NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST.
Zondag 6 September 1891, 10 centiemen per nummer 45s,e Jaar N. 2599
DE SPION.
ABONNEMENTPRMS
ANNONCENPRIJS J
Politiek overzicht.
Vrije Vlamingen
Onze Krijgsraden
Wachtgelden.
Officieel ouderwijs en socialisten.
DENDER-BODE.
.)it blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 frank 's jaars
fr. 3,25 voo zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen.
De inschrijving eindigt met 31 December.
Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Korte-Zoutstraat,
N° 31. en in alle Postkantoren des lands.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen, fr 1,00 Vonnissen op
3* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag avond. De onkosten der kwitantiën door de Post
ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar.
Calque soa
AELST, 5 SEPTEMBER 1891
Verjaardag van Sedan. 21 jaar zijn
verloope» sedert dien noodlottige» dag
van Sedan en nog staat hom iedereen
voor oogen, alsof het gisteren ware ge
beurd.
Alle jaren worden door de pers, zoo in
Frankrijk als in Duitschland, artikels
toegewijd aan dien verjaardag. Welnu,
dit jaar zijn de artikels zoo pessimist, zoo
naargeestig, dat men zich onwille
keurig afvraagt Maar hangt er dan toch
een onweêr in de lucht
Is het de fransch-russischetoenadering
die de Duitschers zoo somber maakt
De National Zeilung zegt
Op geen der vroegere Sedandagen
heeft aan het duitsche volk zoo ernstig de
mogelijkheid voorden geest gestaan, dat
liet nogmaals zou moeten optreden ter
verdediging van hetgeen in 1870 is ver
kregen. De dingen, die zullen komen,
zullen wij afwachten met alle vastbera
denheid; zoo noodig zullen wij nogmaals
alles op het spel zetten, in het vertrou
wen, hetwelk de kennis onzer eigen
sterkte ons inboezemt, bij het vertrouwen
op de met ons gelijk bedreigde ^bondge-
noten. j>
De Hanover Courrier zegt dat de twee
meest woelzieke landen van Europa zich
schijnen te verhinden,en aldus den vrede
bedreigen die Duiischland 21 jaren heeft
genoten.
De Magdeburger Zeilung zegt dat het,
thans meer dan ooit, noodig is dat iedere
Duitscher zich rond den keizer schare
voor het behoud van dat wat zooveel
bloed heeft gekost.
Het Tageblatl hetwelk even pessimi-
stich ziet, maar in de binnenlandsche
toestanden van Rusland zekere vredelie
vende waarborgen vindt, geeft opmerke
lijke mededeelingen omtrent Polen, al
waar eene lievige dagelijksch toenemende
gisting heerscht, doordien de Polen in
alles worden verdrukt en de regeering
zelfs alle crediet voor handel en nijver
heid poogt af te snijden.
Toen onlangs eene deputatie uil de
stad Kalisch bij den Gouverneur Gurka in
verhoor was, om een adres betreffende
spoorwegaanleg aan te bieden, heeft
Gurko in barsche bewoordingen alle
wenschen en aanvragen afgewezen, met
bijvoeging der woorden Die poolsche
honden moeten zoo stevig worden ge
boeid, dal zij zich aan de kluisters nooit
kunnen ontwringen.
Sinds 90 jaar, zoo luidt het verder,
hebben de poolsche patriotten naar
Frankrijk uitgezien als naar den redder
uit de russiche verdrukking; thans zijn zij
in hunne innigste verwachtingen teleur
gesteld; slechts ééne hoop blijft hun nog
overkeizer Wilhelm. Een teeken met
zijne hand zou voldoende zijn om die
mannen, thans in vertwijfeling geraakt,
rondom zich te zien scharen.
Het argument is goed gevonden het
vrije Frankrijk—'t slaat zelfs op de munt
stukken dat in 't stof kruipt voor den
czaar, den verdrukker der Polen en van
de Israëlieten 't Is inderdaad om met
de« Iransche» vrijheidsliefde te lachen
MAAIFE8T DER
VAN BRUGGE.
Dat is hier een der minst besproken,
en nogthans een der belangrijkstè kanten
van het zoo geestig en aangenaam solda
tenleven.
De inrichting en de rechtspleging on
zer krijgsraden zouden het gehaat en be
spot gerecht der middeneeuwen onweer-
dig zijn geweest. Zoodanig komen zij
botsen tegen al de huidige gedachten
dat zij tiog schijnen als een onbeschaafd
en wild eiland te midden onze rechts
wereld te liggen.
En nogthans onze jongelingen verdien
den daar eene bijzondere en zorgvuldige
bescherming en hulpe. Wat strenge
straffen soms voor strafbare, ja, maar
toch gewone menschelijke ol onbedui
dende misdrijven En zeggen daarbij dat-
de betichte, staande voor zijne alledaag-
sche meesiers, meenende dus, maar al te
dikwijls, dat hij niet voor zijne rechters
maar voor zijne overheden verschijnt, het
omtrent niet waagt zich te verdedigen.
Immers hen is hij niet gewoon te mogen
aan- of tegenspreken.
Zoo is het lot dat allen op den krijgs
raad beschoren is.... uitgenomen den
Vlaamschen soldaat, natuurlijk. Waar
hebt gij nog ooit gehoord dat de arme
dompelaars uit het oude vrije Vlaamsche
land van... eertijds, wel te verslaan,
niet een teugsken meer alsem in hun
drinken krijgen dan hunne Waalsche
broeders
De Vlaamsche soldaat is op den krijgs
raad vijf op tien ten achteren bij den
Waal omdat hij geen fransch spreekt.
Er is in gansch onze wetgeving geen
enkel woord op te speuren dat zelfs van
verre de taalrechten van den Vlaming
voor den krijgsraad waarborgt. Men kan
dus met hem al doen wat men wil en zich
voor hem zoo diep willekeurig toonen als
het kan aangenaam zijn.
Komt er voor de vierschare een getui
ge die Vlaamsch is van geboorte en
opvoeding maar ook het fransch machtig,
denkt gij dat hij zal mogen in het
Vlaamsch getuigen om aldus rechtstreeks
door den betichte verstaan te wor
den.
Zulks ziet men gebeuren voor de ge
wone burgerrechtbanken. De krijgsraden
zijn verre boven die veracliterde en mis-
prezene gebruiken, De getuige zal zijne
verklaring doen in het fransch om van
de overheden verstaan te worden en van
deze verklaring zal de betichte eene soort
van afgekookte vertaling krijgen.
Zooveel als het maar mogelijk is, wor
den de processtukken in het fransch op
gesteld. Bij het oproepen der zaak geeft
het openbaar ministerie er lezing van.
Doorgaans wordt er daarna aan den ver
dachte gevraagd indien hij er eene ver
taling van begeert. Indien hij eene verta
ling begeert Maar het is eene plicht
hem die te geven zelfs tegen wil en
dank Immers de openbare orde ver-
eischt dat niemand gevonnisd worde
zonder dat het recht van verdediging in
zijne volmaaktheid kunne uitgeoefend
worden. Dit is een recht dat men aan
den betichte verschuldigd is zonder dat
hij daartoe het minste verlangen uit-
drukke.
Voegt daarbij dat onze arme Vlaamsche
soldaten dikwijls aan deze vertaling, ver
zaken, vreezende van hunne rechters las
tig te vallen.
En waar is de schuld van de/.en onge-
hoorden toestand In de samenstelling
van den krijgsraad waar men gemeenlijk
zooveel Waalsche overheden ziet zitten
als Vlaamsche.
Eu alzoo komt liet ook dat het een
waar verschijnsel is eenen Vlaming in
zijne taal voor het krijgsgerecht te hoo-
ren verdedigen. Zoodra een advokaal de
stoutigheid durft begaan het Vlaamsche
woord aan te heffen, wordt er eenen
taalman aan zijne zijde geplaatst die, éene
voor éene, al zijne zinsneden overzet.
Bereken hoe aangenaam zulks moet zijn
voor den verdediger en met welke kracht
en voordeel zulke verdediging kan waar
genomen worden.
Dit alles wat hierboven staat, betreft
nu nog de Vliamsche gewesten, Maar
hoe moet het dan niet gelegen zijn in de
Waalsche gouwen wanneer er aldaar
van onze taalbroeders ten gerechte ver
schijnen Dit diende men eens gade te
slaan en ruchtbaar te maken.
Menigvuldig zijn de wetten die jaarlijks
gestemd en herzien worden in onze Ka
mers. Alles verandert, alles verbetert
alleen het krijgsrecht blijft gespaard en
ongeschonden als eene kostbare reli
kwie.
Zie hoe eenvoudig het ware aan al die
misbruikeu een einde te stellen eene
wetsbepaling van twee reken, zeggende
dat voortaan de Vlaamsche soldaten
door eenen ganschen Vlaamschspreken-
den krijgsraad zullen gerechtigd worden,
is genoeg en voldoende.
Van dan af kan men de gedingstukken
in het Vlaamsch schrijven, kan men in
't Vlaamsch getuigen au pleiten.
De hervorming is mogelijk zonder
eenig belang te treffen en zonder den
minsten onkost te veroorzaken, hetgeen
in soldaterij eene zalige uitzondering
mag heeten.
Wat de regeering betreft, gaat de
Courrier voort, wij hopen dat zij maat
regels riemen zal om een einde te stellen
aan dit schandalig verbond gesloten tus-
schen de officieele onderwijzers en de
gezworene vijanden onzer instellingen
die onlangs nog, ter gelegenheid van
hun congres, de verlooning van den
laalslen krawat van Z. M. Leopold II, on
zen koning, toejuichten.
De openbare denkwijze eischt dal er
over die houding der officieele onder
wijzers recht gedaan worde.
Om de ouders te laten oordeelen hoe
de officieele onderwijzers hel aan boord
leggen om vrije mannen naar hun
evenbeeld #n gelijkenis te vormen, wil
len wij hen onder oogen brengen het
portret van Roger, den socialistischeu
leider va» Quaregnon, die thans in de
gevangenis zit opgesloten, beschuldigd
van met zijne lange vingers in de kas van
zijn syndikaat gezeten te hebben.
Wij willen zegt Ie National— geene
uitspraak doen over de beschuldiging
liet gerecht moet die zaak klaar trekken.
Maar wij achten het nuttig, als voorbeeld
aan onze lezers te doen kennen op welke
wijze die man, zoon van kristene ouders,
in den droevigen toestand is gevallen,
waarin hij zich bevindt. Vaders en moe
ders, leest ons artikel met aandacht en
neemt al uwe maatregels, om aan uwe
kinderen een lot te sparen als dat van
dien ongelukkige.
Roger is de zoon van eenen braven
brievendrager. Hij ontving te huis en in
de school eene kristene opvoeding. Zijne
ouders zonden hem des zondags naar
het patroonschap, alwaar hij werd opge
merkt om zijn vlug begrip. Hij was een
bevallige jongen, met blonde haren, le
vendige oogen en blozende kaken. Zijne
bejaarde ouders, met een talrijk huisge
zin belast, werden door katholieken ge
holpen. Toen de jonge Roger zijne Eer
ste Communie deed, woonde hij met
zijne ouders hel gewone, feestmaal bij,
dat de conferencie van den H. Vincen-
tius Paulo jaarlijks de familiën der
eerste communikamen aanbiedt. Het was
Roger die, dit jaar, volgens het gebruik,
tiet bedankingscompliment opzegde, aan
de oprechte werkmansvrienden, die er
genoegen in hebben dit sclioone feest bij
te wonen. Al de aanwezigen waren ge
troffen door de knappe voordracht van
het blonde knaapje.
Kort daarop kwam de noodlottige
schoolstrijd. Zendelingen der Loge wa
ren ongetwijfeld de familie Roger bin
nengeslopen. De jongen verliet het pa
troonschap, werd naar de officieele nor
maalschool gezonden en werd later offi-
ciëele onderwijzer te Brussel. Toen hij
reeds onderwijzer was ontmoette bij
eens eenen der beschermers van het pa
troonschap. Roger bekende aan dezen
dat hij, in de normaalschool, alle geloof
verloren had. Hij toonde zich echter nog
eerbiedig jegens de vrienden zijner jeugd
en jegens zijne bejaarde ouders. Zijne
woorden hadden zelfs eenen toon van
spijt. De officieele normaalschool was de
oorzaak zijner latere ongelukken.
Roger trouwde, doch de vrouw die
haar jeven met dat van den geuzen-on
derwijzer verbond, wist niet wat zij
deed. Die man, die in de normaalschool
zijn geloof, de grondslag van alle zeden
leer, had verloren, kon geen goede echt
genoot zijn. Hij werd verplicht zijn ont
slag als onderwijzer te geven, tenge
volge eener reeks ongeoorloofde afwe
zigheden en omdat hij schulden had
gemaakt, onvereenigbaar met de waar
digheid van huisvader. (Woorden van
den prokureur-generaal.)
De echtscheiding werd uitgesproken,
hij verliet zijne vrouw en kinderen en
trouwde burgerlijk op de wijze door
Bebel eu Guesde aanbevolen en ongeluk
kiglijk door onze wetboeken gedeeltelijk
toegelaten met eene andere vrouw.
Alsdan werd hij volgens de woorden
van denzelfden prokureur-generaal Jatis-
sens voordrachtgever der socialisti
sche groepen van Qnaregnon, Wasmuel.
Hornu. enz.
Ziedaar den man van wien de sooialis-
ten eenen hoofdman hebben gemaakt.
Sedert hoorde men hem op de socialisti
sche congressen en vergaderingen de
hevigste redevoeringen uitbraken tegen
de klerikale burgersamenleving tegen
die samenleving waarin men de mannen
verstoot, die hun wettig huisgezin verla
ten. Hij was de hevigste voorstander van
de algemeene werkstaking. Men herin
nert zich nog de geweldige redevoerin
gen door hem uitgesproken op het socia-
Iistenkongres van April laatstleden, als
ook op dat van 15 September van verle
den jaar.
Op 't einde der maand April werd hij
door het Beroepshof lot 50 fr. boet ver
oordeeld, wegens beieedigingen en ge
weldenarijen tegen den politiecommis
saris van Quaregnon. Thans wacht hij
op de uitspraak van het gerecht over de
aanklacht der werklieden, van wier
zweet hij zoolang heeft geleefd. Ziedaar
den weg langs welken Roger van de nor
maalschool naar de gevangenis is ge
gaan.
Wat denkt er u van, ouders Is het
officieel of liberaal onderwijs dan wel
uw vertrouwen waardig Als ge verlangt
dat uwe kinders tot zulke vrije mannen
en vrouwen opgeleid worden, zendt ze
dan maar naar de liberale of officieele
scholen
De Patriote deelt het volgende goede
nieuws mede
Men herinnert zich dat, in den loop
der bespreking over de begrooting van
zijn ministerie, de heer minister van bin
nenlandsche zaken geweigerd heeft een
voorstel aan te nemen, uitgaande van in
vloedhebbende leden der rechterzij en
llevervolg.
Hij maakte zich sterk dat de Indiaan de recht
schapenheid lief had, en dat, zoodra hij zqnen
ongclukkigcn toestand zoude kennen, hij alles
zoude aanwenden wat in zijn vermogen was, om
hem te verlossen.
Men had echter oogenblikken, waarop dc mach
tigste opperhoofden van den stam niet genoeg ont
zag konden uitoefenen om de woede hunner krijgs
lieden te keer te gaan, en dat was hier juist het
geval.
Doch al verkeert men in de omstandigheden
van Jenkins, al heeft men den dood voor oogen
toch iaat men den moed niet zinken, zoolang nog
slechts een flauwe straal van hoop ons pad be
schijnt.
Hij werd met zorg bewaakt cn in eene der hut
ten in het midden van liet dorp opgesloten ver
scheidene krijgslieden werden belast hem tc bewa
ken. Hij meende te mogen denken dat de opper
hoofden over zijn lot beraadslaagden, en dat bij
weldra zijn vonnis zou vernemen.
Diensvolgens besloot hij dus van de laatste ge
negenheid gebrnik tc maken en naar Monowano
tc vragen.
Kent iemand onder u wellicht een krijgsman
Monowano genaamd, vroeg hij.
Dc Indianen die den gevangene omringden za
gen hem met verbazing aan alsof zc niet wisten,
wat hij wilde zeggen.
Monowano, herhaalde hij, gij zult hem toch
wel kennen.
De Indianen zagen elkander aan en zegden iets
in hunne eigene taal twee of driemaal hoorde
Jenkins den naam van Monowano uitspreken
waarna zij zich weer lot hein keerden cn dezelfde
vraag weer schenen uit tc lokken.
ik spreek van Monowano, ik moet hem zien,
riep Jenkins uil, als om het dcu wilden in de her
sens te stampen.
De w ilden spraken nog ecnigen tijd onderling
vervolgens keerden zij zich naar Jenkins, en, een
diep stilzwijgen in acht nemende, bicven zij hem
met koele onverschilligheid aanzien.
Verscheidene malen deed hij dezelfde vraag en
hij was op het punt alle hoop te verliezen, toen
Monowano zelf de hut binnen trad. Hij sprong op,
toen hij zijn blanken vriend bespeurde. Op zijn
laat kwam eene treurige uitdrukking, die later bij
na onmiddellijk weer verdween, en hij werd koud
en onverschillig als voren.
Hoe gaat het met u, Monowano, vroeg Jen
kins op den vrolijksten toon, welken hij kon aan
nemen.
De Indiaan wees de hem aangebodene hand
af, uit vrees achterdocht te zullen opwekken, en
zegde
Hoe ongelukkig Jenkins dat gij hier zijt....
dat spijt mij zeer
Het doet mij genoegen zulks tc hooren. Ik
ben er in 't geheel niet ineê in mijn schik maar
ik hoop door uwe tusschenkomst weldra 111 hetere
positie gebracht te zullen worden.
Ik vrees echter, dat ik niets voor u zal kun
nen doen, hernam Monowano.
En hij wendde zijn hoold van hem af.
Bij deze woorden slaakte Jenkins eenen zucht
de gedachte aan liet gevaar, dat hem bedreigde,
maakte hem akelig.
Maar gij kunt toch iets beproeven Monowano
sprak hij hebben Dingle en ik u niet besch jrmd,
toen gij in gevaar waart. Gij zoudt thans niet hier
zijn, indien Dingle en ik uw voorspraak niet ge
weest waren.
Dat is waar, sprak de Indiaan bewogen Mo
nowano zal u niet aan uw lol overlaten maar de
oorlogsgeest heeft de gemoederen der krijgers zoo
zeer in drift'gebracht, dat mijn arm alleen hunne
opvliegendheid niet kan tegengaan.
Is het eene misdaad zulk voorstel aan
de openbare meening voor te leggen en
aan onze Kamerheeren te vragen dat zij
hem liet bestaan zouden doen schenken
zoohaast mogelijk
Neen zeker En men voore het liever
in welgemoed en vrijwillig binst dezen
tijd dat alle volksrechten zich lucht ge
ven en het hunne afeischen. Men voere
liet in om den openbaren afkeer van het
soldatenleven wat te verminderen en op-
opdat de Vlamingen hen nooit 1830 zou
den moeten beklagen.
De Vrije Vlamingen.
Brugge, den 27 Oogst f891.
Le Peuple, het orgaan der Brusselsche
socialisten, deelt den inhoud meê van
eenen brief, gezonden aan den Bestuur
raad der socialistenpartij van Brussel,
van wege het Congres der officieele
onderwijzers, in antwoord op de uitnoo-
diging aan de congresleden door hooger
bedoelden bestuurraad gedaan.
Deze brief is van 'tgrootste gewicht en
heel beteekenisvol en moet door de
ouders rijpelijk overwogen worden
daarom dan ook willen wij hem hier
gansch laten volgen
Mijnheeren,
Wij hebben uwe uitnoodiging met het
grootste genoegen ontvangen. In den
betreurenswaardiger! toestand waarin
zich over 't algemeen de Belgische onder
wijzers bevinden, gebukt onder het juk van
overheden, die hen van hunne vrijheid van
handelen en denken beroovendoet het hen
goed te gevoelen dat zij nog vrienden
hebben, die begrijpen hoe pijnlijk deze
toestand is en die hun eene zoo levendige
genegenheid betoonen.
Ook is hel met vreugd dat de onderwij
zers (de officieele) den vooruitgang der
werkerspartij gezien, hare goede uitslagen
toegejuicht en hare zegepralen begroet heb
ben.
Sedert lang hebben de onderwijzers
begrepen dat zij een geducht wapen bezit
ten tegen de verdrukkers dit wapen is
liet kind. Van de kinderen verstan
dige mannen maken, die hunne rechten
weten te verdedigen, dat is thans het
doel door het onderwijzerskorps be
tracht.
Ook de werkerspartij heeft sedert lang
begrepen dat liet door het onderwijs is
dat een volk leert vrij te zijn. Daarom
kan de vriendschap welke het onderwijzend
persooneel met de werkerspartij verbindt
niets atiders dan van dag tot dag aangroei
en.
Dees schrijven, doet de Courrier be
merken, is voor het zoogezegd onzijdig
onderwijs de verpletterendsie der be
schuldigingsakten. Onmogelijk kunnen
dergelijke onderwijzers nog in onze vrije
gemeenten gedoogd worden, hare plicht
gebiedt van er zich van te ontmaken
zoohaast mogelijk.
Weet gij, wat zij voornemens jzijn met mij
uit te voeren T vroeg Jenkins op smeekenden,
Ireurigen toon.
Zijt gij man genoeg om dat aan te hoo
ren hernam de Indiaan, zijne zwarte oogen op
het gelaat van den wanhopigen gevangene vesti
gende.
JaJaik kan alles hooren, antwoord.
dc Jenkins, maur zijne woorden waren in tegen
spraak met zijne gebaren.
Ge zijt dc cenige gevangene...
Wat weet ik...
Herinnert gij u kolonel Crawford
Ja, o God I ik herinner mij hoe hij gestor
ven ij 1
Kunt ge een dergelijk lot verduren
In Jenkins oogcu was afgrijzen tc lezen.
Monowano ze zijn toch niet voorne
mens mij zoo te martelen als ze hem hebben
gedaan
De Indiaan bleef den doodsblceken gevangene
aanstaren wat naar een antwoord geleek.
Hcmelschc goedheid Monowano, zouden zij
mij zoo willen behandelen ik heb niets gedaan
om zulk een dood te verdienen... Is dat hunne be
doeling, zeg
Monowano boog het hoofd en sloop de hut
uit.
Laat re maar komen, als ze durven riep
Jenkins uit. Ik geef evenveel om hun geheclen
stam als om een snuifke, daar I
Hoe vreemd deze bedreigingee ook mogen schij
nen, toch dacht Jenkins, zooals hij sprak. Den
hoogsten graad van angst had hij bereikt of was
hij tc boven.
Overtuigd, dat hem niels dan den dood te wach
ten stond, was hij in een soort van onverscliil-
ligheid vervallen, cn gevoelde hij niet de minste
vrees.
Ju, Monowano, ik lach ze uit, vervolgde hij
luide, ofschoon hij alleen tot zichzelven sprak. Ik
heb een Indiaan ter slralplaals zien gaan onde.
het zingen van een strijdlied ik wil dezer,
digen toonen, dat ik even wel gemoed kan st >en
als zij. Terwijl zij hunne takkebossen zullen op
stapelen cn zich op mij als op eene schijf zullen
oefenen, zal in hun den Yankee doodle voorzingen,
en hun alle mogelijke scheldnamen naar den kop
werpen, welke ik zal kunnen uitdenken. Wat zou
liet schoon zijn, als ik I.uq op dat oogenblik ont
loken kon, maar ik geloof niet, dal zij daartoe
de gelegenheid zullen geven. Als dc vriendjes in
de kolonie vernemen zullen hoc Peter Jenkins ge
storven is, zulleD ze wel moeten erkennen dat ik
moed heb gehad, en toch zou het my niet verwon
deren, dat die oude Dirk Dingie hun zegt, dat ik
den Yankee doodle heb gezongen om mijzclvun wal
moed in te spreken, an dat ik mij niet aan den
paai had laten binden, als ik mij had kunnen red
den. Maar de kameraden zuilen eene betere opinie
van mij hebhen.
Jenkins zag hoe de wilden hunne oogen met
eene sombere uitdrukking op hem vestigden. Doch
in zijne opgewondenheid bekommerde hij zich wei
nig over hunne gramschap, cn zette bij zijne
alleenspraak voart.
Ja, dat zal de gewichtigste gebeurtenis in
mijn leven zijn ik zai als een moedig aan ster*
«en I ik zou er zelf niet om denken, indien ik de
pgn van 't vuur van den brandstapel vergeten
kon... Laat mij eens zien, of ik den Yankee doodle
niet vergeten heb.
Ferm riep lig uit, dat zal een goed effect
maken. Hoe jammer, dat die ellendelingen geene
poëzie begrijpen Er is in deze verzen iets oor
spronkelijks en hekelends. Dat oude opperhoofd,
dat ik heb zien sterven, toen ik een kind was,
allerlei gezangen aan dat herinner ik mij nog
goed. Dingle, die zijne krabbeltaal begreep, zegde,
dat hij voortdurend van zichzelve sprak, en al zijne
deugden en gebreken opsomde. Het schijnt mij toe
dat dit gedacht voor Peter Jenkins zoude kunnen
dienen, ja, ook hij zal zijn naam verheerlijken
0|>dat deze domme wilden eene zekere achting'
voor hem krijgen.
(Wordt voortgezet.