NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST. Donderdag 5 Maarl 1891, 10 centiemen per nummer 45ste Jaar IV0 2545 ARONNEMENTPRIJS ANNUNCENPRIJS Politiek overzicht. VANSTEENKISTE HERZIENING. f t 199 9 Landbouw. 12,16 DE DENDERBODE. Jit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagleekening van den volgenden dag De prijs ervan is 6 trank 's jaars r. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Korte-Zoutstraat, 1» 31, en in alle Postkantoren des lands. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen, fr 1,00 Vonnissen op 3" bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag avond. De onkosten der kwitantiën door de Post ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar. Calque sunn. AELST, 4 HAAKT 1891. Frankrijk en Duilschland. llavas verklaart gemachtigd te zijn meê te dee- len, dat in strijd met sommige berichten, de fransche gezant te Berlijn,M.Herbette, niet vooraf gepolst is over de reis van de keizerin-moeder naar Parijs. Hare komst aldaar is door den duitschen gezant ter kennis gebracht van den franschen mi nister-president en den minisier van buitenlandsche zaken, en hij heeft er bijgevoegd, dal zij eeïiige dagen te Parijs zou blijven, ouder het strikste incognito. Havas bericht verder dat de fransche regeering bij geen enkel kunstenaar tus schen beide is gekomen, ter zaken van de tentoonstelling te Berlijn. Dat wil zeggen, dat zij niemand heeft aangespoord deel te nemen aan de ten toonstelling. Onder de personen, die de keizerin Frederik bij haar vertrek aan de statie een afscheidsgroet zijn gaan brengen, behoort ook de nederlandsche gezant. Hebben de franschen het hoofd opge stoken, toen zij gehoord hadden, dat keizerin Frederik Versailles, waar de koning van Pruisen gekroond werd als duitsch keizer, ging bezoeken, nog war mer werd hun bloed, toen zij vernamen dat zij ook naar Si-Cloud was gegaan, waar de Duitschers hel kasteel ver brand hebben. Het blijkt thans echter uit eene meê - deeling van een der ambtenaren bij het duitsche gezantschap te Parijs aan eenen meêwerker van le XIXe Siècle, dat de keizerin niet te St-CIoud geweest is en Versailles heeft zij bezocht ter wille van de aldaar aanwezige kunstwerken in het museum. Niemand van hel gezantschapsperso- neel, niemand in Duitschland kon ver moeden, dat dit bezoek slecht opgevat zou worden. De tijdingen over de laatste gebeute- nissen verliezen die scherpte van toon, welke in den beginne veel ergs deed vreezen. Het geruchi, omtrent het terugroepen van de gezanten Herbette en graat von Munster, schijnt zich niet zullen bevesti gen. Doch een nieuw gerucht doel nu de ronde. Men beweert dat de rijkskanselier van Caprivi, misnoegd omdat de keizer hem niet raadpleegde in zake de reis der keizerin naar Parijs, voornemens is zijn ontslag te geven. Over andere punten zou er nog verschil van meening bestaan tusschen Caprivi en keizer Wilhelm. Z. M. dineerde gisteren bij minister von Bölticher. Men gelooft dat hij daar ZIJNE ZONEN. (He vervolg.) Luister eens, Pietcr, antwoordde hel meisje, op aarde is er niets zoo kostelijk, of eene vrouw kan het opofferen voor hare liefde, doch aan deze offers zij» z'kerc grenzen, die uien niet mag overschrijden. Ge moogt dus om mij uw geluk, »i wj toekomst niet met voeten treden, waaraan gij alles licht opgeofferd, alvorens mij te kennen. Ik denk dat de dorst naar roem en onderscheiding bij den man zoo groot is, dat niets hem kan verza digen als dio dorst ongclescht blijft. Eene vrouw mag hem in iJjn doel nooit een belet zijn. En toch, zeide hij somber, verzekert gij mij uwe liefde Het zou droevig zijn, Pietcr, als ge mij ver keerd begrepen hadt, sprak zij teeder. Misschien heb ik u verkeerd beoordeeld doch ik dacht dat gij, met twijfel in de ziel, u slechts ten halve aan uwe roeping vaslkleefdctdaarom heb ik u zoo openhartig mijne liefde beleden. zal gesproken hebben over de laatste feiten. Het beste van heel deze zaak is dat kei /.erin Frederik, aan al wie 't hooren wil verklaart dat zij hoogst te vreden is over de beleefde ontvangst der Parijzenaars Dit moet op haren zoon indruk gemaakt hebben en eene ontspanning wordt te gemoet gezien. In afwachting zijn het nu de Elzas- Lotharingers die de gebroken potten betalen kunnen Bij de Republiek Het zijn de bona- partisten die het eerst antwoorden op de roepstem van kardinaal Lavigerie. De voorziliers en gemachtigden van de bonapariistische comileiten in verschei dene arrondissementen van Parijs, heb ben de verklaring openbaar gemaakt,dat, besliste verdedigers als zij zijn van de nationale souvereirmiteit, het belang des vaderlands bij hen boven alles gaat, zoo dat zij allen dynastieken voorkeur laten varen en den republikeinschen Staats vorm aannemen. Zij zullen nu een cen traal republikeinsch plcbiscitair comiteit, vormen, ter verdediging der rechten van het algemeen stemrecht. De Temps,die verklaring meêdeelende, voegt er hij dat de ontbinding der oude partijen allengs vooruitgang maakt tot groot voordeel van hel republikeinsche legeeringsstels'-l, dat weldra slechts élats majors zonder soldaten tegen zich hebben zal. Voortreffelijk, maar nu eens eerst ge werkt om de menschen, die in het repu blikeinsche huis treden, goed te ontvan gen. Want als men ze daar behandelt gelijk honden in een kegelspel, dan zul len ze zoo gauw mogelijk de plaat poet sen. De plannen van M. Beernaert voor de kieshervorming, zijn thans bepaald vast gesteld. Sterk door de instemming der twee parlementaire rechterzijden, zal |hij thans vooruitgaan en de uitdaging opne men der liberalen, welke hem verweten hebben dat hij geene oplossing had voor te stellen. Dinsdag zal M. Beernaert zijne verkla ringen afleggen voor de middensectie, en deze zullen, denkt men, recht door zee gaan. Zijn stelsel steunt, zooals ik u reeds gemeld heb, het kiesrecht op de bewoning. Volgens dezen basis zal het stemrecht, zonder algemeen te zijn, tol 5 of honderdduizend burgers uitgebreid worden er zou bijna niemand uitgeslo ten zijn dan de onweerdige en vagebon den. Daar men den ouderdom van 25 jaren en 3 jaar woonst zou eischen, zouden veel woelige elementen daardoor nog uit het kieskorps verwijderd blijven. Wat de evenredige vertegenwoordiging betreft, deze zal M. Beernaaet voorloopig nog terzij laten, om de kwestie niet te verwarren. Hij weet dat het gedacht der herziening nog afkeer ontmoet bij som mige leden der rechterzij, en hij wil deze mei versterken door de oppositie, welke de evenredige vertegenwoordiging nog op de banken der rechterzij vindt. Walde herziening betreft, zal de re geering vast besloten, maar zonder over haasting handelen. Zij verlangt dat de tegenwoordige wetgeving haar mandaat eindige, en zij verwerpt de pretentie der liberalen, die de herziening zouden wil len zien stemmen in den tegenwoordigen zittijd, opdat de Kamers nog dit jaar zou den ontbonden worden. M. Beernaert is integendeel van voelen, dat de bepaalde stemming niet voor 4892 moet uitgebracht worden, en 't is in dien zin dat hij tot de rechlerzi gesproken heeft; maar hij heeft het geva' van heirkracht voorbehouden. Er zouden inderdaad omstandigheden kunnen voorkomen, die eene spoediger beslissing eischen. De Koning is de gedachten van M. Beernaert zeer genegen, maar niet zonder nevenbedoeling. Hij denkt dat de Kamers, welke zullen voortkomen uit de toepassing van een meer uitgebreid stemrecht, den persoon lijken dienstplicht niet meer zoo vijandig zullen zijn als de tegenwoordige. Deze gedachte aan den persoonlijken dienstplicht is zeer diep ingeworteld in den geest van Zijne Majesteit. Maar se dert eenigen tijd doet de Koning geene pogingen meer bij zijn ministerie, omdat hij weet dat het verloren moeite is, daar de meerderheid van hel tegenwoordige kiezerskorps tegen het miliiarism is. De Koning weigert zelfs niet meer ver klaarde tegenstaanders van den per soonlijken dienstplicht als minister te aanveerden. Hij denkt ongetwijfeld dat de zienswijze der ministers, onder dit opzicht, tamelijk onverschillig is en hij heeft zijne hoop gesteld op eene grondige hervorming van het kiezerskorps. Handelsblad. Een hevige strijd ontstond in Pieters gemoed. Spoedig echter zegevierde zijn krachtige wil op zijn hart. Hij dacht aan al de hittere tooneclcn, die hadden plaats gegrepen bij zijne losscheuring van 't vaderlijk huis en dacht de terugkeer is onmo gelijk. Doch de aanblik van dit engelachlig wezen, dat het zijne worden kon, deed zijn bloed koken. Nu eerst gevoelde hij dat er als 't ware eene kelen om zijne ledematen gesnoerd was, als hij zich zcl- ven meester van de toekomst waande. Duurbare Helena, zeide hij, gij hebt u be drogen, als ge roeendet dat onze scheiding zoo licht wezen zou. Hebt ge dan dien zaligen balsem in mijnen boezem gestort om er mij weer dadelijk van te berooven. Helena verbleekte. Gave God, zegde zij treurig, dat ik nooit dit woord had uitgesproken I Het heeft eene ganseh andere uitwerking gehad dan ik verhoopt had. Daarom, Pietcr, laat ons dit uur vcrgetcu, alsof bet nooit bestaan had. Beloof mij dat gij nooit zult verraden wat er tusschen ons is voorgevallen. En nu, Pietcr, gij zijt vrij... Vaarwel. Picter beefde, hij stond versteend. Eindelijk richte hij zich op en liep naar de deur, waar hij den intendent ontmoette. Ha Pieter 1 «"iep hij welgemoed, ge komt juist van pas. Alles gaal opperbest. Binnen drie dagen is het ulgemeene repetitie het tooneel is zoo goed als in orde. Eenigen tijd geleden,zette een geleerde schrijver een der redmiddelen uiteen om den kwijnenden en manken landbouw weêr te been te helpen. De tooverroede van weelde en voorspoed voor onzen be proefden buiten vond hij in de Veree- niging van den landbouw De boeren moeten samenspannen om op geza menlijke kosten goede graansoorten aan te koopen, scheikundige vetten, land- Pieler gaf geen aandacht op de woorden d^s ba rons zijn gemoed was overstelpthij wankelde en moest zich aan de deur vasthouden. Maar wat scheelt er u dan toch riep de verbaasde heer von Hcusenbcrg, Wat is er ge beurd, Pieter Deze gaf een ontwijkend antwoord bij schoof de schuld zijner misnoegde stemming op de belcc- diging. hem door de directie des toonrels aange daan. Maar wat gaat U dc directie aan vroeg de buron, ecnigszins g'-belgd. Ik heb u immers onder mijne bescherming Gij moet dat treurig gelaat afwerpen, Pietcr. Excellentie, ik zal nooit vergeten dat ik too- ucelspeler ben, zeide hij bitter, terwijl hij als een dief wegsloop. VIII, Het hertogelijk tooneel was reeds meer dau tien jaren ongebruikt, en alles was er met eene laag stof overdekt. Men zette zich ijverig aan het stof fen, schuren, boenen, schilderen. Weldra was bet vroeger zoo piachtig tooiieci in zijn ouden luister herschapen. Dc kleine zaal was waarlijk licf.Zij was alleenlijk voor het hof bestemd en slechts ingericht voor een vijftigtal personen. In 't midden hing een prach- bouwmachienen, vee en meer andere verbeteringsmiddelen door deskundigen aangeprezen. In een klein antwoord, in de kolom men van Den Denderbode verschenen, deed ik de onmogelijkheid der toepassing uitschijnen van eenige dier middelen door den geleerden schrijver aangeduid. Een zeker onderscheid had ik gemaakt en ik nam heel gaarne zijn gedacht aan op zulk gebied waar er voor onze boeren eene toekomst was als voorbeeld haalde ik de nieuwe botermachien aan. Al de op- yverpselen die men er tegen zou kunnen inwenden, heeft de heer Beeckman in de Stad Ninove in eenige punten samen gevat en wederlegd. Een der redenen waarom volgens dien geachten schrijver de boeren niet seffens andere stelsels aannemenis »«'t is nieuw» en tegen al wat nieuw is, stellen onze boeren een stelselmatigen weêrstand. Alhoewel deelganger van het nieuw botermachien moet,ik toch bekennen dat het mistrouwend gedrag onzer boeren niet altijd le laken is en dat de ondervin ding voor die nieuwe machienen toch nog zoo klaar niet heelt gesproken om als stekeblind door de aanhangers van den zoogezegden maatschappelijken voor uitgang aanzien te worden. De heer Ba ron de Moffarts, in een neêrhof van zijn kasteel van Houlchnée had dit nieuw stelsel aangekocht en gratis ter beschik king der hoeren van do omstreken ge steld. Gansch voor niet wierd er hunne melk met veel zorg geroomd en geboterd. Gedurende eenigen tijd zag men dage lijks de landbouwers van 't omliggende met hunne melk aankomen, maar na eenigen tijd verminderde dit getal lang zuam totdat eindelijk de laatste trouwe- ling het voorbeeld zijner geburen volgde en tot zijn oud stelsel terugkeerde. Indien nu dit nieuw systeem zooveel profijt geeft aan onze boeren lijk deskundige leeraars het op alle lonen bcweeren, dan is het gedrag der waalsche landbouwers heel dom en gansch onuitlegbaar. Men heeft moeite zich in te beelden hoe het mogelijk is zoo rechtstreeks tegen zijne belangen te handelen en dit doet een boer evenmin dan die fijne lieerkens die hem den landbouw komen aanleeren. Die boeren hadden opgemerkt, meen ik, dat al wat nieuw is niet immer vooruitgang is, niet immer profijtig is en dat hun oud stelsel het nieuwe te boven ging. Moest men deskundigen gelooven, ik heb het hun ten minste hooren bewee- ren, dan zou de smaak der boter volgens 't nieuw stelsel veel beter zijn dan de andere dit verschil is zelfs zoo groot dal men het zeer gemakkelijk, de domste zelf, kan onderscheiden. Daar zou dan ook de rede zijn waarom op de engelsche markt de deensche boter boven de onze den voorkeur heeft. Dat is, meer. ik, eene reine overdrij ving want vele andere factoren dragen tot de hoedanigheid der boter bij. Onze boeren kennen die te wel om het noodig tige lusier, benevens eene dubbele rij schitterende candclabers, die een licht gaven, zoo helder als 'l zuiverste zonlicht. Dc loge des hertogs, in kos telijke zijde gestoffeerd, was dicht bij het tooneel, want Zijne Hoogheid was zeer bijziende. Achter deze loge bevonden zich open gaande rijen, tusschen wier donkere koiommeu de dames in hunne schitterende klccding bekoorlijk moes ten uitkomen. Mijnbeer von Heuscnbcrg bestierde de toebe reidselen voor het feest, en alles ging zoo stil en geheim dat dc hertog er niets van bemerkte, en bijgevolg verrast worden zou. De avond der algemecnc repetitie was daar de fcestvoorstelling zou twee dagen daarna plaats hebben. De dames kwamen te voet naar bet hof om door bet gerammel hunner rijtuigen niets te verraden. Met de meeste gulheid ontving de intendent het gezelschap. Het tooneel werd twijfelachtig verlicht dooi'eenige lampen, tusschen de schermen aange bracht. Waar blijft toch Mijnheer Vanstecnkiste riep de baron ongeduldig. Haeindelijk zijt gij daar, riep hij vroolijk.dcn kunstenaar de hand toe. stekend stiptheid bij dc repetitie is half gelukken. Z-jl ge klaar, Pieter 1 Deze antwoordde door eene buiging. Hij is niet op zijn gemak bij beeft, zeide de gravin Helmwcrtii. Wat mag hem overkomen te achten ze op te noemen.Een feit,waar van ik de echtheid zoowel niet als van het eerste kan verzekeren, is het vol gende dat ik in de aloud gekende her berg De Kam te Heldergem, heb hooren zeggen. Na eene les over de melkertj te Herzele zette men den leer- aar twee klontjes boter voor om ze te proeven, hem verzoekende dit aan tedui- den welke volgens zijn aangeprezen stel sel was opgemaakt. Statig en met de verzekering zijner belangrijkheid en on - feilbaarheid proeft hij ze beiden en de misprijzende trekken van zijn gezicht deden gemakkelijk zien welke boter hem het minst geviel en moest van kant gezet worden. Het was juist deze volgens het nieuw systeem opgemaakt. In tegenwoordigheid van zulke feilen is ten minste het schreeuwen en lieren tegen de routine der boeren 't is he dendaags mode geworden als ontijdig aan te zien. Maar wat is dan eigentlijk de zooveel uitgescholdene routine, de gewoonte bij onze Landhouwers Zekerlijk een onderscheid is er tema ken tusschen de kennis onzer boeren en landbouwkundigen. Deze hebben hunne wetenschap uit de boeken geplukt en ge- gelrokken en dan met hunne vooringe- nomene denkbeelden met zeven haasten en gansch oppervlakkig wat de proef velden nagezien. Wat betrekking er tusschen de proefvelden en den wezen lijken landbouw bestaat en hoever de preuven er uitgetrokken kunnen toege past worden zal ik waarschijnlijk eens laters onderzoeken dit komt heden in de raamte mijner taak niet. Voor onze land bouwers is de gewoonte de routine, niet alleen hunne eigene ondervinding maar de mos majorum, de langzaam opeenge stapelde kennis van verscheidene eeu wen, der bijzondere omstandigheden, oneindig verschillig, die op de plaatse lijke teelt een zeer grooten invloed heb ben en waarvan de wetenschap tot hier toe de wending nog niet heeft kunnen opspeuren en ontleden, noch er de wer king van in hare juiste maat bepalen. De gewoonte, lijk een fransche schrij ver zich uitdrukt, is niet de geschrevene rede maar, 't is het geleefd verstand en haar misprijzen is klaar en duidelijk be wijzen dat men nooit een praktische landbouw in het midden onzer boeren met den geest van opmerking heeft nage volgd. Zoo is het ook met de melkkwestie; tol hiertoe passen haar onze eren het Vlaamsch spreekwoord toe. Nieuwe bezems vagen wel Zij wachten en zul len eerst de uitkomst nazien. Hebben zij ongelijk Als een eigenaar een nieuw stelsel wilt invoeren, wanneer hij eene versche methode wilt aanwenden dan zien de boeren der omstreken met nieuwsgierigheid maar ook met een ze ker mistrouwen de zaak na. Bijna nooit keuren zij de nieuwigheden goed ook Wat scheelt u? vroeg dc intendent, Pieter vlak in 't gelaat blikkende. Ik kan u tot mijn spijt geene opheldering geven. Excellentie, antwoordde deze laat ons maar spoedig beginnen, misschien zal het spel mijne geschokte zinnen verlichten en mijnen ver warden geest in orde brengen. Op een teeken van den baron nam ieder zijne plaats in. Het eerste deel begon zeer leven t'g- Een aantal jonge lieden juit den hoogen stand zijn vergaderd over eene samenzweering tege* hare instellingen. Bruno van llallcnberg behoorde u toe bij bare leden, onder den naam van Raulf, doch nu heeft hij uit zonderlinge dweeperij den adel willen afwerpen, om vrij en ongestoord een dichter een man der sociale vrijheid, een voorvechter der burgerlijke gevoelens te zijn. De vcrecniging wordt intusschen bet masker gewaar en ergeert tegen Bruno, opgestookt doof diens voormaligcn gouverneur,een vervallen edel man, wiens wraak over den val van ziju huia ac- dert jaren in het doen vallen van vreemde fami lie» bestaat. Prins Occar was deze weinig beminnelijke, doch niottemin fijn afgewerkte rol ten deel geval len. Wordt voortgezet.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1891 | | pagina 1