TABAKSTEELT. Werkstakingen, Hopteelt en Hophandel. OPROEP slechts onder voorbehoud wordt ver hield dat de keizer en de keizerin van Rusland tegen half october te Berlijn komen dat de czaar dit aan keizer Wil helm vast heeft beloofd dat de russi- sche keizerlijke familie daarom hare be schikkingen aangaande haar najaarsver- blijf in den Krim zal veranderen, en dat zij waarschijnlijk half september ten bezoeke bij de koninklijke familie van Oenemark op het kasteel Fredensborg zal komen. Abranyi en Bismark Het raadsel is nog niet opgelost en een van de twee blijft dus een leugenaar ofwel Abranyi, de hongaarsche afgeveerdige, die zegt met Bismark te hebben gesproken, ofwel prins Bismark, de oud-kanselier, die zegt dat hij nooit Abranyi heettgezien. Uit Nuremberg heeft M. Abranyi eenen brief geschreven aan prins Bismark uit dit schrijven blijkt dat de kanselier is doof gebleven voor alle vraag tot later onderhoud van den hongaarsche afgc- veerdigde. Wordt daar nu uit wijs Londen, 26 aug. De berichtgever van den Standard zegt dat er geen twijfel beslaat of M. Abranyi moet.... zot zijn. Dal is ook wel mogelijk. Amerikaansoh vee in Belgie. Men leest in Depere Standaard Sedert het begiu Mei van dit jaar be proeven de Amerikanen levend vee naar België uit te voeren er zijn tot nog toe in't geheel iOOOossenaangevoerd.Eenige dagen geleden nog werden met den stoo- mer Volturno, van Baltimore, 261 stuks vervoerd. De Antwerpsehe slagers beweren, dat het vleesch dezer beesten te vet is; noch tans vinden ze te Antwerpen zooals te Brussel spoedig eenen goeden afzet, Men betaalt hel pond levend gewicht 42 tot 45 centimen (8 tol 10 centen Amerikaansch geld.) De personen die deze onderneming in 't leven hebben geroepen, willen zich eerst door praktische proeven van de winstgevendheid overtuigen eens vast gesteld, dan zal de invoer van slachtvee op groote schaal en met eigen daartoe te bouwen stoomers plaats hebben. De tot nu toe verkregen uitkomsten, moeten, niettegenstaande de in België geheven wordende rechten, op den invoer van levend vee, zeer gunstig genoemd worden en men wil de proeven ook tot andere landen, vooral tot Duilscbland, uitstrek ken. Zoodat onze Belgische veekweek met eene nieuwe, misschien doodelijke kon- kurrencie bedreigd is. 0n2e landbouwers zijn verwittigd, alsook onze wetgevers, die belang stellen in het behoud van den nationalen landbouw. Naar wij vernemen is den 18 de zer de stoomer Volturno opnieuw te Ant werpen aangekomen, met 276 stuks Amerikaansch vee aan boord. De vracht brief vermelde dat er 282 stuks inge scheept waren. Er ontbraken dus 6 bees ten, volgens den kapitein gedurende de overvaart aan vermoeidheid over leden. Zooals men echter weet is hier onlangs de muilplaag onder het vee uitgeborsten en wordt er, te recht of ten onrechte be weerd dat deze ziekte door het Ameri kaansch vee werd ingevoerd. De heer minister van landbouw heeft dan ook den 9 dezer een besluit geno men, waarbij het vee, van overzee inge voerd, bij de ontscheping als verdacht zal beschouwd worden, indien hel getal ontscheepte dieren minder is dan dat der stuks vee die ingescheept werden. Dit is nu met den Volturno het geval. Daarom moeten de beesten welke hij heeft overgebracht gedurende 45 dagen afge zonderd worden. Daar nu de stad Antwerpen niet in 't bezit is van de noodige afsluitingen waarvan de inrichting haar nochtans reeds onder het ministerie van den heer Rolin werd opgelegd,zoo zou deze afzon dering op hel vaartuigzelve moeten plaats hebben. Bij uitzondering echter, en omdat de Volturno bij zijn vertrek niet kon weten aan welke moeilijkheden hij zich bloot stelde, heeft de minister toegestaan dat de beesten mogen afgezonderd worden in eenige stallen nabij hel slachthuis van Antwerpen, ten ware de invoerders ver kozen ze in het slachthuis onmiddellijk te slachten. De plaatsvervanging.Talrijke huis gezinnen zijn droevig verwonderd ge weest, onlangs hunne zonen te zien op geroepen worden voor de inlijving, al hoewel zij eene eerste storting van 200 frank hadden gedaan, met het doel deze jongelingen door het ministerie van oor log te doen vervangen. De agencien van plaatsvervanging heb ben, door hunne omzendbrieven, in hun belang opgesteld en in groot getal ver spreid, dezen indruk van ongerustheid nog vermeerderd. Wij meenen.zegt de Journal de Bruxel- lesde wettige ontroering van onze lezers, te dezen opzichte te kunnen bedaren. Inderdaad, krachtens de wet eindigen de werkingen der plaatsvervanging door het ministerie van oorlog, slechts den 30 september van ieder jaar. Indien op dezen datum (30 september aanstaande^ de belanghebbenden niet langs bestuurlijken weg konden vervan gen worden, zou hun daarvin den 1 oktober kennis gegeven worden. De jongelingen, die zich in dit geval zouden bevinden, zouden alsdan een ver lof van drie maanden bekomen, ten einde hun toe te laten, voor den 1 Jan. 1894, zelve eenen man te zoeken en aan te bieden, die er in toestemt in hunne plaats op te trekken. De hevige hagelslag der verledene week, welke onze tabaksstreek zoozeer teisterde, brengt opnieuw de gepastheid der bestaande belasting ter sprake. De overgioote meerderheid der bevol king, ik beken zulks, is vijandig aan de tegenwoordige rechten en zou van harte hunne afschaffing toejuichen. De over- drevenen vergelijken zelfs de hedëndaag- sche lasten aan de grieven welke men tegen 't hoUandsch bewind opperde en die de omwenteling van 4830 lu bben voort gebracht. Waarlijk, waren de oorzaken der scheiding ou?er twee zusterstreken niet gegronder men zou nu. nog meer dan ooit, hare bedroevende gevolgen, moeten betreuren. Men zie de zaak maar een weinig grondig in en men zal bekennen dat de tegenwoordige rechten van aard zijn om onze tabaksteelt op te beuren in plaats van haar ten gronde te richten. Ik wil niet drukken op het inkomen der schat kist met hel tegenwoordig regiem wat nochtans niet te verachten is noch bewijzen leveren der bescherming onzer inlandsche teelt in vergelijking met den invoer alleenlijk het belang des land- bouws zelve wil ik doen gelden. Voorheen was de zorgeloosheid voor de hoedanigheid van den tabak in groo- tere mate dan heden. Dank aan de belasting ziet men nu aan onze tabaksplanterijenmeer zorgen beste den waardoor ontegensprekelijk de koop waar in fijnheid en aangenaamheid bij- wint. Men berekent op voorhand de fis - kale rechten en daardoor wordt men aangespoord om door de hoedanigheid te vergoeden wat in Beernaert's beurze wegvalt. Zonder rechten ware zulks ook mo gelijk, hoor ik mij mijne tegenstrevers toeroepen. Het ware ook mogelijk het onderwijs zoo onmisbaar in onze tijden ten platte lande meer uit te breiden door het inrichten van avondscholen, biblio theken enz., ook mogelijk van zich te vereenigen en samen te werken, ter aan koop van meststoffen werktuigen, ter herinrichting der boternijverheid maar gebeurt zulks Op het mogelijke kan noch mag men in den tegenwoordigen staat van beschaving onzer dorpen niet reke nen. Eene zekere aansporing hebben onze landbouwers rioodig om te vergoe den wat hen aan vindingsgeest nog ont breekt. En de verbetering, de veredeling van lietprodukt is voor onze tabaksstreek eene kwestie van bloei of verval. Het is door de faam onzer beste soor ten te doen stijgen alleen dat den stroom des invoers te sluiten is. Men vergete zulks niet waaraan bet verval der voortijds zoo bloeiende hoppe- teelt is toe te schrijven, men houde altijd in 't oog wat er van onze boternijverheid is geworden door veronachtzaming der methoden. Dat onze tabaksteelt denzelfden weg van verval zal inslaan,zullen de bestaande rechten verhoeden zij zijn voor onze brave buitenlieden het middel om te zien en te... voelen. Eene wenschelijke hervorming ver wacht ik van ons gouvernement 't is de berekening per oppervlakte in plaats van per geld planten, daardoor ware het dicht planten in de hand gewerkt, onmis baar tot bet bekomen van een fijn pro- dukt. Ook, hopen wij allen dit jaar van rampspoed op eene vaderlijke inschikke lijkheid van ons ministerie,wal overigens door de wet is toegelaten. J. S. Het verouderd reglement. Men weet dat het ter gelegenheid der herinvoering van het reglement van 1852 is dat de werkstaking, het eerst in de mijn Produits ontstond. Om onze lezers op de hoogte te hou den laten wij dit regiement hier volgen 1" Om in de mijn aangenomen te wor den moet de werkman in het bureel van het bestuur zijn boekske neerleggen, be helzende dat hij vrij is van alle verbinte nis hij krijgt hiervoor een ontvangst bewijs, dat ook een afdruksel van dit reglement bevat. Hij stort tevens, ten titel van borg voor de verbintenis, die hij op dit oogenblik met de maatschappij aangaat, 6 dagen werkloon. 29 Degenen die arbeidt aan een werk in intreprise, dat nog niet af is en de mijn wil verlaten eer het afgewerkt is, moet dit voornemen in hetzelfde bureel bier van kennis geven er wordt hem dan een bulletijn afgeleverd, meldende dat hij na zes dagen, dus den volgenden dinsdag zijn boekske en zijne borgsom kan terug bekomen. Dit bulletijn kan niet geweigerd wor den dan voor wettige reden. In dit geval krijgt de werkman eene geschrevene verklaring, bevattende de beweegredenen van die weigering. 3* Wanneer bet werk moet gestaakt of opgeschorst worden, verwittigd het be stuur de werkliê, behalve in gevallen van heirkraebt, acht dagen op voorhand bij heleinde van dit tijdverloop worden aan de werkliê de boekskens teruggegeven, indien zij dit verlangen. De afwezigheid of samenspanning van een aantal werkliê, die noodig zijn tot bet regelmatig voortzetten van den ar beid, instorting of belemmering van eene of meer uitgravingen, het gebrek aan bergplaats voor de uitgegraven stoffen, ol andere omstandigheden, van aard om tot de vermindering van het getal werkliê te noodzaken, worden als geval len van heirkracht aanzien. 4® De werkman, die afwezig blijft of weigert aan het werk te gaan zonder voorafgaandelijke toelating, zonder gel dige en goed gevonden reden of zonder de in art 2 vermelde verklaring gedaan te hebben, wordt gestraft met eene boete die gelijk staat aan zijn dagloon. Deze boete wordt op zijnen borg afgehouden. Eene afwezigheid van zes dagen leidt tot het geheele verlies van de borg en de teruggave van het boekske. 5e De prijs van het werk in entreprise als uitgraving van putten, boring van galerijen, vervoer van kolen en andere stoffen, wurdt bepaald en behouden tot de voltooiing van bet aangenomen werk. De prijs voor het werk in daghuur of op taak wordt eveneens bepaald. Hij kan door de patroons niet verminderd of door de werkliê niet verhoogd worden, zender acht dagen op voorhand te ver wittigen. 6e Al de werkliê, door de maatschappij gebezigd hebben liet recht, in de bepaal de gevallen op uitbetaling van hulp, pen sioen of traktementen, volgens hel regle ment, zoo van de hulpkas der mijn als volgens de statuten der voorzienigskas gesticht in den Couchant de Monskas sen waarin zij respectievelijk moeten bij dragen. Zij zijn verplicht op bun loon de daar toe noodige afhoudingen te laten doen. 7® De werken worden uitgevoerd overeenkomstig de bevelen van den be stuurder der werken, overgebracht door de porions (meestergasten); de weigering deze bevelen na te komen wordt, volgens de ernsligheid van het geval, gestraft met eene boete welke het bedrag van twee dagen arbeidsloon niet mag le boven gaan. 8e De werkman die eenen porion be- leedigt of mishandelt, wordt gestraft met wegzending en 5 fr. boete. Degene die zijne kamaraden beleedigt of mishandelt, of zich plichtig maakt aan daden tegen de goede zeden, worden weggezonden en met 3 frank boete ge straft. Voor den porion, welke zich aan de zelfde feiten plichtig maakt, wordt de straf verdubbeld bij hervalling wordt hij afgezet. De opbrengst de boeten worden ge stort in de bijzondere hulpkas der maat schappij. 9e De werkman is verantwoordelijk voor de lamp en de gereedschappen welke hem worden toevertrouwd. Wan neer hij ze beschadigt moet hij de her stelling betalen. Gaan zij door zijne schuld verloren, of worden zij verbrij zeld, dan betaalt hij de weerde er van. 40e Alle overtreding der in voege zijn de policiereglementen van de mijnen wordt onmiddelijk door den porion aan den bestuurder der werken bekend ge maakt, en deze doet die op zijne beurt aan het bestier der mijnen kennen. 41e De bestierder der weken is gelast met de bovengemelde schikkingen hij waakt er op dat zijne onderhoorigen de werkliê met rechtveerdigheid, onpartij digheid, menschelijkheid en welwillend heid behandelen. 12® Hel tegenwoordig reglement is aangeplakt in het bureel van den bestuur der der werken en in dat van den betaal meester. Jemappes, 2 augusti 1882. De bestuurder der werken, A. SA DIN. De beheerder, A. CARDINAL. Ziedaar bet zoo besprokene reglement 't welk weer eene volledige werkstaking verwekt en die blijft zij duren, door eene nieuwe kolencrisis, eene betreurlijke stremming in de zaken kan te weeg brengen. De koolmijners vragen de afschaffing van het werkboekje als ook der artikels betrekkelijk de boeten in geval van afwe zigheid zonder verlof. Eerst hebben de koolmijners zich tot den heer burgemeester van Frameries, M. Corbisier, gewend om hem te verzoe ken de tusschenkomst van den heer Gouverneur te vragen voor het onmidde lijk bijeenroepen der nijverheidsraden. De heer Gouverneur Graaf D'Ursel kon niet in bediening zijn getreden. De kie zingen der leden zijn door de Bestendige Deputatie moeten verbroken worden om dat men personen bad gekozen die niet verkiesbaar waren. Graaf d'Ursel is dan persoonlijk tus- schen gekomen en heeft zich tot de mijn- bestuurder gewend. Deze onderhandelin gen hebben tol niets geleid de mijnbe- stuurders hebben vlakafgeweigerd eenige wijziging aar. liet reglement toe te bren gen. Men zegt dat de mijnbesluurders die allen tot de geuzerij toebeliooren gewei gerd hebben, omdat M. Corbisier, welke een katholiek i3, in de zaak is tusschen- gekomen en er eene kiesmanoeuver voor de kiezingen van October achterscbuill. De werkstakers zijn ernstig en men denkt dat zij zullen rustig blijven, doch het gouvernement heeft de noodige maat regelen genomen om onlusten en gewel- dadigheden ten spoedigste te beteugelen. Dijnsdag voormiddag om 11 ure greep te Paturages een meeting plaats die door 800 toehoorders werd bijgewoond. De voorzetting van de werkstaking is bij toe juiching besloten geworden, Een duizendtal werklieden noglhans hebben bet werk hernomen. Het getal werkstakers beloopt tot 15,500. Onge veer 500 werklieden hebben hun werk boekje gevraagd in de drij koolmijnen van Frameries. De bestierder der Belgische koolmijnen, M. tlardy, heeft er in toegestemd met den heer Gouverneur in onderhandelingen te treden overde herzieningdes reglements. Allerhande nieuws. De Moniteur deelt de schikkingen mede aangaande de volksoptelling welke met einde December aanstaande moet plaats hebben. Dit besluit herinnert dat de optelling voor doel heeft het getal inwoners vast te stellen welke de bevolking van gewoon verblijf en de feitelijke bevolking uitmaken alsook bun geslacht, ouderdom, burger stand, geboorteplaats, het land van waar zij oorspronkelijk zijn, de landstalen welke zij spreken, hun graad van oi.der wijs, hunne bedrijven, ambten of betrek kingen, en eindelijk het getal huisgezin nen dat die inwoners uitmaken. Het besluit regelt de benoeming en het werk van de agenten der optelling, den inhoud der huis-houd-bulletijns en de verschillende maatregels van uitvoering. Zondag namiddag, rond 4 ure is een schrikkelijk ongeluk gebeurd op het Koersplein, te St-Amandsbcrg. Het was gaaischieting de gaaisprang, of wip, moest neergelaten worden. Om ze stillekens neêr te kunnen laten, houdt men ze tegen bij middel van eene koord, daarenboven hangt een steen van 18 tot 20 kilos, van onder aan de gaai sprang. Bij het neêrlaten nu, brak de koord, met welke men de ganisprang, inhoudt het boveneinde sloeg ten gronde en werd grootelijks beschadigd, Tengevolge van den schok brak de koord, waarin de steen hangt, deze viel en trof den werk man die de gaaisprang had ingehouden, vlak op het hoofd. De ongelukkige stortte met verbrijzel den schedel ten gronde. Hij was nochtans niet op den slag gedood, gelijk het ge rucht heeft geloopen. Doktoor De Wersier, in alle haast ge roepen, moest echter bestatigen dat er geene hoop meer overbleef. Het ongelukkig slachtoffer werd naar het Hospicie overgebracht, waar hij om 10 ure 's avonds overleden is. De man was gehuwd, maar heeft geene kinderen hij woonde op den Antwerp- schen steenweg, omtrent den Potuit. In het Verbrekingshof. M Pardon, raadsheer bij het verbrekingshof, is over leden, zoodat er voor den oogenblik drie plaatsen in ons hooger gerechtshof open staan. Twee komen toe aan het gebied des beroepshofs van Brussel en een aan dit van Gent. M. Pardon behoorde tot de liberale meerderheid van het hof. Congres van Luik. Z. E. de kar dinaal Langénieux heeft, naar men ons, verzekert, de uilnoodiging aanveerd die Mgr de bisschop van Luik hem gezonden had. Het nieuws der tegenwoordigheid op het Congres van dezen doorluchligen Kerkvoogd zal met algemeeue vreugde vernomen worden. Wij moeten ook de bijtreding melden van MM. Harmei en F. Brandts, jongste. M. Harmei. de franscbe fabriekant vart Val-au-Bois die zijne werklieden als eenen goeden vader behandelt, is in België genoeg gekend. M. Brandts, de groote duilsehe nijveraar, is het min noglans doet hij in Duilschland wat M. Harmei in Frankrijk bewerkt. De volks inrichtingen die M. Brandts in zijne werkhuizen van Muencben-Gladbach tot stand bracht zijn te recht als voorbeeldig aangestipt. De tegenwoordigheid dezer twee bij uitstek cbristene en volksgezinde nijveraars is eene hoogst gelukkige zaak voor het Congres en bijzonderlijk voor de algemeene vergadering der nijveraars. Wij nemen de gelegenheid te baat om aan onze lezers de verschijning kenbaar te maken van een boekje van den eerw. heer Keesen. Het heeft voor titel La mission de l'Etat (De zending van den Staat) en is te verkrijgen te Brussel in den boekhandel van den H. Carolus Borromeus. De schrijver behandelt het zoo gewichte punt der staatstusscheo- komst in maatschappelijke zaken. een punt dat in het Congres tot ernstige be sprekingen zal aanleiding geven. Wij raden ten zeerste de lezing aan van het schriftje van den eerw. heer Keesen het is kortbonding maar klaar en gesteund op goede grondbeginselen. Drama te Marchiennes Zaterdag beeft te Marchiennes een huiselijk drama plaats gehad in de volgende omstandig heden i De vrouw van eenen smid gedroeg zich zeer slecht en vluchtte korts na hun hu welijk met eenen anderen man naar Frankrijk. Daar werd zij tot gevangenis veroordeeld. In het land terug gekeerd werd zij weer door haren man ontvangen, maar het slechte leven begon op nieuw. Zij bestooi hem en verkwistte zijn geld, met eenen medeplichtige. Zekeren nacht dat zijne vrouw hem eene beurs wilde ontfutselen, nam hij eenen hamer eu sloeg er haar roeê op het hoofd. Een kostgast, die toegesneld kwam, vond de vrouw uitgestrekt in eenen bloed plas liggen. Geholpen door eenen gefcuur legde hij haar op het bed. Een begonnen onderzoek toonde aan dat de straatdeuren en vensters open stonden en eenige voorwerpen en kleine meubelen gereed waren gezet om te wor den meêgenomen. De erg gewonde vrouw beweert dat haar man haar in 't bed heeft aangevallen. Het redden van drenkelingenl Vrij algemeen zijn de regelen omtrent de eerste hulp van drenkelingen ver spreid. Toch kr.n het geen kwaad de volgende belangrijke wenken ouder de aandacht van het publiek te brengen, vooral in dezen tijd van het jaar, uu men schier dagelijks in de dagbladen van on gelukken leest, aan onvoorzichtige ba ders of zwemmers overkomen: le Wanneer men een drenkeling na dert, roepe men hem met luide stem toe, dat hij gered wordt. 2* Voor men in T water springt, ont- kleede men zich zooveel en zoo snel mo gelijk. Men scheure desnoods de kleede ren van 't lijf en heeft men daartoe geen tijd, dan make men in elk geval de ban den van de onderbroek los. Doet men dit niet, dan loopt dat kleedingstuk vol water en belemmert den zwemmers. 3e Men grijpt den drenkeling niet, zoo lang bij nog woelig in het water te werk gaat maar wachtte een paar minuten tot hij kalm is. Het is niet goed iemand te grijpen, terwijl hij nog tegen de golven strijdt en wie het doet brengt zichzelf in groot gevaar. Is de verongelukte rustig, dan nadert men hem, grijpt hem bij de haren, werpt hem zoo snel mogelijk op zijn rug en geeft hem een plotselingen ruk om hem boven te houden.Daarop werpt men zich zelf ook op den rug en zwemt zoo naar land, terwijl men met beide banden bet lichaam van den drenkelijk bij het haar vasthoudt en zijn hoofd, natuurlijk met het gezicht naar boven, zichzelf op het lijf legt.Men bereikt zoo sneller en zeker der bet land dan op eenige andere wijze en een geoefend zwemmer kan zelfs t tot 3 personen boven water houden. Een groot voordeel van deze wijze van handelen is, dat men zijn eigen hoofd zoowel als dat van den drenkeling boven water kan houden. Ook kan men op de ze wijze zeer lang drijven, wat van veel belang is, wanneer men eene boot of andere hulp kan verwachten. Het is zeker niet overbodig bij deze gelegenheid nog eens te wijzen op het onverantwoordelijke van het te water gaan, als men niet kan zwemmen. Wat bereikt men er meë 4® Dat men den drenkeling niet redt en zijne redding zelfs in den weg staat, want die wel zwemmen kunnen blijven aan den kant staan in de meening dat er hulp verschaft wordt. 2* Dat men ten slotte het reddingswerk dubbel zwaar maakt, omdat ook de moe digste niet-zwemmer niet zonder hulp van anderen weer uit het water kan komen. Die enkele maal, dat de een c>f ander, hoewel hij niet zwemmen kan, toch iemand uit het water redt, weegt niet op tegen de taliooze berichten, dat de red ders zelfs met levensgevaar nog gered worden. Alleen als er niemand in de nabijheid is eu ook niet verwacht kan worden, kan het gerechtvaardigd ziju het waagstuk te ondernemen. tot de Planters en Kooplieden. Het College van Burgemeester en Schepenen der Stad Aalst, brengst ter kennis van de belanghebbenden dat de heer Minister Van Landbouw alhier eene Commissie heeft ingericht, ten einde de middelen op te sporen om de hopteelt te verbeteren en den handel op te beuren. Om dit doel te bereiken,raadt de Com missie alle hopplanters aan 4® Enkelijk de verscheidenheden van hop le verbouwen welke rijk zijn aau lupuline (geel- of reukstof). 2® De hop zuiver te plukken, zoo kort mogelijk, zoodanig dat zij noch stelen noch bladeren bevat en ze te drogen op onberispelijke wijze, zoodat zij baren aangenamen geur en bare fraaie kleur behoudt en door den rook niet is bezoe deld. 3° De gewone eesten te wijzigen zoo dat de hop met verwarmde lucht wordt gedroogd en de rook zijnen onaangena- men geur aan de bellen niet kan meédee- ien. Hulpgelden, in evenredigheid van de som in bare begrooting gebracht zullen verleend worden aan de planters die bunnen eest zullen inrichten volgens de inlichtingen der Commissie. Er wordt een prijskamp uitge schreven voor de hop volgens de boven staande voorschriften bewerkt; de vol gende geldpremiën en eermetalen zullen toegekend worden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1890 | | pagina 2