Zondag 21 Augusti 1802.
10 centiemen per nummer. 46" Jaar N. 2690.
NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN T ARRONDISSEMENT AALST.
IN 'T IJS GEKLEMD
Politiek overzicht.
Het hedendaagsch grond
beginsel van het loon.
LANDBOUW.
Voor de Vrouwen cn Meisjes.
Een en ander.
DE DENDER-BODE.
ABONNEMENTPRUS
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 frank 's jaars
tr. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betaien
De inschrijving eindigt met 31 December.
De onkosten der kwitantiën door de Post ontvangen, zijn ten laste van
den schuldenaar
Alen schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Korte-Zoutstraat,
N. 31, en in alle Postkantoren des lands.
ADVERTENTIEPRIJS
Per drukregel, dewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnissen op
3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Ileeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag avond. Voor de advertentiën uit vreemde landen
zich uitsluitend te wenden tot de Agencie Ilavas, te Brussel,32, Magdalena
Straat en te Parijs, 8 Beursplaats. (Paris, 8 Place de la Bourse J
AALST, 20 AUGUSTI IS92
Cuique suum.
Engeland. Het nieuw Engelsch
kabinet. De lijst der onder-sekretaris-
sen is, zegt men, definitief opgemaakt,
maar men heeft ze lot nog toe niet open
baar gemaakt, omdat de ministers ze nog
moeten bekrachtigen en dit enkel maar
geschieden kan en zal, na hunnen terug
keer uit Osborne, alwaar zij zich donder
dag hebben naartoe begeven voor het
gebruikelijke handenkussen der Koningin.
Allen vertrokken woensdag avond, Glad -
stone uitgezonderd, omdat deze reeds in
het begin der week, de hand der koningin
was gaan kussen.
De behoudsgezinden die in den beginne
vast besloten waren de herkiezing van
John Morley te Nestrastle en die van
Gladstone in Midlothian te bestrijden,
hebben er van afgezien, overtuigd zijnde
dat al hun pogen toch vruchteloos wezen
zou.
Lord Rosebery zal, aan boord zijner
persoonlijke stoomjacht, voor eenige weken
een speelreisje op zee maken. De man
heeft het, zoo men verzekert, erg noodig.
Enkele bladen drukken zelfs de vrees
uit dat lord Rosebery, uit hoofde zijner
zwakke gezondheid, niet lang aan het
hoofd van 't ministerie der buitenlandsche
zaken zal kunnen blyven.
Gladstone die een fijn diplomaat is en
alles vooruitziet, heeft van heden af den
heer Bryce aangeduid om den heer Rose
bery behulpzaam te zijn in het beheer der
buiten-Europeescbe zaken.
Oostenrijk. Verzoek van het
Vaticaan. De Temps verneemt uit
Rome, dat de Paus een eigenhandig
schrijven aan keizer Frans Jozef heeft ge
richt, om zijnen steun te verzoeken bij de
onderhandelingen tusschen het Vaticaan
en de Porte, betreflende de benoeming van
bisschoppen in Albanië.
Zooals wij dezer dagen reeds meldden,
had Oostenrijk tot hiertoe eenigen invloed
op die benoeming, maar volgens het pa-
rijsche blad, zou de Porte weigeren aan
de bisschoppenden hér al te verleenen.
Het doel van dit beroep op den keizer
zou zijn, Oostenrijk te bewegen van dien
invloed af te zien. Daarentegen zou dat
land het protectoraat, dat het thans over
Albanië uitoefent blijven behouden.
Byi.GARiË. Samenzu-eering legen
prins Ferdinand. In Bulgarië gaat
men voort Rusland te beschuldigen van
het smeden van allerhande samenzwee
ringen tegen de veiligheid van Bulgarië.
M. Slavkoff, voorzitter der Sobranje,
verklaart dat het centrum der russische
samenzweering over een 14 tal dagen is
verplaatst van Bucharest naar het palels
18* Vervolg.
Maar hoe kan dat geschieden
Dal zal ik u terstond zoggen. Ik zegde niet
waar 1 dat ik onderweg hierheen iets gehoord had.
Ja?
Nu, vlak bij mijn huis kwam ik een oud vriend
tegen, die een eindweegs met mij hierheen wandelde.
Gisteren middag dineerde mijn vriend bij den admiraal
te Portsmouth. Onder de gasten bevond zich ceu lid
van het ministerie, die hel nieuws omtrent de expe
ditie uit Londen bad meegebracht. Die heer gaf -an
tafel te kenneD dat er bijna niet aan viel tc twijfelen,
of de admiraliteit zou terstond cene stoomboot uitzen
den, om de geredde manschappen aan de amerikaan-
sche kust op te zoeken en hen naar Engeland over te
brengen. Wacht even, Mevrouw Crayford Niemand
weet tot dusver met welke instruction het schip zal
uitzeilen. Onder nagenoeg gelijksoortige omstandighe
den echter zijn enkele bevoorrechten als passagiers of
liever als gasten op zulk een oorlogschip meegegaan
cn wat men bij vorige gelegenheden heelt tocgc-
van prins Lobanoff', gezant van Rusland
te Weenen.
Een complot tegen het leven van prins
Ferdinand, gedurende zijn verblijf te
Weenen,werd door den russischen gezant
geleid
I)e Bulgaarsche geheime politie te
Weenen bewaakt zorgvuldig het russische
gezantschap.
Welk is het grondbeginsel dat in den
legenwoordigen stand van zaken het be
drag der daghuur regelt
- Het werk, zegt M. Baudrillart, een
hoogleeraar van Parijs, is eene soort van
koopwaar. De prijs er van wordt dus ge
regeld door de verhouding tusschen vraag
en aanbod.
M. Cobden, engelsche huishoiTkundige,
hevige voorstander der gedachten van
vrijhandel (1804-1805) heeft dit grond
beginsel in de volgende kernachtige for-
muui saamgetrokken. Het loon daalt
wanneer twee werklieden achter den
zelfden werkbaas loopen het stijgt inte
gendeel wanneer twee meesters denzelfden
werkman najagen.
Dat is roept dien geleerden professor
uit de onbuigbare wet, die het bedrag
der daghuren beheerscht.
Deloonen, schrijft M. J. Stuart-Mill,
zijne Gi'ouclbeKinaeltj van
stauLliuislioiikuiKJe, hangen
van de verhouding af tusschen vraag cn
aanbod, of gelijk men het gewoonlijk
zegt, van de betrekking, die bestaat tus
schen het werkvolk en het kapitaal dat
aan het betalen van het handwerk wordt
toegewijd of wordt bestemd. liet lot der
werkersklasse kan niet verbeterd worden,
ten zij men de verhouding verbrak ten
voordeele der arbeiders. Alle plan in hun
belang opgevat en die op dien grondsteen
niet steunt, is, voorwat de duur aangaat,
eene ijdele begoocheling.
Dat is wat de socialist Ferdinand Las-
salle (f 1863) de stalen wet der daghuur
noemt - eherne lohngesetz. Deze wet
was vroeger reeds opgesteld maar Las-
salle heeft ze in dezen vorm gestoken, op
die wijze uitgesproken die ze voor het
doel eens opruiers krachtig, ja, meeslcc-
pend maakte.
Welke zijn de palen van werking en
invloed dier zoogezegde
iiie wel
De heer Baudrillart leert het ons in de
volgende woorden
Wanneer het werk meer aangeboden
dan gevraagd wordt, zijn de arbeiders op
den verlieskant en andere palen zijn 'er
niet voor den prijsafslag van het hand-
werkman lijden en dood. (Manuel
d'économie politique, 3d* uitgaaf 348.)
staan, zal men, naar alle waarschijnlijkheid,tbans niet
weigeren. Indien gij voor u zelve niet tegen dc reis op
ziet, ben ik niet bevreesd voor mijne patiënte, ja, wal
meer zegtals doktor raad ik haar de reis ten sterkste
aan. Nu, wat zegt ge Wilt gjj uwen vader schrijven
en hem verzoeken zijn invloed aan te wenden by zijne
vrienden van de Admiraliteit.
Mevrouw Crayford stond in opgewonden toe
stand op.
Schrijven riep zjj uit. Ik zal beter doen dan
schrijven. Dc reis naar Londen is zoo'n groolc zaak
met cn in mijn huisbewaarder hier stel ik genoeg
vertrouwen d-t hij in mijne afwezigheid voor Clara
zorg zal dragen. Van avond zal ik vader nog spreken
Hy zal al zyn invloed bij de admiraliteit aanwenden
daarop kunt gij rekenen. O, beste doktor, welk voor
uitzicht hebt ge mij geopend I Mijn echtgenootClara!
Welke ontdekking hebt gij geduan welk een kost
baren vond Hoe zal ik u mijne dankbaarheid kunnen
toonen.
Bedaar, Mevrouw. Keken uiet al te zeer op een
goeden uitslag. Miss liurnbaui's tegeuwerpingen kun
nen wij reeds van te voren ols uit den weg geruimd
beschouwen. Maar gesteld eens, dal de lords van de
Admiraliteit neen zeggen
In dat geval, doktor, ben ik in Londen en
zal ik zelf naar de lords floegaau. Het zijn toch ook
mcnschen en men is niet gewoon mij iets te weige
ren.
Zoo scheidden zij.
Zulke Jeerstelsels zijn onmenschelijk
wreed 't is materialismus in de weten
schap der huishoükunde, eene toepassing
van het barbaarsche recht van den sterk
ste. En dil alles gaat zelfs in werken van
katholieke geleerden, zonder eenige ver-
zelaanteekening door Dit is de huishoü
kunde van de zedeleer afscheiden. Het is
de plicht voorde leeraars in huishoükunde,
plicht maar al te dikwijls vergeten, na de
daadzaken aangestipt te hebben, ook eens
hetgene wat moet zijn na te gaan.
Men durft beweren dat de stalen loon
wet eene onbuigbare wet is, dat hare
harde cn wreede gevolgen niet de gevoel
loosheid der werkbazen maar aan de on
veranderlijke natuur der zaken zelf, zijn
aan te tijgen. Dat is volkomen va sch.
Het woord wel bevat het gedacht
van bestendigheid, van noodwendigheid,
tegen welke tegenbeweging vruchteloos
en onmogelijk is. Zoo zyn bijv. de wetten
van den natuurlijken wereld. Nu,de wet
ten der huishoükunde hebben volstrekt
dit kenmerk niet. De mensch is een vrij
w ezen, zijne daden zijn in geenen deele
noodlottig. Tegen de algemeene handel
wijze, die niets anders is dan de som der
persoonlijke doenwijze, kan men zich
verzetten. Er is dus maar alleen eene
zekere strekking, die huishoükundige,
hevige voorstaanders der volkemene vrij
heid, van het onmenschelijk laat
;;a:in wat gaat - alleen in eene
onüui$;l>aro wet kunnen omzet
ten, in de veronderstelling dat de mensch
noodlot!igerwijze alleen door hebzucht en
winstbejag is voortgezweept en dat alle
mcnschelijk gevoel in hen uitgedoofd, dat
alle neiging tot liefdadigheid bij hen
onmogelijk is geworden.
Laat, roepen die apostels der bande
loosheid, laat aan de persoonlijke bedrij
vigheid hare volle vrijheid,hare volstrekte
onafhankelijkheid voor alles wat de
voortbrengsten uitdeeling der rijkdommen
aangaat en de schoonste harmonie zal uit
het welgeschikt spel van al de natuurlijke
krachten voortvloeiën. (Bastiat.)
Sclioone eendracht voorwaar is deze
waarvan de tegenwoordige samenleving
dus het aantrekkelijk tafereel ople
vert
Het grondbeginsel, dat de grondsteen
uitmaakt van die materialistische leer
stelsels is dezeHetwerk iseene
koopwaar. Dan is het heel logiek
daaruit te besluiten dat men het zich aan
den goedkoopsten prijs verschaft en dat
de daghuur aan de vraag en aanbod is
onderworpen.
Dat is nog eene dwaling en wordt ze
algemeen aangenomen, 't is omdat, op
huishoükundig gebied, de huidige samen
leving gansch doordrongen is der materia
listische denkbeelden. Men veronderstelt
ten onrechte, dat de mensch een toestel,
een bloote zaak is, die men naar alle
willekeur mag uitbaten. - Het werk, zegt
de Paus, is de uitoefening der bedrijvig
heid van een vry en verstandig wezen
met het doelwit zich alles aan le schaften
wat de verschillige noodwendigheden van
het leven vereischen maar bijzonder om
liet leven zeil te onderliou
den. -
Arbeid is voor den werkman het eenige
middel om zijn bestaan te verzekeren. De
instandhouding van zijn leven in dc vol
komenheid zijner vermogens is hem een
geheiligde onverbiddelijke plicht. De ar
beider en heeft liet i*cclit niet het
middel te vervreemden dat hem in staat
stelt dien plicht te vervullen. Het werk,
voor zooveel het de eenige middel is van
bestaan, en is in het vrije beschik van
den handwerker niet. Hij is geen meester
van het einde en hij kan dus naar eigen
wil over het middel niet vrij beschikken.
Indien dc patroon van zijnen nood ge
bruikt maakt en hem zijnen plicht doet
miskennen, dan pleegt hij geweld
alhoewel het slechts zedelijk is, tegen
hetwelk de rechtveerdigheid een hevig
protest aanteekent.
De betrekkingen tusschen patroon en
arbeider mogkn i>um \iet door de
wet van vraag en aanbod, de wet der
onzedelijke uitbuiting.beheerscht worden,
maar moeteni door de voorschriften
der rcchtveerdigheid geregeld zijn. Het
loon mag niet afhangen van eene over
eenkomst het con trakt zelf moet recht-
veerdig zijn. Overeenkomst en rechtveer-
digheid zijn verre van vereenzelvigde
denkbeelden te zijn. Rik,
sprinkhanen het konden doen. Evenmin
als zijne geburen, wist M. C.., er raad
meê, minder nog dan tegenwoordig, want
de bouillie-bordelaise was nog niet bekend
en de pulvérisateurs waren niet uitge
vonden.
Misschien maakte men toen meer dan
thans gebruik van gips op de klaver en
op andere vlinderbloemige voeilergewas
sen. Daarvan had M. E. C., eenige baal
tjes overgehouden en kwam nu op het
denkbeeld eenig gips te strooien over den
aangetasten hoek van zijn aardappelveld.
Hij had daarvan niet veel verwachting,
en was in hooge male verrast toen hij op
merkte dat de daarop aanwezige rupsen
allen stierven en dat geheele benden, die
zich ook daarheen begaven, het gegipste
loof niet aandurfden.
Hij had het gipsmeel in de vroegte op
de bedauwde bladeren uitgestrooid, opdat
het er beter aan zoude hechten Zijn per
ceel bleef verder ongedeerd en het aard
appelgewas slaagde er opperbest.
Ware het niet te wenschen dat eenige
landbouwers eens de proef maken Gips
is niet duur en daarenboven een
mest.
Eene wcelt later verliet Hare Majesteit's stoomschip
de Amazone de haven met bestemming naar Noord-
Amerika. Enkele bevoorrechten, die een byzonder
belang hadden by de Noordpool-reizigers,hadden verlof
bekomen de ledige kajuiten aan boord tc bevvonon. Op
dc lijst dier bevoorrechte gasten van bet vaartuig kwa
men de uamen voor van twee damen, Mevrouw Cray
ford cn Miss Burnham.
XVI.
Wederom de open zee, de zee wier golven breken
tegen de kusten van Newfoundland Een engelsch
stoomschip ligt in het ruime nat ten anker. Door de
openstaande deur van eene groote visschershut aan
den oever een van de gebouwen, behooreude lo
een station van de kustvissclierij van hel eiland kan
men duidelijk het vaartuig gewaar worden.
De eenige persoon, die zich op het oogenblik in de
hut bevindt, is een man in een matrozenpak. Hij zit
met een stuk touw in de baud, op eene kist naar de
zee te staren. Op de ruwe timtnermaustaf i naast hem
ligt een voorwerp, dat men uiet verwachten zou op
zulk eene plaats te vinden een vrouweusluicr.
Hoe heet het schip dat daar voor anker ligt
Het is de Amazone, uit Engeland afgezonden om dc
overgebleven officieren en manschappen van de Nuord-
pool-expeditie op te nemen. Men is zoo gelukkig ge
weest ze drie dagen geleden op de kusten van Noord-
Amcrika tc uutmocten. Maar de reis huiswaarts is
Tegen de rupseiiplaag.
De Lu.vembourgeois geeft het volgende
verhaal, in bedenking aan de landbou
wers, wier velden door de rupsen te lij
den hebben
Destijds, zegt M. E. C drongen
dichte drommen en legers, milliarden
rupsen, met eene zekere regelmatigheid
voort, en vraten alle groen weg.
Rogge, spelt en haver zijn de hoofdge
wassen dier streek. De rupsen hadden liet
vooreerst druk op de roggevelden en ver
richten daar, hoe vreemd het klinke, een
zeer nuttig werk.
Het was in de maand juli, zij lieten de
reeds harde roggehalmen natuurlijk on
gedeerd maar knaagden het loof van al de
onkruiden, die men gewoonlijk onder
deze graansoort aantreft, tot op de blad-
zenuwen af, er werd nooit zuiverder rog-
gestrooi van het veld gehaald.
De vraatzuchtige larven waren daar
mede echter spoedig klaar en nu ging het
op de andere veldgewassen los, onder an
der op de aardappelen.
Op zekeren dag landde de voorhoede
eener afdeeling bij den hoek van een groot
aardappelperceel aan, hetwelk M. C...,
toebehoorde. Zij gingen daar aan den ar
beid en knaagden de planten zoo kaal als
vertraagd door cenen storm, die het schip uit zijnen
koers heeft gedreven. Den derden dag heeft de com
mandant der Amazone, gebruik makende van de eer
ste de beste windstilte, gelast het anker op de kust
van Newfoundland te laten vallen cn zijne manschap
pen aan wal gezonden om watervoorraad op tv doen,
voor hij naar Engeland onder zeil gaat. De afgematte
passagiers hebben zich voor eenige uren aan land be
geven om zich wat te verfrisschen na de ongemakken
van den storm.
De sluier, die op dc tafel in de hut ligt, is de sluier
van Clara.
Eu wie is de man, die daar op de kist, met een touw
in zijn hand, naar de zee zit te stareu Die man is dc
eenige vroolijke man aan boord. Met andere woorden
John Want.
Nog steeds op de kist rustende, wordt onze vriend,
die nooit preutelt, verrast door de plotselinge verschij
ning van een matroos in de deur der hut.
Aan 't werk, John Want, opgepastzegt de
matroos. Luitenant Crayford is in aantocht.
Na die waarschuw ing te hebben doen booren, ver
dwijnt de boodschapper weer. John Want staal zuch
tend op kantelt de kist recht op cn begint het
touw cr om heeu te slaau. De scheepskok is niet
Iemand die zijne redding beschouwt uiet een gevoei
van onvermengde voldoening, welk gevoel zjjne mak
kers in hel ongeluk bezielt. Integendeel, hij is on
dankbaar genoeg om b|jna berouw te gevoelen dat hy
niet meer aan de Noordpool is.
Eene vrouw, die den moed niet gevoelt
om alles, zelfs de meest drukkende om
standigheden met haren man te kunnen
dragen, mag niet trouwen, want niets
waarborgt haar, dat zij in dezen toestand
niet komt. Ge moogt eer een man huwen,
dien ge meer acht dan bemint, dan een
dien ge lief hebt, zonder hem te achten.
Eenvoudig en rein, dit moeten de grond
zuilen van een ieders toilet, bijzonder van
dat der vrouwen zijn, al het overige is
overbodige pronk. Elke klcedtj waarbij
dit uit 't oog wordt verloren, gelijkt een
huis dat, wellicht fraai, doch op een
slechten grond gebouwd is. Eene schoone
vrouw zonder een goed hert is als eene
schoone bloem zonder geur. Eene vrouw,
die vreemde mannen meer dan haar echt
genoot behagen wil, gelijkt een dwazen
herder, die vreemde schapen voedt, en dc
zijnen, die hem toch kleèren en voedsel
moeten geven verwaarloost.Eene behaag
zieke vrouw liekoort en bevalt ook wel,
doch ze boeit nimmer op den duur. Weinig
menschen houden van tulpen, allen van 't
violetje.
De huwelijksstand gelykt een molen-
wiel slechts een harde cn een zachte
steen malen goed uit den aard der zaak
moet de man harde steen zijn, bedenkt dit
en wees zacht en toegevend.
Beklaag u bij niemand, zelfs niet bij
uwe ouders, over het een of ander betref
fende uwen man, voor ge hem dit zelve
onder het oog hebt gebracht. Laat ge dit
na en doet ge het anders, dan geeft ge
veld aan 't indringen van vreemde mach
ten, die niet zelden vernielend werken op
Had is maai geweten dat is de gedachte van
John Want had ik maar. voor ik gered werd, kun-
denken, dat ik naar deze plaats zou gebracht
worden, ik zou, geloof ik, nog liever aan de Noord-
iool gebleven zijn. Ik voelde my heel gelukkig toen
k daar iedereen opvroolijkte. Alles wel beschouwd,
moet ik zeer op mijn gemak geweest zijn aan de Noord
pool, als ik er maar bewust van geweest was. Ieder
ander in mijue plaats zou misschien geneigd zijn deze
Newfoundlandsche hul aan te zien voor een morsig,
misselijk, vochtig, stinkend hok om in te wonen. Een
ander in mijne plaats zou misschien al meer dan zijne
maag vol hebben van dien eindeloozeH NewfouiidlaiiJ-
schen mist, dien onverauilerlyken Newfouudlandscben
stokvisch en die eeuwige Newfoundlandsche honden.
Aan de Noordpool zagen wy ten minste nog eens een
paar schoone beeren. Maar 't doet er niet toe 't is
mij aües precies hetzelfde, ik preutel niet,
Zijl ge klaar niet die kist te binden
Ditmaal was het eeue gezaghebbende stem de man
die nu in de deur staat, is luitenant Crayford in eigen
persoon. John Want geeft zijnen officier op zjjue eigen
aardige gekscherende manier antwoord.
Ik heb 't gedaan, zoo goed ik kon, mijnheer,
maar de vochtigheid van de plaats begint hare uitwer
king reeds te doen gevoelen op het touw. Om nog niet
eens te spreken van onze longen ik spreek alleen
maar van ons touw.
Crayford gaf een sterk antwoord. Hy schijnt zijn
vroegeren smuak in John Wants geestigheid te heb-
de harmonie en de eenheid, die voor het
huwelijk zoo onvermijdelijk noodzakelijk
zijn.
Bemerkt ge dat uw man in 't spelon,
drinken, enz., behagen schept, breng hem
zulks, wanneer do uitspanningen over
dreven worden, dadelijk, ernstig, doch
zacht onder het oog hevige tooneelen
zouden alles bederven.
Verlangt niet van uwen man, dat h(j
na 't werk des daags altijd bij u zij. Al
zijn er vooreerst weinig vakken, die het
niet eischen, dat uw man niet in maat
schappelijke aanrakingen komt, zoo heeft
buitendien het gemoed toch afwisseling
noodig om niet te verzuren.
Eene vrouw, die de opvoeding harer
kinderen aan haren man overlaat, is eene
onweerdige moeder en vervult hare be
stemming even min als eene horlogie
zonder wyzer.
Vermijdt talrijke koflljpartijen en krans
jes. Ze zijn bijna altijd de bron van echte-
lijke ontevredenheid en de zetel der
kwaadsprekenheid.
Eene vrouw, die tranen stort, wanneer
haar inan eene andere vrouw vriendelijk
toespreekt, is dwaas en beklagensweer-
dig.
Eene vrouw, die geen vertrouwen in
haren man heefi, gelijkt een schipper zon
der kompas op de opene zee.
In 't dagelijksch leven is de vrouw de
beste, van welke men 't minste spreekt.
Vrouwen, die veel van deugd en trouw
spreken, gelijken naar kinderen, die,
wanneer ze iets hebben en verbergen wil
len, van zelf roepen Ik heb het niet. Een
man kan niet licht ongelukkig zijn, dan
wanneer hij eene vrouw krijgt, die of ge
leerd, teêrgevoelig, galant of eene hui-
chelaresse is.
Meent gy reden te hebben om over 't
een of ander vertoornd jegens uwen man
te zijn. zoo zeg hem dit oprecht in 't ge
zicht, doch brom niet en toon hem geen
knorrig gezicht dit zou u vroeg of laat
uw mans liefde wel eens kunnen ontne
men. Eene vrouw die haren man misleidt,
graaft een kuil, waarin zij vroeg of laat
zelve valt.
De vrouwen laten zich zoo goerne met
rozen vergelijken dat zij daarbij toch
steeds bedachten dat klaprozen 't minst
in trek zijn.
Een oud spreekwoord zegteene goede
huisvrouw heeft voor vijf K's tc zorgen
kinderen, kamer, keuken, kelder en
kleedoren.
Opening en sluiting; der
aclitin lWSbSÉ. Bij ministerieel
icsluil van 10 Oogst, is de opening der
jacht vastgesteld in onze provincie Oost-
Vlaanderen, op donderdag 25 oogst aanst.
ferloren.
Hoe Naar het gelicht dat ge trekt te oordce-
fou men waarachtig gelooven dat ome redding
uit de Noordpoolstreken kompleet een ongeluk is ge
feest. Gij verdiende eigenlijk er weer heen te worden
gezonden.
Ik zou er, geloof ik, volstrekt niet rouwig om
al werd ik er heen gezonden. Ik ben dankbaar
genoeg van aard maar ik kan niet uitstaan in een
stinkende but als waarin wy nu zyn, zoo over de
Noordpool te hooren spreken. Aan de Noordpool was
het heel zindelijk, alles was wit van de sneeuw
maar hier ziet ge niets dan vocht en zand. Voelt g<J
nooit hel gemis van uwe beeudersoep, mijnheer Ik
cl. Ze was misschien wel niet heel krachtig, maar z||
was ten minste lekker heeten de kou scheen er eene
soort van geurigen smaak aan te geven terwjjl men ze
opslurpte. Hebt ge van nacht zoo lang liggen hoesten,
mijnheer Verre van mij dat ik iets ten nadeele van
het klimaat zou willen zeggen maar ik zou blij zijn
als ik wist dat gij 't niet waart, die zoo vreeseljjk aan
bet hoesten was. Wilt ge zoo goed zyn even met de
toppen van uwe vingers te voelen hoe vochtig de touw
is, mijnheer.
Stokslagen moest ge hebben. Kom, breng dade
lijk die kist naar de boot. luie brompotGe zondt nog
t zyn te preutelen lu bel bof van Eeden.
(Wordt voorstiet.)