Zondag 21 Augusti 1802. 10 centiemen per nummer. 46" Jaar N. 2690. NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN T ARRONDISSEMENT AALST. IN 'T IJS GEKLEMD Politiek overzicht. Het hedendaagsch grond beginsel van het loon. LANDBOUW. Voor de Vrouwen cn Meisjes. Een en ander. DE DENDER-BODE. ABONNEMENTPRUS Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 frank 's jaars tr. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betaien De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar Alen schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Korte-Zoutstraat, N. 31, en in alle Postkantoren des lands. ADVERTENTIEPRIJS Per drukregel, dewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnissen op 3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Ileeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag avond. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich uitsluitend te wenden tot de Agencie Ilavas, te Brussel,32, Magdalena Straat en te Parijs, 8 Beursplaats. (Paris, 8 Place de la Bourse J AALST, 20 AUGUSTI IS92 Cuique suum. Engeland. Het nieuw Engelsch kabinet. De lijst der onder-sekretaris- sen is, zegt men, definitief opgemaakt, maar men heeft ze lot nog toe niet open baar gemaakt, omdat de ministers ze nog moeten bekrachtigen en dit enkel maar geschieden kan en zal, na hunnen terug keer uit Osborne, alwaar zij zich donder dag hebben naartoe begeven voor het gebruikelijke handenkussen der Koningin. Allen vertrokken woensdag avond, Glad - stone uitgezonderd, omdat deze reeds in het begin der week, de hand der koningin was gaan kussen. De behoudsgezinden die in den beginne vast besloten waren de herkiezing van John Morley te Nestrastle en die van Gladstone in Midlothian te bestrijden, hebben er van afgezien, overtuigd zijnde dat al hun pogen toch vruchteloos wezen zou. Lord Rosebery zal, aan boord zijner persoonlijke stoomjacht, voor eenige weken een speelreisje op zee maken. De man heeft het, zoo men verzekert, erg noodig. Enkele bladen drukken zelfs de vrees uit dat lord Rosebery, uit hoofde zijner zwakke gezondheid, niet lang aan het hoofd van 't ministerie der buitenlandsche zaken zal kunnen blyven. Gladstone die een fijn diplomaat is en alles vooruitziet, heeft van heden af den heer Bryce aangeduid om den heer Rose bery behulpzaam te zijn in het beheer der buiten-Europeescbe zaken. Oostenrijk. Verzoek van het Vaticaan. De Temps verneemt uit Rome, dat de Paus een eigenhandig schrijven aan keizer Frans Jozef heeft ge richt, om zijnen steun te verzoeken bij de onderhandelingen tusschen het Vaticaan en de Porte, betreflende de benoeming van bisschoppen in Albanië. Zooals wij dezer dagen reeds meldden, had Oostenrijk tot hiertoe eenigen invloed op die benoeming, maar volgens het pa- rijsche blad, zou de Porte weigeren aan de bisschoppenden hér al te verleenen. Het doel van dit beroep op den keizer zou zijn, Oostenrijk te bewegen van dien invloed af te zien. Daarentegen zou dat land het protectoraat, dat het thans over Albanië uitoefent blijven behouden. Byi.GARiË. Samenzu-eering legen prins Ferdinand. In Bulgarië gaat men voort Rusland te beschuldigen van het smeden van allerhande samenzwee ringen tegen de veiligheid van Bulgarië. M. Slavkoff, voorzitter der Sobranje, verklaart dat het centrum der russische samenzweering over een 14 tal dagen is verplaatst van Bucharest naar het palels 18* Vervolg. Maar hoe kan dat geschieden Dal zal ik u terstond zoggen. Ik zegde niet waar 1 dat ik onderweg hierheen iets gehoord had. Ja? Nu, vlak bij mijn huis kwam ik een oud vriend tegen, die een eindweegs met mij hierheen wandelde. Gisteren middag dineerde mijn vriend bij den admiraal te Portsmouth. Onder de gasten bevond zich ceu lid van het ministerie, die hel nieuws omtrent de expe ditie uit Londen bad meegebracht. Die heer gaf -an tafel te kenneD dat er bijna niet aan viel tc twijfelen, of de admiraliteit zou terstond cene stoomboot uitzen den, om de geredde manschappen aan de amerikaan- sche kust op te zoeken en hen naar Engeland over te brengen. Wacht even, Mevrouw Crayford Niemand weet tot dusver met welke instruction het schip zal uitzeilen. Onder nagenoeg gelijksoortige omstandighe den echter zijn enkele bevoorrechten als passagiers of liever als gasten op zulk een oorlogschip meegegaan cn wat men bij vorige gelegenheden heelt tocgc- van prins Lobanoff', gezant van Rusland te Weenen. Een complot tegen het leven van prins Ferdinand, gedurende zijn verblijf te Weenen,werd door den russischen gezant geleid I)e Bulgaarsche geheime politie te Weenen bewaakt zorgvuldig het russische gezantschap. Welk is het grondbeginsel dat in den legenwoordigen stand van zaken het be drag der daghuur regelt - Het werk, zegt M. Baudrillart, een hoogleeraar van Parijs, is eene soort van koopwaar. De prijs er van wordt dus ge regeld door de verhouding tusschen vraag en aanbod. M. Cobden, engelsche huishoiTkundige, hevige voorstander der gedachten van vrijhandel (1804-1805) heeft dit grond beginsel in de volgende kernachtige for- muui saamgetrokken. Het loon daalt wanneer twee werklieden achter den zelfden werkbaas loopen het stijgt inte gendeel wanneer twee meesters denzelfden werkman najagen. Dat is roept dien geleerden professor uit de onbuigbare wet, die het bedrag der daghuren beheerscht. Deloonen, schrijft M. J. Stuart-Mill, zijne Gi'ouclbeKinaeltj van stauLliuislioiikuiKJe, hangen van de verhouding af tusschen vraag cn aanbod, of gelijk men het gewoonlijk zegt, van de betrekking, die bestaat tus schen het werkvolk en het kapitaal dat aan het betalen van het handwerk wordt toegewijd of wordt bestemd. liet lot der werkersklasse kan niet verbeterd worden, ten zij men de verhouding verbrak ten voordeele der arbeiders. Alle plan in hun belang opgevat en die op dien grondsteen niet steunt, is, voorwat de duur aangaat, eene ijdele begoocheling. Dat is wat de socialist Ferdinand Las- salle (f 1863) de stalen wet der daghuur noemt - eherne lohngesetz. Deze wet was vroeger reeds opgesteld maar Las- salle heeft ze in dezen vorm gestoken, op die wijze uitgesproken die ze voor het doel eens opruiers krachtig, ja, meeslcc- pend maakte. Welke zijn de palen van werking en invloed dier zoogezegde iiie wel De heer Baudrillart leert het ons in de volgende woorden Wanneer het werk meer aangeboden dan gevraagd wordt, zijn de arbeiders op den verlieskant en andere palen zijn 'er niet voor den prijsafslag van het hand- werkman lijden en dood. (Manuel d'économie politique, 3d* uitgaaf 348.) staan, zal men, naar alle waarschijnlijkheid,tbans niet weigeren. Indien gij voor u zelve niet tegen dc reis op ziet, ben ik niet bevreesd voor mijne patiënte, ja, wal meer zegtals doktor raad ik haar de reis ten sterkste aan. Nu, wat zegt ge Wilt gjj uwen vader schrijven en hem verzoeken zijn invloed aan te wenden by zijne vrienden van de Admiraliteit. Mevrouw Crayford stond in opgewonden toe stand op. Schrijven riep zjj uit. Ik zal beter doen dan schrijven. Dc reis naar Londen is zoo'n groolc zaak met cn in mijn huisbewaarder hier stel ik genoeg vertrouwen d-t hij in mijne afwezigheid voor Clara zorg zal dragen. Van avond zal ik vader nog spreken Hy zal al zyn invloed bij de admiraliteit aanwenden daarop kunt gij rekenen. O, beste doktor, welk voor uitzicht hebt ge mij geopend I Mijn echtgenootClara! Welke ontdekking hebt gij geduan welk een kost baren vond Hoe zal ik u mijne dankbaarheid kunnen toonen. Bedaar, Mevrouw. Keken uiet al te zeer op een goeden uitslag. Miss liurnbaui's tegeuwerpingen kun nen wij reeds van te voren ols uit den weg geruimd beschouwen. Maar gesteld eens, dal de lords van de Admiraliteit neen zeggen In dat geval, doktor, ben ik in Londen en zal ik zelf naar de lords floegaau. Het zijn toch ook mcnschen en men is niet gewoon mij iets te weige ren. Zoo scheidden zij. Zulke Jeerstelsels zijn onmenschelijk wreed 't is materialismus in de weten schap der huishoükunde, eene toepassing van het barbaarsche recht van den sterk ste. En dil alles gaat zelfs in werken van katholieke geleerden, zonder eenige ver- zelaanteekening door Dit is de huishoü kunde van de zedeleer afscheiden. Het is de plicht voorde leeraars in huishoükunde, plicht maar al te dikwijls vergeten, na de daadzaken aangestipt te hebben, ook eens hetgene wat moet zijn na te gaan. Men durft beweren dat de stalen loon wet eene onbuigbare wet is, dat hare harde cn wreede gevolgen niet de gevoel loosheid der werkbazen maar aan de on veranderlijke natuur der zaken zelf, zijn aan te tijgen. Dat is volkomen va sch. Het woord wel bevat het gedacht van bestendigheid, van noodwendigheid, tegen welke tegenbeweging vruchteloos en onmogelijk is. Zoo zyn bijv. de wetten van den natuurlijken wereld. Nu,de wet ten der huishoükunde hebben volstrekt dit kenmerk niet. De mensch is een vrij w ezen, zijne daden zijn in geenen deele noodlottig. Tegen de algemeene handel wijze, die niets anders is dan de som der persoonlijke doenwijze, kan men zich verzetten. Er is dus maar alleen eene zekere strekking, die huishoükundige, hevige voorstaanders der volkemene vrij heid, van het onmenschelijk laat ;;a:in wat gaat - alleen in eene onüui$;l>aro wet kunnen omzet ten, in de veronderstelling dat de mensch noodlot!igerwijze alleen door hebzucht en winstbejag is voortgezweept en dat alle mcnschelijk gevoel in hen uitgedoofd, dat alle neiging tot liefdadigheid bij hen onmogelijk is geworden. Laat, roepen die apostels der bande loosheid, laat aan de persoonlijke bedrij vigheid hare volle vrijheid,hare volstrekte onafhankelijkheid voor alles wat de voortbrengsten uitdeeling der rijkdommen aangaat en de schoonste harmonie zal uit het welgeschikt spel van al de natuurlijke krachten voortvloeiën. (Bastiat.) Sclioone eendracht voorwaar is deze waarvan de tegenwoordige samenleving dus het aantrekkelijk tafereel ople vert Het grondbeginsel, dat de grondsteen uitmaakt van die materialistische leer stelsels is dezeHetwerk iseene koopwaar. Dan is het heel logiek daaruit te besluiten dat men het zich aan den goedkoopsten prijs verschaft en dat de daghuur aan de vraag en aanbod is onderworpen. Dat is nog eene dwaling en wordt ze algemeen aangenomen, 't is omdat, op huishoükundig gebied, de huidige samen leving gansch doordrongen is der materia listische denkbeelden. Men veronderstelt ten onrechte, dat de mensch een toestel, een bloote zaak is, die men naar alle willekeur mag uitbaten. - Het werk, zegt de Paus, is de uitoefening der bedrijvig heid van een vry en verstandig wezen met het doelwit zich alles aan le schaften wat de verschillige noodwendigheden van het leven vereischen maar bijzonder om liet leven zeil te onderliou den. - Arbeid is voor den werkman het eenige middel om zijn bestaan te verzekeren. De instandhouding van zijn leven in dc vol komenheid zijner vermogens is hem een geheiligde onverbiddelijke plicht. De ar beider en heeft liet i*cclit niet het middel te vervreemden dat hem in staat stelt dien plicht te vervullen. Het werk, voor zooveel het de eenige middel is van bestaan, en is in het vrije beschik van den handwerker niet. Hij is geen meester van het einde en hij kan dus naar eigen wil over het middel niet vrij beschikken. Indien dc patroon van zijnen nood ge bruikt maakt en hem zijnen plicht doet miskennen, dan pleegt hij geweld alhoewel het slechts zedelijk is, tegen hetwelk de rechtveerdigheid een hevig protest aanteekent. De betrekkingen tusschen patroon en arbeider mogkn i>um \iet door de wet van vraag en aanbod, de wet der onzedelijke uitbuiting.beheerscht worden, maar moeteni door de voorschriften der rcchtveerdigheid geregeld zijn. Het loon mag niet afhangen van eene over eenkomst het con trakt zelf moet recht- veerdig zijn. Overeenkomst en rechtveer- digheid zijn verre van vereenzelvigde denkbeelden te zijn. Rik, sprinkhanen het konden doen. Evenmin als zijne geburen, wist M. C.., er raad meê, minder nog dan tegenwoordig, want de bouillie-bordelaise was nog niet bekend en de pulvérisateurs waren niet uitge vonden. Misschien maakte men toen meer dan thans gebruik van gips op de klaver en op andere vlinderbloemige voeilergewas sen. Daarvan had M. E. C., eenige baal tjes overgehouden en kwam nu op het denkbeeld eenig gips te strooien over den aangetasten hoek van zijn aardappelveld. Hij had daarvan niet veel verwachting, en was in hooge male verrast toen hij op merkte dat de daarop aanwezige rupsen allen stierven en dat geheele benden, die zich ook daarheen begaven, het gegipste loof niet aandurfden. Hij had het gipsmeel in de vroegte op de bedauwde bladeren uitgestrooid, opdat het er beter aan zoude hechten Zijn per ceel bleef verder ongedeerd en het aard appelgewas slaagde er opperbest. Ware het niet te wenschen dat eenige landbouwers eens de proef maken Gips is niet duur en daarenboven een mest. Eene wcelt later verliet Hare Majesteit's stoomschip de Amazone de haven met bestemming naar Noord- Amerika. Enkele bevoorrechten, die een byzonder belang hadden by de Noordpool-reizigers,hadden verlof bekomen de ledige kajuiten aan boord tc bevvonon. Op dc lijst dier bevoorrechte gasten van bet vaartuig kwa men de uamen voor van twee damen, Mevrouw Cray ford cn Miss Burnham. XVI. Wederom de open zee, de zee wier golven breken tegen de kusten van Newfoundland Een engelsch stoomschip ligt in het ruime nat ten anker. Door de openstaande deur van eene groote visschershut aan den oever een van de gebouwen, behooreude lo een station van de kustvissclierij van hel eiland kan men duidelijk het vaartuig gewaar worden. De eenige persoon, die zich op het oogenblik in de hut bevindt, is een man in een matrozenpak. Hij zit met een stuk touw in de baud, op eene kist naar de zee te staren. Op de ruwe timtnermaustaf i naast hem ligt een voorwerp, dat men uiet verwachten zou op zulk eene plaats te vinden een vrouweusluicr. Hoe heet het schip dat daar voor anker ligt Het is de Amazone, uit Engeland afgezonden om dc overgebleven officieren en manschappen van de Nuord- pool-expeditie op te nemen. Men is zoo gelukkig ge weest ze drie dagen geleden op de kusten van Noord- Amcrika tc uutmocten. Maar de reis huiswaarts is Tegen de rupseiiplaag. De Lu.vembourgeois geeft het volgende verhaal, in bedenking aan de landbou wers, wier velden door de rupsen te lij den hebben Destijds, zegt M. E. C drongen dichte drommen en legers, milliarden rupsen, met eene zekere regelmatigheid voort, en vraten alle groen weg. Rogge, spelt en haver zijn de hoofdge wassen dier streek. De rupsen hadden liet vooreerst druk op de roggevelden en ver richten daar, hoe vreemd het klinke, een zeer nuttig werk. Het was in de maand juli, zij lieten de reeds harde roggehalmen natuurlijk on gedeerd maar knaagden het loof van al de onkruiden, die men gewoonlijk onder deze graansoort aantreft, tot op de blad- zenuwen af, er werd nooit zuiverder rog- gestrooi van het veld gehaald. De vraatzuchtige larven waren daar mede echter spoedig klaar en nu ging het op de andere veldgewassen los, onder an der op de aardappelen. Op zekeren dag landde de voorhoede eener afdeeling bij den hoek van een groot aardappelperceel aan, hetwelk M. C..., toebehoorde. Zij gingen daar aan den ar beid en knaagden de planten zoo kaal als vertraagd door cenen storm, die het schip uit zijnen koers heeft gedreven. Den derden dag heeft de com mandant der Amazone, gebruik makende van de eer ste de beste windstilte, gelast het anker op de kust van Newfoundland te laten vallen cn zijne manschap pen aan wal gezonden om watervoorraad op tv doen, voor hij naar Engeland onder zeil gaat. De afgematte passagiers hebben zich voor eenige uren aan land be geven om zich wat te verfrisschen na de ongemakken van den storm. De sluier, die op dc tafel in de hut ligt, is de sluier van Clara. Eu wie is de man, die daar op de kist, met een touw in zijn hand, naar de zee zit te stareu Die man is dc eenige vroolijke man aan boord. Met andere woorden John Want. Nog steeds op de kist rustende, wordt onze vriend, die nooit preutelt, verrast door de plotselinge verschij ning van een matroos in de deur der hut. Aan 't werk, John Want, opgepastzegt de matroos. Luitenant Crayford is in aantocht. Na die waarschuw ing te hebben doen booren, ver dwijnt de boodschapper weer. John Want staal zuch tend op kantelt de kist recht op cn begint het touw cr om heeu te slaau. De scheepskok is niet Iemand die zijne redding beschouwt uiet een gevoei van onvermengde voldoening, welk gevoel zjjne mak kers in hel ongeluk bezielt. Integendeel, hij is on dankbaar genoeg om b|jna berouw te gevoelen dat hy niet meer aan de Noordpool is. Eene vrouw, die den moed niet gevoelt om alles, zelfs de meest drukkende om standigheden met haren man te kunnen dragen, mag niet trouwen, want niets waarborgt haar, dat zij in dezen toestand niet komt. Ge moogt eer een man huwen, dien ge meer acht dan bemint, dan een dien ge lief hebt, zonder hem te achten. Eenvoudig en rein, dit moeten de grond zuilen van een ieders toilet, bijzonder van dat der vrouwen zijn, al het overige is overbodige pronk. Elke klcedtj waarbij dit uit 't oog wordt verloren, gelijkt een huis dat, wellicht fraai, doch op een slechten grond gebouwd is. Eene schoone vrouw zonder een goed hert is als eene schoone bloem zonder geur. Eene vrouw, die vreemde mannen meer dan haar echt genoot behagen wil, gelijkt een dwazen herder, die vreemde schapen voedt, en dc zijnen, die hem toch kleèren en voedsel moeten geven verwaarloost.Eene behaag zieke vrouw liekoort en bevalt ook wel, doch ze boeit nimmer op den duur. Weinig menschen houden van tulpen, allen van 't violetje. De huwelijksstand gelykt een molen- wiel slechts een harde cn een zachte steen malen goed uit den aard der zaak moet de man harde steen zijn, bedenkt dit en wees zacht en toegevend. Beklaag u bij niemand, zelfs niet bij uwe ouders, over het een of ander betref fende uwen man, voor ge hem dit zelve onder het oog hebt gebracht. Laat ge dit na en doet ge het anders, dan geeft ge veld aan 't indringen van vreemde mach ten, die niet zelden vernielend werken op Had is maai geweten dat is de gedachte van John Want had ik maar. voor ik gered werd, kun- denken, dat ik naar deze plaats zou gebracht worden, ik zou, geloof ik, nog liever aan de Noord- iool gebleven zijn. Ik voelde my heel gelukkig toen k daar iedereen opvroolijkte. Alles wel beschouwd, moet ik zeer op mijn gemak geweest zijn aan de Noord pool, als ik er maar bewust van geweest was. Ieder ander in mijue plaats zou misschien geneigd zijn deze Newfoundlandsche hul aan te zien voor een morsig, misselijk, vochtig, stinkend hok om in te wonen. Een ander in mijne plaats zou misschien al meer dan zijne maag vol hebben van dien eindeloozeH NewfouiidlaiiJ- schen mist, dien onverauilerlyken Newfouudlandscben stokvisch en die eeuwige Newfoundlandsche honden. Aan de Noordpool zagen wy ten minste nog eens een paar schoone beeren. Maar 't doet er niet toe 't is mij aües precies hetzelfde, ik preutel niet, Zijl ge klaar niet die kist te binden Ditmaal was het eeue gezaghebbende stem de man die nu in de deur staat, is luitenant Crayford in eigen persoon. John Want geeft zijnen officier op zjjue eigen aardige gekscherende manier antwoord. Ik heb 't gedaan, zoo goed ik kon, mijnheer, maar de vochtigheid van de plaats begint hare uitwer king reeds te doen gevoelen op het touw. Om nog niet eens te spreken van onze longen ik spreek alleen maar van ons touw. Crayford gaf een sterk antwoord. Hy schijnt zijn vroegeren smuak in John Wants geestigheid te heb- de harmonie en de eenheid, die voor het huwelijk zoo onvermijdelijk noodzakelijk zijn. Bemerkt ge dat uw man in 't spelon, drinken, enz., behagen schept, breng hem zulks, wanneer do uitspanningen over dreven worden, dadelijk, ernstig, doch zacht onder het oog hevige tooneelen zouden alles bederven. Verlangt niet van uwen man, dat h(j na 't werk des daags altijd bij u zij. Al zijn er vooreerst weinig vakken, die het niet eischen, dat uw man niet in maat schappelijke aanrakingen komt, zoo heeft buitendien het gemoed toch afwisseling noodig om niet te verzuren. Eene vrouw, die de opvoeding harer kinderen aan haren man overlaat, is eene onweerdige moeder en vervult hare be stemming even min als eene horlogie zonder wyzer. Vermijdt talrijke koflljpartijen en krans jes. Ze zijn bijna altijd de bron van echte- lijke ontevredenheid en de zetel der kwaadsprekenheid. Eene vrouw, die tranen stort, wanneer haar inan eene andere vrouw vriendelijk toespreekt, is dwaas en beklagensweer- dig. Eene vrouw, die geen vertrouwen in haren man heefi, gelijkt een schipper zon der kompas op de opene zee. In 't dagelijksch leven is de vrouw de beste, van welke men 't minste spreekt. Vrouwen, die veel van deugd en trouw spreken, gelijken naar kinderen, die, wanneer ze iets hebben en verbergen wil len, van zelf roepen Ik heb het niet. Een man kan niet licht ongelukkig zijn, dan wanneer hij eene vrouw krijgt, die of ge leerd, teêrgevoelig, galant of eene hui- chelaresse is. Meent gy reden te hebben om over 't een of ander vertoornd jegens uwen man te zijn. zoo zeg hem dit oprecht in 't ge zicht, doch brom niet en toon hem geen knorrig gezicht dit zou u vroeg of laat uw mans liefde wel eens kunnen ontne men. Eene vrouw die haren man misleidt, graaft een kuil, waarin zij vroeg of laat zelve valt. De vrouwen laten zich zoo goerne met rozen vergelijken dat zij daarbij toch steeds bedachten dat klaprozen 't minst in trek zijn. Een oud spreekwoord zegteene goede huisvrouw heeft voor vijf K's tc zorgen kinderen, kamer, keuken, kelder en kleedoren. Opening en sluiting; der aclitin lWSbSÉ. Bij ministerieel icsluil van 10 Oogst, is de opening der jacht vastgesteld in onze provincie Oost- Vlaanderen, op donderdag 25 oogst aanst. ferloren. Hoe Naar het gelicht dat ge trekt te oordce- fou men waarachtig gelooven dat ome redding uit de Noordpoolstreken kompleet een ongeluk is ge feest. Gij verdiende eigenlijk er weer heen te worden gezonden. Ik zou er, geloof ik, volstrekt niet rouwig om al werd ik er heen gezonden. Ik ben dankbaar genoeg van aard maar ik kan niet uitstaan in een stinkende but als waarin wy nu zyn, zoo over de Noordpool te hooren spreken. Aan de Noordpool was het heel zindelijk, alles was wit van de sneeuw maar hier ziet ge niets dan vocht en zand. Voelt g<J nooit hel gemis van uwe beeudersoep, mijnheer Ik cl. Ze was misschien wel niet heel krachtig, maar z|| was ten minste lekker heeten de kou scheen er eene soort van geurigen smaak aan te geven terwjjl men ze opslurpte. Hebt ge van nacht zoo lang liggen hoesten, mijnheer Verre van mij dat ik iets ten nadeele van het klimaat zou willen zeggen maar ik zou blij zijn als ik wist dat gij 't niet waart, die zoo vreeseljjk aan bet hoesten was. Wilt ge zoo goed zyn even met de toppen van uwe vingers te voelen hoe vochtig de touw is, mijnheer. Stokslagen moest ge hebben. Kom, breng dade lijk die kist naar de boot. luie brompotGe zondt nog t zyn te preutelen lu bel bof van Eeden. (Wordt voorstiet.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1892 | | pagina 1