Landbouwkundige Dienst van
den Staat.
Kampernoeliën.
niet op krachtdadige wijze tegen blijven
verzenen, en met al de macht, waarmede
wij bezield zijn, die niet trachten uit te
roeien.
Getrouw aan de beginselen, welke de
Vlaamsche beweging te allen tijde voor
gestaan heeft, willen wij onzen Bestuur
ders en Lasthebbers herinneren, dat wij
verslaan behandeld te worden als een vrij
niet als een overwonnen volk dat wij,
hoezeer het recht der Franschsprekende
bevolking van België, in haar eigen ge
west, ten volle eerbiedigende, wij, in onze
Vlaamsche streken, in elke orde van ge
dachten, evenveel recht willen hebben als
zij sedert 58 jaren alléén in België genie
ten.
Het is om middelen te beramen ten
einde al de onrechtvaardigheden te her
stellen, waar het Vlaamsche volk nog
over te klagen heeft, dat alle dietschspre-
kende landgenooten worden bijeengeroe
pen op eenen LANDDAG, welke den
9 September aanstaande, te tien uren voor
middag, zal gehouden worden te Gent.
Alle punten rechtstreeks in verband
met de Vlaamsche belangen, zal men mo
gen bespreken. Geene politieke redevoe
ring, noch zulke die kwetsend zou kun
nen geacht worden voor onze Waalsche
landgenooten, zullen geduld worden.
Vlaamsche Broeders
Gij allen hebt ons volk en onze taal
lief
Gij allen wenscht dat aan het schreeu
wend onrecht, waar sedert 1830 onze
stam het slachtoffer van is, een einde ge
maakt worde. Komt dan den 9 September
talrijk op en loont dat wij niet zullen rus
ten tot de spreuk eens bewaarheid worde:
IN VLAANDEREN VLAAMSCH.
Gent, den 25 Augustus 1888.
OOST-VLA AN DEKEN.
De Heer Fritz Vermeren, Landbouw
kundige van den Slaat te Kortrijk, brengt
ter kennis der Heeren Landbouwers dat
hij voorloopig gelast is met het Bestuur
van den Landbouwkundigen dienst van
den Slaat in Oost-Vlaandere(!,ge?ament-
lijk met de Heeren Yande Velde en Michiels
respectievelijk. Bijgevoegde Landbouw
kundigen van den Staat te Gent, Keizer-
karelstraat, nr 72, en te Sottegem, Trap
straat, nr 4.
De Heer Vande Velde kan alle vrijda
gen geraadpleegd worden in 't Commer-
ciehuis op de Graanmerkt te Gent, van
9 tot 11 ure en half.
De Heer Michiels kan men voorname
lijk spreken alle dijnsdagen heel den
voormiddag ten zijnent.
De heeren Landbouwers worden ook
verwittigd, dat volgaarne op alle raad
plegingen van Landbouwkundigen schrif
telijk toegestuurd, zal geantwoord wor
den.
Wanneer een onderzoek ter plaatse
nuttig geacht wordl, zoo blijven voor
noemde bedienden, daaraan ook geen
zins te kort.
Men merke op, dat de diensten der
Landbouwkundigen voor de belangheb
benden gansch kosteloos zijn.
De kleine gemeente Epinoncourt, in de
Adennen, is in diepe verslagenheid ge
dompeld, door eene drievoudige vergifti
ging, veroorzaakt door kampernoeliën.
Een genaamd Lambinet had kampernoe
liën in het veld verzameld, hij bereidde
deze voor het avondmaal en geheel
't huisgezin at er van.
Des anderdaags leed hij geweldige pij
nen, alsook zijne vijf en dertigjarige vrouw
en zijne oudste dochter van veertien jaar.
Hij deed een geneesheer halen, maar het
was te laat eenige uren daarna stierven
die drie personen in de schrikkelijkste
pijnen, niettegenstaande de zorgen van
den doktor.
Dit treurig ongeluk heeft, zooals wij
hooger zegden, eene diepe ontroering te
weeg gebracht in de gemeente en in ge
heel den omtrek.
Wij laten hier eenige kenteekens vol
gen waaraan men de goede kampernoe
liën van de slechte kan onderscheiden
Goede kampernoeliën.
1° groeien in open veld, in drooge wei
den, onder hel zonlicht, in gras- en tuin
bedden op heiden en op braakland.
2. Hebben eenen aangenamen en ver-
frischenden reuk, eenigzins aan versch
meel of gemuskeerden kervel gelijkende
andere hebben den reuk van amandel
kernen, van noten of van eer.e roos.
3° Hebben eenen fijnen, aangenamen,
lekkeren en voortreftelijken smaak. (Sma
kelooze kampernoeliën zijn te mistrou
wen.)
4° Hebben een vast, dicht, breekbaar,
droog en wit vleesch het mag langs
buiten licht roosachtig, violetkleurig of
wijnrood wezen, terwijl de blaadjes van
't hoedie langs onder niet of een zeer
weinig rooskleurig moeten zijn. Het
vleesch moet mat en mag gekloven we
zen.
5° Veranderen niet van kleur, wanneer
men ze pelt of snijdt, maar blijven wit.
Slechte kampernoeliën.
4° groeien in natte overlommerde
bosschen,donkere hek-of struikbosschen,
op bedervende planten en voedsels en op
rotte boomen.
2° Hebben eenen sterken, onaar.gena-
men, walgacbtigen, bedwelmenden reuk
eenigzins aan vochtige aarde, aan terpen
tijn of zwavelzuur gelijkende. Soms is hij
ai te kampernoelachtig, dronken makend
of beschimmelend.
3* Hebben een bitteren, zerpen, bran
denden, samentrekkenden, zuren, gepe-
perden, wrangen of grasachtigen smaak.
4° Hebben een lederachtig, bollig,slap,
dradig, zwaar, nattig, houtachtig en kor
relig vleesch, dat langs boven dikwijis
kleverig en met ploosjes bedekt is. Het
vleesch is rozenrood, blinkend, veel
kleurig of bont en soms met loodblauwe
randen omzoomd.
5° Veranderen van kleur bij het snij
den en krijgen soms eene blauwe, gele,
bruine, violet of zwarte kleur. Indien het
water, waarin men ze weekt, zwart
wordt, is het een zeker toeken dat de
kampernoeliën vergiftigd zijn.
Niettegenstaande deze zoo tegenoverge
stelde hoedanigheid gebeurt het menig
maal dal de nieuwsbladeren ons ver
giftigingen door kampernoeliën mede-
deelen.
Verders mag men nooit vernachte nog
oude kampernoeliën gebruiken zij moe
ten versch en jong wezen, wam de beste
zelf ontbinden zich na 2 k 3 dagen, wor
den bitter en lederachtig,verliezen hunne
goede reuk en smaak en kunnen alzoo
schadelijk worden.
Men houde voor stelligen regel, dat de
kampernoeliën goede hoedanigheden moe
ten bezitten en dat men twijfelachtige
onmeêdoogend moet verwerpen.
Even noodzakelijk is het de plukking bij
droog weder te doen, en dan maar te
beginnen als de zon reeds den dauw
heeft doen verdwijnen.
Men merke nog op, dat hel niet slecht
is, vooraleer kampernoeliën te gebruiken
ze verscheidene uren in water met azijn
gemengd, te laten weeken dan lost de
amanitine of vergiftigende stof, welke
deze planten bevatten, zich op.
Men zij dus voorzichtig en men ga met
veel omzichtigheid te werk bij het gebrui
ken van een voedsel, dat door onkennis
de dood kan veroorzaken.
WETTELIJK BESLUITEN.
Het staatsblad van Donderdag deelt de
koninklijke besluiten mee, waardoor het
ontslag van M. de Moreau als minister
van landbouw, nijverheid en openbare
werken wordt aangenomen.
Het is onmiddelijk gevolgd door liet be
sluit dat M. Leo De Bruyn, volksvertegen
woordiger in zijne plaats benoemd.
Beide besluiten zijn voorafgegaan door
een ander dat de werkzaamheden van
verschillende besturen regelt. Zoo zijn
bij voorbeeld de diensten der bedelaars
gestichten, zinneloos- en gevangenhuizen
van het ministerie van justicie afgenomen
en bij dat van landbouw gevoegd, terwijl
dit leslede diensten van Schooue Kun
sten, letteren en wetenschappen afslaat
van het ministerie van binnenlandsche
zaken en onderwijs.
De drie besluiten zijn gedagteekend uit
Inverary, 26 augusti.
Behalve hooger gemelde besluiten bevat
het staatsblad ook de benoeming van M.
Eug. Anspach. onder-gouverneur der
Bank, tot gouve.r.eur derzelve, vooreenen
tijd van vijf jaren.
De bestuurder der Bank, M. Van Hoe-
gaerden, is aangeduid om deu gouverneur
in geval van afwezigheid of belet, te ver
vangen. Hij zal den titel voeren van on
dergouverneur.
RECHTERLIJKE KRONIJK.
Wij lezen in de Gazette van Gent
De koophandelsrechtbank van Sint-Ni-
kofaas heelt de failliet uitgesproken van
eenen notaris van Lokeren, M. C. Van B.
Een groot getal kleinhandelaars en rente
niers, welke aan dien notaris hunne spaar
penningen hadden toevertrouwd, zouden
door de failliet ten onder gebracht zijn.
Alle hoop om hun geld terug te bekomen
is echter nog niet verloren, daar de fami
lie van den notaris zeer rijk is en waar
schijnlijk zal tusscbenkomen.
Een leurder van socialistische dagbla
den is door de rechtbank van Me chelen
veroordeeld tot 5000 tr. boete eischbaar
bij lijfsdwaug, gesteld op 5 maanden en
de opname van het vonnis in een
mech-lsch blad, voor laster tegen eenen
der oversten van de fabriek Reestenberg.
Hij had namelijk tegen gemelden per
soon een lasterend artikel geplaatst in
bet socialistenblad Vooruit.
Ahveêr een martelaar.
PRIESTERLIJKE BENOEMINGEN.
De Eerw. Heer A. De Bock, S. T. D.,
onderpastoor in Sint Michiels te Gent, is
professor benoemd van kerkelijke geschie
denis in net groot Seminarie.
De Zeereerw. Heer Massez, principaal
van hel College te Geeraardsbergen, is
superior benoemd van het klein Semina
rie te Sint-Nikolaas. Hij wordt te Gee
raardsbergen vervangen door den Eerw.
Heer Saeys superior van het College te
Dendermonde.
Zijn onderpastoor benoemd te Gent in
Sim Michiels, de E. H. Van Wambeke; in
Sint Siephar.us, de E. H. Bonner, profes
sor te Oudenaarde.
D AGItOEK.
Het jaar 1763 heeft ook een kwaad
jaar geweest, gedurende 't welk de men
schel) vele hebben te lijden gehad. Zie
hier wat wij in ons dagboek aantreffen.
Februari 1763. Desen winter is
fel kaul geweest als in menige jaeren
gesien is, het heeft beginnen te vriesen
van den 8 december en soo sonder op
houden tot den 30" van january nogtans
altyd droog en sonder snieuw en altyd
stille nogtans soo fel gevrosen dat alle
gragten uytgevrosen waeren en alle meu-
lebeuken, ook bynae geheel den dender,
en op het heffen land is het dry voeten
diep gevrosen en men segt in de lichte
landen oft op de kerkhoven wel 31/2
voet en sommige 4 voet.
«Het heeft soo stille geweest, en de
meulebeke uytgevrosen soo dat het soo
quaed was om meel te krygen dat die
van diep in 'i land als van St Liven
houtem, Burst, Bambrugge etc heb
ben moeten naer den meulen van Lide-
kerke ryden, het heeft begonst te doyeu
den 30 january 1763 en nog wel geweyt
en somtyds geregend en nogtans en was
het den 1n maert nog niet door doeijt,
Meert 1763. Den ln deser heeft pr
Van De Velde (van NieuwerkerkenJ ko
ren gesaeiji men is keurieus wat daar sal
van komen 't is goed geweest en alle die
schoekeloen gesaeijt hebben in meert is
soo goed geweest als of hy voor den
winter hadde gesaeijt geweest, ook 't
bollesaet in meert gesaeijt is nog by tyd
ryp geworden om te saeyen in den ougsl.
't cooren geit 15 st. den somer geerst
22 st. de vitsen 12 st. 't val.
De lln, 12n, 13n meert heeft het uyt
den oosten soo fel gewaeyt en soo schroo-
melyk gevrosen dat er veel tarwe en
schoekeloen nog vervrosen zijn en veel
pataters ook degone al geplant waeren.
De slooren zyn al vervrosen soo dat het
saet van ses guldens en half isop'12 guld.
den sak. Ook syn de claeveren vervrosen
die te baefmis gemaeijt waren maar die
niet gemaeijt en waeren syn nog redelijk
namenllyk op straf land en ook op d'ha
ver stoppelen, de boter geit 35 a 37 tot
2 guld. den steen.
April 1763. Het doyersaet om te
saeyen is opgeslaegen van seven st. den
pot tot 24 st. en tot 30 st., 't lysemeel
voor de beesten geld 5 st. den steen ende
t robbroot eenen stuyver 't stuk en dat
soo klyn, d'haver geld 16 a 17 st. 't vat,
't doeyersaet geld den 3 mey 30 st. den
pot.
Op 25 April 1763 overleed alhier den
E. H. De Bruyn pastoor ende deken
van Aelst, synde in den tleur van syn
leuven 46 jaér, ende eenen man van uyt
nemende geleerdhsyd geborlig van Gee-
rardsbergen.
Mei 1763. 'T weder is altijd kaut
en daer sterven veel coyen van gebrek,
men segt dat er eenen man van meire 2
coyen heeft gekogt voor 18 gulden de
twee, 't hoy geld 30 guld. 't stroo 7 a 8
guld. 't hondert.
Desen jaere, zegt onze dagboekhouder,
synder veel pastoors gestorven als te
weten in ons ardsb. van Mechelen.Erem-
bodegem, Nieuwerkerken, Rosiers, Den-
derhoutem, Erps, Warbex, Lennik St
Quinten, Beyssem, Waelhem, Borsbeke,
Munck swalmen, Aelst en Hofstade.
Ook stervender veel gemeyn men-
schen principal al meest oude en daer
het minste maer aen en manquert, alle
van pyne in de syde en aen het hart men
segt dat het volgt van den feilen winter
daer syn in't sedert nieuwjaer al
25 oft 26 groote lyken geweest zonder
de cleyne.
(1) Dc parochie door onzen dagbnekhouder be
woond, kon alsdan ongeveer 700 zielen tellen.
ALLERHANDE NIEUWS.
Erratum. Men doet ons op
merken dat het niet M. Karei Cumont-
Faider was die, in 1864, als liberale can-
didaat in kiesworsteling is geweest met
M. Victor Van Wambeke maar wel des-
zelfs broeder, wijlen den heer Emilius
Cumont. M. Karei Cumonl-Faider trad
onder andere als liberale candidaat op
in 1866. In den Denderbode van 1864 is
er slechts spraak van eenen heer Cumont
zonder melding van den voornaam en
van daar de misgreep.
Denderleeuw 30 Augusti
1888. Domien Steppe, kleermaker en
winkelier alhier, is gisteren, op den
ijzerenweg, aan eenen doorgang met op-
trekkenden bareel, door eenen trein ge
troffen geworden en op den. slag gedood.
Deze man bad den ouderdom van 77
jaren bereikt en gaf, sedert eenigen tijd
teekens van wanzinnigheid, In weerwil
van zijnen hoogen ouderdom en de ge
breken die denzelven meêbrengt, was hij
nog gestadig werkzaam aan zijne tafel
hij was altijd een burger van geregelde
levenswijze, algemeen geacht en bemind
en daarom door allen betreurd.
Groote Internationale Wedstrijd van
Brussel, 1888. Het Uitvoerend Bewind
heeft de Voorzitters der voornaamste mu
ziekgezelschappen bijeengeroepen tot een
vergadering waarop de maatregelen zul
len worden beraamd noodig om in den
loop der maand September een monster-
feest te geven in de Tuinen, Hallen en
Feestzaal van den Grooten Wedstrijd.
De Heer Stauf, te Keulen, die voor vijf
jaar de Duitsche muziekfeesten bestuurde,
waarvan den roep van mond tot mond
ging, heeft het Bestuur op zich genomen
van het feesf voor zoover de Duitsche
muziekgezelschappen betreft en van he
den af aan doet alles reeds voorzien dat
de pogingen van het Uitvoerend Bewind
met den besten uitslag zullen worden be
kroond en de menigte gedurende Septem
ber naar Brussel zal stroomen.
De juiste datums deelen wij later mede.
De begrafenis van M. Dutoict, heef1
onder grooten volkstoeloop plaats gehad-
Voor den lijkstoet werd een fac-simile ge"
dragen van de visscherssloep die het lijk
vond. Het werd gedragen door de beman
ning der sioep zelf. De vrienden, die met
den afgestorvene gingen varen. MM.
Franchomme en Vaxelaire, volgden meê
de baar. Het vrouwelijke personeel van
het huis Dutoict volgde met kronen van
witte rozen. De kerk was reeds voor de
aankomst van den lijkstoet zoo vol, dat
degenen die van dezen leste deel maakten
er nauwelijks plaatsin vonden.
Na vijf jaren.Eene vrouw, die
acht dagen geleden een huis kwam be
wonen te Laken, was verwonderd te
zien dat de stoof niet trok.
Zij onderzocht de schouw.
Wie beschrijft hare verbazing toen zij
een kinderbeen, daarna een ontvleeschde
hoofd en andere menschelijk overblijfsels
ag naar beneden vallen, alsmeè flesch»
kens, glazen, enz., alles door de rook
zwart geworden.
De policie werd verwittigd en een on
derzoek bracht aan het licht dat deze
overblijfselen toehoorden aan een kind
van 2 of 5 jaren oud, dat over ten minste
vijf jaren moest vermoord en in stukken
gesneden zijn.
Het huis was nog maar 10 jaren be
woond geweest.
Het gerecht staat hier voor eene zeer
dramatische zaak, die waarschijnlijk
moeielijk zal kunnen opgelost worden.
(Nadere bijzonderheden.)
Sedert een tien- of twaalftal jaren dal
hel huis bestaat, heelt liet niet minder
dan 15 bewoners gehad. De tegenwoor
dige bewoner is een schoonmaker.
M. Baudoux, die de menschelijke over
blijfselen onderzocht, denkt dat zij voort
komen van een kind van 7 jaren. De mis
daad zou van over 5 ol 6 jaren dagteeke-
nen.
De fleschkens bevatten petrool, ter
pentijn en goudstof.
Het parket heeft vrijdag ter plaatse
geweest.
Ter veemarkt van Waver werden
aangeboden127 melkkoeien,27 ossen,31
veerzen, 24 jonge ossen, 71 varkens, 128
jonge varkens. Hiervan zijn verkocht: 113
koeien, 21 ossen, 27 veerzen, 21 jonge
veerzen65 varkens en 110 jonge varkens.
Middelbare prijzen koeien, Ir. 250os
sen, 325; veerzen, 220 jonge ossen,
110 varkens, 100 jonge varkens, 8.50
Schrikkelijk ongeluk te Tongeren. Een
man onthoofd. Een afgrijsel k voorval
heeft dinsdag namiddag de stad in op
schudding gebracht. De genaamde Pieier
Vreyen, timmerman en herbergier in het
lokaal der Concordia, had zich naar liet
houtmagazijn van M. Jan Christiaens, bui
ten de Maastrichterpoort, begeven om
planken te bestellen, en leende daar be
reidwillig zijne hulp aan eenige werklie
den, bezig met het voortstooten van een
geladen wagen op de spoorbaan, die de
werkhuizen aan de statie verbindt.
Vreyen, terwijl hij aan den waggon
stiet, ging ter zijde op het metselwerk,
toen hij eensklaps uitschoof en voorover
op de rails neérviel, met het ongelukkig
gevolg dat hem eerst zijne linkerhand
en daarna het hoofd letterlijk van de romp
werd gescheiden.
De dood was, zooals men denken kan,
oogenblikkelijk, en de toeschouwers ble
ven als verpletterd aan den grond gena
geld, zich nauwelijks rekening kunnende
geven over de bliksemsnelheid waarmee
het onheil gebeurd was.
Het lijk werd eerst naar het hospitaal
en 's avonds naar de woning van liet
slachtoffer gebracht men begrijpt de
droefheid der kinderen als zij hel ver
minkt overschot van hunnen vader terug
zagen, die hier als een werkzaam man be
kend was.
Donderdag had te Roeselare de
feestelijke inhaling plaats van M. Lagae,
den overwinnaar in den prijskamp van
Rome. Hij werd door al de maatschappij
en der stad aan de statie afgewacht.
HOLLAND.
Brand in liet Ursulinen-
klooster te "Venraai.
(Nadere bijzonderheden.)
Ziehier verdere lijdingen over de vree-
selijke ramp, die Venraai getroffen heeft.
Een groot gedeelte van de kostschool
Jerusalem, die aan het klooster der eerw.
Zusters Ursulinen is verbonden, is de
prooi der vlammen geworden.
Van het geslicht, dat in den vorm van
een hoefijzer gebouwd is, is gisteren een
vleugel geheel door den brand vernield.
In dezen vleugel was de kostschool ge
vestigd.
Het was 12 ure op den middag de
130 a 140 leerlingen van de kostschool
zaten juist in het middengedeelte aan
tafel en hadden de soep gebruikt, toeri
in de keuken, in den kelder gelegen, een
bakoven sprong, waardoor in het boven
gedeelte van het gebouw, dat eerst kor
telings is opgetrokken, brand omstond.
Onmiddellijk werden door de Zusters
alle voorzorgen voor de. veiligheid der
leerlingen genomen. De deuren der eet
zaal, die naar binnen geleiden, worden
gesloten en die naar buiten uitgang heb
ben, geopend. Onder haar geleide wer
den alsdan de kinderen naar deparochio-
kerk gebracht, alwaar zij zoo lang ver
bleven totdat men in de gelegenheid
was, ze naar hare woonplaatsen te doen
vesirekken.
Ook werden aanstonds door den eerw.
rektor het H. Sakrament en de H. Vaten
in veiligheid gebracht, terwijl de zusters
in het brandende gedeelte zoowel en zoo
veel en zoolang mogelijk trachtten te
redden, wat vervoerbaar was.
Met eene brandspuit van liet klooster
der eerw. paters Franciscanen trachtte
men den brand te blusscheu. Gebrek aan
water deed zich daarbij gevoelen. Aan
behoud van het aangetaste gedeelte viel
hierdoor niet meer tedenken. Met emmers
water uit eene pomp, die reeds brandde,
nat gehouden.
Men vroeg aanstonds per telegraaf de
hulp der brandweer van Venloo.
Ten 2 ure 50 kwam deze te Venraai.
Met denzelfden trein vertrokken alsdan
de leerlingen, onder geleide van een aan
tal Zusters naar Nijmegen, vanwaar zij
langs de verschillende spoorlijnen verder
naar hare familiën werden gebracht.
Men moest juist den dag vieren, zooals
wij gemeld hebben, waarop de Ursulinen
50 jaar geleden weêr in het bezit van
haar klooster werden gesteld. Daartoe
waren de eet- en studiezalen, benevens
de gangen allerprachtigst versierd.
Honderde personen waren uitgenoo-
digd, de feestviering te komen bijwonen,
die te gelijk met de gewone jaarlijksche
prijsuitdeeling moesten plaats hebben,
waarna woensdag oe vacantie zou be
ginnen.
Met het inzicht van plaats te verkrij
gen, waren de goéderen der leerlingen
reeds zaterdag verzonden, met uitzonde
ring van het goed van eenige, die de
vacantie in het gesticht zouden doorbren
gen.
Noch de leerlingen, noch de 80 Zus
ters bekwamen eenig letsel.
Roermond's bisschop, Z. D. H. Mgr
Fr. Boermans, die dijnsdag morgend,
zooals reeds gemeld werd, de nieuwe
kerk van Tienraai wijdde en voornemens
was de feestviering met zijne Doorluch
tige. tegenwoordigheid te komen ver-
eeren, kwam in den namiddag te Ven
raai loe en nam zijn intrek in het oude
gebouw, dat gespaard is gebleven.
Zoowel bij het ontruimen van het ge
bouw door de leerlingen en later ook bij
haar vertrek, onderhielden de eerw.
Zusters zulk eene goede orde, dat men
het aan haar grootendeels danken mag,
dat geen persoonlijke ongelukken te be
treuren zijn.
Woensdag nacht was de wind zoo
hevig dai de zeer hooge buitenmuren van
het klooster, die nog recht stonden, j
grootendeeld omvergewaaid zijn. Als
door een wonder bleef bet tuinhuis in
den val gespaard, zoodat de zich daarin
bevindende hovenier levend tusschen de
puinen uitkwam.
Een der gevels viel door de gewelven i
heen, veroorzaakte in de ondergebouwen
groote schaê en brand in de meel en i
kolenkelders. Er waren daar onder ande
re twee wagens steenkolen voorhanden.
Nu is de brand gebluscht, doch elk
oogenblik verwacht men het instorten
van den hoogen achtermuur. Bij de iu- j
storting waren 4 personen in de kelders
die gelukkig niet gekwetst werden.
De schilders, die sedert een jaar in het
gebouw werkten, hadden bij het uitbre
ken van den brand juist de leste hand
aan de fresco's gelegd.
De gebouwen en kloostereigendom
men zijn verzekerd bij de onderlinge ker
kelijke verzekeringsmaatschappijen. De
De eigendommen der inwonende kinde
ren waren niet verzekerd.
De schaê wordt op 175,000 gulden ge
schat.
FRANKRIJK.
Een priester verdronken. Een dag
blad van Bordeaux vertelt als volgt de
dood van den eerw. h. Médeville,pastoor
van Carcans, die in de zee verdronken
is.
Twee uren na het nemen van zijn
noenmaal was M. de Médeville,vergezeld
var. verscheidene vrienden een bad gaan
nemen,
De zee was onstuimig. Nauwelijks
hadden zij eenige stappen ver gezwom
men, of M. de pastoor werd door den
stroom meêgesleept.
Zijne gezellen zagen hem langzamer
hand van het strand verwijderen, zonder
dat het in hunne macht was, hem eenige
hulp te verleenen, of zonder dat hij zelfs
op hunne kreten antwoordde.
liet schouwspel was verschrikkelijk
inderdaad, de eerw. heer pastoor werd
gedurende drij uren door overgroote gol
ven heen en weêr geslingerd, dan eens
bij dc kust geworpen, dan weêr in zee
gedreven*
Op het strand betreurden zijne vrien
den hunne onmacht om hem ter hulp te
komen, en de afgelegenheid der posten,
die alle hulp onmogelijk maakte.
Eindelijk na drie uren aldus de dood
voor oogen gezien te hebben, verdween
het lichaam van den ongelukkigen gees
telijke, om niet meer te verschijnen.
Geheimzinnige misdaad. Het
schijnt dat er wéinig licht komt in de
zaak van de moord van M. Villy, pastoor
van Fouquières-les-Bethuue.
Het gerecht schijnt tot hiertoe geene
genoegzame bewijzen tegen de nicht van
het slachtoffer gevonden te hebben om
ze te kunnen aanhouden.
Hare verklaringen waren zonderling,
zelfs onverstaanbaar, maar dat is alles.
Van den anderen kant zou mej. Ame-
dro verklaard hebben dat zij den moor
denaar kent.
Verder heeft het parket de verklaring
gehoord van M. Cormant, eigenaar te
Fouquères aan wien de pastoor, in
tegenwoordigheid van den pastoor van
La Cuisière zou verklaard hebben den
moordenaar te kennen, maar dat hij hem
niet kon noemen. Men ziet het is een ver
warde zaak, waarin maar weinig licht
komt.
Vergiftiging. Een jong meisje van
26 jaar, wonende in de rue d'Ypres te Ar-
mentières, had zaterdag avond bij eenen
apotheker engelsch zout gekocht en
mengde het zondag morgend met eene
tas melk, waarna zij hel uitdronk.
Bijna onmiddelijk kreeg zij hevige inge-