U
39s,e Jaar.
Zondag17 Augusti 1884.
1979.
IJZEREN WEG. VERTREKUREN UIT AELST NAAR
VERTREKUREN UIT DE VOLGENDE STATIËN
DE DENDER-BODE.
ABONNEMENTPRIJS6 FRANKS 'S JAARS. De inschrijving eindigt met 31 December.
ANNONCENPR1JS, per drukregel: Gewone 20 cent. Reklamen fr. 1,00. Vonnissen op S4* bladz. 5# «ent.
DöQdermoude. 4-56 6-36 8-45 11-09 3-07 4-35 6-45 9-40
Lokeren. 4-56 6-36 8-45 11-09 3-07 4-35 6-45 9-40
Hechelen. 4-561 6-361 7-30d 8-12d Exp. 1«2« 3*kl. 8-451
H-59d l-04d Exp. l92e 3»kl. 2-51d 3-071 6-45/
9-40.1 10-08d Exp. 2* 3* kl.
Antw. 4-56t 6-36f 7-30d 8-l2dExp. 3 kl. 8-451 l-04dExp.
2» 3* kl. 2-51d 3-071 5-58d 6-451 9-401
10-08d Exp. 1' 2* 3* kl.
Brussel, langs Denderleeuw. 4 25 7-30 0-00 8-12 E 3 kl.
9-20 10-25 dir. 11-59 1-04 E 3 kl. 2-51 4-35 E 3'kl
5-18 dos zond.) 5-58 7.47 en 8-49 direct 9-16 10-18 E 3 kl.
Leuven, Thienen, Luik, Verviers 4-25d 4-5616-3618-12d
E 3 kl. 8-451 0-0üd 9-20d ll-59d l-04d Exp.l®2»3*
kl. 2-51d 5-58d 8-49d direct 9-16a 10-08 E 3 kl.
(4) Nota. De letter 1 beteckent langs Tertnonde en de
Gent, (5-00 's vrijd.) 7-04dir. 7-56 E3kl. 8-45 9-41
42-21 12-40 0-00 dir. 3-08 3-37 E 3kl. 6-04 6-38
8.49 9-38 10-20 Exp 3 kl. en des zondags 12-39
Brugge, Oostende. 7-56 Exp. 3 kl. 9-41 12-21
12-40 0-00 dir. 3 08 E 1e 2* 3* kl. 6-38 8.49
Doornyk, Mouscron, Kortryk, Ryssel (langs Gend) 8-47
12-21 12-40 3-08 3-38 Exp. 6-04 6-38
Doorn. Mouse. Kortryk, Ryss. langs Ath) 5-55 8-12 E.
3 klas lot Denderleeuw H-59 2-51 6-00
Ninove, Geeraerdsbergen, Lessen, Atb 5-55 7-30 8-12E.3 kl.
tot Denderl. 11-59 2-51 6-00 9-16
Bergen, Quiévrain 5-55 8-12 E. tot Denderl.11-59 2-51 5-58
Enghien Braine, Manage, Charleroi, Namen langs Geeraerds
bergen 5-55 11-59 2-51 0-00 5-58
Sottegem, langs Erpe-Meire. 6.05 (7-25 's zat12.30 6.02
Moorsel,0pwyck,Mechelen,Antwerpen 5,07 9,27 3,21 6,09
letter d langs Denderleeuw.
Cafqae Kaam.
NAAK AELST DIT
Ath 6.48 10.11 1.18 4.06 7.52 9.15
Anlw. 5.15 6,30 9,15 9.50 10.50 E. 1* 2* 3» kl. 12-22
3-15 E. 1*2*3® kl. 3-54 4.44 5.54 6.50 E. i' 2» 3» kl.
Brussel 6.19 direct 7.15 E3kl. 7.30 9.00 11.06
11.55 1-55 3.00 E 3 kl. 4.52 5.55dir. 7.17 8-24en
9.40 E. 3 kl. des zondags 11.45
Dendermonde 5-09 'szaterd. 7.07 9.41 11.35 2.21
5.28 8.25 9.14.
Geeraerdsbergen 7.27 11.05 2.00 4.50 8.39 9.51
Gent 6 35 7.39 E 3 kl. 8.21 9 43 11.0# 12.31 E Ski.
1.55 4 04 5.05 8.11 dir. 8.23 9.45 E 3 kl.
Lessen 7.09 10.45 1.42 4.29 8.24 9.35
Lokeren 6.33 9.14 10.57 1.46 4.44 7.55
Ninove 7.55 11.33 2.28 5.18 9.07 10.19
Oostende #.04 #.1JE. 3 kl. 9.03 11.12E 3 kl. 11.54 6.01
uit Gent naar
Moortzeele, Sottegem, Geeraerdb.,Enghien, Braine-le-
Comte 5.47 8.12E 8.52 11.18 2.2# 5.4Ö 6.59
DIT GEERAERDSBERGEN NAAR
Maria-Lierde, Sottegem, Moortzeele en Gent, 5.15 vryd.
7.24 8.35 dir. 9.54 11.58 4.4# 5.50 E f.51
dit Denderleeuw naar
Haeltert, Burst, Hekelt, Solleg. Audenaerde, Aosefe*
Kortryk, 6.12 0.00 9.01 12.55 6.11 7.2# direst.
UIT SOTTEGBM LANGS B8NKIRLEKUW NAAK
Aelst, (5.38 's Zaterd.) 7.5C 12.06 1.21 5.0# 7.41
uit Antwerpen naar St. Nikolaes, Loeirïn en Cejst
4.40 7.12 8.52 10.55 2.05 3.45 5.13 E 3 kl.6-35 S-6#
MOE
uit Gent naar Loeeren, St. Nikolaes en Antwerpen
4.25 7.05 8.00E 9.22 10.50 2.20 4-15 E 2kl.5.25 7,Tl
Uit Sottegem langs Erpe-Meire. (5.38zaterd.) 7.51
1.40 7.48
uit Antwerpen (zuid) naar Opwyek, Moerad o>
Aelst5,45 10,04 4,17 7,11
AELST, 16 AUGUSTI 1884.
Kamer van Volksvertegenwoordigers.
Zitting van 12 Augusti 1884.
Wij laten hier naar 't beknopt verslag de
merkwaardige redevoering volgen welke onze
jeugdige vertegenwoordiger, den lieer Lodewijk
De Sadeleer, uitsprak ter gelegenheid der be-
sproking van 't wetsontwerp op 't lager onder
wijs
De lieer De Sadeleer.Ik moet
eerst en vooral den achtbaren spreker geluk
wenschen omdat hij tot de discussie van
het wetsontwerp is weergekeerd. Gisteren en
de vorige dagen vroegen achtbare leden zich
immers af of wij eene Kamerzitting dan wel
eene kiesmeeting bijwoonden Men sprak van
candidatunr en van programma, als waren wij
ergens in een Plaisanten Hof vergaderd.
Men deed aan de regeering het verwijt de
herziening der wet van 1879 voor te stellen.
Indien nochtans de gansche rechterzijde het
eens is geweest over eenig vraagstuk, zoo eene
kwestie altijd haar delenda Carthago was, dan
is 't voorzeker de herziening der wet van 1879.
Gij herinnert u allen dat, toen het ontwerp
van 1879 aangeboden werd, er in gansch het
land eene groote beweging ontstond ten gunste
van 't behoud der wet van 1842. De provinci-
aleraden protesteerden, de minderheid der
Kamer protesteerde als één man.
Er kwamen duizenden verzoekschriften in.
Dit vraagstuk van het onderwijs beheerschte
alle gemoederen. De jongste verkiezingen ge
beurden over dit vraagstuk hier te Brussel
zelfs meer dan overal elders. Geruchtlinks.)
Er waren voorzeker andere redenen, doch de
schoolwet was eene der voornaamste.
Dit is zoo waar, dat te Brussel de heer Van
Humbeeck, de strijdoverste van dit departe
ment, den 10 Juni, evenals de andere caudi-
daten," met 1300 stemmen minderheid is ge
vallen
D© lieer Lippens. De verkiezing
van Brussel gebeurde niet over de school-
kwestie.
De lieer De Sadeleer- Er was
van nog iets anders spraak, ik weet het er
AVfis spraak van de belastingen; maar uwe
schoolpolitiek vooral was in 't spel. 't Past
overigens aan de liberale partij niet van te
spreken van belastingen, vermits zij 26 nieuwe
millioenen heelt gestemd en zij, bij de ontbin
ding van den Senaat tegen ons te Brussel eene
fietieve belasting heeft geëxploiteerd, de be
lasting op hel brood. (Tegenspraak, links.)
De lieer Frère-Orban. De
verkiezingen zijn te Nijvel over dat vraagstnk
gebeurd.
De heer De Sadeleer. De li
beralen hebben nog alleen gesproken van de
belasting op hel brood. Zij hebben niets meer
gezegd van de herziening der Grondwet of van
het liberaal programma. (Gerucht, links.)
De lieer Lippens. Ik heb de
omzendbrieven van uwe vrienden voor mij
liggen er staal in dat er eene belasting op de
vreemde granen zal gelegd worden.
De lieer De Sadeleer. Al uwe
bladen waren opgepropt met leugens tegen de
onafhankelijke candidaten.
Stemmen rechts Ja!ja
De lieer De Sadeleer. Een
liberaal blad zegde zelfs dat het ministerie zes-
en-tachtig millioen nieuwe belastingen zou
heffen Gij zijt in dien veldtocht van leugen en
laster geslaagd. (Men protesteert, links.)
De nieuwe meerderheid werd vooral naar
deze Kamer gezonden om het vraagstuk van
onderwijs op te lossen.
De lieer Lippens. 't Is onnauw
keurig I
De heer voorzitter. Laat den
spreker voortgaan
De lieer Lippens. Maar hij zegt
onnauwkeurigheden
De heer De Sadeleer. Wat
hebt gij in 1878 gedaan 1 Zoo de verkiezing
toen in sommige arrondissementen geschied
is over de herziening der wet van 1842, elders
toch wilde men slechts enkele artikelen van
de wet veranderen.
Nogthans, in stede van die gedeeltelijke
wijziging, kregen wij eene wet die het stelsel
der wet van 1842 het onderste boven wierp.
Dit gezegd zijnde, ga ik over tot het onder
zoek van 't wetsontwerp.
Ik wé.nsch de regeering geluk omdat zij het
ontwerp heeft opgevat in de denkbeelden
waarin het aangeboden wordt.
Het is gegrond op de denkbeelden van 't
Nationaal Congres, dat de vrijheid van onder
wijs op de eerste lijn plaatste en het openbaar
onderwijs op de tweede lijn. (Tegenspraak,
links.)
Ik zou mannen van gezag kunnen aanhalen,
ik zou, onder anderen, de redevoering kunnen
aanhalen van den heer de Brouckere, maar ik
blijf niet stil bij deze door iedereen gekende
waarheid Geruchtlinks.)
De lieer FVère-Orlian. Eene
onwaarheid
De lieer De Sadeleer. Onze
grondwetgevers waren getuigen en slachtof
fers geweest van het monopolie van den Staat
in zake van onderwijs. Zij wilden er niet meer
van hooren. Het verslag der middenafdeeling
over hel ontwerp dat de wet van 1842, werd
insgelijks ingegeven door de denkbeelden van
vrijheid.
Dit waren altijd de nationale overleveringen,
tot den dag toen men het land geneigd dacht
om den Staat als volstrekt meester te zien
heerschen. Ware het maar in dit opzicht, dan
beschouw ik het tegenwoordig ontwerp als
eenen overgrooten vooruitgang.
Het geeft immers aan de gemeenten groo-
tendeels hare rechten weer; het lost het vraag
stuk op, in eenen decentraliseerenden en
volkslievenden geesthet eerbiedigt de min
derheden die eerbiedwaardig zijn.
De lieer Houzeau <le Leliaïo.
Dus zijn zekere minderheden niet eerbied
waardig
De lieer De Sadeleer. Als
men de wel van 1879 van nabij onderzoekt,
dari ziet men dat zij, in zake van onderwijs,
het staatsmonopolie onrechtstreeks herin-
voerde. De gemeenteraden, de bestendige de-
putatiën werden nauwelijks over de sehool-
aangelegenheden geraadpleegd en hun advies
werd zelden gevolgd
't Was de regeering welke de hooge hand
had over de scholen, over de benoemingen
van onderwijzers, over hunne jaarwedden,
enz. De gemeente was bovendien gedwongen
hare onderwijzers te kiezen tusschen de dra
gers van het staatsdiploma.
Het vvelsontwerp schenkt aan de gemeenten
hare vrijheid weder. Eindelijk, terwijl het
vroeger bestuur lot geldverkwisting aanzette,
laat de nieuwe wet aan de gemeenten toe, te
bezuinigen en het geldverkwisten voor de
scholen te doen ophouden.
Er bestonden bovendien schoolcomiteilen,
die door de wet van 1879 nevens de gemeen
teraden waren ingericht. Met genoegen hoorde
ik den heer Hanssens hunne afschaffing goed
keuren.
De lieer Hanssens. 't Was eene
engelsche instelling
De lieer De Sadeleer. Het
onderwijs is gansch anders ingericht in Enge
land.
De lieer Houzeau de Lehaie.
Het is er zeer goed ingericht.
De lieer De Sadeleer. In En
geland komt de overheid maar tusschen waar
de bijzondere ondernemingsgeest ontoereikend
is.
De lieer Hanssens. Dwaling
De lieer Coomans. 't Is waar
De heer De Sadeleer. Ik heb
hier de engelsche schoolwetgeving.
In Engeland bezitten de schoolcomiteilen de
burgerlijke persoonlijking. Zij vvorden verko
zen door de huisvaders, en niet, zooals in
België, benoemd door eenen minister die ze
samenstelt uit candidaten welke in de verkie
zingen mislukten
De heerWagener.En't school-
comiteit van Aalst
De heer voorzitter. Laat ons
hier niet spreken over de daden van het co-
miteit van Aalst.
De heer De Sadeleer. Het
comiteit van Aalst was overigens nutteloos,
daar 't bestuur dier stad uitmuntend is. (Ge
lach, links.)
Krachtens de wel van 1879, waren de leden
der schoolcomiteilen bekleed met een soort
van recht van inkwisitie bij de industriëelen,
ten einde de officiëele scholen te bevolken.
Dat was een overdreven recht hetwelk het
schepencollege niet eens heeft.
Er gebeurde nog iets ergers. De sqhoolco-
miteiten moesten de behoeftige kinderen die
de school de officiëele school natuurlijk
niet volgden, opsporen zij moesten ze aan
klagen bij het bureel van weldadigheid.
De heer Hanssens. Het land
telt 2,000 catholieke bureelen van weldadig
heid.
De heer De Sadeleer. Dat
bewijst hoe 'sterk we zijn. Ik neem akte van
de onderbreking.
Menigmaal heeft de Kamer protestatiën ont
vangen waarin men hare aandacht riep op de
ontzegging van alle hulp aan de lamiliën wier
kinderen niet de officiëele scholen bijwoonden.
Dat is, onder andere, zoo te Lokeren geschied
door de tusschenkomst van het schoolcomi-
teit.
Ik zal, naar aanleiding daarvan, den wensch
uiten dat de regeering de middelen waarover
zij beschikt aanwende om dergelijke misbrui
ken te doen ophouden. Sommige dier bureelen
misbruikten onwaardig het geld van allen om
propagande te maken voor de officiëele school.
(Zeer wel rechts.)
De heer Hanssens heeft, indien ik hem goed
heb begrepen, een ernstig toezicht over de
scholen gevraagd. Ik ben 't met hem daarover
eens. De Staat, die toelagen verleent, heeft
het recht van toezicht over de gesubsidiëerde
scholen.
Maar dit toezicht werd door de wet van
1879 op eene zonderlinge wijze begrepen
het toezicht diende maar om de gemeenten te
kwellen en verdeeldheid in 't land te zaaien.
De regeering had in 1879 gevonden dat er
niet genoeg opzieners waren. En nochtans,
onder de wet van 1842, werden de scholen
voldoende geïnspecteerd.
De lieer Houzeau. Hel toezicht
was niet voldoende.
De heer De Sadeleer. 't Was
wel gedurende veertig jaar voldoende Laat
ons overigens niet vergeten dat het geestelijk
toezicht eertijds insgelijks bestond.
De heer Houzeau. Ja, laat ons
daarover spreken
De heer De Sadeleer. Met
eenen pennetrek heeft de nieuwe minister den
dienst van toezicht heringericht en 't getal
opzieners van 62 op 98 gebracht. De provin
ciale opzieners trokken van 12 tot 15,000 frs.
Welnu, men kan de gepleegde overdrijvin
gen in de uilgaven niet betwisten.
Zoo zegde een liberaal blad van Luik, daags
na de verkiezingen van 10 Juni Het minis
terie van openbaar onderwijs was noodlottig
voor de liberale partij... Men heeft de gemeen
ten moeten onderwerpen aan ukasen De
opzieners behandelden de gemeenten als
pacha's.
Een lid der tegenwoordige regeering, in den
loop van den jongsten zittijd de vermeerdering
van het getal schoolopzichters afkeurende,
deed opmerken dat die toeneming van perso
neel voortkwam van den spionnendienst, welke
men aan de opzichters toevertrouwde.
Wij hebben schoolopzichters te veel, zegde
hij, en die opzichters hebben in de gemeenten
tot overdrevene uitgaven aangezet.
Welnu, ik acht dat die dienst van toezichters
geheel heringericht en gewijzigd moet worden;
ik wil niet meer hooren van die pacha's
die ukasen aan de gemeenten voorschrijven.
Het staatsmonopolie, dat met de Grondwet
in strijd is en door de wet van 1879 was ge
huldigd, werd nog bezwaard door de bepaling
rakende de normaalscholen van den Staat.
Tot dan toe was het altijd verstaan geworden
dat de vrije normaalscholen mochten mede
werken om officiëele onderwijzers ie vormen.
Onder de wet van 1842 moesten de aangeno
men normaalscholen zelfs de drie vijfden der
onderwijzers leveren.
De wet van 1879 heeft dat allemaal veran
derd. Nog eens, zij huldigde het staatsmono
polie met te bevelen dat de onderwijzers uit
sluitend zouden gekozen worden onder de
leerlingen der officiëele normaalscholen.
Van 1846 tot 1879, leverde de Staat voor de
onderwijzers 3,755 diploma's afin de normaal
scholen; van den anderen kant, werden 3,605
diploma's afgeleverd in de aangenomen scho
len. Voor de onderwijzeressen, had de Staat
2,162 diploma's afgeleverd in de aangenomen
normarlscholen 2,211.
Welnu, van 1880 tot 1883, leverde de Staat
2,906 diploma's af aan zijne onderwijzers en
onderwijzeressen, wat nagenoeg het vierde
uitmaakt van het totaal dat men voor drie-en-
dertig jaar vindt. Die cijfers zijn ten hoogste
welsprekend; zij bewijzen dat men een echt
monopolie voor de regeering wilde dat men
het land wilde overstroomen met officiëele
onderwijzers.
Inderdaad, toen de wet van 1879 werd uit
gevaardigd, verlieten 1,340 onderwijzers het
officiéél onderwijs om naar het vrij onderwijs
over te gaan. Zulks bewijst, tusschen haakjes
gezegd, dat al onze onderwijzers juist geene
koewachters en schoenmakers zijn.
Dus 1340 plaatsen waren opengevallen in
het officiéél onderwijs, ten gevolge van ont-
slaggeving er waren er 935 andere ten ge
volge van overlijden, enz.
Onder de wet van 1879. werden 801 nieuwe
plaatsen geopend, terwijl men 630 officiëele
onderwijzers aan de gemeenten ambtshalve
opdrong. Die leiten toonen aan hoe noodzake
lijk het is het onderwijs herintenchten
Ik zal nog eenige feiten aanhalenden 51
December 1881, beliep de bevolking der offi-
ciëeie scholen nog slechts 339,000 leerlingen
300,000 hadden die scholen verlaten Wij zijn
teruggekeerd tot den toestand van 1854. Welke
kalme geest zou zulken uitslag niet betreuren?
Zietdaar, de gevolgen van die tot het uiterst
gedreven centralisatie Zulk stelsel is de
iieer Willequet nochtans gisteren komen
verdedigen hij zegde ons dat de gemeente
raden uit zulke onbekwame menschen bestaan,
dat zij niet bevoegd zijn om in zake van scho
len eene beslissing te nemen.
De lof der centralisatie door dit achtbaar lid
gemaakt, herinnerde mij dien franschen staats
man welke, zijn uurwerk te voorschijn halen
de, er zich op roemde te kunnen zeggen welke
ode van Horatius of fabel van Phedrus men op
dit oogenblik in alle fransche lycea opzegde.
Vergeet ten andere de heuglijke woorden
niet die een uitstekend staatsman op het Nati
onaal Congres ten voordeeleder decentralisatie
heeft gesproken.
Niels is schadelijker voor den echten voor
uitgang van het onderwijs dan die alles opslor
pende centralisatie.
Deden de reusachtige pogingen, door den
heer Van Humbeeck aangewend ten voordeele
der centralisatie, het lager onderwijs vooruit
gaan. Men moet denken van neen. Men behan
delde die kwesliën tijdens het berucht kies-
vragenboek, van vroolijker gedachtenis.
Een liberaal, leeraar bij eene hoogeschool,
schreel in een blad datdit vraagenboek een
treurig licht wierp op den toestand van ons
onderwijs. Het programma was te uitgebreid,
zegde hij, opdat de kinderen dit mengelmoes
zouden kunnen begrijpen.
De nieuwe wet verleent aan de gemeenten
meer rechten dan zij ooit hebben gehad En
men ziet burgemeesters protest aanteekenen,
het verbond der gemeenten maken 't Is eene
spotternij 't Is om te gelooven dat zij de wet
niet eens gelezen hebbeu Overigens, met
hoeveel zijn zij Eene geringe minderheid.
(Tegenspraak links.)
Deze burgemeesters gelijken aan zekere ge
vangenen, die weigeren hunne kerkers te
verlaten en de zon der vrijheid te gaan be
schouwen (Hechts Zeer wel
Maar, aangezien gij het wetsontwerp ver
foeilijk vindt, wapent u met de Grondwet
doet zooals wij richt scholen op, benoemt
onderwijzers dan zult gij van scholen mogen
spreken. De vrije scholen hebben wij met onze
penningen gestichtwij mogen er over spre
ken.
De heer Frère-örban. En
thans vraagt gij voor die scholen de toelagen
der openbare fondsen
De heer De Sadeleer. De
Slaat zal met genoegen aan uwe wereldlijke
scholen subsidiën schenken indien zij hel toe
zicht en het programma der regeering aan
vaarden doch ik twijfel er aan of gij scholen
zult stichten.
Uwe bladen, de Flandre libérale onder an
dere, hebben erkend dat de catholieken onte
gensprekelijk den voorrang hadden op dat
terrein.
Ik zou eenige bijzondere aanmerkingen moe
ten maken. Sedert de amendementen der mid
denafdeeling door de regeering werden aange
nomen, hebben die aanmerkingen dezelfde
beteekenis niet meer. Nochtans behoud ik mij
voor aan het wetsontwerp, hetwelk, volgens
mij, aan sommige klassen van burgers tot na
deel van andere klassen te veel rechten ver
gunt, nog amendementen over te leggen.
Wat er ook van zij, het wetsontwerp is een
zeer groote vooruitgang op de wet van 1879
't ware slecht van onzentwege er niet dank
baar om te zijn. Men heeft van bajonetten ge
sproken de regeering weet dat zij de over-
groote meerderheid des lauds met zich heelt.
Wanneer de wet gestemd zal zijn, zal de re-
geeriug ze, hoop ik, krachtdadig en bezadigd
loepassen.
Zij zal zich dit groote woord van een lid van
't Nationaal Congres herinneren De genegen
heid van al de Belgen is altijd de belooning
van eene goede regeering. (Rechts Zeer wel!)
ülanifeslaties te Brussel.
De Catholieken.
De tegenmanifestatie door de catholieken
en Independenten van Brussel ingericht, in
antwoord op de manifestatie der association
libérale, was om zoo te zeggen geheel onvoor
bereid.
Het gedacht der tegenmanifestatie werd
eerst Woensdag opgevat en slechts Donderdag
avond werden er uitnoodigingen naar de pro
vincie gezonden.
Van een anderen kant bestonden er aarze
lingen, men vreesde dat de manifestatien zou
den verboden worden. In de uitnoodigingen
aan de vrienden der provinciesteden gezonden
was hun aanbevolen zonder vlaggen, noch
standaarden te komen. In die voorwaarden is
de stoet van Zondag boven alle verwachting
gelukt.
In plaats van 6000, zooals Zondag, zegt het
Journal deHruxelles, zullen wij eenen volgenden
keer 30,000 zijn. De dag van Zondag is een
nieuwe stap geweest in de politieke opvoe
ding der groote nationale partij.
Zooals wij Zaterdag laatstleden gemeld
hebben, moest de stoet der tegenmanilesteer-
ders zich vormen op den boulevard van den
Regent. Van af 9 uren 's morgens hadden er
30 pollicie agenten post gevat. Weldra stroom
den talrijke nieuwsgierigen en deelnemers van
de manifestatie langs dien kant te zamen.
Juist te 10 uren, kwamen de fanfaren der
Catholieke Vereeniging onder het spelen van
vreugdige aria's op den Boulevard. Aan het
hoofd van den stoet werden twee groote plak
kaarten gedragen met de opschriften Eerbied
voor de gekozenen van 't land Eerbied voor onze
nationale instellingen
Daarna kwamen opvolgenlijk de leden der
katholieke Vereeniging met MM. Crockaert en
baron Joly, ondervoorzitters, vergezeld van den
hertog d'Ursel deputatien van Oostende,
Merchtem, Leuven met de fanfaren der Jonge
Wacht en vergezeld van professors der Univer
siteit MM. Gilbert, Henry, Hellepuite, Leon de
Monge. enz., en van de provinciale raadsheeren
MM. Roberti, Schollaert en Janssens vau
Antwerpen, Doornik, Frasnes-lez-Buisseret,
Fleurus, Hoelaert.Overijssche. Contich, Seraing
Nijvel met M. Burlel, burgemeester, liet
schepencollegie en een groot getal gemeente
raadsleden Celles, Wetteren, Tongeren,
Borgerhoutmet de Breidelszonen, met M.
Nuyts aan het hoofd, Waesmunster, Cara-
meringen, enz... enz.
Op zeker oogenblik ontstond een algemeen
gejuich. Vive Liège Klonk het over den Bou
levard. 460 Luikenaars waren daar vergezeld
van de fanfaren van St-Sebastiaan met hun
prachtig vaandel. De deputatie van Luik was
de prachtigste die uit de ptovincie was opge
komen ook werd zij met builengewonen
geestdrift onthaald.
Toen de Luikenaars langs de Kunstlei kwa
men, bemerkten zij aan een balkon M. Frère.
Uit eerbied voor den gevallen tegenstrever en
stadsgenoot, hield het muziekkorps op met
spelen. Eenige leden, die persoonlijk M. Frère
kenden, groetten hem, en de aanleider der
oppositie antwoordde door eene beleefde bui
ging.
Ten 11 1/2 uren kwam eindelijk te midden
der algemeene toejuichingen, de deputatie van
Gent ten getalle van 700 man aan, met de
prachtige Leeuwenvaan van den Schoolpenning
aan het hoofd. De muzieken speelden de Bra-
baneonne de manifesteerdeers hieven den
Vlaamschen Leeuw aan. Een onbeschrijfelijke
geestdrift heerschle.
De gentsche groepen waren gescheiden door
kartels waarop men las Leve de gemeentevrij
heid Weg met de de ongelukswet Leve de
Grondwet Leve de vrijheid van de vaders des
huisgezins Weg met de dwingelandij
Onmiddelijk na de aankomst der Gentenaars
stelde de stoet zich in beweging. Hij trok door
de Hertogelijkestraat, naar de Paleizenplaats.
De burgemeester, M. Buis, wist wel wat hij
deed, toen hij de Paleizenstraat opnam in den
reisweg der catholieke manifestatie. Hij wist
dat hij dan den koning niet blootstelde aan
een dier betoogingen, waardoor de liberale
partij zich reeds meermaals onteerd heeft.
Toen de stoet der catholieken op de Palei
zenplaats kwam, weerklonk als een kreet
Leve de koning Leve de Grondwet
De muziekkorpsen herhaalden de Brabancone
en aller hoofden ontblootten zich. 't Was
waarlijk spijtig dat de koning afwezig was.
Indien hij die betooging had mogen bijwonen,
dan zoo hij begrepen hebben op welke partij
hij gerust mag steunen.
Aan den hoek der Koninklijke plaats, ont
moette de stoet M. Coomans. wien eene geest
driftige ovatie gebracht werd. Vóór het paleis
van den graaf van Vlaanderen, bersten weêr
nieuwe toejuichingen los, waarbij de menigte
die de haag vormde, zich luidruchtig aansloot.
In de Wolstroat werd het hotel de Merode
geesdriftig begroet.
Eindelijk bereikte de stoet den boulevard,
waar twee duizend Independenten van Brussel
en de voorsleden samengeschaard waren.
Van weerszijde begroette men zich met geest
driftige toejuichingen.
De twee stoeten vormden zich tot éénen en
trokken door de Hoogstraat, waar talrijke
groepen werklieden vereenigd waren, die A
bas les bleus zongen.