NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN 7 ARRONDISSEMENT AALST.
Donderdag 19 April 1888,
10 centiemen per nummer. 428te Jaar, N6 2250.
ABONNEMENTPRIJS
ANNÜ1VCEJVPRIJS
Politiek overzicht.
Belastingen.
Openbare onderstand.
DE DENDERBODE.
Jit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 frank 's jaars
k. 3,23 voor zes maanden fr. 1,73 voor drij maanden, voorop te betalen.
De inschrijving eindigt met 31 December.
Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Lange-Zoutstraat,
N° 10, naDij de Groote Markt, en in alle Postkantoren des lands.
Per drukregel, Gewone 13 centiemen Reklamen, tr. 1,00 Vonnissen op
3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag avond.De onkosten der kwitantiën door de Post
ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar.
Calque Saan
AÏIST, 18 AFKII. 1888.
Frankrijk. Generaal Boulangkr.
Groote zegepraal. Generaal Boulanger
is Zondag tot afgeveerdigde gekozen mei
eene meerderheid van bijna 100,000 stem
men.
Deze plebicislaire zegepraal is eene
neerlaag voor de republiek.
De deelneming der kiezers was bijna
zoo groot als bij de algemeene kiezing in
1885.
Ziehier de offioieele cijfers
Ingeschrevene kiezers 364,080
Aantal stemmers 266,550
Generaal Boulanger, 172,526 stemmen
Foucart, radikaal, 70,901
Moreau, socialist, 9,649
Oordeel der pers. Figaro Boulanger
is gekozen Zij hebben Boulanger. Hij is
de oorlog voor M. Deroulède en de vrede
voor de boeren hij zal de straat in rep
en roer zetten, en hij is de hoop der kon-
servatieven. Clovis Hugues zal hem in
verzen, Rochefort in proza verheerlijken,
en al die fiere republiekanen zien in hem
een straal der overwinning, het evenbeeld
van Bonaparte.
Intransigeant Frankrijk heelt gespro
ken een nieuw tijdperk vangt aan dit
van vaderlandsliefde en belangloosheid.
LanterneHet algemeen stemrecht
heeft den wil en het verlangen der natie
ontvangen, ontbinding der Kamer die
niets beteekent, en kiezing eener Consti
tuante.
XIX0 Siècle Men kan zeggen wat men
wil, maar de uitslag der kiezing is het
belangrijkste feit in de geschiedenis der
3* republiek. Al de partijen worden ver
laten op den naam van een enkel man.
Het blad kondigt een aanstaande mani
fest aan van den graaf van Parijs.
Gaulois Ondanks al hare drukking
tegenover den generaal, is de republiek
schandelijk geslagen. Die uitslag is voor
onze grondbeginsels geene neerlaag.
AutoritéTwee kaakslagen voor de
republiek, in acht dagen een in de Dor-
dogne, nu eene in het noorden. Van het
oogenblik dat alle republikeinen hem be
strijden, is de generaal voor ons zoo geen
erge vijand meer, want alles is beter dan
de tegenwoordige republiek.
RappelDe 150,000 reactionnairen uit
't Noorden hebben allen gestemd voor
Boulanger Boulanger is anders niet
dan de gekozene der reactie IV
Rep. Filah(:. Wij siijh geslagen ontken
nen wij het niet. De partij Boulanger-Ver
goin Rochefort heeft gezegepraald op het
recht.de vrijheid.de eer en de republiek
IWh... UHVmUÜUW,,
Historische Schets uit de ijzingwekkende
Jaren- Veertig
door P. P. DENYS.
(5« Vervolg.)
Ach, mijn vader ja, hij schijnt ongevoelig en
wreed, en toch, hij is zoo niet.
En ware het nog zoo, zijn dan dc deugden cn
ondeugden eiken mcnsch niet persoonlijk.Zou een
onplichtige zoon veroordeeld zijn de schuld zijns
vaders le hoeten Y Onrechtvaardig ja, onrecht
vaardig vooroordeel, dat reeds zooveel weérlooze
slachtoffers heeft geveld
O neen, mijn vader is niet ongevoelig en wreed
Deze, die alle geheimen doorgrondt, weet hoeveel
bedekte almoesen hij in vroegere dagen heeft ge
geven Hij weet hoe mijn vader de noodlijdenden
betreurt en beklaagt, en hoe hij mij van kindsge
beente af, dc liefdadigheid heeft ingeplant.
Maar, vader, wat dikke sluier onmhult thans
uwe levenswijs
Hoe kunt gij lieden wecnende moeders, zuchten,
de grijsaards, naakte kinders ongetroost wegzen
den Waarom vind ik u zoo dikwijls in diepe ge-
pei nzan verslonden, met eene uitdrukking op het
Times De kiezing van Zondag is wel
een bewijs dat het land vertrouwen heeft
in Boulanger en wantrouwen in diegenen
die hem wilden verwijderen Generaal
Boulanger treedt in de Kamer als verte
genwoordiger van alle de ontevredenen
van Frankrijk.
Boulanger zal zijnen peblicistairen veld
tocht voortzetten. Het blad gelooft dat in
Frankrijk het tijdvak der pronunciamientos
is aangevangen.
De Standard vraagt zich af wat Duitsch-
land zal doen tegenover die oorlogsbe
dreigingen, wel is waar onrechtstreeks,
maar echter klaaren duidelijk te verstaan
in eenen militairen dictator.
De Daily News zegt dat al de ware
vrienden der republiek zich moeten scha
ren rond M. Floquet, en niet rond Bou
langer.
De Daily Telegraph ziet in de beweging-
Boulanger niets dan eene samenspanning
der partijen, welke de republiek willen
omwerpen.
Boulanger zou aan eenen redakteur
van den Gaulois gezegd hebben dat hij
nog niet weet of hij donderdag naar de
Kamer zal gaan.
Ook zal hij niet naar 't Noorden gaan
vóórdat de gemoederen gestild zijn.
Aan denzelfden dagbladschrijver ver
klaarde M. Rochefort dat de regeering
voor Boulanger zou buigen of bersten. Hij
zal de ontbinding vragen, en, wil het mi
nisterie niet, dan za! men het wegkeeren.
M. Deroulède denkt dat de republika-
nen in de Kamer generaal Boulanger
zullen afzonderen. De afgeveerdigde van
't Noorden zal daarom, zijn ontslag niet
indienen doch de beweging met alle wet
telijke middelen voortzetten.
Duitschla7id. Men seint uit Berlijn
aan de Gaulois dat de keizer Zondag rond
den middag een aanval van koorts heeft
gekregen, gevolgd van ijlhoofdigheid. Hij
erkende zelfs de keizerin niet. Maandag
is echter eene merkelijke beternis inge
treden. Denzelfden morgenn hebben de
geneesheeren Bergmann, Mackenzie en
Braman raad gehouden. De duitsche ge
neesheeren verzetten zich tegen de slroot-
uitsmjding. De woorden van Dr Berg
mann, de eindkrisis op 18 tot 22 April
bepalende, veroorzaken veel onrust.
Er lieerscht grooten schrik onder de
bevolking, wegens de gezondheid des
keizers Men begrijpt dat de slechte bul
letins in den Reiclisanzeiger veropen
baard nog verre beneden de waarheid
zijn. 't Is vooral sedert men eene nieuwe
luchtbuis heeft moeten plaatsen, dat de
toestand verslecht is.
De nieuwe buis is de langste die kan
gebruikt worden zij heeft deademhaling
vergemakkelijkt maar hare lengte is na-
gelaal, die mij doet schrikken
Waarom schijnt gij te worstelen tegen een ijse-
lijk spook, welk u overal vervolgt
Ik dorst u nooit ondervragen een geheim, een
onuitlegbaar voorgevoel verlamde mijne tong, en
in stilte eerbiedigde ik uwen wreeden kommer.
Is het dc laster die u verteert cn naar het graf
sleept
Waarom roept gij dan u en uwen ongelukkiger!
zoon ccnc onrechtvaardige verachting boven het
hoofd
Waarom vorbrijzclt gij mijne zalige droomen,
mijne toekomst, mijn geluk
Maar.... wat doe ik? Hij is mijn vader ik mag
hem niet verdenken, niet beschuldigen, ik mag
den laster niet ondersteunen.
En toch Lenora... Lenora
Hier werd dc deur zachtjes geopend, cn dc heer
Grocnlandt verscheen in de kamer.
Héndrik's vader was een man van rond de zestig
jaren, lang van gestalte, maar eenigains gebogen.
Zijne klecding bestond uit blauw laken, cn was, tol
op den draad toe, versleten.
Zijn gelaat was djep gerimpeld, en verried, ne
vens een standvastig geduld, een verterenden
kommer.
Hij bezag zijnen zoon met medelijden en deer
nis dan sprak hij
Hendrik, wat hebt gij? Wat doet gij 1
deelig aan hare vastheid, en een hoest
vergezeld van ontstekingen, is daaruit
ontstaan.
Dr Bergmann heeft met Drs Krause en
Senator den nacht bij den keizer doorge
bracht.
Berlijn, 17 april 10 ure 45.
Er was eene licht* verbetering in den
toestand ontstaan, maar de schrik, die
onder de omgeving des keizers heerschte,
was nauwelijks een weinig gestild wan
neer de koorts zich opnieuw zoo lievig
voordeed, zoo hevig dat het lichaam des
keizers eene hitte bereikte van 40 graden.
De geneesheeren verbergen hunne
vrees niet, zij hebben geene hoop m«er.
Aanstond? is er bij prins Wilhelm
Staatsraad gehouden, voorgezeten door
prins Bismarck. De ministers waren aan
wezig.
Een dekreet, prins Wilhelm tot het
regentschap roepende, is geteekend men
wacht nog enkel het geschikt oogenblik
om het af te kondigen. Waarschijnlijk zal
het morgen in den Reichsanzeiger ver
schijnen.
Het volk staat zwijgend, in dichte groe
pen voor Charlottenburg. Toen M. Wind-
horst zich naar het kasteel begaf, werd
hij van alle kanten met vragen bestormd.
De minister, door die uitbarstende tee-
kens van genegenheid getroffen, weende
en zegde luid Ik ben reeds oud, ik heb
misschien maar een jaar of twee meer
te leven, maar ik zal de dood mijns ge
liefden keizers niet kunnen overleven.
Berlijn, 11 u. 10 's avonds.
Opnieuw is de toestand zeer verslecht;
alle hoop is verloren.
De liberale gazetten bekennen ein
delijk omdat zij er toe gedwongen,
zijn, dat het gouvernement belastingen
heeft afgeschaft en andere verminderd.
't Is waar, zij moeten er wat afdoen.
Onder al de wetten, sedert 1884 gestemd,
vinden zij maar ééne vermindering van
lasten 't is de wet waarbij de staats
rechten op den koffie zijn afgeschaft.
De waarheid is dat wij meer dan tien
wetten kunnen noemen en reeds ge
noemd hebben, waarbij de lasten der
bevolking verminderd zijn, voor een be
drag van verscheidene millioer.en.
Maar het gouvernement zeggen zij
heeft door de belasting op het vleesch
meer gewonnen dan het verloren heeft
door de afschaffing der rechten op den
koffie.
Inderdaad, de invoerrechten op het
vreemd vee, hoe gematigd ook, hebben
eene schoone som opgebracht voor de
schatkist.
Maar die rechten door de invoer-
Mijn vader, stotterde de jongeling, verschoo
ning, vergiffenis
Hendrik, hernam de vader, ik weet het wel
gij zijt ongelukkig... uwe zinnen zijn verweid...
kedaar u wees niet wanhopig. Beschuldig uwen
ouden vader nietmijn eenig doel is u gelukkig te
zien.
Hier zweeg de grijze eene wijl, als om een smart
vol gepeins te onderdrukken, dan hernam hij
Mijne handelwijs is geheimzinnig, ja mijn
zoon ik heb alles verzwegen, thans moet gij alles
welen. Ik moet den sluier oplichten, die over liet
geheim van uwen toestand hangtwelaan, Hen
drik, wees bedaard ontvang den slag, die uwe
droomen moet verbrijzelen.
Dc jongeling sclieen uil «enen diepen droom te
ontwaksnhij wreef zich bet voorhoofd, keek rond
zich heen, en scheen al de voorwerpen te onder
vragen of hij wel duidelijk zag en hoorde. Deze
zinsverbijstering duurde eenen stond.
Hendrik verzekerde zich dat hij een vonnis ging
hooren hij deed geweld op'zichzelven, cn luisterde
angstig naar zijnon vader, die voortging
Icdermaaldat dc naam Grocnlandt uilgespro
ken wordt, denkt liet volk aan eenen oiraeêdoo-
genden, rijken gierigaard. En nochtans, ik voel in
mijn hart de hevigste neiging om leed en ellende
te licelen, om den arme hulp en troost tc dragen...
Maar, helaas mijn zoon, ik mag, ik kan niet
Gij weet, Hendrik, uwe studiën hebben veel
ders betaald hebben de vleeschprijzen
niet doen opslaan en worden dus door
de geuzerij, ten onrechte eene belas
ting op het vleesch genoemd.
Waarom, zal men vragen, is de af
schaffing der rechten op den koffie eene
vermindering en zijn de reehten op het
vee geene vermeerdering van lasten
Wel, doodeenvoudig om dit feit, waar
van de geuzerij geene rekening wil hou
den onze landbouw brengt vleesch
voort en is in staat onder dit oogpunt in
het verbruik te voorzien, terwijl hij gee-
nen koffie voorbrengt en de rechten op
die koopwaar, bijgevolg door den ver
bruiker moet betaald worden.
De invoerrechten op bet vee beletten
onze landbouw ten onder te gaan door
de vreemde tegendinging. En de bloei
van den landbouw is niet alleen de wel
stand van den landwerkman, maar ook
de stedelijke handel heeft er zijn voordeel
van, daar hij leeft met het geld van den
landbouwer.
Dat alles is zoo klaar als twee en twee
vier is. Doch, T is juist daarom dat de
geuzenbladen het niet willen zien. Tegen
recht en rede alles aanvallen wat de
katholijken doen, dat is immers de reden
van hun bestaan
(Standaard van Vlae7ulere7i.)
Ziehier het ontwerp der nieuwe wet
op den openbaren onderstand, welk door
liet ministerie is aangeboden, en zoowel
de kleine gemeenten als de groote sleden
aanbelangt
Art 1. De hulp der openbare lief
dadigheid wordt aan de behoeftigeu ver
leend door de gemeenten op welker grond
gebied zij zich bevinden, op het oogen
blik dat de onderstand noodig wordt.
Art. 2. De kosten van onderhoud
en behandeling der hehoeftigen aange
daan door krankzinnigheid, alsook de
kosten van onderhoud en behandeling
der behoeftige doofstommen eu blinden,
geplaatst in bijzondere gestichten om er
hel onderwijs te ontvangen, worden bij
de helft gedragen door het gemeenzaam
fonds welk is samengesteld op de wijze
aangeduid in art. 4 der huidige wei liet
overige der kosten vvoidt bij de helft
verdeeld tussclien de Provincie en den
Staat.
Zullen niet aanzien worden als getrof
fen door krankzinnigheid dan de belioef-
tigen die aangenomen zullen zijn in een
2inneloozengesticht of opgesloten in uit
voering van ari 25 der wet van 28 De
cember 1875, 25 Januari 1874, voor eene
andere oorzaak dan kindsheid door
ouderdom.
Art. 3. De kosten van onderhoud
der personen, die ter beschikking van
liet gouvernement zijn gesteld tengevolge
eener veroordeeling wegens bedelarij of
landlooperij, worden'tot beloop van een
gekostik wilde u geleerd, en, volgens uwe af
komst, opgevoed zien. En hieraan heb ik groole
sommen besteed. Dc langdurige ziekte uwer goede
moeder zaliger ondermijnde ons burgerlijk fortuin
cn tot overmaat van ongeluk, onze handelszaken,
die over een tiental jaren zoo bloeiend stonden,
sloegen ons tegen, en ontnamen ons het overige
van hetgeen ik voor u gewonnen eu vergaard had
Ik heb alles verborgen, hopende op hetere da
gen, om u voor verdriet te bevrijden en thans
verneemt gij uit den mond uws vaders, dat wij
ongelukkig zijn ja, dat verval cn armoede onze
toekomst bedreigen. Ziedaar, mijn zoon, wat mij
geheimzinnig maakte, wal mij de aalmoes deed
weigeren, en wat mij hij liet volk den honenden
naam van ongevoeligen vrek deed geven.
Deze verklaring scheen minder den jongeling
tc treffen dan dc vudcr gevreesd had. Wel liet
Hendrik, als neergeslagen, eene wijl liet hoofd op
de borst nederzakken, in pijnlijke gedachten ver
dwalend maar welhaast hief hij het hoofd weder
op, en, als wilde bij het noodlot trotsccren, naderde
hij tot zijnen vader, nam hem teedcrlijk hij de
hand, en sprak
Wij zijn dus arm, vader
Ja, mijn zoon. Buiten onze woning blijft ons
nog zeer weinig over.
Welaan, vader, het zij zoo maar gij moest
dit zoolang niet verbergen. Ik zou moedig genoeg
geweest zijn, om mijn lot te aanvaarden. Niets
derde gedragen door bet gemeenzaam
fonds der Provincie en Staat.
Art. 4. Het gemeenzaam fonds
waarvan melding,wordt in elke provincie
samengesteld bij middel van stortingen,
waarin al de gemee ten van de omschrij
ving bijdragen voor de som, die jaarlijks
zal bepaald worden door do Bestendige
Deputatie van den Provincieraad, be
halve beroep tot den Koning, volgens
hare bevolking en de inkomst barer
Weldadigheidsbesturen voor wat aan
gaat de uitgaven voor de krankzinnigen,
doofstommen en blinden.
Der stortingen, door de gemeenten te
doen, ter kwijting van bare bijdrage in
de uitgaven voor de krankzinnigen, doof
stommenen blinden, komt ten laste der
godshuizen en liefdadigheidsbesturan,
binnen de palen van hunne hulpmidde
len de gemeenteraad stelt hunne bij
dragen vast, na de belanghebbende be
sturen gehoord te hebben.
Art. 5. Als er reden bestaat tot
tusschenkomst van den Staat, van de
Provincie en van het gemeenzaam fonds,
in de kosten van onderstand van eenen
behoeftige, ingevolge art. 2 der huidige
wet, geeft de Gemeente er kennis vau
aan den gouverneur der provincie, bin
nen de acht dagen.
In geval bericht ervan is toegezonden
aan den gouverneur binnen de acht dagen
zullen de kosten, gedaan vroeger dan den
dag der ontvangst van het advies aan het
provinciaal gouvernement, ten laste van
de gemeente blijven.
De Bestendige Deputatie van den Pro
vincieraad beslist, behalve beroep tot den
Koning, over de toepassing der schik
kingen van art. 2 zij onderzoekt des
noods bij wijze van eukwest, de besta-
tigingen betreffende den geestestoestand
van den als krankzinnig opgesloten be
hoeftige en, als het een doofstomme of
blinde geldt, die in een gesticht geplaatst
is, verzekert zij zich. op dezelfde wijze,
in het voorkomend geval, of de behoef
tige in slaat is voordeel te trekken uit
het onderwijs welk in het gesticht wordt
gegeven. Zij waakt er op dat het verblijf
der behoeftige doofstommen of blinden
in de gestichten niet langer duurt dan
noodig is voor hun onderwijs.
Art 6. De Bestendige Deputatie van
den Provincieraad kan altijd, behalve be
roep lot den Koning door de belangheb
benden, eischen dat de hehoeftigen ge
holpen op de kosten van den Staat, van
de Provincie en van het Gemeenzaam
fonds, in uitvoering van art. 2 dezer hui
dige wet, gezonden worden naar een
door haar aangeduid gesticht.
Art. 7 Het beroep lot den Koning
tegen de beslissingen genomen door de
Bestendige deputatie vari den Provincie
raad, ingevolge der artikels 4 en 5 dei-
huidige wet, moet, op slral van verval,
gedaan worden binnen de dertig dagen,
l,e beginnen van de beteekenis der beslis
sing aan de belanghebbende partij.
kon mij te nedcrslagen, hadilc dc laster onzen
nuum niet bezoedeld, bad ik Lenora's gene
genheid mogen behouden. Maar, niet waar, mijn
vader, «ij zullen den beisclien lasterlogcnslraffen
wij zullen, hetgeen ons nog overblijft, met de
noodlijdenden dcelen wij zullen de aalmoes niet
weigeren
Dan zal ik Lenora's liefde weder winnen, en
God zal ons, in betere tijden, met zegeningen be-
loonen.
Dc beer Groenlandl ging antwoorden, maar
eensklaps klinkt de huisbelzijne stem wordt door
ccn onuitlegbaar voorgevoel versmacht, en radeloos
beziet hij zijnen zoon, die de kamer uitstapt, om
dedeur (c ontsluiten.
De huisdeur schuilt open
O God, wat ziet Hendrik
Eene arme vrouw zit ineengekrompen op bare
knieën, in den kouden sneeuw zij schijnt te wce-
nan, en met (lauwe stem smeekt zij
Ach Heer, in Godes naam, geef mij een
sluksken brood heb medelijden...
Hier scheen hare zwakke slem in hare borst te
versmachten.
Hendrik loopt, ganseh ontroerd, in de kamer,
terug cn zegt
Ach! vader! eene noodlijdende vrouw smeekt
om een sluksken brood wij zullen haar helpen
nitl waar, wij zullen baar brood geven
Wonqt Voortgezet,