NIEUWS- EN MNKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN T ARRONDISSEMENT AALST. FARRAGHIT, Donderdag 17 Mei 1888, 10 centiemen per nummer. 42ste Jaar, N° 2258. ABONNEMENTPRIJS ANNONCENPRIJS Kanton Aalst. Politiek overzicht. Aan wie is de schuld Vooruitgang. Vereeniging der Katholieke kringen te Luik, DE DENDERBODE. Jit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. Do prijs ervan is 6 frank 's jaars Ir. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Langc-Zoutstraat, N° 10, naDij de Groote Markt, en in alle Postkantoren des lands. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen, fr. 1,00 Vonnissen op 3C bladzijde 50 centiemen.Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij aecoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdagavond. De onkosten der kwilantiën door de Post ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar. Cnlque Snam. AFLST, 16 MEI 1888' Provinciale Kiezing van Zondag 27 Mei 1888. Kandidaat der Katholieke Vereeniging, Mijnheer Alexander Blancquaert, Grondeigenaar en Schepen le Lede. Werkstaking in Nederland. In de Nederlandsche Tweede Kamer vondt dins dag de aangekondigde interpellatie over de werkstakingen plaats. M. DOMELA NIEUWENHUIS roept de aandacht der regeering op de gebeurte nissen in de Veenlanden. Met Dr Schaep- man is spreker het eens dat de regeering blijken heeft gegeven van weinige kennis der maatschappelijke toestanden. Hij bespreekt de werkstakingen en hare oorzaken, en zal over die werkstakingen inlichtingen geven en wel over de turf- voortbrengst, die loopt over drie deelen de veenbazen, de turfmokers en de bag geraars.Vooral geelt hij inlichtingen over den zwaren arbeid der turlmakers en hunne vrouwen. Jongens van 12 jaar en jonger worden door werkkracht mis bruikt. Maar de baggeraars werken het zwaarst en krijgen bet minste, naar mate zij meer inspannenden en vermoeienden arbeid verrichten. Hij wijst op de stelling van Mill om trent de verhouding van loon tot arbeid, en die stelling past volkomen op deze ar beiders, die nauwelijks tijd hebben om te rusten of te eten en die een allertreu rigst leven leiden in woningen of krotten waar zij zich nauwelijks kunnen bewe gen. Voor zulken bijna onmenschenlijken arbeid krijgen zij. blijkens een leerrijk ar tikel in het Niemus van den Dag, met hun zeven of achten gl. 2.50 a 3.50,en dit met behulp van kinderen die mannenwerk verrichten. Zoo had een onderbaas 6 gl. per week. Hoe zal het nu wel met do mindere arbeiders zijn, menschen zóó arm, dat zij geen geneesheer kunnen be talen en dus de armenpraktijk genieten. Spreker beknibbelt verder het zender, der millitaire macht, waar deze volstrekt niet%noodig was, bij voorbeeld le Heeren - veen. Hij veroordeelt verder het stelsel der banmolens, waardoor de werkliê ver plicht zijn hunne winkelwaar te gaan koopen bij de veenbazen. Dat is eene schandalige verdrukking, en hier diem eene wet gemaakt te worden, luidende dat de werkliê moeten betaald worden in gangbare munt en niet verplicht kun nen worden hunne winkelv\aar te koo pen in winkels, door de arbèidgevers gehou'den. M. RUYS VAN BEERENBROECK, mi nister van justicie, antwoordt. Hij zegt OI' DE JONGE SLAAF. MET TOELATING. 4C Vervolg. Farraghit is twee honderd frank weerd, zei de geleider aan den pater. Honderd frank wit ik u geven, antwoordde dc pater, en geenen duit meer. Honderd frank hernam dc geleider. Meent gij dat ik zot hen Hij is twee honderd frank weerd. Stiliekens, zei de pater Farraghit staat mij wet aan, maar ik heb hem niet noodig, en ingc- zien gij hem zoudt witten kwijt zijn, zat ik u hon derd frank geven. Eiwcl, om u dienst te doen, wil ik trachten overeen te komen neemt hem roor honderd en vijftig. Honderd frank geef ik, en niets meer ik neem farraghit en leidde hem mede hier is uw geld.... honderd frank. -Na lang geredekaveld te hebben, liet de staven- dat de toestanden, door den vorigen spreker blootgelegd, wel een weinig overdreven en te zwart gekleurd zijn. Hij roemt verder de houding van poli- cie en militaire macht, die enkel opgetre den zijn, waar de rust werd verstoord door de werkstakers, lot handhaving van rust en orde, ter bescherming van den vrijen arbeid. De regeering berkent dal gedwon gen winkelnering reden geeft tot grieven en er aan dit stelsel verbeteringen te brengen zijn. Italië. In de italiaansche Kamer verwierp minister Crispi met nadruk het denkbeeld der ontruiming van Massoeah. Hij weersprak voorts de bewering, dat wanneer Italië Massoeah verliet, Egypte er in dezelfden toestand zou komen als Engeland in Aden. Hij hoopte, dat tus- sclien Italië en den Negus de vrede zal gesloten worden. Dq motie, waarin de terugroeping der troepen uit Massoeah wordt gevraagd, werd met 302 tegen 40 stemmen verwor pen, en eene motie van vertrouwen aan genomen met groote meerderheid. De Kamer beeft dus geene stemming- van wantrouwen durven uitbrengen, om dat zulke stemming een kaakslag voor baar eigen was. Intusschen keeren langzamerhand al de Italiaansche troepen uit Afrika, en blijft er van al de droomen Oer iialiaan sche regeering over koloniale uitbreiding niets meer over dan Massoeah, eene ver sterkte plaats aan de Roode Zee. 't Is niets voor MM. Crispi en konsoor ten, maar, wat de huismoeders zullen zeggen, wier zonen in Afrika gevallen zijn; wat de belastingschuldigen zullen zeggen wier millioenen in Abyssinië ver loren zijn, dat zal de toekomst leeren. Het officieel© russische regeeringsblad antwoord op een artikel in de Nowoje Wremja over de bulgaarsche kwestie. De gebeurtenissen sedert den oorlog van 1877/78 zijn voor onpartijdige kritiek nog te versch. De houding der russische vertegenwoordigers in Bulgarië was geenszins onzeker en wispelturig, wat. nu trouwens niet kon zijn, daar Bulgarië te snel uit eenen toestand van volledige dwingelandij onder den grondwettelijken regeeringsvorm kwam, waardoor politie ke hartstochten opgewekt en Ruslands welwillende bedoelingen miskend wer den. Dit had eene ongunstige verhouding tot Bulgarië ten gevolge, maar de tijd en de ondervinding zullen de bestuurders van Bulgarië eindelijk tot het inzicht hun ner dwaling brengen. De keizerlijke regeering heeft alles ge daan om hun den terugkeer op den weg der wettelijkheid en het herstel der re gelmatige betrekkingen met Rusland mo gelijk te maken. Het openbaar gemaakte regeeringsprogram ten aanzien van Bul garië blijft onveranderd gehandhaafd, en als er in de onnatuurlijke verhouding lussclten Bulgarië en Rusland nog geene verbetering is gekomen, dan is dit alleen de schuld van de machlsbekleeders in Bulgarië. handelaar mij voor honderd frank, en pater Ri chard deed mij mede. Van mijn leven had ik nog geen witte menschen gezien, en ik beefde van schrik, als ik zag dat ik in dc handen van den missionoaris viel. Ik meen de dat hij mij ging opclen, want de Araben en de Touaregs hadden mij altijd gezeid dat dc witte christenen de zwarten opeten. «Zij doen een groo- tcn ketel met water koken, zeggen de Araben en als het water kookt, roepen zij den kleinen neger en doen hein kijken in dien ketel. Binst dat de neger overhelt om in den ketel le zien, smijten zij hem tiet hoofd voren daarin de neger kookt, en vervolgens eten zij hem op.... lk was schrikkelijk benauwd van den missiona ris cn ik meende dat zijn kleed niets anders was dan een vel, dal de witte menschen op hun lijf groeit. De pater deed mij mede naar Biskrah, in Al giers, hij leidde mij in een schoon huis, gelijk ik nooit ecu huis gezien had. De pater deed mij zitten cn streelde mijn hoofd met der hand. Ik was nog altijd benauwd dat hij mij ging opeten maar stil iekens aan verstout door zijne strcchngcn, zei ik hem dat ik honger had en dat de Touaregs en dc dc Araben mij gewoonlijk meer stok- en zweep slagen gaven als brood. De brave pater deed mij Het is onbetwistbaar dat de financiën van vele gemeenten in slechten, ja, soms in zeer slechten toestand verkeeren. 't Zijn de schooluitgaven die meest al de gemeenten ruineren en geruïneerd hebben. Daar waar de liberalen meester zijn, wordt bet derde en soms de helft van het budjet aan bet onderwijs be steed. De scholen, het ondrwijs, zijn dus de ruine der gemeenten. Maar moet de schuld, ervan ten laste van 't voorgaande liberaal ministerie gelegd worden In andere woorden, zijn de schooluitgaven der gemeenten hedendaags groolcr dan ten tijde van Pietje Van Humbeeck De heer Jacobsde verdienstrijke ver tegenwoordiger van Antwerpen, beeft de kwestie klaar en duidelijk beantwoord tijdens de beraadslaging over 't budjet van onderwijs. Van 1883 (liberaal bestuur) tot 1885 (katholiek bestuur) werden de toelagen van den Slaat verminderd met omtrent de 3.400.000 franks. Integendeel de besparingen beliepen voordo gemeenten tot 2 200,000 franks. Dit verschil van 1 200.000 franks moet op 900.000 franks gebracht, worden om. dat de provinciën hare tusschenkomst met 300.000 franks vermeerderd hebben. Deze toestand is, sedert 4885, schier onveranderd gebleven: Nu deze vermeerdering van lasten van 900.000 franks die de gemeenten hebben te dragen, wordt van den anderen kant vergoed door de meerdere opbrengst van het gemeentefonds 't welk, in 4887, een millioen meer gaf dan in 4883. Maar dat is alles niet. De wachtgelden die zekere officieele konijnenkvveekers genieten, belasten de budjetlen van vele gemeenten met ver scheidene honderden duizenden franks doch deze last zal allengskens verdwij nen. Eindelijk de toelagen van den Slaat aan de gemeenten zijn met een half milli oen vermeerderd geworden. Nu, men verlieze uit het oog niet dat het vooral de buitengewone uitgaven voor nuttelooze schoolpaleizen zijn die de gemeenten geruïneerd hebben. Hier aan is nu gelukkiglijk een einde gebracht sedert het liberaal ministerie van schan dalige geldverkwisting naar de maan werd gezonden. De Economie van Doornijk, het orgaan van M. Bara, keurde onlangs de ongehoorde geldverspilling af door het oprichten van nuttelooze schoolpaleizen veroorzaakt. Er moet geen kwestie meer wezen, riep liet blad uit, van de ruineerende oprichting van scholen aan te moedigen seffens ccnigtt dadels geven, cn als ik hertelijk gc- cten iiad, was ik blijde van (c zien dat dc witte mensch dc vriend cn niet dc beul van de zwarten is, cn ik was verheugd van ticm toe tc behooren. Ik sloeg, ik zong, al loopen door de kaiucr cn de hand van den missionnaris kussende. Ik had tocli zoo ellendige dagen doorgebracht in mijn leven ihi mocht ik blijde zijn Rij mijne toekomst in het huis van den missionnaris, zag ik welhaast dat iedereen gelukkig was die brave pater Richard gaf mij een wollen heinde cn zond mij op dc speel plaats. E-- waren daar veel kinders van mijn oud- dc, die speelden en gelukkig waren zij kwamen mij te gcinoet gcloopcn alsof ik hun broeder haddc geweest, en ik vergat schier dat ik tot dien dag niets anders gebregen had dan stok- en zweepsla gen.... Pater Richard kwam bij mij weder en zei Gij hebt zeker zeer boozc meesters gehad Oh zeker ja, booze (bf.zzef En ik, vroeg dc pater, ben ik ook boos? Oli, neen, gij zijl bono iiessef (zeer brave, i Wilt gij hierbij mij blijven Oh ja, ja, altijd, altijd, ja, sidi, altijd Alsdan omhelsde mij pater Richard, cn zei mij dat ik vrij was en geen slave meer. Sedert dien leer ik God beminnen, en geen enkelen dag laat ik die de geldkoffers der gemeenten en van den slaat ledigden. Er gijn onder dit op zicht buitensporigheden bedreven, we- ten wij het te erkennen. Het valt dus gemakkelijk te begrijpen dat de financiën der gemeenten die ten gevolge dier liberale buitensporigheden in erbarmlijken toestand verkeeren, nu lieden nog niet gansclt hersteld zijn, maar wij komen te bewijzen dat haren toestand dagelijks verbetert Voegen wij hier ten slotte bij dat het wetsontwerp betrekkelijk de onderstand woonst welk komt aangeboden te wor den, indien bet aangenomen wordt, de gemeenten met een millioen en half zal ontlasten. En aldus zullen zij allengskens haren bloeienden toestand terugwinnen. gH3»8lg8a<gHL—- De liberalen zijn nocli voor, noch legenden gods dienst M. Bara neeft hel onlangs in de Kamer plechtig bekend gemaakt. Het volgende schrijven van eenen leeraar der Staatshoogescliool van Gent, aan de Flandre, levert er een nieuw be wijs van. Eenige vrijdenkers hebben, in de belangrijke gemeenten der kom van Charleroi eenen propaganda-veldtocht tegen het katholiek geloof ondernomen. Zij richten voordrachten in, waar de roomsche geloofsartikelen door de critiek gehekeld worden, en waardegodsdienst- gescltiedenis geene gewijde hescltiedenis meer blijft, maar bet verhaal wordt van een samenweefsel van misdaden en gru welstukken. Het volk stroomt in menigte naar die vergaderingen zijn geloof is aan 't wankelen, en 't gezag der pries ters wordt aanhoudend bedreigd. Bij het zien van 't dreigende gevaar, slaken de geestelijken verontweerdigde kreten. Vooral de Bien public wordt woedend bij 't zien dier poging om de zielen aan den godsdienst te ontrukken... Bedreigd in hetgeen hem 't duurbaarste is, zal T libe- ralismus zich steeds vastberadener toonen, om de politieke maclit zijner vijandenin hare bron zelve, in het geloof, aan te ran den. En wie zal nu nog durven zeggen dat de liberalen tegen den godsdienst zijn?! In de redevoering uitgesproken door M. Lejeune, minister van justicie, tijdens de beraadslaging over de voorwaardelijke in vrijheidstelling en veroordeeling, tref fen wij de volgende statistische bijzon derheden aan In 4840 werden er in België 9012 per sonen tot gevang veroordeeld. Tol 4870, blijft dit geial omtrent hetzelfde. Van dan af begint het te klimmen. In 4880 was het reeds geklommen tot 17.667 en, in 1884, tot 19 735. Die ontrustwekkende aangroeing der misdaden staat in nauw verband met het vermenigvuldigen der herbergen. In 4850, telde men in België 50.000 her bergen, heden telt men er 140,000. Dus voorbijgaan zonder Hem hertelijk tc danken omdat Hij mij van de slavernij verlost heeft en als kind heeft willen aan veerden. Ik sprak toen verschillige talen, vooreerst Ne- gerscli dat ik van kindsbeen af geleerd had ik kende ook wat Araabsch en tamelijk wel sprak ik Italiaanse!), want ik had bij meesters gediend die geene andere taal spraken. (1) Later zond pater Richard mij naar Tripoli en Algiers, om er fransch tc leeren, cn als ik nu tame, lijk Fransch kon, leerde men mij den catechismus cn men beloofde mij hel Doopsel. Ik verlangde uit ganschcr herten naar dien ge- zegenden dag, op welken ik ccn kind van God zou worden alle dage studeerde ik den catechismus en trachtte de schoonheid van den katholieken godsdienst tc verstaan. Ik leerde dc heilige Moeder Gods en dc Heiligen kennen, cn door hunne voor spraak smeekte ik den Heer, den dag van mijn doopsel te willen verhaasten. Het was in dc Nieuwjaarinaand 18*1, na dat ik drij jaar bij dc patcrs-missionnarisseii gewoond had, dat men mij beloofde dat ik zou gedoopt (1) Hier dient bemerkt te worden dat er dikwijls onder de slavenhandelaars Europeanen zijn dat is sedert lang herkend en bewezen. Jh. S, eene herberg op 43 inwoners. Op zekere plaatsen is er eene herberg op 24 inwoners of op 6 volwassenen. Het verbruik van den genever is zes maal vermeerderd, sedert 1831 Heden wordt in Belgie 104.783 hectoliters ver bruikt, dus 12 liters per inwoner. In gel de staat dit gelijk met 120 millioen franks ol fr. 20.37 per inwoner, of 100 franks per huishouden. En het is bewezen dat de genever eene der grootste oorzaken is der misdaden. 't Is vooruitgang, ja, maar T is de voor uitgang van 't kwaad De 20e zitting van de Vereeniging der Katholieke Kringen en behoudgezinde maatschappijen werd zaterdag, ten 5 ure namiddag, geopend in de zaal van den Kring Saint-Léonard, te Luik. De vergadering werd voorgezeten door M. Woeste, en was zeer talrijk. De bespreking die zondag morgend ten 40 ure voortgezet werd, handelde over verschillige punten. Over het ambachtonderwijs, dat wij moeten trachten in de meeste vrijheid te bezitten. Daarom betrachten wij zoo weinig mogelijk hulpgelden, om aan de voogdij van den Staat te ontkomen. Over Staats- en vrije Hoogscholen, en de plaatsen van den Staat, die voor de leerlingen van al de boogschoten zouden moeten toegankelijk zijn. Over de herziening der kieswetten. De gedachten verschillen over de manier, waarop men zou moeten te werk gaan, om uitbreiding aan het getal kiezers te geven, maar al de sprekers waren 't eens om de afschaffing te vragen van dit schandelijk voorrecht, dat wettelijke kiesbekwaaamheid heet. Eu ten slotte over het landbouwkre diet. De zitting eindigde met een feestmaal, dat ten i 1/2 ure in de groote zaal van ven Sint Hubrechtskring plaats had. 300 gasten zaten aan tafel. Aan de eeretafel bemerkte men onder andere MM. graaf de Grunne, Simons, van Ockerliout, Orban de Xivry, baron Whetnall. de Limburg Stirum, senators de Favereau, Melot, Schaetzen, Ancion, Cartuyvels, Loslever, de Malander, Half- lants, volksvertegenwoordiger Cousin en Helleputte, leeraars in dc hoogeschool van Leuven enz. Heildronken werden voorgesteld aan Paus en Koning door M. Woeste. Aan de rechterzijde, door M. de Pont- hière waarop M. Melot antwoordde, en aan de toekomende zegepraal der katho lieke Luikenaars dronk. Aan de drukpers, door M.deDorlodot antwoord van M. Demarteau hoofdop steller der Gazette de Liège. Aan Walen en Vlamingen, door M. Woeste, enz., enz. worden binst de aanstaande Meimaand. Ik deed mijne gebeden met meer godvruchtigheid, cn ik bereidde mij zoo wel mogelijk om dat heilig sacra ment te ontvangen. Eindelijk brak die schoone dag aan. Ik vertrok van Tripoli naar Malte, en daar was het dat Zijne Eminencic dc kardinaal Lavigerie mij in ccdc luis— tcrlijkc kapel liet 11. Doopsel toediende in plaats van Farraghit, kreeg in den naam van Ewmantsl Bie.yno. Ik was dertien jaar cn half als ik christen werd, kind van God cn van de Kerk. Dien zelfden dag deed ik mijn eerste communie, cn of ik ge lukkig was inoet ik niet zeggen ik leefde met de engels, cn ik kon God niet genoeg danken, om de groote weldaden die hij mij deed.... Au ben ik vijftien jaar oud, en ik werk ievcrig met de paters mede, om ook eens een goede missi onnaris tc worden cn het woord des Heeren te gaan erkondigen aan mijne broeders van Midden-Afri- ka, dio niemand dan Satan kennen. Het is aan de almoczcn der brave vlaainsche en franschc katho lieken dat ik mijn geluk tc danken heb, en de milddadigheid der godvruchtige zielen van die schoone cn gelukkige landen zal voortduren, om die menigte Afrikanen te helpen afkoopen en er christenen van te maken. Wordt Voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1888 | | pagina 1