NIEUWS- EN AANKONOIGINGSBLAD VAN DE STAD EN T ARRONDISSEMENT AALST. Donderdag 15 Maart 1888, 10 centiemen per nummer. 42ste Jaar, N° 2240. Kerkhoven. ARONNEMENTPRIJS ANNÖNCENPRIJS Politiek overzicht. Dooti van keizer Wilhelm, 1 ff ill .f'llOIS ittbjiwa* -- 1 i)it blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 frank 's jaars fr. 3,2b voor zes maanden fr. 1,7b voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. Men schrijft in bij C. VAN DE PÜTTE-GOOSSENS, Lange-Zoutslraat, N° 10, nanij de Groote Markt, en in alle Postkantoren des lands. Per drukregel, Gewone 13 centiemen Reklamen, fr. 1,00 Vonnissen op 3" bladzijde 30 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tégen den dijnsdag en vrijdagavond.De onkosten der kwitantiën door de Post ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar. Calque Sun bi. AF.I.ST, 14 MAART 1888. Lijkschouwing en balsemingBij liet balsemen van het lijk van keizer Wilhelm moest natuurlijk eene lijkopening plaats hebben. De geneesheeren vonden toen ook den steen in de blaas, welke den overledene zooveel pijnen beeft veroorzaakt. Deze steen had de grootte van een duivenei. De beide lijfgeneeskeeren Zauer. en Leuthold hebben ieder de helft daarvan behouden als aandenken aan den be roemdste hunner patiënten. Het verslag over de lijkopening, welke door professor Hartman geschiedde, is in het staatsarchief neergelegd. Bovenal krachtigiontwikkeld was het hart van den overledene. In de domkerk. Keizerin Augusta ontving zaterdag namiddag den rijkskan selier, die vooraf nog eenigen tijd bij het lijk van keizer Wilhelm verbleven had. Tusschen vier en vijf ure was de rijks kanselier bij den kroonprins Wilhelm in het paleis. Prins Heinrich en de erfprinses van Meiningen zijn zaterdag avond hier aan gekomen en begaven zich terstond naar het paleis en ir. de sterfkamer. Zondag werd er weer een kerkelijke treurdienst gehouden, aan welken méér personen deelnamen, dan aan dien van zaterdag. Het overbrengen van het stof felijk overschot naar de Domkerk moest tijdens den verloopen nacht geschieden. Aldaar zal het lijk maandag van één tot 5 ure en dinsdag en volgende dagen van elf tot vijf ure voor allen, zonder toegang- kaarten, ter openbare bezichtiging zijn gesteld. Het praalbed. Op hevel van keizer Frederik wordt het lijk, overeenkomstig het verlangen van den overleden keizer, gekleed in de uniform van het eerste garde-regiment, met den militairen man tel aan. De eerewacht bij het lijk wordt gedaan door generaals en vleugeladjudanten, die die om de zes uur worden afgelost. In het aangrenzende vertrek bevinden zich voortdurend een kamerdienaar, twee jagers en eenige lakeien. Zaterdag hield de hofprediker Kögel, staande tusschen keizerin Augusta en de groothertogin van Baden, eene korte lijkrede, waai in hij nog over de leste oogenblikken van den keizer sprak, die met de hand zijner gemalin in de zijne geklemd, den lesten snik gegeven heeft. HET DOOR VICTOR VAN COILLIE, Pr. «o» (ie Vervolg.) Zekeren avond, tusschen elven en twaalven, wierd er stillekens op de deur van het kasteel ge klopt. Diederijk was maar alleen meer op. Wie mag er daar zijn, dacht hij, en zoo diep in den nacht Intusschcn wierd er eene tweede maal en wat harder geklopt. Diederijk nam de lamp die over zijne tafel hing, ging kijken aan de voorpoort, en door het sjen tergat zag hij dat zelfde klein zwart manneke met zijne brandende oogen en zijne peerdevoelen. Hemel het was Satan die zijne ziel kwam halen. Welhaast wierd er eene derde slag op de deur gegeven, maar dezen keer met zoo veel geweld Het vermogen des keizers. De parti- kuliere nalatenschap des keizers wordt op 60 a 70 millioen mark geschal. Het testament zal slechts, zooals reeds gezegd is, in tegenwoordigheid van keizer Frederik geopend worden. Bouw en deelneming. De bewijzen van droefheid en deelneming verminderen nietintegendeel, zij nemen zulk een omvang aan en de telegrafische en ge schreven adressen en rouwbetuiging zijn zoo talrijk, dat voor het oogenblik eene opsomming onmogelijk is en deze tot later moet worden uitgesteld. Grootsch in wezenlijkheid zijn de vele bewijzen van deelneming van openbare personen en lichamen uit Weenen, Rome, enz. In de straten van Berlijn vertoont zich niemand zonder uiterlijk teeken van rouw de meergegoede zijn allen in het zwart gekleed, de dames inrouwkleeding. terwijl de armeren en alle kinderen rouwrosetten dragen. De meeste personen dragen in het knopsgat of op de borst eene in floers gehulde korenbloem, de lievelingsbloem des keizers. Al de schouwburgen blijven gesloten. In de groole straten zijn de huizen van boven tot onder met draperijen behan gen. Leste handieeken des keizers. Als een aandenken van den overleden keizer deelt de Kölnische Zeitung het leste hand teeken van den monark meê. Men weet dat kei zer Wilhelm, eenige urer. voor zijnen dood, het dekreet nog teellende waardoor den Rijkskanselier werd gemachtigd den Rijksdag te verdagen. De prins vroeg den stervenden vorst enkel met eene W te teekenen. Doch de keizer wilde daar niet van weten en teekende zijn geheel naam. Wel is het dat krachtige Wilhelm niet meer met de krul daaronder. Toch is het nog goed leesbaar. De hand beefde wel, maar naam en krul zijn op uitzon dering der hoofdletter W, in eenen trek neergeschreven. Deze daad van wijlen keizer Wilhelm is inderdaad een sprekend bewijs van zijne wilskracht, en van die voorbeelde- looze plichtsbetrachting, die al de daden van zijn leven kenmerkt. Vorstelijke personen. Talrijke vorste lijke personen zullen naar Berlijn komen, ter gelegenheid van de begafenisplech- tigheden des overleden keizers. Men noemt reeds De koning van België, vergezeld van zijn broêr den graaf van Vlaanderen en zijn zoön, prins Boudewijn. De koning van Rumenië. De prins van Wallis, vergezeld van zijnen oudsten zoon, prins Albert Victor van Engeland. De hertog van Aosta, broeder van den koning van Italië. Al de vorsten van den duitschen bond. Het bericht dat de keizer van Oosten- rijk-Hongarië voor de begrafenisplechtig heid naar Berlijn zou komen, wordt tegen gesproken. Daarentegen zal wel de kroonprins Rudolf, evenals de riissische kroonprins, komen, lestgenoemde begeleid door de grootvorsten Wladimir en Michaël, broe ders van czaar. De president der fransche republiek zal zich door een aan te wijzen generaal doen vertegenwoordigen. De sultan stuurde aan den nieuwen keizer, alsook aan den kroonprins Wilhelm, die hem de dood zijns groot vaders berichte, telegrammen van innige deelneming. Men zegt dat de studenten van al de duitsche hoogescliolen eene groote vader- landsche betooging zullen inrichten, ter gelegenheid van de begrafenis van keizer Wilhelm. Op het slagveld, - Keizer Wilhelm de Zegerijke, zooals de geschiedenis hem noemen zal, heeft vier veldslagen meege maakt en 720 dagen van zijn leven op het slagveld doorgebracht. Daarvan zijn er 337 dagen in den veld tocht 1813-15 tegen de legers van Napo leon I 126 dagen in den badischen veld tocht 35 dagen in den Oostenrijkschen en 225 dagen in den fransch-duitschen oorlog. Den 10 meert 1813 werd hem het IJzeren Kruis verleend, zoodal hij dit onafgebroken 74 jaar gedragen heeft. Overbrenging naar de Domkerk. Het stoffelijk overschot van keizer Wilhelm is maandag nacht, ten half een, naar de Domkerk overgebracht. Van middernacht luiden al de klokken van Berlijn over dood. Aan 't hoofd van den stoet reed de lijfwacht De ministers, de generaals en de vreemde gezanten, omringd door sol dalen-fakkeldragers, gingen onmiddellijk voor tiet lijk, gedragen onder een zwarten hemel door 24 onder-officiers der garde. Achter 't lijk kwamen al de prinsen der keizerlijke familie, met kroonprins Wilhelm aan 't hoofd dan een groep ge- neralen, geleid door prins von Bismark in kurassiers uniform. Een eskadron der wacht sloot den stoet, die een indrukwekkend voorkomen had, midden van den sneeuw, die in dikke vlokken neërviel. De geheele berlijner bevolking bevond zich met oniblooten hoofde op den doortocht. In den tempel, vóór het altaar, stond de groote katafalk, in purper fluweel, met hermelijn bezet. Aan den voet van den katafalk lagen op kleine stoelen, de keizerlijke kroon, de koninklijke kroon, den scepter en al de dekoratiën van den overledene. Vijftig zetels waren voorbehouden aan de leden der keizerlijke familie. Geheel de kerk was in rouw behangen. De keizer zal begraven worden, gehuld in zijnen grooten grijzen veldmantel, met verschillige kruisen op de borst. De Nieuwe Keizer. Frederik Wil helm -Nikolaas-Karel, keizerlijke prins van Duilschland, koninklijke prins van Pruisen, generaal, veldmaarschalk, in- spekteur-generaal van de ide afdeeling van het duitsche leger, voorzttter van den Staatsraad, russisch veldmaarschalk-ge neraal, voorzitter der kommissie tot 's lands verdediging, enz. enz., de nieuwe keizer van Duitschland, werd geboren den 18 octoher 1831. Hij is de eenige zoon van keizer Wil helm I en van keizerin Augusta, geboren prinses van Saksen-Weimar. Hij trouwde den 25 januari 1858, te Londen, met Victoria-Adelaide- Maria Louisa, koninklijke princes van Groot- Britanje en Ierland, hertogin van Saksen, geboren den 21 november 1840, dochter van koningin Victoria van Engeland, kei zerin van Indië en van haren gemaal, prins Albert-Victor. Uit dit huwelijk zijn gesproken le Prins Frederik Wilhelm-Vicior-Al- bert. geboren te Berlijn den 27 januari 4859, kolonel bevelhebber van het regi ment huzaren der garde, enz. enz.; ge trouwd te Berlijn 27 februari 1881 met prinses Augusta-Victoria, geboren te Dolzig, den 22 october 1858, dochter van wijlen Frederik, hertog van Sleeswijk- Holstein en van hertogin Adelaide. Prins Wilhelm de nieuwe keizerlijke prins van Duilschland, verheugt zich reeds in de geboorte van vier zonen (1) Prins Frederik-Wilhelm-Victor- August-Ernst, geboren te Podsdam, 6 mei 1882. (2) Prins Wilhelm-Eitel Frederik Chris- tiaan-Karel, geboren te Potsdam, 7 juli 1883. (3) Prins Adalbert-Ferdinand-Beren- ger-Victor, geboren te Potsdam, 14 juli 1884. (4) Prins August-VVilhelm-Heinrich- Victor, geboren 29 januari 1887. 2C Prinses Victoria Charlotta, geboren te Potsdam, 24 juli 1869; getrouwd te Berlijn 18 februari 1878 met Bernard, erfprins van Saksen-Meiningen en Hild- barghausen. 3® Prins Heinrich Albrecht-Wilhelm, geboren 14 augusli 1802, kapitein ter zee, enz. enz., verloofd aan prinses Irène van Hessen. 4e Prinses Frederica-Wihlemina-Ame- lia-Victoria, geboren te Potsdam 12 april 1866. Gaan kijken Wel Koben, in Gods naam doe dat niet of gij zijt bals en nek gekraakt. Van dezen nacht ga ik op den tas slapen. En uw leven in gevaar stellen och Ko ben, doe het toch niet. Het was verloren gepreekt en geleerdKoben trok naar den tas, maar het kwam hem kwalijk t'huis. Met dèn eersten klop van den twaalve hoor de hij oen schrikkelijk gedruisch en getier. Koben sprong rechtmaar op liet zelfde oogenblik wierd hij het onderste hoven geworpen dat hij wel tien keer hol over bol rolde, en daarbij kreeg hij zulk een bermhertig pak slagen dat hij noch hand noch vinger roeren kondc. En daarmee hield hel niet op. Het. was juist alsof er wel vijf-en-twintig mannen zouden op den tas gestaan hebben, pc schoven vlogen naar beneden gelijk hagclstcenen, en Koben, die erop lag, wierd ook vastgegrepen en tuimelde te midden den dorsclivioer. Dan vie len hem de spoken aan het dorschen. Ais de onge lukkige t'einden en uitgeput van krachten was, begonnen dc spoken al lachend en spottend rond hem te dansen tot dat liet één sloeg,en op dat eigen, stc oogenblik, was alles met eens weg en uit zijne oogen. Doch Koben lag daar, meer dood dun le vende. Des morgens, wanneer zij hem vonden was hij een Lazarus, en zijn haar, dal van te vo ren, pekzwart stond, was zoo wit geworden als sneeuw, klaarlijk van benauwdheid. Zekeren nacht was er op den Hlanwcn-Torrn i ren peerd dat zeer sleelit wierd, en Jan, de knaap, ;>UM 5® Prinses Sofia-Dorothea-Ulrika-Alice, geboren te Potsdam 14 juni 1870. 6e Prinses Greta-Beatrix-Theodora, ge boren te Potsdam 22 april 1872. Prins Bismark en al de ministers heb ben den keizer verwelkomd bij zijne aan komst te Leipzig. Een aantal hooge ambtenaars en kabi- nets-oversten met hunne sekretarissen waren insgelijks aanwezig. Eene overgroote volksmenigte vulde de statie van Leipzig op bij de doorreis van den keizer. Prins von Bismark is onmiddelijk bij de aankomst in de keizerlijke berline ge gaan. De keizer stond recht en heeft de kan selier omhelsd. Men kon dit aandoenlijk tooneel buiten liet rijtuig zeer goed waarnemen, daar de gordijnen om de portels niet neerge laten waren. Ook de keizerin heeft den kanselier zeer hartelijk ontvangen. Vervolgens ontving het koninlijke paar de overige leden van het ministerie met M. von Puükamer aan het hoofd. Daarna zette de trein zijne reis voort tot aan Charlottenburg. De kanselier bleet in het keizerlijk salonrijtuig. Ten 11 1/4 kwam de trein te Charlot tenburg aan, met 3/4 uurs vertraging, ter oorzake van de sneeuw. Ondanks het slechte weer werd het keizerlijke paar ontvangen door den erf prins van Saxen-Meiningen en andere vorstelijke personen. Eene ontzaggelijke volksmenigte vulde de statie en de straten op. Dc vorst ziet er goed uit. De gezonde reden, schrijft onze confra ter der Gazette van Thielt, huist nog hier en daar in Europa. Dezer dagen kwam zij fier te berde te Güstrow, eene stad noord waarts het duitsch groothertogdom Mee- klemburg-Schwerin.Er was in het rechts gebied dier stad geschil ontstaan in zake van begrafenis, en de tribunaal van Güs trow moest uitspraak doen. De Burgemeester en een lid van den gemeenteraad van Roebel, hadden in Mei laatst twee zelfmoordenaars laten begra ven op het gewoon en gewijd deel van 't kerkhof. Daarvoor werden zij tot 100 marken boete veroordeeld Het vonnis zei a dat het de plicht der bestuurders was, die zelfmoordenaars te doen begraven in het gedeelde van 't kerkhof dat voor dergelijke d lieden was voorbehouden. De rechters van den tribunaal van Güstrow redeneerden aldus De we reldlijke macht en de justicie moeten op dit stuk de uitspraak der kerkelijke over heid aanveerden. Deze overheid weigert moest haastig naar de dorpplaats om bi/Men peer- denmeester olie te gaan halen. Maar wat gebeurde er Het was schoon helder maneschijn en Jan liep zoo zeer hij maar loopen kon. Alles was stil cn ge rust geen bladjc van een boom roerde. Toen hij maar op eenigen stappen meer was van den Onle- deduiker, wat voorbij het kasteel, dacht het hem dat hij daar iets hoorde in dc heek. Juist schoof er eene wolk vóór de maan, en het scheen Jan dat hij eene groote zwarte beest zag over de straat rollen, die langs den anderen kant van den duiker weder in het water plompte. Jan begon te beven cn bleef als een hoorn .stil staan. «Wie is er daar?» riep hij om le doen hooren dat hij niet benauwd was. Alles bleef gerust. Maar wederom zag liij als iets over de straat rollen. Hij had geen enkel lid inecr aan geheel zijn lichaam dat stilstond. Jan moest nogtans voort, want tijd had hij geenszins te ver liezen. Zoo hij zette zich weder ann het loopen maar als hij over den duiker wilde gaan, kwam die zwarte heest nog een vóór zijne voelen gerold. Hij schopte er naartoe om zc te doen uit zijnen weg gaan maar, nauwelijks had hij liet gedaan of hij wierd vierkant opgenomen en tot over het hoofd inliet water geworpen. Onder den duiker hoorde hij een helscli schaterend lachen. Het was de water nikker. Jan kroop uit de heek op handen en voeten; zijne klecderen waren zijpende nat, maar van be vanging voelde hij geene dc minste koude. Wordt Voortgezet. dat de grendels en de sloten kraakten. Wie is er daar riep Diederijk, die wat van zijnen eersten schrik was wedergekeerd, en reeds bcpeisd had hoe hij Satan ging bedriegen. Diederijk, het is op dit oogenblik juist zeven jaar geleden dat ik uw handtccken ontvan gen heb het overige is u hekend. Gij hebt nog de voorwaarde onthouden die ik gesteld heb eer dat ik teekende Eiwel, wat is uwe begeerte vroeg Satan, terwijl Diederijk, de poort open deed cn het klein zwart manneke binnen liet. Heersprak Diederijk, ik hegeer niets anders dan dat gij mij nog zoudet laten leven dat de olie uitgebrand is die hier in mijne lamp staat. Als het maar dat is, ik zweer dat er u zal gedaan worden volgens uwen wil. Daar, zei Diederijk, en hij wierp de lamp met olie en lemmet tot in hel midden van den breeden, diepen wal waarmede hot kasteel omsingeld lag. En als de olie zal uitgebrand zijn, moogt gij wederkcercri. Satan braakte eenen ijsclijken vloek uit, en verdween, eenen schromelijke!! stank achterlaten de door geheel liet kasteel. Diederijk trok weder binnen maar tot des morgens kon hij gccne oog luiken, want geheel den nacht weerklonken door de bosschen, in 't midden derwelkc zijn kasieil gelegen stoind, deze schrikkelijke woorden Wraak Wraak Wraak II. Hoe Diederijks kasteel van de spoken bezeten was. Sedert den avond dat Diederijk zoo leclijk den duivel bedrogen had, was zijn kasteel bezeten van spoken en geesten. In dc schuur van het neerhof waarde de kafduivcl, en eiken nacht, van ten twaalve tot ten ééne, hoorde men hern dorschen, en slaan, en een leven maken van dc andere we reld. Koben, een knecht daar nog maar onlangs toegekomen en die een onbeschroomde kerel was, had ook al van die vreemde gcbcurtcfiissen hooren spreken maar dit scheen op hem geen indruk te maken. Wat bcleekcncn, vroeg hij aan Anna, de vrouw van liet ncèrhof, al die rare grappen die hier des nachts gebeuren Wel, Koben, er is daarmede niet le lachen. Vrouwvolks klap cn inbeeldingen Koben, gij moogt het voor dc waarheid gelooven, maar den helft van den tijd lig ik te beven in mijn bed, en beu zoodanig benauwd dal ik het niet zeggen kan. Het zijn kluchtspelers die u geern de vrees zouden injagen. Wel, kluchtspelers Wat dat gij peist Als gij het eens zult gehoord hebben, dan /.uit gij Voorzeker anders spreken. «Wat zegt gij, Anna,gehoord Ik zal liet fijne daarvan weten of de duivel zal de keers houden.» En was gaat gij doen Dat is geheel eenvoudig gaan kijken.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1888 | | pagina 1