NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST.
DE SPION.
Donderdag 3 December 1891, 10 centiemen per nummer 46ste Jaar, N° 2626
ABONNEMENTPRIJS
ANNONCENPRIJS J
Politiek overzicht.
De reeks begint.
Bebel Jan De Zot.
Prachtig.
Een snuifje.
DËDENDERBODE.
Jil blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 frank 's jaars
fr. 3,25 voo aes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen.
De inschrijving eindigt met 31 December.
Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Korte-Zoutstraat,
N° 31, en in alle Postkantoren des lands.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen, fr. 1,00 Vonnissen op
3' bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag avond. De onkosten der kwitantiën door de Post
ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar.
Calque saam.
AELST, 2 DECEMBER 1891.
Duitschland. Bismarck. Men zegt
soms dat de oude Bismarck dood is
maar 'i is toch een taaie doode. Alle da
gen spreekt men nog over Item.
Zal hij nu naar den Rijksdag komen,
ja of neen Het volgende telegram uit
Berlijn zou bijna het laatste doen geloo-
ven.
Prins Bismarck is maandag middag
met zijn zoon graaf Herbert te Ratzeburg
aangekomen, om deel te nemen aan de
zitting van denLauenburgschen Districts
dag. Hij werd door de bevolking luister
rijk ontvangen. Aan de leden van het
stadscollege, zegde hij, door zijne komst
te willen doen blijken, dat hij zich niet
meer een Berlijner, maar een Lauenbur-
ger gevoelde.
Hij heeft dus genoeg van Berlijn
Nu, in den Rijksdag, kwam hij maan
dag ook al ter sprake.
In den loop der beraadslaging over de
begrooting, verklaarde de rijkskanselier,
tegenover eene uitdrukking van M. Rich
ter, dat het hem in de verste verte niet in
de gedachte kwam, iets ten nadeele te
zeggen van zijnen voorganger, die zich
?oo hoog verdienstelijk heelt gemaakt
jegens hel rijk.
Italië. Nog de kwestie van 't wereld
lijk gezag des Pausen. 't Schijnt dat de
kwestie van liet wereldlijk gezag des
Pausen de ronde gaat doen in de euro-
peesche parlementen.
In de Italiaansche Kamer verklaarde
M.Bovio.dat men terstond aan de dagorde
moest stellen de interpellatie Jover de
staatkunde, door de geestelijkheid ge
voerd, vooral na de verklaringen, dien
aangaande pas afgelegd door den minister
.van eene natie, metwelke men is verbon
den (graaf Kalnocky.)
Markies di Rudini verklaarde den
authentieken tekst der aan dien minister
toegsechreven woorden niet onder de
oogen te hebben. Zich den tolk makende
van de gedachte der regeering, achtte hij
het zijn plicht te verklaren, dat hij de
verklariugen, waarop M. Bovio had ge
zinspeeld, niet mogelijk dacht, vooral
niet nu het schijnt dat zij gedaan zijn
door den minister van eene bevriende
mogendheid voor ons althans zoo
eindigde de minister beslaat de ro-
meinsche kwestie niet.
Er zijn geen erger blinden dan zijn die
niet willen zien; M. di Rudini is in dit
geval.
Dender galm heeft ons beschuldigd dat
wij slechts twee dagbladen uit het geuzen-
leger konden aanhalen die het algemeen
stemrecht vijandig gezind zijn 't waren
(36* Vervolg).
XV.
HET VONNIS.
Den geheelcn nacht hield Dinglc de wacht, doch
geen voorval stoorde de rust van liet viertalook
had do verkenner den vorigen dog menigen vogel
geschoten, zoadat men vooral nog aan levensmid
delen geen gebrek had.
Bij het aanbreken van den dag waren zij allen
reeds wakker zij nuttigden eenigc spijzen en be
gaven zich daarna op weg in dezelfde orde als zij
den vorigen dag liadden geloopcn. Monownno
scheen voortdurend in een diep gepeins verzonken
en gaf ternauwernood antwoord op de hem gedane
vragen Dingle betuigde hem eene vriendschap er
een vertrouwen, die geenszins uit het hart opwel
denhij hield den Indiaan steeds in het oogal
zijne bewegingen sloeg hij gade, ofschoon deze
de Meuse en Journal dc Liége de organen
van M. Frère en van de Luiksche bank.
Denderbode heeft reeds uittreksels meê-
gedeeld van de Flandre libérale van Gent
die duidelijk bewijzen waarom dit blad
den Calvarieberg optrekt.
«De herziening schrijft het blad van M.
Lippens,wat men er ook van zegge,wat
men wil en wat men doe,zal het gouver
nement der Boeren voortbrengen.
Hoe meer het nieuw stelsel zal uitge
breid zijn, zooveel te meer zal dit waar
zijn en dit is zonder eenigen twijfel
onder het regiem van het algemeen
stemrecht.
Laat dit niet toe te besluiten dal binnen
kort de Flandre der oude pruiken van
Gent de herziening zal bestrijden
In de hoofdstad zelf wordt de tegenbe
weging voelbaar, 't Is niet lang geleden
dat de Etoile beige schreefWij hebben
schrik van het algemeen stemrecht
zonder voorwaarden, niet wegens het
grondbeginsel, dat bijna overal is aan
genomen, maar ter oorzake der schok
ken die zijn te snelle invoering zonder
zekere verzachtingen in Belgie zou
veroorzaken.
Wat dunkt u, meester Reinaard
Wij hebben er ook gevraagd, Dender-
galm, eens een lijstje op te maken van de
Volksvertegenwoordigers der linkerzij die
voorstanders van het algemeen stemrecht
zijn. Tol hiertoe hebben wij nog niets
ontwaard en terug zal het voorzeker
wegblijven want volgens '1 verslag van
M. de Smet-de Naeyer bl. 10 is zelfs een
der onderschrijvers van het ontwerp van
herziening een tegenstrever van het alle
man kiezer Volgens de nota der min
derheid, bl. lö aan het verslag gehecht
is het algemeen stemrecht door geen lid
der Minder-Afdeeling verdedigd gewor
den
Eu toch niet waar, Dendergalmis het
waar dat de geuzen het algemeen stem
recht aankleven
Jan De Zot is de deknaam van een der
opstellers van Vooruit.
Deze week eene verzameling van Voor
uit doorloopende, bleven mijne gedachten
op eenen zonderlingen volzin van ge
noemden schrijver stil
Wij zullen, zegt Zotte Jan, geen kin-
derkribben slichten om de moeder van
haar kind te trekken.
Dus, 't is klaar, niet waar, lezer, de
socialisten, volgens Zotte Jan, zullen de
kinders te huis bij hun moeder laten.
Ongelukkiglijk voor Zotte Jan heeft
Pontifex Bebel er anders over beslist.
Men zal, zegt deze, de moederborst
aan 'i kind laten zoolang als 't noodig is,
maar daarachter, zoohaast het kind een
beentje kan stijven, begint de opvoeding
door den Staat en ten koste van den Staat
De noodige uitgaven voor onderhoud
geenszins op ontvluchting bedacht was.
Ten einde zich zooveel mogelijk tegen alle ge
vaar te vrijwaren, kreeg Jenkins bevel achter het
drietal het boscli Ie doorsnuffelen op eene halve
mijl in het rond moest hij met bijzondere oplet
tendheid het terrein opnemen, en vervolgens zijne
bevinding komen meededen zoodra hij op weg
was ging de oude verkenner met zijne gewone
omzichtigheid voorwaarts, van nabij gevolgd door
Maudc en Monowano, terwijl alle drie luisterden
of er geen tccken van den kant van Jenkins werd
gegeven.
Zij hadden ongeveer twee uren doorgestapt,toen
een vreeselijk geschreeuw hen met schrik vervul
de.
Moord Indianen 1.. Indianen 1.. Shaw-
nici I.. Delawares Wyandots Tecumsch 1..
Sim Girty Moord he p help I...
Met de snelheid des bliksems nam Dingle Maude
op en bracht haar honderd passen links afdaar
gekomen beval hij haar op den grond te gaan zit
ten, terwijl hij zelf post vatte achter een grooten
boom, en daar met zijn geweer in den arm, den
vijandelijkcn aanval afwachtte. Ondertusschen was
Monowano spoorloos verdwenen, zoodat Dingle
die iu zijn hinderlaag recht voor zich uitkeek, aan
verraad begon te denken. Hij stond zich te verblj-
worden door de kas der algemeenheid
gedekt.
Waarom, lezer
Bebel zegt het zelfOmdat zij den
helft op de drij vierden van haar levens
jaren niet zou moeten overbrengen deels
in zwangerheid, deels met de kinders op
de schoot.
Dat heet men in de socialistenwereld
de kinders bij moeder laten
Zotte Jan, als ge zoo voortgaat den
sylabus van den grooten socialistischen
Pontifex te verdraaien of slecht te begrij
pen, zal deze eens Les foudres de l'ex-
communication, laten klinken of u een
diploma van volmaakte dtoerei
ken.
Waarlijk de volgende lijnen van Den
dergalm van 22 nov. verdienen aangestipt
te worden.
Reeds dikwijls heeft dit blad met ver
wrongen boezem en verbitterd hart over
de wachtgelden geschreven en zijne woe
de en gramschap in bedreigingen van al
len aard laten uitschijnen. Hij bemint dit
thema en komt er met de voorliefde van
eenen Cicero pro domo op terug, 't Is maar
politiek nochtans want, in kiestrijden, zal
hij voor de schatplichtigen de kolossale
sommen in vetjes doen schitteren en ze
als belachelijke uitgaven aanteeken die
het land in den krot hebben helpen ste
ken waaruit het niet meer dan door de
vermaarde bonis van ex-minister Graux
kan gered worden.
Hij zal dan de taal vergeten die hij nu
spreekt en zeggen lijk M. Bara overlestin
de Kamers, daarvan erken ik niets; mijne
herinneringen zijn nauwkeurig.
Hij schrijft
Tot hiertoe heeft het gouvernement
ongelijk gekregen voor al de rechtbanken
in de kwestie van de afschaffing of ver
mindering der wachtgelden.
a De Justicie met de wet in de hand
zegde tot de ministersgij bezit het recht
niet die onderwijzers alzoo te behande
len.
Het doet ons waarlijk pijn dat wij Den
dergalm in zijne zoete en verleidende
droomerijen moeten stooren. Die arme
jongen wiens ziel waarschijnelijk erg is
geschokt geweest door de debatten in de
Volkskamer over de wachtgelden, droomt
nu, daar de wetgevende macht hem on
gelijk geelt dat de tribunalen die schrale
zaak gaan in handen nemen. Ongelukkig
lijk is nog niet een geval voor de Recht
bank gebracht en heeft de Justicie tot de
ministers nog niet kunnen zeggen, gij
hebt het recht niet de onderwijzers alzoo
te behandelen. Even als de uitroeper bij
een verkooping mag men vragen wie
stelt het in en hoeveel
Niemand allons liefhebbers
't Ware ook boter aan de galg gekletst
en 't water in de zee gedregen.
ten en mompelde nauwelijks hoorbaar
Als dit waar is, dan zal dit dc laatste maal
zijn, dat hij ons bij 't lijf neemt, ik jaag hem een
kogel door den kop, als ik maar in staat ben om
mijn karabijn te huntcercn.
Nu boorde men de takken in de nabijzijnde
struiken vaneenduwen, en ccn oogtnbhk daarna
zag men Jenkins verschijnen. Zijn hoed was af
zijn baar hing achteloos over zijne schouders en
zjjn gelaat toekende argst en schrik hij liep zoo
hard hij maar kon als een wanhopende. Tien pas
sen achter hem zag men een ongemeen grooten,
zwarten beer ook dit dier liep hard, doch men
had oer gedacht, dat liet traclitte te vluchten voor
een aanval, dan dal het eene prooi achtervolgde:
cn dit was ook inderdaad zoo, want nauwelijks
kon men het dier bemerkt hebben, of men hoorde
een schot afgaan, hetwelk door Monowano werd
gelost en zijn doel niet miste dc beer viel neer,
strompelende in zijn bloed. Ook Jenkins viel op
hetzelfde oogenblik neer, cn riep uit alle macht.
Ik sterf I... ik ben getroffen 1... Dingle, och
kom mij begraven.
De jager trad uit zijn schuilhoek te voorschijn
en zag hoe Monowano zijn mes tot aan den hecht
den beer door bet lijl stak. cn hij ging naar hem
toe, zonder zich aan het geklaag en gezucht van
De wetgeving, Dendergalm heeft dit
punt duidelijk beslist, alhoewel gij nog
het tegenovergestelde droomt.
Den 3i Meert 1884 is er door den
schooloorlog-minister eene wel voorge
dragen waarvan art. 3 over de wacht
gelden handelt. Die wet bestaat nog en
wordt door M. de Burlet toegepast. Dit
artikel zegt
De leden van het besturend en on
derwijzend personeel der gemeentescho
len kunnen in dienstbaarheid gesteld
;vorden, ter oorzake van ziekten of in
geval van dienstbelang, door den minis
ter van binnenlandsche zaken en open
baar onderwijs op den voorstel van den
gemeenteraad.
Het wachtgeld zal boven de drij vier
den van zijn jaarwedde niet gaan. Eene
verordening door den koning afgegeven
zal de andere voorwaarden van de in
dienstbaarheidstelling bepalen.
Met den val van het geuzenministerie
viel haar bijzonderste werk: a de oorlog-
wel in duigen, oorzaak van haren val.
De wet van 21 September 1884, wierd
gestemd en ingevoerd waarvan art. 7
luidt als volgt
De gemeenteraad mag een onderwijzer
voor opschorsing van dienst in dienst
baarheid stellen. In dit geval zal de on
derwijzer een wachtgeld genieten waar
van de grondslagen en de voor
waarden door koninklijke verorde
ning bepaald zullen worden. Die jaar
wedde mag onder de helft van zijn jaar
geld niet zijn noch onder 750 fr. dalen.
Onder de voorwaarden, waarvan er in
dit art. spraak is, zijn ook die van tijd en
duur begrepen. Hoelang dit wachtgeld
zal uitbetaald worden is in de wet niet
gezegd maar hangt van eene verdere
schikking af.
Niet waar, Dendergalm, de justitie met
de wet in de hand heeft tot de minis
ters gezegd, gij gaat buiten uw recht,uwe
handelwijze is laakbaar, en onwettig
M. Bara, in zijne hevige redevoering,
zijn oud spreukje indachtig, had beweerd
dat de minister op onwettige wijze had
gehandeld, want art. 7 zegt dat die bepa
ling slechts door eene koninklijke ver
ordening en niet door eene ministerieele
kon plaatsgrijpen
Ongelukkiglijk voor hem eene konink
lijke verordening van denzelfden datum,
't is te zeggen, van 21 September 1884,
had dit geval voorzien en dat baratisch
onderscheid geslecht.
Het luidt uitdrukkelijk
De bevoegde minister zal door gemo
tiveerde verordening over net ophou
den en verminderen der wacht
gelden beslissen.
Wat heeft anders minister de Burlet.
gedaan Waarin heefl hij zijn recht te
builen gegaan
Wat wonder is,is dat niet eene liberale
algevaardigde, na al die wetsverkrach
tingen volgens Dendergalm,en al die ver
oordelingen door de tribunalen, den
heer minister heeft durven ondervragen
en zij dit aan de rechterzij hebben over-
Jenkius iu het minste te storen. Deze hield noch
tans niet op met steunen en kermen, totdat hij
zich ten laatste oprichtte cn in het rond zag. Hij
streek met zijne hand langs zijn gelaat en over zij
nen baard, en zag vervolgens of ze niet met bloed
was bevlokttoen hij zich aldus overtuigd had
dat hij geen wonden had bekomen, begon hij
zachtjes aan zijne klecren schoon te makcn.cn
iiad Dingle toen zijne ooren gesplitst, dan had hij
hen hooren zeggen.
Ik wist wel, dat zij mij niet rjken zouden.
Mijn kop af, als ik er zelfs aan dacht. Daar ginds
slaan Dingle en Monowano ik zou wel eens wil
len weten of zij mij gezien hebben.
Dingle cn Monowano waren juist bij Maude ge
komen, die van hare plaats niet was geweken, toen
Jenkins zich bij hen voegde.
Wat heb ik dien beer nagezeten, vindt gij
dat ook niet, Dick Ik geloof, dat hem nu de lust
wel vergaan zal zijn, mij na te loopen.
Maar waarom liept gij zoo hard voor zoo'n
beest, vroeg Dinglc ernstig.
Wel, begrijpt ge dat niet als ik u niet had
gewaarschuwd, wat zou er dan met u gebeurd
zijn Dan waart gij beideu verscheurd en opge
vreten.
Waar zag u de beer het eerst
gelaten Waarom, ik vraag het, als de
Rechtbanken den heer de Burlet hadden
veroordeeld Zeker dan zou M. Janson,
de gelegenheid verloren hebben eens
tegen de wetsverkrachtingen der kleri-
kalen goed te donderen 1
Zij trachten hunnen schrik door een
prachtige uitlegging te dekken,
uit was eene komedie,zeggen zij,door M.
Ilelleputte en M. de Burlet afgeschoteld
en de eerste heeft de rol van polichinel
gespeeld om den heer minister toetelaten
met zijne slachtoffers op onbermhertige
wijze te spotten.
De linkerzij heeft gesproken maar
hunne kaarten zijn door de katholieken
open op tafel gelegd. Dit spel voor hen
is slechts laktiek want niet eene van
hunne vrienden die op wachtgeld ston
den, hebben zij eene plaats bezorgd en
dit feit alleen kenschetst gansch de vraag
en de houding der geuzerij.
Arme DendergalmWelke sterke
rechtsgeleerdheid van uwen 't wege.
Volgens Dendergalm zou kardinaal
Manning, waarvan hij vroeger beweerde
dat deze in België met de socialisten en
vooruitstrevers zou gestreden hebben,het
volgende aan den Gaulois gezegd hebben:
Ik hoop dat de katholieken nu zij zoo
veel ondervindingen hebben opgedaan
eindelijk zullen gaan besluiten de op-
schorsing van het budjet van eeredien
sten te vragen.
De priester die door zijne geloovigen
wordt betaald, gevoelt zich veel onafhan
kelijker.
Wel, Dendergalm, kardinaal Manning
is alleen van dit gedacht nietkunt gij
uwe bondgenooten omhalen de goederen
der Kerk terug te schenken, alle de
katholieken zullen dit verkiezen. Nu
ware dit toch zonderling.
Eenige weken na dat de fransche om-
wentelelaars met zooveel majesteit de
onverpandbare rechten van den mensch
hadden afgekondigd en de eigendom als
een onaantastbaar en geheiligd recht
hadden uitgeroepen, bekwam deu 2
november 1789 de vermaarde Mirabeau
het volgende wetsartikel
Al de kerkgoederen zijn ten dienste
der natie, maar deze moet op betamelijke
wijs in de onkosten der eerediensten
voorzien, zich met het onderhoud der
geestelijken en der arme gelasten.
Tegen deze wet, zegdet gij, heeft de
Kerk zich verzet, maar voor de macht
moet de Kerk buigen. De Staat heeft gen
darmen,de Kerk niet en niet>egenstaande
dat, schreeuwt gij gedurig tegen alleen-
heersching der Kerk.
Door het Concordaat wierd dezen toe
stand geregeld. De Staat moest als intrest
der aangeslagen goederen in het onder
houd der geestelijkheid voorzien. De be
grooting van eerediensten ving aan. Dit
was eene wettelijke teruggaafdit was
maar recht.
Dat zal ik u zeggen ik volgde u op eenigen
afstand cn liep langzaam voorwaarts, steeds een
oog in liet zeil houdende of er geen onraad was,
toen ik op eens een dof gebrom hoorde, en tot
mijno groote verbazing dien beer bemerkte. Da
delijk plaatste ik mij in hinderlaag, hopende dat hij
zich niet verder zou wagen, doch niettemin daagde
bij op en maakte het mij zoo benauwd, dat ik mijn
heil moest zoetten in de vlucht.
Waarom hebt gij niet langer gewacht 7
vluchten staat zoo kinderachtig.
Dat is waar, Dick.., maar ik voelde, dat ik
weer door die verwenschte ziekte zou worden aan
getast... Nu lacht gij daarom... Gij gelooft het
zeker weer niet 7...
En gij riept zoo hard als gij maar kont
Shawnies, Indianen 1 en ik weet niet, wat al meer
die hadden er toch niets mee te maken.
Begint dat plagen wéér, Dick 7 ik geloof da*
gij niet goed bij uwe zijtdat sarren neemt toe
met den dag, Hadt gij mij beter verstaan, dan had
gij kunnen hooren, dat ik tot den beer zegde, dat
Shawnies noch Wyandots den mensch zooveel
schrik aanjagen als hij, maar ik houd het er voor
daar loopt eene streep door uw hoofd, en vandaag
of morgen wordt gij gek.
(Wordt voortgezet.)