Het landbouw onderwijs voor jonge dochters. Een en ander. Nijverheden. Aan de dooven. Allerhande nieuws. hebt gezet. Wilt gij er u van ontmaken maak dan eene wandeling langs de Nino- ve-Nederbraakelschen steenweg wellicht zal het schoon uitzicht de prachtig aan gelegde boomgaard der heeren van Lan- genhaecke u min zwarte gedachten inboe zemen, en zijt gij dan nog niet tevreden doe dan maar een vrij bezoek aan die herren zij zullen u met een lekker glas vlaamsch gerstenbier vergasten en u op alle punten voldoen. In de toekomst ziet ge het verval van de landbouw te gemoet, de boerenstand moet verdwijnen lijk hij in de omstreken van Brussel is verdwenen. Gij schijnt te betreuren dat onze landlijke werklie den naar de stad zouden moeten gaan om hun brood te verdienen Is het nu beter wanneer zij den ganschen zomer naar Frankrijk moeten trekken, er den oogst afpikken, de betteraven uit doen Ware het slechter, konden zij op hun geboortedorp hun brood verdienen als hoveniers en groenselkweekers voor de stad Zou het kloek boerenras daarmeê verdwenen zijn Voor eigen gebruik zal de graankweek blijven be staan, als nijverheid schijnt ze mij te moeten verdwijnen, maar meent gij dan dat het bestaan onzer boeren daaraan is vastgehecht, dat zij van niets anders leven kunnen, dat het geld uil andere dingen getrokken geen waarde heeft. Waarom zou een boer hectaren en hectaren hezwoegen en beplanten als hij op een dagwand of twee genoeg kan winnen om treffelijk door 'i leven te geraken. Zal de arbeid dan voor hem niet ver minderd, zijn lot niet duizendmaal ver beterd zijn Zal hij dan niet meer mensch zijn geworden daar het edelste deel in hem de bovenhand zal gekregen hebben Omdat de boeren van verkoop van eieren, van de opbrengst van 't fiuit, van de winst van veekweek leven, zijn daarom de zeden van ons land in gevaar Wie heelt ooit zulks durven beweren en nochtans dit is het gedacht van mijnen tegenstrever. Persoonlijk, zegt h -, zul len die lieden er niet slechter om zijn maar dat neemt niet weg dat dit niet een ongeluk voor 's lands zeden en ver dediging oplevert. Als iedereen in 't bij zonder wel is, is dan de algemeenheid slecht Wel, wel, toch 1 En daarom ziet de geleerde schrijver het verval opdagen dat het oude Rome heeft getroffen Omdat onze boeren geen graan meer kweeken dan voor eigen verbruik zachtjens stuurman zedelijke oorzaken zijn het die Rome hebben ondermijnd blijven onze boeren hunnen Godsdienst bewaren dit akelig lot staal nooit ons dierbaar Vlaanderen te wach ten. L. W. F. R. Het tijdschrift La Ferme et le Jarditi, uitgegeven lot Hoei onder het bestier van M. Bouillot, heeft, in zijnen nummer van 15 November laatstleden, eenen artikel gedrukt welke wij nuttig denken aan onze lezers mede te deelen. Ziehier wat onzen uitmuntende mede broeder zegt Over zoo een vijftigtal jaren, heeft Mathieude Dombasle, de beroemde fran- sche landbouwkundige, met reden ge schreven Men kan het zich niet ontveinzen dat het wederkeeren tol de landelijke gebrui ken traagzaam zal zijn bij ons; en het is gemakkelijk te voorzien dat de voor naamste hinderpaal zal gelegen zijn in de opvoeding die de vrouwspersonen onder de eigenaars en welhebbende landbou wers ontvangen. Deze opvoeding is nog het gevolg van de neiging die tol thans toe de klas der eigenaars naar het stadsleven getrokken heefi; bewoont men nog het veld men heeft; ten minsten de begeerte van zijne dochter weerdig en bekwaam te maken lot het behouden eener plaats in de ste delijke samenleving, omdat men denki haar alzoo eenen graad van den maal- schappelijken stand te doen opklimmen. Dikwijls is de opvoeding eener dochter eene reden voor eene familie om haar verblijf in de stad te vestigen, en wan neer sommige omstandigheden dit ver hinderen, plaats men ze in eene kostschool waar zij geschaafd wordt naar de manie ren der welopgevoegde maatschappij, het is ie zeggen gevormd naar al Je siads manieren aangename begaafdheden, zwierige houdingen en aantrekkelijkhe den die haar niet van net minste nut zul len zijn, zoo zij echtgenoote en moeder zal wezen, al woonde zij zelfs in stad; liefhebberijen, grillen en gewoonten die strekken om ze voor altijd afkeerig te maken van het boerenleven, is al wat die dochters uit zoo eene opvoeding kunnen plukken, in plaats van er de kennissen, de gebruiken en den lust aan te winnen die hun zoovele genoegen zouden kunnen doen vinden in de zorgen van het huis houden, die gansch het leven eener echt genoote van eenen landbouwer moeten vervullen. Heigene waar was, ten tijde van Ma- thieu de Dombasle is het heden nog. Men zou zelfs mogen zeggen dat de kwaal verergert. De voornaamste oorzaak der kwaal waardoor men bij onze veldbewoners lijdt, is den staat van minderheid waarin men' de dochters der landbouwers houdt. Hunne opvoeding is volstrekt verwaar loosd; zij weten niets van al hetgeen, teu hunnent, van aard zou zijn om hunnen lust tot hei builenleven le doen aangroei en, niets van al wat hunnen geest zou kunnen versieren en ze aan hunnen stand vast kleven, eindelijk niets der verschil lende kennissen die ze zouden kunnen verrukkingen verschaffen en ze aan hun ne streek vasthechten. Van de eene maakt men modepoppen zonder versland, met ze voor eenige maanden naar eene kostschool (pension- naai) te zenden, om ze wat prullemanie- ren le leeren en naar de mode te snek- keren, binst een tijdperk juist lang ge noeg om ze te ontwennen van het werk der hoeve en ze niets te leeren der huis houdelijke zaken. Daarbij koesteren zij maar eene hoop deze van zoo haast hel hun mogelijk zal zijn hel dorp te verlaten, En om de waar heid geheel te zeggen, haasten wij ons er bij te voegen, dat men in hunne ouders huis geene de minste pogingen doet om ze te wederhouden en dat het al dikwijls gebeurt dat men ze aanwakkert om weg te trekken. De dochters, die goede huis vrouwen hadden kunnen worden, gaan er van door, ten einde de kans te vermij den van ooit met eenen landbouwer in den echt te treden, en deze, van hunnen kant bekommeren er zich geenszins in om van under deze die 't huis gebleven zijn, en dat zij dikwijls maar al le veel le gemeen vinden, hunnen keus le doen. Ziedaar de kwaal, alle man wijster op. toont ze met den vinger en is verschrikt door hare ernstigheid. Onze landbestuur ders die zooveel voor de heropheffing van den landbouw gedaan hebben, her kennen de kwaal en zien hare uitgestrekt heid; ook zij proeven om ze tegen te wer ken. Zij welen wel dat het niet genoeg is van een nieuw geslacht van geleerde en werkzame landbouwkundigen, landbou wers en hoveniers t j vormen, maar dat er kwestie is van hun gezellinnen te ver schaffen, weerdig van -hen. om erdoor geholpen te zijn in hunnen dagelijkschen arbeid, gezillinnen die verstand hebben van hunne werken, en hunnen echtge noot bijstaan in de moeilijkheden, in den tegenspoed van dit leven. Wij vernemen uit goede bron dat men zich ernstig bezig houdt met hel inbren gen der huishoudkunde in ons bijzonder onderwijs en dal er grootelijks kwestie is van scholen te slichten voor land- bouwhuishoudsters te vormen. Wanneer de jonge dochters van onze velden zullen gevormd geweest zijn, gelijk het behoort gedurende 2 of 3 jaren in eene goede school van landhuishoudkunde, zou dik maal de bovenrang in het meeste der ge vallen, langs hunnen kant zijn Deze jonge vrouwspersonen zouden kunnen een huis bestieren en het binnenwerk eener hofstede; zij zouden niet alleenlijk rap en bekwaam zijn voor het naaiwerk wasschen en keukenwerk aangaat, maar zouden zich daarbij nog verstaan aan het hovenierswerk, aan natuurkunde, aan de toegepaste scheikunde, aan de gezond heidsleer, aan de melkerij, aan het be zorgen der kinders, enz., zij zouden alzoo ware perels worden. Nu het is met liet vormen van die perels dat ons Ministerie van Landbouw zich gaat bezig houden, door het slichten van verscheidene land- huislioudsttrs scholen, liet Algemeen Toe zicht van Landbouw heeft, volgens liet schijnt, reeds een volledig programma van deze soort van gestichten bereid. Zulke scholen bestaan reeds sedert verscheidene jaren in Oostenrijk; zij zijn hun bestaan verschuldigd aan de stand vastige pogingen van M. Eckhardi die,?ich zeil aangedreven gevoeld heeft door het- gene in Wurtemberg, ouder dat opzicht, verwezenllijkt geweest is. Verhopen wij dal wij in Belgiên ons niet langer meer zullen laten vooruitsnellen op deze baan, door onze geburen en dat men, dank aan de welwillendheid van fons Landbouw Ministerie, niel meer zal kunnen zeggen in ons land, wal een schrijver van 1769 aan hel begin van hel eerste hoofdstuk zijns boeks schreefMen zou van de pachteressen mogen zeggen hetgene men zegl van de vrienden Niets is zoo gemeen als de naam, niets is zoo raai* als de daad. Wij zullen er bijvoegen dal M. De Bruyu, Minister van Landbouw, ten tijde zijner reis, die over eenige weken deed in Duitschlaiul in gezelschap van M. Proost, Algemeen Toeziener van Land bouw, getroffen geweest is door de goede uitslagen door dit ouderwijs, onder maatschappelijk opzicht, verkregen. Die Heeren hebben zich kunnen overtuigen van de zoo eenvoudige en volmaakte in richting dier bijzondere scholen, aan de welke de Keizer van Duitschland het welgemeendsle belang hecht en die hij op alle manieren aanmoedigt. Willem II is overtuigd dal er in hel normaal onder wijs der dochters van den buiten eenen belangrijken factoor voor de oplossing van hei maatschappelijk vraagstuk gele gen is. De hooge waarde der landbouw nijverheid beter Kennende, zal de onder- wezene vrouw zich aan haar werk willen toewijden en het is zeker dat de ontvol king van den buiten snel zal weerhouden zijn. Wij herhalen dal wij verhopen dal de Vlaanders de laatste niet zullen zijn om zich rekenschap te geven van de noodza kelijkheden van den toestand en dat wij welhaast de opening der eerste koersen van normaal landbouwonderwijs voor jonge dochters zullen mogen aankondi gen. Vertaling van De Landbouwgalm Kortrijk. Tc Gembloers. Geen Pliilipsonism. De leerlingen van het Laudbouwgesticht van Gembloers schijnen de lauweren le benijden hunner konfraters der liberale Brusselsche Hoogeschool. Bij gelegen heid der benoeming van eenen bestuur der, den achtbaren heer lubert, welke politieke denkwijze die heerker:s niet beviel, hadden zij wal boucan gemaakt en een dagorde geslemp warrin hunne onte vredenheid over den nieuwen bestuurder werd uitgedrukt. M- De Bruyu, minister van Landbouw die te recht van geenPliilipsonism in •Je gestichten van den Slaat weten wil heeft den heer Cartuyvels, bestuurder in het ministerie, gelast een onderzoek te doen. Dit onderzoek is thans geëindigd. 4 stuoenien de voorzitter en de ondervoor zitter der Société générale des Étudiants, en de 2e toezichtersleerlingen van de eer ste en de tweede afdeeling zijn uit de leergangen gesloten... De studenten maatschappij is ontbonden. Volgens de Téforme zullen de studen ten bij het hernemen der leergangen te gen dien tuchtmaatregel protesteeren. Laat die jongens maar protesteeren. O'ize staatsgesiichten mogen geene libe- le clubs worden en het meesterschap van de leerlingen over de leeraais moeter met kracht geweerd worden. Wij keuren den maatregel van minister De Bruyu dus volkomen goed. Handel in Kerstboomen. De handel in Kerst hoornen tegen der. tijd van het Kerstfeest is verbazend groot in Duitsch land. De grootste markt daarvan is te Bprlijn, waar men rekent dat ruim 400,000 Kerstboomen, in hoogte afwisse lend van 2 lot 30 voet, worden verkocht. De tweede gewichtige markt is le Dres den; ongeveer 200,000 dezer kleine spar- rebooraen komen Jirekt uit den Hurn in Saksische hoofdstad en men verzekert dat er nog ruim zooveel uit andere stre ken worden aang. voerd. In 'l groot wor den de boomeii verhandeld bij Schok of 60 stuks; groote en kleine hoornen ge middeld tegen 24 tof 98 fr. het Schock. De kleinhandelaars verkoopen Kerst boompjes van 2 voet :ten daaronder voor 30 centiemen; die van 3 voet loopen tot 45 centiem"1. Het meest gewild zijn boompjes van 7 tot 10 voet hoogte. Fraaie hoornen van 20 voet kosten 172, somtijds zelfs 192 fr. De potten, waarin de kleine hoornen staan, zijn altijd in den koop begrepen. Winterhanden. Een mi idel tegen winterhanden. Men wrijve 's avonds bij het naar bed gaan, de handen goed in met levertraan. Vooral om het springen te voorkomen, is dit middel goed daar voor kan men er vroeg, bijvoorbeeld met Oktober daar meê begingen. Wanneer men voor 't eerste maal op de afhellende wegen der schilderachtige streken van 't Walenland, Hesbaye en Condroz. in de eenzame, tamelijk uitge strekte velden, wandeli, schiet 'i rap in T oog dat men er vele inboorlingen wiens goeden dag een knuffend neuf, neuf is, ontmoet, te meer daar men zulke liên, in kudden, zelden of nooit in T land vau Aalsi tegenkomt. De lieve lezer zal reeds begrepen heb ben dat ik van zwijnen spreken wil, die. zonder wachter gansch alleen een deel van hunnen kost langs de straten en op de velden gaan zoeken. De eigenaars be kommeren er zich weinig om waar zij henenloopen daar zij om de zelfde uur als hun eten hen wordt voorgezet altijd stipt op hunnen post zijn. liet dobbel nut dat de Waal uit deze wijze van kweeken trekt is dat het Varken met bitier weinig onkost groot en vet wordt en altijd ge zond te been blijft, zells gedurende den winter loopen er zwijnen vrij uit Bij de boeren vai» het Land van Aalst, wordt het viggen van jongs af in eei. kot gesteken waar noch licht noch lucht in kan en komt er maar uii om onder 't mes van den beul den laatsten snak te geven. Van zoohaast hut van de zog is geschei den krijgt het dikken bras alsof men het van dan aan moest vet houden, en zoo komt het dat hel zwijn geen heen meer stijven kan en wil men niet alles verliezen zoo is men verplicht het al dood te doen. Eens maakte ik eene dergelijke op merking, dat men 't verken m<-er licht en lucht geven moest, het den ganschen dag laten uitloopen, het beest zou zich met 't knabbelen van steeneu en andere voor werpen onledig houden en men zou liet zoo met halven kost groot krijgen. Een boer van H., die nochtans beweert veel verstand te hebben van al die zaken, die overal den chef en baas wilt spelen, een soort van halve peerdemeester, ten min sten in zijn gedacht, hoorde mij die mee- ning uiten en rap was hij te been om mij door schimpwoorden te weerleggen. Alles leeft van lucht en licht, zegde hij maar een verken kan er niet te weinig hebben, zijn kot kan niet te donker en niet te klein zijn. Die zulke stelsels in 't werk zou stellen die zou rap den berg afloopen. Zou een vlaamsche boer den lust niel hebben de walen der Hesbaye en Condroz na te doen Ik durf hem verzekeren dat hij het niet zal beklagen. Vele boeren liebbe een gesloten hof waai om in 't be gin de verkeus er niet laten oploopen. Hoe gemakkelijk en is het niet voor vele anderen hunnen hol af te sluiten. Wat ik hier in het walenland zie, ge beurt ook in Duitschland. waar de ver- kens der gemeente onder de hoede van een betaalde wachter den ganschen dag op de alliellingeu der bergen loopen, juist lijk bij ons de schapen. In de veekweek in 'i algemeen mag men nooit dit dobbel princiep uit 'i oog verliezen, het vee zos gezond mogelijk en met de kleinste kost groot en vet te krijgen. Daar de graan teelt nu voor de boeien zoo weinig winstgevend is waar om zouden zij hunne aandacht niet henen op die zaken die profijt en winst afwer pen Dreas. WETTELIJKE BESLUITEN. Bij koninklijke besluiten van 23 De cember zijn burgemeesters benoemd in ons arrondissement Aalst, M. Van Wambeke Appelterre- Eichem, M. E. Van Langenhacke Aspe- lare, M. J. Berlengée Sinn Maria Ou- denhove, M. A, Van der Linden Si Goo- rix-Oudenhove, M. R. Van der Meer sehout Aigem, M. P. Van Cauter Baar- degem, M. Van der Straeten-Verbelen Bamhrugue, M. B. De Feyter Borsbeke, M. B. De Vuyst; Burst. M. L. Dooreman; Dendeihautem, M. F. Van Oudenhove Dendei leeuw, M. H. Sonck Deuder- windeke, M, G. Van Cauwelaeri Elene, M. L. Van den Hecke de Lembeke Eremhodegem, M. B. Verleyzen Eron- degem, M. J. Van den Eeckhout Erpe, M. G. De VosErwetegem, M. L. Van der Veteken St-Lievens Essche, M. P. Mertens Godveerdegem, M. P. Van SteenbergheGoeffeiidingen, M. A. Van der Linden Geeraardsbergen, M. K. de l'Arbre Grimmingen, M. J. De Bruyn Gro"tenbcrghe, M. D. De Cock; Gysegem M. P. Mertens Haaltert, M. E. De Sa- deleer Si Lievens-Hautem. M. A. Ver- brugglien H'ddergem. M. K. De Smet Herdersem, M. F. Wauters Hillegem, M. V. Van Temsohe Hofstade, M. Mat- thijs Iddergem, M, J. Staels Idegem, M. B. De SmetImpe, M. L. Schockaert; Lede, M. A. Coppens Leeuwergem, M. C. de markgraal de Nieulant Let- terliaulem, M, L. Schoupe Liefferin- geu, M. P. L. KesiensMeerbeke, M. C. Van Vreckem Meire, M. G. Coppens Moorsel, M. E. Heyntens Nederboulare, M. L. Buyserie Neygem, M. V. C. De Vuyst Nieuwenhoven, M, C. Roossens; Nieuwer kerken, M. C. J. Baeten Ninove M. A. Cooman Okegem. M. E. Covens Oukerzele, M. F. Van den Eynde; Oorde- gem, M. D. De Schaapmeester Ophas- selt, M. P. Van Peteghem Ottergern, M. P. De Sadefeer Oultre, M. J. E. Van Sinay Pollaere, M. P. J. Mertens Res- segem, M. E. v.m der Maeren Sin te Antelinckx, M. D. Van den bossclie Santbergen, M. C. Van der iiaegen Sciiendelbeke, M. B De Strooper;,Smeer- hebbe-Vloersegem, M. B. De Wandel Sottegem. M. L. Van Lierde Steen- huyze - Wynhuize, M. P. Ascoop Viaue, M. E. De hunter Vleckem, M. B. De Clippele Vlierzele, M. D. Verstrae- ten Voorde, M. P. F. PlaisaetWelle M. J. B. 'T KimWoubrechtegem, M. H. Michielsi Zonnegem, M. C. J. De Clercq. PRIESTERLIJKE BENOEMINGEN. Onderpastoor te S, Gillis (Dendermon- de), de E. H. E. De Cieene, professor in de Normaalschool le S. Nikolaas, alwaar hij vervangen wordt door den E. H. F. Van Cleemputte, priester der laatste wijding. Te Nieukerke Waas is onder pastoor benoemd, de Eerw. Heer Legers, priester der laatste wijding. Kapelaan le Ledeberg, de E. H. M« Stockman. Het Bureel en de boek- en steendrukkerij van Oen DENDERBODE zijn thans gevestigd, in de Korte Zoutstraat, 31, oud-huis "Van de Dutte-De Smeelt, (de van ouds gekenden tabakswin kel,) alwaar alle brieven, aankon- gingen,bekendmakingen en gelden vrachtvrij moeten besteld worden. Wij berichten onze geëerde le zers dat men zich ten bureele van Den Denderbode gelast met al de werken, geene uitgezonderd, die den boek- en steendrukkersstiel betreften. Schoon werk, spoedige bediening en gematigde prijzen. Wij bevelen ons aan de goede gunst van eenieder. Een persoon, door een eenvoudig middel van 23 jaren doofheid en ruisciien der ooren genezen, zal de beschrijving er van gratis toezenden aan al wie het zal vragen aan M. Nicholson 21 Bcdforl Square, Londen. W. C. Botermarkt.— Heden zaterdag werden 963 klonten boter ter merkt ge bracht, wegende te samen ongeveer 7700 kilogr. Te verkrijgen ten bureele van Den Den derbode, Korte Zoutstraat, N° 51, te Aalst, Exnam van kiesbekwaum- lieid. Vraagboek opgesteld door hei Ministerie van Openbaar Onderwijs, bij be.-duit van 31 juli 1888, voor de jaren 1889-1893, met antwoorden en oplossingen. Vlaamsche of fransche tekst prijs Ir. 1,00 Te verkrijgen ten bureele van Den Denderbode, Korte Zoutstraat, N. 31, Almanak der algem. Aartsbroeder schap van O. E. V. van het II. Ilert voor 't jaar 4891. Prijs fr. 0,30. Op Zondag 4 Januari 1891,zal het zoo gunstig gekende Zang,- Tooneel-en Let terkundig gezelschap 't Land van Riem, onzer stad, eene Prachtvertoo- "ing geven ter stadssenouwburgzaal ten voordeele van de Armen, Hei programma belooft een gansch buitengewoon feest, bijzonder voor de liefhebbers van puike muziek. Wij wak keren onze medeburgers aan, deze gele genheid te baat te nemen om eenen aan- geuamen avond door te brengen en te vens een werk van liefdadigheid te ple gen. Bureel om 51/2 ure. Gordijn om 6 ure heel stipt. Kaarten aan 1,50. 1,00 en 50 centimen, zijn van heden af te bekomen tot den dag der vertooning 's middags, in het lokaal des gezelschaps, bij den heer R. J. Hermans, Albert Liè- nartslraat. De Leden der Maatschappijen hebben vrijen toegang op vertoon van hunne persoonlijke kaarten. Werkmanskring. Op Kerstdag heeft M.den onderpastoor Pon- net in onzen Werkmanskring eene schoone en hartelijke voordracht gege ven over eenige punten betrekkelijk met den hedendaagschen toestand van den Wei'kmanstand. Daarna wierd gelijk jaarlijks onder de algemeene vreugd der 600 tegenwoordige leden, een schoone Kerstboom verlicht 600 vruchten van dien boom wierden vervolgens door onze brave werklieden geplukt. Wij zijn gelukkig aan onze lezers te mogen aankondigen dat M. Arthure Ver- haegen, van Gent, op Zondag 1 Februari 1891, eene belangvolle Voordracht zal geven over VAKVEREENIGINGFN. Dinsdag avond, rond 5 en half ure, is er een schrikkelijke brand uitgebor sten in de woning van M. Schaepherders Docx, schilder, Hanswijkstraat, 41, te Brussel. Een leerjongen, door zijnen meester gelast met een werk te verrichten op net eerste verdiep des huizes, was, vol gens men algemeen zegt, over de mat ge vallen, voor eene kamerdeur liggende. De brandende petroollamp, welke hij in de baud droeg, moet door den val ont ploft zijn en oogenblikkelijk het vuur me degedeeld hebben aan een lijnwaden schutsel dat eene der kamers van den trap scheidde. Hier bevonden zich in eene ingemaakte kas verschillende kruiken vernis die het vernielend element op eene schrikkelijke wijze aan voedden. Ook in eenige oogen- blikken nam het vuur zulkdanigen bui tengewone uitbreiding dat gansch de wo ning in brand stond. De ongelukkige gast nam de vlucht langs het dak van het aan palend huis bewoond door Jen heer Ceu- iemans bewoond. Schaepherders en zijne vrouw, die het dreigend gevaar bemerk ten, snelden hunne kinderen ter hulp en konden gelukkiglijk ook nog in tijds hun ne woning verlaten, Het bluschmaterieel der stad en dat der Centrale werkhuizen van den Staat wa ren weldra op de plaats der ramp, doch het vuur had zich reeds gansch meester gemaakt van den inhoud, en er bleef diensvolgens niets meer over dan de aan palende woningen te bevrijden. Slechts eenige kleedingstukken heeft men in het eerste oogenblik kunnen red den. De schade is zeer aanzienlijk. De eigendom, toebehoorende *an den heer Deraarré, is verzekerd door de maat schappij La Belgique. Wat den inhoud betrept, desaangaande vertelt men dat de verzekeringsakt niet in regel zou zijn. Drie verschillende agenten van verzekeringsmaatschappijen duidt men als in onderhandeling zijnde met M. Schaepherders voor het verzeke ren zijner koopwaren en mobilaire voor werpen. Een stoel, welke men den huize uit wierp, moet op het hoofd van den heer Schaepherders terecht gekomen zijn en hem schrikkelijk gewond hebben. De ge neesheer Gillis, welke hem de noodige zorgen heett toegediend, verklaarde dat hel voorval zeer noodlottige gevolgen zou kunnen hebben. Een vreeselijk ongeluk had maan dag morgend in de statie van Charleroi, plaats. Een werkman, Josel Anselbergh was bezig met het ijs van tusschen eene wis selnaald los te kappen, wanneer [een ma- nce-jvreereiide trein met vier wagons in alle snelheid kwam aangestoomd. De arme jongen, die druk aan den arbeid was, bemerkte er niets van en hoorde ook de kreten niel der staatsbedienden die het gevaar bemerkten en Anselbergh toeriepen op zijde te springen. Hij werd door de wagons omvergeworpen en op de baan geslingerd. Men liep hem ter bulp toen men hem opnam, bemerkte men dat zijn een been gansch verbrijzeld was en dat van het under been den voet nog slechts mei ee nige spieren vast was. De gekwetste werd naar het hospitaal overgebracht,waar men hem onmiddelijk het rechter been afzette. Men vreest dat men ook zijn link been zal moeten afzetten. Jozef Anselbergh, een lange magere persoon, heeft blijken van eenen zeldzamen moed gegeven. Hij heeft de vreeselijke bewerking onder staan zonder dat eene enkele klacht over zijne lippen kwam. Een getuige van het ongeluk zegl dat de arme werkman nadat hij door de wa-| gons het been was verbrijzeld, tot drie maal toe is rech'gesrongen als om te vluchten, doch dat hij telkens, overdekt met bloed, wederom neder viel. Het was verschrikkelijk. Hoe streng de wirier van 1890-91 ook schijne, zijn wij gelukkiglijk nog ver van de vier en dertig graden onzer zero, die in 1793 te St- Petersburg wer den opgemerkt. De grootste koude, welke in Europa is bestatigd, is deze, die de akademiele- den in 1737 ondervonden, wanneer zij in Laponen kwamen om er eenen graad van de middaglijn des Poolkrings te me ten. De thermometer daalde toen tot 46 onder zero- Wanneer men de verwarmde kamer opende, waarin de geleerden waren ver gaderd, veranderde de buitenlucht, die oogenblikkelijk naar binnen drong, dein de zaal aanwezige dampen in sneeuw en het begon in de zaal te sneeuwen. In 1830 daalde de thermometer te Pa rijs lot 17, te Mulhouse tot 28, te Mar seille lot 12. Al de rivieren waren vcrvro/.en. Ju 1840 een dag hevige koude. 17 gra den. In 1853 zijn bijna al de waterloopen van Europa toegevrozen. In 1871 een uiterst hevige koude. Hij is echter maar kortstondig. In 1880 rijden de rijtuigen over de Seine; te Lyon doet men de Saone sprin gen met dynamiet. - Vorstelijke weduwen. Hebt gij nog niet bemerkt dot er nu in onze vor stelijke stamhuizen van Europa zooveel weduwen zijn Koningin Viktoria, in Engeland, keizerin Eugenia, van Frankrijk, ko ningin Isabella, in Spanje, keizerin Victoria in Duitschland keizerin Char lotte van Mexico, te Bouc'iout, bij Brus sel Aartshertogin Stelanie, te Wee- nen en sedert korte dagen koningin Emma, van Holland, zonder andere mis schien nog. Fijn gesproken. De jonge koning van Spanjen, Alphonso XIII, is nog niet zeer bedreven in de behandeliug van mes en vork. Hij at dezer dagen van een kiekjen en nam wat hij noodig had met de handen. Zijne gouvernante be rispte hem met de woorden Konin gen eten niet met hunne vingers. Deze koning wel, antwoordde de knaap, en at verder zonder mes of vork Hoe het in Rusland gaat. Dezer dagen werd aan eenen sneltrein tusschen Krakau en Warschau, bij eene kleine statie waar anders geene sneltreinen op houden, een teeken gegeven om te stop pen. Dadelijk daarop werd de trein om ringd door kozakken, die alle reizigers deden uilstappen, hen onder een afdak geleidende, waar zij een paar uren moesten blijven, zonder te weten boe en waarom. Daarna werden zij een einde ver ge plaatst, in de opene lucht, onder eene stortbui en altijd omsingeld door kossak- ken. Wederom stonden zij daar drie uren, en binst kwamen twee regimenteu infan terie den geheelen spoorweg in dubbele gelederec afzetten. Kort daarop stoomde een trein in dui zelingwekkende vaart voorbij. De Czar was voorbijgevlogen en de reizigers wa ren vrij.Zij ondervonden echter in hunne reis niet min dan zeven uren vertraging. LUXEMBURG. Geheimzinnige misdaad.Eene vreese lijk misdaad heeft het kanton Dierick, en voornamelijk het dorp Vichten in op schudding gebracht. Zekere Harles, daglooner, had de her berg der weduwe Bacthels verlaten, toen hij, aan dei. uitgang van het dorp geko men, eensklaps werd aangerand, ten gronde geworpen en letterlijk als een dier geslacht. Het aangezicht van den onge lukkige vormde nog slechts eene enkele wonde. De moordenaar moet gerucht gehoord hebben of door zijne daad verschrikt ge weest zijn, want hij heeft zija mes in den hals van liet slachtoffer achtergelaten. Het parket is reeds viermaal ter plaatse geweest en toch is de misdaad nog altijd met veel geheim omringd. De echtganoote van het slachtoffer en een kerel, welke door hel openbaar gerucht beschuldigd wordt betrekkingen te onderhouden met deze laatste zijn aangehouden. De aangehoudene loochent krachtdadig Harles gedood te hebben. Hij heett echter het gebruik van zijnen tijd nog niet kun nen bewijzen tusschen half negen en tien ure, liet uur wanneer de misdaad ge pleegd is. Het is evenwel bewezen dat Wittwers 'i is den naam van den aangehoudene den avond gedeeltelijk in gezelschap van Harles heeft doorgebracht en zelfs met hem heeft twist gezocht. Wittwers heeft de herberg ten 7 ure verlaten, en het slachtoffer is ten 8 ure vertrokken, om naar huis te gaan. Toen men Harles vond was hij dood. Het was een eerlijk en braaf werkman, van allen die hem kenden, geacht en be mind. IERLAND. Groote Werkstaking in Schotland. De werkstaking der schotscne spoorweg beambten breidt zich uit tenge volge van aansluiting van verscheidene kanten. Onder andere begint het perso neel vau den Galedonian spoorweg in verzet le komen, voornamelijk op aansto-

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1890 | | pagina 2