NIEUWS- EN AANIONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST.
Donderdag 50 October 1800.
10 centiemen per nummer
45s" Jaar N° 2509
ABONNEMENTPRIJS
A.WO VCEAPRIJS
Politick overzicht.
DE ALBIGENZER
Hoogere Nijverheids- en
Handelsraad.
K Landbouw.
DE DENDERBODE.
jit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag De prijs ervan is 6 Irank 's jaars
Ir. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voer drij maanden, voorop te betalen,
De inschrijving eindigt met 31 December.
Men schrijti in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Korte-Zoutslraat,
N» 31, nabij de Groote Markt, en in alle Postkantoren des lands.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen, Ir. 1,00 Vonnissen op
3' bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag avond. De onkosten der kwitantiën door de Post
ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar.
Caique sua®
AELST, 29 OCTOBER 1890
Verwereldlijking. De kwestie der
verwereldlijking van de gasthuizen staal
in Frankrijk aan de dagorde.
Binnen eene maand zyllen wij in de
fransche Kamer de interpelilatie hebben
van Dr Despres over de gevolgen der
verwereldlijking. Hetzal een pleidooi zijn
ten voordeele der gasthuisnonnen en in
den mond van eenen republikein, kan
het niet nalaten indruk te maken.
Ondertusschen heeft de radicale parij-
zer gemeenteraad zich verleden vrijdag
bezig gehouden met hel belangrijk vraag
punt.
M. Georges Berry, ondervroeg het be
stuur der openbare weldadigheid of het
meende voort te gaan in de verwereld
lijking, wanneer alles aantoont dat de
terugroeping der Zusters in het belang
der zieken zou zijn.
M. de bestuurder der openbare liefda
digheid zegde dat de uilslagen der verwe
reldlijking voortreffelijk zijn en slechts
700,000 fr. hebben gekost.
Verschillige redenaars voerden nog het
woord en ten slotte werd, door 57 stem
men tegen 15 de politiek der verwereld
lijking goedgekeurd.
M. MOREAU, socialistische afgeveer-
digde van het Noorden, heelt in de Fran-
sche Kamer een voorstel nêergelegd,
strekkende lot betaling der adelijke titels.
De Slaat zou de volgende taks haffen
Eenvoudige particuul, 500 fr. voor
den titel van ridder, 10D0 fr. baron,
5000 burggraaf, 10,000 graaf, 20,000
markies 50,00») hertog 30,000 prins,
100,000 hertog of graaf met den titel van
hoogheid, 200,000prin
prins met denzelfden
Zondag is in al de kerken van Ierland
een herderlijken brief afgelezen, gelijk
vormig aan liet besluit van den H. Stoel,
waarbij de boycottage en het plan of
Compaign veroordeeld werden.
Het amendement stelt echter vast, dat
iugevolge den slechten aardappeloogst,
het land waarlijk door groote ellende be
dreigd is, en hel drukt zijne spijt uit dal
men (de regeering) getracht hebbe het
ernstige van den toestand te loochenen.
De brief eindigt door eene uitdrukking
van genegenheid voor de uitgejaagde
pachters en de verklaring, dat in de te
ggnwoordige omstandigheden de uitdrij
vingen onmenschelijk en onrechtveerdig
zijn.
Nieuwe redevoering van M. Gladstone
—•Te Edimburg heeft zondag M. Glad
stone het woord gevoerd over buitenland-
sche aangelegenheden.
Verhaal uit de XIII' eeuw,
door H. W. FRANK.
DE MARKTPLAATS VAN ALBI. (1)
Hel was eene eenzame, enge straat, de weg La
fuiR de lis, (e Albi, waarvan de armzalige hou
ten huizen, langs den cencn kant aan de stads
muren en langs den anderen, aan de gebouwen
der groote markt paalden. Dc avond was reeds
an het dalen, en de vooruitspringende gevels re
zen fantastisch door de halve duisternis. Drij
wandelaars slechts waren op dit oogenblik in dc
doodstille straat. In wijde mantels gehuld en den
brccden hoed «liep op het voorhoofd gedrukt»
sloopen zij zonder een woord te zeggen vooruit,
tot dot zij voor eene lage poort kwamen, met ruw
ftmaansoh beitelwerk versierd. De deur was
®et dik ijzer beslagen. Hier hielden zij stil, en,
na voorzichtig de oogen rechts en links gericht
te liebbeu, lieten zij den ijzeren klopper nauwe
lijks hoorbaar op de poort vallen.
(l) Albi is eene stad, in het Zuiden van
Frankrijk gelegen.
Hij hekelde lord Salisbury, die eene
bijzondere zending sluurde naar hel Va-
ticaan, welke geen tijdelijke macht is.
Het zenden van cencn gezant naar den
Paus staat bijna gelijk aan de herken
ning der eischen van het Yaticaan,
strekkende tot onderwerping van een
gedeelte van het italiaansche grond
gebied aan 's Pausen gezag
M. Gladstone schandvlekte het turk-
sche beheer in Armenië, een beheer van
roof en verdrukking, dat eene schande
daarstelt voor de Porie, evenals Ierland
eene schande is voor Engeland.
Spreker vergelijkt den somberen toe
stand in Armenië met den bloei in Bul
garië.
Kiezingen in Zwitserland. Al de kie
zingen voor den nationalen raad zijn nog
niet gekend, maar het is waarschijnlijk
dat de beide partijen hunne stellingen
zullen behouden.
Het zijn voornamelijk do conservatie
ven en de radicalen, die zegevieren. De
gematigde liberalen lijden gevoelige neer
lagen, onder andere in Argau en te Bern.
De katholieken overwinnen met groote
meerderheid in Tessino, alsook in Frei
burg en in de kleine cantons van Mid
den Zwitserland.
De liberaal socialistische samenspan-
spanning wordt te Neufchatel geslagen
en te Genève overwinnen de liberalen op
de radicalen.
Geen enkele socialist is gekozen.
Ontploffing van en\ poeiermagazijn 1000
dooden. Een bericht uil San-Franctsco
meldt dat te Canton het Staatspoeierma-
gazijn in de lucht is gesprongen.
Twee honderd huizen werden sterk
beschadigd en duizend menschen gedood.
Verscheidene onzer geachte lezers heb
ben in den loop der verledène week een
uitnoodigingsbrief ontvangen om in de
stad Gent te gaan deel nemen aan eene
kiezing van afgevaardigden, welke zullen
geroepen zijn om, op hunne beurt, de
hoogere nijverheids en handelsraad sa
men te stellen.
Velen dezer uitgenodigde kiezers we
ten niet waarvan er kwestie isen wij ach
ten het dus van belang het volgende aan
't Fondsenblad te onlleenen.
Een koninklijk besluit van 16 Juli 11.
heeft den Hoogereu Nijverheids- en Han
delsraad heringericht. Deze Raad zal den
aard hebben eencr raadgevende vereeni-
ging, ten einde aan de regeering nuttige
berichten te geven over de noodwendig
heden der verschillende nijverheden en
van den handel, namelijk met het oog op
het vervallen der handelstraktaten.
Deze raad zal bestaan uit 44 leden,
waarvan 11 door den Koning genoemd
en 33 gekozen door de provinciale afge
vaardigden, (kiezers van den tweeden
graad, waarvan het getal bepaald is op
148 voor hel geheele land en 2u voor de
provincie Oostvlaanderen.
Het verslag aan den Koning, de be
weegredenen der instelling bevattende,
luidt als volgt
De inrichting van den Hoogeren Nij
verheids- en Handelsraad, door een
Koninklijk Besluit van 25" Maart 1859
ingesteld, was gegrond op het beslaan
der officieele koophandelskamers, welke
door de wet van 11" Juni 1875 afgeschaft
werden.
De Hoogere Nijverheids- en Handels
raad, op geene nieuwe grondslagen her-
gericht zijnde, kwam sedert dit tijdstip
niet meer bijeen,
Soortgelijk kollege is nochtans onbe
twistbaar nuttig.
Derwijze samengesteld dat de verschil
lige groepen der nijverheden en des
handels van 't land er in vertegenwoor
digd zijn, kan het aan de regeering kost
bare inlichtingen geven over hunne nood
wendigheden en over de te nemen maat
regels om hunnen toestand te vrijwaren.
De beraaoslagingeit en de verslagen
van den ouden Hoogeren Nijverheids en
Handelsraad worden, op heden nog, met
vrucht geraadpleegd door al degenen, die
zich met ons ekonomisch beheer bezig
houden.
Meermaals werd overigens de herin
richting van eenen Hoogeren Nijverheids-
en Handelsraad door de vrije handels
maatschappijen en door hun verbond ge
vraagd zelfs mei dil doel werden eenige
ontwerpen opgemaakt.
Nog onlangs ontving de Regeering een
dergelijk verzoekschrift van de Union
syndicale van Brussel, van de Union
c'ommerciale industrielle van Luik, en
van het Handel-. Zeevaart-, Nijverheid-
en Landbouwgenootschap van Oostende.
Eindelijk, heeft de kommissie van
ambtenaren der ministeriën van geldwe
zen, van buitenlandsche zaken en van
landbouw, ingesteld om de kwestien
aangaande de handelsverdragen te be-
studeeren, aan de regeering een verslag
overgemaakt, dal met eene soortgelijke
vraag besluit,
Wij achten het dus behoorlijk eene
instelling herin te richten, welke de
wetgeving niet voornemens was te doen
verdwijnen, en wij hebben de eer aan de
goedkeuring Uwer Majesteit te dien einde
een voorstel te onderwerpen.
De nieuwe Hoogere Nijverheids- en
Handelsraad zal bestaan uit leden, door
den Koning benoemd, en uit leden bij
middel van eene kiezing in twee graden.
Het getal der leden van deze tweede klas
is derwijze bepaald, dat er rekening ge
houden wordt van de belangrijkheid der
nijverheid en des handels van iedere
provincie van 't koninkrijk.
NVie is daar vroeg eene stem, door eene
kleine getraliede opening der deur.
De hcervau Roqucmar, Isabel, was het ant
woord.
De deur ging zonder gcdruiscli open, en
het licht eencr fakkel viel op de bezoekers. De
eerste wierp boed en mantel af. Sterk gespierd,
maar klein van gestalte, zwart van haar en baard
met fonkelende oogen, verwekte Simon, lieer van
Roqucmar, zoo geene belangstelling, dan ten min
ste indruk. Zijn gebogen neus, zijne bruine
kleur, ccn lidtccken dwars over het voorhoofd,
zijne grbogen beencn, gaven den krijgsman en
den ridder tc kennen. Zijne gezellen waren
schildknapen, zonen van Languedoc, slanker van
gestalte, maar vinnig in al hunne bewegingen, en
daardoor voor de in ijzer gckleedc baronnen
van het Noorden niet minder te vreezen.
Is iedereen hier vroeg da heer van Ro
qucmar, kortweg aan de oude Isabel, die ootmoe
dig voor hem stond.
Gij alleen ontbreekt, heer van Roqucmar,
antwoordde dc vrouw.
't Is wel, duid mij den weg aan.
Na de deur met zorg toegegrendeld te hebben,
nam Isabel de fakkel van den muur, en ging
voorop. Het huis van binnen was niet hetgeen
de vervallen voorpui deed veronderstellen. Het
was een cehte doolhof vertrekken en trappen
hi alle richtingen, ijzeren douren vanglle kan-
De Raad zal zijne meening te kennen
geven nopens de zaken, hem door de
regeering onderworpen, en de ontwer
pen opmaken, die hem door deze zouden
gevraagd worden. Hij zal namelijk de
kwestien moeten onderzoeken en de
maatregels besludeeren. die betrekking
hebben met de vernieuwing der handels
traktaten.
Mei volle vertrouwen onderwerpen
wij aan het handteeken Uwer Majesteit
het hierbij gevoegd ontwerp van konink
lijk besluit, dat de inrichting en het be
stuur regelt der nieuwe instelling, die,
onzes dunkens, erstige diensten aan het
land zal bewijzen.
ï'n den Moniteur Beige van 24-25
Februari laatst is eene verordening ver
schenen betreffende het lager onderwijs.
Het staatsbestuur wil dat dit vak in de
lagere scholen onderwezen worde, en
dat de onderwijzer zijne reeds verkregene
begrippen van landbouw uitbreide en
zich volmake, ten einde dit vak met
vrucht te kunnen onderwijzen.
Den landbouw opbeuren, en het lot
van den landman verbeteren, ziedaar het
doel dat het hooger bestuur zich voor
stelt. Dit is waarlijk een edel doel, ik
moet het bekennen; maar zijn de midde
len die den onderwijzer zijn ter hand ge
steld, wel toereikend om in zijne pogin
gen te gelukken Daar is sterk aan te
twijtelen.
Het is zeer gemakkelijk te zeggen er
zal in de drie graden der lagere scholen
een volledige, aanschouwelijke en con
centrische cursus van landbouw gegeven
worden, gesteund opjuiste begrippen van
natuurwetenschappen, en in billijke male
op proeven en practisohe werkzaamhe
den. Niets is eenvoudiger dan verorde
ningen te maken, en programma's daar
te stellen; maar hel programma uitvoeren
zoodanig dal het vruchten draagt, daar
is de kunst; daar ligt de knoop.
Het zal den onderwijzer niet lastig val
len, den landbouw te onderwijzen zooals
hij het reeds vijf jaren heeft gedaan, en
nog verplicht is te doen.
l Is waar, ik moet hel opentlijk beken
nen het landbouwonderwijs is in het
grootste gedeelte der lagere scholen niets
dan bloote theorie, waarvan de kinderen
zeer weinig meedragen. Het is zeker dat
hel verstand daardoor een weinig ont
wikkeld wordt, maar voor den landbouw
heeft zulk onderwijs geen nut. Hoe wilt
ge dat een meester zijnen kinderen de
voornaamste kenteekens onderwijze van
het geraamte eens vogels, van een kruip
dier, eenen visch enz., zoo hij het ge
raamte dier dieren niet bezit
Hun de kenmerken opgeven zonder ze
ie loonen Ja. en dat noemt men dan
aanschouwelijk te werk gaan
Hoe will ge dat de onderwijzer zijnen
ten. Het was een kunstig ingerichte schuilplaats
voortreffelijk geschikt tot verdediging en afwe
ring tegen eenen plotselingen aanval. Zwijgend
volgden dc baron en zijne gezellen de geleidster
totdat deze eindelijk aan eene deur vertoefde,
achter dewelke men doffe samenspraken hooren
kon.
Gij zijt ter bestemming, heer van Roque-
mar, zcide Isabel, gelief binnen te treden. Zij duw
de de deur open,
Men ontwaarde ccn ruim, maar laag vertrek.
De vensteropeningen, van den kant der groote
markt, lieten, ter ooizakc van liet late uur,
slechts een ontoereikend licht binnendringen
zoodat dc plaats in eene halve duisternis was. Zij
bevatte talrijke personen oenigen, en dit waren
meestal wilde gestalten, zagen er als krijgsliedi
uit. Zij waren ran helm, borstpanser, zwaard en
dolk voorzieu. De anderen geleken aan geestelij
ken, maar mouwen en kraag waren van eene
bijzondere snede. Een grijsaard, waarvan allen
op eerbiedigen afstand bleven, stond alleen aan
het venster. Hij droeg bet genoemde geestelijk
gewaad, zijne houding was ernstig cn statig, het
gelaat was dat van een profeet, uitgemagerd, met
vooruitstaande kaaksbeenderen cn omgeven van
cencn witten baard, welke tot op zijne borst
neerhing. De man boezemde gezag in, maar de
ongestadig flikkerende oogen, het liencpcn voor
hoofd en een onbepaalbare trek naar sluwheid
kinderen spreke over de verbindingsva-
ten, den barometer, denthermometerenz,
zoo hem die tuigen niet zijn ter hand ge
steld Ju, lieve lezer, en dan moet hij
nog zuurstof, stikstof, waterstof en kool
zuur bereiden, eu hel water ontleden,
zonder dal hij fleschjes, buisjes en lamp
jes bezit; zonder dat hij chloorzuur ka
lium, bruinsteen, wit marmer, zink, zwa
velzuur enz. lot zijner beschikking heeft 1
Maar, zult ge zeggen, de onderwijzer
kan die kleine zaken toch wel aankoo-
pen. Verschooning, lieve lezer, meesters
zijn geene renteniers; en hebben hun ka
rig loon meer dan noonig, om hun buis
gezin te onderhouden. In het programma
staat uitdrukkelijk geschreven, dat de
onderwijzer de voornaamste insecten
etende vogels uit de streek moet laten
zien.
Daarvoor zijn er volstrekt opgezette
vogels noodig, of tenminste de afbeelding
ervan op platen. En in hoeveel dorps
scholen (merk wel op dat ik spreek van
landelijke scholen) vindt men eene ver
zameling van opgezette vogels Oh, ze
zijn zoo zelden, lieve lexer. In hoevele
onzer buitenscholeu treft men zelfs der
gelijke platen aan Bezoek de landelijke
scholen, eu op honderd zult gij er vijftig
met naakte muren ontmoeten.
Ge ziet dus, lieve lezer, dat de land-
bouwlessen,in de lagera scholen wel
te verstaan, maar van ondergeschikt
belang kunnen zijn. Dat men eerst dén
onderwijzer goede verzamelingen ver
schafte voor het aanleeren der onont
beerlijke natuurwetenschappen, en zijn
onderricht zal den landbouw ten nutte
strekken.
Dat het grootendeels afhangt van de
onderwijzers, of het lager landbouwon
derwijs al of niet vruchten zal dragen, is
zeer nauwkeurig en waar; maar zeker is
het, dal het veel meer afhangt van den
Staat.de Provincie en de Gemeenten. Zoo
de scholen onder dat opzicht niet goed
worden ingericht, en zoo men aan elke
school geenen tuin van ten minste 10
aren aanlegt, zoo zullen de pogingen van
het Staatsbestnur ijdel blijven,en zal bet
landbouwonderricht een knoeiwerk we
zen.
Dat Staat en Provincie aan de Gemeen
ten toelagen toestaan, om voor hunne
scholen het onontbeerlijke materieel aan
te koopen. en het landbouwonderwijs zal
vooruitgaan; de aangewende pogingen
zullen bekroond worden.
Reppen wij thans nog een woordje
over het adultenonderwijs betrekkelijk
den landbouw. Dat de scholen vaii vol
wassenen veel goed stichten, hoeft hier
geen betuig. Ieder weet, dat de kennis
sen die hij in zijne jeugd verkregen heeft,
hem weldra ontgaan, zoo hij zich van
deze in lateren leeftijd niet bedient, en
zoo hij niet gedurig het geleerde herhaalt
en toepast. Bijgevolg een kind dat de
school op dertien- ot veertienjarigen ou
derdom verlaat, zal voorzeker zijne ver-
vcrontrustten cn verminderden den eersten guu-
stigen indruk. Aan de gefronste wenkbrauwen
der aanwezigen, aan de handen, die koortsig
de grepen van dc zweerden omspanden was ge
noegzaam te zien dat de stemming van het gezel
schap niet vroolijk was.
Bij de intrede van den baron, liet zich een
vreugdig gemurmel hooren. De grijsaard vcr-
jiet zijne plaats cn den binnenkomende vrien
delijk te gemoct gaande, reikt» hij hem de
hand.
Welkom, mijn zoon, in den kring der
vervolgden, zegde hij op droevigen toon. Treed
nader cn aanschouw het toonecl, waartoe ik u
nitgenoodigd heb. Hij leidde Roquemar naar liet
venster, terwijl al dc ónderen eerbiedig achter
uitweken.
Het was een schouwspel van vreesel(jke bedie-
denis, welke dc groote markt opleverde. In lie1
midden der vierkante plaats bevond zich een
groote houtstapel, bestaande uit afwisselende la
gen van drooge takken en dennen stammen. Zes
tien ijzeren palen kwamen boven liet bout uit-
Omtrent drie honderd geheel in ijzer geklccde
ruiters, doonnengd met talrijke boogschutters
eu pikenieren, omringden bet akelig getuig, cn
rond hen vervulde eene woelige menigte de ge
heele markt.
Stilzwijgend, met samengetrokken gelaat
staarde Simon van Roquemar eenige stonden op
het indrukwekkend tooncel.
Ha brak hij eindelijk uit, de vaandels
der krijgslieden tellende, dc lafaards hebban
hunne voorzorgen wel genomen. Dri» honderd
lansen 11
Bedaar u, mijn zoon, vermaande dc grijsaard
redden kunnen wij ze niet, maar wreken zullen
wij ons doen
Wraak voor hun bloed, morde de baron
en een dreigend gemor liep de kamer rond.
Een klagend trompetgeschal, klonk over des
markt. De deuren van een hoog versterkt hui»,
van den anderen kant der markt gelegen, wer
den geopend. Tusschen de pieken, der krijgs
lieden verscheen een troep van zestien manneu
twee aan twee samengekeleud. Een woest gehuil
ontving de albigers, waat de ketters, welke met
dc dwalingen der Manichëers hunne misdaden
vernieuwd hadden, waren een voorwerp van
afgrijzen geworden totin de stad, van welke tij
hunnen naam hadden. (1) Sombere dweepzucht
gloeide in de oogen der gevangen, die nog
niet eens een blik op de woelige menigte wierpen.
Op zeker oogenblik richtten zij hunne oogen
naar het gebouw, waar hunne zinsgenooten ver
gaderd waren. De grijsaard, als in gebed ver
zonken, stond alsdan alleen voor Let venster.
Hij zag de ongelukkige slachtoffers zijner dwa
lingen. Hij trok zich onmiddellijk terug nie
mand had het voorval bemerkt.
(Wordt voortgezét,)