolking de 1000 zielen niet overtreft, en alwaar de kinderen de scholen der aanpalende gemeenten bijwonen, bezitten thans alle de ge meenten van ons Bisdom eene of meer vrije calholieke scholen. Wanneer men de statistieken der Bisdom men van Brugge, Luik en Namen raadpleegt, verval, dadelijk te aanvaarden. Adres den heer Exter, in de Korle-Kikvorschepslraal. Gefeliciteerd,mijnheer Jonas, cn du Jood stak mij zijne magere, van vr' glimmende hand toe. Ik stond te kijken als iemand, die zich onverwacht tengevolge eener zoneclips in het donker bevindt. lk had dan alweder mijne positie aan de vastberaden heid van den slraeljongen te danken. Wonderlijke knaap, dacht ik, waarom waart gij juist dc persoon, die mijne eerste schreden doer de weelige wereld zoo wonderbaar leidde Toen de Jood de vijf gulden ontving, die hij, naar hij zeide, eerlijk aan mij verdiend had, nam de ben gel mij onder den arm, en leidde mij zegevierend naar builen. Dat is naar behooren. geslaagd. Ik zal u bij den heer Exter brengen, en daarna gaal elk zijr weegs, fluisterde hij mij toe. Daarop floot hij tu: schen zijne tanden ccn straatdeuntje, en eindigde daarmede niet eerder, dan toen wij voor het reusach tige huis van den restaurateur stonden. Ik wilde stoutmoedig naar binnen gaan, doch de straatbengel hield mijne hand vast Wat wilt gij doen vroeg hij, met een ge laat, waarop alle kenteekeneu der melancholie te lezen stonden. L' bedanken cn mijn dienst aanvaarden, antwoordde ik. Hij lachte treurig, en schudde met het hoofu, ter wijl hij mij de blinkende guldens voorhield, welke ik hem gegeven had. a Moet ik U niet veeleer bedanken voor de fraaie koningskoppen, die gij nnj zoo goedwillig af stond! Gij zijt wel goed. Jonas, en daar gij du zijl, wil ik u ook zoggen, waarom ge mij zooveel belang inboezemt en waarom ik uwe gangen bespied, p Hij trok mij nu naar zich toe, en leidde mij tot aan de hardsleenen stoep van een groot heerenhuis, dat eenige schreden van dc restauratie verwijderd stond. Wij namen op de benedcndsle trede daarvan nevens elkander plaats Na eene poos zwijgen begon bij zijne levensgeschiedenis aldus te vertellen lk ben een kind der wereld. Tol ophetoogen blik, dat mij vreemde handen ontrukten aan de tee- dere zorgen van eene moeder en een vader, heb il slechts een flauw denkbeeld van mijneeerste levens jaren. Het was op een kouden avond in de maand December de wind gierde om de hoeken der straten en dwarrelende sneeuwvlokken vielen overal om mij en hoopten zich lol dikke lagen opeen. Ik moet vier ol vijfjaren oud geweest zijn, toen ik, op een onbe waakt oogenblik, aan de handen mijner moeder ont snapte, en in eene onbekendeslraatterugkwam. Toen ik eene poos voortgeloopeu had, zag ik om, en ont dekte dal ik alleen was Eene vrouw, met een leelijk uitzicht, had mij nauwelijks bemerkt, of zij lokte mij tol zich, ten minste zoo moet het met mij gegaan. Zij nam mij bij de hand, gaf mij eenige vorsnageringen, en nam mr toen op haren arm, terwijl zij mij liefkoosde- D dankbare glimlachjes, die ik haar toestuurde, moeten evenwel geen omkeer in haar barbaarsch gemoed bewerkt hebbpn. Dal bleek, helaas, maar al te spoe dig. In een akelig, donker huis aangekomen, stak zij spoedig eene kaars aan, en belastte m(j toen van onder en boven. Zij ontnam mij mijne bovenklee- tferep, mijn nieuwen hoed, waarop ik als kind zoo trotsch was, mijne nieuwe schoenen in één woord, Jor.as.zij ontnam mij alles,behalve dit beeld, dat ik hier om den hals draag. Met eene zekere gejaagdheid nam hij van onder zijn armoedig kleed een voorwerp lusschen zijue I vingers, en liet mij dat zien. i Een vrouwenportret! riep ik uit. dan bestatigt men dat het vrije calholieke on derwijs overal in vooruitgang verkeert. Die vooruitgang bewijst ontegensprekelijk dat liet calholieke onderwijs bel vertrouwen der ouders heelt weten te winnen, en hel meer en meer aan de verlangens des volks beant woordt. Ondanks de millioenen en millioenen die bet maconniek ministerie aan 't onzijdige of liever anli-catholiek ouderwijs nutteloos verkwist, ondanks al zijn invloed en dwang blijven de Staatsscholen onbevolkt. Talrijk zijn de Staatsscholen die slechts een zeer gering getal en soms geene leerlingen tellen. Neen, het volk wil van de geuzenscholen niet;.het verfoeit, verwenscht en vlucht ze oor zijne kinders. Immers liet volk weet dat het geuzenonder- ijs geen ander doel heeft dan de vernietiging au alle godsdienstig gevoel in de herten der opkomende geslachten; de macormieke libe ralen willen liet voorvaderlijk christeue geloof dooden, en dat wil het volk niet, neen, het wil aan zijn geloof getrouw blijven!.... De Belgen en vooral de Vlamingen zijn nog niet rijp om onder het geuzenjuk het hoofd te bukken. Gedwee verdragen zij wel heden nog de maconnieke dwingelandij, doch de tijden schij nen ons niet verre meer verwijderd dat de maat zal overloopen, en dan zullen zij als een man opstaan om den geuschen school- draak onder hunnen wil voor altijd te ver pletteren Hel Journal des Tribunaux. dat geenzins klerikaal is, schandvlekt in zijn nummer van verleden donderdag de politieke schelmerij van de herkneding der kiezing van Soignies Wij hebben, zegt het blad, er eene schen ding van de wet in gezien, en wij betitelen het met liet woord dat voor ons uitdrukt wat op aarde het noodlottigsle is voor het nationaal geweten het recht van den-sterkste. Behoeven wij ook het nieuwe voorteeken niet aan te klagen, ernstiger dan alle andere, van de ongeneesbare wonde die onze kieswet geving afknaagt het bedrog, die kwaal die bovenwaarts verschijnt wanneer men ze ver meent uitgeroeid te hebben benedenwaarts. Verblind zijn zij die denken dat zulk een stelsel kan standhouden Plichtigzijn degenen die het kwaad niet willen ontwaren dal aan onze openbare en zelfs bijzondere zeden ver oorzaakt wordt door deze daadzaken, waar voor, eilaas! de regeltucht der partijen geen woordje blaam in de drukpers over heeft, welke zij, integendeel, prijst en aanbeveelt als voorbeelden goed om na te volgen Vrouwe Courtman'e Jubelfeest. Onder degenen, die in de laatste 50 jaren door hunnen letterkundigen arbeid liefde voor de miskende moedertaal opgewekt, en door de strekking hunner geschriften hunne min ont wikkelde medeburgers verkwikt, opgebeurd en veredeld hebben, bekleedt vrouwe Court- mans eene eereplaats. Niet alleen als dichteres kan vrouwe Court- mans op onze waardeering en hoogachting ruimschoots aanspraak maken, ook als echt- genoote en moeder verdient zij ten volle den eerbied van allen die moed en krachtdadigheid in het vervullen van zware plichten, en tevens het stille, aan de studie gewijde gemoedsleven, onder het oefenen der huiselijke deugden, op prijs stellen. Daarom heeft zich te Gent een Comiteit ge vormd, met het doel der brave en verdienste lijke vrouw, der gevierde kunstenares, op den avond van haar eervol en werkzaam leven, in naam van 't Nederlandsche volk, een open- baat' bewijs van hulde en hoogachting aan te bieden. Het Comiteit beslaat uil de heeren D'e Potter en Geiregat, voorzitters; Michiels en Obrie, ondervoorzitters; II. de Baets en L. De Vriese, secretarissen en M. Am. De Vos, schatmeester en een 27tal leden. Het feest zal gevierd worden te Gent, op Zondag 15 Mei, en te Maldeghem, op Maandag 14 Mei. Elke inschrijver van minstens 5 frs, zal het gesteendrukt portret van vrouw Court- mans ten geschenke ontvangen. Een insclirijvingslijst berust ten Bureele van den Denderbode. Wij laten hier nadere inlichtingen volgen, welke de lolelingen kunnen dienstig wezen. De wet verleent vrijstellingen in de volgende gevallen Is definitivelijk vrijgesteld1® Dengene, wier maat niet meer is dan één meter, vier honderd milimeters, en dengene die den 31 december van liet loopende jaar ten volle 25 jaren oud is en die één meter, vijfhonderd millimeters meet; 2C Dengene, die aangedaan is met ongeneesbare gebrekkelijklteden, welke hem ongeschikt maken tolden soldatendienst; 3° Dengene, wiens broeder acht jaren gediend heeft; bij den dienst is overleden of niet opge houden heeft van het leger deel te maken dan ten gevolge van feiten, onafhankelijk van zijnen wil of van zijne schuld. (Hij, die wegens alle andere oorzaak dan voor wonden of onvrij willige ziekten, gedurende meer dan negen maanden in den loop der twee eerste jaren te rekenen van de oproeping onder de vaandels van het korps mocht afwezig geweest zijn, zou de vrijstelling aan eenen broeder niet kunnen verschaffen.) Is voor één jaar vrijgesteld 1° Dengene, die niet één meter, vijfhonderd millimeters meet; 2° Dengene, die de eenige afstammeling is van een nog in leven zijnde persoon, ten zij hij toehoore aan eene familie die in welstand is; 3° Dengene die, aangedaan is door geneesbare gebrekkelijkheden.en niet bekwaam geoordeeld wordt om vóór den 1 October van hel loopende jaar te dienen4° Dengene, die de eenige steun is: a) van zijn vader en zijne moeder of van een hunner; b) indien deze laatste over leden zijn, van zijne grootouders of van een hunner; c) van een of verscheidene broeders of zusters, die weezen zijn5" Den vader, Ongetwijfeld mijne moeder, liet hij er op volgen, terwijl hij op hel glas een kus drukte, cn het met een traan bevochtigde. lk had de poëzie van het leven slechts als eene schaduw gekend de poëzie, die ik later in dc wereld wilde terugvinden. Helaas! wal toen met mij gebeurde, is verschrikke lijk. De wereld is strafwaardig voor de misdaden aan onschuldige kinderen gepleegd. De vrouw zette mij weder op ue straat neder. lk schreide; neen, Jonas, de koude beving mij en belette mij het schreien. Ik klappertandde en snikte hoorbaar. d Een man, net gekleed, met hoogë rijlaarzen, riep mij tot zich. Ik kan mij slechts flauw herinneren, wal hij zeide. Maar hij scheen al even weinig mede lijden met mij te hebben als dal vrouwmensch. Hij wierp eene slip van zijne jagersjas op mij heen, en droeg mij haastig voort. Toen hij een langen lijd voortgeloopen had, zette hij mij voor een huis met kleine vensters, waarvoor roode gordijnen hingen, op den grond neder. Dal huis stond op wielen; daarachter stonden nog twee zulke rollende ge vaarten, in ééne waarvan verscheidene kinderen schreiden en speelden. Van toen af aan werd ik als lid dezer familie beschoud. lk reisde van stad tot stad, van dorp lot dorp, om de kunsten ie helpen Uitvoeren, welke die man aan de wereld te aan schouwen gaf. Hij was een acrobaat,dat wil zeggen, hij verrichtte met zijn troep luchtsprongen, buite lingen, in één woord, halsbrekende loeren. Q, Jonas, konden alle valsche philanthropen, alle zoogenaamde beschavcrs dezer eeuw, alle wet- ler.makers, konden die allen welen, dat de licbaams- toeren, do zoogenaamde straal gijmnastiek, waarin men zich verlustigt, zoo mentgmalen door kinder- tranen gekocht worden.' lk was een gestolen kind. j Teneinde mij vlug en huigzaam te maken, word ik door eene oude vrouw zulk eene, die men gewoonlijk eene lang noemt dagelijks op eene zachte wijze gestreeld, gelijk zij dat noemde. Zij boog mij namelijk naar alle zijden, dat mijne ge wrichten kraakten, smeerde dc biugzijde van mijne leden met stinkend vet in, cn herhaalde die kuur zoo dikwijls, totdat ik in vlugheid mijnen lotgenoolen evenaarde. Zie maar, riep hij mcl gemaakte vroo- lijkbeid, en eer ik recht begreep wat hij in zijne treurige opgewondenheid gezegd had, was hij op het midden der straat gesprongen, en buitelde driemaal over zijn hoofd. Gij hebt dus al veel in de wereld te lijden gehad, zeide ik, nadat hij andermaal naast mij plaats genomen had, terwijl ik zijne hand deelne mend in de mijne legde, Nog niet genoeg, hernam hij toen. Mijn leven was bitter; van daar, dal ik walgde van de pracht, die ik van het theater af dagelijks om mij heen zag. Eindelijk, nadat ik twee en een half jaar bij dezen vreeselijken kermisreiziger had doorge bracht, werd ik koppig Toen hij zag. dal hij met harde woorden, met stokslagen, met mij dagen achtereen hel voedsel te onthouden, niets meer met mij winnen kon, joeg bij mij naakt en bloot de wereld in. Het is de waarheid, wat ik zeg, Jonas, en mis schien zijn er nog zoo velen van die ongelukkigen, die, in hunne vleeschkleurige pakjes, met hunne gelo gelaatskleur, zich aan do wereld verloonen, en die even rampzalig zijn als ik toen was. Maarmiju lijden was nog niet ten einde. Nadat ik eenige dagen, aan alles gebrek heb bende, langs 's Hoeren wegen rondslenterde, was j het eene derde persoon, die zich om mij scheen te I bekommeren. (W#r<tZ V0$rtgezet,)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1883 | | pagina 1