59s,e Jaar.
Zondag4 November 1885.
W 1958.
IJZERENWEG.— VERTREKUREN UIT AELST NAAR
VERTREKUREN UIT DE VOLGENDE STATIËN
Het Programma.
TE IDTTTTIR,-
Harde nolen le kraken voor ons
geuzen gouvernement.
DENDER-BODE.
ABONNEMENTPRIJS6 FRANKS 'S JAARS. De inschrijving eindigt met 31 December.
ANNONCENPRIJS, per drukregel: Gewone 20 cent. Reklamen fr. 1,00. Vonnissen op 3de bladz.30 cent.
Dendermonde. 4-56 6-35 8-45 11-09 3-09 6-40 10.08
Lokeren. 4-56 6-35 8-45 11-09 3-09 6-40
Mechelen. 4-56/ 6-35/ 7-30d 8-12d Exp. !®2®3®kl. 8-451
11 -5Hd 1-04d Exp. 1*2" 3®kl. 2-51d 3-091 5-08d
6-401 10-08d Exp. 1* 2® 3' kl.
*ntw. 4-561 6-351 7-30i 8-12dExp. 3 kl. 8-451 l-04dExp.
2® 3® kl. 2-51d 3-09/ 5-58d6-4üM0-08d Exp.
1® 2® 3® kl.
Brussel, langs Denderleeuw. 4-25 7-30 0-00 8-12
E 3 kl9-13 10-23dir. 11-59 1-04 E3 kl. 2-51 5-05 E 3' kl
(5-18 des zondags) 5-58 8-49 direct 9-16 10-08 E 3 klas.
Leuven, Thienen, Luik, Verviers 4-25d 4-5616-3818-12d
E 3 kl. 8-451 O-OOd 9-13J (ll-59d tot Leuven)l-04d
Exp. 1® 2® 3* kl. 2-51d 5-58d 8-49d direct 9-16d 10 08 E
3 kl.
(1) Nota. De letter 1 beteekent langs Temonde en de
Gent, (5-00 's vrijd 7-04dir. 7-56 E3kl. 8-44 9-41
12-21 12-40 0-00 dir. 3-08 3-37 5-59 E 3kl. 6-04 6-38
8-49 Exp 3 kl. 9-38 en des zondags 12-39
Brugge, Oostende. 7-56 Exp. 3 kl. 9-41 12-21
12-40 0-00 dir. 3 38 5 59 E 1' 2® 3® kl. 6-38
Doornyk, Mouscron, Korlryk, Ryssel (langs Gend8-47
12-21 12-40 3-08 3-38 Exp. 6-04 6-38
Doorn. Mouse. Korlryk, Ryss. langs Alh) 5-55 8-12 E.
3 klas tot Denderleeuw 11-59 2-51 6-00
Ninove, Geeraerdsbergen, Lessen, Alb 5-55 7-30 8-12E.3 kl.
tot Denderl. 11-59 2-51 6-00 9-H
Bergen, Quiévrain 5-55 8-12 E. tot Denderl.11-59 2-51 5-58
Enghien Braine, Manage, Charleroi, Namen langs Geeraerds
bergen 5-55 11-59 2-51 0-00 5-58
Sottegem, langs Erpe-Meire. 6.05 (7-25 's zat12.30 6.02
Moorsel,Opwyck,Mechelen,Antwerpen 5,07 9,27 3,21 6,09
letter d langs Denderleeuw.
Calque Saam.
«AAR AELST UIT
Alh 6.48 AO. 1.18 4.08 7.57 9.15
Anlw. 5.15 6,30 9,15 9.50 10.50 E. 1* 2® 3® ,1. 12-22
3-15 E. 1°2°3® kl. 3-54 4.44 5.54 6.50 E. 1®2« 3® kl.
Brussel 6.19 direct 7.15 E 3 kl. 7.30 9.00 11.06
11.55 1-55 3.00 E 3 kl. 4.52 5.55dir. 7.17 8.10 E3 kl.
8-24 en des zondags 11.45
Dendermonde 7.07 9.41 11.35 2.27 5.28 8.24 10,54
Geeraerdsbergen 7.27 11.05 2.00 4.50 8.39 9.48
Gent 6 35 7.39 E 3 kl. 8.15 9 43 11.06 12.31 E 3kl.
1.55 5.06 8.11 dir. 8.23 9.35 E 3 kl.
Lessen 7.09 10.45 1.42 4.29 8.24 9.25
Lokeren 6.33 8.48 10.57 1.46 4.44 7.52
Ninove 7.55 11.33 2.28 5.18 9.07 10.19
Oostende 6.04 6.1 JE. 3 kl. 9.00 11.12E 3 kl. 11.54 6.0i
uit Gent naar
Moortzeele, Sottegem, Geeraerdb.,Enghien, Braine-ie-
Comtc 5.47 8.12E 8.52 11.18 2.20 5.40 6.59
uit geeraerdsbergen naar
Maria-Lierde.Soilegem, Moortzeele en Gent, 5.15 vryd.
7.24 8.35 dir. 9 54 11.58 2.58 5.50 E 8.51
uit Denderleeuw naar
Haelterl, Burst, He^elc, Sotteg. Audenaerde, ADsegem
Kortryk, 6.12 0.00 9.01 12.55 6.C9 7.20 direct.
uit Sottegem langs denderleeuw naar
Aelst, (5.38 's Zaterd.) 7.49 12.06 1.28 5.00 7.48
uit Antwerpen naar St. Nikolaes, Lokeren en Gent
4.40 7.12 8.52 10.55 2.05 3.45 5.12 E 3 kl.6-35 8-00
9-10 E
uit Gent naar Lokeren, St. Nikolaes en Antwerpbn
4.25 7.05 8.00E 9.22 10.50 2.20 4-15 E 2kl.5.25 7,15
Uit Sottegem langs Erpe-Meire. 7.50 1.58 7.48
uit Antwerpen (zuid) naar Opwyck, Moorsel eu
Aelst: 5,50 10,04 4,17 7,12
AELST, 5 NOVEMBER 1885.
Men heeft ons de vraag gesteld:
Denderbode wat denkt gij over de noodzake
lijkheid van een catholiek programma
Indien wij ons, tot hiertoe, met de kwestie
eeus programmas niet onledig hielden, is het
om de goede reder, dat de Denderbode hierover,
sedert lang, zijne denkwijze heeft laten kennen,
en, volgens ons, het gepaste uur nog niet ge
slagen is om die kwestie opnieuw te bespreken.
Ja, meer dan 30 jaren lang, heeft de Den
derbode een catholiek programma geeischt en
er de dringende noodzakelijkheid van doen
uitschijnen.
Wij hebben altijd houden staan en blijven
bij deze onze meening, dat strijden zonder een
wel afgeteekend en bepaald doel, enkel strijden
is om te strijdenden dat de strijd onder zulke
voorwaarden niets anders kan voortbrengen
dan latere teleurstellingen en fopperijen.
Wij verklaren dus, dat wij het programma
door den Constitutionel van Hasselt afgekon
digd teenemaal bijtreden, luidende als volgt:
1. Herstellingen onzer diplomatische betrek
kingen met den H. Stoel.
2. Afschaffing der wet van 1 juli 1879, op
het lager onderwijs.
3. Oplossing van de schoolkwestie door het
Krinciep der gemeentelijke zelfregeering, ver-
onden met hel engelsch stelsel. (Hierdoor
wordt verstaan dat de vrije scholen en de ge
meentescholen zouden geldelijk ondersteund
worden in evenredigheid van 't getal leerlin
gen.)
4- Afschaffing van 't ministerie van open
baar onderwijs.
5. Stemming eener wet de rechtzinnigheid
der kiezingen verzekerende. Uitbreiding van
het stemrecht binnen de palen der grondwet.
6. Maatregelen van decentralisatie; de zelfs-
regeering aan de provinciale- en gemeentebe
sturen teruggegeven volgens den geest onzer
Grondwet.
De schepenen door den gemeenteraad be
noemd.
7. Herstelling van 'l recht van vrijdom in
mililiezaken voor de geestelijkheid.
8. Herstelling der onrechlveerdig afgeschafte
jaarwedden der geestelijkheid.
9. De zin der wetten welke de eerediensten
beheeren, definitief uitleggen en maatregelen
nemen om den terugkeer der verkeerde en
kwellende uitleggingen te beletten.
10. De stichtingen van het onderwijs en der
liefdadigheid aan hunne wettige bestemming
teruggeven en eerbied van den wil des stich
ters.
11. Eene wet welke aan de eerediensten de
vrijgeid der begraafplaatsen waarborgt.
if. Vermindering der belastingen door het
afschaffen van alle nutteloove of onnoodige
uilgeven.
4® Vervolq.
Den volgenden dag gaf onze scheikundige gevolg
aan de uimoodiging, welke hij van den heer Rustuit
ontvangen had. Hij had alles goed overdaeht, en
ofschoon hij eenigszins wantrouwend en mismoedig
gestemd was, meende hij toch, zonder noodzake
lijkheid, het middel tot de uitvoering \nn zijne
planoen niet van de hand te mogen wijzen, dat hem
zoo onverwachts was aangeboden.
Na een weinig zoekens vond hij het huis. Het was
klein en stond in eene nauwe sleeg, die op eene
van de voornaamste straten der stad uitkwam. De
deur was gesloten en toen bij belde, kwam het
hoofd van M. Rustuit van achter de vuile, groene
gordijnen van een der benedenramen te voorschijn,
om oogenblikkelijk weer te verdwijnen. Daarna
duurde het zeer laug, eer eene vreeselijke lange en
magere vrouw de grendels wegschoof, en hem
voorging naar eene kamer, waar hij M. Rustuit aar.
eenen lessenaar ieverig bezig zag met een dik kas
boek.
Zijt gij daar, M. Weering 7 riep M. Rustuit
hem tegen ik vreesde reeds de eer tc zullen missen
van uw bezoek. Ten tien ure zoudt gij komen, en
het is reeds bijna een uur later. Nauwkeurigheid is
de hoofdzaak, als men zaken doet. Hel spijt mij,
M. Weering, maar die niet slipt is in kleinigheden,
zal het ook in groote zaken niet zijn. Ik heb daar
om uwent wil mijne boeken eens natezien. Hel is
treurig zooveel verliezen als een eerlijk mensch
onverdiend treffen A propos, wal was hel gistereD
avond Wien hebt gij in de goot gevonden
Eenen ouden, ondankbaren, dwazen kerel,
die zijn voet verstuikt had.
Zekeren onzer vrienden voegen hierbij nogde
afschaffing van het thans bestaande leger en
zijne vervanging door een vrijwilligersleger.
Wij ook zijn vijand van den gedwongen
bloedimpost en aanschouwen de loterij als
eene volksplaag die niet te rap kan afge
schaft worden. Maar!ongelukkiglijk
heeft onze militaire wetgeving zulke diepe
wortels geschoten en wordt dezelve aan hoo-
gerhand zoo krachtdadig ondersteund, dat het
eene hoogst moeielijke zaak zal wezen zoo
in eens ons doel, de afschaffing van het thans be
staande militaire stelsel te zullen kunnen berei
ken.
In die omstandigheid, laat ons liever, als
eersten stap, eischen
1. De vermindering van de getalsterkte des
legers tot 60 duizend manschappen.
2. Verbetering van 't lot der officieren on
derofficieren en soldaten onder opzicht van
soldij en pensioen, en voor de soldaten bijzon
derlijk in zake van voeding. Herinrichting van
't intendentenkorps.
o. Afschaffing der burgerwacht als eene nut-
telooze instelling die ons reeds te lang heeft
geplaagd, en zoo veel millioenen heeft ver
slonden.
Zietdaar onze denkwijze, betrekkelijk de
kwestie des legers. Later komen wij er op
terug.
Onze confrater van Maestricht, Le Courrier
de la Meuse, sprekende over het bezoek van
onzen vorst aan den koning van Holland,
schrijft het volgende artikel dat wij de Belgen
ter lezing aanbevelen. In 1839 toen wij van
het schoonste gedeelte dér provincie Limburg
aan Nederland moesten afstand doen om met
dat land den bepaaldelijken vrede le sluiten,
stortten onze medebroeders van het afgestane
gedeelte bittere tranen overhunne gedwongene
afscheuring van België, wiens onafhankelijk
heid zij ten koste van hun bloed en van aller
lei opofferingen hadden helpen bekomen.
Men zal door de lezing der volgende regels
begrijpen dat zich thans onze oude stam- en
landgenooten over de scheiding van 1839 meer
verheugen dan bedroeven.
Of zij gelijk hebben
Alhoewel ontbloot van die lawijdmakende
plechtigheden met de welke men in onze dagen,
het kleinste diplomatisch geval zoekt te omrin
gen, zal de gebeurtenis, die heden bij ons plaats
heeft, voorzeker aangestipt staan in het leven
van twee kleine volkeren, welker geografische
toestand hen verplicht eene wederzijdsche
vriendschap te onderhouden.
Het bezoek, dat de Koning en de Koningin
der Belgen op ditoogenblik aan het hollandsch
hof afleggen, opent een buitengewoon betee-
kenisvol tijdstip, waarvan de uitwerksels niet
lang zullen achterwege blijven.
Er van nu af het gewicht van bepalen, zou
voor het minste verwaand mogen heeten het
Ziet gij wel riep de heer Rustuit, bemoei u
nooit met zaken, die u niet aangaan. Ondank is's
werelds loon. Als gij eens wist hoe veel ondervin
ding ik al in dal opzicht heb opgedaan Maar ga
toch zitten, bier slaat een stoel Hel spijl mij dat
gij niet precies ten tien ure gekomen zijlik had er
op gerekend, dat wij le zamen zouden ontbijien,
Ten tien ure ontbijt ik hi, bi, dat is voorbij.
Weering verzekerde dat hij volstrekt geen honger
had, hetgeen opnieuw den lachlust van den heer
Rustuit opwekte.
Gij zijt nog verzadigd van gisteren avond,
riep hij. Zij is een allerschoonste meisje, dat Ma-
rietje van morgen is zij al vroeg bij mij geweest.
Bij u geweest herhaalde de jongman ouge-
loovig lachende.
Ja, bij mij geweest, hernam de oude. Wij
hadden nog van alles af te handelen. Ha, ha wal
ziet ge er uit. Op mijne eer, het is waar, en wat ik
gisteren gez6gd heb, is zoo zeker als twee maal twee
vier is.
Ik wensch u geluk, antwoordde Weering koel.
Dank u, dank u, antwoordde M. Rustuit, zich
vergenoegd de handen wrijvende, vaodaag of mor
gen zullen wij die zaak wel in orde krijgen. Zwart
of wil is mijne manier. Het is hier donker en wal
nauw maar wat doet dat er toe. Arm en needrig is
mijn hutje, maar de liefde woont er in, zooals er in
hel oude liedje slaat.
En zij maakt de hut lot een paleis, hernam
Weering.
Marielje bedoelt gij ?ja zeker, zeker. Maar
zij zal hier niet wonen, ik heb meer huizen dan dit
ik denk dat zij blijven zal, waar zij is. Ik n6em het
huis van vrouw Lork dal kan ik doen zoodra ik
wilik ben haar voornaamste schuldeischer. Kom
nu, heer Weering, leg mij uwe plannen eens uit,
toon mij de voordeelen aan en laat ,0ns zien wat wij
kunnen doen.
behoort aan de toekomende omstandigheden,
welke buiten alle menschelijke berekeningen
liggen, dit te doen, en het is de geschiedenis
bij gevolg, die zich zal belasten, met het aan
onze naneven te leeren.
Voor het oogenblik wonen wij een der
troostelijkste tooneelen bij, die wij durfden
verhopen.
Een geheim voorgevoel, zonder twijfel
opgewekt door een aan mistrouwonderworpen
politiek, die heden Europa beheert, kwam
schielijk de noodzakelijkheid openbaren van
eene broederlijke overeenkomst, en ondubbel
zinnige beloogingen hadden sedert eenigen
lijd tussehen de twee volkeren plaats.
De samenkomst te Spa werd van beide zijden
wel niet zonder verbaasdheid vernomen, maar
bracht toch vooral eene aangename verrassing
teweeg, en van wederzijds reikte men elkander
de hand zooals de twee koningen het voorbeeld
kwamen te geven.
d Er is een hoek in Holland, alwaar de toe
neiging voor de Belgen levendiger is dan over
al elders er is eene provincie, alwaar de
hartkloppingen sneller zijn, waar het bloed
warmer slroomt zoohaast er kwestie is van
bewijs tegeven eener hartelijke broederlijkheid.
Die hoek is Limburg, liet is die brok der Neder
landen, welke men heden nog het afgestane
gedeelte heet, en waaraan de woorden van een
'der grootste fiiguren van de belgische omwen
teling kunnen toegepast worden, woorden te
zeer bekend, dan dat het noodig zij ze hier te
herhalen.
Het is voldoende eenen oogslag te werpen
op eene kaart van België om te zien. hoezeer
wij de natuurlijke lijn overschrijden, die men
als grens zou kunnen geven om te zien, hoe
zeer wij daardoor ingesloten zijn, en om te
verstaan, hoe wettig de aandacht is, waarmee
de hollandsche Limburger alles gadeslaat, wat
er bij onze buren omgaat.
Innige herinneringen van een nog versch
verleden, geografische ligging zonder weerga,
volkomene overeenkomst van godsdienstige
gevoelens, aanhoudende betrekkingen over de
tollinie heen, schier gelijke spraak en zeden,
alles verrechtveerdigt wat wij hooger zegden
nopens de bijzondere toeneiging, welke wij
voor hen gevoelen, wier nationnalileits eigen
aardigheid wij bijna deelen.
Onze oogen blijven dus gedurig op dat
België gericht dat ons zoo dierbaar is.
Welnu, hoe dikwijls zijn wij er, als catho-
lieken, getuigen geweest van smartelijke too
neelen
Hoe dikwijls hebben wij die niet uit gan-
scher harte beklaagd (dan wanneer men mis
schien over ons lot jammerde) dieonzergeloofs-
genoten van wie de revolutie of eerder gezegd
het traktaat van Londen ons gescheiden had
Terwijl onze neigingen, misschien wel onze
verzuchtingen, ons in den geest tot over de
grenzen voerden, maakten onze godsdienstige
vrijheden, hier meer dan daar geëerbiedigd,
ons gelukkig dat wij er in persoon niet waren.
Indien er onder onze vaderen meer dan een
aan het oorlogsvuur heeft deelgenomen, den
kende Belg te worden, zoo verheugen menigen
Weering nam plaats en zette op overtuigende
wijze zijne plaunen tot het oprichten eener fabriek
uiteen. Hij rekende op zijne kunde en zijne onder
vinding, berekende de waarschijnlijke winst, en
stelde die als schitterend voor. Nu eens trok Rustuit
zijn gelaal in eene vergenoegde plooi, dan weer
keek hij bedenkelijk voor zich, en zetle een wan
hopig gezicht maar eindelijk bracht hij de hand
aan zijn voorhoofd, zag de papieren, die de bere
kening duidelijk maakten, en riep ten laatste
Alles goed en wel, maar waar zijn de bewijzen
dat het produkt zoo gemaakt kan worden als gij
beweert
Dat is het geheim van mijn fabrikaat, antwoord
de Weering, ik geloof niets, wal ik niet houden kan
maar ik kan alleen door mijne resultaten bewijzen
leveren.
Gij wilt dus het zoogenaamde geheim voor u
houden vroeg de speculant, luid lachende.
Natuurlijk, gaf de chemist ten antwoord.
Daarin ligt het fabrikaat. Ik heb er geen palent voor
aangevraagd, dat zal eerst later geschieden. Voor-
loopig zoek ik een man, die mij hel geld voorschiet
en de winst met mij deelt.
En die de schade alleen draagt, zoDder zelfs
te welen waar zijn geld blijft, vulde de heer Rustuit
hoofdknikkend aan. Mijn goede heer Weering, hier
houdt de grap op. Geheime wegen mogen er tussehen
ons niet zijn. Openhartigheid en eerlijkheid, dat is
mijne zaak. Laat mij duidelijk zien, waarin hel
voordeel gelegen is, en ik zal u het geld bezorgen.
Gij hebt daar geen versland van, antwoordde
Weering, ik zou les in de scheikunde moeten ge
ven.
Meent gij dat ik een hoofd heb, dat niets be
vatten kan vroeg de heer Rustuil belèedigd ik
moet u zeggen dat ik barder noten in mijn leven
gekraakt heb.
0, het is zoo moeilijk niet, antwoordde Wee-
hunner zonen, er zich heden over, dat zij niet
betrokken zijn of niet geslachtofferd worden
te midden dier hatelijke twisten, die in België
de ougeloovigheid, zonder barmhartigheid, en i
zonder eenig gevoel van eerlijkheid, levert aan i
de achtenswaardigste overtuigingen, aan het
heilig geloof van de meerderheid der inwoners.
d In zijn bezoek bij ons, kan het niet anders
of de koning Leopold II moet zich overgeven,
aan die veelvoudige opmerkingen, aan welke
iedere vorst op reis zedelijk gehouden is zich
over te geven in hel voordeel van zijn volk; en
onder die betrekking, zullen er ongelukkiglijk
veel waarnemingen te doen zijn, welke verne
derend zijn voor de belgische vaderlandsliefde.
Hij zal er de catholieken vrijer zien, de zelf
standigheid der gemeentelijke regeeringen
meer geëerbiedigd, hel catholiek onderwijs
niet bestreden, de bijzondere liefdadigheid in
hare uitbreiding begunstigd, het gerecht meer
onpartijdig, de eendracht tussehen de burgers
van een zelfde vaderland gevestigd in plaats
van die scheuringen, welke den burgeroorlog
nabij komen.
Bij ons geene pastorijen bestormd, geene
partij geslachtofferd aan eene andere, onder
voorwendsel dat deze machtiger is, want,
zooals 't het laatst een hollandsche liberale
minister zegde de natie bestaat niet uit de
3/5 maar uit de 5/5 van de bevolking.
Geene verdrukking op zijn Bara's {jeene
van die verfoeilijke en walgelijke bemoeiingen
in de besturen der parochiën die, verantwoor
delijk wegens hunne bisschoppen, aan deze en
aan deze alleen de jaarlijksche rekeningen en
budjetten moeten onderwerpen.
Het is dezelfde vrijheid voor allen, voor
de protestantsche. joodsche en catholieke
gemeenten de herkende geestelijkheid van
alle eerediensten hebben eene jaarwedde van
den Staat, zonder gevaar van uitgedreven te
worden volgens het gek gedacht van eenen
geloofverzakenden minister.
Die zelfde vrijheid hervindt men in de
weldadigheidsgeslichten welke de wet van 28
juni (Staatsblad n. 100) in vier klassen verdeelt,
en die wij niet overbodig achten hier bij deze
gelegenheid aan te halen
a.) Nationale, provinciale en gemeentelijke
slichtingen, ingericht en bestuurd door bur
gerlijke overheden. Dit is de officieele welda
digheid.
I».) Geestelijke stichtingen (catholieke, pro
testantsche, joodsche,) geregeld en bestuurd
uitsluitelijk door de wederzijdsche geestelijke
overheden. Die stichtingen zijn niet verant
woordelijk voor hun bestuur dan tegenovef- de
geestelijke overheid van hun gebied indien
een hunner zich zou ontbinden, beslist diezelf
de overheid over de verdere bestemming der
grondgoederen. Al deze stichtingen bekomen
de burgerlijke verpersoonlijking door het feit
zelf, dat zij aan den gemeenteraad der plaats
en binnen de maand, kopij afleveren van hun
reglement.
c.) Bijzondere stichtingen, door niet gees
telijke besturen. De mededeeling van hun
reglement is voldoende om de burgerlijke ver
persoonlijking te bekomen.
d.) Gemengde stichtingen.
ring, wie de bewerking en de vermenging kent, is
in het bezit van het gansche geheim, maar, ik kan
mijne uilvinding r.iet prijs geven, zonder zeker le
zijn dat er geen misbruik van mijn vertrouwen ge
maakt wordt.
Wie zou er misbruik van maken, vroeg de heer
Rustuit vleiend. Ik hoop, heer Weering, dat gij niet
op mij doelt
Hij legde de eene hand verzekerend op zijne borst
en slak de andere naar zijnen gast uit.
Bah zooals gij wilt, riep hij. Gij kent mij nie1
en weel niet met wien gij te doen hebt. Ik heb he1
geheim niet om geld te verdienen tevredenheid is
nvjne eerste doel en wat ik bezit, heb ik eerlijk
gewornen. Maar ik wil u voorthelpen, al is ondank
reeds dikwijls mijn loon geweest. Ik ben van het
eerste oogenblik af met u ingenomen geweestwij
zullen de zaak met kracht aanpakken; eer stil aan
arbeiden, daarna vragen wat patent en als wij dat
hebben, zal het geld er ook zijn. Als het twaalf
duizend gulden zijn zal ik ze bezorgen.
In een lang gesprek gebruikte nu de beer Rustuit
al de overredingskracht om zijn gast zoo gewillig le
maken al hij hem hebben wilde. Nu eens vleidde hij
hem, dan weèr dreigde hij zich1 geheel terug te trek
ken. Daarna haalde hij wijn voor den dag, noodigde
Weering te drinken, klonk met hem op goede com
pagnieschap en hunne vriendschap, en bevestigde
met al zijne pogingen om vertrouwen en openhar
tigheid uit te lokken juist hel tegendeel. Hoe meer
hij zwoer, dat hij uit louter mansclievendheid een
veeibeloovend jongeling wilde voortbelpeu. hoe
grooier de tegenzin werd, dien hij Weering inboe
zemde, en hoe meer de speculant in vuur kwam,
koeler de andere hem gadesloeg.
Sappermentriep dé speculant eindelijk, ik ben
eenmaal zulk een goedhartige gek, die niemand iets
kan weigeren. Gij zijt immers niet getrouwd mijn
heer Weering
Die welke geen legaat kunnen aanveerden
dan door koninklijke bemachtiging. Deze laat
ste bepaling heeft nooit eenige opwerping
verwekt, vermits het gouvernement in deze
zaak altoos de stipste rechtvaardigheid in acht
genomen heeftnooit heelt het zich veroorloofd
de legaten af te keeren van de bestemming
door den begiftiger aangeduid. Men mag het
zelfde zeggen van de (ondatiën en giften, gedaan
aan de fabrieken der verschilljge eerediensten.
Wat verschil in de eenige punten, die wij'
daareven aanhaalden, met den staat van dwing-
landij, onder welke het vrije België heden
gekromd ligt
Welke treurige vergelijking zou er voor a
het overige niet te maken zijn met het arglistig
werk van sommige indringers, die slechts^aau
't roer blijven bij middel van kiesbedrog
Welk bedroevend schouwspel voor dege
nen, die op eenigen afstand met beklemd hert
de afwisselingen van die hardnekkige worste
lingen gadeslaan, waaraan dit schoone rijk ten
prooi is
Welk angstvol oogenblik voor eenen koning
wiens welwillende rechtveerdigheid zich over
al zijne onderdanen zonder onderscheid moet
uitstrekken Wat moet het hem pijnlijk vallen
te zien, in een land, waarmede de Belgische
provinciën vroeger vereenigd waren, ja, juist
van in dit land te zien, welken verfoeilijken
invloed eene magonnieke dwinglandij uitoefent
op de toekomst en den bloei zijns volks.
Moge die reis in Holland, in een min of
meer verwijderd tijdstip, geheel andere gevol
gen hebben, dan die men er van verwacht, en
zulks wel door de verbroedering der beide vol
ken. Moge zij zonder uitstel onze belgische
broeders, thans zoo deerlijk beproefd, dezelfde
rechten bezorgen als die, welke wij, catholie
ken, hier genieten onder de bescherming hun
ner Grondwet, onzebijgeblevene vrijheden niet
langer te beweenen hebben, ziedaar wat wi^
hun toewenscheri met al de hartelijke toenei
ging, welke de kinderen van het afgestane
Limburg altijd hebben voor al wat België vati
verre of van nabij aangaat.
Een rekeningsken.
Een rekeningsken dat de groote ezels die de
kwestiën voor 't kiesexamen opmaken niet
zullen voorstellen is dit
Tel eeus op wat ons het nutteloos Ministerie
van Onderwijs kost voor personeel alleen
i minister fr. 21,00(1
1 sekretaris generaal 10,009
3 directeurs, gen. aan 9 a 10,000 30,009
6 directeurs aan 7 a 8,000 42,009
6 divisie oversten aan 6,500 39,009
6 bureel-oversten aan 5,000 30,009
1 comm. redact. lc kl. aan 4,000 44,009
11 2C kl. aan 3,000 o3,0Q0
6 commis d'ordre le kl. aan 2,600 15;6Ó9
6 2° kl. aan 2,000 12,009
6 3" kl. aan 1,600 9,609
286,200
Schrijf dal getal in 't lang en breed
Twee honderd zes-en-tachtig duizend, twee
honderd franken.
Neen.
Maar gij zoudl toch gaarne trouwen
liet zou wel eens kunnen zijn, dat ik er naar
verlang.
Zooveel le beter, dan zal ik u eene vrouw be
zorgen als gij er eene noodig bebt. Een man als gij
moet meer zelf speculeeren. Hij moet geen moisjo
trouwen, dal nieis bezit dan misschien een schoon
geziebt. Geld is de hoofdzaak, dat geeft een gelukkig
huwelijk.
En toch wilt gij eer. doodarm meisje tot uwu
vrouw maken vroeg Weering lachend
O, ik, riep de heer Rustuit, ja, dat is waar,
maar dal is heel iels anders. Gij hebt geld noodig,
en don doet men een oog toe, en ais het noodig is,
wordt men blind, toladl blind. Wat zijn jeugd en
schoouheid Een ademtocht, die voorbijgaat een
niets zuiver verbeelding. Maar geld behoudt zijne
waarde het mag zoo oud worden als het wil, het
wordt hoe langer hoe schooner en klimt in waarde.
Als ik Marielje neem, is hel enkel uit medelijden met
hel arme kind zij ziet zich de oogen uit om voor
hare moeder en de kinderen het brood te verdienen^
en het helpt haar toch niet.
Arme Maria, sprak de jonge man, voor zich
ziende. Zij lieert het edelste, blijmoedigste hart,
maar 't is het lol der armen, dal zij een langen, vreeset
lijken strijd mol bet noodlot te voeren hebben, tot
dat zij er eindelijk de prooi van worden.
Daarom moet ieder maar zijn best doen om for
tuin te maken, hernam M. Rustuit Men moet er van
de jeugd af aan naar streven ge id te verdienen, en
niets is onnoozeier dan die verhalen van deugdzame
armoede. Met geld in den zak kan menailes, watmen
wil. Laat mij maar bogaan. Gij zult een man worden,
die zich mag verlooneD lk zal u eeüe vrouw en heb
er reeds eene voor u, die u best bevallen zal.
Gij zijt ontzaglijk goedhartig, antwoordde da
cbimist.
(Wordt voortcbzet).