58ste Jaar
Zondag15 iff et 1885.
iV° 1915.
IJZERENWEG.— VERTREKUREN Uil AELST NAAR
VERTREKUREN UIT DE VOLGENDE STATIËN
kantopTherzele.
Provinciale kiezing,
Een weinig logiek.
iVieuwe belastingen.
ABONNEMENTPRIJS6 FRANKS 'S JAARS. De inschrijving eindigt met 31 December.
ANN0NCENPR1JS, per drukregel: Gewone 20 cent. Reklamen fr. 1,00. Vonnissei op 3d® bladz. 50 cent.
l'enderraoada. 4-56 6-35 8-45 11-09 3-09 6-38 10.08
Lokeren. 4-56 6-35 8-45 11-09 3-09 6-38
Vechelen. 4-561 6-351 7-3id 8-1 id Exp. 1® 2" 3® kl. 8-451
11-59* l-04</ Exp. 1® 2® 3® kl. 2-50d 3-99/ 6-0üd
6-38/ l0-08d Exp. 1® 2® 3® kl.
4nlw. 4-561 6-37/ 7-32d 8-12dExp. 3 kl. 8-45/ l-0WExp.
1® 2® 3® kl. 2-50d 3-09/ 6-00d 6-38/f0-08d Exp.
1" 2® 3® kl.
Brussel, langs Denderleeuw. 4 25 7-30 0-00 8-12
E 3 kl. 9-10 10-25 dir. 11-59 1-04 E3 kl. 2-50 (5-14 des
zondags) 6-00 direel 8-49 9-16 10-08 E 3 klas.
Leuven, Thienen, Luik, Vervicrs 4-25d 4-56/ 6-35/ 8-12d
E 3 kl. 8-4at 0-00d 9-10d (li-59d tol Leuven) l-04d
Exp. 1® 2® 3' kl. 2-50d 6-OOd O-OOd direct 9-16ft 10 08 E
S kl.
(1) Nota. De letter 1 beleekeuf langs Termonde en de
Gent, (5-00's vrijd 7-04 dir. 7-56 E 3 kl. 8-44 9-41
12-21 12-40 0-00 dir. 3-08 0-00 3-31 E 3 kl. 6-09 6-35
9-38 10-20 Exp 3 kl. en des zondags 12-39
Brugge, Oostende. 7-56 Exp. 3 kl. 9-41 12-21
12-40 o-OO dir. 3 38 0 00 E I® 2* 3® kl. 6-35
Doornyk, Mouscron, Korlryk, Ryssel (langs Gend8-47
12-21 12-40 3-08 3-38 Exp. 6-12 6-35
Doorn. Mouse. Kortryk, Ryss. (langs Ath) 5-55 8-12 E.
3 klas tot Denderleeuw 1 1-59 2-51 6-00
Ninove, Geeraerdsbergen, Lessen, Ath 5-55 7-32 8-12E.3 kl.
tot Denderl 11-59 2-51 6-00 9-11
Bergen, Quiévrain 5-55 8-12 E lot Denderl.11-59 2-51 6-00
Engluen Braine, Manage, Charleroi, Narren langs Geeraerds
bergen S-55 11-59 2-51 0-00 6-00
Sottegem, langs Erpe-Meire. 6.05 (7-25 's zat12.30 6.02
Moorsel,Opvvyck,Meche!en,Antwerpen 5,07 9,27 3,21 6,09
letter d langs Denderleeuw.
Unique Snnin.
MAAR AELST UIT
Ath 6.41 10.19 1.11 4.01 7.57 9.05
Antw. 5.15 6,30 9,15 9.50 10.50 E. 1' 2® 3® 5L 12-22
3-15 E. 1°2°3® kl. 3-54 4.44 5.54 6.50 E. 1® 2® 3® kl.
Brussel 6.19 direct 7.15 E 3 kl. 7.30 9.00 11.06
11.55 1-55 3.00 E 3 kl. 5.01 5.50 dir. 7.17 8.24
9-40 E. 3 kl. en des zondags 11.45
Dendermonde 7.07 9.41 11.35 2.27 5.28 8.24 10,54
Geeraerdsbergen 7.27 4 i .05 2.00 4.50 8.39 9.41
Gent 6 35 7.39 E 3 kl. 8.15 9 43 11.06 12.31 E 3kl.
1.55 5.06 8.11 dir. 8.23 9.35 E 3 kl.
Lessen 7.09 10.45 1.42 4.29 8.24 9.25
Lokeren 6.35 8.48 10.57 1.46 4.44 7.52
Ninove 7.55 11.33 2.28 5.18 9.07 10.09
Oostende 6.04 6.19E. 3 kl. 9.00 11.12E 3 kl. 11.54 6.04
uit Gent naar
Moortzeelo, Sottegem, Geeraerdb., Enghien, Braine-le*
Corate 5.47 8.12E 8.52 11.18 2.20 5.40 6.59
UIT GEBRABRDSBERGEN NAAR
Maria-Lierde, Sottegem, Moortzeele en Gent, 5.15 vryd.
7.2l 8.35 dir. 9.54 11.58 4.58 £.50 E 8.51
uit Denderleeuw naar
llaeltert, Burst, Herzole, Sotteg. Audenaerde, ADsegem
Kortryk, 6.12 0.00 9.01 12.55 6.C9 7.20 direct.
uit Sottecem langs denderleeuw naar
Aelst, (5.38 's Zaterd.) 7.49 12.06 1.28 5.00 7.48
uit Antwerpen naar St. Nikolaks, Lokeren en Gent
4.45 7.12 8.55 10.55 '2.05 3.45 5.10 E 3 kl. 7.30
uit Gent naar Lokeren, St. Nikolaks en Antwerpen
4.25 7.05 8 00E 9.25 t'».50 2.20 4-15 E 2kl.5.25 7,19
Uit Sottegem langs Erpe-Meire. 7.50 1.58 7.4»
üit Antwerpen (zuid) naar Opwyck, Moorsel eu
Aelst: 5,50 10,04 4,17 7,12
AELST, 12 MEI 1883.
op Maandag 28 Mei 1883.
Kandidaat der Grondwettige en Be
warende Yereeniging, den heer
Theodoor OE VL Y8T,
notaris, te Borsbeke.
Naar wij vernemen wordt de kandi
datuur van den heer notaris Th. De
Vuyst, in alle de gemeenten des kan
tons allergunstigst onthaald. Niemand
ook kan de belangen der bevolkingen
van dit kanton, in den Provincieraad,
beter verdedigen dan hij. Zijne onaf
hankelijkheid van karakter gepaard aan
eene gegronde kennis der bestuurlijke
zaken, zijn de waarborg dat hij getrou
welijk 't mandaat zal volbrengen, 't
welk het kiezerskorps hem zal toever
trouwen.
Onze liberale tegenstrevers, welke
een oogenblik aan den strijd hadden
gedacht, hebben besloten zich te ont
houden. Wij geven hun geen ongelijk
't is immers eenè domme streek iets te
wagen wanneer men op voorhand ver
zekerd is van er kwalijk van af te ko
men.
Men weel dat meester Janson, voorzitter der
liberale Associatie van Brussel, en eenige
zijner doctrinaire vrienden besloten hebben,
eene kruisvaart te prediken tegen den eigen
dom der kerken en kloosters. Volgens hen
konnen de kloosterlingen geene bezitters,
geene eigenaars van roerende en onroerende
goederen wezen.
Reeds heeft meester Janson hierover ver
scheidene conferenciën gehouden, en onze
geëerde lezers welen dat de dommigheden en
ezelarijen die hij uitkraamde bijna zoo ontel
baar zijn als de sterren van 't firmament.
Natuurlijk woonden de socialisten die con
ferenciën bij; het goldt immers 'l bestrijden
van 't recht van eigendom. De socialisten
willen dat alle de goederen, alle de huizen,
alle de fabrieken, alle de kommerschappen,
met een woord, alles, eigendom van den Staat
zouden worden, welke dezelve ten profijte van
elkeen, niemand uitgesloten, zou exploiteeren
of bewerken elkeen zou zijn deel uit de
algemeene winst ontvangen.... Onnoodig de
dwaasheid van dit stelsel te doen uitschijnen.
Doch de socialisten die op vele punten met
de liberalen eens zijn, zijn het nogthans niet
op 't punt in kwestie. De liberalen zouden de
kloostergoederen alleen willen verbeuren ten
profijte van den Staat,en de socialisten zouden
alle de eigendommen, alle de nijverheden en
alle de kommerschappen erbij willen inpalmen.
De socialisten houden dus staan dat de
3® (vervolg)
Eene goede plaats op 't schavot, herhaalde
do stugge gevangenbewaarder, toen zijne lachbui
voorbij was, e6ne goede plaats op 't schavot, nu,
daar spreek ik u borg voor, en zelfs voor de beste
De arme man is misschien door den schrik wat van
zijn stuk, en denkt, dat hij een ander mcDsch is.
Wat, mompelde Nicodemus, wiens vertrou
wen op zich zeiven eenigzins aan 't waukelen ging
Zou ik de barbier van Beaulieu niet zijn Ik zou
wel eens graag een spiegel hebben, om mij daarvan
te overtuigen.
Komaan, lieeren, zei de cipier, er is lang
genoeg gepraat. Hij zal wel bedaren, als hij alleen
zal zijn; zoo niet, des te erger voor hem-zelven.
Zijne dwaasheid zal niemand hindeien
Een oogenblikje nog, zei de vreemdeling
op een medclijdenden loon. Ik kan aan zijne luim
voldoen, en ik zou mij gelukkig achten, door dien
geringen dienst iels te kunnen toebrengen, om zijne
opgewondenheid tot bedaren te brengen, en hem ge
schikt te maken zijne godsdienstplichten te vervul
len. Ziedaar, vervolgde hij, den barbier een
spiegeltje aanbiedende. Kijk nu eens, arme man,
en herkent gij u-zelven niet
Nicodemus trad verschrikt achteruit. Het door den
spiegel teruggekaatste beeld was niet het zijne, zijn
gewoon aangezicht niet, zijne gelaatstrekken niet,
zoodanig, als hij die al vele jaren kende, maar een
liberalen in eene onuitlegbare tegenstrijdig-
heid vallen wanneer zij alleen de kloostergoe- j
deren willen roóven; want, zeggen zij, indien
de Staat 't recht heeft de geestelijke goederen
aan te slagen dan heeft hij ook 't recht de
eigendommen der andere burgers in te pal
men.
't Is dit laatste denkbeeld dat ciloyen Louis
Bertrand een nog al gevierde redenaar op de
vergaderingen der radikalen en vrijdenkers,
met eene brutale rechtzinnigheid en onge-
meene logiek uitbreidt iu zijn werk getiteld
i Klerikale eigendom en burgerlijke eigendom
't welk te Brussel komt te verschijnen, en
waarover wij hier willen handelen
Citoyen Louis Bertrand begint met te besta-
tigên dat het liberalismus en 't socialismus het
volkomen eens zijn op 't godsdienstig terrein.
Wij zijn, zegt hii, met de zeilde verzuchtin
gen, met den zeilden haat, met den zelfden
geest van vervolging bezield. Gelijl* gij?
gaat hij voort, haat ik den priester eu de kloos
terlingen van alle slacli, de jesuiëten kort of
lang gerokt. Gelijk gij, bestrijd ik de
godsdienstige princiepen welke ik als nood
lottig voor 't heil der samenleving beschouw.
Celijk gij» denk ik eindelijk dat er krach
tige maatregelen moeten genomen worden ten
einde aan de religie en hare voorstaander te
beletten nog langer 't kwaad te doen.
Tot daar verkeeren de liberalen en socialis
ten dus in de volkomenste eensgezindheid,
doch die eensgezindheid houdt op van den
oogenblik dat de liberalen eene roovershand
willen leggen op de goederen of zoogezegde
rijkdommen der kloosters alleen.
Men bewondert in 't werk van den citoyen
Uerlrand de wonderbare wijze, de onomstoo-
telijke logiek met dewelke hij de drogredenen,
de ezelarijen en de dommigheden doet uit
schijnen en wederlegt, die meester Janson en
zijne vrienden uitkraamden.
Meester Janson had onder andere uitgeroe
pen men moet de kloosterlingen uitroeien,
omdat deze lieden niet werken, geen vaderland
hebben, belofte- van armoede en van celibaat
doen.
Onderzoeken wij eens, zegt citoyen Bertrand
of dit alles wel rechtveerdig is Immers alle
die zoogezegde schelmstukken in uwe oogen,
worden zoowel door de burgerlijke dan door
de religieuze eigenaars bedreven. En zich
rechtstreeks tot meester Janson wendende,
zegt hij
De kloosterlingen werken niet, roept gij uit....
Nemen wij dit aan maar hoeveel wereldlijken
bevinden er zich niet in 't zelfde geval. Al de
eigenaars, de renteniers die van de vruchten
hunner fortuin leven, werken zij En nogthans
gij betwist hen het burgerrecht niet gij wilt
hunne goederen niet inpalmen.
Wat ons betreft, wij begrijpen dat zeer goed.
Vroeger was meester Janson een dier brussel-
sohe advokaatjes die om zoo te zeggen op de
schachten hunner leerzeri liepen, maar die
dank aan buitengewoon winstgevende plei
dooien gelijk voor Jaumart en anderen, in
welstand zijn geraakt, en men verstaat,'t ware
zoo pijnelijk van datgene te moeten afstaan
wat men tot het zweet zijns aanschijn heeft
weten te winnen.
mager, lijkkleurig gelaat, van een vreemden vorm,
omgeven met lange, zwarte baren, die blonken, alsof
ze met olie bestreken waren. Het zou moeilijk ge
weest zijn, iets te hebben kunnen bedenken, dal min
der op hem geleek, dan hij zich zeiven tot dusverre
voorgesteld bad, werkelijk te zijn.
Was hij dan wezenlijk krankzinnig, of bedwelmd,
of droomde bij Zijne hersens draaiden als een mo
len, die door den wind bewogen wordt, en, alvorens
hij genoegzaam tot zich zeiven gekomen en instaat
was, zijne gedachten bijeen te brengen en ze te kun
nen uitdrukken,was iedereen verdwenen. Hij bevond
zich alleen, alleen in 't vertrek der veroordeelden,
in dat verschrikkelijke hok, waar zoovelen vóór hem
den doodangst van hun laatslen nacht hadden door
staan. In een plotselingen aanval van razernij,
schreeuwde hij luidkeels, beurtelings met vervven-
schingen en gebeden doch niet het minste gerucht
liet zich in deze onderaardsche gewelven hooren, en
toen hij eindelijk uitgeput van vermoeienis ophield,
scheen hem de stilte in dat hok nog akeliger en af-
afgrijselijker toe dan te voren. Toen zijn geest weer i
eenigermate kalm geworden was, trachtte hij zich j
rekenschap van zijnen toestand te geven, en na te j
denken hoe hij daar ingekomen was. Zijn uiterlijk j
was niet meer hetzelfde, dit was zeker waar, en toch
kon die overtuiging niet gcheel-en-al het gevoelen
van zijne inwendige persoonlijkheid vernietigen of
verzwakken. Hij had toch nog dezelfde gedachten,
dezelfde herinneringen, welke hij voor eenige jaren
had, en hij besloot daaruit met reden, dat hij nog
altijd dezelfde man was, in weerwil van de verande
ring, die zijne uitwendige gedaante ondergaan had. j
Maar, hoe nu anderen lot die gedachte te brengen
op welke wijze der wereld eene zaak te doen geloo- 1
De religieuzen hebben geen vaderland, zegt gij
verder.
Maar wat is dat het vaderland Heden
is 't vaderland waar 't goed is.... MM. de
ltotlischild, Bisschofslieim en alle de andere
prinsen der financiën hebben zij een vaderland,
zij Geenzins. Zij leenen hun geld om het even
in welk land als de voorwaarden maar voor-
deelig zijn.... De burgers, de kapitalisten
koopen zij deaktiën van alle vreemde mogend
heden niet, wanneer de voordeelcu dezer laat-
sten gunstiger zijn dar. deze van hun eigen land?
Zijn MM. Bisschofslieim,Montefiore-Levi, beide
belgische senateurs, in Belgie niet geboren,
en hebben zij Belgie als vaderland niet ver
kozen, omdat hunne belangen het vereisch-
ten
Niets geeft u het recht te zeggen dat de
kloosterlingen ophouden datgene le bezitten
wat gij een vaderland noemt omdat zij een
klooster zijn gaan bewonen.
De religieuzen doen belofte van armoede, zegt
gij nog. VYat raakt u dat? Wat geeft dit aan
den Staat. Die beloften dienen tot niets
men mag ze wettelijk te buitengaan. Die be
loften hebben zooveel waarde als deze door de
candidaten vóór de kiezingen gedaanmen
zit er op. Overigens de kloosterlingen doen
belofte voor zich zeiven en niet voor de kloos
tergemeenschap.
In alle geval meester Janson had toch ook
al geene belofte van armoede gedaan als hij
de goudstukken van Jaumart en andere op
streek.
De kloosterlingen doen belofte van celibaat,
in andere woorden, van niet te trouwen, zegt
gij eindelijk. Hier wordt het wat ernstiger.
Maar zegt eens de wereldlijken, de burgers,
worden zij maar burgers als zij trouwen?....
Neen, neen, niet waar, anders zouden er toch
zoovelen in Belgie gevonden worden die geene
burgers zijn, M. Bara, onze minister van jus-
ticie aan 't hoofd.
Uwe verwijten zijn ongegrond, onmogelijk
kunt gij ze staande houden. De monikken, de
jesuïeten zijn onbetwistbaar burgers gelijk gij
en ik. Zij mogen zoowel gelijk gij en ik, koopen,
verkoopen, hypotekeren, trouwer, op niet
trouwen. Als burgers handelen zij in hun
algemeen belang gelijk andere burgers in onze
samenleving handelen. Zij verkrijgen en ver-
grooten hunne eigendommen gelijk gij het
doet. Zij bezitten ten zelfden titel als de logiën,
de bezondere én naamlooze maatschappijen.
Die redenering is logisch, en citoyen Ber
trand vervoordert met de volgende woorden
Gij zijt dus onrechlveerdig, en 'l is een vrij
denker,'een godloochenaar die het u zegt, als
gij aan de kloosterlingen weigert wat gij aan
de andere burgers toestaat.
Wat den roof der kloostergoederen betreft,
deelt citoyen Bertrand natuurlijk 't gedacht van
alle de socialisten. Volgens hem is dien roof
of diefte wettig, maar voegt hij er bij, daar de
liberale maatschappijen, nijverheden, mijnen,
enz. ook wezenlijke instellingen van doodt hand
zijn, zouden zij ook ten voordeele van '1 alge
meen moeten aangeslagen, of liever, inge
palmd worden.
De bezonJere eigendom is zoowel diefte als-
de geestelijke eigendom, en, in dit geval, doet
citoyen Bertrand verstaan, moet men zoowel
ven, die hij zelf nauwelijks gelooven kon, en welke
hij volstrekt niet begreep Dal was onmogelijk hij
ging onschuldig op 't schavot sterven door de hand
van den beul, onder het gespot en de verwenschiü-
gen van de menigte, die in hem niets anders dan een
lagen moordenaar zou zien.
Voor de eerste maal van zijn leven begon hij te
denken, dat er iets wreedsch, iets barbaarsch in de
hartstochtelijke nieuwsgierigheid gelegen was, die
velen aanzet, om de lijfstraf van een hunner mede-
mcnschen bij te wonen. Als gevolgtrekking van die
zeer natuurlijke en verstandige opmerking, verweet
zijn geweien hem zijne eigen begeerte tot liet bijwo
nen van zulke schouwspelen. Hij kon er zich niet
van vrijpleiten, en die beschuldigende slem, welke
vroeg of laat in 's menschen hart ontwaakt, gaf hem
eindelijk le kenDen, dat de geheimzinnige verande
ring, die er met zijn persoon plaats gegrepen had,
mei al hare tegenwoordige en toekomstige gevolgen,
wel niet anders kon zijn, dan een rechtvaardige straf
voor zijne booze hartstochten. Maar de arme Nico
demus, ofschoon buitengewoon verontrust door die
inwendige knagingen, werd daardoor niet te meer
verzoend met het denkbeeld, van den voornaamsten
rol te spelen in het schouwspel, waarvoor de toebe
reidselen op dat oogenblik reeds gemaakt waren.
Integendeel, hij hield zijne gedachte gevestigd op
het afbeeldsel der galg, totdat een koud zweet zijn
voorhoofd bevochtigde, en zijne tanden, onder den
invloed eeuer scherpe koude, begonnen le klappe
ren. Vervolgens deed de koorts de temperatuur van
zijn bloed zeer stijgen,zijne tong was brandend heet,
alsof hij gloeiende kolen in den mond had. Zijne
hersens kookten, en bij dien vernieuwden aanval
van zijnen doodangst, beproefde hij verscheidene
den eenen als den anderen aanslaan.
Zietdaar de besluiten die de socialisten uit
de conferenciën van meester Janson afleiden.
Zij schijnen ons allergewichtigst en van aard
om de liberale opperhoofden tot nadenken te
brengen, welke overal dien liberalen kruistocht
tegen de kloosters hebben ingericht. Dat die
liberale rijkaards eens wel overwegen dat niet
alleen de kloosterlingen, maar zij ook de slacht
offers van den socialistischen grijpzucht zul
len worden. Eens de kloosters uitgeplunderd,
zullen de rooden de wereldlijke of burgerlijke
eigendommen en geldkoffers op hunne beurt
aanvallen.
Men zal er zich met geweld tegen verzetten,
doch dit zal geen ander gevolg hebben dan het
menschenbloed met beken te doen stroomen
en de wereld in vuur en vlam te stellen.
De vermaarde dagbladschrijver, een schran
dere geest, Louis Veuillot, heeft het voorzegd,
en naar ons inzien, werken de liberalen tot de
verwezenlijking zijner voorzegging, namelijk
Indien hel liberalismus niet voor het catlwlicis-
mus bezwijkt dat zijne loochening is, zal het be
zwijken voor 't socialismus dat zijn gevolg is
Het is eene onbetwistbare daadzaak dat de
nieuwe belastingen van 12 millioenen jaarlijks,
en de vermeerderingen van rechten en tarie
ven, door't ministerie sedert 1879 ingevoerd,
de verkeering der staatsrente van 4 1/2 ten
honderd in 4 ten honderd, die aan T gouver
nement millioenen winst gat, ontoereikend zijn
geweest om in de geldverspillingen te voorzien
ter oorzake van den zoo onreclitveerdigen
als onvaderlijken schoolstrijd gepleegd.
Om dien onrechlveerdigen, hatelijken en on-
vaderlandschen schoolstrijd te kunnen blijven
voeren, heeft het liberaal ministerie nog jaar
lijks 26 millioenen meer noodig, 't is te zeggen,
dat er nog jairlijks 26 millioenen meer moeten
verspild of verkneukeld worden.
Waar zal T liberaal ministerie die 26 mil
lioenen gaan halen
Natuurlijk in de zaken der lastenbelalers.
Eu door welke middelen
Dat weet liet ministerie tot hiertoe zoodanig
geheim te houden dat er aan niemand iets
ter oorc kwam.
De Chronique van Brussel beweert nogthans
ditmaal iets stelligs vernomen te hebben.
Men verzekert ons, schrijft 't Vuilbladje,
dat liet gouvernement er ernstig aan deukt
op dit oogenblik de belasting op den tabak
le verhoogen.
Dit is, gelooft het, 't doelmatigste middel
om zijne maar al te ledige geldkist te vullen.
Het ontwerp 't welk zeer ernstig en ieve-
rig onderzocht wordt in 't ministerie van fi-
nancien, vermeerdert het recht met 30 ten
honderd.
Dat zal de rookers doen rooken, maar bij
dit gevaarlijk spel, zou 't gouvernameni op
zijne beurt ook een pijpje kunnen rooken.
Dus eene vermeerdering van 30 ten honderd
op den tabak, die vroeger onder 't catholieke
ministerie, vrij was van allen taks. 't Zijn dus
weêr de landbouwers, burgers en werklieden
die de gebroken potten van den schoolstrijd
moeten betalen.
malen zijn hoofd tegen den muur van liet hok le
verbrijzelen; maar bij gebrek aan den noodigen
moed, 0111 die wanhopige daad ien uitvoer to bren
gen, ontving hij slechts eenige kneuzingen en
schrammen.
Hel werd eindelijk dag, en nog altijd waakte hij;
zijne oogen hadden zich gedurende dien verschrik
kelijk langen nacht niet geloken. Van dit oogenblik
af, volgden de gebeurtenissen elkander spoedig op
hoi bezoek van den geestelijke, het vervoeren
van den gevangene naar de zaal, waar de beuls
knechten zijr.e handen moesten vastbinden, de
eeisle slag der klok. die den overgang van een
mensch naar de eeuwigheid aankondigde, de
tocht \an de lijkstatie door de lange gangen,waar
het daglicht en hel schijnsel der lampen nauwlijks
de duisternis verlichten, en eindelijk hel schavot,
met zijne akelige omgeving, en daar beneden de
duizenden menschen, dio brulden als wilde dieren,
welke om hun prooi vragen. De muls werd hem over
het aangezicht getrokken, het touw aan zijn hals
gedaan; de heul had hem, 0 verachtelijke spotternij,
een handdruk gegeven, zooals dat gebruikelijk is!
Nog ëéne minuut, en hij spartelde in de stuiptrekkin
gen des doods Maar welk eene wereld van gedach
ten kwam hom voor den geest Hoe vele jaren van
zijn vroeger leven kwameu weer vluchlig in zijno
verbeelding op! Met welk onuitsprekelijk gevoel van
aandoening voerde zijne gedachlen hem terug in
dien nederigen winkel, waar hij zoo dwaas geweest
was te gelooven, dat geene metischeüjko ellende de
zijne overtreffen kon.
Met welke blijdschap en erkentelijkheid zou hij
zijnen legenwoordigeii tocstancï geruild hebben met
dien van den armsten bedelaar op straat, ja zelfs
Deze nieuwe lasten zullen nooit de noodige
26 millioenen kunnen opbrengen, en zekere
personen spreken van opnieuw eene belasting
te heffen op het zout, op de verzekeringen
tegen brand, enz., enz., en, in dit geval zal het
weêr de geringe man zijn die er 't meest zal
door lijden.
Wat er dan ook van zij, de lastenbetalers
zullen kortelings uit hunne nieuwsgierigheid
gelrokken worden, want naar de Escaut van
Antwerpen verzekert, zullen de ontwerpen
van vermeerdering der belastingen op 't einde
van den tegenwoordigen zittijd aan de Kamers
voorgelegd worden. Het ministerie zou zich
verder niet ongenegen gevoelen om eenen bui
tengewonen zittijd le dekreteren, gedurende
den welken de nieuwe belastingen zoude.n ge
stemd worden.
Dit alles is zoo wat onzeker, maar wat ze-
lier en vast ïs, 't is dat de burgers weêr
zullen mogen afduimen tot hunnen laatsten
cent toe, en dit om nuttelooze paleizen, gelijk
hier op Mijlbeke, te bouwen, en een gansch
leger gediplomeerde luirikken te onderhouden.
Aieuwe leenïiijj.
Ziethier, naar men verzekert, de bijzonder
ste inschrijvingen
Société générale
Banque de Paris
Banque de Bruxelles
Bankiers
Wisselagenten
Provincie en buitenland
fr.
463,000,000
670,000,000
420,000,000
300.000,000
150,000.000
350,000,000
Ta samen fr. 2,355,000,000
voor een kapitaal van 60,000,000 fr. aangebo
den in openbare inschrijving.
N. B. De inschrijving beloopt 3 milliard.
De uitgifte had plaats aan den nominalen
taks van 104.28 p. h.; korrespondeerende aan
102.90 p. li. voor de onmiddelijke libereeriug
en aan 101.75 p. h. voor de gediffereerde libe-
reering.
Onzijdig Onderwijs
Wij bevonden ons dezer dagen in een zeer
geachte familie, zegt de Vlaamsche Standaard,
waarin onder ander een heer tegenwoordig
was die als een warme verdediger der liberale
partij hekend staat, en daaraan ook verkleefd
wil blijven.
Deze liberaal vertelde echter liet volgende
en zulks met de grootste verontweerdiging
Dezer dagen, zoo zegde hij, kwam onze
I4jarige zoon uit de klas van het koninklijk
Atheneum te Brussel, en 11a het middagmaal
genomen te hebben, ondervroeg ik hem wat
hij dien dag zooal geleerd had.
Wij hebben vandaag, zoo antwoordde hij
oude geschiedenis gehad en de professor heeft
ons vooral veel verteld over het leven van
Jesus-Christus maar Mama hernam hij op
eens, terwijl hij zich tot zijne moeder richtte,
weet ge wel, dat men dien naam van Jesus-
Christus eerst 600 jaar na de dood van den
zoogenaamden proofeel van Nazareth heelt uit
gevonden en eerst van toen alom verspreid
Mijne vrouw, zoo hernam die overtuigde
liberaal, zat als versteend aan tafel, en in de
grootste woede vloog ik op en riep uilHoe
met dien van den galeiboef, die zijn bitter stuk
brood in 't zweet zijns aanschijns verdient, en die
zich langzaam naar hel graf voelt trekken, zonder
dat één hart medelijden met zijn lot heeft, of dat er
één enkele traan zijne nagedachtenis zal vereeren!
Achkon ik nog maar de twee laatste dagen
terugroepen, riep hij in zijne grievende smart uit,
alleen maar de twee laatste dagen; en gave God,
dat dit alles slechts eene zinsbegoocheling ware
Nauwlijks verstierven dio woorden op zijne be
vende lippen, of do barbier ontwaakte (want het
geheele voorval was slechts een droom), gn hij
bevond zich weder in T kleino vertrek achter zijn
winkel, bij 't reeds uitgedoofde vuur. Dio droom bad
echtereen even heilzamen, als diepen indruk op hem
gemaakt. Van dien dag af, was Nicodemus de/.clfde
man niet meer, en eene inwendige verandering had
er met hein plaats, even merkwaardig als do uit-
t wendige gedaanteverwisseling, welke hij meende
j ondergaan to hebben. Het was met licrn gedaan,
voor altijd gedaan. 0111 zooals vroeger naar tereebt-
stellingen le loopen; hij kon het gezicht van bloed
i niet meer verdragen. Hij maakte zich door zijne
j welwillendheid zijne zachtaardigheid en zijne
I monschlievendbeid bemind bij zijne buren, zoodat,
toen bij oud van dagen stierf, het geheele dorp
Beaulieu, waar hij weer heengetrokken was, zijn
stoffelijk overschot grafwaarts vergezelde.
Nog heden ten dage, wanneer een kind eene on
deugende daad begaat, of maar eenige neiging tot
wreedheid toont, dan wordt het door de oude lieden
van hel dorp bij de hand genomen, en gaan zij
er mede een bezoek brengen aan het graf van den
barbier van Beaulieu.
EINDE.