NIEUWS- EN AANKONOIGINGSBLAD VAN DE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST. Donderdag 19 Januari 1888, 10 centiemen per nummer. 4w2ste Jaar, IV0 2224. ADOLF EN IRMA. ABONNEMENTPRIJS 1 ANNONCENPRIJS Politiek overzicht. Bekentenissen. Plechtige zitting des Gemeente- raads DE DENDERBODE. Jit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 frank 's jaars fr. 3,25 voor zes maanden fr. 1,7b voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Lange-Zoutslraat, N° 10, nabij de Groote Markt, en in alle Postkantoren des lands. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen, Ir. 1,00 Vonnissen op 3' bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdagavond. De onkosten der kwitantiën door de Post ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar. Calque Snnra. AFLST. 18 JANUARI 1888. Rusland-Oostenrijk. Te Berlijn en te Weenen zou men willen dal Rusland het ontwerp neme van onderhandelingen ter regeling der bulgaarsche kwestie maar te St-Petersburg is men van gedacht dat men dit postje zou moeten toevertrouwen aan de Porte, die dan ook de uitvoering van het besluit der mogendheden op zich nemen zou. Men heeft te St-Peterburg de overtui ging,zegt dekorrespondentvanden Temps dat, indien Turkije enkel het voornemen deed kennen \an ernstig op te treden, de Bulgaren zich spoedig zouden onder werpen. De National Zeitung heeft dezer dagen een hevig artikel meegedeeld over de hongaarsche politiek in de Balkans. Dit artikel is zeker een antwoord op de uit dagende interpellaliën in de hongaarsche kamer, waarover de rijkskanselier de grootste ontevredenheid heeft doen blij ken. Ondertusschen zijn de dagbladen van Gallicië opgevuld met bijzonderheden over den onmetelijken oorlogsvoorraad, welke de russische krijgsoverheden in Polen opstapelen. En het officieuse dagblad van Warschau deelt meê dat er in de lente van dit jaar een aanvang zal genomen worden met de bouwing van ongeveer 80 kazernen, langs henen de pruisische grenstwee regi menten zullen ook in hel gouvernement Lomza gelegerd worden. Eene nieuwe militaire baan zal het gouvernement Volhynië aan Podolië verbinden. En dit alles terwijl den czaar niets dan vrede kent en de russische pers aan een aanstaanden oorlog geen geloof slaat. Vrede.— De czaar antwoordende op de gelukwensching van de stad Moskou, in èenen brief aan prins Dolgoroukoff, drukt het stellig en vast vertrouwen uit dal het loopende jaar, een jaar zal zijn van vrede en voorspoed. Die verklaring heeft den besten indruk gemaakt. Berichten uit Londen. Uit Weenen wordt aan den Standard gemeld dat de regeering voornemens is de delegatiën bijeen te roepen in mei, in gewone zit ting. In gewone tijden heeft die bijeen roeping slechts in den herfst plaats. Die vroegtijdige oproeping, in verband met den toestand van Europa, boezemt vrees in. Het tweede legerkorps van den Kauka- sus zou bevel hebben gekregen, met an- NOVELLE. «O» (4de Vervolg.) Zoo zei Belli verbaasd, en wat schrijft de ongelukkige jongen Dat hij vandaag komen zal om mijne hand te vragen, cn dat hij hoopt tc zullen gelukken Vandaag, zei Beth, waarom komt hij dan niet? Begrijpt ge 't nu, Beth vervolgde 't meisje, ik moet weigerenik moet..,., ik moet En zij drukte de beide handen als ontzind voor de oogen. De meid haalde de schouders op en pinkte een traan weg. Maak u in alle geval gereed, zegde zij, men zal u seffens komen roepen Beth vertrok, en 't meisje stond nog in dezelfde houding, wanneer een oogenblik later moeder Ste vens verscheen. Irma, zegde deze, kom eens bij mijnheer Dpmmers die heer zou u gaarne spreken. Ongetwijfeld bemerkte de vrouw zeer wel de onstelteuis barer dochter, maar zij scheen er toch geen roedelijden voor te gevoelen en wanneer Irma haar droef verwijtend aankeek, greep zij deze bij de band, en leidde ze als een kind mede naai de kamer. Wel goeden dag, lieve juffer Irma riep een heer, die nevens Jan Stevens was gezeten, doch nu bij 's meisjes intreden, eerbiedig rechtstond, haar naderde en... hartelijk omhelsde. Dag mijnheer Dommers had 't meisje geant woord in de grootste verwarring, en zij had zich dan, schijnbaar kalm, nevens hare moeder ge- dere ruiterijkorpsen af te zakken naar de ooslenrijksche en rumeensche grenzen. Te Weenen, zegt de korrespondent, is men vast besloten, zoodra het legerkorps van den Kaukasus afzakt, machtige (roe penkorpsen naar de grens te sturen. Dezelfde korrespondent seint nog dat Turkije vast besloten is niet op te treden in Bulgarie, zelfs al gaven de mogendhe den daartoe liet bevel. De koning verbiedt hel. Men schrijft uit Milaan dat koning Humbert aan prin ses Clolilde verboden beeft een geschenk aan den H. Vaderte zenden. De man moet dus al heel lastig zijn De prinses heelt, na dit bevel, enkel eenen brief van ge lukwenscbing aan den Paus geschreven. Rome. De Paus heeft dijnsdag den aartsbisschop van Mechelen en de bis schoppen van Namen en Doornik ontvan gen. Wat de liberalen in België niet durven bekennen dat schrijven zij aan hunne bladeren in Frankrijk. Zoo leest men in de République Fran^aise in de briefwisse ling uit België i De grootste moeielijk- heid voor de liberale partij in België zit hier in dat onze toestand vol condradic- tiën is. De Kérk veroordeeltdemoderne vrijheden wat moeten wij nu doen Ons gansch afscheuren van de Kerk Maar noch volk noch familie kunnen zonder Godsdienst leven. Men dacht dat de politieke invloed van den Godsdienst te niet was. De feiten bewijzen ons blaarblijkelijk dat wij in dwaling verkeeren. De werking van den Godsdienst op de volkeren is niet le ontkennen. De staat moet op den duur steunen op de Kerkanders valt de Staal in den ellendigsten toestand en vindt noch. vrede noch vasten stand. Ziedaar wat die liberale schrijver aan het franscbe volk vertelt maar hij zal zich wel wachten die waarheden aan zijne vrienden in België voor te houden. Hij ziet dat Frankrijk tot over de ooren in modder en slijk zit, omdat Frankrijk den Godsdienst op Staatkundig en Staat huishoudkundig terrein wil wegcijferen. Hij geeft goeden raad aan de ellendige Fransche Republiek, maar hij begrijpt niet of hij wil niet begrijpen dal België het zeilde lot te wachten staat indien de liberale partij hare ongodsdienstige plan nen kon uitwerken. Wij, katholieken, wij weten en wij verkondigen de waarheden die deliberate schrijver nu voorhoudtmaar wij zijn er niet kwaad om dat de liberale schrijvers de oogen wel moeten opendoen al zij maar willen. plaatst. Mijnbeer Dommers moest ten minste den ouder dom hebben van Jan Steven, doch was op verre na zoo frisch en kloek niet meer. Goedheid en op rechtheid stonden op zijn gelaat te lezen, en die hoedanigheden waren liet, welke den ongehuwden ouderling die talrijke vrienden hadden gewonnen, lke hem als nauwe bloedverwanten waren ver. klcefd gebleven. Hij bezat eene fortuin, die op drij honderd duizend franken mocht worden geschal, sedert jaren besteedde bij daar nagenoeg al de intresten van om ongelukkige ambachtslieden op te helpen. Wij weten reeds wat verplichtingen ook de familie Stevens luid aan dien edclmocdigen volksvriend. - Mejuffer Irma, alzoo begon de heer Dommers, toen allen een oogenblik hadden gezwegen me juffer Irma, ik heb van uwe ouders oorlof gekregen u tc onderhouden over eene zeer gewichtige zaak. Reeds over jaren sprak ik met hen over een huwelijk tusschcn u cn mijn neef, den notarisklerk, die sedert hier, nu cn dan een bezoek is komen af leggen. Wij hebben echter 't beslissen der zaak ver schoven tot op den dag van heden. 't Meisje keek zuchtend op naar hare moeder zij begreep maar dien rustigen blik niet, waarmede deze haar beschouwde. - Uwe moeder echter, vervolgde de spreker, meent le hebben opgemerkt, dat mijn voornoemde neef u niet al tc wel bevalt. Het schijnt, dal gij evenmin als veel anderen verdragen kunt dat een notaris-klerk wal wind maakt, cn hel hoofd wat opsteekt, als hij over straat gaat, als of de onge lukkige, die altoos met gespannen lijf en gebogen kop voor zijn' lessenaar staat, zich buiten niet eens vrij mocht bewegen De echtgenoten Stevens lachten hartelijk om Stad Aalst. Maandag jl. heeft, gelijk wij het hebben aangekondigd, om drij ure des namid dagster groole feestzaal van het Stadhuis, de plechtige zitting van aanstelling der bij de laatste kiezing herkozen en nieuw- gekozen Raadsleden en de verkiezing der heeren Schepenen plaats gehad. Voor het openen der zitting voert onze Koninklijke Harmonie een vroolijk aria uit. Dan verklaart de heer Burgemeester de zitting geopend. De heer Sekretaris geeft lezing van 't proces-verbaal der kiezing van 16 Octo ber II. en van de artikels der nieuwe wet betrekkelijk debenoemingder Schepenen. De herkozen en nieuwgekozen Raads leden leggen beurtelings den grondwetle- lijken eed al in de Vlaamsche taal en de Burgemeester verklaart hen in hun ambt aangesteld. Vervolgens gaat men over tot de ver kiezing der heeren Schepenen. De heer Burgemeester doet bemerken dat, naar eisch der wet, de verkiezing d(Sche penen hij afzonderlijke stemming voor iederen openstaanden zetel moet gebeu ren. 1° Benoeming van één eersten Schepen in vervanging van den heer De YVolf-Coe- voet. 13 leden zijn aanwezig. M. De Wolf-Coevoet wordt als eerste Schepen uitgeroepen met 1-2 stemmen en 1 wit briefje. 2" Benoeming van één tweeden Sche pen, in vervanging van M. Emiel Borre- man. 14 leden nemen deel aan de stem ming. M. Emiel Borreman wordt tot tweeden Schepen benoemd met 13 stemmen en 1 wit briefje. 3° Benoeming van één vierden Schepen in vervanging van M. Montils Frans. 15 leden drukken hunne stem uit. M. Leo Gheeraerdts wordt tot vierden Schepen gekozen met 12 stemmen. MM. Verbrugghen, Schepen,en Vander Haegen bekomen elk ééne stemverder is er één wit briefje. De heeren Schepen zweren dan bij verdere kiezingen de stemmen getrouwe lijk te zullen opnemen en 't geheim der stemming te bewaren. De benoemingen worden door 't aan wezig publiek geestdriftig toegejuicht. Onze Koninklijke Harmonie vereert de nieuwe gekozen Schepenen met een uit muntend fraai aria. M. VanWambeke, Burgemeester, sprak alsdan de volgende redevoering uil op de welke wij de bezondere aandacht onzer geachte medeburgers inroepen dien kwinkslag an den ouden heer hij Irma ver toonde zich alleen een stille grimlach zij begreep niet waar men heen wilde, en zal met gespannen aandacht te luisteren. De lieer Dommers hernam Nu, juffer Irma, dewijl gij in deze zaak de groole stem hebt te geven, hebben wij 't huwelijk met voornoemden neef maar op zijde geschoven wat dnkt u daarvan Nu ja, hoe vindt ge dat, Irma vro6g de moeder, haar tevreden toelachend. 't Meisje begon lichtjes te blozen cn drukte dankbaar de hand, welke de vrouw haar toestak. Eer ik u verder spreek over onze bedoelingen, vervolgde de oude heer, moet gij mij toelaten, mejuffer Irma, u eerst eene korte geschiedenis te verhalen. Over zulke dertig jaren, neen 't is langer, maar liet doet er niet aan nu, over zooveel jaren leefde mijn oudste broeder nog. Hij had betrekkingen met een hurgcrsnieisje zonder fortuin, en... uit die betrekkingen werd een kind geboren. Wanneer mijn vader zijne toestemming bleef weigeren tot een huwelijk met dat meisje, begon mijn ongelukkige broeder dit zoo fel in zijn hoofd te steken, dat iiij uitzinnig werd en korts daarna stierf. Niemand van ons dacht er nog aan, om naar 't arm meisje cn haar kind om tc zien Wij kendeu ze ook slechts van naam, want zij woonde in eene vreemde stad. Verheeld u mijne verbaasdheid, wanneer, over eene goede maand in Antwerpen zijnde, cn met een vriend de tecken- school gaande bezichtigen, ik daar, in eenen der beste leerlingen van 't vak der bouwkunde, het olmaakt evenbeeld mijns broeders aantrok. Ik kon het niet nalaten den jongeling te ondervragen over zijn naam, familie, geboorteplaats hel was zoo, ik stond voor het onwettig kind mijns ongclukki- gen broeders Nu rees er eeu gedacht iu mij Mijnheeren Het is nu voor de vierde maal dat ik de eer heb de nieuw gekozen leden van den Gemeenteraad in hunne bediening aan te stellen ingevolge de wetsbepalingen. Eenen toestand wijzigende die,sederH836, dus sedert eene halve eeuw,beslaat, heeft het katholiek ministerie, ter vervulling van zijne beloften, aan den Gemeenteraad het recht verleend om,zonder detussehen- komst van het hooger bestuur, de Sche penen in zijnen schoot te kiezen. Ten gevolge dezer ontvoogding, zijn wij voortaan ontslagen benoemingen le zien gebeuren, die tegenstrijdig zijn met den geest die de meerderheid bezielt. Met fierheid mogen wij zeggen dat wij hier de ware vertegenwoordigers der katholieke bevolking van Aalst zijn, en wij willen deze gelegenheid niet laten voorbijgaan zonder onzen dank te betui gen aan allen die ons met bun vertrouwen hebben vereerd; zij mogen verzekerd we zen dat wij allen, alles zullen aanwenden om dit vertrouwen te blijven verdienen. Sedert 1866, beeft onze denkwijze de meerderheid in den Gemeenteraad, en, sedert 1872, zijn alle de Gemeenteraads leden van de zelfde gezindheid nooit is er tusscben ons eenig verschil ontstaan, en wij mogen met trotschheid wijzen op alle de werken die sedert dit tijdstip in onze stad werden gesticht. Niets is verzuimd geweest om in de behoeften van het openbaar onderwijs, van den koophandel, van de weldadige gestichten te voorzien. Er is geene stad in België waar meer gestichten van het lager en middelbaar onderwijs beslaan. Met de geestelijke overheden hebben wij altijd, zonder iemands rechten te krenken, de beste betrekkingen gehad, en door de welwillende medehulp der dienaars van den godsdienst heeft men hier de goede faam onzer Vlaamsche be volking kunnen bewaren. Wat de openbare en nuttige werken betreft, mogen wij zeggen dat de stad Aalst den grootsten voortgang heeft ge daan. Ziet eens wat al stralen werden geopend/Ziet de voltrekkingen der wer ken aan het oud stadhuis die een der schoonste juweelen van Vlaanderen is. Ziet de overdekte markt, de zwemkon, de nieuwe statie voor koopwaren, de nieuw te stichten kaaien ter lengte van 600 me ters, aan de Werf, aan de Zaat, de twee nieuwe le bouwen bruggen, de nieuwe laan die de Zeebergbrug met de gene van Ste-Anna verbindt, en welke de siad zoo verfraaien. Ziet de menigvuldige kassei- banen op Mijlbeke en Schaarbeke, waar aan wij meer dan drij honderd lranks besteed hebben. Ziet de nieuwe voetpaden op, een gedacht dat nog versterkt werd door al 't goede, dat de Bestuurder der tcekenschool mij over zijnen leerling zegde ik moest den jonge ling zooveel mogelijk herstellen in zijn natuurlijk rechtEn dat heb ik gedaan, mejuffer Irma ik had de helft van zijns vaders erfdeel ik heb hem in 't bezit daarvan gesteld cn dewijl mijne zuster, de moeder van den notaris-klerk, die de andere helft bezit, geweigerd heeft dit aan den jongeling terug te keeren, heb ik dezen lot mijn cenigcu erfgenaam gemaakt, en hem alzoo dat on recht vergoed O dal is schoon, edelmoedig gehandeld, zei •t meisje, die, wellicht aan Adolf denkend, niet kon nalaten recht te staan, om, naar 't voorbeeld baars vaders, den goeden ouderling de hand te gaan drukken Dat zal de Heer u looncn zegde zij. O, reeds hen ik daarvoor beloond, sprak mijnheer Dommers, terw ijl hij hcurc hand gedrukt hielden nu ook oprees Ik hen daarvoor beloond, want hij heeft mij een'necf geschonkcu, die inij als een eigen kind is verkleefd een neef, juffer Irma, zoo braaf, zoo oprecht braaf, dat ik heui wel volkomen gelukkig wou zien En gij, miju kind, gij allecu kunt hem dat geluk schenken met deze hand Er ging eene rilling door de ledematen van Irma, en zij staarde gansch verlegen naar heurc moeder, naar beuren vader, welke beide met tranende oogen nevens mijnheer Dommers waren gekomen* Beiden luchten haar gedurig toe. Zie maar gerust naar uwe ouders, mijn kind, vervolgde dc heer Dommers, zij hebben reeds hunne volle toestemming gegeven Alleen dc uwe nog, en... Maar, mijnheer, zei Irma augstigik kan, ik mag nietik ken zelfs den neef niet eens die in den loop van het jaar bijna zullen voltrokken zijn. Ziet de nieuwe kerk van St-JozefBeschouwt dat alles en be oordeelt ons Alle de iogensen lasteringen die tijdens de laatste kiezing tegen den Gemeente raad werden verspreid,hebt gij door uwe kloekmoedigheid en uwe stemmen verij deld en vernietigd ze zijn als rook ver dwenen Maar om de ongegrondheid van de kwaadwillige aantijgingen tegen het bestuur, wat aangaat den geldelijken toe- onzer Stad, te doen uitschijnen,zullen wij in eenige woorden het verslag voor pogen brengen dat door den heer Monlils is opgemaakt. Dit verslag stelt vast dat geen bestuur een voorbeeld kan leveren van zulk eenen krachtigen spoorslag als dien welken door ons bestuur werd gegeven aan de openbare werken. Deze aanzienlijke wer ken kunnen wij verrichten dank zij den uitmuntende toestand onzer geldmidde len, iets wat wij verschuldigd zijn aan voortreffelijke maatregels van spaarzaam heid en bezonderlijk aan de ieverige en ervaren medewerking van den achtbaren gewezen Schepen deriinanciënM. Monfils. Wij kunnen al die uitgestrekte ontwer pen uitvoeren met de verzekering geene nieuwe lasten te moeten heffen en zonder ons bloot te stellen van 't evenwicht der begrootingen in gevaar te brengen. Laat mij deze gelegenheid te baat ne men, om uit naam van den Gemeenteraad en van gansch onze bevolking, den heer heer Monlils te bedanken over de uitmun tende diensten welke hij,sedert 1866, aan de Stad bewezen heeft. Allen betreuren wij zijn ontslag, en hopen wij dat M. Mon lils in alle omstandigheden,ons nog meer bewijzen van zijne verkleefdheid aan onze Stad en aan de katholieke denkwijze zal geven. Wat onzen geldelijken toestand aangaat, achten wij ons gelukkig dat die gewone ontvangsten de gewone uitgaven over treffen daarenboven mogen wij er ons aan verwachten dat deze toestand nog zal verbeteren. Verders is het onze weusch dat de werkende klas meer middels van bestaan in het werk zal vinden, en dat onverwachte en overgroot© uitgaven onze geldmiddelen niet iu gevaar zullen bren gen. De buitengewone ontvangsten be dragen de aanzienlijke som van vijfhon derd drij en negentig duizend vier en negentig frank en deze laat ons toe de verschiliige openbare werken tot stand te brengen welke iu dit verslag zijn aan geduid, als de voltrekking der vopluaden, liet openen van niéuwe straten, ;en het maken van onderaardscbe goten. waarvan gij spreekt Zoo gij kent Iieiu uict lachte de oude heer, dat zullen we gaan zien Neef Neef De kamerdeur werd open gedaau door Beih welke met don voorschoot over hare wangen wreef, en Adolf de Rudder h ad met van vreugde glan zend gelaat binnen. Hel is onmogelijk den indruk le beschrijven, weiken deze verschijning op allen, doch vooral op T meisje deed ook de jmigeiidg bleef getroffen slaan. Mijnheer Doi^you* bad cell ier Irma bij de hand genomen, en, iuet laar tot Adolf naderende, zegde hij, zoo goed als de ontroe ring het hem toeliet Neef Adulf, dat meisje is koppig, maar wij zullen haar dwingen om gelukkig Ie worden Daar, mijn jongen, omhels uwe bruid En hij wierp 'l meisje in 's joiigelings armen. Een oogenblik van zalige stille olgde en de zoele tranen, welke nu stroomden, zegdcu nicer dan de schoonste, krachtigste worden. Eenige stonden later, toen de ontroering was ge stild, werden sciiikkiugeu genomen om 't huwelijk met l'aschcn te laten plaatsgrijpen. Toen er vervolgeus over 't verledene werd ge sproken, verhaalde Adolf 't gebeurde met den mantelstok. Moeder, zegde hij, zoo zeer overtuigden mij uwe woorden van mijne minderheid, dal ik be sloot, kost wat kost, de mij ontbrekende geleerd heid te bekomen. Eu na twee jaren arbeid en on gelooflijke inspanning ben ik daar ejudelijk in ge lukt. Begrepen alle werklieden maar Tiet belang an 't onderwijs voor bunne kinderen EINDE.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1888 | | pagina 1