NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN OE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST.
Zondag 19 April 1891,
10 centiemen per nummer
15ste Jaar N.
Middenafdeeling.
Keizer Maximiliaan van Mexico.
Een en ander.
DE DENDER-BODE.
ABONNEMENTPRIJS I
Jil nlad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag De prijs ervan is 6 frank 's jaars
fr. 3,25 voor res maanden fr. f,75 voor drij maanden, voorop te betalen.
De inschrijving eindigt met 31 December
Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Korte-Zoutstraat,
N° 31, en in alle Postkantoren des lands.
ANNOIM ENPRIJS
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen, fr i,00 Vonnissen op
3" bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag avond. De onkosten der kwitantiën door de Post
ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar.
Calque ma.
AELST, 18 APRIL 1891
Poliliek overzicht.
Lagerhuis. Parnell uilgedaagd.
Woensdag in het Lagerhuis, heeft eert
incident tusschen parnellisten en anti-
parnellisten plaats gehad tijdens de be
spreking van een wetsontwerp op heL
sluiten van drankhuizen in Ierland,welke
duurde van af zaterdag avond ten 9 ure
tot maandag morgcnd.
Wel iets buitengewoons: M. BALFOUR
en sir William IJARCOURT ondersteun
den samen het ontwerp.
M. PARNELL bestreedt het. Het ver
wonderde hem niet dat M. Balfour er
voor was, maar dat liberalen en radica
len er voor waren, dal verstond hij niet.
M. Maurice HEALY, nam daarna het
woord. Hij zegde van oordeel te zijn dat,
noch op deze kwestie, noch op geene en
kele andere, M. Parnell de gevoelens der
stad Cork vertegenwoordigt. (Langdurige
toejuichingen bij de nationalisten).
En als M. Parnell daar een bewijs van
hebben wil, dan heeft hij enkel de ver
bintenis na te leven, aangegaan tegen
over spreker. (Zelfde toejuichingen).
Jodenvervolging in Rusland. Ziehier
nadere inlichtingen over de jodenvervol
ging waarvan de Daily News heeft ge
sproken.
Naar uit Odessa aan dit blad gemeld
wordt, moet er te Moskou en in de om
streken van die stad eene algemeene
jodenverbanning hebben plaats gehad.
Hetzelfde zou gelden voor Kiew, waar
de grieksche kerkelijke overheden de
aanwezigheid der joden heiligschennis
hebben verklaard.
De politie voert iederen nacht eene
razzia in de jodenwijken uit degenen,
die geen vcrblijfpas hebben, worden in
de gevangenis geworpen, om, na de straf
te hebben ondergaan,naar hunne geboor
teplaatsen teruggevoerd worden.
Wij 'herhalen het herhaaldelijk zijn
door zekere pers overdreven berichten
ingezonden over jodenvervolging. Van
een anderen kant weet men dat de russi-
sche regeering tol erge dingen in staat is.
Herziening der Grondwet
De middenafdeeling is woensdag om I
uur, opnieuw bijeengekomen in het kabi
net van den heer De Lantsheere.
In den aanvang der zitting heeft de
heer voorzitter, mondelings, de afdeeling
bekend gemaakt met de besluiten, door
de rechterzij, in hare vergadering van
dinsdag, genomen. l>e vergadering was
bijna eenparig om het kiesexaam, als
grondslag eener uitbreiding van het stem
recht, te verwerpen.
Iets uit de laatste levensdagen
VAN
Nadat keizer Maximiliaan zijn hoofd kwartier te
Qucretaro had gevestigd, had de belegering dezer
stad reeds 68 dagen geduurd. De prins van Salm-
Saliu, die in liet leger van den Potomac gedicn^
had, stond aan 't hoofd van den generaien staf.
Miramuu was belast met de leiding der militaire
zaken, ofschoon de keizer zelf als opper bevelheb
ber hiervan aan het hoofd stond. Escobcdo en
Corona waren de aanvoerders der republiekrinen,
die Qucretaro toen bezet hielden. Escobedo bad
het bevel over 18,000, Corona over 17 000 man.
In het geheel hadden beide vcldheeren dus 53,000
ma» onder de wapens. De sterkte der keizerlijke
troepen bedroeg niet meer dan 6,000 man want
de Kranschen hadden zich, hoewel zonder roem,,
uit Mexico teruggetrokken.
De opstandelingen hadden >len keizer, even als
de jager dun leeuw naar zijn hol, eindelijk naar
-eene schuilplaats welen te dringen, en wilde bij
zich niet goedsmoeds gevangen geven, dan moest
Zij nemen aan dat de wet een zeker
getal bekwaamheidskiezers van rechts
wege mag toelaten, onder de personen
aangeduid itt de nota van den heer Beer-
naeri. Men zou zelfs geneigd zijn te on
derzoeken of dit getal niet kan vermeer
derd worden.
De beweegredenen dezer beslissing is
het bedrog waartoe, vooral volgens de
liberale drukpers, de examen aanleiding
geven.
De beer De Lantsheere acht het
akkoord der partijen zóó noodzakelijk,
als men lot de herziening wil geraken,
dat hij persoonlijk zou genegen zijn zelfs
op de kwestie der bekwaamheidskiezers
toe te geven.
De heer Frère herinnerde aan het ge
voelen door hem van het begin af uitge
drukt. De midden-afdeeling is, volgens
hem onbevoegd om een wetsontwerp te
bewerken. Zij heeft slechts ie antwoor
den op de vraag Moet de herziening
plaats hebben, ja of neen 't Is aan het
gouvernement een wetsontwerp neer te
leggen,waarover men zal kunnen beraad
slagen. Welnu, het gouvernement heeft
verklaard,op de vraag van den voorzitter
der afdeeling, dat het geen wetsontwerp
zal neêrleggen.
De heer Frère blijft overtuigd dat men
tot geenen uitslag zal komen als men
blijft te werk gaan gelijk nu. Er moet in
de Kamer eene groote beraadslaging
plaats hebben over denkbeelden duide
lijk uitgedrukt door het gouvernement.
Men veronderstelt ten onrechte dat hij
groot belang hecht aan het bekwaam-
heidsstelsel. 't Is hij niet die het stelsel
der bekwaamheidskiezers van rechtswege
heeft uitgevonden. Wat volgens den heer
Frère, in den tegen woord igen toestand
hel meest te vreezen is, dat is de invoe
ring van het algemeen stemrecht.
Ondervraagd of hij, de kiesbekwaam-
heid verdedigende, in den naam der lin
kerzij spreekt, heelt de heer Frère ver
klaard geen mandaat te hebben en,
namens de linkerzij, geene verbintenis te
willen aangaan.
De beer De Smet de Naeyer ver
zet zich tegen de beweering als zou de
rechterzij reeds haar besluit genomen
hebben en de herziening in haar voordeel
willen doen keeren.
De heer Sainctelette wil van geen
stelsel hooren dat de occupatie tot
grondslag heelt. Men wil volgens hem,
het grondbezit meester maken van het
kiezerskorps.
Volgens hem zou de hervorming welke
de heer Frère in den zin heeft, de toepas
sing zijn der wet van 1883, ontwikkeld
en verbeterd; 't zou het eenig middel 2ijn
om eencn voldoenden en niet al te ge
vaarlijken uitslag te bekomen. Met de
kiesbekwaamheid als eenigen grondslag
eener uitbreiding van het stemrecht zou
men het doel bereiken.
De heer Frère neemt, zeer opgewon
den, opnieuw het woord. De manier
liij daar, of van honger sterven, of onder de kogels
zijner vijanden de dood vinden. Sedert dat de
nacht zijn duister kleed over het dal had uitgc.
spreid, had het vuur der belegeraars opgehouden.
Vriend cn vijand lagen, n.i den blocdigen arbeid
van den dag, in rust verzonken.
Een officier die diep in zijnen mantel gehuld was
ging nu langs de eenzame straten, die geheel met
puin van daken en muren overdekt waren, naar
de bolwerken. Geen enkel geluid stoorde de stilte
van den nacht slechts Lij lange tusschenpooze»,
weerklonk uit beide legers het geroep der ver
schillende schildwachten. Toch werd het in de verte
door torens van vuur verlicht,terwijl er in de nabij
heid van de stad eenige vlammen, waarvan het licht
zich over de straten verspreidde, omhoog stegen.
Rondom den rooden gloed zag men bieren daar
donkere gestalten zweven, die eehter weer even
snel als zij verschenen waren, in de duisternis van
den nacht verdwenen.
Met het hoofd op de borst gezonken en de han
den op den rug gekruist, wandelde de officier lang
zaam langs dc verbrijzelde ringmuren en wallen,
waarop hier cn daar eenige afgematte soldalen ge
legerd waren, die bij zijne aankomst stilzwijgend
hunne hoofden ontblootten en den eenzamen wan
delaar nog lang nastaarden, nadat bij reeds in de
duisternis verdwenen was. Het was een man die
door zijnen blik zelfs de vermoeidstcn met nieuwe
waarop de afdeeling te werk gaat kan
slechts tot verwarring leiden. Men heeft
ongelijk schrik te hebben van de be'
kwaamheidskiezers. Zij zijn slechts met
5,000. Dit getal is groot genoeg om eene
redelijke uitbreiding van het stemrecht te
geven.Al de kiesstelsels geven aanleiding
tot bedrog: men moet dus geen belang
hechten aan de tegenwerping door de
rechterzij gemaakt tegen de bekwaam
heidskiezers.
De heer De Smet de Naeyer leest
een hevig artikel der Flandre libérale
tegen het bekwaamheidsstelsel. Deze
lezing bedaart den heer Fiére.
De heer Sainctelette verwijt aan de
rechterzij een stelsel aan te kleven dat
naar het algemeen stemrecht leidt,indien
de occupatie reeds het algemeen slem-
recht niet voortbrengt.
De heer Janson verklaart in princiep
partijganger te zijn van het algemeen
stemrecht. Hij klaagt er over dat de hee
ren Frère en Sainctelette gedurig het al
gemeen stemrecht bestrijden.
Dat men beweere dal de tijd dier her
vorming nog niet gekomen is, het zij zoo.
Maar dat men ze niet voor altijd ver-
werpe, zonder ze te onderzoeken. Hij
neemt de verwijdering van liet bekwaam-
heidsstelsel aan, als toegeving, alhoewel
luj verlangt dat stelsel in de wet te zien
schrijven. Hij wenscht vooral een groot
getal werklieden in het kiezerskorps te
zien komen, hetgeen onmogelijk schijnt
met de middelen welke het gouvernement
wil gebruiken.
De heer Janson wil echter, in strijd
met den heer Frère het stelsel van den
heer Beernaerl onderzoeken, omdat hij
overtuigd is dat dit het eenig middel is
om het mislukken van zijn herzienmgs-
voorstel te beletten.
De lieer Frère protesteert en houdt
zijne meening staande.
De heer de Borchgrave doet op
merken dal het bekwaamheidssteisel
weinig werklieden in liet kiezerskorps
zal brengen. Ais men er werklieden in
wil,moet men dan wel de occupatie aan
nemen.
De heer Frère houdt staande dal er
veel werklieden onder de bekwaam-
heidskeizers bij exaam zijn, onder andere
de mijnwerkers. Indien, met iiet be
kwaamheidssteisel de werklieden
geene kiezers zijn, hel zal hunne schuld
zijn.
De heer de Borchgrave dringt aan
opdat de linkerzij, evenals het gouverne
ment, een stelsel zou vooruitzeiien,
waarop de partijen zouden kunnen over
eenkomen.
De heer Buis meent dal men aan het
gouvernement de gevoelens zou kunnen
doen kennen welke in de middenafdeeling
ue overhand hebben en. aan het ministe
rie verzoeken, ten gevolge van die ophel
deringen, een wetsontwerp neer te leg
gen.
Men zou het, onder andere, berichten
dat de meerderheid der middenafdeeling
kracht bezielde er lag in dien sprakclooze» groet
cn in het noemen van dien naam, dien zij elkan
der zachtjes toefluisterden, een verheven eerbied.
Hij was voor hen allen een teerbeminde vader,
en van velen hunner een dappere wapenbroeder,
die ménigen kommcrvollcn nacht aan hunne zijde
had genaakt, cn die hen hier Ie Qucretaro ook
gicncu nogenblik verliet.
De man had zijuc nachtelijke wandeling geëin
digd cn keerde naar liet klooster La Cruze terug,
dat hij dien avond verlaten had. Ook hier zette hij
zijne mijmeringen al wandelende voort, cn trad
eindelijk eene der cellen Linnen die uitkwam op
eencn flauw verlichten gang. Een olficicr van een
indrukkend voorkomen, in dc kracht van zijn le
ven, met schitterenden uniform, zat in den hoek
aan een klein tafeltje. Het was generaal Miramon.
Met eencn eerbiedigen groet wendde hij zich lot
den binnenkomende, die mantel cn kepi afwierp.
Het was keizer Maximiliaan. Hjj scheen in zijn
voorkomen ontzettend veranderd te idjn hij was
op verre na dc jeugdige, trotschc vorst niet meer;
hij was nu een vermagerde soldaat, met doods-
blecke trekken, waarop sombere vastberadenheid
te lezen stond.
Wat is er voor nieuws vroeg dc keizer,
terwijl hij zijnen handschoen uittrok.
Niets van belang, Sire, hernam Miramon
ik heb u alleen maar te verzoeken dezen avond
den cijns van 10 frank aanneemt en het
verzoeken zijn gevoelen te doen kennen
aangaande de uitbreiding aan de be
kwaamheid van rechtswege te geven.
Aangaande de occupatie zou men kun
nen zeggen dat de meerderheid der afdee
ling deze niet bestrijdt, maar dat d'- min
derheid vreest dat zij de overhand zou
geven aan den buiten op de sleden.
De Voorzitter ziet er geen kwaad in
eene nota in dien zin aan hel gouverne
ment te zenden.
De heer Frère verklaart zich tegen
de evenredige vertegenwoordiging en
tegen het referendum. De eerste maatre
gel zou het vertegenwoordigend stelsel
vernietigen en de tweede zou de werking
van liet gouvernement verlammen.
Daarop wordt de zitting geheven.
Vrijdag, om 1) ure, nieuwe zitting,
waarin de afdeeling zal onderzoeken wal
er in de Grondwet zou dienen geschre
ven te worden in vervanging van art. 47.
enz.
De eenige uitslag der zitting is dat het
kiesexaam, als grondslag der hervorming
door de middenafdeeling verworpen is.
Ziehier den tekst der nota door M. De
Lantsheere, voorzitter der middensectie
gezonden aan de regeering op 17 april.
Deze nota vormde den grond der be
spreking van vrijdag morgend.
De meerderheid der middenafdeeling
acht dat het inialief der regeering, met
het oog op de breede uitbreiding van het
stemrecht door de herziening van art. 47,
in den schoot der Kamer eene aanzien
lijke meerderheid zou verwerven, in de
volgende voorwaarden
Toelating tot het stemrecht voor de
Kamer van al de burgers, 25 jaar oud
1° die aan de Staatsschatkist betalen in
rechtstreeksche belastingen, patenten
inbegrepen, de som van 10 fr., of
2° bewonende, geheel ol gedeeltelijk,
een huis van een te bepalen cadastraal
inkomen of koopbare weerde, of
3° Zij die drager zijn van een hooge-
schoolsdiploom van doctor of diploom
van gelijke weerde.
Zij doet opmerken
a) In wat betreft de huisbewoning, dat
de bepaling der voorwaarden van bewo
ning, de vaststelling van het bedrag van
het cadastraal inkomen of der koopbare
weerde, en deze verdeeling, indien dit
noodig is, ingericht moeten worden in
dien zin, dal aan de werklieden het op
nemen tot het kiesrecht worde verge
makkelijkt, en dat niet de eene partij ten
nadeele der andere wordt begunstigd
b) dat, in wat betreft de kiesbekwaam
heid, een groot gedeelte der Kamer zich
zou verzetten tegen het instellen van een
exaam, ingericht met het doel het kies
recht te verzekeren aan diegenen, welke
dit exaam met bijval zouden afgelegd heb
ben doch er bestaal reden om te geloo-
ven dat de klas van bekwaamheidskie-
nog een doodvonnis te onderleekenen, daar do
terechtstelling morgen ochtend 0111 i ure plaats
moet hebben.
Moet.., I n vroeg de kuier langzaam. En
wie is dan die ongelukkige
Helaas een keizerlijk kapitein met name Pe
dro Penna. Het is bewezen dat hij in het geheim
met den vijand onderhandeld heeftzfjne vrouw
cn zijne moeder wonen hier te Qucretaro. Gisteren
is hij betrapt en onmiddclijk voor den krijgsraad
geroepen, die hem veroordeeld heeft. Dc handte
kening van Uwe Majesteit alleen ontbreekt cr nog
aan 1
Daar zijn in het leven van cenen monark zeld
zame oogenbfikken. Eencn spion in oorlogstijd ge
nade schenken, is eene ongehoorde daad, omdat
men daardoor aanleiding geeft tot muiterij onder
zijne eigene troepen.
De keizer wierp zijne blikken door dc hoogc
kloostervensters in de verlate, treurige stad, cn
op de sombere muren die zijne eigene gevangenis
uitmaakten, en nu zou bij, die zelf een gevangene
was, cenen anderen gevangene ter dood latcu
brengen Wie weet, of men binnen kfirtcn tijd
ook geen oordeel over hem vellen zou I De keizer
werd door dergelijke gedachten overmeesterd, cn
!nu traden hem al dc beelden van zijn verlcdenc
weer levendig voorden geest. Hij vouwde zijne
J handen samen en liet zijne oogcu weiden over den
zers, hooger aangehaald, zonder verzet
zekere uitbreiding zou mogen bekomen.
De leden der minderheid in de midden
afdeeling zijn van gevoelen, dat het niet
onder de bevoegdheid valt van de midden
afdeeling, zich bezig te houden met het
onderzoek van de princiepen der toekom
stige kieswetgeving, maar daar dit on
derzoek gedaan wordt, nemen /ij de uit
breiding tot de wetgevende kiezing«n
aan, van de grondslagen des kiesrechts,
vastgesteld door de wetten, welke thans
het kiesrecht voor de gemeente regelen.
De vlottende partij en de
herziening.
Aldus is de tittel van een fransch
vluchtschrift dezer dagen van de perssen
gekomen van M. P. Weissenbruch, druk
ker des Konings te Brussel en zoogezegd
geschreven door een vlaamschen boer.
Die zoogezegde vlaamsche boer is een
voudig een verstokte oude pruik ofte
doctrinair die nog eens wilt le velde
trekken tegen de herziening en vooral
vrede en eensgezindheid onder de
vijandige maconnieke broeders zou willen
doen herleven.
Hel vluchtschrift doet kostbare beken
tenissen aangaande de fouten door de
liberale partij aan T bewind pn in de
oppositie begaan.
De liberale partij, zou begint de zoo
gezegde vlaamsche boer. schijnt er zich,
sedert jaren, op toegelegd te hebben het
oude nationaal spreekwoord Eendracht
maakt machttot eene ijdele spreuk te
brengen.Zij heeft zich verdeeld en onder
verdeeld, bij zoo verre dat er heden geen
gematigden en progressisten meer
beslaan maar alleenlijk radikalen, repu-
bliekeineti en socialisten.
Alle deze fractiën beweeren het libera-
lendom te vertegenwoordigen, maar wil
len het alleen vertegenwoordigen en er
de meesters van zijn.
Nu, zich allen te zwak oordeelende
om zonder hulp le kunnen zegepralen,
sluiten zij bij iedere kiezing een verbond
en nauwelijks is de stembus gesloten of
het wordt bewezen dat hun akkoord maar
in schijn gemeend en duurzaam was.
Te Brussel vooral heeft men die be-
treurlijke bondgenootschappen aange
gaan. Om de kiezing hunner kandidaten
te verzekeren, aarzelden de gematigde of
gouvermenteele liberalen niet de hand te
reiken aan de socialisten niettegenstaan-
da deze laatsten onophoudend uitroepen
Weg met de doctrinairs
Bij de aanst. kiezingen zal men de
candidatuur van een,twee of meer socia-
ten nuttig of wellicht noodzakelijk oor-
deelen.
Ziehier hoe die zoogezegde boer zijne
rede besluit
Hef duurt al jaren genoeg dat wij
uitgestrekten sterrenhemel, alsof dat licht hem
raad kon schenken.
Murinion stond plotseling op, opende de deur
der cel, cn riep niet luider stem eenen naam,
waarvan de echo driemaal door de kronkelende
kloostergangen weerklonk.
Onmiddclijk daarop verscheen de adjudant van
Miramon, die verscheidene akten onder zijnen
arm droeg. Miramon nam de papieren in de hand
cn reit te ze met de volgende woorden den keizer
over
t Sire, ziehier l et protocol van den krijgsraad,
dat ik Uwe Majesteit verzoek te willen onderlee
kenen.
Zou men den kapitein geene genade kunnen
schen vroeg dc keizer, als uit eencn droom ont
wakend.
Genade schenken, riep generaal Miramon
geheel verbaasd nil aan eenen spion genade
scheuken
Zelfs de adjudant zag den keizer verstomd aan
en Miramon, die eenigzins van zijnen schrik be
komen was, zeide toen op vastberaden toon
Hoew el ik zelf een Mexicaan ben, Sire, moet ik
toch bekennen dal Mexico geen land is als een
ander. Mexico is niet anders dan een groot
tuchthuis. Wilt gij dit nu op eene curopcesche
wijze rcgccrcn, dan «loet gij inderdaad niet an.
ders dan u zeiven en bet land aan eene bende
onzen tijd verspillen in onvruchtbare
twisten het uur is gekomen om ons te
verzoenen op een mogelijk programma.
Om dit te ver wezenlijken moet onze eerste
zorg wezen een gouvernement omverre te
werpen dat zijn bestaan slechts aan onze
oneenigheden te danken heeft" en dat,
sedert 8 jaren,beschikt,over al de pro-
tijten van het bewind, de liberalen die
hel berooft, voor den neus uitlachende.
Hoe jammer toch dat de liberalen aan
dit zoo geliefkoosde Staatsgeldschotelken
nimmer kunnen lekken en trekken
In alle geval niet dom eerst het goi-
vernement omverre werpen, dan voor de
profijten zorgen en later zien of men 't
accoord geraakt over 't programma
Wat de eigenlijke herziening betreft,
zou die zoogezegde vlaamsche boer kiezer
maken al wie een zeker exaam van lager
onderwijs zou kunnen afleggen, of, nog
beter, alwie een getuigschrift bezit dat
hij eenen zekeren tijd de lessen eener
lagere school heeft gevolgd.
Onze boer zegt niet door wie dit getuig
schrift moet afgeleverd zijn om geldig te
wezen.
Naar alle waarschijnlijkheid zou het,
volgens hem, moeten afgeleverd zijn,door
den officieelen onderwijzer. Hij zou hot
zoo verre willen brengen hij zegt het
wel niet,maar hij derikthet niette min,—
dat alwie opvoeding en onderwijs in een
vrij gesticht ontvangen heeft,al ware men
nog zoo geleerd nog zoo bekwaam, niet
stemgerechtigd zou wezen.
Dat zou een olietje zijn voor onze
liberalen.
De voorsiaanders van het algemeen
stemrecht, zegt onze boer, zijn niet be
hendig geweest.Zij moesten het gevraagd
hebben met de nationale vlag aan't hoofd
onder 't zingen der Brabanoonne en niet
onder het brullen der Marseillaise,en dan
zou men gezegd hebben T Is toch ten
minste een nationaal stemrecht. Immers
als 'Tien die straatpolitiekers achter hen
groepen goede Vlamingen slepende ge
zien heeft de Marseillaise zingende en de
carmagnole dansende rond de roode vlag,
dan heeft men zich afgevraagd wat heeft
dat vreemd getier hier te maken
Dat is met gezond verstand gesproken,
maar de handelwijze van onzen boer
komt er niet meê overeen daar hij, op
zijne beurt, dit vreemd getier gebruikt
om ons eene partij aan te bevelen die om
hare republikeinsclie strekking en vijand
schap aan de Vlaamsche taalgrieven
maar al te wel gekend is en die niet aar
zelt zich een vlaamsche boer te noemen.
Persoonlijke dienstplicht.
De voorsiaanders van den persoonlij
ken militairen dienst houden onder an
deren slaan dat deze hervorming het
zedelijk peil des legers zou doen stijgen.
Nu, de ondervinding leert dat deze be
weering logenaehtig en valscb is.
roovers overleveren.
Met een ernstig gelaal cn diep in gedachten ver
zonken, stond de keizer daar tegenover zijuen
generaal. Eindelijk zeide hij op kalnien, doch
vastberaden toon, die geene verdere tegenspraak
duldde Kom meé, generaal, ik wil den verooi-
deelde in zijne gevangenis opzoeken en met hem
spreken.
De kei2cr had het vonnis in zijnen zak gesto
ken, en door generaal Miramon en diens adjudant
vergezeld, steeg hij weldra de breede klooslertra| -
pen af,
In de groote straten branddeu overal wachtvu
ren, die geheel omringd waren door keizerlijke
soldaten, waarvan sommige elkaar onderhielden
over de gebeurtenissen van den afgcloopen dag, en
andere met het bereiden van hel sober avondmaal
bezig wareu.
Het was een hrachtig schouwspel, le zien hoe al
die bleekc, bruine en zwarte mannen door bet
rood licht van 't vuur beschenen werden en de
gloed der vlammen op de bonte kleuren hunner
uniformen speelde want bet rood der infanteris
ten en de donkergroene tinten der jagers, staken
scherp af tegen het afwisselende rood, wil en zwart
der ruiterij.
(Wordt voortgezet.)