Grootheid en verval.
Een brusselsch blad bekent dat het met den
roem en den bloei der hoofdstad gedaan is.
Het stoffelijk en zedelijk verval is zoo klaar
blijkelijk dat er geene lange redeneringen
noodig zijn om de oogen van den minst klaar
ziende te doen opengaan. Enkel eenige cijfers:
In 1879 telde Brussel 177,086 inwoners en
in 1884, slechts 169,283.
Hel werk der rechtbanken echter vermeer
derde naarmate het bevolkingscijfer afnam.
Zoo telde men in 1874, 27 echtscheidingen op
171,249 inwoners, terwijl men in 1884 het
ontzaggelijke getal van 46 uitsprak. En dan
gaven misdaden, kindermoorden,faillieten enz.
eene geëvenredigde vermeerdering, zoo dat
men wel ziet waar Coeur en Cerveau zal eidi-
gen.
Dubbel traktement.
Wij hebben volgens een gentsch blad aange
kondigd dat verscheidene onderwijzers de
mildheid van het gouvernement misbruiktheb-
ben, om zich twee maal te doen betalen.
Gebruik makende van de kredieten of voor
schot, door M. Van Humbeeck ten hunnen
voordeele gevraagd, hebben zij hunne jaarwed
de eerst bij den agent der schatkist, en dan
nog eens bij den gemeente-ontvanger gelrok
ken.
De sommen, alzoo uitgegeven, beloopen tot
een millioen
Eenige onderwijzers die konsiencie hadden
zij zijn zeldzaam hebben terug gegeven
hetgeen hun voorgeschoten was, doch nu blijft
er nog zoo wat 225,000 frank terug te bren
gen.
Maar die 225,000 fr. komen uit Zij, die ze
trokken, hebben de indélicatesse, ze te bewaren
en het gouvernement spottend de woorden van
Leonidas toe te roepen Komt ze halen
(Courtier de Bruxelles.)
HANDEL EN NIJVERHEID.
Beiersch bier. Het koninklijk statiestie-
ken-bureel van Beieren geeft de volgende
cijfers op betrekkelijk de voortbrenging van
bier in 1884.
Er waren in Beieren.gedurende het verleden
jaar, 6967 brouwerijen, waarvan 5379 bruin en
1588 wit bier brouwden.
Die brouwerijen gebruikten 5,503,107 hec
toliters mout. Er werden 12,603,991 hectoli
ters bier gebrouwd, waarvan 12. 347,219 hek-
toliters bruin en slechts 256,722 hectoliters
wit.
In die totale voortbrenging komt de stad
Munchen voor 3,183,848 hektoliters waarvan
409,541 hectolt., werden uitgevoerd overi
gens de uitvoer voor gansch het koninkrijk
Beieren bereikte het cijfer van 1,242,854 hek
toliters.
Sedert tien jaar neemt de uitvoer van het
beiersch bier jaarlijks toe.
RECHTERLIJKE KRONIJK.
De verwereldlijkte weezenhuizen voor de recht
bank. Verzivaring van straf.
Het beroepshof van Brussel heeft uitspraak
gedaan in de zaak der vrouw Eulalie Hanicq,
wed. Moise, gewezen bestuurster van het
weezenhuis te Bergen.
Het hof heelt hare gevangenisstraf gebracht
van 7 1/2 tol 10 maanden en haar verder ver
oordeeld tot 9 boeten in plaats van 7, elke van
26 fr. en 2 andere van 80 fr.
Een machinist voor de rechtbank.
Men weet dat eenige maanden geleden de
korrektionneele rechtbank van Arlon den
machinist Pécheur tot 8 dagen gevangenis en
26 fr. boete veroordeelde, als hebbende door
onoplettendheid eene botsing in de statie van
van Marbehan veroorzaakt, waardoor ver
scheidene personen min of meer zwaar ge
kwetst werden. Tegen dit vonnis werd beroep
aangeteekend en het hof van Luik hekrachtig-
de hetzelve. Voor de vakatiekamer van het
verbrekingshof geroepen, werd de uitspraak
andermaal bekrachtigd en de beschuldigde tot
de kosten verwezen.
Hieruit volgt dat het spoorwegbestuur thans
voor eene reeks processen tot schadeloosstel
ling zal staan.
Geen vijf regels kan men in 't Verbond lezen
of men valt op de zelfde en altijd op de zelfde
zagerijDe katholieken zouden de lasten ver
minderen en ze houden hun woord niet of wel
Het budjet van onderwijs is met 6 millioen
verminderd en toch zijn de belastingen niet ver
minderd maar verhoogd.
Wij willen de schoolpedanten die 't vuil-
bladjeuit 't Peperstraatje aaneenflansen, eens
leeren rekenen en cijferen, gelijk men het
zegt.
Wat de schoolpedanten uit het oog verlle-
Laat ons heengaan, edelheeren
Meester de duivel gaal spoedig te werk mom
pelde een grijze wapendrager.
Op dit oogenblik trad de kapellaan uit eene zij
kamer, en op eene knop stootende deed hij de veeren
springen eener geheime deur. Eene donkere en lange
kamer ging open. Vier waskeersen brandden in het
verdiep.
Treedt binnen, Mijnheeren, zegde plechtig de
priester.
Allen gehoorzaamden. Op eene steenen tafel was
Margreet van Coëtmarker dood uitgestrekt.
Een voor een kwamen de edellieden, dan do vas-
salen, nemende den wijwaterborstel uit de handen
des priesters en hel lijk besproeiende. Terwijl zij
langzaam en stil gingen, herhaalde de grijze kapel-
laan.
Bidt voor deze die veel gezondigd, maar ook
veel geleden heeft.
En al dal volk, nog straks spottend en kwaad wil
lig, volgde den lijkwagen van Margreet ter kerk in
een plechtig zwijgen. Velen hadden tranen in de
oogen bijna allen, na voor haar gebeden te hebben,
waron geneigd haar te aanroepen als eene heilige.
't Is dat zij de reusachtige boetveerdigheid des
zondares verstaan en gemeten hadden Op het ge
zicht van dien steenklomp, die versleten was, die in
zijn midden eene holte had in den vorm van een
men8chelijk lichaam, hadden zij de lange marteling
van Margreet begrepen.
De doodsponde van haren vader was vóórhaar een
bed geworden. Terwijl men dacht dat zij donsig lag
uitgestrekt op een kostelijk kussen, weende zij, gaf
zij bare ziel der wroeging, en haar lichaam aan het
lijden over; zijsliep in een haren boetkleed op de
steenen tafel, door haar afgemarteld lijf nu uitge
sleten. En, op twintig lange jaren bad zij geen ander
bed gehad.
VRIJ KAAR HET FRANSCH VAR
PAUL FEVAL.
zen, 'tis dat wanneer bet vermaledijd macon-
niek ministerie Frère, Bara en CD,e verledene
jaar werd weggevaagd er een tekort van ruim
12 millioen in de Staatskas bestond.
Ze vergeten verder nog dat dit zelfde liberaal
ministerie, door zijn dwaas bestuur, dc crisis
dusdanig verergerde, dat de opbrengsten der
belastingen met ruim vier millioen verminderd
zijn geworden.
Dat maakt goed gerekend en gecijferd te
samen 16 millioen die er tekort waren.
Nu, om in die 16 millioen te kunnen voor
zien zou het afgekookte ministerie voorzeker
nieuwe belastingen en rechten hebben moeten
heffen... Dat is klaar....
Wat deden de katholieke ministers in tegen
woordigheid van dezen bedenkelijken toestand
der openbare financiën
Dank aan hun voorzichtig en wijs bestuur ge
lukten zij er in het evenwicht in de financiën
te herstellen en waren dus niet verplicht aan
't volk nieuwe belastingen af te persen om de
schulden te betalen die de weggevaagde libe
rale, of liever, maconnieke ministers hen
hadden nagelaten.
En zou het dan het zelfde niet zijn alsof de
belastingen met 46 millioen verminderd
waren
Wij antwoorden ja want waren wij onder
de heerschappij van Frère, Bara en Cu". ge
bleven voor zeker zou men ons, ten minste
20 millioen nieuwe belastingen op den rug
hebben gelegd
Wij zeggen ten slotte Al wie redeneeren,
en ook rekenen en cijferen kan, moet hierover
denken gelijk wij
Werknians-crisiH te Aalst.
Zondag 18 October aanstaande,in 't lokaal de
Casino, Groot Wapenfeest door de maatschap
pij van Schermkunst a Jeanne d'Arc van
Gent, ten voordeele van ons fabriekvolk zon
der werk. Onze Harmonie zal hare welwillen
de medehulp leenen.
Twee gekende genlsche muziekliefhebbers
MM. Van der Syppen en Van Oostende, zullen
zich laten hooren de eerste op de viool, de
tweede op de saxophoon. Onze gentsche vrien
den ontvangen hier eene eerste dankbetuiging
voor hunne liefdadigheid jegens ons arm werk
volk.
Programma in ons blad van zondag aan
staande.
KONINKLIJKE BESLUITEN.
Bij koninklijk besluit van 28 September
wordt M. baron Léon de Bethune van Aalst tot
geattacheerde van legatie benoemd.
KERKELIJK NIEUWS.
Morgen Zondag 44 October viert het Ge
nootschap van den H. Franciscus-Xaverius
onzer stad het zilveren Jubelfeest zijner
instelling, 1860-4885.
Na de Goddelijke Diensten, zal een broe
derlijk Eetmaal waaraan alle de leden ten
getalle van rond de 500 zullen deelnemen, in
de twee grootste zalen der stad, plaatsgrijpen.
Wij drukken hier de wensch uit dat de zoo
verdieustrijke Vereeniging altijd moge groeien
en bloeien tot meerder eere Gods en tot heil
onzer Stad
PRIESTERLIJKE BENOEMINGEN.
De Zeereerw. Heer F. Dévos, pastoor-emeri-
tus van S. Jacobs, is eerekanunniek van Sint
Baafs benoemd.
De E. H. F. Lemmens, priester in het Semi
narie, is onderp. benoemd te Denderbelle.
Kaatsspel. Esplanadeplein.
op Zondag 41 Oktober, om 40 ure vooi~middag.
Groote kampstrijd met den kleinen bal, tus-
schen de partijen Brussel (Sablon,) en Lessen
(Meunier.)
ALLERHANDE NIEUWS.
Onbeschofte staatsbedienden. Wij lezen in
't Handelsblad
Een nederig werkman wendde zich dezer
dagen in de statie, te Aalst, tot eenen trein-
overste en vraagde hem zeer beleeld in het
vlaamsch waar zich de trein voor Lokeren
bevond. De bediende snauwde hem op brutale
manier toe in het fransch Ik versta geen
vlaamsch.
Een persoon, die over dit gedrag veront-
weerdigd was, wees den werkman zeer vrien
delijk den weg. Wanneer toch zal die verdruk
king der Vlamingen ophouden
De Vlamingen hebben wel het recht van
door de staatsbedienden verstaan te worden
en voorzeker de plicht niet van hunne onbe
schoftheden te verdragen.
Wij hopen dat M. Vandenpeereboom er de
hand zal aan houden, opdat zulke feiten niet
vernieuwd worden.
Sedert weinige dagen zijn de werken
begonnen voor de Passerelle aan de S,e Anna-
brug. Reeds heeft men een der zijkanten bijna
zoo goed als op zijne plaats gesteld. De wer
ken gaan slecht vooruit bij gebrek aan de
noodige gereedschappen.
De brusselsche dagbladen schrijven dat
een gazetverkooper, hier in onze statie nog
altijd roeptla Flandlibéral'l'Echo du Par-
relmentChronique Gazette Vraagt men hem
eenen Echo, dan zoekt hij in zijne tesch, en
zegt bedaard J' ïïen ai plus m'sieu, en gaat
voort met roepen als vroeger. Zou die man
soms een orgeltje in zijn lijf hebben dat geen
ander liéken kan spelen
Eenige bladzijden uit het dag-reisboek eens
zendelings. 2C en laatste Vervolg. Die tocht
van Alexandriën tot Port-Saïd is zeer kort,
maar niet te min hadden wij op gansch deze
reis een schrikkelijk tempeest te onderstaan,
ook waren wij allen zeer onpasselijk. Wij
houden te Port-Saïd twee dagen stil. Deze
stad heeft niets opmerkenswaardigs. Des mor
gens hoorden wij de mis bij de paters Fran
ciscanen, waar wij getuigen waren eener mis
Copte. Het is waarlijk zeldzaam. De mis Copte,
ter uitzondering der drij voornaamste deelen,
verschilt gansch en heel van de latijnsche
mis de priester Copte zingt gedurende al den
tijd. Wij hadden eenen dag en half noodig om
het Suez-kanaal door te komen. Na ons te
Suez eenige uren te hebben opgehouden, be
geven wij ons op die schrikkelijke roode zee,
zoo zeer geroemd voor hare verdokene klippen
en koraalbanken, dus uitermate gevaarlijk
voor de scheepvaart, ook hebben wij er een
staaltje van gezien wij zijn nabij een schip
gevaren, gestrand op eene koraalbank, van de
welke meu het niet meer kan vlot maken. Na
drij dagen varens-op de roode zee, komen wij
te Djeddag, een zeehaven van Mecca, te mid
den der kust van Arabie. Wij zijn gedwongen
er eenen dag en halt stil te blijven uit oorzaak
der menigvuldige koopwaren die er moeten
ontladen worden. Verders stoomen wij nog
drij dagen op die zelfde roode zee, waarna wij
Aden bereiken, juist den vóóravond van Aller
heiligen omtrent zes uren van den avond. Men
werpt er het anker, maar alleenlijk voor acht
uren, want rond den tweeën van den nacht
vertrekken wij voor Bombay.
Die weg is nog al lang, acht dagen op den
Indieschen Oceaan. De drij eerste dagen heb
ben wij den vermaarden kalm der zeeën van
den keerkring. Dat is iets waarvan men zich
geen gedacht maken kan op de Europeaansche
zeeën. De Oceaan is zoo stil en zoo effen als
de dender te Aalst bij het stilste weder. Geen
het minste windje doet zich gevoelen men
bespeurt zelfs geene rimpels op hel water en
de lucht is drukkend heet. Den vierden dag
hebben wij gansch het tegenstrijdige een
hevig tempeest is ontstaan. De baren werpen
zich met schrikkelijk geweld over het schip,
dat soms heel en gansch onder echte bergen
water verdwijnt, men zou zeggen dat alles
gaal verzwolgen worden. Onnoodig hierbij te
voegen dat wij in die omstandigheid, door de
zeekwaal aangedaan zijn. De vier laatste dagen
hebben wij wederom schoon weder met een
weinig wind kortom wij zijn te Bombay, dus
op den Indiaanschen grond. Wij blijven er stil
gedurende vier dagen. De paters jesuieten van
het kollegie van den II. Franciscus Xaverius
ontvangen ons met eene goedheid zonder
weerga en doen zelfs het onmogelijke om ons
verblijf te Bombay zoo aangenaam mogelijk te
maken. Bombay, stad van Eogelsch India, in
een klein eiland van den zelfden naam, is zoo
als alle de steden van India samengesteld uit
twee wel onderscheidene deelen. De Europe
aansche stad met hare paleizen, kerken,
hotels, lusthoven, bolwerken, enz., en de stad
der inlanders met hare ellendige en vuile hut
ten, smalle straten, enz. Wij konnen alles op
ons gemak nazien. De zeehaven van Bombay is
eene der schoonste natuurlijke haven der
gansche wereld en het beste van heel de wes
telijke kust van India, zij kan 1000 schepen
bevatten. De stad bijna gansch van water
omringd zijnde,is Bombay de eenige haven van
Engelsch Indiajwaar de zee genoegzaam op en
afloopt om gedwongen geweest te zijn erbin
nen haven of dokken daar te stellen. Bombay
is de algemeene stapelplaats der koopwaren
van India, Malaisië en Abyssinië. De Parsis,
de Armeniërs en de Guèbres verrichten er
hunnen voornaamsten handel. De uitvoer dezer
haven bestaat voornamelijk in katoen, opium,
peper, santelhout, verschillige gommen van
Arabië, gezouten visch en vlimmen van haeien.
Wij bezochten ook twee voorname plaatsen in
de omstreken van Bombay de eene het eiland
Elephanta en het andere het schiereiland Bon-
dora. Hot eiland Elephanta is zeer berg en
rotsachtig en is gelegen in de baei van Bom
bay op omtrent twee uren afstand van de stad.
In dees eiland is eene zeer vermaarde grot.
Deze bestaat in eenen uitgestrekten tempel,
in de rots gehouwen door gewezen Indiaan-
sche inwoners, welke men vei onderstelt de
Guèbres geweest te zijn deze aanbaden de
zon als het voortreffelijkste zinnebeeld van het
goddelijk gezag, als afbeeldsel van het vuur,
zij bewezen ook grooten eerbied aan de maan
en de sterren en zeggen hunne gebeden,neder-
geknield voor hunnen haard of voor de zon.
Al de oude godheden des heidendoms zijn in
gezegden tempel vertegenwoordigd. Al die
beelden, insgelijks uit de rots gehouwen, zijn
van 45 tot 20 elleboogmateu hoog. Op het
einde dezer grot bestaat een put van welke
men tot nog toe de diepte niet heeft kun
nen peilen. Bandora is een liefelijk schierei
land op 4 mijlen afstand van Bombay aldaar
is een weeshuis, bestuurd door belgische
kloosterzusters.
Na 4 dagen rust te Bombay schepen wij
weder in. Wij varen gedurende 4 dagen langs
heen de kusten van Indiën, zonder dezelve
eens uit het oog te verliezen en landen aan te
Colombo, hoofdstad van het eiland Ceylon.
Het eiland Ceylon wordt met recht het Aards-
paradijs en den lusthof der Indiën geheeten.
Daar vindt men inderdaad den schoonsten
wasdom van den ganschen aarbodem. Welk
liefelijk eiland De schoonste bloemen en
planten van Europa zijn nietige gewassen in
vergelijking met dees prachtvolle plantenrijk.
Men zou zeggen dat het gansche eiland een
uitgestrekt bosch is van bloemen en fruitboo-
men, kokosnotenboomen, dadelboomen, ba-
naanboomen, mangosstanboomen, enz. bela
den met sierlijke en smakelijke vruchten be
dekken er den grond, en de liefelijke geur der
bloemen vervult er de lucht, dewijl er een
eeuwigen zomer heerschtkortom men vindt
er de evenaarsplanten, zoo als de kaneel, de
muskaat of kruidnoot, de kardamom of para-
dijskruiö en in gesteenten de diamant, de
robijn, de saphir, enz.
Doch zoo als alles hier op aarde, heeft dat
eiland ook zijne onaangenaamheden, want men
ontmoet er den buffel, den olifant, den tijger,
de hijëen, de eland, enz., apen en gevaarlijke
serpenten in groot getal.
Wij bleven eenen dagen half stil tot Colombo
waar wij onzen intrek namen bij Monseigneur
Bonjean, de ievervolle bisschop dier stad en
die ons de grootste minzaamheid bewees.
Daar de verdoken klippen, het bevaren der
zeëngte die Ceylon van den Indoustan afscheid,
onmogelijk maken, zijn wij bij het voortzetten
onzer reis, verplicht rond het eiland te varen,
en aldus kunnen wij te beter en gansch op ons
gemak al de schoon- en liefelijkheden van dat
eiland zien en bewonderen. Hier moeten wij
nog eens de wondere schikkingen en groote
goedheden van den Schepper, nopens zijne
redelijke schepsels aanmerken waarom heeft
Hij die zeëngte met zulkdanige klippen bezaaid
dat het onmogelijk is dezelve te bevaren Is
het niet omzijn schepsel te dwingen eenen
weg te volgen, die het, om zoo te spreken,
verplicht zijne wonderbare schepping van
nabij te aanschouwen en den mensch aldus
uit te noodigen om zijne almacht te erkennen
en Hem er tevens over te loven en te danken
Na God dank nog vijf dagen op zee en
eenen dag op den stroom Hooglij en wij zijn
te Calcutta, o ja te Calcutta, waar wij aanko
men, na eene reis op zee van 40 dagen, van
den 45 Oktober tot den 25 November God
lofzonder bijzondere ongevallen of moeie-
lijkheden. Nauwelijks ontscheept, begeven wij
ons rechtstreeks bij Monseigneur Goelhals,
onzen goeden en uitmuntenden aartsbisschop
die ons met opene armen ontvangt. Ja wij zijn
te huis, in onze zoo lang betrachte lieve missie
van Westelijk Bengalië. Ik mag mij gedurende
40 dagen uitrusten in het aartsbisschoppelijk
paleis en gedurende al dien tijd, ben ik, onder
de maaltijden en uilspanningen, in het aange
naam gezelschap van Monseigneur. Na die 40
dagen vertrok ik naar Assensol waar ik heden
nog ben. G. Z. J. C.
De liberale gazetten zeggen geen woorde-
ke van de hongerlijdende schoolmeesters, die
in den loop van 't jaar tweemaal hun traktement
hebben getrokken.
Eens als voorschot van den Staat, en eens
definitief van de gemeente.
En toch schreeuwt men dat die brave men-
schen dees jaar honger hebben geleden.
In alle geval moet hel voorschot terugkomen
het gouvernement kan zich zoo onbeschaamd
niet in de doeken laten liggen.
We zien reeds het taktiek van de liberale
pers.
Als men die heeren hongerlijders zal dwingen
hun voorgeschoten centen terug te geven, zal
men het deuntje van vervolging, martelie en in-
kwisitie beginnen te zingen
Het schijnt dat men in de bureelen van
het ministerie van financiën het wetsontwerp
op de verhooging der burgerlijke pensioenen
gereed maakt, dat tijdens den aanstaanden
zittijd zal voorgebracht worden.
Baron, deserteur en aftruggelaarDe
aanhouding van den jongen baron van L...,
welke wij over eenige dagen meldden, heeft
eene zonderlinge ontknoopiug gehad, en bevat
eene geheele geschiedenis.
De jongeling heeft een inkomen van 40,000
fr. 's jaars, maar hij kent zoo weinig de weer
de van het geld, dat hij elk oogenblik 's mor
gens niet weet waar hij des avonds dineeren
zal.
Na een verteer van fr. 4,50 gemaakt te heb
ben in het hotel la Grande Gnlle, te Laeken,
bekende hij geen geld te hebben en een ieve-
rig bediende liep naar de policie- Deze hield
hem vijf dagen in den amigo an St-Joost-len-
Noode opgesloten, gedurende welke de noodi
ge inlichtingen over zijnen persoon genomen
werden. De prokureur des konings, het slechte
inzicht van den nietdeuger ter zijde stellende,
staakte de vervolging voor aftruggelarij.
Nu echter legde er het militaire gerecht de
hand op. Van L... was op 15jarigen ouderdom
uit het 5C regiment jagers gedeserteerd, waarin
hij als vrijwilliger diende. Hij wacht thans in
het arresthuis van Brugge het oogenblik af,
om voor den krijgsraad te verschijnen.
Ziedaar eene prachtige toekomst geheel be
dorven.
Woensdag kwam de genaamde G...,
van Mechelen, op het policiebureel en ver
klaarde zonder de minste aandoening, dat hij
eene vrouw een paar beitelsteken in den hals
had toegebracht. Men dacht eerst met eenen
zinnelooze te doen te hebben, doch bij onder
zoek bleek de zaak maar al te waar te zijn.
Hel slachtoffer had twee steken bekomen en
de zoon, die haar hulp bracht, was verplicht
zelf hel verschrikkelijk wapen uit de wonde te
trekken. De toestand van het slachtoffer is
zeer gevaarlijk. De moordenaar is aangehou
den.
Vooruitgang- In 4840 dronken
de Belgen gemiddeld acht liters acohol per
hoofd en zij leverden aan het gevang 269 lie
den per iedere breuk van 100,000 personen.
Thans drinken zij er elf en op 400,000 personan
hebben zij 648 man in de gevangenis.
Diefstallen. Woensdag avond, omtrent
44 ure kwam een welgekleed persoon in de
Concordeop de Meir te Antwerpen. Hij ging
naar de kleèrkamer, trok een der frakken aan,
welke daar hingen en ging er meê op de ulucht.
De knecht, die van dienst was aan de kleèr
kamer, snelde den dief achterna, doch aan de
Twaalf-Maandenstraat verloor hij den kerel
uit het oog. Toen hij in de Concorde terug
keerde, bevond hij dat tijdens zijne afwezig
heid nog vier andere frakken gestolen waren,
zonder twijlel door een meêplichtige van den
eersten kerel.
Woensdag nacht is een diefstal met
braak en beklimming gepleegd in de woning
van M. Tieman, konsul van Duitschland, St-
Vincentiusstraat te Antwerpen. De dieven heb
ben de volgende voorwerpen gestolen 8 zil
veren koffielepels, geteekend A. V. H.; 4 thee
lepels 4 koperen balans met vergulden voet
een wekker zes vrouwenhemden, een lake-
nen mantel met fluweelen kraag een paar
leerzen twee paar bottienen een regen
scherm eene bruin lakenen broek, een brui
nen frak, en ander kleêrgoed.
Men meldt uit Kortrijk dat de eerw. h.
Emile Callewaert, missionnaris, geboren te
Marcke, bij Kortrijk, verleden Woensdag 30
September, te Liverpool met 7 andere missi-
onnarissen is scheep gegaan naar Gongoland.
De eerw. h. Callewaert is leerling der apos
tolische school van Turnhout, waar hem den
geest en den moed der missionnarissen inge
plant werd.
Door een dagblad vernomen hebbende wat
de koning te Oostende aan Mgr De Haerne
gezegd had, opzichtens de katholieke missiën
in Congo, aarzelde de moedige priester niet,
zich met den achtbaren volksvertegenwoordi
ger in betrekking te stellen om bij middel diens
tusschenkomst door de bestuurders van het
Congogouvernement, tot de eerste missie toe
gelaten te worden.
Een brief, thans door den eerw. h. Calle
waert, uit Liverpool naar Mgr De Haerne ge
zonden, meldt dat er naar het zeggen van een
zijner medemissionnarissen, in Afrika veel
doofstommen zijn, eene omstandigheid, die
aan zijne liefdadigheid een eindeloos terrein
oplevert.
Door tusschenkomst der dames Salazare,
van Brussel, welke het zware werk op zich
genomen hebben, in de behoeften van al de
arme kerken der wereld te voorzien, is er aan
de missie een draagbaar altaar bezorgd, met
al de benoodigdheden tot het uitoefenen der
godsdienstoefeningen, welke zoo zeergeschikt
zijn om indruk op de harten en geesten dier
half wilde volkeren te maken.
Het werk, door deze missie ondernomen,
zal, geholpen door het afrikaansche seminarie,
dat te Leuven opgericht wordt, weldra de
beste vruchten dragen en het beschavings
werk een machtigen steun leveren.
Ook de succursaal van het algeriaansche
college van Woluwe bij Brussel, zal haar con
tingent apostelen naar den hoogeren Congo
zenden.
Aan eenen prijskamp van het balspel, te
Carriières, namen tien mededingers deel, die
allen een houten been hadden. Een hunner
heeft onder het spelen zijn been gebroken, de
genezing ervan heeft niet langer dan 40 minu
ten geduurd.
Gedurende den nacht van woensdag zijn
er in de kerk van Oud-Genappe dieven, bij
middel eener geslolene leer, binnengedrongen
en hebben er alles gestolen wat eenige weerde
had. De H. Hostiën lagen over het kerkhof ge
strooid. Men heeft vermoedens op eenige ba
rakspelers van de loor van Genappe, die
spoorloos verdwenen zijn.
Moederlijke les. Dus, Nolleke, onthoud
het wel, nooit tot morgen uitstellen wat gij
vandaag kunt doen. Nolleke met glinsterende
oogen Zoo dan, mama, laat ons dan van
daag die halve vlaai maar openen, die gij voor
morgen wildet bewaren.
De Zomer van 4885. De afgeloopen
Zomer was een der merkwaardigste die in
België voorkwamen gedurende de laatste halve
eeuw. Ziehier wat wij daarover aantreffen in
Ciel et Terre
Van 1 Juli tot 34 Augusti is er slechts het
zesde deel water gevallen van hetgeen gewoon
lijk in dit tijdverloop neerstort. Nog nooit van
af 4853, toen de regelmatige weerkundige
waarnemingen begonnen te Brussel, is er in
het observatorium eene zoo geringe hoeveel
heid water vastgesteld in twee op elkander
volgende maanden.
In Juli hadden wij de grootste droogte, echter
mag de maand Augustus 4885 gerangschikt
onder de droogste voor het tijkvak 4833-85.
In 4834 viel er van 14 September tot 44 Oc
tober, dus gedurende 30 dagen geen druppel
water. In 4885 van den 7 Juli tot den 29 Au
gusti, dus gedurende 54 opvolgende dagen,
hadden wij er slechts twee regenachtige.
Als mindere droogten die geruimeren tijd
duurden, word vooral melding gemaakt van de
jaren 4854, 4857-58 en 4864.
Evenals in Juli laatst was het in de lagere
deelen des lands dat de droogte gevoeld werd
in Augustus.
Er is eene belangrijke waarneming gedaan
over den regen in Hechtel, in Limburg, op 23
Augustus. Gedurende eene vlaag ving den re
genmeter in minderdanSminuten 10,6 milime-
ters. Nog nooit was tot dan toe in Belgie zulke
hevige regen waargenomen.
Den 44 en 15 Augustus had een voorval zon
der voorgaande plaats voor dat tijdstip van het
jaar, over geheel Belgie. Onder eenen zuiveren
hemel en met eene zëer drooge lucht, verkreeg
de nachtelijke schemering eene zeer scherpe
kracht en het verlies der warmte van den
grond was zoo groot dat over de geheele op
pervlakte van den bodem zware rijmnachten
ontstonden.
Vooral was dit het geval in de Anlwerpsche
Kempen, omdat die streek bij uitstek zavel- en
zandachtig is.
Te Westmalle in het midden der provincie,
daalde de thermometer tot 0°5, te Turnhout in
het noorden tot 0°8. In die stad werd eene
schaal ijs aangetroffen op een zinken dak van
4 tot 6 centimeters lang ook was het water
in de Paterstraat bedekt met eene lichte schaal
ijs.
In het zuiden nabij Aarschot vrozen aardap
pelen en boekweit tot tegen den grond af.Heel
den oogst lag, zoodra de zon eenige minuten
boven den boschkanl stond, zwart op den grond
de boonen waren op sommige plaatsen geheel
weg.
Wasgoed dat buiten was blijven liggen, werd
opgenomen stijf als planken.
Diezelfde rijmvorst kwam drie nachten ach
ter elkander voor in de Ardennen, den 14, 15
en 16 Augustus. Natuurlijk deed hij daar ook
veel kwaad aan meerdere plantsoorten, zooals
aardappelen, boekweit, maïs, komkommers,
enz.
FRANKRIJK
V er schikkelijke ontploffing te Arras. 40
slachtoffers. Men meldt ons uit Arras, 7 Octo
ber
Dinsdag avond, omtrent half zes ure, deed
eene verschrikkelijke ontploffing zich door
gansch de stad hooren. De bevolking sloeg er
niet veel acht op, omdaf zij wist dat de genie op
dit oogenblik proefnemingen deed in den poly
goon. Men had overigens te voren reeds kleine
re ontploffingen gehoord.
1 ijdens de leste was er noglans een verschrik
kelijk ongeluk gebeurd.
De soldaten, die inden polygoon waren,deden
hunne krijgsoefeningen alsot een vijand hunne
versterkiug wilde innemen.
Eenigen van hen werden gelast aan den inge-
beelden aanval te weérstaan. (Belegeraars en
belegerden waren soldaten van het 5e regiment
der genie).
De verdedigers bevonden zich op 8 meters
onder de oppervlakte.
Op het oogenblik van den aanval hoorde men
onverwachts een helsch gerucht. Er had eene
onlploffing onder den grond plaats gehad in de
in de richting der plek, waar zich den vijand
bevond.
De onlploffing had ongelukkig niet alleen ge
rucht maar ook slachtoffers gemaakt.
Wanneer het droef nieuws in de stad gekend
was, was de verslagenheid algemeen. Elk liep
naar het tooneel der ramp,
De officiers van den genie richtten onmiddeiijk
reddingswerken in.
Men bracht de stadsberriën aan om de onge-
lukkigen weg te dragen.
Het eerste slachtoffer dat men ophaalde, was
dood. Het is zekere Jos. Cossiau, sapeur bij de
2® kompagnie. Zijn aangezicht was onkennelijk.
Het was een miliciaan der klas vau 1884.
Het lijk werd naar het militaire hospitaal ge
dragen.
De andere slachtoffers zijn min of meer erg
gewond.
Luitenant Magnol, die den aanval der citadel
bestuurde, werd opgenomen met gebroken
been.
De soldaat Vion heeft den ruggengraat gebro
ken. Zijn toeslaud is wanhopig.
Kaporaal Ray-Batelet werd gekwetst aan den
bil Guio, le sapeur aan het been.
Bockstael, soldaat, Legris, sergeant, aan lie
hoofd, t
Susant, kaporaal, werd op eene hoogte van
acht meters geslingerp en bekwam iuwendige
verwonderingen.