NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VAN DE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST.
Donderdag 19 Januari 1895.
10 centiemen per nummer. 4?7sle Jaar, IV 2742,
abonnementprijs
advertentieprijs
Politiek overzicht.
De Grondwetsherziening.
MIJNHEER JUDAS
Welke zij n de beste banken
Dronkenschap en Ontucht
DE DENDERBODE.
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week; onder
dagteekening van den volgenden dag De prijs ervan is 6 frank 's jaars
fr. 3.25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen
De inschrijving eindigt met 31 December.
De onkosten der kvvitantiën door de Post ontvangen, zijn ten laste van
den schuldenaar
Men schrijft in bij C. VAM DE PUTTE-GOOSSENS, Korte-Zoutstraat,
N. 31, en in alle Postkantoren des lands.
it'.!: tn.
Per drukregel. Gewone 13 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnissen op
3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden met teruggestuurd.
Ileeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag avond. Voor de adverlentiën uit vreemde landen
zich uitsluitend te wenden lot de Agencie llavas, te Brussel,32, Magdalena
Straat en te Parijs, 8 Beursplaats. (Paris, 8 Place de la Bourse.
Guique suum.
AALST, 18 JANUARI 1X95
Frankrijk. De Paus en de tegen
woordige toestand in Frankrijk.
In eenen brief aan graaf de Mun, den ge-
kenden Fransclien katholieken slrijder,
in dato 7 januari 1893, zegt Paus Leo
XIII i
Hoe dikwijls hebben wij het niet herin
nerde dat, zoo lang de Kerk en de bur
gerlijk maatschappij malkaar de hand
gaven en gezamenlijk werkten, in zijnen
eigen werkkring, de Fransche natie als
dan grootsche ondernemingen kon ten
uitvoer brengen en aan 'l nageslacht eenen
glorierijken naam overlaten. Maar
helaas met hoeveel stelligheid bewijst
ook de geschiedenis niet dat, wanneer de
noodlottige raadgevingen eener valsche
politiek die kostbare eensgezindheid in
gevaar brengen, Frankrijk alsdan, ver
scheurd door onvruehtbaren twist, ellen
dig de prooi werd van kortziclilige en
ikzuchttige.sectarissen die, na zelfvan
het gevoel van eer en plicht te hebben
verloren, tot groot nadeel van de natie
hun eigen belang stelden boven hel al
gemeen welzijn.
Herhaaldelijk hebben Wij, gezien deze
omstandigheden en geroerd door een ge
voel van vaderlijke genegenheid jegens
Frankrijk, de oudste dochter der Kerk,
het woord gericht tot tie Fransche natie,
om aan alle man met gezond verstand en
goeden wil de noodzakelijkheid te be
oogen vanbij gemeen overleg, den
republiekeinschen regeeringsvorm te
aanveerden, daar deze aanveerding het
eenige middel is om, door samenvoeging
van wilkskrachten, den godsdienstvrede
te herstellen en met hem de eensgezind
heid tusschen alle burgers, den eerbied
voor de overheid, de rechlveerdigheid en
de eerlijkheid in het openbaar leven.
Wij kunnen enkel deze zelfde ge
voelens aanraden en bevestigen, thans
dat Wij, meer dan ooit. Frankrijk de hulp
van al zijne 'zonen zien noodig hebben
Wy noodigen allen uit hun eigen belang
en hunne politieke oneenigheid terzij te
stellen, om hunne krachten te vereenigen
tegen het gemeenschappelijke gevaar, om
het vaderland tegen te houden op de glad
de helling die naar den ondergang voert,
door in de openbare instellingen, vrijheid,
rechtveerdigheid en eerlijkheid te doen
zegevieren en den eerbied in te voeren,die
verschuldigd is aan 'i geloof van de meer
derheid der Franschen.
Deze wijze woorden van den Paus zijn
een doorklinkend antwoord op de aanval
len dergenen die, uit louter dommigheid,
bewéeren dat liecl de Panama-kwestie
maar eene conservatieve samenzweering
is tegen de republiek, 't Is niet de repu
bliek die gestolen heeft, 't zijn de tegen
woordige republikeinen en 't is tegen hen
dat de strijd is gericht. Als de republiek
vrij, eerlijk verdraagzaam is zal niemand der bekwaamheid en dus geene toegeving
zich beklagen, behalve de onverdraagza- 1 -1J~-
men en de dieven
Paid de Cassagnac beschiddigd.
Paul de Cassagnac, bestuurder der Aido-
rité en lid der Ivamer.is maandag in open
bare ziiting der commissie van onderzoek
beschuldigd geworden.
M. Dupuy-Dutemps verklaarde, dat hij
als particulier, en niet als lid der com
missie, in het blad La Depêche, van
Toulouse, de beschuldigingen heett uitge
bracht. tegen de Autorité.
Hij houdt er evenwel aan te bevestigen
dald<> /%utoi-ïté fi*. 000,000
heelt getrokken.
M. de Cassagnac, besloot M. Dupuy,
kan en zal niet loochenen.
M. Paul de Cassagnac schrijft in dc
Autorité eenen open brief aan M.Brisson,
voorzitter der commissie van onderzoek
Hij beklaagt er zich in dat M. Dupuy-
Dutemps, li l der commissie, van zijne
ambtsbevoegdheid misbruik maakt om in
het blad La Dépêche leugens en laster te
verspreiden tegen zijne collegas,
M. Dupuy schrijft
Heeft M. Paul de Cassagnac niet.voor
zijn blad en voor de bladen van het
Gers-departeinent, 0-5,000fi-nnk
geinkasseerd (Aldus niet OOO OOO
frank zooals hoogcr wordt gezegd.)
Wat die aantijding betreft,zij is valsch
AI.de Cassagnac Heelt lioe-
genaanul niets ontvangen.
De A utorité heeft den prijs harer aan
kondigingen en reklamen ontvangen,
evenals ai de andere bladen, evenals de
Justice, waarvan de bestuurder. M. Lel
ie tan, lid der commissie is.
Wat de dagbladen van het Gers-depar-
temem aangaat, M. de Cassagnac geeft
aan M. Dupuy de allervolledigste logen
straffing van "dit feit.
Hij doet een beroep op de commissie
om te weten of hare leden het recht heb
ben van, als leden «lei* com
missie, hunne ambtgenoten te beleedi-
gen en te kloineercn. Wat bewijzen van
onpartijdigheid heeft men dan nog
Maandag namiddag hield de herzienings
kommissie der Kamer van Volksvertegen
woordigers eene zitting. Er werden lange
redevoeringen uitgesproken door M.
Beernaert en M. Graux.
De achtbare minister van financiën heeft
opnieuw de ontwerpen der regeering ver
dedigd en zijne meening uitgedrukt dat de
ontwerpen va., "rère en Graux geene
rekening houden dan van het beginsel
doen aan de meerderheid der Kamer die
zicli ten voordeele der occupatie ver
klaard heeft.
M. Graux heeft alsdan langdurig zijn
stelsel uiteengedaan. Volgens hem komen
er in zijn ontwerp ernstige toegevingen
voor, daar hij even als in liet occupatie-
stelsel de geheel en al behoeftige burgers
uithe» kiezerskorps weert. Hij verklaart
dat de bekwaamheid alleen een ernstigen
grondslag voor het kiesrecht uitmaakt.
De redevoering van den Brusselschen af-
geveerdigde heett ruim eene uur en half
geduurd. Zij relde vooral over de redenen
waarom de onbekwamen moeten uitge
sloten worden.
M. Féron hpeft doen ogmorken dat het
voorstel Graux hel artikel 38 der Grond
wet in bespreking brengt.
Volgens dit artikel kunnen de Kamers
kieswetten stemmen en wijzigen bij stem
ming der meerderheid. De wijziging is
noodig, aangezien, volgens het voorstel
Graux, de kieswet alleen door eene meer
derheid der 2/3 van de stemmen '.zou kun
nen aangenomen worden.
Zaterdag komt de kommissie der XXI
opnieuw bijeen.
Maandag morgend hielden de leden der
rechterzij van de XXI van Senaat en
Kamer eene vergadering in het palcis der
Natie, ten einde maatregelen te nemen
tegenover de houding der linkerzij, die
hare ondersteuning weigert aan de voor
stellen van M. Beernaert. Al de leden der
kommissiën en de ministers van financiën
en binnenlandsche zaken woonden de zit
ting bij.
M. Woeste heeft zich niet heel en al
vijandig verklaard aan de voorsteilen van
M. Beernaert, maar hij heeft er bij ge
voegd dat het voorstel van MFrère zeer
ernstige waarborgen aanbiedt. Ilij is van
gevoelen dal in alle geval de cijns van li)
fr. en de bekwaamheidswet van 1883
goede grondslagen zouden zijn voor het
kiesrecht.
M. De Lantshcere, voorzitter der Ka
mer, heeft eenigzins de gedachten van
M. Woeste schijnen aan te nemen. Eenige
senators schijnen insgelijks de meening
van den afgeveerdigden van Aalst bij te
treden.
M. Beernaert heeft op krachtdadige
wijze de voorstellen van het gouverne-
menl verdedigd. Volgens hem geven deze
voorstellen voldoende waarborgen. De
achtbare minister verklaarde zijne voor
stellen in hun geheel te houden staan.
Coremans heeft aangedrongen op
het vereenvoudigen van liet kiesoxmaan.
dat in het voorstel-Beernaert aangeduid
ordt. De werklieden moeten gemakke
lijk toegang kunnen hebben tot het kie
zerskorps, zoowel in de stad als op den
buiten.
M. Beernaert sleedt deze zienswijze bij.
M. de Smet de Naeyer zegt in de kom
missiezitting van den namiddag statistie-
1 Vervolg.
Wat een vreemd samentreffen zegde hij pein
zend; en toch ben ik met verbaasd. Zulke soorten van
dingen gebeuren zoowel in het werkelijke leven als in
romans. Waai beid is zonderlinger dan verbeelding
zegt ergens een schrijver, ik weet niet meer welke,
maar bet is In alle geval een wijs man, een wonder
baar opmerker, om zulk een diep gedacht in zoo wei
nig woorden saam te vatten.
Het is inderdaad verwonderlijkantwoordde
Roger, aandachteloos, alsof bij met zijne gepeinzen op
eene geheel andere plaats was. Het toeval wil dat de
naam der plaats waar Zij
Weer met eene gro"te Z
Waar zij woont, voleindigde Axton. zich op die
doos bevindt. Maac, wat is uw gedacht daarover,
Fanks
Mijn gedacht vroeg Fanks. Wel dat is dat w(
nu het spoor hebben gevonden ter oplossing van heel
dat geheim.
Verschrikt staarde Axton zijnen vriend aan; geen
oord kwam hem over de lippen.
Zooals ik zeg, vervolgde Kanks, de pillendoos
m en weer keerendc, er met schuddende alsof hij ze
wilde doen spreken. Luister goed, mijne veronderstel
ling is niet moeilijk om tc begrijpen. Dc man, naatr
onbekend, komt hier heen en sterft kort na zijne aan
komst Men onderzoekt; uitspraak: zelfmoord! Flauwt
praat; ik zeg Moord En deze doos is de eerste scha
kel der ketting wnarmede ik den moordenaar zal vast
leggen. Doch, ii propos, zegde Fauks, wicn eene plot
selinge gedachte door het hoofd ging. hoe lang zijt gij
reeds hier te Jarlchesler 1
Eene werk of zoo wat.
Dan waart gij hier toen die man stierf
Hum 1 Verschoon mij dat ondervragen.
Vraag geen verschooning, zegde Roger, rustig ge
worden. Hoor me zooveel uit ulshetu lust. liet schijnt
eene tweede natuur te ziju bij u, detectives, iedere
te verdenken.
Verdenken 1 herhaalde Fanks op belcedigdcn
toon. Groote God, Axton. wat gaat u door het hoofd 1
Ik zou eerder mij zeiven verdenken dan u, kruitje-rorr
mij niet.'Maar ik ben er op uit deze zaak klaar te spin
nen en moet natuurlijk ook de personen uithooren die
met den doode onder liet zelfde uak woonden. Gij zgt
een v.n die personen; ergo dus, ik ondervraag u.
En over wat
Oh, over zeer vele dingen.
Welnu, vooruit; doch ik zeg u op voorhand dat
ik niets weet.
ken te zullen voorleggen die bewijzen dat
het occupatiestelsel in de steden meer
kiezers zou geven dan de cijns aan 10
frank.
Voor iedereen en voor den werkman
in 't bijzonder is de rechtbank eene der
slechte banken. Die daar naartoe moet,
buiten het. geval van noodzakelijkheid,
komt aan een slechl kantoor te recht.
De bank van leening is bijna zoo erg
als de influenza. Als zij u met m eens
doodt,dan zal zij u tocli stillekens aan alle
krachten ontnemen. Dus bij die bank
moet liet de werkman ook mei gaan
zoeken.
De toonbank, waar men zijn zuur
gewonnen centen aan druppels verdrinkt,
is alleen goed voor den baas, die de cen
ten opstrijkt, voor de anderen brengt
zij meestal armoede en verdere onheilen
aan.
Er zijn nog vele andere banken, die
evenmin deugen en die wij bijgevolg stil
zwijgend moeten voorby stappen.
Twee zijn er eventwel die wij den wer
kenden stand aanbevelen, dat is de
werkbank wij bedoelen den arbeid en
de spaarzaamheid.
De arbeid moet den schoorsteen doen
rooken liet is van den arbeid dat alles
moet komen.
Doch de arbeid kan nog niet helpen, de
arbeid kan niets duurzaams bewerk
stellingen als de spaarzaamheid met mee
helpt.
Men zegt dikwijls
Zet de tering
Naar de nering.
Dit beginsel moet men echter goed ver
staan, want anders zal het nog slechl
uitkomen. Iemand die b. v, alles verteert
wat hij verdient, zal nooit komen waar
hij zijn moet,dal wilt.zeggen op de spaar
bank.
Is do tijd slecht, is het werk schraal en
zijn de verdiensten klein, tracht dan de
tering le zetten naar de nering en zie toe
dat gij er meè rond komt.
Maar zijn de tijden beter en de verdien
sten grooter, leg dan een appeltje weg
voor den dorst, want vroeg of laat
komt het te pas.
Heeft de werkman niets gespaard dan
zal hij wel weldra in verlegenheid komen,
dat kan niet anders.
Immers er komen dagen en dikwijls
maar al te onverwacht dat gij niet meer
werken kunt. Kr komen tijden dat de op
voeding der kinderen wat meerkost. Er
komen oogenblikken dat ge aan uw zoon
of dochter een uitzet wilt geven. Ter oor-
zake van ziekte of bij het. vernieuwen van
't een of 't ander meubel moet gtj somtijds
eene buitengewone uitgave doen.
Hebt gij dan niets op de spaarbank,dan
moet gij naar de bank van leening en deze
is gewoonlijkde laatste van den werkman,
want hy weet wel wanneer hij er voor
de eerste maal naartoe gaat maar niet
wanneer hij voor de laatste maal zal
gaan.
Indien de arbeider, zegt onze Paus
Leo Xlll.in zijn Encycliek over de werk
manskwestie. - een loon verdient vol
doende om in zijn onderhoud en dat van
vrouw en kinderen te voorzien, dan
trachte hij door zijne wijsheid en spaar
zaamheid het zoo ver te brengen dat hij
zich een klein inkomen verzekere.»
Die woorden van den Paus zijn van
veel beleekenis, zoowel voor de werk
gevers, als voor de werklieden. Het is
duidelijk dat- Leo XIII veronderstelt
dat den loon des werkmans zoodanig
zij dat hij niet alleen genoeg verdient
om te leven, maar ook dat hij kan
overleggen, doch alleen wanneer hij
spaarzaam en verstandig is.
O die deugd, die heilzame deugd van
spaarzaamheid, indien zij meer werd
beoefend, wat al rampen zouden verhoed
worden en wat zouden er meer menschen
gelukkig zijn onder alle opzichten, niet
alleen voor hel tijdelijke maar ook voor
hot geestelijke.
Ik zal ii eens wat zeggeu, jonüiuan, sprak Fanks
op vaderlijken toon, gij moet wat opgeruimder worden.
Heel die liefde geschiedenis heeft u liet leven van dei)
zwarten kant doen iuzicn. Eeue overdosis van liefde,
poiizie en eenzaamheid maakt een tuau onbekwaam om
van helleven te genieten; zoodus als gij wijselijk wilt
handelen wat ge voor den oogenblik niet doet
en indien gij uwe zenuwen een weinig wilt in werking
zetten, help mij dan licht brengen in dit duistere ge
heim.
Ik vrees slechts een armzalig detective te vormen
Oclavius.
Dat blijtt te bewijzen. Ziehier, oude jongen. Ik
werd hierheen geroepen voor deze zaak en. daar de
w ijsgeer, ti van Jarlchester het. naar hunne meening
zoo goed hebben aan boord gelegd dat ik hier hei
vijfde «iel aan een wagen ben, wordt ik afgedankt,
doorgezonden coor Jarlchester et C>«. Doch, daar ik
weinig zulke belangwekkende zaken in hand- n krijg,
ga ik nu eens, voor mijn eigen voldoening, deze zaak
ophelderen.
Maar ik geloof dat bet bij u lieden eene ziekte is
overal uwen neus te willen insteken
Heel Juist. Wij noemen dat dctcctivekoorts.
i Werk met mij en ik zeg u op voorhand dat ge spoedig
i aan dezelfde ziekte m l lijden als ik.
i Neen, dank u; ik houd liever aan mgne vrijheid.
En aan uiets doen Wel. ga uw gang maar,
Roger. Als gij het geneesmiddel dat ik u voorschrijf
niet nemen wilt dan blijft ge maar ongenezen. Die on-
Ziedaar twee ondeugden,die reeds diepe
wortelen hebben geschoten in den tegen-
woordigen werkmansstand, en eene
menigte naar socialistische vereenigingen
naar ondergang en dood sleepen.
Welk is nu de plicht der ouders om
hunne kinderen van deze twee ondeugden
te bevrijden
A. De Dronkenschap
1° Zij moeten hunne kinderen eenen
afschrik inboezemen voor de dronken
schap. Als de oude Grieken afschuw voor
die ondeugd wilden inboezemen maakten
zij eenen slaaf dronken en toonden hem
in dien staat aan de opkomende jonkheid.
Thans moeten geene slaven meer dronken
gemaakt worden. Er loopen immers dron
kaards genoeg vogelvrij op de straat 1
2° Hun toonen dat de dronkenschap
eene menigte ziekten schenkt aan liet
menschelijk lichaam, dat zij talrijke
slachtoffers sleept naar het graf en dat
deze de verzwakking en ondergang van
een volk bewerkt.
3° De dronkenschap sticht ook nog
twist en tweedracht in de huisgezinnen,
geeft aanleiding tot vloeken en vechten,
ontrooft eer en laam aan hare gevoellooze
slachtoffers. Zij onderhoudt ook nog de
armoede en ellende in de ongelukkige
huisgezinnen.
B. De Ontucht
1° De godsdienstige plichten wel doen
onderhouden. Veel eerbied inboezemen
voor dc godsdienstige instellingen.
bewoorite liefde zal u zwaar op het liart drukken en
uwe gezondheid, uw arbeid zullen er onder lijden.
Beiden zullen ziek zijn, beste vriend, en tusschen
doktors en critickc» zoudt ge wel eens kwade dagen
kunnen beleven.
Maar wat onzin praat ge nu toch? riep Roger
uit, wijl hem eene rilling over het lijf liep.
Onzin Denkt ge dat Omdat ik n den rechten
weg aanwijs, dien ge volgen moet.... Evetiw
alles is de kwestie niet. ik bedoel mgne kwestie; en
daar go nu toch de detcctivekoorts niet h.-hhen wilt
wees dan ten minste een geneesmiddel en tracht mijne
ziekte te verjagen.
Vooruil dan, kameraad, zegde Axtoon cn, hg
keerde zijnen stoel derwijze dat hij zich goed n
liet vuur uitstrekken kon en tevens dat de schaduw
op zijn gczcht viel, zoodat Fanks er niet meer
open hoek op lezen kon.
Octavius haalde nu zijn geheimzinnig not .boekje
voor den dag, alsmede een klein potloodje, dat in zijne
zenuwachtige vingers ccne dramatische beteekenis
kreeg.
Ik ben gereed, zegde Fanks, den punt van zijn
potlood plaatsende op een nieuw onbeschreven blad.
Eerste vraag Kent gij den doude
Goede God. wat zou ik Ik weet zijn naam met.
ik weet met hoe bij er uii zag.
Gij hebt hem nooit gezien 1
Hoe zou ik lieiu ooit gezien hebben Ik ben hier
op zwerftocht in de omstreken, ga 's morgends vroeg
;n keer 's avonds laat weer. Deze persoon is ten
o ure aangekomen en ten 9 ure naar bed gegaan; ik
ben eerst ten 10 »rc naar huis gekeerd. In den nacht
heb ik hem niet gezien cn 's morgeus was hij dood.
En hot lijk hebt ge niet gezien
Neen, zegde Roger schrikkende; ik houd niet van
akelige bijzonderheden. Dichter, ja wel; maar mijne
inspiraties zoeken in het afgrijselijke, in den dood,
neeu dal niet. Ik ben niet van dc school Poé-Baude-
laire el C1".
Dat heb ik ook liever; maar wij zijn niet bijeen
om litteratuur tc bespreken. Ter zake, dus. Waarom
hebt gij het onderzoek niet bijgewoond
Wel, omdat ik er niet hij noodig was.
luderdaad, dat is ook een reden, merkte Fauks
op, ti rwijt hij vette Hjn<-n tcekende in ztjn boekje;
maar toch verwondert het mij dat men u niet als ge
tuige heeft opgeroepen.
Waarom dat Ik weet niets van de zaak.
In 't geheel niets
lu 't geheel niets I
Bij dit stellige antwoord sloeg M. Fanks'ontmoe-
digd zijn boekje toe, stak het met eenen zucht terug
in den zak cn wierp zijn potlood op de tafel voor zich.
Beste Roger, met zulke geneesmiddelen als gij is
mijn detective koorts si- ebt te geuezen.
Beu ik zulk een slecht geneesmiddel als dat
Welnu, dau zal ik u wat anders vertellen
Wordt (voortgezet.)