RECHTERLIJKE KRONIJK.
l)i ama van Stambrugge. Onze le
zers zullen zich nog de bijzonderheden
herinneren, van het gevecht tusschen
wildstroopers en de jachtwachters van
den prins de Ligne, en waarbij dooden
en gekwesteu bleven.
Vrouwen van gedoode wildstroopers
hebben eenen eisch tot schadeloosstel
ling voorgebracht.
l)e zaak werd maandag voor het be
roepshof behandeld en eene menigte ge
tuigen werden ondervraagd. Velen der
getuigenissen zijn zeer tegenstrijdig aan
elkander.
Het schijnt dat de handelwijze der
jachtwachters van den prins verre van
onberispelijk is geweest, ten minste vol
gens de verklaringen der gendarmen.
Een der gedoodde boeren was, naar
het schijnt en door en door braaf man,
wien men niets ten laste kan leggen dan
zijnen ontembaren drift voor de jacht en
de wildstroeperij, iets wat schier aan het
geheele dorp eigen is.
De betichte jachtwachters zijn vrijge
sproken.
Denderleeuw den 27 Februari 1888.
Dat anderen den lijklof zeggen van
groote mannen, van rijken en geleerden,
van goeden ot boozen, en de boozen
worden dikwijls meest geprezen ik wil
heden mijne smart,door het afsterven van
eenen nederigen werkman, gevoeld, be
daren met de levensbrief te schrijven van
den goeden vriend die door allen zoo zeer
betreurd wordt.
Fredericus Van den Brande, hier en in
de omstreken van ouds wel bekend onder
den naam van Kolieken, werd te Dender
leeuw geboren en was de jongste van een
talrijk huisgezin. Met de godsdienstige
gevoelens erfde hij van zijne ouders, voor
allen schat, de liefde, de plicht, de nood
zakelijkheid van het werk. Ook van zijne
teederste jongheid, gedurende bijna zes
tig jaren, waren hij en de zijnen, het
dagelijks biooden hun bestaan aan zijnen
handenarbeid verschuldigd. Eerlijk ge
wonnen gematig en spaarzaam verbruikt.
Kostbare en zeldzame hoedanigheden die
hier vereenigd waren. Nooit faalde hij
aan God, noch aan zijne meesters en in
den zeer langen strijd om het leven in dit
soms bitter doch gelijkkig bestaan, vol
bekommernissen en onzekerheid, bleef
hij zijne klanten getrouw en verwisselde
nooit, in den lijd dat de werkmanstoe
stand hoog geklommen was, tegen groote
maar tijdelijke winsten, zijnen ouden
plaatselijken maar redelijken dagloon.
Door al zijne handelingen was hij als een
toonbeeld van den kristenen werkman
en zooveel te waardiger dat denzelve, op
onze tijden van maatschappelijke ontbin
ding, nog zelden aangetroffen wordt. Zie
daar de werkman.
Moet ik ook de trouwe vriend en gezel,
de onbesprekelijke echtgenoot en huisva
der afschilderen In bezit van eenige
bekwaamheid, boven zijnen stand en bo
ven zijnen tijd, dank aan eigene pogingen
en zelfsondericht, begaafd met eene
natuurlijke en geoefende gemanierdheid,
was Ons geestig Kolieken in de beste
huizen ontvangen onthaald en gevierd
maakte dikwijls alleen het vermaak en
leven eens gezelschap uit en verwekte
geestigheid waar koele zwaarmoed
heerschte. Als lid der Kerzangers Maat
schappij van dewelke hij altijd gedurende
bijna oG jaren deelmaakte, laat hij on-
uitwischbare herrinneringen van zijne
broederlijke en ongestoorde omgangen...
En in het huisoudelijk leven Hoor eene
ontroostbare weduwe hoor vijf wel op
gevoede kinderen, de liefde, de verslaafde
liefde, de rustelooze bezorgdheid melden
van eenen echtgenoot, van eenen vader
die slechts rust genoot wanneer vrouw
en kinderen gelukkig waren en hij voor
hen niets meer verrichten kon.
Kolieken in uw leven heb ik menig
maal om uwe spreekkraan te openen en
uwe geestigheid op te wekken, u getergd,
gekwollen verbitterd. Dit was mijn ver
zet en ook het uwe. Ik heb u leeren ken
nen van binnen en van buiten en in al de
gesteltenissen van uw lever. eh wel
bij de uiterste sluiiingvan onze veertig
jarige onderhandelingen, door de aandoe
ning getroffen, schrijf ik u deze getuige
nis, welke door al die welke u kenden
zal bevestigd worden Gij hebtvolgens
staal, uwe zending hier op aarde vol-
maaklelijk vervuld, voor samenleving en
Gods glorie gearbeid, geleden en gestre
den ook mochtet gij zonder schrikken
den gang der Eeuwigheid intreden die u
in het verblijf der Gelukzaligen bracht
alwaar wij hopen u te zullen wederzien.
Moehte deze welverdiende lofspraak
de bedrukte famillie vergoeden voor den
smaad haar door onvoorzichtigen en
gemeenen straatklap aangedaan en die,
ik zeg het vlakaf, niet waardig is aan
hoord te worden. J. V.
Dagboek.
Het bezoek van eenen bisschop of
generaal van een kloosterorde was in de
verledene eeuw een buitengewoon feit.
Zoo treffen wij in ons dagboek de be
schrijving aan des bezoeks van den gene
raal der Capucienen aan onze stad in
October 1751. Wij schrijven het verhaal
letterlijk over
Op den 12* dito is tot Aelst in het
t capicynen Clooster geariveert hunnen
generael met synen secritaris en twee
freers met dry muylesels de broeders
sittende elk op eenen en de 3' met hun
begasie, ende den generael met nog
andere paters syn gebrogt in koeytsen
van Gend ende soo voorts van Roomen
en van clooster tot clooster geheel het
cristendom door, die van Gend hebben
hem gebrocht naer Aelst,maer d'heeren
van het Magistraet vau Aelst met nog
andere heeren hebben hem metcoetsen
ingehaelt tot omtrent Oordegem en hij
heeft geseten in de koets van Mijnhr
Ralenende geweest tot 5 koetsen, den
borgemeester Vaillin was aen het
hoofd met syne koets, ende de studen-
ten van Aelst alle te peerde en al aerdig
gekleed reden rond de koets van den
generaal, ende aen het hoofd eenen met
den standaert van 0. L. V. van de
werf. de complimenten syn gedaen
door den heere greffier van Aelst G.
«VandeDonck, den 15® dito is hij (de
t generaal,) vertrokken naer de abdye van
Affligem en tot Aelst syn hem te ge-
moet gecomen 150 mannen van omtrent
de selve abdye, en in de abdye is hem
komen besoeken onsen aerdsbisschop
t van Mechelen ThomasPiiilippusd'Alsa-
t ce de Bossu, enz. enz. en van daar is
hij (altijd de generaal) vertrokken naer
Brussel
Op 16 October, zegt verder onzen dag
boekschrijver, hebben wij over de vier
dagwant haver gebonden en ingedaen,
synde nog geheel goet.
Wij hebben er niets tegen dat't Verbond
wel eens dal of gene van ons dagboek
overneemt, maar waarom niet aangewe
zen dat men het uit Den Denderbode
heeft geknipt
ALLERHANDE NIEUWS.
Vlaamsch in den gemeenteraad van
Brussel. In de zitting van maandag
werd door M. Allard eene interpellatie
gedaan, om te protesteeren legen het
besluit van den burgemeeeter, waardoor
bevolen wordt dat het onderwijzend per-
sonneel verplicht is, binnen een bepaal
den tijd in staat te zijn lessen in de twee
talen te geven.
Die maatregel, zegde M. Allard geeft
een merkelijk voorrecht aan de Vlamin
gen en Flaminganten. Hel College gaat
een gevaarlijken weg op, den weg der
onwettigheid, want de beslissing strijdt
met den geest der koninklijke besluiten.
Zoo doende levert men ons onderwijs
aan de vlaamsche beweging over, zegde
M. Allard.
De redenaar viel geweldig uit tegen
hetgeen hij de overdrijving der Vlamin
gen noemt, en wil niet dat men het
vlaamsch als eene nationale taal behan-
dele
Het College en verscheide raadsleden
lieten echter dien uitval niet zonder pro
testeeren voorbijgaan.
MM. André en Buis hebben M. Allard
duchtig op zijne plaats gezet en met de
puntjes op de i bewezen dat hij.... abuus
was.
Na eene levendige beraadslagingen
werd het vraagpunt naar de sekties ver
zonden.
Dood van kapitein Van de Velde en
luitenant Warlomont. Eene schrikke
lijke tijding, zegt de Gazette van Gent, is
zaterdag avond aangekomen. Twee offi
cieren van het belgisch leger, kapitein
Lieven Van de Velde, en luitenant Karei
Warlomont, zijn in Congo overleden.
Kapitein Van de Velde is te Geut, al
waar zijn ouden vader en zijne familie
woont, zeer bekend en telde er talrijke
vrienden. Het is hij die ons den jongen
negerprins Sakala aanbracht en hem als
leerling in onze middelbare school deed
opnemen. Het is hij die hier in verschil
lende maatschappijen, zeer boeiende voor
drachten gaf over Congo. Op verzoek der
gentsche afdeeling van het Willemsfonds
hield hij er alhier in het Metershuis en in
verschillende steden, waar afdeelingen
van het Willemsfonds bestaan.
Kapitein Van de Velde was een dapper,
verkleefd, edelmoedig soldaat geene
moeilijkheid kon hem afschrikken. Hij
deed drie reizen naar Congo. Bij zijn
eerste verblijf aldaar werd hij opperbe
velhebber van Vivi benoemd en was hij
de voornaamste agent van Stanley. Het
was tijdens dit verblijf dat hij de stand
plaats van Manyanga stichtte en den loop
der Quilliou-rivïer naging.
Bij zijne tsveede reis in 1885 maakte
hij in gezelschap van den ingenieur Pe-
tilbois van Luik het plan op van den
rechteroever van den Congostroom. Hij
kwam op het einde van 1885 naar België
terug en zijne vrienden, die opmerkten
hoezeer zijne gezondheid verzwakt was,
deden alles om te beletten dat hij nog
naar Congo terugkeerde.
Het hielp niet. Den 23 oclober 1887
verliet de onverschrokken landonderzoe-
ker opnieuw Antwerpen aan boord van
den stroomer la Lys. Ditmaal Was hij ge
last om het bestuur te gaan op zich nemen
van de strijdkrachten te Stanley-Falis en
om Tippo-Tib te gaan bewaken. Het is
te Leopoldville dat kapitein Van de Velde
aan buikloop overleden is. Hij was nau
welijks 38 jaar oud. Zijne dood is een
harden slag voor zijnen ouden, blinden
vader het is zijn tweede zoon. die ginds
ver het leven laat. Over eenige jaren im
mers overleed in Congo luitenant Van de
Velde, in den jeugdigen ouderdom van
25 jaar. Het is ook een harde slag voor
den jongen Sakala, die aan kapitein Van
de Velde zeer gehecht was en hem als
een tweeden vader eerde en beminde.
Luitenant Karei Warlomont. was te
Brussel den 18 november 1857 geboren
en was dus 30 jaar oud- Hij vertrok den
2 februari 1887 naar Congo en vervulde
er eerst het ambt van secretaris van den
algemeenen gouverneur later werd hij
aangesteld bij het toezicht over de lijn
van Vivi naar Masyanga, en daarna bij
het kommissariaat van het distrikt Lou-
koungo. Daar hij ziek werd, riep men
hem naar Boma terug, en het is daar dat
hij overleden is als adjunct van den be
velhebber der openbare macht.
Karei Warlomont was de zoon van
dokter Warlomont, voorzitter der akade-
mie van geneeskunde.
Een bediende der gevangenis heeft
ontdekt dat Marie Moermans het middel
bezat om in hare gevangenis met Vander
Zande eene briefwisseling ie onderhou
den. Hij beeft namelijk een tamelijk lan
gen brief ontdekt, die zij op haren zak
doek geschreven had en die door hare
moeder met bet wekelijksche wascligoed
werd afgehaald en dan waarschijnlijk
aan den onwndbaren dief ter hand ge
steld. Het parket heeft dezen brief/akdoek
in beslag genomen. Een nieuwe diefstal,
Joor de mannen dier bende gepleegd,
heeft de policie in beweging gebracht en
eene huiszoeking noodzakelijk gemaakt.
Op verzoek van de fransche justicie
heeft men te Molenbeek een persoon
aangehouden, die in den nacht van 14
op 15 dezer maand te Saint-Maur, in
Frankrijk, eene gruwelijke misdaad zou
gepleegd hebben. De aangehoudene is
onder belichting van landiooperij in de
gevangenis opgesloten, en ter beschik
king van het bevoegde gerecht gesteld.
De kiezing van M. De Clercq tot
volksvertegenwoordiger van Brugge heelt
maandag plaats gehad. Daar de liberale
partij niet opkwam, werd er schiergeene
beweging in de stad opgemerkt. 767
stemmen waren er op den kandidaat
uitgebracht.
Moedige ouderling. Men weet dat
de gemeente Ruddervoorde, in West-
Vlaanderen den oudsten kiezer van Bel
gië tusschen hare inwoners telt, namelijk
de honderdjarige M. Van Renterghem.
Dat die man nog kloek en moedig is,
blijkt uit het volgende
In den loop der verledene week dron
gen dieven in zijne woning. M. Van Ren-
teghem, die een zeer fijn gehoor heeft,
nam zijnen revolver, schoot en trof eenen
der indringers. Hij vatte hem bij den
kraag en leverde hem aan de policie
over.
En zeggen dat de man 105 jaren oud
is.
HOLLAND.
Het nederlandsch blad Meier. Cl.,
meldt de volgende treffende geschiede
nis
Te W... woont een man die drij ver-
kens in 't kot zitten heeft.
Het verkenskot is dicht tegen het
huis, en men kan de verkens zeer wel
liooren knorren, natuurlijk meest als zij
honger hebben.
In de laatste dagen merkte de boer
op, dal de verkens 's avonds als zij bun
eten reeds gekregen hadden, even knor
rig bleven als te voren.
«x Dien ten gevolge gelastte hij zijnen
knecht, des avonds als hij bet eten ge
bracht had, zich in de nabijheid le ver
bergen, zoo dat hij bet oog op den ver-
kensbak kon houden, om te zien wat er
gebeurde.
Na eenen oogeblik wachtens, zag de
knecht iemand naar dien bak komen, die
met eene kan het verkenseten uitschepte.
De man verdween er meê, en de knecht
verhaalde aan zijnen baas wat hij gezien
had,
De baas zeide Daar moet ik meer
van weten, en hij gelastte den knecht
den volgenden avond weêr de wacht te
houden en den man na te gaan.
De knecht hJeef weêr op post.
Dezelfde persoon kwam terug, nam nog
maals het verkenseten weg,en verdween.
i De knecht ging hem stilletjes ach
terna, zag de deur van eene arme hut
opengaan, en door het raam, dat geene
houten afsluiting had, zag hij de kan op
het vuur warm maken, daarna op tafel
zetten, en door de huisgenooten werd
de verkenskost geëten
Nu wist de knecht genoeg en vertelde
zijnen baas wat k*| gezien had. Deze
ging zelf naar het huisgezin toe en zorgde
voor beter eten, ook in de toekomst.
Dit verhaal doet de ronde, en de
namen der personen worden genoemd.
Dat er tegenwoordig, ook in den omtrek
van Eindhoven, groote armoê en gebrek
wordt geleden, valt niet te betwijfelen.
FRANKRIJK.
Een boschbewoner. Over eenige da
gen is te Fontaiuebleau een zonderling
man, Nazareth-genaamd, gestorven.
Over vele jaren, men weet niet van
waar te Fontainebleau aangekomen, ves
tigde hij zich in hel bosch. Zijne kleeding
bestond uit lompen, en zijne wit-gele
haarlokken waren in zonderlinge schik
king op zijn hoofd gebonden, zoodat hij
weldra de algemeene aandacht gaande
maakte.
Hij koos zich in het bosch vierboomen,
waarvan hij de onderste takken te samen
bracht, en bouwde daarop zijne woning.
Zonder eenige hulp had bij al de materi
alen voor zijnen nest omhoog gehaald,
en toen het werk verricht was, maakte
die nieuwe Robinson eene leêr met eenen
staak, zooals men er in de vogelkooien
aantreft. Daarmede klom hij naar boven,
en wanneer hij binnen was trok hij de
ladder omhoog, zoodat men hem bijna
niet meer kon bereiken.
Dat zonderling luchtkasteel werd aan
al de vreemdelingen, die naar de stad
kwamen, als eene curiositeit getoond,
De genaamde Joseph L..., 32 jaar
oud, wonende op den Boulevard de la
Vileltc, te Parijs, hield verleden dijnsdag
namiddag op de quai de laRapée de voor
bijgangers staan en wilde met hen wed
den dat hij in de Seine zou springen
en er in blijven.
De menschen, ziende dat de man dron
ken was, zetten hunnen weg voort zon
der hem te antwoorden. Eindelijk werd
Joseph L... kwaad en riep uit Ehwel!
Ik wet met... mijn eigen zeiven... dat ik
in het w... water zal springen a
Hij klom op de borst veer der brug
Tolbiacen sprong inderdaad in de Seine.
Eenige scheepslieden sprongen hem ach
terna eu gelukten er in, hem levend op
den oever te brengen.
Maar door de overgroote koude had
Joseph L... het bewustzijn verloren en
hij werd in zeer bedenkelijken toestand
naar het Sl-Antoniusgaslhuis gebracht.
Is het een zonderling gedacht met
zijn eigen zeiven eene wedding aan te
gaan van in het water le springen, het
is ook niet alledaags zich op eene bran
dende stoof, tot boven toe met kolen ge
vuld, slapen te leggen.
'tls nochtans hetgeen vrouw D. in
haar logement, rue du Paradis, 49, te
Parijs, dooddronken zijnde, gedaan heeft.
Zoo braadde zij langzaam sedert eeni
ge ©ogenblikken, toen de geburen, den
rook langs de deurspleten ziende uitko
men en den reuk van verbrand vleesch
gewaar wordeude, de deur instampten.
Vrouw D... was reeds in erbarmelijken
toestand haar rechter arm was bijna
gansch verkoold, en hare kleederen en
haren stonden in brand.
Een geneesheer in aller haast geroe
pen, beval de overbrenging naar het hos
pitaal Lariboisière waar de afzetting van
den arm noodig geoordeeld werd.
Sneeuw. Langs alle kanten wor
den ongelukken gemeld door de over
vloedige sneeuw veroorzaakt. In Frank
rijk, Spanje, Zwitseland en Engeland is
de toestand nog immer dezelfde.
Bijna al de buitenlieden zitten in hunne
dorpen gesloten en kunnen de steden niet
bereiken.
De gemeenschap met de treinen is al-
lermoeielijkst. In Spanje is een lokomo-
tief door eenen sneeuwval omgeworpen
andere, die de treinen ter hulp gezonden
waren, zijn onder een 8 meters dikke
laag sueeuw begraven. Verscheideue
personen zijn verdwenen.
In het Kanaal liggen 400 schepen van
alle natiën voor anker, die ler oorzaak
van het slecht weder niet kunnen ver
trekken.
Drie heldinnenOver eenige da
gen moest een deurwaarder de meubelen
aanslaan van zekeren Dubuisson, mulder
te Rimbeaucourt.
De ambtenaar had zich door den veld
wachter en den zegelbewaarder der ge
meente doen vergezellen.
Wanneer de drie mannen bij den mul
der aankwamen, werden zij afgewacht
door drie vrouwen, elk met eenen sabel
gewapend het waren Mad. Dubuisson
en hare twee dochters, die lien met den
dood bedreigden zoo zij hunne meubelen
durfden aanraken. De driemannen namen
op het zicht der vrouwen spoedig de
vlucht.
Men zal ongetwijfeld den molen regel
matig moeten belegeren ten einde de
wette kunnen uitvoeren.
Gevecht met de wolven. In de om
streken van Sarlat loopen thans talrijke
wolven rond. Dinsdag lest heeft men er
verscheidene op het grondgebied van
Proissans, St-André en Marquay gezien.
Den volgenden nacht drongen zij in
den hof van het seminarie en vielen de
honden aan.
Een jongeling van 13 lot 14 jaar oud,
keerde des avonds uit het bosch terug,
met zijn geweer gewapend tegen alle on
geval. In de nabijheid van Bost Maury
gekomen hoorde hij opeens het geroep
wolven wolven
Hij verborg zich aanstonds achter het
struikgewas en loste twee schoten op
den wolf, die naast hem voorbijliep. Het
dier. alhoewel doodelijk gekwest. had
nog de kracht op den knaap toe te sprin
gen, toen een jongeling van het dorp
kwam toegeloopen, en den wolf een he-
vigen slag op den kop toebracht.
Nog niet geveld, zou hij op zijne twee
tegenstrevers toespringen, toen de kleine
Npury, die intusschen zijn geweer had
kunnen herladen, een tweede schot loste
en het dier dood op den grond uitstrekte.
Verschrikkelijk drama. Uit een
hotel der rue Labot, te Parijs, sleeg vrij
dag nacht een wanhopig hulpgeroep.
Het was 3 ure in den morgend.
Hulp hij dood mij klonk het door
het huis.
De geburen erkenden aanstonds de
stem van Louise Durand, geboren Ger
main die sedert eenige maanden met ha
ren jongen man, koffiehuisbediende, eeni
ge kamers van het hotel bewoonde.
Wanneer de geburen bijkwamen hoor
den zij niets meer dan een dof geratel
zij vonden het slachtoffer op zijn bed,
met doorstoken keel en nevens liet bed
haar man, met verdwaalde blikken ziju
bebloed mes rondzwaaiende.
M. en Mad. Grisart, bloedverwanten
van het slachtoffer, vingen met den moor
denaar een hevige worsteling aan, waar
in Mad. Grisart eenige onbeduidende
wonden ontving. Eindelijk konden zij
Louise Durand aan den razende ontrek
ken en brachten haar op hunne kamer.
Gedurende een geheel uur bleef Du
rand in den .gang heen en weer loopen,
in zijn hemd. met zijn bebloed mes in de
hand. Eindelijk verliet hij het huis.
Een uur later vonden de policieagenten
onder de tafel, aan de deur van eenen
wijnkoopman in ne rue Lafayette, een
man in zijn bloed badende.
Het was Durand, die de hand aan zich-
zelven geslagen had. Men beeft hem naar
liet gasthuis Lariboisière gebracht, waar
hij eenigen tijd nadien gestorven is.
Wat Mad. Durand betreft, deze is ins
gelijks naar het hospitaal gebracht en zij
wordt door de geneesheereri reeds bui
ten gevaar geacht, alhoewel zij voor im
mer de spraak zal verloren hebbeu.
Die moord is gepleegd in een aanval
van jaloezie,
ENGELAND.
Vreeselijke brand. Te Dudley, bij
Londen, is maandag nacht in het ge
sticht van den schoenkoopman Joseph
Russell, een hevige brand uitgebersten.
Het vuur is ontstaan in eene middenka
mer van het gebouw en heeft zich zoo
spoedig ontwikkeld, dat M. Russell,
Mej. Ellen Russell en eene dienstmeid
niet meer konden ontsnappen.
Wanneer de pompiers aankwamen
waren de drie rampzaligen reeds dood
de lijken waren gansch verkoold.
De familie Russell bewoonde slechts
sedert tien dagen het huis, en het was
de eerste maal dat M. Russell er sliep.
Mej. Elisa Russell, de eenige overle
vende der familie, was er in gelukt door
't venster op het dak van een naburig
huis te springen, na vruchtelooze pogin
gen le hebben aangewend om de onge- f
lukkige slachtoffers te redden.
Een pompier heeft haargevonden.meer Ji
dood dan levend, bijna van koude be
zwijkende. Men vreest voor haar eene
doodelijke ziekte.
DUITSCHLAND.
Toestand van den kroonprins. De dok
tors Kussmaul en Bergmann zullen eerst
daags San Remo verlaten.
De eerste heeft verklaard dat niet een
ademhalingsorgaan aangerand is, de
tweede is van gevoelen dat zijne tegen
woordigheid nutteloos is van het oogen-
blik dat de behandeling onder het volle
dige bestuur van doktor Mackenzie blijft.
De kroonprins is gebeterd met het goed
wedervoor het uiterlijke is hij echter
veel verandert.
Zijne familie, die den rouw draagt over
den hertog van Baden, heeft dijnsdag
eene groote wandeling gedaan.
Men seint uit San Remo aan de Matin:
Na den kroonprins te hebben onder
zocht heeft doktor Kussmaul al de ver
schijnselen eener luchtpijpontsteking j
vastgesteld. Alle gedacht van eene teering I
moet ter zijde gesteld worden.
De prins heeft na een onderzoek met
de hoorbuis een pijnlijk zenuwtoeval ge
kregen en is daarna in slaap gevallen. De
hoest verminderd.
De fluiming is verminderd de prins
is zeer zwak.
Eene geheimzinnige zaak.Het assi
senhof van Elherfeld heeft zich deze
week beziggehouden met eene dubbele
misdaad, over vele jaren in geheimzinnige
omstandigheden gepleegd, en die eene
groote opschudding veroorzaakte.
De echtgenooten Joest, eigenaars, zon- j
der kinderen, werden in hunne woning
te Solingen vermoord gevonden.
Slechts twee dagen na den manslag
werd de misdaad ontdektdoor eene buur-
vrouw, wiens aandacht was opgewekt
door het geschreeuw en het springen
tegen deuren en vensters, eener kat, in t
liet huis opgesloten.
De misdaad was ongetwijfeld op het
uur van het avondmaal voltrokken, want
de overblijfselen stonden nog op de ta
fel ook hadden de slachtoffers geenen
tijd gehad van om hulp te roepen daar
niemand iets gehoord had.
Vijf jaren later bekende een veroor
deelde dief, zooals hij zegde door wroe-
ging gedreven, zijne plichtigheid aan die 1
misdaad aan den aalmoesenier der ge I
vangenis. De priester verzweeg natuur f
lijk die bekentenis, onder het geheim dei
biecht gedaan, tot dat de veroordeelde
eindelijk op deopenbaring aandrong. Het
onderzoek der zaak was zeer langdurig,
daar de medeplichtigen moeilijk op te
sporen waren, en eene voor de assiser I
gekomen, loochende Kampmann opnieu" t
aller, zeggende: dat hij die bekenten-!;
enkel had gedaan om uit de gevange' :s
van Jauer te geraken.
Men vond eindelijk den zoogezegden
medeplichtige hij heette Fürst en niet J
Forst maar deze was medeplichtig aan
eene gansch andere misdaad. Er werd
eene getuige gevonden, eene vrouw van
80 jaren, aan wien twee kerels de mis
daad hadden verteld, en zelfs van de kat
hadden gesproken,die schreeuwend tegen
de vensters sprong. De getuige noemde
de twee kerels bij hunnen spotnaam. Het
waren Kampmann en een zekere Kimpel;
deze leste gelukte er in nog eenigen tijd
aan het gerecht te ontsnappen.
Kaufmann werd in october 1886 tot 15
jaren dwangarbeid veroordeeld, en nu is
Kimpel tot dezelfde straf verwezen.
ZWEDEN EN NOORWEGEN.
Door hel ijs. Personen, die door
het ijs zakken, dus leest men in de noor- j
weegsche Wesllandsche Tidende, moeten
nooit met de handen den ijskant vast
pakken, daar hunne beenen dan onder
liet ijs geraken wanneer de handen los
laten of het zwakke ijs breekt, dan volgt
het lichaam dezelfde richting.
Men moet integendeel de tegenwoor- I
digheid van geest hebben zich dadelijk
op den rug te werpen. De beenen drijven
dan naar boven en het bovendeel van het
lichaam schuift als van zelf op bet ijs.
JAPAN.
Eene reuzin. Volgens berichten in
de dagbladen van Japan, moet daar te
genwoordig eene buitengewone reuzin
in leven zijn.
Zij is twaalf jaar en vijf maanden oud
en iets langer dan twee meters. Evenre
dig aan hare lengte is ook het gewicht,
dat over de honderd kilogram bedraagt,
terwijl de afmeiing harer handen 22 cen
timeters en die van hare voeten 37 cen
timeters beloopeu.