Landbouwkundige Dienst van den Staat. Kampernoeliën. niet op krachtdadige wijze tegen blijven verzenen, en met al de macht, waarmede wij bezield zijn, die niet trachten uit te roeien. Getrouw aan de beginselen, welke de Vlaamsche beweging te allen tijde voor gestaan heeft, willen wij onzen Bestuur ders en Lasthebbers herinneren, dat wij verslaan behandeld te worden als een vrij niet als een overwonnen volk dat wij, hoezeer het recht der Franschsprekende bevolking van België, in haar eigen ge west, ten volle eerbiedigende, wij, in onze Vlaamsche streken, in elke orde van ge dachten, evenveel recht willen hebben als zij sedert 58 jaren alléén in België genie ten. Het is om middelen te beramen ten einde al de onrechtvaardigheden te her stellen, waar het Vlaamsche volk nog over te klagen heeft, dat alle dietschspre- kende landgenooten worden bijeengeroe pen op eenen LANDDAG, welke den 9 September aanstaande, te tien uren voor middag, zal gehouden worden te Gent. Alle punten rechtstreeks in verband met de Vlaamsche belangen, zal men mo gen bespreken. Geene politieke redevoe ring, noch zulke die kwetsend zou kun nen geacht worden voor onze Waalsche landgenooten, zullen geduld worden. Vlaamsche Broeders Gij allen hebt ons volk en onze taal lief Gij allen wenscht dat aan het schreeu wend onrecht, waar sedert 1830 onze stam het slachtoffer van is, een einde ge maakt worde. Komt dan den 9 September talrijk op en loont dat wij niet zullen rus ten tot de spreuk eens bewaarheid worde: IN VLAANDEREN VLAAMSCH. Gent, den 25 Augustus 1888. OOST-VLA AN DEKEN. De Heer Fritz Vermeren, Landbouw kundige van den Slaat te Kortrijk, brengt ter kennis der Heeren Landbouwers dat hij voorloopig gelast is met het Bestuur van den Landbouwkundigen dienst van den Slaat in Oost-Vlaandere(!,ge?ament- lijk met de Heeren Yande Velde en Michiels respectievelijk. Bijgevoegde Landbouw kundigen van den Staat te Gent, Keizer- karelstraat, nr 72, en te Sottegem, Trap straat, nr 4. De Heer Vande Velde kan alle vrijda gen geraadpleegd worden in 't Commer- ciehuis op de Graanmerkt te Gent, van 9 tot 11 ure en half. De Heer Michiels kan men voorname lijk spreken alle dijnsdagen heel den voormiddag ten zijnent. De heeren Landbouwers worden ook verwittigd, dat volgaarne op alle raad plegingen van Landbouwkundigen schrif telijk toegestuurd, zal geantwoord wor den. Wanneer een onderzoek ter plaatse nuttig geacht wordl, zoo blijven voor noemde bedienden, daaraan ook geen zins te kort. Men merke op, dat de diensten der Landbouwkundigen voor de belangheb benden gansch kosteloos zijn. De kleine gemeente Epinoncourt, in de Adennen, is in diepe verslagenheid ge dompeld, door eene drievoudige vergifti ging, veroorzaakt door kampernoeliën. Een genaamd Lambinet had kampernoe liën in het veld verzameld, hij bereidde deze voor het avondmaal en geheel 't huisgezin at er van. Des anderdaags leed hij geweldige pij nen, alsook zijne vijf en dertigjarige vrouw en zijne oudste dochter van veertien jaar. Hij deed een geneesheer halen, maar het was te laat eenige uren daarna stierven die drie personen in de schrikkelijkste pijnen, niettegenstaande de zorgen van den doktor. Dit treurig ongeluk heeft, zooals wij hooger zegden, eene diepe ontroering te weeg gebracht in de gemeente en in ge heel den omtrek. Wij laten hier eenige kenteekens vol gen waaraan men de goede kampernoe liën van de slechte kan onderscheiden Goede kampernoeliën. 1° groeien in open veld, in drooge wei den, onder hel zonlicht, in gras- en tuin bedden op heiden en op braakland. 2. Hebben eenen aangenamen en ver- frischenden reuk, eenigzins aan versch meel of gemuskeerden kervel gelijkende andere hebben den reuk van amandel kernen, van noten of van eer.e roos. 3° Hebben eenen fijnen, aangenamen, lekkeren en voortreftelijken smaak. (Sma kelooze kampernoeliën zijn te mistrou wen.) 4° Hebben een vast, dicht, breekbaar, droog en wit vleesch het mag langs buiten licht roosachtig, violetkleurig of wijnrood wezen, terwijl de blaadjes van 't hoedie langs onder niet of een zeer weinig rooskleurig moeten zijn. Het vleesch moet mat en mag gekloven we zen. 5° Veranderen niet van kleur, wanneer men ze pelt of snijdt, maar blijven wit. Slechte kampernoeliën. 4° groeien in natte overlommerde bosschen,donkere hek-of struikbosschen, op bedervende planten en voedsels en op rotte boomen. 2° Hebben eenen sterken, onaar.gena- men, walgacbtigen, bedwelmenden reuk eenigzins aan vochtige aarde, aan terpen tijn of zwavelzuur gelijkende. Soms is hij ai te kampernoelachtig, dronken makend of beschimmelend. 3* Hebben een bitteren, zerpen, bran denden, samentrekkenden, zuren, gepe- perden, wrangen of grasachtigen smaak. 4° Hebben een lederachtig, bollig,slap, dradig, zwaar, nattig, houtachtig en kor relig vleesch, dat langs boven dikwijis kleverig en met ploosjes bedekt is. Het vleesch is rozenrood, blinkend, veel kleurig of bont en soms met loodblauwe randen omzoomd. 5° Veranderen van kleur bij het snij den en krijgen soms eene blauwe, gele, bruine, violet of zwarte kleur. Indien het water, waarin men ze weekt, zwart wordt, is het een zeker toeken dat de kampernoeliën vergiftigd zijn. Niettegenstaande deze zoo tegenoverge stelde hoedanigheid gebeurt het menig maal dal de nieuwsbladeren ons ver giftigingen door kampernoeliën mede- deelen. Verders mag men nooit vernachte nog oude kampernoeliën gebruiken zij moe ten versch en jong wezen, wam de beste zelf ontbinden zich na 2 k 3 dagen, wor den bitter en lederachtig,verliezen hunne goede reuk en smaak en kunnen alzoo schadelijk worden. Men houde voor stelligen regel, dat de kampernoeliën goede hoedanigheden moe ten bezitten en dat men twijfelachtige onmeêdoogend moet verwerpen. Even noodzakelijk is het de plukking bij droog weder te doen, en dan maar te beginnen als de zon reeds den dauw heeft doen verdwijnen. Men merke nog op, dat hel niet slecht is, vooraleer kampernoeliën te gebruiken ze verscheidene uren in water met azijn gemengd, te laten weeken dan lost de amanitine of vergiftigende stof, welke deze planten bevatten, zich op. Men zij dus voorzichtig en men ga met veel omzichtigheid te werk bij het gebrui ken van een voedsel, dat door onkennis de dood kan veroorzaken. WETTELIJK BESLUITEN. Het staatsblad van Donderdag deelt de koninklijke besluiten mee, waardoor het ontslag van M. de Moreau als minister van landbouw, nijverheid en openbare werken wordt aangenomen. Het is onmiddelijk gevolgd door liet be sluit dat M. Leo De Bruyn, volksvertegen woordiger in zijne plaats benoemd. Beide besluiten zijn voorafgegaan door een ander dat de werkzaamheden van verschillende besturen regelt. Zoo zijn bij voorbeeld de diensten der bedelaars gestichten, zinneloos- en gevangenhuizen van het ministerie van justicie afgenomen en bij dat van landbouw gevoegd, terwijl dit leslede diensten van Schooue Kun sten, letteren en wetenschappen afslaat van het ministerie van binnenlandsche zaken en onderwijs. De drie besluiten zijn gedagteekend uit Inverary, 26 augusti. Behalve hooger gemelde besluiten bevat het staatsblad ook de benoeming van M. Eug. Anspach. onder-gouverneur der Bank, tot gouve.r.eur derzelve, vooreenen tijd van vijf jaren. De bestuurder der Bank, M. Van Hoe- gaerden, is aangeduid om deu gouverneur in geval van afwezigheid of belet, te ver vangen. Hij zal den titel voeren van on dergouverneur. RECHTERLIJKE KRONIJK. Wij lezen in de Gazette van Gent De koophandelsrechtbank van Sint-Ni- kofaas heelt de failliet uitgesproken van eenen notaris van Lokeren, M. C. Van B. Een groot getal kleinhandelaars en rente niers, welke aan dien notaris hunne spaar penningen hadden toevertrouwd, zouden door de failliet ten onder gebracht zijn. Alle hoop om hun geld terug te bekomen is echter nog niet verloren, daar de fami lie van den notaris zeer rijk is en waar schijnlijk zal tusscbenkomen. Een leurder van socialistische dagbla den is door de rechtbank van Me chelen veroordeeld tot 5000 tr. boete eischbaar bij lijfsdwaug, gesteld op 5 maanden en de opname van het vonnis in een mech-lsch blad, voor laster tegen eenen der oversten van de fabriek Reestenberg. Hij had namelijk tegen gemelden per soon een lasterend artikel geplaatst in bet socialistenblad Vooruit. Ahveêr een martelaar. PRIESTERLIJKE BENOEMINGEN. De Eerw. Heer A. De Bock, S. T. D., onderpastoor in Sint Michiels te Gent, is professor benoemd van kerkelijke geschie denis in net groot Seminarie. De Zeereerw. Heer Massez, principaal van hel College te Geeraardsbergen, is superior benoemd van het klein Semina rie te Sint-Nikolaas. Hij wordt te Gee raardsbergen vervangen door den Eerw. Heer Saeys superior van het College te Dendermonde. Zijn onderpastoor benoemd te Gent in Sim Michiels, de E. H. Van Wambeke; in Sint Siephar.us, de E. H. Bonner, profes sor te Oudenaarde. D AGItOEK. Het jaar 1763 heeft ook een kwaad jaar geweest, gedurende 't welk de men schel) vele hebben te lijden gehad. Zie hier wat wij in ons dagboek aantreffen. Februari 1763. Desen winter is fel kaul geweest als in menige jaeren gesien is, het heeft beginnen te vriesen van den 8 december en soo sonder op houden tot den 30" van january nogtans altyd droog en sonder snieuw en altyd stille nogtans soo fel gevrosen dat alle gragten uytgevrosen waeren en alle meu- lebeuken, ook bynae geheel den dender, en op het heffen land is het dry voeten diep gevrosen en men segt in de lichte landen oft op de kerkhoven wel 31/2 voet en sommige 4 voet. «Het heeft soo stille geweest, en de meulebeke uytgevrosen soo dat het soo quaed was om meel te krygen dat die van diep in 'i land als van St Liven houtem, Burst, Bambrugge etc heb ben moeten naer den meulen van Lide- kerke ryden, het heeft begonst te doyeu den 30 january 1763 en nog wel geweyt en somtyds geregend en nogtans en was het den 1n maert nog niet door doeijt, Meert 1763. Den ln deser heeft pr Van De Velde (van NieuwerkerkenJ ko ren gesaeiji men is keurieus wat daar sal van komen 't is goed geweest en alle die schoekeloen gesaeijt hebben in meert is soo goed geweest als of hy voor den winter hadde gesaeijt geweest, ook 't bollesaet in meert gesaeijt is nog by tyd ryp geworden om te saeyen in den ougsl. 't cooren geit 15 st. den somer geerst 22 st. de vitsen 12 st. 't val. De lln, 12n, 13n meert heeft het uyt den oosten soo fel gewaeyt en soo schroo- melyk gevrosen dat er veel tarwe en schoekeloen nog vervrosen zijn en veel pataters ook degone al geplant waeren. De slooren zyn al vervrosen soo dat het saet van ses guldens en half isop'12 guld. den sak. Ook syn de claeveren vervrosen die te baefmis gemaeijt waren maar die niet gemaeijt en waeren syn nog redelijk namenllyk op straf land en ook op d'ha ver stoppelen, de boter geit 35 a 37 tot 2 guld. den steen. April 1763. Het doyersaet om te saeyen is opgeslaegen van seven st. den pot tot 24 st. en tot 30 st., 't lysemeel voor de beesten geld 5 st. den steen ende t robbroot eenen stuyver 't stuk en dat soo klyn, d'haver geld 16 a 17 st. 't vat, 't doeyersaet geld den 3 mey 30 st. den pot. Op 25 April 1763 overleed alhier den E. H. De Bruyn pastoor ende deken van Aelst, synde in den tleur van syn leuven 46 jaér, ende eenen man van uyt nemende geleerdhsyd geborlig van Gee- rardsbergen. Mei 1763. 'T weder is altijd kaut en daer sterven veel coyen van gebrek, men segt dat er eenen man van meire 2 coyen heeft gekogt voor 18 gulden de twee, 't hoy geld 30 guld. 't stroo 7 a 8 guld. 't hondert. Desen jaere, zegt onze dagboekhouder, synder veel pastoors gestorven als te weten in ons ardsb. van Mechelen.Erem- bodegem, Nieuwerkerken, Rosiers, Den- derhoutem, Erps, Warbex, Lennik St Quinten, Beyssem, Waelhem, Borsbeke, Munck swalmen, Aelst en Hofstade. Ook stervender veel gemeyn men- schen principal al meest oude en daer het minste maer aen en manquert, alle van pyne in de syde en aen het hart men segt dat het volgt van den feilen winter daer syn in't sedert nieuwjaer al 25 oft 26 groote lyken geweest zonder de cleyne. (1) Dc parochie door onzen dagbnekhouder be woond, kon alsdan ongeveer 700 zielen tellen. ALLERHANDE NIEUWS. Erratum. Men doet ons op merken dat het niet M. Karei Cumont- Faider was die, in 1864, als liberale can- didaat in kiesworsteling is geweest met M. Victor Van Wambeke maar wel des- zelfs broeder, wijlen den heer Emilius Cumont. M. Karei Cumonl-Faider trad onder andere als liberale candidaat op in 1866. In den Denderbode van 1864 is er slechts spraak van eenen heer Cumont zonder melding van den voornaam en van daar de misgreep. Denderleeuw 30 Augusti 1888. Domien Steppe, kleermaker en winkelier alhier, is gisteren, op den ijzerenweg, aan eenen doorgang met op- trekkenden bareel, door eenen trein ge troffen geworden en op den. slag gedood. Deze man bad den ouderdom van 77 jaren bereikt en gaf, sedert eenigen tijd teekens van wanzinnigheid, In weerwil van zijnen hoogen ouderdom en de ge breken die denzelven meêbrengt, was hij nog gestadig werkzaam aan zijne tafel hij was altijd een burger van geregelde levenswijze, algemeen geacht en bemind en daarom door allen betreurd. Groote Internationale Wedstrijd van Brussel, 1888. Het Uitvoerend Bewind heeft de Voorzitters der voornaamste mu ziekgezelschappen bijeengeroepen tot een vergadering waarop de maatregelen zul len worden beraamd noodig om in den loop der maand September een monster- feest te geven in de Tuinen, Hallen en Feestzaal van den Grooten Wedstrijd. De Heer Stauf, te Keulen, die voor vijf jaar de Duitsche muziekfeesten bestuurde, waarvan den roep van mond tot mond ging, heeft het Bestuur op zich genomen van het feesf voor zoover de Duitsche muziekgezelschappen betreft en van he den af aan doet alles reeds voorzien dat de pogingen van het Uitvoerend Bewind met den besten uitslag zullen worden be kroond en de menigte gedurende Septem ber naar Brussel zal stroomen. De juiste datums deelen wij later mede. De begrafenis van M. Dutoict, heef1 onder grooten volkstoeloop plaats gehad- Voor den lijkstoet werd een fac-simile ge" dragen van de visscherssloep die het lijk vond. Het werd gedragen door de beman ning der sioep zelf. De vrienden, die met den afgestorvene gingen varen. MM. Franchomme en Vaxelaire, volgden meê de baar. Het vrouwelijke personeel van het huis Dutoict volgde met kronen van witte rozen. De kerk was reeds voor de aankomst van den lijkstoet zoo vol, dat degenen die van dezen leste deel maakten er nauwelijks plaatsin vonden. Na vijf jaren.Eene vrouw, die acht dagen geleden een huis kwam be wonen te Laken, was verwonderd te zien dat de stoof niet trok. Zij onderzocht de schouw. Wie beschrijft hare verbazing toen zij een kinderbeen, daarna een ontvleeschde hoofd en andere menschelijk overblijfsels ag naar beneden vallen, alsmeè flesch» kens, glazen, enz., alles door de rook zwart geworden. De policie werd verwittigd en een on derzoek bracht aan het licht dat deze overblijfselen toehoorden aan een kind van 2 of 5 jaren oud, dat over ten minste vijf jaren moest vermoord en in stukken gesneden zijn. Het huis was nog maar 10 jaren be woond geweest. Het gerecht staat hier voor eene zeer dramatische zaak, die waarschijnlijk moeielijk zal kunnen opgelost worden. (Nadere bijzonderheden.) Sedert een tien- of twaalftal jaren dal hel huis bestaat, heelt liet niet minder dan 15 bewoners gehad. De tegenwoor dige bewoner is een schoonmaker. M. Baudoux, die de menschelijke over blijfselen onderzocht, denkt dat zij voort komen van een kind van 7 jaren. De mis daad zou van over 5 ol 6 jaren dagteeke- nen. De fleschkens bevatten petrool, ter pentijn en goudstof. Het parket heeft vrijdag ter plaatse geweest. Ter veemarkt van Waver werden aangeboden127 melkkoeien,27 ossen,31 veerzen, 24 jonge ossen, 71 varkens, 128 jonge varkens. Hiervan zijn verkocht: 113 koeien, 21 ossen, 27 veerzen, 21 jonge veerzen65 varkens en 110 jonge varkens. Middelbare prijzen koeien, Ir. 250os sen, 325; veerzen, 220 jonge ossen, 110 varkens, 100 jonge varkens, 8.50 Schrikkelijk ongeluk te Tongeren. Een man onthoofd. Een afgrijsel k voorval heeft dinsdag namiddag de stad in op schudding gebracht. De genaamde Pieier Vreyen, timmerman en herbergier in het lokaal der Concordia, had zich naar liet houtmagazijn van M. Jan Christiaens, bui ten de Maastrichterpoort, begeven om planken te bestellen, en leende daar be reidwillig zijne hulp aan eenige werklie den, bezig met het voortstooten van een geladen wagen op de spoorbaan, die de werkhuizen aan de statie verbindt. Vreyen, terwijl hij aan den waggon stiet, ging ter zijde op het metselwerk, toen hij eensklaps uitschoof en voorover op de rails neérviel, met het ongelukkig gevolg dat hem eerst zijne linkerhand en daarna het hoofd letterlijk van de romp werd gescheiden. De dood was, zooals men denken kan, oogenblikkelijk, en de toeschouwers ble ven als verpletterd aan den grond gena geld, zich nauwelijks rekening kunnende geven over de bliksemsnelheid waarmee het onheil gebeurd was. Het lijk werd eerst naar het hospitaal en 's avonds naar de woning van liet slachtoffer gebracht men begrijpt de droefheid der kinderen als zij hel ver minkt overschot van hunnen vader terug zagen, die hier als een werkzaam man be kend was. Donderdag had te Roeselare de feestelijke inhaling plaats van M. Lagae, den overwinnaar in den prijskamp van Rome. Hij werd door al de maatschappij en der stad aan de statie afgewacht. HOLLAND. Brand in liet Ursulinen- klooster te "Venraai. (Nadere bijzonderheden.) Ziehier verdere lijdingen over de vree- selijke ramp, die Venraai getroffen heeft. Een groot gedeelte van de kostschool Jerusalem, die aan het klooster der eerw. Zusters Ursulinen is verbonden, is de prooi der vlammen geworden. Van het geslicht, dat in den vorm van een hoefijzer gebouwd is, is gisteren een vleugel geheel door den brand vernield. In dezen vleugel was de kostschool ge vestigd. Het was 12 ure op den middag de 130 a 140 leerlingen van de kostschool zaten juist in het middengedeelte aan tafel en hadden de soep gebruikt, toeri in de keuken, in den kelder gelegen, een bakoven sprong, waardoor in het boven gedeelte van het gebouw, dat eerst kor telings is opgetrokken, brand omstond. Onmiddellijk werden door de Zusters alle voorzorgen voor de. veiligheid der leerlingen genomen. De deuren der eet zaal, die naar binnen geleiden, worden gesloten en die naar buiten uitgang heb ben, geopend. Onder haar geleide wer den alsdan de kinderen naar deparochio- kerk gebracht, alwaar zij zoo lang ver bleven totdat men in de gelegenheid was, ze naar hare woonplaatsen te doen vesirekken. Ook werden aanstonds door den eerw. rektor het H. Sakrament en de H. Vaten in veiligheid gebracht, terwijl de zusters in het brandende gedeelte zoowel en zoo veel en zoolang mogelijk trachtten te redden, wat vervoerbaar was. Met eene brandspuit van liet klooster der eerw. paters Franciscanen trachtte men den brand te blusscheu. Gebrek aan water deed zich daarbij gevoelen. Aan behoud van het aangetaste gedeelte viel hierdoor niet meer tedenken. Met emmers water uit eene pomp, die reeds brandde, nat gehouden. Men vroeg aanstonds per telegraaf de hulp der brandweer van Venloo. Ten 2 ure 50 kwam deze te Venraai. Met denzelfden trein vertrokken alsdan de leerlingen, onder geleide van een aan tal Zusters naar Nijmegen, vanwaar zij langs de verschillende spoorlijnen verder naar hare familiën werden gebracht. Men moest juist den dag vieren, zooals wij gemeld hebben, waarop de Ursulinen 50 jaar geleden weêr in het bezit van haar klooster werden gesteld. Daartoe waren de eet- en studiezalen, benevens de gangen allerprachtigst versierd. Honderde personen waren uitgenoo- digd, de feestviering te komen bijwonen, die te gelijk met de gewone jaarlijksche prijsuitdeeling moesten plaats hebben, waarna woensdag oe vacantie zou be ginnen. Met het inzicht van plaats te verkrij gen, waren de goéderen der leerlingen reeds zaterdag verzonden, met uitzonde ring van het goed van eenige, die de vacantie in het gesticht zouden doorbren gen. Noch de leerlingen, noch de 80 Zus ters bekwamen eenig letsel. Roermond's bisschop, Z. D. H. Mgr Fr. Boermans, die dijnsdag morgend, zooals reeds gemeld werd, de nieuwe kerk van Tienraai wijdde en voornemens was de feestviering met zijne Doorluch tige. tegenwoordigheid te komen ver- eeren, kwam in den namiddag te Ven raai loe en nam zijn intrek in het oude gebouw, dat gespaard is gebleven. Zoowel bij het ontruimen van het ge bouw door de leerlingen en later ook bij haar vertrek, onderhielden de eerw. Zusters zulk eene goede orde, dat men het aan haar grootendeels danken mag, dat geen persoonlijke ongelukken te be treuren zijn. Woensdag nacht was de wind zoo hevig dai de zeer hooge buitenmuren van het klooster, die nog recht stonden, j grootendeeld omvergewaaid zijn. Als door een wonder bleef bet tuinhuis in den val gespaard, zoodat de zich daarin bevindende hovenier levend tusschen de puinen uitkwam. Een der gevels viel door de gewelven i heen, veroorzaakte in de ondergebouwen groote schaê en brand in de meel en i kolenkelders. Er waren daar onder ande re twee wagens steenkolen voorhanden. Nu is de brand gebluscht, doch elk oogenblik verwacht men het instorten van den hoogen achtermuur. Bij de iu- j storting waren 4 personen in de kelders die gelukkig niet gekwetst werden. De schilders, die sedert een jaar in het gebouw werkten, hadden bij het uitbre ken van den brand juist de leste hand aan de fresco's gelegd. De gebouwen en kloostereigendom men zijn verzekerd bij de onderlinge ker kelijke verzekeringsmaatschappijen. De De eigendommen der inwonende kinde ren waren niet verzekerd. De schaê wordt op 175,000 gulden ge schat. FRANKRIJK. Een priester verdronken. Een dag blad van Bordeaux vertelt als volgt de dood van den eerw. h. Médeville,pastoor van Carcans, die in de zee verdronken is. Twee uren na het nemen van zijn noenmaal was M. de Médeville,vergezeld var. verscheidene vrienden een bad gaan nemen, De zee was onstuimig. Nauwelijks hadden zij eenige stappen ver gezwom men, of M. de pastoor werd door den stroom meêgesleept. Zijne gezellen zagen hem langzamer hand van het strand verwijderen, zonder dat het in hunne macht was, hem eenige hulp te verleenen, of zonder dat hij zelfs op hunne kreten antwoordde. liet schouwspel was verschrikkelijk inderdaad, de eerw. heer pastoor werd gedurende drij uren door overgroote gol ven heen en weêr geslingerd, dan eens bij dc kust geworpen, dan weêr in zee gedreven* Op het strand betreurden zijne vrien den hunne onmacht om hem ter hulp te komen, en de afgelegenheid der posten, die alle hulp onmogelijk maakte. Eindelijk na drie uren aldus de dood voor oogen gezien te hebben, verdween het lichaam van den ongelukkigen gees telijke, om niet meer te verschijnen. Geheimzinnige misdaad. Het schijnt dat er wéinig licht komt in de zaak van de moord van M. Villy, pastoor van Fouquières-les-Bethuue. Het gerecht schijnt tot hiertoe geene genoegzame bewijzen tegen de nicht van het slachtoffer gevonden te hebben om ze te kunnen aanhouden. Hare verklaringen waren zonderling, zelfs onverstaanbaar, maar dat is alles. Van den anderen kant zou mej. Ame- dro verklaard hebben dat zij den moor denaar kent. Verder heeft het parket de verklaring gehoord van M. Cormant, eigenaar te Fouquères aan wien de pastoor, in tegenwoordigheid van den pastoor van La Cuisière zou verklaard hebben den moordenaar te kennen, maar dat hij hem niet kon noemen. Men ziet het is een ver warde zaak, waarin maar weinig licht komt. Vergiftiging. Een jong meisje van 26 jaar, wonende in de rue d'Ypres te Ar- mentières, had zaterdag avond bij eenen apotheker engelsch zout gekocht en mengde het zondag morgend met eene tas melk, waarna zij hel uitdronk. Bijna onmiddelijk kreeg zij hevige inge-

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1888 | | pagina 2