Zondag 4 September 1892. 10 centiemen per nummer. 46" Jaar N. 2703. NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN 7 ARRONDISSEMENT AALST. IN 'T IJS GEKLEMD Politiek overzicht. Zola te Lourdes. Gezondheid-maatregelen II en de geestelijkheid. LANDBOUW. DE DENDER-BODE. ABONNEMENTPRUS Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 frank 's jaars fr. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-GOOSSENS, Korte-Zoutstraat, N. 31, en in alle Postkantoren des lands. c- - AD VERTENTIËXPRIJS Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnissen op 3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. lleeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag avond. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich uitsluitend te wenden tot de Agencie llavas, te Brussel,32, Magdalena Straat en te Parijs, 8 Beursplaats. (Paris, 8 Place de la BeurseJ Cuique suum. AALST, 5 SEPTEMBER IS92 Katholieken en protestanten. De Missions catholiques van Lyon, hebben een schrijven meegedeeld van Mgr Livin- hac, coadjutor van cardinaal Lavigerie, waarin deze prelaat, in antwoord op een artikel van le Matinzegt dat de katho lieken nooit geloochend hebben, dat de protestanten hen vóór zijn geweest in Oeganda integendeel, zij hebben dit dik wijls erkend. Zij zijn er vóór P. Lourdel aangekomen- Mgr Livinhac begrijpt echter niet hoe de protestantsclie zendelingen een land,waar zij eerst kwamen, als gesloten voor de katholieken kunnen aanzien, terwijl zij zich overal, in Madagascar, in heel Azië, in Amerika, zich komen neerzetten te midden van katholieke missies, die eeuwen oud zijn. Mgr Livinhac betreurt dat er zulke goede betrekkingen als vroeger niet meer bestaan tusgchen katholieke en protestant- sche zendelingen. Duitschland. Bismarck's aftreden. Eenenieuwe thesis over het aftreden van Bismarck.... mocht het de laatste zijn, want dat zaagske begint de menschen fijnte vervelen. In Bismarck's Wesld. Allg. Zig wordt opnieuw in het breede betoogd, dat de keizer in meert 1890 eigenlijk niet bevoegd was om den rijkskanselier af te zetten, wijl diens contraseign daartoe zoo noodig geweest zijn er kon alleen sprake wezen van vrijwillige aftreding, door Bismarck- zelven gecontrasigneerd, maar volgens de rijksgrondwet, is de kanselier, zoolang hij zijn contraseign weigert, onafzel- baar. Dat zou er nu nog aan ontbreken, dat de minister meester was boven den keizer, de dienaar boven den heer Engeland. M. Labouchère en de koningin. Het geschil-Labouchère is tot hiertoe nog niet gansch vereffend. M. Labouchère houdt in zijn dagblad vol, evenwel zonder bewijs aan te voeren, dat de koningin, en niemand anders, oor zaak is van zijue buitensluiting uit het nieuw gevormde kabinet. Dit standpunt wordt elders gehekeld als volstrekt onverdedigbaar. De aan sprakelijkheid voor Labouchére's buiten sluiting kan niet anders gelegd worden dan op de schouders van Gladstone. Immers waar, in eenen constitution- neclen Staat, de eerste minister zich neer legt bij een bezwaar van den souverein tegen eene benoeming welke hij zelf voor droeg. daar deelt hij niet de verantwoor delijkheid, maar aanvaardt haar in haar geheel. Hij kan, indien hij dit verkiest, op de benoeming aandringen. Doch, in geva.l hij het optreden van den voorgestel den collega niet noodzakelijk genoeg oor deelt om den bedoelden aandrang te rechtveerdigen, verbeurt hij ook het recht om zich te verbergen achter de tegenwer ping van den souverein. Dit moest te dezer zake Gladston'es standpunt wezen. Zola is een van de begaafdste maar te vens van de zedeloosste en vuilste fran- sche schrijvers van onzen tijd. De meeste liberale gazetten van Frankrijk en Belgiè vereerden hem als een afgod. Over eenige dagen kondigden de fran- schc gazetten de tijding af, dat Zola met eene groote pelgrimagio aangekomen was te... Lourdes. Eerst meende men dat 't eene scherts was, maar weldra vernam men dat de nieuwsmare echt was. De vermaarde schrijver heeft zich naar Lourdes begeven, om er de beèvaarten, waarover hij een boek wil schrijven, te bestudeeren. Natuurlijk maakt dit bezoek veel op schudding. Zola heeft gevraagd in het bureel der bestatigingen van genezingen te mogenko- men en de eerw. Paters hebben hem be reidwillig die toelating verleend, 't Was een redacteur van de Univers die aan Zola dit nieuws ging brengen en tusschen den katholieken dagbladschrijver en den realistischen romancier had vervolgens een gesprek plaats, waarin Zola zijne eerste indrukken over Lourdes meêdeel- de. 't Was het lezen van een boek van Henri Lasserre en vervolgens het zien van eenen optocht van bedevaarders, welke Zola, getroffen door het schouwspel, aan zette naar Lourdes te komen. Hier laten wij Zola zelf spreken. Mijne eerste indrukken waren zeer treffend. Het schouwspel der zieken voor de grot, het gerucht van al die gebeden, de weergalm van al die klachten heeft me J waarlijk de keel toegenepen. Ik vind dat bovenmate schoon. Moed geven, eene straal van genezing doen vallen op zoo veel wanhopigen en ongelukkigen, was er zelfs niet meer dan dit, nog zou Lour des eene groote menschlievende weldaad zijn. Het zou eene misdaad tegen de menschheid zijn zulks niet te erkennen. Ik ben zonder vast gedacht naar Lourdes gekomen, met het doel eene zedenstudic te maken. Ik ben noch ge neesheer noch beevaartganger, noch ge- loovig, noch ongeloovig, ik ben zooals Balzac zegde een doctor in menschelijke wetenschappen. Ik zal hier overal gaan, ik wil alles zien, alles ondervragen. - 22® Vervolg. XVIII. De man zag cr onheilspellend uit. Zijne oogen schitterden als de oogen van een wild dier zijn hoold was onbedekt zijn lang grijs haar was woest en ver ward zijn ellendige kleeren hingen aan stukken van zijn lijf. Hij stond in den post van de deur als het le vend beeld der ellende en van het gebrek, en staarde naar de welvoorziene tafel als een hongerige hond. Steventon sprak hem aan. Wie zgt gij Met een schorre, holklinkende stem antwoordde hij Een uitgehongerd menseh Hij deed een paar stappen voorwaarts langzaam cn moeiclfik, alsof hij uitgeput was van vermoeie nis. Werp mij een been van de tafel toe, zagde hij. Geef mij een deel van wat bestemd is voor de hon den. Er sprak vertwijfeling zoowel als honger uit zijne oogen terwijl hij deze woorden zegde. Steventon ging voor Mevrouw Crayford staan .om haar in geval van te kunnen beschermen en wenkte de twee matrozen toe, die juist de deur van de hut voorbij kwamen. Geeft den man wat brood en vleesch, zegde hij, en blijft bij hem staan. De zwerver greep het brood en vleesch met zijne magere vingers met lange nagels, banden die cr als klauwen uitzagen. Na een eersten beet gedaan te heb ben hield hij op, raadpleegde een oogenblik met zich zelf cn brak toen het brood en vleesch in twee deelen. Ken deel deed hij in een ouden knapzak van zeildoek, die over zijnen schouder hing. Het andere deel ver slond hij gulzig. Steventon ondervroeg hem. Waar komt gij vaudaan Van zee. Schipbreuk geleden Ja. Steventon keerde zich naar Mevrouw Cravford. Het verbaal van den ongelukkige kan wel waar zijn, zegde hg. Ik hoorde er over spreken dat een vreemde boot op het strand is geworpen, een dertig of veertig mijlen hooger op. Wanneer hebt gij schip breuk geleden, vriend? Het uitgehongerd schepsel zag van zijn voedsel op cn deed eene poging om zijne gedachten te verzame len om zijn geheugen in te spannen. Het was hem niet mogelijk Wanhopig gaf hij de poging op. Zjjne woorden waren even woest als zijne blikken. Ik weet het niet, zegde hijik kan mets meer Op aanraden van den redacteur der Univers beeft Zola een kruis gevraagd, zooals de bedevaarders er een op de borst dragen en waarmeè zij overal kunnen bin nen komen. Ook de processie beviel Zola de inrich ting noemde hij 't wonderbaarste dat hij ooit zag en waaraan niets, dat hij tot hiertoe zag, kon vergeleken worden. Hij is ineer dan tevreden over zijne reis hij is er over in de wolken. Het boek, dat Zola zal schrijven, zal eenvoudig Lourdes heeten 't zal eene studie zijn der zichtbare dingen, die de schrijver in geweten en met de volledig ste onpartijdigheid zal weèrgeven. Mijne bedevaart, zegde hij, is die der menschelijke wetenschap, zonder niets af te doen van de bovennatuurlijke dingen, die ik niet genoegzaam ken om te be schrijven. Zola heeft ook het bureel der genees kundige bestatigingen bezocht en in 't lo kaal der berriedragers met deze de soop geëten. Moge hy zelf, naar hert en geest gene zen, van Lourdes terugkeeren. Het Staatsblad kondigt den omzendbrief af, door den minister van landbouw, nij verheid en openbare werken, aan de gou verneurs der provinciën gestuurd, en de gezond heid-maatregelen voorschr ij vend ie moeten genomen worden tot voorkoming van de cholera. Die omzendbrief bevat verschillende on derrichtingen, waarvan de eenen bestemd zijn voor de openbare besturen, de ande ren voor het publiek. Wij deelen deze laatsten mede, die zooveel mogelijk onder het volk zouden moeten bekend gemaakt worden. De beste middelen voor het publiek, om zich buiten het bereik der besmetting te houden, zijn de volgende 1. Zijne woonplaats en bovenal de ka mers der zieken in de grootste reinheid houden 2. De kamers verluchten; vermijden van met te groot aantal in dezelfde kamer te slapen De slaapkamers vrijhouden van voch tigheid, zooveel als de zorgen voor rein heid en voor ontsmetting het toelaten Uit de kamers, die voor de zieken be stemd zijn, de onnoodige voorwerpen ruimen, vooral de gordijnen, behangsels en tapijten; 3. De gemakken vóór het verschijnen der ziekte, ontsmetten, derwijze dat de beirputten gedurende den tijd der ziekte niet moeten geruimd worden 4. Zorgvuldig waken op de reinheid zijns lichaams en zijner kleederen zich onderscheiden dan liet geloei der golven dat in mijn ooren dringt. Ik kan mij niels meer herinneren, dan dat de sterren nacht aan nacht en de brandende zon dag aan dag boven mijn hoofd schenen. Wanneer ik schipbreuk leedWanneer ik het eerst in de boot werd voortgedreven Wanneer ik het roer in de hand nam en tegen slaap en honger kampte f Wanneer ik het eerst mijne borst voelde branden en mijn hoofd voelde kloppen Ik weet het niet. Ik heb mijne herin nering verloren. Ik kan niet denken ik kan niet sla pen ik kan het geloei der golven niet uit mijne ooren bannen. Waarom valt ge mij met al die vragen lastig? Laat mij eten Zelfs de matrozen hadden medelijden met hem. Zij vroegen hunne officieren verlof hem wat drinken te geven. We hebben een paar druppels brandewijn in de Dcsch bij ons. Mogen wij het geven Wel zeker Woest greep hij de llesch. evenals hij het voedsel gegrepen had dronk een teug hield op en raad pleegde weer met zichzelf. Hij hield de fleseh tegen het licht. cn. toen hij gezien had hoeveel vocht er in was, dronk hij er zorgvuldig de helft slechts van op. Daarna deed hij de llesch in zijnen knapzak hij het voedsel. Bewaart gc dat voor een volgenden keer vroeg Steventon. Ik bewaar het, antwoordde de man. Waarvoor, dat komt cr niet op aan. Da's mijn geheim. beschutten tegen koude en vochtigheid, bijzonder aan buik en voeten 5. De personen ,|die op eene gezonde een geregelde manier leven,moeten aan hunne gewoonten niets veranderen, de levens regel moet zijn zich matig te voeden; men zal van zijne tafel bannen alle voedsel dat moeilijk verteert, aanhitst of verslapt, de rauwe groenten en de onrijpe vruchten. Het drinkwater moet met aandacht na gezien worden. Al het putwater in de wijken, waar de ziekte heerscht, moet als verdacht aanzien worden. Men zal het slechts, na het gekookt te hebben, gebrui ken. Men moet zich hoeden voor het kunst matig spruitwater (siphons), dat met be smet water kan gemaakt zijn, en ook voor het enkel gefiltreerd water, daar de werking van den filter van zeer korten duur is en groote zorgen van onderhoud vereischt. Om het drinkwater te vervangen, kan men zich met voordeel bedienen van een aftreksel van thee, hop, koffie 6. Zich onthouden van koele dranken, wanneer men bezweet is zich insgelijks onthouden van ys te nemen geene te jonge of verschaalde bieren en wijnen drinken zich zorgvuldig van overdaad in sterken drank onthouden 7. Volkomen al de eetwaren koken, vooraleer ze te gebruiken bijzonderlijk eisclten dat de melk niet ongekookt ge dronken worde. 8. De eetwaren, melk, brood, soep, enz. beschutten voor de aanraking der vliegen en zorgen, vooraleer ze te gebrui ken, de eetwaren te verwarmen, indien zulks mogelijk is 9. Alle oorzaken van uitputting, de zedelijke ontroeringen,te groote vermoeie nis van lichaam of geest en te lang nacht waken vermijden 10. Geene ontsteldheid hoe klein ook veronachtzamen, voornamelijk alle wan orde in de spijsvertering verzorgen in afwachting der aankomst van den genees heer, zich onmiddellijk te bed leggen Zich onthouden van alle middelen, die als choleraverwinnend geroemd en aan gekondigd worden het minste bezwaar dat men tegen deze zoogezegde remediën kan inbrengen, is dat zij eene valsche zekerheid inboezemen en aldus beletten tot werkelijk nuttige zorgen zijne toe vlucht te nemen. 11. Het is van belang geen schrikte hebben van de cholera, wanneer men de voorzorgen genomen heeft die hier aange wezen zijn, want de schrik bereidt tot de ziekte. De verplaatsing naar gemeenten die niet besmet zijn, moet afgeraden worden. Het is van den anderen kant onvoorzich tig in zijn huis personen te ontvangen die van besmette plaatsen komen. Hij zag de hut rond terwijl hij dit zegde, en merkte toen voor het eerst Mevrouw Crayford op. Eene vrouw onder u zegde hij. Is zij eene En- gelsclie Is zij jong Laat mij baar van naderbij be schouwen. Hij deed een paar stappen naar de tafel toe. Wees niet bang, Mevrouw Crayford, zegde Ste venton. Ik ben niet bang, antwoordde Mevrouw Cray ford. In het eerst maakte hij mij bang iiu boezemt hij mij belang in. Uat hem tot mij spreken als hij het wil Hij zweeg echler. In diep stilzwijgen stond hij lang en nauwlettend de schoonc Engelsche vrouw aan te staren. Nu vroeg Steventon. Hij schudde droevig met het hoofd en ging, een zwaren zucht blakende, weer achteruit. Neen zegde hij bij zichzelf, dal is niet haar ge laat. Neen, nog niet gevonden. Mevrouw' Crayford's belangstelling was buitenge meen opgewekt. Zjj waagde hem ann te spreken. Wie wilt gij vinden vroeg zij. Uwe vrouw Hij schudde weer het hoofd. Wie dan Hoe ziet zij er uit. Hij antwoordde in afgebroken woorden. Zijne hee- sche holklinkende stem werd langzamerhand zachter en nam eene teedere, droevige uitdrukking aan. Jong zegde hijmet een schoon weemoedig ge laat met vrieudelgke, teere oogen met eene Toen koning Leopold onlangs te Aarlen do landbouwtentoonstelling bezocht ont moette hij een Luxemburger pastoor en liet gesprek, dat eerst over alledaagsche dingen liep, nam spoedig eene ernstige wending. Ik reken op de geestelijkheid, zegde de koning want zij kan veel in dezen tijd.Zij moet tot het volk gaan, om het den rechten weg aan te wijzen. Indien de geestelijkheid Diet tot het volk ging, dan zouden anderen het doen, en het zou niet altijd zijn om goede leeringen te verkondi gen. Z.M. nam afscheid van den brave gees telijke, na hem verzocht te hebben voor België te bidden. Niet alleen voor België, Sire, maar ook voor zijnen koniug en de koninklijke lamilie, want de geestelijkheid vereenigt in ééne enkele genegenheid en in óénen denzelfden eerbied, èn het vaderland èn den koning. De koning drukte zynen innigen dank uit voor deze betuiging. Wij hebben er aan gehouden de woor den des konings aan te halen zij wreken de geestelijkheid van de laffe aanrandin gen der loge-pers. Onze buitenlieden waren te vrede, ja, zelfs gelukkig omdat de oogst en de aard appels zoo wel gelukt zijn. Maar onge lukkiglijk ontbreekt er veevoeder. Eten voor de menschen te veel cn voor de beeston te kort. Bijna geen nagras en jonge klavers. Het loof blijft ten achter op vele plaatsen is er nog geen te zien. Geen beesten voeder geen winst voor den landbouwer. Laat ons hopen dat het re genachtig weder den toestand zal verbe teren. Overigens het is niet te laatverledene jaar eindigde de oogst zeer op 't einde van Augustus, men kon dan laat zaaien en nogthans er is loof geweest. Tabak. Men schryft ons dat de tabakoogst voor wat de puike soort be treft te Appeltcrre en Idegem zoo goed als geëindigd is. De kwaliteit zal dees jaar uUmuuend wezen. Overigens droogo jaren leveren gemeenlijk tabak op van bijzonderen fijnen smaak. Bericht aan de liefhebbers. YVauroni vei*»lin«Ien <le /.cugun limine jongen V Er is misschien geen veekweeker, die geene ernstige verliezen gedaan heelt door het feit dat de zeugen hunne jongen verslon den. Daar ik sedert lang varkens kweek, heb ik, zooals vele anderen,in den beginne /.ai-htc hclderostcm. Jong, beminnelijk, gevoelig. Haar gelaat is mij niets anders meer. ik moei voort, voort voort rusteloos, zonder te slapen, zonder tc toe ven, totdat ik haar gevonden heb Over het gs en over de sneeuw voortgestingerd door de baren het land doorkruisend, nimmer rustend dag en nacht voort moet ik, voort, tot ik haar heb uitgevonden Hij wuifde met zijne baud ten tccken dat bij afscheid nam en keerde zich moede om ten einde de hut uit te gaan Op hetzelfde oogenblik opende Crayford de tuin deur. Gij zult nu wel doen, Lucy, b(| Clara te komen, begon hij - en plotseling ophoudende, toen hij den vreemden man bemerkte, ging hij voortWis is dat? De schipbreukeling zag langzaam achter zich om toen hij eene andere stem in de kamer hoorde. Door de verschijning vorrast, liep Crayford een paar stap pen naar hem toe. Mevrouw Crayford lichtte haar man in. toen hij haar voorbij ging. Hel is slechts een arm verdwaald schepsel, Wil liam, fluisterde zij, die schipbreuk heelt geleden en van honger dreigt om Ie komen. Verdwaald herhaalde Crayford, den man hoe langer hoe dichter naderende. Heb ik mijn verstand verloren Eensklaps sprong hij op den zwerver toe en greep hem hij de keel Richard Wardour donder de hij hem tegemoet met woedende stem Hij leeft Hij leeft om zieb te verantwoorden wat er van Frank verliezen geleden, en ik heb de oorzaak van dat feit door langdurige waarneming opgezocht. Zy ligt, meen ik, in de slechte wyze waarop men de dieren behandelt. Al te dikwijls werkt de mensch, door zijne doenwijze, tegen de natuur in. Al de dieren, in natuurlijken staat, volgen nood zakelijk hunne instincten onder deze is de sterkste de verknochtheid der dieren aan hunne jongen. In heb aandachtig talrijke zeugen be studeerd gedurende het laatste tijdperk van hunne dracht en heb vastgesteld dat liet hierboven aangehaalde verschijnsel geene andere oorzaak heeft dan eene ver stoptheid, tegen dewelke geen ander middel is dan eene gesckikte voeding binst de laatste weken voor het kippen. Nooit heb ik gezien dat eene zeug hare jongen in den herfst opatwelnu, in dat tijdperk is er overvloed van groen voeder. In de lente daarentegen buiten enkele dagen voor het kippen worden de wijfjes gepijnigd door eene voortdurende opgestoptlieid, die men erkent aan eene oogontsteking, eene gedurige ongerust heid en teekenen van inwendig lijden. De ongerustheid wordt steeds grooter, zy wordt om zoo te zeggen waanzin ik heb zeugen gezien, gewoonlijk zeer zacht, die mij zelve met eene echte razernij aanvie len. Het is gemakkelijk om begrijpen dat, als men niets doet om de pijn van 't dier te verminderen, de razernij nog vergroot door de smarten van het kippen en dan wreekt het beest zich op alles wat in zijn bereik is, en verslindt de jongen. Men moet dus in tijd de opgestoptheid bestrijden. Het zekerste middel is als voedsel buik zuiverende kruiden te geven,ofwel zekere wortelen, onder anderen gekookten beet wortel, dien de zwijnen gaarne eten. In geval het onmogelijk zou zyn zich die kruiden aan te schaffen, moet men aan do volle zeug, gedurende verscheidene weken, voor het einde der dracht en zulks driemaal per week, een goeden lepel solferbloem geven. Onnoodig de goede behandeling, de zachtheid aan te raden opzichtens het lijdende dier. Men moei de zeug niet afzonderen, tenzij enkele dagen voor de de termijn. Want de afzondering is na- deelig. Men zal alles moeten verwijderen wat het dier kan verontrusten, want gedu rende de dracht heeft het rust noodig. Een veekioeeker. Graanoogst dor wereld. Het Hongaarsche statistiekbureel ver kondigt, bij gelegenheid van de opening der internationale graanmarkt te Weenen, een overzicht van den graanoogst over de gelieele wereld, waaruit blijkt dat deze geschat wordt op 485 millioen hectoliter, met een voor uitvoer beschikbaar over schot van 110 millioen hectoliters. geworden is De man worstelde. Crayford hield hem vast. Waar is Frank riep hij uit. Ellendeling, waar hebt ge Frank gelaten De man bood niet langer weerstand. Alsof by droomde herhaalde hy Ellendeling en waar is Frank 1 Toen die naam zijne lippen ontsnapte vertoonde Clara zich voor de open deur en snelde zij de kamer in. Ik hoor Richard's naam riep zy uit. Ik hoor Frank's naam wat betecient dat D|j het hooren van hare (tem, hernieuwde de werver zgnc worsteling om zich te bevrijden, met zulk 'een plotselingen aanval van kracht, dal Crayford er niet tegen bestand was. Hij brak los voordat de matro. zen hun oflicier ter hulp konden snellen. Halverwege liet vertrek, ontmoetten Clara en hy elkander en zagen eikaar vlak in het gelaat Een nieuwe glans vertoonde zich in de oogen van den armen man een kreet ontsnapte zyne lippen by herkende haar. Woest zwaside hy een zijner hao- den in de hoogte. Gevonden juicht* hij *n snelde d« hut uit en het strand op, voordat een der aanwezigen hem kon terughouden. (Worët voortgMet.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1892 | | pagina 1