NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN T ARRONDISSEMENT AALST.
ZEEROOVERS
Zondag 1 Juli 1888,
10 centiemen ppr nummer. 42®te Jaar, 2271.
ABONNEMENTPRIJS
ANNONCENPRIJS
Liiicraal Bioiidbestuardi'is.
DE DENDERBODE.
Jit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 frank 's jaars
1 r. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen.
De inschrijving eindigt met 31 December.
Men schrijti in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Lange-Zoutslraat,
N" 10, naüij de Groote Markt, en in alle Postkantoren des lands.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen, tr. 1,00 Voaaissen ep
3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
lleeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen de*
dijnsdag en vrijdag avend. De onkosten der kwitantiën door de Post
ontvangen, zijn ten laste van den sehuldenaar.
l ui que Suin.
AELST, 50 JUNI 1888.
Politiek overzicht.
Opening van den prumsschen Landdag.
De pruisiasche kamers zijn dijnsdag ten
12 ure in de Witte Zaal van het konink
lijke slot. met eene troonrede van den
keizer en koning Wilhelm geopend ge
worden.
De eedaflegging op de grondwet was
in de troonrede zelve gevlochten.
Toen de keizer den lof zijns vaders had
gemaakt, hield hij een oogenblik stil en
sprak toen met heldere stem en met op
geheven hand den eed uit
lk beloof dat ik trouw en onverzel-
baar zal vasthouden aan de grondwet
van het koninkrijk, en in overeenstem-
ming met deze en met de andere wet-
ten zal regeeren, zoo waar help mij
God.
Vooral de zinsneden over den gods
dienstvrede werden door beide Huizen
van den Landdag warm toegejucht. Zie
hier hoe Z. M. zich daaromtrent '.voorde-
lijk uitdrukte
Het voorbeeld mijner roemrijke voor
gangers volgende, zal ik het steeds als
eenen plicht aanzien, aan alle eere
diensten in mijn land. bij de vrije uitoe
fenig hunner geloofs-belijdenis, mijne
koninklijke bescherming te verleenen.
Met hijzonder genoegen mag ik he-
statigen dat de nieuwe politiek-kerkelijke
wetgeving daartoe gevoerd heelt, de be
trekkingen tusschen den Staat en d§
katholieke Kerk en hare geestelijke over
heden te regelen op eene voor beide aan
neembare wijze. Ik zal trachten den ker
kdijken vrede in liet land te behouden.
Opmerkzaam was nog de volgende
verklaring.
a De gunstige toestand van het Slaats-
huishouden, heeft toegelaten een belang
rijken aanvang te nemen met de vermin
dering der belastingen op de gemeenten
en op de minder gegoede klassen. Het is
mijn wil dat dit streven worde voorgezet
en dat op gelijke wijze in de dringende
behoeften, welke tot hiertoe wegens ge
brek aan middelen moesten achteruitga-
steld worden, spoedig worde voorzien.
Na voorts te hebben gesproken over
de rampvolle overstroomingen, die er in
Pruisen hebben plaats gehad, eindigde
Z. M. als volgt
s Geachte heeren In bewogen tijd
heb ik de plichten van mijn koninklijk
ambt op de schouders genomen, dóch
ik aanveerd dit ambt, mij door Gods
raadsbesluiten toegekend, doordrongen
I>E
VAM ftïMT-HALO.
(9« Vervolg.)
Er bleef van het onderstand verlies mels over
dan de bijnaam, waarmode de gezellen baars mans
haar begiftigen.
Op het einde zijns levens, de zeetochten moede
en zich inbeeldende dat de walvizchvangst meer
zou opbrengen, vertrok Servan vooreerst met
Nieuwlandcrs, en waagde zich vervolgens tot in
de Noordzee. Twee reizen gelukten wonderlijk
bij de derde, terwijl hij den harpoen op een mon
sterachtig dier uitwierp, duikelde het gekwetste
dier eensklaps de diepte in, niet alleen het ijzer
meeslepende dat in zijne wonde was gebleven,
maar ook Servan den harpoenier.
Men trok er hem levenloos uit. De wraak die
•p den reusaehtigen walvisch werd uitgeoefend
riep Servan tot het leven niet terug. Men haalde
maar om aan de smart der weduwe voldoening
te geven, kuischten de matrozen de beenderen
van hel beest, de heelmeester van het schip voeg
de ze te samen, en wanneer de Malocnaren aan
landden, boden zij der weduwe het geraamte van
deu visch.
van het bisef mijner plichten en van de
woorden van den groolen Frederik dat
in Pruisen d« koning de eerste dienaar
van den Staat is.
De nieuwe encycliek. De nieuwe en
cycliek van Z. H. den Paus handelt on
der andere over de menschelijke vrijheid en
kan aanzien worden als eene vollediging
in verdere ontwikkeling van de gedach
ten, die door den Paus in de encycliek de
coiisliluUone civitaium chrisliana waren
uiteengezet.
Allereerst wordt door Z. H. hel bestaan
dier vrijheid bewezen en haren aard uit
gelegd. Haar grootsch karakter, door
den H. Vader in warme woorden erkend,
belet niet. dat goddelijke en menschelijke
wetten de uitoefeningen dezer vrijheid
moeten regelen, opdat de mensch,, aan
tekortkomingen onderhevig, met zeker
heid zijn natuurlijk en bovennatuurlijk
doel zou kunnen bereiken.
Vervolgens gaat de H. Vader over tot
de toepassing der voorgezette grondbe
ginsels en bespreekt het liberalism, in
zoover het de beteekenis heeft van een
streven in den bijzondereu mensch, om
zich te onttrekken aan elke verplichting
die haren grond elders dan in hem zeiven
vindt
De H. Vader doet een oproep op de ge
schiedenis der wereld, om de Kerk te
doen erkennen als de macht die voortdu
rend de menschelijke vrijheid onder hare
bescherming heeft genomen, zoowel wat
hare uitoefening aanging in den persoon,
als in het huisgezin en in den Staat.
De hedendaagsche grondbeginsels van
't liberalism in zijne uitdrukkingen
vrijheid van gedachte, vrijheid van spre
ken, vrijheid van drukpers en vrijheid van
godsdienst, worden daarna door den
Paus aan eene scherpe kritiek onderwor
pen.
De Paus spreekt er zijne veroordee
ling over uit, in zoover zij zich verzetten
tegen het natuurrecht en de goddelijke
wet, op welke de onderwerping berust
van den mensch aan het kerkelijk en aan
het wereldlijk gezag.
Als noodzakelijk gevolg daarvan.vraagt
de H. Vader voor de kerk, door Christus
gesticht, de vrije uitoefening van hare
opperste macht, welke steun en wijding
geeft aan de burgerlijke overheid Bei
den danken hunnen oorsprong aan dezelf
de bron God en werken, ieder op
hun gebied, tot het heil der menschheid.
Ten slotte dringt de Paus aan op de
verplichting, die op de katholieken rust.
deel te nemen aan het staatkundig leven,
terwijl Z. H. eenige i-bijzoudere regelen
stelt met het oog op verschillende toe
standen van lijd en plaats.
Zij aanvaardde het, hing het in de benedenzaal
harer woning, en was aan die herinnering den
naam van Moedeii Cachalot verschuldigd.
Wanneer zij Servan behoorlijk, beweend had
zocht zij eene openhrrtigc aanbeveling in de ramp
die haar van haren natuurlijken steun beroofde
De schim van Servan heliccn onafscheidbaar van
liet ontkleed geraamte van den walvisch. En ver
mits de vroolijk gemutste zeelieden tc gelijk de
noodzakelijkheid gevoelden om over hunnen
ouden maker te spreken, en het verlangen van
zijne weduwe tc troosten, met haar als goede klan
ten vele winsten aan te brengen, namen zij in
massa de herberg de» Goldsn Anker aan en doop
ten de weduwe met den naam van Mokier Cacha
lot. Zij nam die benaming met fierheid aan.
Moeder Cachalot, jong nog, levendig en jeugdig
scheen tusschen niemand onderscheid tc maken,
en behandelde de kalanten van het huis met eene
gelijke vriendschap.
Men mocht, wanneer men van eene lange en
vruchtbare reis terugkeerde, bij haar wel eens
luidruchtig drinken en zwieren, maar zij was op
recht eerlijk cn trok nooit uit den staat van dron
kenschap eens matrozen voordcel om zijne reke
ning te verhoogen.
De zeelieden kenden haar zoowel, dat zij baar
dikwijls hunne spaargelden toevertrouwden en
haar gelastten verschillende sommen aan de arme
leden hunner familie te overhandigen.
Het woord van moeder Cachalot was onschend
baar, haar spaarpot zoo zeker als de kas van deu
rijksten vrijbuiter.
Het zijn waarlijk liberale modelbe
stuurders zij die, sedert jaren, het
bestuur der stad Brussel in handen
hebben
Menigwerf reeds lieten zich de be
stuurders van Cceur et cerveau door
vreemdelingen fijnekens in de doeken
doen.
De reeks zou te lang wezen om al
de toeren te herinneren die aan de
stad Brussel werden gespeeld en die
allen hoogst noodlottig waren voor
hare financiën.
En om slechts iets te herinneren
spreken wij van zekeren Baudet
door haar'in dienst genomen en die
haar een half millioen obligaten ont
futselde.
Nauwelijks is de opschudding door
de dieverij van Baudet bedaard of de
Patriote verhaalt ons in 't lange en in
't breede hoe het zelfde Stedelijk
Bestuur zich heeft laten in de kleeren
steken voor eeno som van 686.000
franks door eene fransche rat ge
naamd Albert Potier Duplessy.
De stad Brussel had aan de Sociélé
anonynie des travaux publicsetc.
van Parijs hare rechten verkocht op
de onteigening bij blok der Arenberg-
straat en bijgevolgopde overblijvende
bouwgronden na die onteigening. De
koopprijs was betaalbaar bij jaarlijk-
sche stortingen, in 66 jaren.
Bovendien had de stad Brussel aan
gemelde Maatschappij, op de gebou
wen die zij aan de Arenbergstraat
had opgericht, twee kredieten geo
pend, een van 300 duizend franks,
gansch uitbetaald en een van 15 dui
zend fr. waarop 9 duizend fr. zijn
ontvangen.
Zoodat de Maatschappij aan de stad
schuldig bleef
1° 844,561 fr. zijnde de verkoopprijs
van den grond.
2® 309.000 fr. wegens geopende kre
dieten.
Dus te samen 1.153.561 uitkeerkaar
in jaarlijksche stortingen van 54 dui
zend fr. in ronde cijfers, gedurende
66 jaren.
De fransche Maatschappij waarvan
hooger spraak had hier eene slechte
zaak voor haar ondernomen en zocht
er zich dus van te ontmaken.
De fameuze Potier, komt te voor
schijn. Ja, Potier, een gefailleerde
Franschman, die te Brussel zoo wel
gekend is dat hij gedurig van naam
moet veranderen, biedt zich aan om
de slechte zaak der fransche Maat
schappij over te nemen.
Zonder eenige inlichtingen te ne-
De zeelieden in den dienst van M. de la Barbi-
uais lieten nooit na terug bij haar tc komen.
Gedurende de weken dat dc schepen in zee
waren, cn dat er haar slechts weinige klanten over.
bleven, verveelde zij zich. Hare groote vreugde
bestond in de beweging hij dc aankomst, het vroo
lijk getier der zeeroovers.
Waarlijk, zij had in Sint-Malo hare weerga niet
en hare klanten waren voorzeker de vroolijksten
van al de zeeroovers.
Wat al verhalen, gelach, gezang
Dc matrozen van den Neptinls den inval gehad
hebbende van onder het spelen cener muziek te
middagmalen, zoo had men voor hen al de vede
laars der stad aangeworven. Dezen, rijkelijk be
taald, genoegzaam ververscht, speelden in geweten
de eenen op dc viool, dc andere op dc fluit, op de
trompet of op dc lier. Misschien speelden zij zelfs
vcrscliiilige aria's. Maar hali'. muziek is lawijd, niet
waar En geloof mij dc vedelaars speelden door
cn garen klank voor bet geld.
De dochters der buurt dansten buiten bij dat
duivelsch wangeluid, en hare slanke schaduwen
gingen liccn en weer voor de deur der groote zaal.
Aan bet nagerecht, kreeg Poigne-d'Acier eens
klaps eeh zonderling gedacht.
Moeder Cachalot, zegde hij, neem dc grootste
uwer bakpannen, cn giet er twee ponden lies in.
Wat wilt gij opstoven, mijn jongen
Goudstukken.
Gij droomt.
Wees gerust, wij gaan ons goed vermaken.
Zonder te begrijpen welk spel er zou aanvangen,
men, «n zich te vrede stellende met
een getuigschrift van eenen parijsis-
schen bankier, over de solvabiliteit
van Potier, ontslaat de stad Brussel
de fransche Maatschappij en neemt in
hare plaats den gefailleerden Fransch
man aan. Die fransche Maatschappij,
men bemerke het wel, was volkomen
solvabel.
Hoe moeten hare leden in hunne
vuisten gelachen hebben
Voor alle waarborg eischte de stad
Brussel de storting eener som van
50 duizend franks twee jaren na het
verlijden der akte.
Potier was dus aan't hoofd der on
derneming van de Arenbergstraat, en
ontving de huishuren, enz.
Sedertdien leefde die fransche rat
een leventje dat de goudstukken deed
rollen en bollen 't was eene ware
benedictie
Banketten, nachtfeesten, vrouwen,
peerden, honden dat alles betaalde en
onderhield hij met de centen der
Brusselsche lastenbetalers.... Voor de
stadskas bleef er niets meer over.
Eindelijk werden zijne eigedommen
aangeslagen en in 't openbaar ver
kocht.... En toen alles vereffend was,
bleef de stad zitten met eene goed-
vindst op Potier van zes honderd
zes en taclitifg duizend
franks Nu, of ze daar ooit een
cent zal van terugzien, dat kan men
gemakkelijk raden
En de anders zoo klapzieke liberale
dagbladen, hebben de zaak tot hiertoe
verzwegen en wellicht zouden zij in
hunne stilzwijgendheid hebben blijven
volherden had de Patriote de zaak
niet aan 't licht gebracht
Wat denkt u, geëerde lezers, van
die bekwaamheid der brusselsche li
berale bestuurders die zich zoo behen-
diglijk een karot van 686,000 fr. heb
ben laten trekken
Een fransche deserteur, een gefail
leerde, die een concordaat met zijne
schuldeischers maakte voor eene fail
lietvan eenige duizenden franks,wordt
door die liberale modelbestuurders
als schuldenaar aanveerd, in vervan
ging eener machtige en rijke fiinan-
cieele maatschappij, voor eene zaak
die meer dan een millioen overtreft
En voegt de Patriote er bij, deze
zaak is de eenigste nietmen meldt
er ons andere van den zelfden aard
en in dezelfde omstandigheden.
Zietdaareen staaltje van de over-
groote bekwaamheid der liberale be
stuurders in de groote steden, die vol
gens de liberale drukpers, brandpun
ten zyn van licht, verstand en geleerd
heid.
goot de weduwe liet lies in dc pan, hetwelk begon
te kiscen, en Poigne-d'Acier wierp er drie goud
stukken in, tot de gezellen zeggende
Welaan, de handen aan de zaken voor de
broedertjes.
Zijne kameraden volgden hem na, en terwijl het
vet in dc pan rimpelde, verscheen Poigne-d'Acier
aan de deur der herberg.
Hondcngebroedsel riep hij, want het hoort
den matroos toe dc koning der mcnschen te zijn,
wij overwinnende zeeroovers, aan boord van den
Neptinls t'Tuggckome», wij laten u weten dat
moeder Cachalot in har# pan gouden Ion is opstooft
ter beschikking van al wie ze wil komen halen.
Warm warm de broedertjes Komt binnen, dc
proefneming kost niets Wie wil gestoofde louis
Komt binnen komt binnen
Men geloofde eerst aan eene scherts, maar zoo
als Poigne-d'Acier het zegde, dc proefneming
kostte niets. Arme duivels waagden dc kans cn
na zich schrikkelijk verbraud te hebben, brachten
zij goudstukken aan. Dan ontstond er in de groote
zaal een ongelooflijke harrewar. Het grootste
gelat dergenen die de louis in hel hrandvct poog.
den op te risschon, lietan woedende geschreeu-
wen hooren men schold ze uit voor bloodaars
de stoulsten volgden hen nu, cn intusschcn hield
de muziek zijne fijne toonen uit, en Galauban
zong eenen treurzang, over dc kaping van het
cngclsch schip.
Om eindelijk het volk in beweging tc brengen
verscheen Jan-la-Grenade aan een venster van de
eerste verdieping en wierp, U midden der lag»
Indien iets dergelijks in de eene of
andere stad door catholieken bestuurd
moest voorvallen, de liberale bladen
van gansch 't land zouden niet vol
doende wezen om den spot te verkon
digen dien men dry ven zou met de
spreekwoordelijke fiinancieele onbe
kwaamheid der katholiekenDe
ezels uit Den Dendergalm zouden hun
grofste gebalk laten hooren....
Nu, wat gebeurt er heden Terwijl
zekere liberale dagbladen zwijgen
ti achten de anderen de Brusselsche
onbekwame bestuurders te veront
schuldigen door allerhandeu flauwen
zeever..... Maar zulk eene handelwijze
is slechts goed om zich den spotlach
van alle weldenkende lieden op den
hals te halen 1
LANDBOUW.
De iveeryesteltenisse en de toestand der
veldgewassen.
Wij zijn in den loop der week dooreenen
weldadigen regen begunstigd geworden,
t is voorwaar voor sommige gewas-
sen een beetje Ie laat. Voor het vlas op
sommige drooge en lichte gronden waar
lijk moest het vroeger geregend hebben.
Er is eventwel min vlas moeten uitgere
den zijn dan men het vreesde. Veel vlas
zal ondertusschen zijne vereischte
lengte niet bekomen. De aardappels,
die het brood van de armen mogen ge-
heeten worden, slaan zeer schoon
tarwe en rogge zullen ook eene betere
uitkomst opleveren dan men het ver
wachtte. Vele klaver is mislukt. Die
eerst snijkoreu en dan engelsch gras aan
hunne beesten kunnen geven hebben,
zullen er wel meê gevaren zijn.
Die het veronachtzamen nu nog peer-
deland te planten, wij beklagen hunne
onvoorzienigheid of hunne hardnekkig
heid tegen iets, dat nieuwen nuttig is,
niet te willen invoeren Koppigheid of
onvoorzienigheid,spelen eenen noodlotti-
gen rol in deze wereld. Zij die daaraan
mank gaan, zeggen wel daar is niets
dat de klaver overtreft, in den zomer, en
loof en rapen in den winter. Overlegt dit
wel wat zou u moeten beletten het eene
met het andere wal te mengen Want
goed verscheen, zegt het spreekwoord,
is goed ie gaar. Klaver en peerdetand,
groen gegoten, binst den zomer aan de
beesten, kunnen zeer wel te samen gaan,
klaver en peerdetand, ingelegd en ver
mengd, voor d«n winter. Volgt het voor
beeld na van eene goede en voorzienige
huismoeder Wat doet zij Zij legt binst
den zomer groen, erwten en boontjes in,
om ze binst den winter door hare dierba
re huisgenoten te doen eten waarom
zou eene goede en voorzienige veehou
der, binst den zomer ook geen klaver en
menigte welke voor den ingang van den Goldin
Aken» opeengepakt stond, can schroot van aller
hande geldstukken. Dan hoorde men vreugde
geroepen, ecu hevig stampvoeten, een hevig ge
drag om elkander de penningen en stukken vau
vijftien stuivers te betwisten. De gedachte van
Jan-Ia-Grcuade werd bewonderd en de matrozen,
dc zaal velalendc, welke voor hunne vermaken
tc eng geworden was, mengden zich bij het on
voorbereid dansfeest.
Het feest verlengde zicli tot laat in den nacht.
De miliciewachten wandelden links en rechts,
glimlachende bij eene uitgelatenheid die hen vo'
toegevendheid vond.
Terwijl de vreugde inde herberg van moeder
Cachalot overliep, had er in de smalle en donkere
straat, door Mevrouw dc Mmiac en hare dochter
bewoond, een geheel verschillend tooneel plaats.
W anneer Bouche-en.Coeur en Corbillaud hen
volgden, kwamen zij stil in den gang van de bene
denwoning, weiken zij met den blik onderzochten.
Eerst eene wijde kamer, tot waschhuis en droog
plaats dienende, wijnkelders, een keldertje, al wat
nuttig cn gerieflijk was voor de zorgen van het
stofleiijke leven.
N roeger werd de eetzaal cn de nagerechtskeukau
van dat huis met het vroolijk geluid der genoo-
digden cn der dienaars vervuld maar een dier
vertrekken was in lijnwaadkanier veranderd, en
met groote kassen genicubleerd. Men bewoonde
de eerste verdieping.
WOftOT V00ftT«S|ET.