NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST. Zondag 6 September 1891, 10 centiemen per nummer 45s,e Jaar N. 2599 DE SPION. ABONNEMENTPRMS ANNONCENPRIJS J Politiek overzicht. Vrije Vlamingen Onze Krijgsraden Wachtgelden. Officieel ouderwijs en socialisten. DENDER-BODE. .)it blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 frank 's jaars fr. 3,25 voo zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Korte-Zoutstraat, N° 31. en in alle Postkantoren des lands. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen, fr 1,00 Vonnissen op 3* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag avond. De onkosten der kwitantiën door de Post ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar. Calque soa AELST, 5 SEPTEMBER 1891 Verjaardag van Sedan. 21 jaar zijn verloope» sedert dien noodlottige» dag van Sedan en nog staat hom iedereen voor oogen, alsof het gisteren ware ge beurd. Alle jaren worden door de pers, zoo in Frankrijk als in Duitschland, artikels toegewijd aan dien verjaardag. Welnu, dit jaar zijn de artikels zoo pessimist, zoo naargeestig, dat men zich onwille keurig afvraagt Maar hangt er dan toch een onweêr in de lucht Is het de fransch-russischetoenadering die de Duitschers zoo somber maakt De National Zeilung zegt Op geen der vroegere Sedandagen heeft aan het duitsche volk zoo ernstig de mogelijkheid voorden geest gestaan, dat liet nogmaals zou moeten optreden ter verdediging van hetgeen in 1870 is ver kregen. De dingen, die zullen komen, zullen wij afwachten met alle vastbera denheid; zoo noodig zullen wij nogmaals alles op het spel zetten, in het vertrou wen, hetwelk de kennis onzer eigen sterkte ons inboezemt, bij het vertrouwen op de met ons gelijk bedreigde ^bondge- noten. j> De Hanover Courrier zegt dat de twee meest woelzieke landen van Europa zich schijnen te verhinden,en aldus den vrede bedreigen die Duiischland 21 jaren heeft genoten. De Magdeburger Zeilung zegt dat het, thans meer dan ooit, noodig is dat iedere Duitscher zich rond den keizer schare voor het behoud van dat wat zooveel bloed heeft gekost. Het Tageblatl hetwelk even pessimi- stich ziet, maar in de binnenlandsche toestanden van Rusland zekere vredelie vende waarborgen vindt, geeft opmerke lijke mededeelingen omtrent Polen, al waar eene lievige dagelijksch toenemende gisting heerscht, doordien de Polen in alles worden verdrukt en de regeering zelfs alle crediet voor handel en nijver heid poogt af te snijden. Toen onlangs eene deputatie uil de stad Kalisch bij den Gouverneur Gurka in verhoor was, om een adres betreffende spoorwegaanleg aan te bieden, heeft Gurko in barsche bewoordingen alle wenschen en aanvragen afgewezen, met bijvoeging der woorden Die poolsche honden moeten zoo stevig worden ge boeid, dal zij zich aan de kluisters nooit kunnen ontwringen. Sinds 90 jaar, zoo luidt het verder, hebben de poolsche patriotten naar Frankrijk uitgezien als naar den redder uit de russiche verdrukking; thans zijn zij in hunne innigste verwachtingen teleur gesteld; slechts ééne hoop blijft hun nog overkeizer Wilhelm. Een teeken met zijne hand zou voldoende zijn om die mannen, thans in vertwijfeling geraakt, rondom zich te zien scharen. Het argument is goed gevonden het vrije Frankrijk—'t slaat zelfs op de munt stukken dat in 't stof kruipt voor den czaar, den verdrukker der Polen en van de Israëlieten 't Is inderdaad om met de« Iransche» vrijheidsliefde te lachen MAAIFE8T DER VAN BRUGGE. Dat is hier een der minst besproken, en nogthans een der belangrijkstè kanten van het zoo geestig en aangenaam solda tenleven. De inrichting en de rechtspleging on zer krijgsraden zouden het gehaat en be spot gerecht der middeneeuwen onweer- dig zijn geweest. Zoodanig komen zij botsen tegen al de huidige gedachten dat zij tiog schijnen als een onbeschaafd en wild eiland te midden onze rechts wereld te liggen. En nogthans onze jongelingen verdien den daar eene bijzondere en zorgvuldige bescherming en hulpe. Wat strenge straffen soms voor strafbare, ja, maar toch gewone menschelijke ol onbedui dende misdrijven En zeggen daarbij dat- de betichte, staande voor zijne alledaag- sche meesiers, meenende dus, maar al te dikwijls, dat hij niet voor zijne rechters maar voor zijne overheden verschijnt, het omtrent niet waagt zich te verdedigen. Immers hen is hij niet gewoon te mogen aan- of tegenspreken. Zoo is het lot dat allen op den krijgs raad beschoren is.... uitgenomen den Vlaamschen soldaat, natuurlijk. Waar hebt gij nog ooit gehoord dat de arme dompelaars uit het oude vrije Vlaamsche land van... eertijds, wel te verslaan, niet een teugsken meer alsem in hun drinken krijgen dan hunne Waalsche broeders De Vlaamsche soldaat is op den krijgs raad vijf op tien ten achteren bij den Waal omdat hij geen fransch spreekt. Er is in gansch onze wetgeving geen enkel woord op te speuren dat zelfs van verre de taalrechten van den Vlaming voor den krijgsraad waarborgt. Men kan dus met hem al doen wat men wil en zich voor hem zoo diep willekeurig toonen als het kan aangenaam zijn. Komt er voor de vierschare een getui ge die Vlaamsch is van geboorte en opvoeding maar ook het fransch machtig, denkt gij dat hij zal mogen in het Vlaamsch getuigen om aldus rechtstreeks door den betichte verstaan te wor den. Zulks ziet men gebeuren voor de ge wone burgerrechtbanken. De krijgsraden zijn verre boven die veracliterde en mis- prezene gebruiken, De getuige zal zijne verklaring doen in het fransch om van de overheden verstaan te worden en van deze verklaring zal de betichte eene soort van afgekookte vertaling krijgen. Zooveel als het maar mogelijk is, wor den de processtukken in het fransch op gesteld. Bij het oproepen der zaak geeft het openbaar ministerie er lezing van. Doorgaans wordt er daarna aan den ver dachte gevraagd indien hij er eene ver taling van begeert. Indien hij eene verta ling begeert Maar het is eene plicht hem die te geven zelfs tegen wil en dank Immers de openbare orde ver- eischt dat niemand gevonnisd worde zonder dat het recht van verdediging in zijne volmaaktheid kunne uitgeoefend worden. Dit is een recht dat men aan den betichte verschuldigd is zonder dat hij daartoe het minste verlangen uit- drukke. Voegt daarbij dat onze arme Vlaamsche soldaten dikwijls aan deze vertaling, ver zaken, vreezende van hunne rechters las tig te vallen. En waar is de schuld van de/.en onge- hoorden toestand In de samenstelling van den krijgsraad waar men gemeenlijk zooveel Waalsche overheden ziet zitten als Vlaamsche. Eu alzoo komt liet ook dat het een waar verschijnsel is eenen Vlaming in zijne taal voor het krijgsgerecht te hoo- ren verdedigen. Zoodra een advokaal de stoutigheid durft begaan het Vlaamsche woord aan te heffen, wordt er eenen taalman aan zijne zijde geplaatst die, éene voor éene, al zijne zinsneden overzet. Bereken hoe aangenaam zulks moet zijn voor den verdediger en met welke kracht en voordeel zulke verdediging kan waar genomen worden. Dit alles wat hierboven staat, betreft nu nog de Vliamsche gewesten, Maar hoe moet het dan niet gelegen zijn in de Waalsche gouwen wanneer er aldaar van onze taalbroeders ten gerechte ver schijnen Dit diende men eens gade te slaan en ruchtbaar te maken. Menigvuldig zijn de wetten die jaarlijks gestemd en herzien worden in onze Ka mers. Alles verandert, alles verbetert alleen het krijgsrecht blijft gespaard en ongeschonden als eene kostbare reli kwie. Zie hoe eenvoudig het ware aan al die misbruikeu een einde te stellen eene wetsbepaling van twee reken, zeggende dat voortaan de Vlaamsche soldaten door eenen ganschen Vlaamschspreken- den krijgsraad zullen gerechtigd worden, is genoeg en voldoende. Van dan af kan men de gedingstukken in het Vlaamsch schrijven, kan men in 't Vlaamsch getuigen au pleiten. De hervorming is mogelijk zonder eenig belang te treffen en zonder den minsten onkost te veroorzaken, hetgeen in soldaterij eene zalige uitzondering mag heeten. Wat de regeering betreft, gaat de Courrier voort, wij hopen dat zij maat regels riemen zal om een einde te stellen aan dit schandalig verbond gesloten tus- schen de officieele onderwijzers en de gezworene vijanden onzer instellingen die onlangs nog, ter gelegenheid van hun congres, de verlooning van den laalslen krawat van Z. M. Leopold II, on zen koning, toejuichten. De openbare denkwijze eischt dal er over die houding der officieele onder wijzers recht gedaan worde. Om de ouders te laten oordeelen hoe de officieele onderwijzers hel aan boord leggen om vrije mannen naar hun evenbeeld #n gelijkenis te vormen, wil len wij hen onder oogen brengen het portret van Roger, den socialistischeu leider va» Quaregnon, die thans in de gevangenis zit opgesloten, beschuldigd van met zijne lange vingers in de kas van zijn syndikaat gezeten te hebben. Wij willen zegt Ie National— geene uitspraak doen over de beschuldiging liet gerecht moet die zaak klaar trekken. Maar wij achten het nuttig, als voorbeeld aan onze lezers te doen kennen op welke wijze die man, zoon van kristene ouders, in den droevigen toestand is gevallen, waarin hij zich bevindt. Vaders en moe ders, leest ons artikel met aandacht en neemt al uwe maatregels, om aan uwe kinderen een lot te sparen als dat van dien ongelukkige. Roger is de zoon van eenen braven brievendrager. Hij ontving te huis en in de school eene kristene opvoeding. Zijne ouders zonden hem des zondags naar het patroonschap, alwaar hij werd opge merkt om zijn vlug begrip. Hij was een bevallige jongen, met blonde haren, le vendige oogen en blozende kaken. Zijne bejaarde ouders, met een talrijk huisge zin belast, werden door katholieken ge holpen. Toen de jonge Roger zijne Eer ste Communie deed, woonde hij met zijne ouders hel gewone, feestmaal bij, dat de conferencie van den H. Vincen- tius Paulo jaarlijks de familiën der eerste communikamen aanbiedt. Het was Roger die, dit jaar, volgens het gebruik, tiet bedankingscompliment opzegde, aan de oprechte werkmansvrienden, die er genoegen in hebben dit sclioone feest bij te wonen. Al de aanwezigen waren ge troffen door de knappe voordracht van het blonde knaapje. Kort daarop kwam de noodlottige schoolstrijd. Zendelingen der Loge wa ren ongetwijfeld de familie Roger bin nengeslopen. De jongen verliet het pa troonschap, werd naar de officieele nor maalschool gezonden en werd later offi- ciëele onderwijzer te Brussel. Toen hij reeds onderwijzer was ontmoette bij eens eenen der beschermers van het pa troonschap. Roger bekende aan dezen dat hij, in de normaalschool, alle geloof verloren had. Hij toonde zich echter nog eerbiedig jegens de vrienden zijner jeugd en jegens zijne bejaarde ouders. Zijne woorden hadden zelfs eenen toon van spijt. De officieele normaalschool was de oorzaak zijner latere ongelukken. Roger trouwde, doch de vrouw die haar jeven met dat van den geuzen-on derwijzer verbond, wist niet wat zij deed. Die man, die in de normaalschool zijn geloof, de grondslag van alle zeden leer, had verloren, kon geen goede echt genoot zijn. Hij werd verplicht zijn ont slag als onderwijzer te geven, tenge volge eener reeks ongeoorloofde afwe zigheden en omdat hij schulden had gemaakt, onvereenigbaar met de waar digheid van huisvader. (Woorden van den prokureur-generaal.) De echtscheiding werd uitgesproken, hij verliet zijne vrouw en kinderen en trouwde burgerlijk op de wijze door Bebel eu Guesde aanbevolen en ongeluk kiglijk door onze wetboeken gedeeltelijk toegelaten met eene andere vrouw. Alsdan werd hij volgens de woorden van denzelfden prokureur-generaal Jatis- sens voordrachtgever der socialisti sche groepen van Qnaregnon, Wasmuel. Hornu. enz. Ziedaar den man van wien de sooialis- ten eenen hoofdman hebben gemaakt. Sedert hoorde men hem op de socialisti sche congressen en vergaderingen de hevigste redevoeringen uitbraken tegen de klerikale burgersamenleving tegen die samenleving waarin men de mannen verstoot, die hun wettig huisgezin verla ten. Hij was de hevigste voorstander van de algemeene werkstaking. Men herin nert zich nog de geweldige redevoerin gen door hem uitgesproken op het socia- Iistenkongres van April laatstleden, als ook op dat van 15 September van verle den jaar. Op 't einde der maand April werd hij door het Beroepshof lot 50 fr. boet ver oordeeld, wegens beieedigingen en ge weldenarijen tegen den politiecommis saris van Quaregnon. Thans wacht hij op de uitspraak van het gerecht over de aanklacht der werklieden, van wier zweet hij zoolang heeft geleefd. Ziedaar den weg langs welken Roger van de nor maalschool naar de gevangenis is ge gaan. Wat denkt er u van, ouders Is het officieel of liberaal onderwijs dan wel uw vertrouwen waardig Als ge verlangt dat uwe kinders tot zulke vrije mannen en vrouwen opgeleid worden, zendt ze dan maar naar de liberale of officieele scholen De Patriote deelt het volgende goede nieuws mede Men herinnert zich dat, in den loop der bespreking over de begrooting van zijn ministerie, de heer minister van bin nenlandsche zaken geweigerd heeft een voorstel aan te nemen, uitgaande van in vloedhebbende leden der rechterzij en llevervolg. Hij maakte zich sterk dat de Indiaan de recht schapenheid lief had, en dat, zoodra hij zqnen ongclukkigcn toestand zoude kennen, hij alles zoude aanwenden wat in zijn vermogen was, om hem te verlossen. Men had echter oogenblikken, waarop dc mach tigste opperhoofden van den stam niet genoeg ont zag konden uitoefenen om de woede hunner krijgs lieden te keer te gaan, en dat was hier juist het geval. Doch al verkeert men in de omstandigheden van Jenkins, al heeft men den dood voor oogen toch iaat men den moed niet zinken, zoolang nog slechts een flauwe straal van hoop ons pad be schijnt. Hij werd met zorg bewaakt cn in eene der hut ten in het midden van liet dorp opgesloten ver scheidene krijgslieden werden belast hem tc bewa ken. Hij meende te mogen denken dat de opper hoofden over zijn lot beraadslaagden, en dat bij weldra zijn vonnis zou vernemen. Diensvolgens besloot hij dus van de laatste ge negenheid gebrnik tc maken en naar Monowano tc vragen. Kent iemand onder u wellicht een krijgsman Monowano genaamd, vroeg hij. Dc Indianen die den gevangene omringden za gen hem met verbazing aan alsof zc niet wisten, wat hij wilde zeggen. Monowano, herhaalde hij, gij zult hem toch wel kennen. De Indianen zagen elkander aan en zegden iets in hunne eigene taal twee of driemaal hoorde Jenkins den naam van Monowano uitspreken waarna zij zich weer lot hein keerden cn dezelfde vraag weer schenen uit tc lokken. ik spreek van Monowano, ik moet hem zien, riep Jenkins uil, als om het dcu wilden in de her sens te stampen. De w ilden spraken nog ecnigen tijd onderling vervolgens keerden zij zich naar Jenkins, en, een diep stilzwijgen in acht nemende, bicven zij hem met koele onverschilligheid aanzien. Verscheidene malen deed hij dezelfde vraag en hij was op het punt alle hoop te verliezen, toen Monowano zelf de hut binnen trad. Hij sprong op, toen hij zijn blanken vriend bespeurde. Op zijn laat kwam eene treurige uitdrukking, die later bij na onmiddellijk weer verdween, en hij werd koud en onverschillig als voren. Hoe gaat het met u, Monowano, vroeg Jen kins op den vrolijksten toon, welken hij kon aan nemen. De Indiaan wees de hem aangebodene hand af, uit vrees achterdocht te zullen opwekken, en zegde Hoe ongelukkig Jenkins dat gij hier zijt.... dat spijt mij zeer Het doet mij genoegen zulks tc hooren. Ik ben er in 't geheel niet ineê in mijn schik maar ik hoop door uwe tusschenkomst weldra 111 hetere positie gebracht te zullen worden. Ik vrees echter, dat ik niets voor u zal kun nen doen, hernam Monowano. En hij wendde zijn hoold van hem af. Bij deze woorden slaakte Jenkins eenen zucht de gedachte aan liet gevaar, dat hem bedreigde, maakte hem akelig. Maar gij kunt toch iets beproeven Monowano sprak hij hebben Dingle en ik u niet besch jrmd, toen gij in gevaar waart. Gij zoudt thans niet hier zijn, indien Dingle en ik uw voorspraak niet ge weest waren. Dat is waar, sprak de Indiaan bewogen Mo nowano zal u niet aan uw lol overlaten maar de oorlogsgeest heeft de gemoederen der krijgers zoo zeer in drift'gebracht, dat mijn arm alleen hunne opvliegendheid niet kan tegengaan. Is het eene misdaad zulk voorstel aan de openbare meening voor te leggen en aan onze Kamerheeren te vragen dat zij hem liet bestaan zouden doen schenken zoohaast mogelijk Neen zeker En men voore het liever in welgemoed en vrijwillig binst dezen tijd dat alle volksrechten zich lucht ge ven en het hunne afeischen. Men voere liet in om den openbaren afkeer van het soldatenleven wat te verminderen en op- opdat de Vlamingen hen nooit 1830 zou den moeten beklagen. De Vrije Vlamingen. Brugge, den 27 Oogst f891. Le Peuple, het orgaan der Brusselsche socialisten, deelt den inhoud meê van eenen brief, gezonden aan den Bestuur raad der socialistenpartij van Brussel, van wege het Congres der officieele onderwijzers, in antwoord op de uitnoo- diging aan de congresleden door hooger bedoelden bestuurraad gedaan. Deze brief is van 'tgrootste gewicht en heel beteekenisvol en moet door de ouders rijpelijk overwogen worden daarom dan ook willen wij hem hier gansch laten volgen Mijnheeren, Wij hebben uwe uitnoodiging met het grootste genoegen ontvangen. In den betreurenswaardiger! toestand waarin zich over 't algemeen de Belgische onder wijzers bevinden, gebukt onder het juk van overheden, die hen van hunne vrijheid van handelen en denken beroovendoet het hen goed te gevoelen dat zij nog vrienden hebben, die begrijpen hoe pijnlijk deze toestand is en die hun eene zoo levendige genegenheid betoonen. Ook is hel met vreugd dat de onderwij zers (de officieele) den vooruitgang der werkerspartij gezien, hare goede uitslagen toegejuicht en hare zegepralen begroet heb ben. Sedert lang hebben de onderwijzers begrepen dat zij een geducht wapen bezit ten tegen de verdrukkers dit wapen is liet kind. Van de kinderen verstan dige mannen maken, die hunne rechten weten te verdedigen, dat is thans het doel door het onderwijzerskorps be tracht. Ook de werkerspartij heeft sedert lang begrepen dat liet door het onderwijs is dat een volk leert vrij te zijn. Daarom kan de vriendschap welke het onderwijzend persooneel met de werkerspartij verbindt niets atiders dan van dag tot dag aangroei en. Dees schrijven, doet de Courrier be merken, is voor het zoogezegd onzijdig onderwijs de verpletterendsie der be schuldigingsakten. Onmogelijk kunnen dergelijke onderwijzers nog in onze vrije gemeenten gedoogd worden, hare plicht gebiedt van er zich van te ontmaken zoohaast mogelijk. Weet gij, wat zij voornemens jzijn met mij uit te voeren T vroeg Jenkins op smeekenden, Ireurigen toon. Zijt gij man genoeg om dat aan te hoo ren hernam de Indiaan, zijne zwarte oogen op het gelaat van den wanhopigen gevangene vesti gende. JaJaik kan alles hooren, antwoord. dc Jenkins, maur zijne woorden waren in tegen spraak met zijne gebaren. Ge zijt dc cenige gevangene... Wat weet ik... Herinnert gij u kolonel Crawford Ja, o God I ik herinner mij hoe hij gestor ven ij 1 Kunt ge een dergelijk lot verduren In Jenkins oogcu was afgrijzen tc lezen. Monowano ze zijn toch niet voorne mens mij zoo te martelen als ze hem hebben gedaan De Indiaan bleef den doodsblceken gevangene aanstaren wat naar een antwoord geleek. Hcmelschc goedheid Monowano, zouden zij mij zoo willen behandelen ik heb niets gedaan om zulk een dood te verdienen... Is dat hunne be doeling, zeg Monowano boog het hoofd en sloop de hut uit. Laat re maar komen, als ze durven riep Jenkins uit. Ik geef evenveel om hun geheclen stam als om een snuifke, daar I Hoe vreemd deze bedreigingee ook mogen schij nen, toch dacht Jenkins, zooals hij sprak. Den hoogsten graad van angst had hij bereikt of was hij tc boven. Overtuigd, dat hem niels dan den dood te wach ten stond, was hij in een soort van onverscliil- ligheid vervallen, cn gevoelde hij niet de minste vrees. Ju, Monowano, ik lach ze uit, vervolgde hij luide, ofschoon hij alleen tot zichzelven sprak. Ik heb een Indiaan ter slralplaals zien gaan onde. het zingen van een strijdlied ik wil dezer, digen toonen, dat ik even wel gemoed kan st >en als zij. Terwijl zij hunne takkebossen zullen op stapelen cn zich op mij als op eene schijf zullen oefenen, zal in hun den Yankee doodle voorzingen, en hun alle mogelijke scheldnamen naar den kop werpen, welke ik zal kunnen uitdenken. Wat zou liet schoon zijn, als ik I.uq op dat oogenblik ont loken kon, maar ik geloof niet, dal zij daartoe de gelegenheid zullen geven. Als dc vriendjes in de kolonie vernemen zullen hoc Peter Jenkins ge storven is, zulleD ze wel moeten erkennen dat ik moed heb gehad, en toch zou het my niet verwon deren, dat die oude Dirk Dingie hun zegt, dat ik den Yankee doodle heb gezongen om mijzclvun wal moed in te spreken, an dat ik mij niet aan den paai had laten binden, als ik mij had kunnen red den. Maar de kameraden zuilen eene betere opinie van mij hebhen. Jenkins zag hoe de wilden hunne oogen met eene sombere uitdrukking op hem vestigden. Doch in zijne opgewondenheid bekommerde hij zich wei nig over hunne gramschap, cn zette bij zijne alleenspraak voart. Ja, dat zal de gewichtigste gebeurtenis in mijn leven zijn ik zai als een moedig aan ster* «en I ik zou er zelf niet om denken, indien ik de pgn van 't vuur van den brandstapel vergeten kon... Laat mij eens zien, of ik den Yankee doodle niet vergeten heb. Ferm riep lig uit, dat zal een goed effect maken. Hoe jammer, dat die ellendelingen geene poëzie begrijpen Er is in deze verzen iets oor spronkelijks en hekelends. Dat oude opperhoofd, dat ik heb zien sterven, toen ik een kind was, allerlei gezangen aan dat herinner ik mij nog goed. Dingle, die zijne krabbeltaal begreep, zegde, dat hij voortdurend van zichzelve sprak, en al zijne deugden en gebreken opsomde. Het schijnt mij toe dat dit gedacht voor Peter Jenkins zoude kunnen dienen, ja, ook hij zal zijn naam verheerlijken 0|>dat deze domme wilden eene zekere achting' voor hem krijgen. (Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1891 | | pagina 1