40ste Jaar.
Zondag1 Februari 1883.
IM0 2005.
DE GROOTBOEKHOUDER
I.IZERENWEG. VERTREKUREN Uil AELST NAAR
VERTREKUREN UIT DE VOLGENDE STATIËN
't Katholicismus is
de vijand.
Vrijmetselarij.
Vrijheid der gemeenten
DE DENDER-BODE.
ABONNEMENTPRIJS6 FRANKS 'S JAARS. De inschrijving eindigt met 31 December.
ANN0NCENPR1JS, per drukregel: Gewone 20 cent. Reklamen fr. 1,00. Vonnissen op 3H« bladz.50 cent.
Dendermondc. 4-56 6-36 8-45 11-09 3-07 4-35 6-45 9-40
Lokeren. 4-56 6-36 8-45 11-09 3-07 4-35 6-45 9-40
Mechelen. 4-56/ 6-361 7-30d 8-12.1 Exp. 1®2® 3'kl. 8-451
12-ü0d l-04d Exp. 1®2® 3® kl. 2-51.1 3-071 6-45/
9-40.1 10-08d Exp. 1" 2" 3' kl.
Volw. 4-56t 6-361 7-30d 8-l2dExp. 3 kl. 8-451 l-04d Exp.
1" 2® 3® kl. 2-51d 3-071 5-58d 6-451 9-401
10-08d Exp. 1® 2* 3® kl.
3 russel, langs Denderleeuw. 4 25 7-30 0-00 8-12 E 3 kl.
9-09 10-25 dir. 12-00 1-04 E3 kl. 2-51 4-35 E 3* kl
5-18 des zond.) 5-58 en 8-49 direct 9-16 10-18 E 3 kl.
Louven, Thienen, Luik, Verviers 4-25d 4-56/6-36/8-12d
E 3 kl. 8-451 0-0Od 9-09d 12-OOd l-04d Exp.l®2®3®
kl. 2-51d 5-58d 849d direct 9-16a 10-08 E3 kl.
(1) Nota. De letter 1 beteckent langs Termonde en de
Gent, (5-00 's vrijit 7 04 dir. 7-56 E 3 kl. 8-45 9-41
12-21 12-40 0-00 dir. 3-08 3-37 E 3kl. 6-t>4 6-39
8.49 9-38 10-32 Exp 3 kl. en des zondags 12-39
Brugge, Oostende. 7-56 Exp. 3 kl. 9-41 12-21
12-40 0-00 dir. 3 08 E 1® 2® 3® kl. 6-38 8.49
Doornyk, Mouscron, Kortryk, Ryssel (langs G'end) 8-47
12-21 12-40 3-08 3-39 Exp. 6-04 6-38
Doorn. Mouse. Kortryk, Ftyss. langs Alh) 5-55 8-12 E.
3 klas tot Denderleeuw 12 00 2-51 6-00
Ninove, Geeraerdsbergen, Lessen, Ath 5-55 7.30 8-12E.3 kl.
tot Denderl. 12-00 2-51 6-00 9-16
Bergen, Quiévrain 5-55 8-12 E lot Denderl.12-002-51 5-58
Engbien Braiue, Manage, Charleroi, Namen langs Geeraerds
bergen 5-55 12-00 2-51 0-00 5-58
Sotlegem, langs Erpe-Meire. 6.05 (7-25 's zat12.30 6.02
Moorsel.Opwyck.Mechelcn,Antwerpen 5,07 9,11 3,21 6,07
letter d langs Denderleeuw.
Calque Si
NAAR AELST UIT
Atb 6.48 10.24 1.18 4.06 7.57 9.15
Antw. 5.15 6,30 9,13 9.50 10.50 E. 1* 2® 3® kl. 12-22
3-07 E. 1°2®3® kl. 4.42 5.54 6.50 8-25 E. 1®2® 3® kl.
Brussel 6.20 direct 7.15 E 3 kl. 7.31 9.00 n.08
11 55 1-58 3.00 E 3 kl. 4.43 5.58 dir. 7.18 8-26 en
9.52 E. 3 kl. des zondags 11.46
Dendermonde 5-09 'szaterd. 7.07 9.41 11.37 2.28
5.28 8.26 9.14.
Geeraerdsbergen 7.27 11.05 2.00 4.50 8.39 9.51
Gent 6 35 7.39 E 3 kl. 8.18 9.43 11.07 12.31 E 3kl.
1.55 4 04 (4.39 's zondags) 5.05 8.11 dir. 8.23 9.45 E 3 kl.
Leasen 7.09 10.45 1.42 4.29 8.24 9.35
Lokeren 6.33 9.14 10.57 1.46 4.44 7.55
Ninove 7.55 11.33 2.28 5.18 9.07 10.19
Oostende 6.04 6.19E.3 kl. 9.03 11.12 en 2 43E 3 kl.6.05
dit Gent naar
Moortzeele, Soltegem, Geeraerdb.,Engbien, Braine-ie
Comlo 5.47 8.12E 8.52 11.18 2.20 5.40 6.59
UIT GEERAERDSBERGEN NAAR
Maria-Lierde, Sotlegem, Moortzeele en Gent, 5.15 vryd.
7.24 8.35 dir. 9.54 11.58 4.48 5.50 E 8.51
uit Denderleeuw naar j
Haoltert, Burst, Herzele, Sotteg. Audenaerde, Ansege»
Kortryk, 6.12 0.00 9.01 12.55 6.11 7.20 dirsct.
UIT SOTTECBM LANGS DENDERLEEUW NAAR
Aelst, (5.38 's Zalerd.) 7.50 12.06 t.28 5.00 7.48
uit Antwerpen naar St. Nikolabs, Lokerin en Gent
4.40 7.12 8.52 10.55 2.05 3.45 5.13 E 3 kl. 6-38 8-00
9-10 E
uit Gent naar Lokeren, St. Nikolabs en Antwerprn
4.40 7.08 S.00E 9.22 10.50 2.20 4-15 E 2kl.5.25 7,lt
Uit Soltegem langs Erpe-Meire. (5.38 *s zaterd.) 7.50
1.40 7.4»
uit Antwerpen (zuid) naar Opwyck, Moorsel en
Aelst: 5,45 10,04 4,17 7,iï
AELST, 31 JANUARI 1885.
De oorlog tegen het Kalholicismus en be-
zonderlijk tegen de Katholieke Geestelijkheid,
woedt hier op dit oogenblik met verdubbeld
geweld in de liberale kringen en dagbladen.
De logie moet zich immers wreken over de
beslissende nederlagen die zij, in den loop van
1884, onderging en die tot noodlottig gevolg
hadden, dat bare handlangers Frère-Bara en
O, van de ministerieele zetels wierden ge
worpen.
Het eenigste punt waarover de liberalen van
alle kleur en deessem 't accoord zijn, is de
strijd tegen de R. C. Kerk en bare bedienaars.
Over Kiesrecht, over krijgsinrichtingen, over
invoerrechten, over bestuurlijke maatregelen
in 't algemeen heerscht in 't liberale kamp de
diepste verdeeldheid, doch alle twist, alle
oneenigbeid verdwijnt als bij tooverslag wan
neer bet den oorlog tegen de R. C. Religie en
tegen bare priesters ..geldt.
't Is waar, hier en daar treft men nog eenige
oude pruiken aan, doctrinairen geheeten,
welke te recht vreezen dat wanneer men het
Altaar ondermijnt ook den Troon moet vallen,
doch hunne slem wordt niet meer aanboord,
in andere woorden, zij preken in de woestijn.
Het ordewoord van 't hedendaagsche libera-
lismus is oorlog aan de Kerk, oorlog aan bare
priesters...Zonder omwegen treedt bet vooruit
en op zijne vlag prijkt zichtbaar liet libera-
I is mus is de vrijdenkerij, of 't is niets, beter
gezegd, of het heeft geen rede van bestaan.
Die toestand valt niet meer te loochenen.
Wij begrijpen dan ook niet dat er op onze
dagen, in tegenwoordigheid van de menigvul
dige en onloochenbare blijken die ons bijna
dagelijks gegeven worden, nog katholieken
kannen gevonden worden die bet kunnenover-
eenbrengen hunne kristelijke plichten te ver
vullen en tevens in de kiezingen te stem
men voor de kandidaten eener sekte die
de vernietiging van dien Godsdienst, waaraan
zij gehecht zijn, toteenig doel beeft.
Over een dertigtal jaren kon men aannemen
dat men tevens de voorschriften der H. Kerk
volgde en in het politiek leven als liberaal han
delde. Van dan af was hel reeds moeielijk het
overeen te brengen, maar het kon bestaan.
Maar nu heden dat de liberale of liever ma-
connieke partij zich ganscb hervormd heeft, dat
die hervorming doorstraalt in de liberale druk
pers, in de liberale redevoeringen en in de
liberale propaganda zijn hel volgens ons,
lieden zonder karakter, of betergezegd, laf
van karakter, schijnheiligen, zij die de geuzerij
ondersteunen en te gelijkertijd katholiek willen
blijven.
Wij zouden honderde voorbeelden kunnen
aanhalen honderde uittreksels van liberale bla-
VAN LIEVEN BAUWENS
Baron Julius de Génois.
I® VERVOLG.
Goed, goed, antwoordde mijnheer Jan, die zijne
gezollcn een oogske gaf, maar elkeen zoekt toch zich
zeiven te verhellen, en dat ik twee-en-derlig jaren in
een huis koetsier ware, ik zou toch willen opklim
men
Ik zeg niet dat gij ongelijk hebt, mijnheer Jan,
zeide de dienstknecht. Maar dat is aardig, ik peins
daar nooit aan.
Hoor, Frans, ik voorzie het, niemand van ons
zal den zoo belangrijken post van Jefke Vau Brecht
bekoman, gij zult het zien, jongens, daar gaat hier
een vreemd gezicht iukomen, en op mijn woord, del
staat ons niet veel aan Frans, hebt gij geen Inst om
den posj vau grootboekhouder te bekleednn
Ik, mijnheer Jan, maar om de liefde Gods, wilt
gij met mij den spot drijven
In het geheel niet. Frans! daarvocr zien wij u
te gaarne. Ik spreek met ernst, wilt gij groot boek
houder worden? ja, of neen.
Mijnheer Jan toch, stamelde de oude bloed, in
wtens hersenen ellengskens de eerzucht zoo wat
begon te koken.
Indien gij loesteml, zullen wij bij den baas
voor u een woordje ten beste doen. Gij zijt wel
zestig jaar oud, maar dat hindert niet dat gij grool-
boekhoudej kunt worden.
den kunnen afkondigen die klaar en duidelijk
bewijzen dat de liberale partij eene anti-gods-
dienstige partij is, een partij' die geene andere
rede van bestaan vindt dan in haren oorlog
tegen de R. K. Kerk.
Wij zullen ons bepalen eenige regelen te
knippen uit T artikel 't welk de Flandre libé
rale dezer dagen afkondigde over de oneenig-
heden onder de brusselsche liberalen ontslaan
en die, wij hopen bet, de oogen zullen doen
openenen aan vele lieden welke katholiek van
religie zijn gebleven, maar ongelukkiglijk
zoo zeer verbiind zijn dat zij met de geuzen
samenspannen.
Luistert, geëerde, lezers 't is de Flandre
libérale die spreekt
Die droevige toestand welke het liberalis-
mus verlamt, moet ten andere niemand ver-
wonderen. Hij was onvermijdelijk.
De liberale partij is maar eens op een punt
(le noodzakelijkheid van de
politieke vrijlieid te verdedi
gen tegen liet klerikalismus.
Zoo lang het liberalismus zijne krachten
daaraan zal besteden, kan het eens blijven.
Van't oogenblik dat de liberale partij een
ander programma als 't deze wil opdringen,
valt de liberale macht in duigen.
Dus de liberale partij is geene staalkundige
partij zij is een rommelzoo van lieden zonder
kracht, noch eenheid wanneer zij zich niet
aanstelt, dis eene sekte die de R. C. Religie
bevecht en poogt te vernietigen.
Hoe meer wij zullen vooruitgaan, hoe meer
de maconnieke kliek het masker zal afwerpen
waarachter zij tot heden toe hare ware in
zichten verborg. Hopen wij dat vele katholie
ken welke ziende blind zijn de oogen voor de
waarheid zullen openen en eindelijk met ons
erkennen dat het eenige doel van de liberale
kliek is (le uitroeiing van den
It. k. Godsdienst en als eerste ge-
volg daarvan oorlog aan de katho
lieke <*eestelï jkheïd en aan de ka
tholieke'! instellingen
In 't jaar 1858, den 14 Januari, dus 27 jaar
geleden, had er te Parijs een aanslag plaats,
die meer dan 150 slachtoffers maakte.
De Italiaansche vrijmetselarij, de Carbonari,
waren er de daders van.
In die krochten was beslist dat, ten koste
van 't zij eender hoeveel meuschenlevens,
Napoleon III moest omgebracht worden.
Het plan was helschen tevens zoo schrikke
lijk wreed opgevat, dat het de gansche wereld
met verbazing trof bij de uitvoering.
Den 14 Januari 1858 was de dag, welkedoor
die vernielende sekte bepaald was om hem,
die vroeger ingelijfd was bij de Carbonari, om
hals te brengen.
De groote raad had bij loting vier mannen
aangesteld om het ontworpen plan uit te voe
ren, namelijk Orsini, Pieri, Rudio en Gomez.
Ha mijnheer Jan, ik mag hel stout zeggen, ik
ben daarvoor nog goed genoeg. God zij gedanktik
ben nog altijd gezond en wel te pas
De klerken wisselden onderling een glimlach, die
door zulk een naïf antwoord bij hen verwekt werd.
Maar de koetsier was te veel met het voorstel be
kommerd, om die onheuschheid gewaar te worden.
Welnu Frans, hernam de opperklerk, waarom
zoudl gij dan geen postje kunnen bekleeden, dat
jaarlijks drij duizend franken opbrengt
Drij duizend franken drommels, dat is wat
anders dan mijn twintig pond jaarwedde Overi
gens waarmede Jefke Van Brecht belast was, zal ik
toch ook wel kunnen verrichten... Nooit zal ik wo
ten wat hij in dat kamertje deed, ginds, achter het
kantoor... Maar de laak moet niet geheel moeilijk
vallen, want als hij van het kamerke kwam, heb ik
nooit een druppel zweet op zijn wezen gezien, dat
kan immers niet lastig zijn.
Dat blijft gezegd, Frans, antwoordde mijnheer
Jan, die alle moeite had om niet in een schaterlach
uit te bersten ik zal héden nog den baas gaan
spreken om u aan te bevelen van uwer. kant zult
gij morgen u bij hem begeven, en de zaak zal spoe
dig klaar zijn.
Daarop trok de oude koetsier de kamer uit, het
hoofd reeds geboren onder de gedachte van groot
heid, welke hem voor den geest zweefde.
Wel, mijnheer Jan,verliest gij uwe zinnen?
zeide een der schrijvers, als Frans weg was.
Laat, mij begaan, Victorik heb eene aardige
grap in 't hoofd Frans is een goed ventje, maar zijne
verwaandheid verdient toch eene kleine les. Daartoe
is de omstandigheid gunstig. Wij gaan eens braaf
pleizier hebben zoo mijnbeer daarin toestemt.... Nu,
aan het werk, jongens morgen zult gij het overige
hooren.
ledereen zette zich aan zijnen lessenaar neder, en
welhaast heerschte in het kantoor de gewoonlijke
stille, die de werkzaamheden der klerken kenschet
ste.
In een klein salon op het eerste verdiep van Lie-
Zonder morren, zonder tegenspraak moest
er gehoorzaamd worden.
Men gehoorzaamde.
Het was avond: Napoleon en de keizerin
Eugenia begaven zich in rijtuig met hun gevolg
naar 't groot opera. De straten waren met
nieuwsgierigen bezaaid, vooral de straat Lepel-
lelier.
Eensklaps, terwijl het keizerlijk gevaarte die
straat doortrok, werden er drie bommen die
meteen schrikkelijk gedruisch ontploften, on
der de rijtuigen geworpen, overal dood en
onheil zaaiende, en de rijtuigen in stukken
slaande. Meest allen die den keizer vergezelden
werden gedood en verminkt. Napoleon en de
keizerin bleven ongedeerd.
De Logie,de Carbonari, haar werk was mis
lukt.
De werktuigen van de geheime macht wer
den gevat Orsini, Pieri, Rudio werden ter
dood veroordeeld de twee eersten onthoofd,
Rudio kreeg genade, maar werd met Gomez in
de gevangenis geworpen.
Napoleon, die immer bevreesd was voorde
aanslagen op zijn leven, gaf de vrijmetselarij
toe en legde T hoofd in den schoot; hij ver
klaarde den oorlog aan Oostenrijk, liet de Pau
selijke Staten overrompelen, en maakte de
Italiaansche eenheid
Welnu, dit klein verhaal toont aan hoe
machtig, hoe vreeselijk sterk, hoe ongenadig,
hoe ongevoelig de vrijmetselarij is.
Orsini, een welhebbend man, geleerd en
verstandig, moest bet met de dood bekoopen
omdat hij als eenvoudig werktuig de bevelen
van de Logie moest uitvoeren.
En zooals graaf Orsini gehoorzaamde zoo
moeten ook degekroonde hoofden gehoorzamen
In de handen van de vrijmetselarij zijn, staat
gelijk met de dood
Men beschikt in die krochten, waar nooit
licht, noch waarheid, noch rechtzinnigheid
binnendringt, over uwe familie, over uw leven.
Het is eene vereeniging van de ziellooste
wanschepsels die ooit het menschdom voort
bracht.
Het heiligste wat een mensch bezit de vrij
heid, wordt er hem bij zijne intrede ontroofd
niets blijft er hem over, zelfs het zicht niet,
want, wanneer de bloedraad door 't lot beslist
dat de zoon zijnen vader of zijne moeder, de
broeder zijnen broeder zal doodeo, wapent
men uwen arm, en blindelings treft gij degenen
welke u het licht schonken.
Van den mensch blijft er daar niets over dan
den vorm.
Gevoel en liefde moet er u vreemd zijn, om
dat men, wanneer men tegenover zijnen vader
stond, niet zou aarzelen.
Eer, rechtzinnigheid en openhartigheid moogt
gij niet kennen, omdat men er slechts dubbel
zinnigheid, oneer en veinzerij als leidsdraad
heeft.
ven Bauwens huis, gemeubleerd volgens den stijven
en kouden smaak, die, ten'tijde van het fransche
keizerrijk, in het versieren der rijke woningen
heerschte, zat de vermaarde fabrikant aan het ont
bijt, tegelijk zijne papieren en aangekomene brieven
overloopende
Men tikte aan de deur
Binnen... Ha zijt gij liet, Frans, riep de
heer Bauwens wal is er, jongen
Mijnheer, sprak de koetsier met ontroerde
stem, zijn hoofd vreesachtig door de balf geopende
deur stekende.
Wol, kom dan geheel binnen, riep de baas
ecnigzios ongeduldig het is te koud om zoo met
do deur half open te slaan Is Bruin misschien ziek
In het geheel niet, meester, het beest was
nooit gezonder.
Best, jongen of is het aan Mietje dat er iets
scheeltWant gij ziet er zoo bleek uil alsof er een
ongeluk in mijnen stal was gebeurd.
Integendeel, meester, Mietje is dezen morgend
vroeg door den smid beslagen, en wij zullen ze van
daag in der. wagen spannen om de baleu katoen le
gaan balen, die in 't pakhuis voor u zijn toegekomen
Waarom dan komt gij mij vinden op mijn ont
bijt
't Is waar, mijnheer, om u te zeggen... om
liever, neen.... gij kunt wel denken.... en Frans
haalde zijnen zakdoek uit om bel zweet af te vagen,
dat hem van de kaken afliep, en hoestte zonder op
houden a'sof hij eene verkoudheid had opgedaan.
Jongen gij moet u verzorgen gij bebt weer
eene koude gevat.
Mijnbeer, hernam de koetsier voor de derde
maal, meer en meer kuchende.
Sa, watbeleekent al dal aarzelen, Frans gij
weet wel dat mijne oogenblikken kostbaar zijn
Mijnheer ik woon nu twee-en-derlig jaren bij
de familie Bauwens.
Dat weet ik, Frans, en ik beschouw u, als oen
braven en getrouwen dienstknecht.
Welnu meester, ik zougeerno....
Dat is de mensch die neergedrukt ligt onder
het monster, dat zijne klauwen over den gan-
schen aardbodem uitstrekt.
Zou het ministerie, dat den last heeft van
voorde toekomst van het vaderland te zorgen,
niet het recht hebben van aan de officieren van
het leger te verbieden, deel te maken van de
vrijmetselarij.
Want moest de Loge, in oorlogstijd, aan de
officieren bevelen van tot den vijand over te
loopen, er beslaat geen twijfef, of die bevel
hebbers onzer soldaten, aan eenen geheimen
dwingeland verknocht, zouden hun vaderland
verraden.
De Monileur van dijnsdag 27 Januari, behelst
koninklijke besluiten waarbij verscheidene
gemeenten ontslagen worden van eene ge
meentelijke lagere school te behouden en oor
lof verkrijgen om zich geheel op het vrij aan
genomen onderwijs verlaten. Deze besluiten
staan elk a part in het Staatsblad, en zij
zijn van de bewijsredens vooraf gegaan.
Het eerste besluit ontslaat de gemeente
Lophem, die hare gemeenteschool mag af
schaffen, welke enkel 12 leerlingen had.
Het tweede besluit ontslaat de gemeente
Somerghem, waar er niet één leerling in de
eenige gemeenteschool was
Het derde besluit ontslaat Hansbeke, alwaar
het juist gesteld was gelijk te Somerghem
geen enkel kind in de gemeente school
Het vierde besluit ontslaat de gemeente
Bossières, in de provincie Namen, waar de
eenige gemeenteschool door een zeer klein ge
tal kinders bezocht werd.
Het vijfde besluit is voor St-Kruis, bij Brug
ge, waar er enkel zes kinders naar de gemeen
te school gingen.
Het zesde besluit geldt de gemeente Moer-
kerke, wier gemeenteschool enkel door tien
leerlingen werd bezocht.
De Monileur van woensdag behelst nog een
dergelijk besluit, dezelfde toelating gevende
aan de gemeente Poesele.
Alles valt tegen.
Het liberalismus had gehoopt de hand te
kunnen leggen op het geld dat in hel bisdom
van Doornik, van verschillende zijden was
neergelegd en dat zal mislukken.
Waarop grondde zich die pretentie
Op de dwaze bewering dat dVit geld zonder
meester was.
Maar indien dit waarheid is, waarom legt de
Staal dan ook de hand niet op het geld der
Logiën, liberale clubs, universiteit van Brus
sel, liberale vereenigingen
Wie in dat geval nogtans gerust kan slapen,
op hare kas, zegt de Patriote dat is de Associa
tion libérale van Brussel.
Doch hier gevoelde zich de koetsier nog eens zoo
bedwelmd, dal hij met groot gedruisch twee of drij-
maal snoof om zijne ontroering te verbergen... Ik
zou geerne ook eens verhoogen
Verhoogen jongen waarlijk ik versta u niet,
antwoorde Lieven Bauwens, de grootste verwonde
ring veinzende.
Gij gaat mij verslaan, meesterer is in het
fabriek een plaatske open, dat mij allerbest pasten
gelijk ik daar eanstonds gezeid heb, vermits ik hier
iwee-en-dortig jaar woon, zonder verhoogd te zijn,
kom ik u dat plaatske vragen.
En dat plaatske is sprak de meester, een ern
stig gelaat aannemende, alsof mijnheer Jan hem van
de zaak niet had verwittigd.
Het plaatske van grootboekhouder, mijnheer,
antwoordde Frans, deze woorden met groote haast
uitsprekende om gauwer de eerste moeielijkheid uit
den weg geruimd te zien en nu begon hij opnieuw
te hoesten en zijn gelaat met zijnen neusdoek af to
vagen, ten einde zijne verlegenheid to verbergen.
Van grootboekhouderFrans, wel gij zijt nog
niet lekker, op mijn woord.
Mijnbeer Van Brecht zaliger is het zoolang ge
weest, meestermij dunkt dat ik dat ook eenigen
tijd zou kunnen zijn.
Goed maar heb gij daartoe de vereischte hoe
danigheden
God zij dank mijnheer, er ontbreekt mij niets
ik ben kloek gezond, en wel le pasMijnheer Jan,
de opperklerk, heeft mij beloofd dat hij bij u een
vvoorde voor mij zal doen.
Welnu Frans, wij zullen er op denken, ik mag
u dat zoo niet aanstonds toezeggen.
Zoo, mijnheer gij zult op mij denken, ik zal zoo
mijn best doen, gij moogt er op rekenen
De koetsier nam beleefdelijk afscheid en liep de
kamer uit, hel hart vol hoop en het hoofd zoo ver
ward, dal hij niet meer wist waar zijn zinnen stonden
De klerken waren moedig aan het werk op het
reeds beschreven kantoor: De eene aan het kladboek
de andere aan het overschrijven der talrijke briefwis-
Vrijmetselarij. De Moniteur Ma
rtinique van Parijs, bevat de volgende beken
tenissen over de vrijmetselarij
1° Het grootste deel der vrijmetselaars
weten zelveu niet wat de vrijmetselarij is
want deze heeft geheimen, welke slechts aan
de hoogere graden mogen geopenbaard wor
den.
2° De vrijmetselarij is, voor al hare leden,
eene maatschappij van vrijdenkers, 't is le
zeggen, mannen diejonlhecht zijn van allen
godsdienst.
5° De vrijmetselarij heeft de hooge hand
over de liberale politiek, welke eerst en vooral
in alle landen voor doel heeft het geestelijk
gezag van den Paus te ondermijnen.
Dat alles is wel verre verwijderd van de
menschlievendbeid liet eenig doel der
Logie volgens de geuzenbladen. Ziedaar waar
om de Logie gewoonlijk een hol is waar nooit
het daglicht binnendringt.
Indien de vrijmetselarij geen ander doel
hadden dan goed te doen aan hunnen even-
mensch in plaats van haar te verbergen zouden
zij er zooveel gerucht mogelijk van maken.
(Gazette van Brugge.)
Over de vrijstelling der Seminaristen, wor
den door de geuzenbladen moedwillig en las
terlijk twee groote leugens uitgekraamd, om
de arme lotelingen kwaad en nijdig te maken
tegen de priesters.
Die leugens zijn
1° Dat de Seminaiisten vrij zijn /an dienst*
en andere jongelingen in hunne plaats moeten
optrekken
2° Dat alle de Seminaristen die vrijstelling
genieten.
Welnu.de Seminaristen zijn tijdelijk vrij van
dienst, maar geene andere jongelingen moeten
voor hen optrekken. Zij staan te boek als soldaat
zijnde, maar zelfs geeft dit geen recht tot vrijstel
ling voor hunnen broeder, gelijk dit met andere
soldaten hel geval is. Niemand moet dus voor
hen optrekken. Dan nog, alle Seminaristen
zijn niet vrij, maar zij alleen die geenen man
kunnen koopen zijn vrij van den dienst iu
vredestijdin geval van oorlog moeien zij in
de hospitalen dienen.
Niemand lijdt er dus door.
De brusselsche correspondent der Gazette
de Liège haalt een nieuw voorbeeld aan der
tegenspraken voor de welke M. Bara niet ach-
teruitdeinst wanneer er kwestie is de gees
telijkheid den duivel aan te doen
In eene gemeente van Luxemburg was er
eene Kerkfabriek, en een pastor en goederen
welken aard men niet goed kon onderschei
den. Waren het goederen der pastorij of kerk
goederen Sedert 1800 waren zij als goede
ren der pastorij beheerd geworden.
k In 1877, verklaart M. Bara dat deze goe
deren kerkgoederen zijn en aan de Kerk loe-
selingen van den fabrikant, deze aan het versnijden
hunner penneD, gene aan bet zuiveren hunner nage
len, zoodanig dat men eene muis in den ouden refter
had kunnen hooren loopen.
Eensklaps vloog de deur openen onze oudekenni9,
den koetsier Van Oost, liep met aandoening binnen,
bevende van genoegen en tevredenheid.
Mijnheer Jan, gij hobt mij gelukkig gemaakt,
riep hij luidkeels uil, naar de lessenaar vau deopper-
klerk toesnellende, gelijk een jongeling van twintig
jaren de baas heeft mij grootboekhouder benoemd
Dat is wel dat is welriepen al de schrijvers
met gelijke slem uit, genoeg om het ventje doof te
schreeuwen. Vivat Frans, vivat onze grootboekhou
der Hij gaat ons trakteeren gelijk het behoort. En
de eene greep hem bij het hoofd, de andere bij het
lichaam, men omhelsde hem, en maakte het hem
onmogelijk zich te bewegen.
Ja, jongens, ja maar om de liefde Godsmaakt
toch zulk een leven niot, ik hoor, noch zieJa, ik
zal u allen trakteeren in bet Strop, met eene
waterzoo, die van geen gekapt stroo zal zijn.
En hoeveel flesschcn witten wijn
Sooveel als ge maar drinken kunt ik noodig al
mijne vrienden uil op het feest Ik wil op geene halve
kroon zien.
Tot dusverre had de hoofdklerk, mijnheer Jan, nog
geen woord kunnen spreken. De vergadering geleek
meer 3an eenen hoop uitgelaleno schoolieren dan aan
bedaarde kantoorschrijvers Eindelijk nochtans kwam
hij, met een ernstig voorkomen van zijnen hoogen
stoel af, trad tol in hel midden der kamer, vroeg een
oogenblik stilte, buigde zich eerbiediglijk voor den
koetsier, en sprak op den volgende tooh
Mr de grootboekhouder, aanvaard hier de har
telijke gelukwenschen van uwe medegezellen in bet
kantoorleven. Wij hopen in u veel meer een vriend
dan een overste te zullen vinden. Door alle mogelijke
middelen zullen wij trachten uwe welwillendheid te
verdienen en ons best doen om u in alles te behagen.
Ik heb gezegd.
(Wordt voortcmet.)