NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN OE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST.
Zondag 1 Februari 1801,
10 centiemen per nummer
45ste Jaar 3N. 2556
\ivrvoiv< enprijs
DOOD
Prins Boudewijn.
VANSTEENKISTE
Begrafenis van Prins
Boudewijn.
Heden en Eertijds.
Een en ander.
DE DENDER-BODE
ABONNEMENTPRMS
Jit niad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag De prijs ervan is 6 frank 's jaars
fr. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen.
De inschrijving eindigt met 31 December
Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTË-GOOSSENS, Korte-Zoutstraat,
31, en in alle Postkantoren des lands.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen, fr 1,00Vonnissen op
3° bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag avond. De onkosten der kwitantiën door de Post
ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar.
Caique gnua.
AELST, 31 JANUARI 1891-
VAN
De ware oorzaak dei*
dood.
Er bestaat, voor het oogeablik, geen
twijfel meer aangaande den oorsprong
der ziekte die den jongen prins naar bet
graf geleid heefi.
Officieren der karabiniers, die met
Zijne Koninklijke Hoogheid van dienst
waren op de oefening langs de Twee Hui
zen, vertelden ons gitten n, dal men den
prins verzocht had naar huis te keeren,
om reden der grooie koude, maar de
dappere jongeling weigerde en zegde
Waar de karabiniers zijn, wil ik ook
zijn Voor uil
En hel regiment ging voorwaarts!
Hei was dien dag zoo ijskoud dal de
muziekanten niet spelen konden op hun
bevrozen instrumenten.
De prins hoestte eenige dagen nadien,
maar nam er geen acht op. Meu weet
het einde. (Het Land.)
De bekendmakin^derake-
kelige ti]ding aan prinses
Hendrik».
Dinsdag morgen wist prinses Hen
drika nog niets van de akelige gebeune
nis.
Tegen den middag zag men dat de in
woners van den linkerkant der Naam-
schestraat, van af de portiek der Ko
ninklijke Plaats tot aan de Brederode
straat hunne rouwvlag uitstaken.
Aan dit teeken heeft men bemerkt dat
de dood van prins Boudewijn eindelijk
aan zijne zuster aangekondigd was. Het
was om de aandacht der prinses niet op
te wekken dat dii deel der bewoners van
de Naamsche straat zooals wij reeds ge
zegd hebben, hunne vlaggen hadden in
getrokken.
Rond 10 ure in den morgend hadden
de geneesheeren des prinses, de heeren
Martiny, Hayoit en Mélis eene samen
komst gehad met den Graaf en de Gra
vin van Vlaanderen. M. Mélis was gelast
het droevig nieuws aan te kondigen. Ten
11 1/2 ure bevonden de drie geneeshee
ren zich met eene Engelsche gouvernante
in de kamer van de zieke prinses. De
prinses vroeg bijna onmiddelijk bij het
binnentreden dezer personen naar den
toestand van haren broeder
Er is niet veel hoop meer voor
uwen broeder, Hoogheid, antwoordde de
heer Mélis.
De prinses plotseling als door een
voorgevoel overvallen, riep hierop uit
EN
ZIJNE ZONEN.
(2* vervolg.)
Stel u gerust, waarde gravjn, zeide Bert
terwijl hij tarnc|ijk oudeugend de moei verloochen
de, ik zal u niet moeilijk vallen en u nooit in ver
legenheid brengen. Ik vraag u alleen om de gunst
mij als uw neef niet te verloochenen, wanneer
wij ons in ccnen geheiligden cirkel mochten ont
moeten
Hoe scherp kunt gij toch zijn, antwoordde
de gravin, den steek vei bijtende, het zal u gewis
ook zonder mij gelukken, toegang tot het groot
volk te hebben. Gij zult door uwen persoon en
middelen genegenheid winnen dat vergoedt
hier en daar aan het gemis van geboorte.
Gij vergeet, goede moei, zeide Bert, in ijver
gerakende, dat wij ook cenon stamboom hebben.
Het huis Vansleenkistc en zonen staat met
zijne onbevlekte firma sedert bijna honderd jaren
onwrikbaar. Nog nooit heeft het gewankeld, nog
nooit is er een glimpje van mistrouwen op geval
len. Het heeft zfjnc voorouders en verdiensten, en
Gij zegt mij alles niet, mijn broe
der is dood
Op dit oogenblik kwamen de Graaf en
de Gravin van Vlaanderen, gevolgd door
hunne t wee andere kinderen, prins Al-
bert en prinses Josephica, woenend de
kamer in. He drie geneesheeren ba lden
zich bescheiden in eene naburige kamer
leruggelrokken.
Het is onmogelijk geweest aan het ver
langen der zieke prinses te voldoen die
gaarne nog eene laatste maal haren
broeder wilde omhelzen.
De krisis der prinses Hendrika is na
langdurig weenen overgaan in eene diepe
neerslachtigheid.
De geneesheeren hebben verklaard dat,
ondanks deze hevige aandoening, den
gezondheidstoestand der prinses geen
gevaar meer oplevert en dal de beternis
aanhoudt.
Nooit heeft Brussel eene indrukwek
kender volksmenigte in zijne straten ge
zien.
Meer dan 600,000 personen verdringen
eikanker, om eene laatste hulde ie bewij
zen aan den te vroeg ontslapen prins.
In deputaties uil de provinciën van ge
heel Belgie, waren sedert woensdag
teeds meer dan 100,000 personen
binnen Brussel.
De gelieele brusselsche bevolking ver
drong zich donderdag morgend, stil en
ontroerd op den weg van den stoet. Dal
moeten wij bij deze gelegenheid ter harer
eer bekennen.
Ten half tien begon mer. militaire
maatregelen te nemen om den weg voor
den lijkstoet vrij ie maken, vart aan het
Paleis tot aan de Hoofdkerk.
.Men begon met het volk van de Regen-
cieplaats te verwijderen.
Rond 10 ure kwam de Koning met zijn
gevolg in Molrijtuigen aan het paleis. An
dere hofrijluigen brachten de prinsen van
Pruisen en van Hohenzollern aan.
De magistratuur, die in het Paleis van
Justicie vergaderde, reed rechistreeksch
naar de kerk.
De kanonnen van het Park lossen elke
halve uur een schot.
Ten 10 ure 15 komt de geestelijkheid
in het Paleis, om het lijk af te halen.
De stoet bestaat uit negen en zestig
priesters, met Mgr. Jacobs, pastoor de
ken aan het hoofd.
De straatlantaarns zijn aangestoken en
met rouwkrep omhuld.
De balkons zijn allen behangen met
rouwversierselen.
ware mijn vader niet juist o|zijn adel als eenvou
dig burger trolscli, dan icon bet diploom reeds lang
in zijnen lessenaar liggen.
Gij zijt een welsprekend advokaat van uw
huis. aDtwoord.lc de gravin ietwat schertsend,
doch er is, dunkt mij, slecht voor gezorgd, dat de
roem des huizes Vanslcenkiste en zonen nog
eene eeuw langer stand houde. Boven de kantoor
deur van uwen vader staat nog wel de oude firma,
doch binnen twintig jaren is het een bloot parade-
seliild geworden.
Ik ben de tweede zoon, dus mij was het niet op
gelegd, om den roem den firma staande ti> houden,
was Bert's driftige toespraak, ik zou een onbarmc-
lijk vertegenwoordiger der koopmansgrootheid zijn
geworden, maar
Maar Pieter, die is't, zei de gravin. En hij
wil niet, het is een dwarsdop, wat zegt uw vader
daarvan.
Hij is diep verbitterd, antwoordde Bert ernstig.
Hij gaat zeer ver in zijnen toorn en blijft even
hardnekkig bij zijuo plannen, als Pieter bij de
zijne. Mijn vader is nu eenmaal een man van ver
oordeel, en er is dus eene gehcclc verloochening te
vreczen.
Waar is Pieter I vroeg de gravin achteloos.
Hij heeft het huis verlaten, waurschgnlgk
ter. gevolge van eenen harden strijd, want de voor.
waarde, die ntijn vader mij in zgucn laalslen brief
stelt, getuigt van zijne diepe verbittering.
En deze voorwaarde
't is wreed. Ik moest mijnen broeder verloo-
Totop het laatste oogenblik zijn in het
Paleis kronen aangebracht. Men schat
hun aantal thans op 1000.
Ten half elf weergalmt weêr een ka
nonschot.
De geestelijkheid gaat over tol het uit
halen van liet lijk, in tegenwoordigheid
van den Koning, den Graaf van Vlaande
ren, de Prinsen van Pruisen, van Bat-
lenbergvan Hohenzollern en Prins
Albert.
Mgr. Jacobs leest de laatste gebeden.
De bijzondere maatschappijen hebben
ondertussf.hen op de Paleizenplaats en
in de Koninklijkestraat hunne plaats in
genomen.
Men ziet onder ander de oud-strijders
van 1830, waaronder 4 in costuum.
In 't geheel ontwaart men ongeveer
500 vaandels van maatschappijen. Een
enkel is met een blauwen strik versierd;
't is het vaandel der liberalen siudenten.
De burgerwacht en de gendarmerie
neemt de rioodige maatregels,om de haag
te vormen op den doortocht van den
stoet, die geopend wordt dooreen pelo
ton gendarmen te peerd, een escadron
gidsen en een escadron burgerwacht
te peerd.
Dan volgt het muziek der grenadiers,
die treumarsclien speelt.
Vervolgens afgeveerdigden van geheel
het leger en der burgerwacht.
Het muziek der carabiniers.
De compagnie grenadiers, van welke
de Prins vroeger deelmaakte als luite-
lenant.
De compavnie der carabiniers, waar
van Prins kapitein was.
De officieren van de militaire school.
De Geestelijkheid.
Het huis van Prins Boudewijn.
Het lijk.
De driedubbele kist is bedekt met een
zwart lijkkleed, versierd met een kruis en
met goud geboord. Up de kist ligt het
uniform met liet hoofddeksel van kapi
tein. Zij wordt gedragen door 20 onder
officiers van de carabiniers
De vorstelijke personen gaan op eene
enkele lijn, de Koning in 'l midden,
uiterst bewogen, maar sterk hij be
dwingt zooveel mogelijk zijne smart.
Zijn klakhoed met rouwkrep cmhuld.
Aan zijne rechterzijde gaat de Graal
van Vlaanderen, overvloedig weenende.
Links de Prins van Hohenzollern en
Prins Albert.
Vervolgens Prins Heinrich van Pruisen
en de andere Prinsen de ministers van
Staal ea die met portefeulle.
De hoeken van hel baarkleed worden
gedragen door MM. Beernnarl, Lejeune,
generaal Pontus en generaal Stoels.
Nu volgen de huizen des Konings en
van den graaf van Vlaanderen.
dienen, en mij door bet afbreken van allen om
gang met Pieter naar mijns vaders plannen voe.
gen.
De gravin zag met eene ougemccne spanning in
iiare koude tiekken op.
En gij
Ik sla tussclicn beiden, en voel voor de be
grippen van den eenen, zoowel als van den ande
ren, Imlve deelneming.
Hel intreden van de dochter stoorde hetgesprek.
Zij reikte den luitenant met bekoorlijke onbevan
genheid de hand, en heette hem innig welkom.
Wat zijt gij deftig geworden, neef Bert Zoo
krijgshaftig 1 Hoe gnat lie', met uwe wond.
Beter dan het geweest is slechter dan het
zijn moest. Ik veroorloof mij van mijnen kant
de opmerking dat gij verbazend groot geworden
zijt, nicht Gij zijt nu niet meer de kleine
Selma.
Ja maar men behandelt mij tocli nog altijd als
een kind, ik weet niet waarom Docli dezen
winter komt er een eind aan, dan zal het heerlijke
leven eerst beginnen.
Uat is gezegd. Ik denk ook op dien tijd 'l te
ven te beginnen, zei de luitenant lachend Dat ik
den slok maar kon ontberen. Dal is mgn grootste
streven. Daarom ga ik eerst naar het bad eu dan
de wereld in.
Maar gij zegt mij niets van Pieter
Gij vergeet Selma, dal ik reeds sedert lang in
garnizoen lig. Ik weet niet veel vau 't buis. Brie
ven schrijven is mijns vaders zaak niet, behalve
Daarna een indrukwekkende groep
al de leden van den Senaat in u> iform.
Geheel de Kamer der Volksvertegen
woordigers.
De gener.als van hel leger, burger
wacht en stafkorpsen.
De lijkwagen stelt eene overgrooie
pranlbaar voor, in vorm van pyramide,
bekroond met zw trien troonhemel,welke
met zwarte pluimbossen versierd is.
Deze wordt gedragen weerskanten door
acht ijzeren kolommen.
Geheel het gevaarte verdwijnt letter
lijk onder eene vracht van natuurlijke
bloemen.
Achter den wagen wordt hel peerd van
den prins geleid hel is overdekt met
eene zwarte draperij.
Daarop volgt eene groep onder-officie
ren, dragers van kronen, die gezonden
werden door koningin Victoria van Enge
land, door den prins van Wallis, de
koningin van Rutnetiie, de prins en de
prinses van Hohenzollern en den keizer
nan Duilschland.
Vervolgens komen de rijtuigen van
het Hol en ten slotte een geleide rui
terij.
Het voorbijtrekken van den stoet duurt
ruim een kwaart uurs.
De troepen presenleeren de wapens,
de trommels roffelen,de klaroenen schet
teren.
De duizenden nieuwsgirigen ombloo-
ten het hoofd te midden eerier diepe
stilte.
Vele personen weenen, bij den door
tocht van de diepbeproefde koninklijke
familie.
De stoel komt rond elf ure in de St-Gu-
dulakerk.
Hel lijk wordt in het midden van den
kruisbeuk gezet, bestraald door eene
pyramide van waskeersen. Heel de kerk
is verlicht.
In het heiligdom rechts, de officieren
en de geestelijkheid, de cardinaal-aaris-
bisschop met Mgrs de bisschoppen van
Belgie eu de groote dignitarissen.
Links van hel altaar de koninklijke fa
milie (alleen de mannen), de dienst nes
Konings en het diplomatisch korps.
In het koor rechts de leden der Kamer,
de luiienant-generaals, de ministers, de
gouverneurs, de voorzitters van de pro
vincieraden. enz. enz,
Links de.Senaat, het Verbrekingsltol,
de reden kamer, en het beroepshof.
In 't midden der kruisbeuk de katafalk
met de huizen des Konings en van den
Graaf van Vlaanderen, achter de baar.
Links, eveneens, achter den katafalk,
de provincieraden en al de burgemeesters
van Brabant.
Rechts, de militaire school.
In den grooten middenbeuk links de
rechtbanken, de vrederechters, officiers
in de aangelegenheden der firma.
Nu, en Pieter V
Hij is wel te pas.
Dat is boven alle begrippen kortaf geanl
woord, zeide Selma ontevreden. Gij koint zeker
niet wel overeen met uwen broeder.
Luitenant Vanslcenkiste gaf wederom een oi t-
wijkend antwoord. De gravin kwam hein ter hulp.
Buitendien liet zij dien vcrtrouwclijkeu tuon der
jonge lieden niet gaarne voortduren. Selma werd
door ecucu blik vol uitdrukking uit de anders zoo
onverselullige oogen van mama in loom gehouden
Bert voelde zich door de houding zijner moei
ecnigszins belcedigd.
111.
Inlusschen had in bet Gasthof van Beieren een
vreemdeling zijn intrek genomen. Hij bewoonde
eene afgelegene, stille kamer. Men bracht hem
volgens gewoonte den vreeiiidcnlijsttoen hij op
bet punt was er*zijneu naam op tc zetten, bleef hij
eensklaps s'il. Een liaudteckcn, dat zich op
hel boek bevond, bad bijzonder zijne aandacht ge
trokken.
Is deze bier insgelijks gehuisvest vroeg bij
haastig.
Om u te dienen.
Welk is zijn nummer
Dertig, om u te dienen.
Ik dank u.
In gedachten verslonden ging dc jonge vrccm-
van het leger enz. Rechts de alge-
meene bestuurders der ministeries, de
Academieën, de Hoogescholen, de offi
ciers der Burgerwacht, enz.
De orde-dienst in de kerk wordt ge
daan door militaire commissarissen.
In de zijbeuken hoeft het publiek toe
gang. Lang voor de dienst aanvang
neemt, is eene overgrooie menigte daar
opeengepakt.
De dienst wordt gezongen in gregori-
aunschen zang.
Mgr Goossens, cardinaal-aartsbisschop
van Mechelen, officieert.
Ten 12 1/4 ure is de godsdienstige
plechtigheid aigeloopen.
De stoet zet zich, in dezelfde orde als
bij den optocht, in beweging, om zich
naar Laekett te begeven.
Bij liet uitgaan der kerk is de menigte
zoo aanzienlek, dat de policie ze slechts
met de grootste moeite kan inhouden.
De Koning, de Graaf van Vlaanderen,
de vorstelijke personen en al de dignita
rissen begeven zich in hofkoetsen naar
Laeken, terwijl de stoet den aangedwiden
weg inslaat.
Tot hiertoe hebben geene incidenten
plaats.
De houding van het publiek is zeer be
tamelijk. Handelsblad.
Een typiek antwoord.
kluchtig geval.
Eenige pikeurs en lakeien van hei hol
wandelen op de plaats. Eene onzer ambt-
genooten, vroeg hun eene inlichting be
trekkelijk de plechtigheid.
De man antwoordde statig Gij moet
u tot de burgerlijke lijst richten.
Op dien oogenblik had er in de Treu-
renhergstraat een kluchtig geval plaats.
Een pasieibakkersioopjongen, die eenen
korf met pasteien droeg, wil niettegen
staande de haag der soldaten voorbij
gaan,
Men sloot hem terug. Hij biedt weer
stand eensklaps ontsnapt de korf uil
zijne handen en zijne smakelijke koop
waar rolt over de straatsleenen. Aan
stonds snelt de menigte toe en niettegen
staande de soldaten en de wachten zijn
de pasteien in ean oogwenk door de aan-
schouwers opgeraapt en bitinengesmuld.
Voor de Fransche omwenteling beston
den in 'l katholiek Europa vele kloosters,
waar iedere ongelukkige kon binnenko
men, verzekerd er voor verscliillige da
gen kost en huisvesting ie vinden. De
poortier eischte noch reispas, nog getuig
schrift van goed gedrag, om hem binnen
te laten 't was hem voldoende dat hij in
nood was.
deling been en weër. De luitenant hier I zegde hij
halfluid, is het niet tegen mijn besluit, wanneer ik
hem nu ontmoet. Ware het niet beter geheel afge
sloten tc blijven, dan mij aan eene nieuwe verne
dering bloot te stellen
Neen ik wil zien, of ik geheel van alle huise
lijke bclrckkingan gescheiden moet leven Daarop
verzonk hij weder in gepeins. Het was eene on
gewone verschijning. Eene hooge gestuite, bijna
athletischc vormen, doch de bewegingen waren
luchtig en sierlijk de trekken scherp geteckend;
vol adel op het bewerkte voorhoofd de stempel
van verheven, aan dc poëzie gewijde gedachten,
in 't donker, nadenkend oog ecu zachte glans.
Na kort beraad verliet de vreemdeling het ver
trek, eu stond spoedig daarnu voor de met n. 30
gemerkte deur.
Hij opende die snel, en werd door eenen uit
roep van verrassing, die bijna aan schrik grensde,
ontvangen.
Pieter
Ik wist het wel, dat gij bij mijnen aanblik
verschrikken zoudt zeide Pieter, met iets zeer
treurigs in zijne welluidende stem. Geef mij de*
hand, Bert, en zeg mij, of gij ook de bcklagcns.
waardige vooroordeelcn in u hebt opgenomen,
waaronder ik lijd.
Bert Vansleenkiste stak heul ecnigszins bedrem-
peld dc hand toe, en antwoordde besluiteloos Wij
zuilen bet daarlaten, aan wiens zijde 'l vooroor
deel is.
Gij brbl gelijk. Wij zullen ons maar uan de
De groote revolutie, die het mensch-
dom heeft gemaakt wat men tot
heden nog niet veel heeft bemerkt, heeft
die geestelijke instellingen afgeschaft en
hare goederen ingepalmd.
Gedurende bijna eene eeuw zijn er veel
toegejuichte staathuishoudkundigen ge
weest die bewezen hebbeu, dat de liefda
digheid der kloosters nadeelig is geweest
voor het menschdom. Dat, inderdaad,
door den mensch een laatste schuilplaats
aan te bieden tegen de gevolgen zijner
ondeugden en inzonderheid zijner luiheid
zij in hem het gevoel der persoonlijke
werkzaamheid verzwakte.
Wij zijn heden wel verwijderd van de
meeningen die langen tijd veel gezag had
den. Onder den drang van onbeschrijfe
lijke ellenden, richt men nu, in de groote
steden, nachtverblijven in, waar men
eene slaapplaats en een kraehtigen maal
tijd geeft aan de ongelukkigen, wie zeook
wezen mogen, en openbare warmkamers,
die in den dag alle ellendigen zonder on
derscheid tegen de koude beschutten,
Jegens de eenen en de anderen maken
die liefdadige instellingen geen onder
scheid tusschen de zoo ongelukkige
slachtoffers van een onverdienden ramp
spoed,en de ondeugenden en verdorveuen
die nooit aan de wet van den arbeid heb
ben gehoorzaamd.
'l Is voortreffelijk en wij zijn fier voor
onze tijdgerooten, op die onbeperkte lief
dadigheid. Doch zij geelt ons de gelegen
heid om eens te meer op te merken, dal,
wanneer de wereldlijke maatschappij
ziclt groot wil toonen, zij voorbeelden
ontleent aan de zoo zeer bespotte gods
dienstige instellingen.
(Onafhankelijke.)
De fonographische spons. Het schijnt
meer en meer zeker dal Edison de eerste
niet geweest is om het gedacht op te val
let. tot het vervaardigen van den fono
graaf. De heer Albert de Rochas, brief
wisselaar van ITotermédiaire deelt
hierover de volgende regelen mede, ge
trokken uil het Aprilnummer van den
Courrier vérilable, een klein maandschrift
dat de nieuwstijdingen afkondigde
Kapitein Vosterlocli is terug van zij
ne reis der Australische landen. Deze
reis heeft hij twee jaar en half geleden
ondernomen, op hevel der Hollandsche
Staten. Onder andere bijzonderheden
verhaalt hij ons, dat hij, eens door eene
zeeengte varende, onder deze van Ma
gellan gelegen, aangeland was op eene
plaats, waar men zekere sponsen kon
vinden die den klank en het stemgeluid
bewaarden, even als onze sponsen de
vloeistof opslorpen, op zulke wijze, dat
wanneer personen elkander van ver iets
willen vragen of mededeelen, zij enkel
van dichtbij tot eene dezer sponzen spre-
gcvolgcu houden, zeide Pieter met eenen smartc-
lijkcn zucht. Zooals gij mij hier ziet, Bert, heb ik
vaders buis verlaten, zonder ccnigcn zweem van
den overvloed, die mij tot heden omringd heelt.
Ik ben arm, maar ik ben vrij om te doen, wat ik
niet laten kan. Nooit zou ik mij aan den kautooi-
Icsscnanr laten plakken, mijn gelieele wezen komt
legen dit vak op. Ik zeide tot mijnen vader ik
kan niet, en toen hij doof aan mijne bede blccl
ik wil niet. Dat was dc worp van mijn lot. En nu
ben ik vrij
Vcrstootenzeide de luitenant bitter.
Dat is een bard woord, barder dan ik het
zelfs tot hiertoe durfde uitspreken, I.e. nam Pieter
langzaam, eenen diepen hlik op zijnen broeder
werpende. Ik hoopte dat mijn vader nog van ge
dachten zou veranderd zijn, wanneer hij eerst zig
dal men ook op 't veld van het streven des gccsles
en in 't rijk der kunst eenen naam kon vcruvcreui
Dc luitenant haalde lahcend de schouders op.
Hij boudt zijnen naam voor Ie goed en van tc
degelijk mclaleuklank, zeide hij, om in te zien, dat
ecu andere stralenkrans dan die der oud patrici
sche handelstalenten dien omgeven mag.
Gij beziet het te zwart I
Ik zie zwart op wit, zeide de luitenant. Hij
gaf aan Pieter eenen brief. Deze las hein spoedig
Er ging eene rilling door zijn zenuwachtig lichaam;
zijne lippen werden als met verachting bleek op
elkander gedrukt.
(Wordt voortgezet.)