Goede gazelten. Scholen zonder God. De kiezingen van dit jaar. GESCHIEDENIS Bond der Katholieke Bekwaam- heidskiezers. Art. 3. Elke overtreding van artikel 1 zal gestraft worden met eene boete van 1 tot 25 frank en eene gevangzitting van 1 tot 7 dagen, ofwel met eene dier twee straffen. In geval van hervalling binnen hetzelfde jaar der laatste veroordeeling, zullen de straffen kunnen verdubbeld worden. Art. 4. De verkooper of leveraar wordt gematigd door alle rechtswegen te bewij- dat hij artikel 4 heeft nageleefd. Art. 5. Zullen gestraft worden met eene boete van 100 tot 2000 frank en met eene gevangenziuing van 15 dagen tot 6 maanden, of alleen met eene der twee straffen, zij die bedriegen zullen over de bestanddeelen der kracht van de stof, of die, om eene stof aan te duiden, er eene valsche benaming aan geven, dus onder den naam van eene andere meststof hunne waar leveren. Die straffen zullen toepasselijk zijn op diegenen welke een staal, dat geëischt wordt in gevolge deze wet, zullen ver- valscht hebben alsook op degenen die bij eene levering van koeken,dezes juiste, echte samenstelling niet zullen opgeven. In geval van hervalling binnen de twee jaar der laatste veroordeeling, zullen die straffen kunnen verdubbeld worden. Art. 6. Behalve de aanduidingen welke dienen gevolgd te worden betreffende de benaming en de kracht der meststoffen, zal een koninklijk besluit de maatregels van toepassing vaststellen, alsook het uit te oefenen toezicht om de naleving der wet te waarborgen. Art. 7. Het gouvernement is gemach tigd de r.oodige maatregels voor teschrij ven, ten einde te beletten dat de stoffen die onder de toepassing der tegenwoor dige wet vallen, niet worden ingevoerd zonder eene bijgaande faktuur of ver klarende nota, voorgeschreven bij arti kel 1. Het verdienstelijk fransch dagblad La Croix, geeft het volgende treffend voor beeld van den invloed dien de gazetten uitoefenen op de gemoederen van het volk Over omtrent twee jaar, kwamen wij in eene kleine stad van den Pas-de-Calais (Frankrijk), waarvan de gemeenteraad geus en radikaal was, terwijl de bevol king, die den raad koos, niet las dan een klein goedkoop lasterbladje Le Petit Nord. Men schreef de vernietiging van het ge loof en van de zeden terecht toe aan den invloed der goddelooze gazetten. Een priester, eenvoudige onderpas toor, die sinds 15 of 16 jaar in deze ge meente met iever zijn ambt vervulde,had zulks nagezien, en beslootdien droevigen toestand te veranderen bij middel van het verspreiden van goede katholieke gazet ten. Eerst deed hij dagelijks 100 exempla ren van La Croix verspreiden daarna, voegde hij er nog andere bij, zooals Vlndépendant de S. Omer, La Dépêches an Rijsel, enz. Een katholiek weekblad, Le Pas-de-Calais hebdomadaire werd alle Zondagen verkocht aan 1400 exemplaren, en weldra was Le Petit Nord verdrongen en werd hij zelfs in de gemeente niet meer verkocht. Weet ge nu welken uitslag die propa- gande heeft opgeleverd In dezelfde stad, waar vroeger geheel het bestuur liberaal en goddeloos was, zijn thans burgemeester en schepenen, of, zooals men ginder zegt, de maire en zijne adjoints, goede katholieken, en de gemeenteraad is er ook in meerderheid uit deftige katholieken samengesteld. Vele goede werken,katholieke scholen, patronages, enz., zijn er in vollen bloei. Dit voorbeeld, hopen wij, zal onze ka tholieke vrienden meer en meer dan heil- zamen invloed der katholieke gazetten doen beseffen en hen aanzetten de goede drukpers uit al hunne krachten te onder- steunnen. Te Marseille, zegt de Palrie van Parijs, hadden de lagere stedelijke scholen 22,000 leerlingen. Men heeft ze verwereldlijkt en sedert hebben zij 7,286 leerlingen verloren. De heer Barboux, verslaggever, geeft de reden van die ontvluchtingde ouders willen het godsdienstig onderwijs. Te Carcassone telden vroeger desledc- lijke scholen 3500 kinderen 2100 zijn naar de vrije scholen overgegaan, als de stad de hare verwereldlijkte. M. Do Malander. In ver- schillige omstandigheden heeft M. De Malander gezegd, dat, tijdens de onlusten van Ronsse, de procureur des Konings _te Audenaarde, M. De Clercq, hem zou gezegd hebben Het was er niet goed tegenover de muiterij ook heb ik besta- tigd dat gij niet bang waart. Op edele, moedige en loyale wijze hebt gij uwe plicht, gansch uwe plicht ^gedaan. Tot vijf malen toe hebt gij uw leven blootgesteld, onder mijne oogen. Den 27 December heeft M. De Clercq aan La Belgique Judiciaire eenen brief geschreven, waarin hij die beweringen onjuist verklaart, en sommige geuzen bladen profetiseerden dat die brief een einde zou stellen aan 't geen zij den bluf van sieur De Malander noemen. Maar daarmeê is de zaak niet uitge maakt. In een open brief protesteert M. De Malander tegen de ontkenning, welke M. De Clercq doet, 16 maanden na het verschijnen van 't stenographisch verslag der debatten van 't hof van appel van Gent, en hij verzoekt den heer minister van justicieeen tegensprakel ijk onderzoek te willen bevelen. Mijne bewering, zegt hij, is de getuige nis onder eed afgelegd door twee perso nen zoo achtenswaardig als den heer procureureenen onderzoekingsrechter en eene bijgevoegden griffier. In eene confrontatie voor het hof' van appel, hebt gij de juistheid der getuigenis dier heeren erkend. Later voor de rechtbank van Audenaerde, in de vervolging tot mijne afstelling van 't ambt van notaris heeft M. advokaat Begerem den procureur des konings van Meert 1886 tegenover dien van April 1887 gesteld, en u deze woorden van 't verslag toegeëigend De eerste magistraat der stad Ronsse, die tot vijf maal zijn leven heeft blootgesteld, heeft op edele, moedige, loyale wijze zijnen plicht, gansch zijne plicht, gedaan. Toen was 't de tijd van tegen dit zooge naamd verdichtsel te protesleeren, en gij hebt het niet gedaan. De woorden doormij in de Kamer aan gehaald heb ik uit uwen mond gehoord. Mijne bewering heeft zooveel weerde als de uwe er heeftja, meer, want zij rust op onweersprekelijke getuigenissen. Ten slotte drukt M. de Malander de hoop uit, dat M. de Minister het onderzoek zal toestaan en dat M. De Clercq het op voorhand zal inwilligen. Met ziet het, de zaak de Malander is nog niet ten einde. Zoo de feiten aangehaald door M. De Malander onwaar bevonden worden zul len wij zelve, zegt de Patriotehet ontslag van den volksvertegenwoordiger van Audenaerde vragen. Maar zoo ze waar zijn... wat zullen de geuzenbladen dan zeggen Niets De geuzen bladen die den brief van M. De Clercq mededeelden, wachten zich wel dien van M. De Malander onder de oogen hunner lezers te leggen. Zelfs zijn er die de feiten heel verdraaien andere Etoiles zetten hunne aanrandingen tegen M. De Malander voort, alsof dezes brief niet bestond. Ziehier de arrondissementen, in welke kiezingen zullen plaats hebben, op 12 juni aanstaande Senateurs. Volksv. Antwerpen 4 8 Mechelen 2 3 Turnhout 1 3 Brussel 8 16 Leuven 2 5 Nijvel 2 4 Brugge 2 3 Kortrijk 2 4 Dixmune-Veurne 1 2 Oostende 1 1 Roeselare 1 2 Thielt 1 2 IJperen 1 3 Aarlen-Virton 1 2 Batsnach-Marche 1 2 Neufchateau 1 1 Dinant 1 2 Namen 2 4 Philippeville 1 2 De Senaat is samengesteld uit 89 le den, en de Kamer uit 138. Het getal te kiezen leden bedraagt voor den Senaat 35 en voor de Kamer 69 van de 22 arrondissementen. LETTERNIEUWS. Om den 4*n Februari te verschijnen MIJNER JEUGD door Hendrik Conscience. Een schoon boekdeel in-12, van circa 350 bladzijden prijs 1 fr. 25. Onder dezer titel zal eerlang in den boekhandel i. Lebègue en C'®, de eigen handige levensbeschrijving verschijnen van den welbekenden vlaamschen schrij ver. In zijnen gemakkelijken en tevens boeiënden schrijftrant legt hij den lezer al de lotgevallen zijns levens voor oogen, van zijne kindsheid af tot op het tijdstip zijner volkomene ontwikkeling als schrij ver. Alwie een boek van den vermaarden schrijver bezit of gelezen heeft, zal ins gelijks dit werk, zijn eigen leven willen hebben men ziet daarin klaarlijk hoe zijne goedaardige inborst en de zoo ver- schiliige en zoo tegenstrijdige wisselval ligheden van zijn leven den schrijver heb ben gevormd, wiens onuitsprekelijke voortbrengingsgeest zoovele schoone werken ons heeft nagelaten. 3* SEKTIE. Maandag 16eo dezer om 8 uren 's avonds Luisterrijke Prijskamp op den Bak ter herberg De Gouden Laars bij den heer Frans Woulff, Nazarethstraat. De heeren leden worden verzocht de plechtige zitting des gemeente- raads bij te wonen welk plaats heeft maandag aanstaande ten stadhuize, om 3 ure namiddag. Wij herinneren tevens de heeren leden dat het Concert bepaal delijk vastgesteld blijft op donderdag 2,lf» Februari, Lichtmis, om 7 ure 's avonds. Namens het Bestuur. De Voorzitter. Baron Felix Bethune. ALLERHANDE NIEUWS. Gemeenteraad van Aalst. Maandag 16 januari aanst. plechtige zitting van aanstelling der herkozen en nieuw gekozen leden,gevolgd door de ver kiezing der heeren schepen. Onze Konink lijke Harmonie zal tot opluistering het hare bijbrengen. Geen twijfel of de katho lieken zullen deze plechtigheid zoo talrijk mogelijk willen bijwonen. IJzerenwegen. Onze geachte inschrijvers zullen heden op 4e bladzijde de uurtabel van vertrek en aankomstder tremen aantreffen. Wij hebben ook 't verzoek onzer vrienden van Haeltert, enz. ingewilligd, gelijk zij het zullen ondervinden. Daar deze uurtabel wijdloopiger is dan wij het verwacht hebben, zullen wij ons, naar alle waar- schijnelijkheid, gedwongen zien de beurs totaal daar te laten. Wij zullen voor 't overige zorgen ons de marktberichten aangaande den Veehandel in de groote steden te verschaffen. Werkmanswoningen. Men kon digt aan, zegt liet Journal de Bruxelles, dat de minister van financiën binnen kort een wetsontwerp op het bouwen van werkmanswoningen zal neérleggen. Nooit wel. Als 't gouveruemen- geld doet slaan met vlaamsche opschrift ten, als 't maatregelen neemt opdat de vlaamsche milicianen door hunnen over sten kunnen verstaan worden, dan schel den de geuzenbladen de ministers de huid vol. Dat de domme Vlamingen maar fransch leeren Zaterdag verscheen in den Moniteue de fransche tekst der wet op devervalsching der meststoffen. En de geuzen bladen klagen dat de vlaamsche tekst er niet bij is, aangezien de meerderheid der landbouwers Vlamin gen zijn. Wat zullen ze zeggen, als vandaag, of morgen de vlaamsche tekst verschijnt De vlaamsche kwestieVolgens de volkstelling van 1880, waren er in België 2,237,367 inwoners die enkel fransch spraken en 2,479,747 die enkel vlaamsch spraken. 420,339 Vlamingen spraken de beide talen. De meerderheid spreekt dus enkel vlaamsch. Is 't dan niet onnoozel, dat verzet tegen eene wet welke zal toelaten dat de vlaam sche milicianen,talrijker dan dewaalsche, in hunne moedertaal onderwezen wor den De vlaamsche milicianen worden tot den dienst gedwongen, maar niemand dwingt eenen Waal om onderluitenant te worden, en moet het voordeel van eenen boven dat van een heel peloton gaan Dat is de kwestie. Er is geene andere. Nieuwe moord te Brussel. De hoek der Nieuwe Brugstraat te Brussel is dijns- dag het tooneel geweest van een bloedig drama, dat de bewoners dier wijk in op schudding heeft gebracht. In het huis n. 29 der St-Pieterstraat, hethoekhnis, bestaat eene beenhouwerij, geheeten Grande Boucherie moderne be stuurd door Mej. Albertine Dey. Naast de beenhoowerij is eene crêmerie. Albertine Dey heeft voor bedienden zekeren Debacker, wonende Muntplaats, en eene meid, Marie Becke. Dinsdag, rond 11 ure 's morgends, hoorde men eensklaps twee pistoolscho ten hergalmen. De meid snelde naar be neden e i bemerkte in de achterplaats naast den winkel den bediende, bloedend op den grond liggen. Albertine Dey, met eenen nog rookende revolver in de hand, stond naast hem. De politieofficier Franville, die op dit oogenblik door de straat kwam, werd binnengeroepen. Toen hij verscheen lag de gekwetste reeds in eenen zetel, terwijl doktor Kops hem de eerste zorgen toe diende en Albertine Dey dit tooneel met de grootste kalmte aanzag. Zij steunde met de hand op de tafel en scheen on verschillig aan hetgeen daar gebeurde. Debacker, die eenen kogel in de linker zij der borst bekomen had, werd bij hoog dringendheid naar het gasthuis gebracht. Albertine Dey werd intusschen door den kommissaris Bourgeois ondervraagd. Zij beweerde den revolver me, olie te willen insmeeren voor den roest, maar dat het schotverwachts was afgegaan zoo dat het den bediende getroffen had. De vraag van den kommissaris, of zij geene betrekkingen met Debacker onder hield, werd door Albertine met neen beantwoord, terwijl de meid, die insge lijks ondervraagd werd het tegendeel be weert. Zelfs zou zij meer dan eens hevige too- neelen tusschen beide gehoord hebben, terwijl hij zijne nachten daar in huis doorbracht. Albertine was uiterst jaloers, zegt de meid en het lijdt geen twijfel of het moet gedurende een dezer tooneelen zijn dat zij eenen aanslag op den bediende pleeg- (Andere bijzonderheden.) Na de eerste ondervraging werd Alber tine naar het policiebureel der 4e afdee- ling gebracht, terwijl het parket, dat in middels verwittigd was, een bezoek deed in het huis der misdaad. Albertine, door den onderzoeksrechter Wellens ondervraagd, hield hare eerste verklaring staande. Zij legde hare verga ring af in de hevigste opgewondenheid, die weldra tot eene zenuwkrisis overging, gedurende welke zij eindelijk al weenen- de alles bekende. Welnu, zegde zij, ik zal alles zeg gen, maar dan moet gij eene geschiedenis van tien maanden marteling aanhooren. Eu het meisje vertelde een roman vau eenen markies, met welke zij in betrek king was en die haar rijk maakt. Zij kwam later in kennis met Debacker, opende eene erêmerie en leende hem geld om de boucherie in te richten. Het vleesch werd regelmatig verkocht, zegt zij, maar niettemin vroeg Debacker alle weken geld orn vee te koopen. Haar geld, zegt zij, werd dus gestolen. Weldra ontdekte zij dat Debacker haar i geld met andere vrouwen verbraste. Ook beproefde zij zich zeiven le vergiftigen maar zij werd door eenen geneesheer ge red. Hij beloofde zich te beteren doch hield geen woord. Door jaloezie aangedreven, had zij toen de misdaad bedreven. Zij werd op bevel van het parket naar de gevangenis gebracht. Albertine Dey is te Florencië geboren. De toestand van Debacker is zeer ge vaarlijk. Debacker is een een gewezen onderof- ficiêr van de karabiniers, die vrouw en kinderen heeft maar waarvan hij geschei den leeft. Albertine Dey heeft insgelijks tsvee kinderen. Wat schoone brusselsche geschiede nis Nadere bijzonderheden De toestand van Debacker, het slach toffer van Albertine Dey is nog altijd zeer onrustwekkend. De plichtige heeft in al hare verklaringen volhard. Zij heeft daar enboven haren echten naam doen ken nen. Deze is Josephien Dorsydey. Onder dezen naam heeft zij gedurende zekeren tijd les van italiaansche taal ge geven in het hooger onderwijsgesticht voor jufvrouwen te Luik. Na een jaar werd zij echter om hare zonderlinge ma nieren doorgezonden, en de leergang van italiaansch afgeschaft. Wat de misdaad der Keizerstraat be treft, dezen blijft nog altijd met het diep ste geheim omhuld. De policie beweert op een goed spoor te zijn, terwijl het pu bliek ongeloovig schokschouderd. Nog altijd worden huiszoekingen in de woning der weduweMassin gedaan. Geen hoekje blijft onderzocht, alsof men meent dat de moordenaar zich daar in eene kas of onder een bed verborgen houdt. Dinsdag vond men in het huis een hoed en eene klak. Bravo dacht mendie twee voorwerpen zullen het spoor van den moordenaar aanwijzen. Doch men kraaide le vroeg viktorie De hoed toebehoort aan den overledene echt genoot van het slachtoffer. Wat de klak betreft, die kan echter tot eene opheldering leiden. Eene herber- giester uit te Dagen Nachtstraat meldde dat drie persenen, die vroeger dikwijls bij haar kwamen, sedert dendag der mis daad niet meer gezien waren. De mannen hadden zulke zonderlinge manieren, zij gingen altijd in eenen hoek der herberg zitten, spraken fluisterend en den lesten dag dat zij gezien werden, den 30 of 31 december, schenen zij eenigzins opgewonden, verteerden veel geld en dronken veel, alsof zij zich willen be dwelmen. Een hunner droeg eene klak met zwar te klep. Nu had, volgens men meldt, een pa pierhandelaar gedurende den nacht der misdaad twee personen rond het huis van Mad. Massin zien dwalen. Men ver onderstelt nu dat het twee der personen waren, die de wacht hielden, terwijl de derde binnen was om de misdaad te ple gen. Die kon misschien zijne klak in de kamer verloren hebben. Het onderzoek, door de policie naar deze drie personen ingesteld, bracht aan het licht dat zij 's avonds voor de mis daad gezien waren met eene meid, die zonder post was. Deze meid, die weldragevonden werdt,- heeft niets aan den dag gebracht dat de drie mannen kan doen verdenken. Eeuof twee hunner zouden naar Parijs vertrok ken zijn, terwijl de derde zich nog te Brussel bevindt. De meid, die zonder vaste woonplaats is, werd aangehouden voor landlooperij. Telegrammen zijn naar Parijs gezonden om de twee mannen, die derwaarts ver trokken zijn, te doen opzoeken. Moord te Kemseke. Het is bij mis greep dat de naam der vrouw, welke te Kemseke is vermoord, opgegeven werd als zijnde vrouw Van der Linden. Het slachtoffer heet Christina Versleyken en is geboren te Kemseke den 4 meert 1811 Zij was ongetrouwd en bewoonde gansch alleen een huisje in de Statiestraat te Kemseke. Zij leefde heel armzalig en trok zelf gedurende den winter onder stand van het armbestuur der gemeente. Zij bedelde niet. Men heeft nogtans in haar koffer eene som gelds van ongeveer 1100 fr. gevon den, welke in vijf beurzen stak. Het geld bestond in twee goudstukken van 10 fr. en verder in vijffrankstukken. In eene beurs alleen stak 880 fr. De misdadigers moeten verrast zijn, dewijl zij het koffer onaangeraakt hebben gelaten. Men heeft den sleutel van het koffer niet weergevonden, en de gerecht- terlijke overheid is verplicht geweest het te doen openbreken. De schuif van een kasken, staande in de plaats waar de moord begaan is. stond open wanneer men de misdaad heeft ont dekt. Er lag nog eenen frank in doch de juweelen der oude vrouw waren er uit verdwenen. Volgens het schijnt moest zij nog tamelijk veel kostbaarheden bezeten hebben. De moord is eerst 's anderendaags 's morgends rond 8 ure, door eenen ge- buur, ontdekt. Hij moet begaan zijn, zoo als ik u geschreven heb, op vrijdag avond tusschen 7 en 8 ure. De vrouw lag tegen den heerd, Haar aangezicht was geheel doorkerfd, hare borst lag gansch open. De kleeren waren over haar hoofd gestroopt als men haar ontdekt heeft, zoodat zij bijna gansch naakt lag. De moord moet gepleegd zijn met een kapmes en met een ander snijdend werk tuig het bebloed kapmes is op de plaats gevonden. Op de tafel stond, nevens de koffiepot, dei half leêge kopje koffie, de twee bote- rammen, en eene lamp welke de moorde naars moeten uitgedoofd hebben gedu rende of na de misdaad. Vrouw Verslycken is woensdag mor- gend op het kerkhof van Kemseke ter aarde besteld, te midden van een grooten toeloop van volk. Het parket van Dendermonde is reeds tweemaal ter plaats geweest om het on derzoek te doen. Tot hiertoe heeft men nog geen vast spoor der misdadigers kun nen ontdekken. Drama te Mechelen. De stad Mechelen is door eene afschuwelijke mis daad in opschudding gebracht geworden. Niet ver van de Koeipoort is eene plaats genaamd, Stompaertshoek, uitko mende in de Koeistraat. Deze plaats is bebouwd met werkmanshuizen, waarvan het eene n. 11, bewoond is door het huis gezin H.... Deechtgenooten komen slecht overeen. De man, een 44jarige metser, drinkt meer dan hij werkten de vrouw, de 49ja- rige Maria Theresia D.... geeft hem hierin niet veel toe. De ecntgenooten hebben 4 kinderen, waarvan twee uit het eerste huwelijk der vrouw. Een der zelve is in militairen dienst, het andere, een jongen van 28 jaar is thuis. De twee jongsten, uit het tweede huwelijk, zijn nog minderjarig. Alle dagen was er ruzie in huis, iets wat met te verwonderen is. Dit was evenwel dijnsdag het geval niet geweest. Ziehier hoe de zaak wordt verteld, altijd in de onderstelling de aangehoudene heeft noch niets bekend dat deze de plichtige zijn zou. 's Morgends ten 6 ure stond de man, die met de kleêren aan naast zijne vrouw te bed had gelegen, eensklaps op, haalde, zoo wordt vermoed, een zakmes (lierenaar) te voorschijn, en bracht de vrouw eene groote snee aan den linkerkant van den hals toe. De ongelukkige, door den plotselingen aanval verrast, schreeuwde om hulp en verdedigde zich zoo goed mogelijk, maar de aanvaller was zonder genade. Hij ging voort met snijden en kerven, zoodat de ongelukkige nog verschillende wonden aan de handen enz. bekwam. Het bloeid vloeide bij stroomen en be smeurde de kleêren van den moordenaar. Op het hulpgeroep van het slachtoffer kwamen de kinderen toegesneld en een vreeselijk tooneel moet toen in de kamer plaats gehad hebben. Het gehuil en ge woel trok de aandacht der geburen en deze snelden toe, om indien het mogelijk was, hulp te brengen, H... vluchtte uit het huis en de gebu ren, meer bezorgd voor het ongelukkige slachtoffer, trachtten deze ter hulp te ko men en brachten haar naar het gasthuis, waar zij dadelijk door de geneesheeren verpleegd werd. Intusschen had men ook de policie verwittigd. MM. De Preter en Seelde, van de rech terlijke policie, kwamen toegesneld, stel den het eerste onderzoek in, en maakten het parket met de zaak bekend. Het slachtoffer werd in het gasthuis bezocht en ondervraagd, doch het was schier onmogelijk eenige inlichtingen uil de ongelukkige vrouw te krijgen, zoo slecht was haar toestand. Terwijl het parket, samengesteld uit den prokureur des konings M. Aarts, den onderzoeksrechter Hellemans en den griffier Gezellen, het onderzoek in het gasthuis voortzette, ging de policie op zoek naar den misdadiger, die nog niet ver gevlucht kon zijn. Hij werd inderdaad een uur later in eene herberg der Kathe- lijnestraat gevonden en aangehouden, zonder dat hij zich met eene enkele po ging daartegen verzette. Hij verklaarde niet te weten, wat men van hem wilde en wist van niets, zegde hij. Toen men hem zegde waarvoor hij werd aangehouden, loochende hij alles, ondanks de bloedvlekken, die hem klaar en duidelijk als den moordenaar aanwe zen. In 't gasthuis en in tegenwoordigheid der vrouw, kon men met de grootste moeite eenige woorden uit haar krijgen, doch door teekens gaf zij te verstaan dat hij plichtig was. En nog altijd bleef H... loochenen. De bloedvlekken op zijne kleêren kwamen voort van eenen val, zegde hij. waarmeê hij zich dijnsdag bezeerd had. Na het bezoek in 't gasthuis bracht men hem naar de plaats der misdaad, doch hier bleef Jie nog even hardnekkig looche nen. Vervolgens werd hij naar de celgevan genis overgebracht. De toestand der vrouw is zeer sleeht. Er beslaet weinig of geene hoop haar te redden. Antwerpen. Vrijdag morgend is er brand ontstaan in eenen kleermakers- winkel, Lombardvest N° 26, en de eige naar, zekere Poels, is er in ingekomen. De kop, armen en bijna gansch 't boven lijf van den ongelukkige waren totaal verkoold. Een schrikkelijk ongeluk heeft dijnsdag in de mijn Belle-Vue, te Amer- coeur plaats gehad. Eene instorting be- graafde vier werkliê, waarvan er twee na de wegruiming der puinen dood wer den opgehaald. De anderen zijn zwaar gekwetst. Conlesenne blijft nog altijd even onvendbaar. Iedereen beweert hem ge zien te hebben. Alleen de policie ziet niets.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1888 | | pagina 2