UJ
5 Uste Jaar
Zondag18 Februari 18115.
iV° 1901.
M
Pü
IJZEREN WEG.VERTREKUREN UIT AELST NAAR
VERTREKUREN UIT DE VOEGENDE STATIËN
pBB
Betalen, Landgenoten
iieluk en ftlaebt.
Bisdom van Gent.
IN DE WERELD,
LOTGEVALLEN VANJONASBONTEKRAAI
Loting.
ABONNEMKNTPIUJS6 FRANKS 'S JAARS. De inschrijving eindigt met 51 December.
ER-BODE.
ANN0NCENPR1JS, per drukregel: Gewooe 20 cent. Reklamen fr. 1,00. Vonnissen op Z*' bladz.KO cent.
Dendermonde.
Lokoren
4-56 6-37 8-45 12-22 3-09 6-38 10.08
4-56 6-37 8-45 12-22 3-09 6-38
Mechclen. 4-561 6-37/ 7-32d 8-1M Exp. 1®2® 3®kl. 8-45/
11 -50d 1-04d Exp. 1* 2" 3» kl. 2-50d 3-09/ 6-0Od
6-38/ 10-08d Exp. 1e 2e 3' kl.
Antw. 4-561 6-371 7-3M 8-l2dExr. 3 kl. 8-45/ i-04dExp.
i'2® 'i- kl. 2-50d 3-09/ 6-00d 6-38/ 10-08d Cxp.
1" 2* 3® kl.
Brussel, langs Denderleeuw. 4-31 7-32 O-OO 8-1-2
E 3 kl 9-10 10-25 dir. 11-59 1-04 E3kl. 2-50 o-00
0-0U direct 8-52 9-16 10-U8 E 3 klas.
Leuven, Thienen, Luik, Verviers 4-31 d 4-56/ 6-37/ 8-iM
E 3 kl 8-45/ ü-ood 9-1«d (li-S9i tot Leuven)l-04d
Exp. 1® 2® 3' kl. 2-50d 6-OOd 0 OOd direct 9-16d 10-08 E
3 kl.
(1) Not*, De letter beteekent langs Termondc en d
Gent, (5-00's vrijd 7-0*2 dir. 7-56 E3 kl. 8-44 9-41
12-21 12-40 0-00 dir. 3-08 0-00 3-38 E 3 kl. 6-o9 6-35
9-38 10-10 Exp 3 kl. en des donderdags 12-36
Brugge, Oostende. 7-56 Exp. 3 kl. 9-41 12-21
12-40 o-OO dir 3 38 0 00 E 1® 2' 3e kl. 6-35
Doornyk, Mouscron, Kortryk, Ryssel (langs Gend) 8-47
12-21 12-40 3-08 3-38 Exp. 6-12 6-35
Doorn. Mouse. Korlryk, Ryss. (langs Atli) 5-55 8-12 E.
3 klas lol Denderleeuw H-59 2-51 6-00
Ninove. Gecraerdsbergen, Lessen, Ath 5-55 7-32 8-12E 3 kl.
tot Dcnderl 2-51 6-00 9-11 nn
Bergen, Quiévrain 5 55 8-12 E tot Dcnderl.11-59 2-51 b-00
Enghien Brainc, Manage, Charleroi, Namen langs Gecraerds
bergen 5-55 11-59 2-51 0-00 6-00
Soltcgem, langs Erpe-Meire. 6.05 (7-25 s zat1—30 b.Oz
Moorsel,0pwyck,Mechclen,Anlwerpen5,07 9,27 3,21 6,09
letter d langs Denderleeuw.
Jf
Cuique Suum.
«AAR AELST ÜIT
Alh 6.48 10.19 1.18 4.08 7.57 9.05
Anlw. 5.15 6,40 9,15 9.50 10.50 E. 1® 2® 3' 51. 12-15
3-15 E. 1®2°3® kl. 3-54 4.45 5.54 6.50 E. 1® 2® 3® kl.
Brussel 6.20 direct 7.15 E 3 kl. 7.30 9.00 11.06
11.55 1-30 E 3 kl 3.00 E 5.01 5.50 dir. 7.17 8.24
2-05 E 3 kl.en des donderdags 11.45
Dendermonde 7.07 9.41 11.34 2.27 5.27 8.24 10.54
Geeraerdsbergen 7.27 11.05 2.00 4.50 8.39 9.41
Gent 6 40 7.39 E 3 kl. 8.15 9 43 11.07 12.31 E 3kl.
1.55 5.06 7-15 dir. 8.14 dir. 8.23 9.35 E 3 kl.
Lessen 7.09 10.45 1.42 4.29 8.24 9.25
Lokeren 6.38 8.48 10.57 1.48 4.44 7.53
Ninove 7.55 11.33 2.28 5.18 9.07 10.09
Oostende 6.04 6.19E. 3 kl. 9.00 11.12E 3 kl. 11.54 6.0»
üit Gent naar
Moortzeele, Sottegem, Geeraerdb., Enghien, Braina-it-
Corate 5.50 8.12E 8.58 11.18 2.20 5.40 6.55 8.59
uit geeraerdsbergen naar
Maria-Lierde,Sottegem, Moorlzeele en Gent, 5.15 vryd.
7.24 8.35 dir. 9.54 11.58 2.58 4.48 5.50 E 8.51
üit Denderleeuw naar
Haeltert, Burst, Hemele, Sotteg. Auder.aerde, Aasegaa
Kortryk, 6.12 0.O0 9.01 12.55 6.C9 7.20 diraet.
uit Sottegem langs denderleeuw naar
Aelst, (5.38 's Zaterd.) 7.49 12.06 1.28 5.0» 7.41
uit Antwerpen naar St. Nikolaes, Lokeren en Gent
4.35 7.12 8.57 10.55 2.05 3.45 5.12 6.35 9.10 E 3 UI.
uit Gent naar Lokeren, St. Nikolaes en Antwerpen
4.25 7.05 8 00E 9.25 1O.50 2.20 5.25 7.15 9.05E 3kl.
Uit Sottegem langs Erpe-Meire. 7.50 1.58 7.48
uit Antwerpen (zuid) naar Opwyck, Moorsel an
Aelst: 5,50 10,04 4,17 7,11
AELST, 17 FEBRUARI 1885.
f
De liberale schrijvelaars zitten fel in nesten
met het tekort van mïllioenen dat,
volgens bekentenis van M. Graux, minister van
finantiën, in de staatskas bestatigd wordt.
Immers de liberale feniksen weten niet boe
zich te keeren bet tekort bestaat en er valt
niet te loochen. 'Zij herinneren zich hunne
verklaringen van Juni lest, wanneer zij met
volle monden over de daken uitriepen
Het liberaal ministerie lieeft er voor gezorgd
de Staatskas stroomt over van geld.
Geene duit nieuwe belasting zal moeten ge
it stenul worden, en al wal de calholieke drukpeis
a hieromtrent schrijft zijn eenvoudig leugens.
schandelijke fopmiddels, oneei lijke uitvindsels
enz., enz.
Dus, wij calholieke schrijvers waren weêr
logena'ars, bedriegers, en wat weet ik nog al
meer.
Doch het waren de liberale schrijvelaars
alleen niet die ons voor logenaars en bedrie
gers uitscholden.... Eenige dagen vóór de al-
gemeene kiezing, den 7 Juni, stuurde de libe
rale associatie van Gent een manifest rond. en
daar er te Gent een minister, M. Ilolin, moest
herkozen worden, mag men dit stuk als 't ma
nifest van 't ministerie aanschouwen.
En wat zegde de liberale associatie in haar
ministerieel kiesmanifest?
Luistert, Landgenoten
Kiezers'. Gij zult geen geloof hechten aan de
belachelijke fabels die de nieuws-
bladen en de leiders der eatholijke partij uit-
vinden over mïllioenen nieuwe belastingen
a die wij zouden doen stemmen.
Er is hoegenaamd geene
kwestie van nieuwe helas-
tingen.
Geen ander tekort bestaat
er dan eene misrekening zon-
a der belang in zake van ijze-
ren wegen.
Dus er beslondt geen tekort en er moesten
dan ook geene nieuwe belastingen gelieven
wordenmaar er bestondt toch iels; er
beslondt eene misrekening zonder belang in
't bestuur der ijzeren wegen... Eenmisrekening-
ske zonder belang van 25 millioenen!
Dit riep het ministerieel manifest der libe
rale Associatie van Gent uit... Talrijke kiezers
lieten zich door de/.e logenachtige verklaringen
om den tuin leiden, de liberale candidaien
zegepraalden, en de toer was gespeeld zou de
vertegenwoordiger der luxemburgsche viggen,
M. Bouvier, zeggen.
Nauwelijks zijn de Kamers eenige weken
vergaderd of bet ministerie moet zich zelve
logenstraffen. Door den mond van den minis
ter van finantiën moet bet bekennen dal het
niet eene misrekening maar wel een te kort van
25 millioenen geldt, en er dus 25 millioenen nieu
we belastingen moeten gevonden worden om het te
dekken.
Wij vragen liet u, lieeren liberalen, wie zijn
nu de logenaars, de volksfoppers?... Wie is
het die T kiezerskorps schandelijk door logen-
I taal en bedrog om den tuin heeft geleid?...
j Wie is het die belachelijke fabels, en bedriege-
j lijke uitvindsels verspreide. Gij, lieeren libe-
ralen, zijl de logenaars, de bedriegers!... Gij
zijl het die bet kiezerskorps schandelijk hebt
gefopt!... Gij zijl liet die uit uwe fopperij voor
deel hebt getrokken, maar die zich nu beden
toch verplicht ziet de door uw gelopte kiezers
liet vel al te stroopen om bet tekort te dekken
dat gij mordicus loochendet
Wij hopen dat bet kiezerskorps de les wel
zal onthouden, en zich bij den aanstaanden
keus zal berinneren,dat de liberalen alleen den
naam van eeuwige logenaars en volksbedrie
gers verdienen
Ziedaar den titel van een weldoordacht arti
kel, 't welk wij in 't Vlaamsch Heelal aantreffen
en wij bier grootendeels laten volgen
Het geluk en de macht van een volk moe
ten hunnen oorsprong vinden in de eenvoudige
zeden en de matigheid. Men heeft schoon een
volk te vleien en door eene bandeiooze vrijheid
te begunstigen; men heeft schoon onlzagelijke
legers in te richten om tegenover den vijand
de macht van een volk te doen uitschijnen;
men zal er daarmeê nooit in gelukken dit volk
oprecht gelukkig en machtig te maken.
Dit begrijpen onze hedendaagschc bestier
ders niet. Zij willen onder geen enkel oogpunt
afwijken van de vooroordeelen der hedendaag-
sche beschaving en staatkunde; zij willen het
volk gelukkig maken met het te bederven en te
ontzenuwen zij willen liet machtig maken mei
hei uit te buiten en te verarmen.
Zoo redeneerden en handelden de regeer
uil den ouden tijd niet. Zij kenden
misschien gecne/t vooruitgang, geen klatergoud
noch grootspraak zoo als wij; maar zij wisten
bun volk toch beter te behandelen en te ver
edelen zij kenden wellicht geene théoriedie
bij velen de god van den dag is geworden
maar z.ij steunden meer op de praktijk en vorm
den. onversaagde belden, waartegen de huidige
landverdedigers bespottelijke dwergen zijn
Bij hen-bestond eene onverdeelde vrijheid;
alleen de vrijheid die voor doel had het volk te
bederven, deze was bij hen eene misdaad, en
zij beproefden door alle middels om die geheel
en gansch te vernietigen. Het geluk van hun
volk wilden zij bewerken door eigenaardige,
eenvoudige en onberispelijke zeden. Nu echter
handelt men heel anders: men laat liet volk
de volle vrijheid om zich te bederven, en men
houdt er geene rekening van dal bet volk, met
zich te bederven, zich levens ongelukkig
maakt.
De kracht der ouden bestond niet in eene
overgrooie legermacht. Zij deden de macht
van 't land steunen op 't geluk van bun volk
En zij redeneerden juist. Laat ons alles doen
zegden zij, om ons volk gelukkig te maken, om
hel vaderland te doen beminnen. Als het va
derland in geluk en weelde is, als men op den
vadergrond geene dwingelandij te vreezen
heeft, dan wordt en is bei vaderland machtig
zijne zonen zullen als leeuwen strijden, met
moed en overtuiging, om dit vaderland te ver
dedigen tegen vreemde overweldiging!
En de geschiedenis leert ons dat de oudere
volkeren met hunne eenvoudige zeden en zon
der bestendige legermacht, meer belden heb
ben voortgebracht dan de staande legers van
heden; zij leert ons den heldenmoed en de
bewonderensweerdige vaderlandsliefde van
klein en groot, van arm en rijk, die op de
enkele gedachte dal hun land misschien de
prooi ging worden van den vreemdeling, als
een man opsprongen en have en goed te pande
stelden voor't verdedigen van het lieve vader
land! Want met het vaderland te verdedigen,
streefden zij voor 't behoud van hun geluk en
hunne vrijheid.
Die volkeren waren machtig, omdat zij
gelukkig waren. Heden echter bestaat zulks
'niet meer. Het meeste deel der landen zijn voor
de burgers strafplaatsen gewordenmet moet
er soldaat spelen tegen wil en dank; men ver
plet de bevolking onder belastingen, en als bet
aderland in gevaar verkeert, men zal strijden,
ja, omdat men daartoe gedwongen zal zijn,
maar zonder moed, overtuiging of vaderlands
liefde, want iedere strijder zal zich afvragen
lot wat de strijd toch dienen mag?...
Statistiek, der vrije ot catlio-
lieke lagere scholen.
De statistiek der vrije of calholieke lagere
scholen opgemaakt door het algemeen Scbool-
beheer van ons Bisdom, en vastgesteld op 15
december van 't vei loopene jaar 1882, somt
als volgt bet getal leerlingen op welke die
scholen bijwonen
tiers
OF
Eene humoristische bijdrage,
DOOR
P. NUIJENS, Ju.
o«-»o—
14® Vervolg.
(t Voor den drommel 1 riep de jood uit, mijn
heer Jonas is al te keurig. Zoo gaai het tegenwoor
dig in de wereld, mompelde hij schertsend van
sjouwerman wil men een reuzenstap doen, en al
dadelijk een heer worden Nu, ook in deze rubriek
ben ik ruim voorzien, hoor maar... Mijnheer Jonas
behoeft slechts even het hoofd te buigen bij bel
noemen van den stand, die hem hel meest bevalt»
Zonder tusschenpoozen dreunde hij op
lieeren kamerdienaar, poortwachter, koet
sier, palfrinier, kok, scrvctjongen, (een widstgevend
postje, liet hij er leemend op volgen), lieeren
borstelaar, besteller, inzeeper bij een barbier, cou
peursloopjongen, kotnehuisjongen.kellner, biljai tjon-
gen, bediende in eetic restauratie Het laatste is voor
eiken nieuweling aan te bevelen,» zeide bij lachende.
De bengel, die al den tijd, dat de Jood met mij
sprak, achter mij stond en geen enkel woord in het
midden bracht, duwde mij bij liet noemen van den
laalsten stand tegen mijn achterhoofd, zoodal ik ge
noodzaakt werd hoofd te buigen.
a Ha, ha 1 lachte de Jood, gij weel de fijne
brokken te kiezen,, de premie voor mij zal des te hoo-
ger zijn. Hoor maarloon tachtig gulden, behalve
ARRONDISSEMENTEN.
1882.
1880.
Aelst.
22,714
22,293
Audenaerde.
15,953
15,692
Eecloo.
9,526
9,449
St-iSicotacs.
23,414
22,558
Dendermonde.
16,902
13,857
Gent zonder dc stad.
29,051
27,604
Te samen zonder de stad Gent.
115,590
111,153
Stad Gent.
11,418
10,878
'lotaien.
127,008
122,331
Deze opgave welke mei de meeste nauwkeu
righeid volgens de inlichtingen der parochiale
komileiten van ons Bisdom werd opgemaakt,
toont zonneklaar, dat ofschoon de inrichtingen
van 1880 af reeds genoeg volledig waren, de
schoolbevolking, op 15 december 1882, nog
maals vermeerderd was met 4,677 leerlingen
sedert de laatste statistiek, deze van 1880.
Het vrije calholieke onderwijs voorziet he
den in de behoeften van alle de gemeenten van
Oost-Vlaanderen. Behalve zeven of acht kleine
gemeenten gelegen in de arrondissementen
Aelst en Audenaerde waarvan de gezamenlijke
bevolking de 1000 zielen niet overtreft, en
alwaar de kinderen de scholen der aanpalende
gemeenten bijwonen, bezitten thans alle de ge
meenten van ons Bisdom eene of meer vrije
calholieke scholen.
Wanneer men de statistieken der Bisdom
men van Brugge, Luik en Namen raadpleegt,
verval, dadelijk te aanvaarden. Adres den heer Exter,
in de Korle-Kikvorschepslraal. Gefeliciteerd,mijnheer
Jonas, cn du Jood stak mij zijne magere, van vr'
glimmende hand toe.
Ik stond te kijken als iemand, die zich onverwacht
tengevolge eener zoneclips in het donker bevindt. lk
had dan alweder mijne positie aan de vastberaden
heid van den slraeljongen te danken.
Wonderlijke knaap, dacht ik, waarom
waart gij juist dc persoon, die mijne eerste schreden
doer de weelige wereld zoo wonderbaar leidde
Toen de Jood de vijf gulden ontving, die hij, naar
hij zeide, eerlijk aan mij verdiend had, nam de ben
gel mij onder den arm, en leidde mij zegevierend
naar builen.
Dat is naar behooren. geslaagd. Ik zal u bij
den heer Exter brengen, en daarna gaal elk zijr
weegs, fluisterde hij mij toe. Daarop floot hij tu:
schen zijne tanden ccn straatdeuntje, en eindigde
daarmede niet eerder, dan toen wij voor het reusach
tige huis van den restaurateur stonden.
Ik wilde stoutmoedig naar binnen gaan, doch de
straatbengel hield mijne hand vast
Wat wilt gij doen vroeg hij, met een ge
laat, waarop alle kenteekeneu der melancholie te
lezen stonden.
L' bedanken cn mijn dienst aanvaarden,
antwoordde ik.
Hij lachte treurig, en schudde met het hoofu, ter
wijl hij mij de blinkende guldens voorhield, welke
ik hem gegeven had.
a Moet ik U niet veeleer bedanken voor de
fraaie koningskoppen, die gij nnj zoo goedwillig af
stond! Gij zijt wel goed. Jonas, en daar gij du zijl,
wil ik u ook zoggen, waarom ge mij zooveel belang
inboezemt en waarom ik uwe gangen bespied, p
Hij trok mij nu naar zich toe, en leidde mij tot aan
de hardsleenen stoep van een groot heerenhuis, dat
eenige schreden van dc restauratie verwijderd stond.
Wij namen op de benedcndsle trede daarvan nevens
elkander plaats Na eene poos zwijgen begon bij zijne
levensgeschiedenis aldus te vertellen
lk ben een kind der wereld. Tol ophetoogen
blik, dat mij vreemde handen ontrukten aan de tee-
dere zorgen van eene moeder en een vader, heb il
slechts een flauw denkbeeld van mijneeerste levens
jaren. Het was op een kouden avond in de maand
December de wind gierde om de hoeken der straten
en dwarrelende sneeuwvlokken vielen overal om mij
en hoopten zich lol dikke lagen opeen. Ik moet vier
ol vijfjaren oud geweest zijn, toen ik, op een onbe
waakt oogenblik, aan de handen mijner moeder ont
snapte, en in eene onbekendeslraatterugkwam. Toen
ik eene poos voortgeloopeu had, zag ik om, en ont
dekte dal ik alleen was
Eene vrouw, met een leelijk uitzicht, had mij
nauwelijks bemerkt, of zij lokte mij tol zich, ten
minste zoo moet het met mij gegaan. Zij nam mij bij
de hand, gaf mij eenige vorsnageringen, en nam mr
toen op haren arm, terwijl zij mij liefkoosde- D
dankbare glimlachjes, die ik haar toestuurde, moeten
evenwel geen omkeer in haar barbaarsch gemoed
bewerkt hebbpn. Dal bleek, helaas, maar al te spoe
dig.
In een akelig, donker huis aangekomen, stak
zij spoedig eene kaars aan, en belastte m(j toen van
onder en boven. Zij ontnam mij mijne bovenklee-
tferep, mijn nieuwen hoed, waarop ik als kind zoo
trotsch was, mijne nieuwe schoenen in één
woord, Jor.as.zij ontnam mij alles,behalve dit beeld,
dat ik hier om den hals draag.
Met eene zekere gejaagdheid nam hij van onder
zijn armoedig kleed een voorwerp lusschen zijue
I vingers, en liet mij dat zien.
i Een vrouwenportret! riep ik uit.
dan bestatigt men dat het vrije calholieke on
derwijs overal in vooruitgang verkeert.
Die vooruitgang bewijst ontegensprekelijk
dat liet calholieke onderwijs bel vertrouwen der
ouders heelt weten te winnen, en hel meer en
meer aan de verlangens des volks beant
woordt.
Ondanks de millioenen en millioenen die bet
maconniek ministerie aan 't onzijdige of liever
anli-catholiek ouderwijs nutteloos verkwist,
ondanks al zijn invloed en dwang blijven de
Staatsscholen onbevolkt.
Talrijk zijn de Staatsscholen die slechts een
zeer gering getal en soms geene leerlingen
tellen.
Neen, het volk wil van de geuzenscholen
niet;.het verfoeit, verwenscht en vlucht ze
oor zijne kinders.
Immers liet volk weet dat het geuzenonder-
ijs geen ander doel heeft dan de vernietiging
au alle godsdienstig gevoel in de herten der
opkomende geslachten; de macormieke libe
ralen willen liet voorvaderlijk christeue geloof
dooden, en dat wil het volk niet, neen, het wil
aan zijn geloof getrouw blijven!....
De Belgen en vooral de Vlamingen zijn nog
niet rijp om onder het geuzenjuk het hoofd te
bukken.
Gedwee verdragen zij wel heden nog de
maconnieke dwingelandij, doch de tijden schij
nen ons niet verre meer verwijderd dat de
maat zal overloopen, en dan zullen zij als
een man opstaan om den geuschen school-
draak onder hunnen wil voor altijd te ver
pletteren
Hel Journal des Tribunaux. dat geenzins
klerikaal is, schandvlekt in zijn nummer van
verleden donderdag de politieke schelmerij
van de herkneding der kiezing van Soignies
Wij hebben, zegt het blad, er eene schen
ding van de wet in gezien, en wij betitelen het
met liet woord dat voor ons uitdrukt wat op
aarde het noodlottigsle is voor het nationaal
geweten het recht van den-sterkste.
Behoeven wij ook het nieuwe voorteeken
niet aan te klagen, ernstiger dan alle andere,
van de ongeneesbare wonde die onze kieswet
geving afknaagt het bedrog, die kwaal die
bovenwaarts verschijnt wanneer men ze ver
meent uitgeroeid te hebben benedenwaarts.
Verblind zijn zij die denken dat zulk een
stelsel kan standhouden Plichtigzijn degenen
die het kwaad niet willen ontwaren dal aan
onze openbare en zelfs bijzondere zeden ver
oorzaakt wordt door deze daadzaken, waar
voor, eilaas! de regeltucht der partijen geen
woordje blaam in de drukpers over heeft,
welke zij, integendeel, prijst en aanbeveelt als
voorbeelden goed om na te volgen
Vrouwe Courtman'e
Jubelfeest.
Onder degenen, die in de laatste 50 jaren
door hunnen letterkundigen arbeid liefde voor
de miskende moedertaal opgewekt, en door de
strekking hunner geschriften hunne min ont
wikkelde medeburgers verkwikt, opgebeurd
en veredeld hebben, bekleedt vrouwe Court-
mans eene eereplaats.
Niet alleen als dichteres kan vrouwe Court-
mans op onze waardeering en hoogachting
ruimschoots aanspraak maken, ook als echt-
genoote en moeder verdient zij ten volle den
eerbied van allen die moed en krachtdadigheid
in het vervullen van zware plichten, en tevens
het stille, aan de studie gewijde gemoedsleven,
onder het oefenen der huiselijke deugden, op
prijs stellen.
Daarom heeft zich te Gent een Comiteit ge
vormd, met het doel der brave en verdienste
lijke vrouw, der gevierde kunstenares, op den
avond van haar eervol en werkzaam leven, in
naam van 't Nederlandsche volk, een open-
baat' bewijs van hulde en hoogachting aan te
bieden.
Het Comiteit beslaat uil de heeren D'e Potter
en Geiregat, voorzitters; Michiels en Obrie,
ondervoorzitters; II. de Baets en L. De Vriese,
secretarissen en M. Am. De Vos, schatmeester
en een 27tal leden.
Het feest zal gevierd worden te Gent, op
Zondag 15 Mei, en te Maldeghem, op Maandag
14 Mei. Elke inschrijver van minstens 5 frs,
zal het gesteendrukt portret van vrouw Court-
mans ten geschenke ontvangen.
Een insclirijvingslijst berust ten Bureele van
den Denderbode.
Wij laten hier nadere inlichtingen volgen,
welke de lolelingen kunnen dienstig wezen.
De wet verleent vrijstellingen in de volgende
gevallen
Is definitivelijk vrijgesteld1® Dengene,
wier maat niet meer is dan één meter, vier
honderd milimeters, en dengene die den 31
december van liet loopende jaar ten volle
25 jaren oud is en die één meter, vijfhonderd
millimeters meet; 2C Dengene, die aangedaan
is met ongeneesbare gebrekkelijklteden, welke
hem ongeschikt maken tolden soldatendienst;
3° Dengene, wiens broeder acht jaren gediend
heeft; bij den dienst is overleden of niet opge
houden heeft van het leger deel te maken dan
ten gevolge van feiten, onafhankelijk van zijnen
wil of van zijne schuld. (Hij, die wegens alle
andere oorzaak dan voor wonden of onvrij
willige ziekten, gedurende meer dan negen
maanden in den loop der twee eerste jaren te
rekenen van de oproeping onder de vaandels
van het korps mocht afwezig geweest zijn, zou
de vrijstelling aan eenen broeder niet kunnen
verschaffen.)
Is voor één jaar vrijgesteld 1° Dengene, die
niet één meter, vijfhonderd millimeters meet;
2° Dengene, die de eenige afstammeling is van
een nog in leven zijnde persoon, ten zij hij
toehoore aan eene familie die in welstand is;
3° Dengene die, aangedaan is door geneesbare
gebrekkelijkheden.en niet bekwaam geoordeeld
wordt om vóór den 1 October van hel loopende
jaar te dienen4° Dengene, die de eenige
steun is: a) van zijn vader en zijne moeder of
van een hunner; b) indien deze laatste over
leden zijn, van zijne grootouders of van een
hunner; c) van een of verscheidene broeders
of zusters, die weezen zijn5" Den vader,
Ongetwijfeld mijne moeder, liet hij er op
volgen, terwijl hij op hel glas een kus drukte, cn
het met een traan bevochtigde. lk had de poëzie
van het leven slechts als eene schaduw gekend de
poëzie, die ik later in dc wereld wilde terugvinden.
Helaas! wal toen met mij gebeurde, is verschrikke
lijk. De wereld is strafwaardig voor de misdaden
aan onschuldige kinderen gepleegd. De vrouw zette
mij weder op ue straat neder.
lk schreide; neen, Jonas, de koude beving mij
en belette mij het schreien. Ik klappertandde en
snikte hoorbaar.
d Een man, net gekleed, met hoogë rijlaarzen, riep
mij tot zich. Ik kan mij slechts flauw herinneren,
wal hij zeide. Maar hij scheen al even weinig mede
lijden met mij te hebben als dal vrouwmensch. Hij
wierp eene slip van zijne jagersjas op mij heen, en
droeg mij haastig voort. Toen hij een langen lijd
voortgeloopen had, zette hij mij voor een huis met
kleine vensters, waarvoor roode gordijnen hingen,
op den grond neder. Dal huis stond op wielen;
daarachter stonden nog twee zulke rollende ge
vaarten, in ééne waarvan verscheidene kinderen
schreiden en speelden. Van toen af aan werd ik als
lid dezer familie beschoud. lk reisde van stad tot
stad, van dorp lot dorp, om de kunsten ie helpen
Uitvoeren, welke die man aan de wereld te aan
schouwen gaf. Hij was een acrobaat,dat wil zeggen,
hij verrichtte met zijn troep luchtsprongen, buite
lingen, in één woord, halsbrekende loeren.
Q, Jonas, konden alle valsche philanthropen,
alle zoogenaamde beschavcrs dezer eeuw, alle wet-
ler.makers, konden die allen welen, dat de licbaams-
toeren, do zoogenaamde straal gijmnastiek, waarin
men zich verlustigt, zoo mentgmalen door kinder-
tranen gekocht worden.'
lk was een gestolen kind.
j Teneinde mij vlug en huigzaam te maken, word
ik door eene oude vrouw zulk eene, die men
gewoonlijk eene lang noemt dagelijks op eene
zachte wijze gestreeld, gelijk zij dat noemde. Zij
boog mij namelijk naar alle zijden, dat mijne ge
wrichten kraakten, smeerde dc biugzijde van mijne
leden met stinkend vet in, cn herhaalde die kuur zoo
dikwijls, totdat ik in vlugheid mijnen lotgenoolen
evenaarde. Zie maar, riep hij mcl gemaakte vroo-
lijkbeid, en eer ik recht begreep wat hij in zijne
treurige opgewondenheid gezegd had, was hij op
het midden der straat gesprongen, en buitelde
driemaal over zijn hoofd.
Gij hebt dus al veel in de wereld te lijden
gehad, zeide ik, nadat hij andermaal naast mij
plaats genomen had, terwijl ik zijne hand deelne
mend in de mijne legde,
Nog niet genoeg, hernam hij toen. Mijn
leven was bitter; van daar, dal ik walgde van de
pracht, die ik van het theater af dagelijks om mij
heen zag. Eindelijk, nadat ik twee en een half jaar
bij dezen vreeselijken kermisreiziger had doorge
bracht, werd ik koppig Toen hij zag. dal hij met
harde woorden, met stokslagen, met mij dagen
achtereen hel voedsel te onthouden, niets meer met
mij winnen kon, joeg bij mij naakt en bloot de
wereld in.
Het is de waarheid, wat ik zeg, Jonas, en mis
schien zijn er nog zoo velen van die ongelukkigen,
die, in hunne vleeschkleurige pakjes, met hunne
gelo gelaatskleur, zich aan do wereld verloonen, en
die even rampzalig zijn als ik toen was.
Maarmiju lijden was nog niet ten einde.
Nadat ik eenige dagen, aan alles gebrek heb
bende, langs 's Hoeren wegen rondslenterde, was
j het eene derde persoon, die zich om mij scheen te
I bekommeren.
(W#r<tZ V0$rtgezet,)