Zondag 26 Februari 1863. 10 centiemen per nummer. \TX" Jaar N. 27115. NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD VIN DE STAD EN 'T ARRONDISSEMENT AALST Politiek overzicht. MIJNHEER JUDAS Noodzakelijkheid van liet Onder-1 wijs der Natuurkunde wetenschappen inde humaniteit n Het einde der 19e eeuw. Trichinose. ABONNEMENTPimS Oil blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagleekening van den volgenden dag. De prijs ervan is 6 Irank 's jaars fr. 3.25 voor zes maanden lr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betaien De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwilanliën door de Post ontvangen, zijn ten laste van den schuldenaar Men schrijft in bij C VAK BE PUTTE-C1COSSENS, Korte-Zoutstraat, N. 31, en in alle Postkantoren des lands. DVERTENTIENPRIJS Per drukregel. Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnissen op 3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden met teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag avond. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich uitsluitend te wenden lot de Agencie Havas, te Brussel,32, Magdalena Straat en te Parijs, 8 Beursplaals. (Puris, 8 Place de la Bourse. Cuique suum. Aalst, *-£-» Februari 1 SOIt. Frankrijk.Pananicisohandaal. M.Carnol getuige.—Volgens den Figaro slaat aan liet hoófcl der lijst van getuigen, om gehoord te worden bij het proces we- j gens omkooping in «le Panama-zaak, de j president der republiek. M. Carnol is echter niet verplicht per soonlijk voor het hol' van assisen te ver schijnen. De voorzitter van het hof kan zich naar het Elyseum begeven, verge zeld van een griflier, om aldaar Carrot's getuigenis te vernemen en het door den griffier te lalen opteekenen. M. Carnot zal gehoord worden over de vraag, of hij de lijst der omgekochte par lementsleden heeft gekend, gelijk de oud- minister Yves Guyot ten aanhoorc van cenige personen in de couloirs der Kamer verklaard heeft. Jules Fern/ boven water. Het ont slag van M. Le Royer, voorzitter van den Senaat, brengt in Frankrijk eene sedert eenige jaren verdwenen figuur terug bo ven water, namelijk den oud-minister Jules Ferry. De verschillige linkergroepen van den Senaat daar zijn er 4 hielden dins dag eerst afzonderlijke vergaderingen om hunne kandidaten te benoemen. Daarna had eene algemeene vergade ring plaats waar er gestemd werd over de kandidaturen. Jules Ferry bekwam 87 stemmen, Magnin, 53; Challemel Lacour 7; Jules Simon, 2 De rechterzijde, die -15 leden telt, zal den doorslag geven, wanneer M. Magnin zijne kandidatuur staande houdt, anders is de kiezing van M. Ferry verzekerd. Jules Ferry zegepraalt thans omdat zijne hevigste bestrijders Clémenceau, Floquet, enz. wegens het Panamaschan daal tot machteloosheid zijn gebracht. De republikeinen van den Senaat zijn eensgezind om eenen krachtdadigen poli tieker aan zijn hoofd te stellen. Duischi.and. Het socialism le Ber lijn. Het socialism heeft te Berlijn eene nieuwe en beteekenisvolle overwinning behaald. Bij de verkiezingen voor het Gewerbe- gericht of Goedenmannenraad tc Berlijn, waartoe uit 42 stadsdistricten 210 werk gevers en 210 arbeiders moesten worden gekozen,hebben de socialisten niet slechts in alle klassen van arbeiders, maar in 2 stadsdistricten ook In de klasse van werk gevers de overwinning behaald.De uitslag is dat de socialisten over 't geheel gere- j kend, bij liet Gewerbcgericht over 219 i stemmen beschikken, tegenover 201 niet- socialisten. Italië. Lofrede op eenen mar telaar. Het moderne Italië heeft eenen nieuwenmartelaar Het ge kende parlementslid di Zerbi, onlangs aangehouden wegens de Panamino-knoei- erij, is overleden aan eene hartziekte alvorens zijn proces in behandeling kwam. zoodus juist op tijd, gelijk den berucluen baron do Reinach. Toen dinsdag de Kamervoorzitter Za- nardelli met bewogen stem Zerbi's over lijden meedeelde, en de minister-voorzit ter Giolitti er een soort van lijkrede aan toegevoegd bad, vroeg de afgeveerdige Casale liet woord om met overdrijving te verkondigen, dat Zerbi, de groote Zerbi eigenlijk gestorven w as aan onverdiend leed als slachtoffer voor hel onder verdenking gebrachte parlement, als zon- denbok, neen, als martelaar Dat er kreten van verbazing opgingen kan men gemakkelijk begrijpen, maar Casale schreeuwende boven alle pi otesten uit en hield nog eene extra lofrede op den moed van di Zerbi. Nog andere lofredenaars stonden op maar Bovio stuitte den stroom der huldi ging met den dwazen wensch, dat de justiciè zich door dit zoo merkwaardig sterfgeval niet van een verder onderzoek in de bankschandalen zou laten weerhou den En Bar. ilai sloot zich daarbij aan en bracht in, dal die overdrijving geheel on gepast was. Hiermee was de verheerlijking van den Panaininoknoeier in eens uit. Er stond trouwens nog meer sensatie te wachten. Met spanning voorzag het publiek, dat alle tribunes geheel vulde, eene interpel latie betreflende een interview van Crispi, door de Fan/ulla openbaar gemaakt. De voorzitter merkte echter op dat de tijd tot het doen van vragen verstreken was Daarom verzocht hij den afgeveerdigden, die nog vragen hadden te doen, deze uit te stellen, waaraan allen voldeden. Het pu bliek verliet daarop de tribune. Leo XIII. De Figaro verneemt ui- Rome dat D' Laponi; verontrust over de vermoeienissen die de Paus heeft te on derstaan, aan dezen streng de rust heeft voorgeschreven. De Paus is een weinig verkoud en zwak en op bevel van Dr Laponi heeft Z. II. zich in zijne vertrekken terug getrokken. Alle ontvangsten, zelfs dye der bui tengewone gezanten, zijn verschoven tot maandag. 14e Vervolg. Ik heb u reeds verstaan, '/egde Judas haastig. Die twee pillen, die er te veel zijn. werden door eene on bekende in de doos gevoegd. Zij hielden vergif in De arme Melstane nam er eene en stierf Nu zijt gij naar Dr Japix gegaan om liem de andere tc doen roeken. Volkomen nauwkeurig zegde Fanks, geheel verwonderd over den spoed, waarmee de apothekers- leerling heel de zaak vatte. Wel, mijnheer, ik hen niet blind, antwoordde Judas, die de verwondering op hét a ingericht van den detective las. En nu zoekt gij naar den onbekende die het vergif In de doos plaatste Ook juist. En om daartoe tc komen heb ik eerst noodig dat gij mij al n-gget wat gij neet over het leven van Mclstane, antwoordde Fanks, terwijl bij zijn no tabockjc voor den dag haalde Monsieur Guinaud zag peizende naar het vuur, daar na na de zoldering, opende dan weer heel wijd zijne pogen cu bleef zo gericht houden op M. Fanks. Het is moeilijk ora te beginnen, zegde hij, stil sprekende en als woog hy ieder woord. Laat mij toe dat ik mijne geschiedenis doe op mijne manier. Die arme Sebastian was een kunsicnaar, niet wat gij lieden noemt een kunstenaar voor den Lodener Salon, maar toch een goed schilder, met veel talent. Nu zes maanden geleden, te Londen, ontmoet hij eene lieve jonge dame, .Miss Marson, de dochter van een rijken heer dezer stad. Mijn vriend wordt smoorlijk verliefd op de jonge miss hij komt naar deze st d ora tiaar zijne liefde te bekennen en.... daar hoort hij dat de vader heeft besloten zijne dochter uit te huwelijken aan den rijken M. Sp Sp och met uwe cngel- sche namen hoe is het nu weer Spolger Juist dat is het. Ja, zij was beloofd aan dieu mil- lionairmaar onze Sebastian laat zich niet ontmoedi gen. Hier in dees huis komt hij in den kost en maakt v mij zijnen vriend. Hij vertelt mij heel de Ijefdcgeschie- denis. De vader der lieve miss wordt kwaad cu ver biedt mijnen vrieud zijne dochter te zien en haar te spreken. M ar het meisje heeft een hart, z(j is een en gel, zjj betuigd wederliefde aan mijnen vriend zij schrijve en spreken elkaar in het grheim, zander dat mijnheer de vader iets weet. Nu komt in dees kosthuis M. Axton Roger Axton riep Fanks. ofschoon hy oogenblik kelijk dezen uitroep betreurde. Tiens, kent gij die ook al vroeg Juü «s, met on- [Vervolg.) Hoe kan men gemakkelijk den tijd vin den om in de humaniteiten een voldoende natuurkundig onderwijs in te richten 1 Deze vraag zullen wij beantwoorden naar dc inlichtingen gegeven doorM.de Burlet, minister van Openbaar Onderwijs, in zijne redevoering der Kamerzitting .van 24 Januari j. 1., en die inzonderheid drij punten betreffen, namelijk: liet Grieksch, de mathesis en de geschiedenis. Vooreerst zal iedereen die rechtzinnig, onpartijdig en zonder vooringenomenheid redeneeren wil,met ons moeten bekennen, dat tegenwoordig de studenten, noch in de vrije, noch in de offlcieele gestichten, de Orieksche taal genoegzaam machtig zijn om de schoonheden harer letterkunde, en de eigenaardigheid van haren schrijft rant, bij middel van don oorspronkelyken tekst te besludeeren. Iedereen weet, dat men te dien einde min of meer goed gemaakte vertaling bezigt. Bijgevolg is het niet noodig,om te -.veten wat en hoe dc* Grieken geschreven hebben,uren en uren op de an tieke vormen van Homerus, Demosthenes, Plutarchus, enz., te zitten knoeien men kon evengoed hunne Fransche of Vlaam- sclie vertaling uitleggenen aanleeren. Om deGrieksche taal behoorlijk te ken nen en uit hare studie het gewensclite nut te trekken, zou men er veel meer tijd moe ten kunnen aan besteden hetgeen m dc tegenwoordige omstandigheden gansch onmogelijk geworden is. Hier stooten wij op de klassieke oude opwerping niettegenstaande dat alles, ontwikkelt toch het Grieksch, op wonder bare wijze, de verstand vermogens derge nen die er zich op toe leggen. Bemerk wel, wij loochenen zulks in 't geheel niet. Doch, men zal ons toelaten eens te vragen.welke juist dc vereischte hoedanigheden zijn die een vak moet bezitten,om op die versland- ontwikkelende eigenschappen te mogen aanspraak maken; en dan, na eene duide lijke bepaling derzelve, zullen wij eens onderzoeken of soms andere vakken,zooals de natuurkunde of de moderne talen, ook deze hoedanigheden niet in zich besluiten, end-«zelfden heilzamen invloed op 'tver stand niet zouden kunnen uitoefenen. Maar, zal men zeggen, de studie van 't Grieksch heeft hare proef onderstaan, en eene eeuwenlange ondervinding heeft baar nul bewezen, 't Zij zoodoch de wetenschappen, die nog onder zooveel andere oogpunten nuttigen aanbevelingswaardig zijn,zouden die ook aan die proef niet eens mogen on derworpen werden Anders is de weder legging van dit punt onmogelijk, en de opwerper beeft noodzakelijk gelijk. De uitslag, wij zijn er van verzekerd, zou ten minste even gunstig wezen. Ziehier hoe M. Heynen, afgeveerdigde van Neufch&teau, in de Kamerzitting van 16 December 1. 1. zich over den huidigen toestand van de humaniteiten uitdrukt •- Hel is droevig om zien hoe de kinde ren geplaagd worden met droge en nutte- looze oefeningen over woorden, woord vormingen en klanken, die tegenwoordig heel en gansch buiten gebruik zijn. 't Is het verstand vermoeien't is eerder de zenuwcentrums verlammen en afmatten dan ze oefenen en ontwikkelen. Het is te verstaan dal men ten tijde der - Renais sance," wanneer alles le lierinrichlen was, de overblijfsels der Grieksche sohijvers bijeen verzameld, en zich sterk op de studie dezer letterkunde toegelegd heeft maar sedertdien zijn de wetenschappen ontstaan en nog alle dagen komen er nieu we te voorschijn. Waarom, zegt M. Hey nen, sprekende van de Geschiedenis, uren en uren den geesi der kinderen opproppen met legenden, fabelen en verdicli'sels uit den duisteren,onzekeren, ouden tijd, wan neer er zooveel zekere, nuttige en belang rijke hedendaagsclie zaken aan te leeren zijn, dat 's menschenleven er niet toerei kend voor is De studiën wat gemoder niseerd",en onze jongeliugen zullen tot alles bekwaam zijnzij zullen op de hoogte wezen van dien tijd dien zij beleven, en doordekennissen die zij opgedaan hebben, geen honderd jaar ineer achteruit staan in de tegenwoordige samenleving. Want, men mag met rede zeggen, dat zij die aan de natuurwetenschappen gansch vreemd zijn, niet meer tot hunnen tijd hehooren, maar honderd jaar te laat op de wereld zijn gekomen.» Deze rede werd door M. Nyssens, Iec- raar aan de Katholieke Hooge.-chool van Leuven, en door nog menige andere der bijzonderste kamerleden,herhaalde malen, in korte doch beteekenisvolle onderbre kingen, goedgekeurd en bevestigd. In zijn antwoord op de redevoering van M. Heynen, heeft M. de Burlet, minister van openbaar onderwijs, de volgende ver klaringen afgelegd. Ten eerste, het ter studie leggen der vraag, of het niet ge raadzaam wezen zou het Grieksch te ver schuiven tol in de derde Latijnsche klas Persoonlijk, zegt M. de minister, houd ik den maatregel voor gemakkelijk uitvoer baar en zelfs nuttig. Ons dunkens ware het dan even doel matig liet Grieksch maar in eens af te schaffen want indien men nu zelfs niet in staat is iets aanmerkenswaardigs voort te brengen, zou het er dan ongetw ijfeld geheel en gansch meè gedaan zijn. 'tZou de genadeslag wezen, tenzij men van plan ware zich te bepalen bij het aanleeren der w ortelvormen, en eeniger andere bijzon derheden, die in verdere studiën kunnen te pas komen of zelfs onmisbaar zijn. Wat de mathesis en de geschiedenis be treft, zegt M. de minister zou men de pro gramma's merkelijk kunnen verminderen, met hei natuurlijk gevolg dat hun onder wijs veel meer nut zou opleveren de bijzonderste stoffen zouden grondiger be studeerd worden en beter in 't geheugen derzockcnden blik. Het is coed Het is goed Ik ken hem, sprak Fanks, ongeduldig niet de band wuivende Ga voort. Monsieur Guinaud. Zooals gc wilt. Deze M. Roger bemint de schoone Miss Varlins Eb verstaat ge mij Hij komt in hei huis en is dc vriond van den vader met Sebastiacn is hij daarentegen in vijandschap. Monsieur Roger zegt aan Miss Varlins alles over de betrekkingen tiisschen Miss Marson en mijnen vriend. Woede van M. Marson. Dc dochter wordt in gezelschap van Miss Var.'ins naar het eil lid Wight gezonden, waar ook Roger in augus tus de vacant ie gaat doorbrengen. Sebistiau bekreunt zich om niets en blijft hier. Als zy tcrugkccrcn gaat Miss Marson niet meer uit zonder Miss Varlins, zoodat alle ontmoetingen met mijnen vriend onmogelijk zijn Daarop bcleedigt Sebastian M. Roger cn scheldt hem uit voor verrader cn gerneene kerel, In, October, ver laat M, Roger deze stad. Hy vertrekt waarheen vroeg Fanks, terwijl by nota naam van de maand. Dat weet ik niet, antwoordde Judas geheimzin nig. Monsieur Hoger is mijn vriend niet ln november zegt nij Scbasliaan het is g'Cd.lk ga naar Jarlehester- W. t bedoelde hij daarm. het is goed Ziet ge, hier ben ik in de duisternis. Hij had een bezoek gébracht in het huis van.... hoe heet nu weert Gc meent bij Spolger t Ja hij was met dien heer gaan klappen over zyne liefde voor Miss Marson. Toen hij terug naar dees huis kwam, zegde hij Het is goed ik ga naar Jarlcheslcr Niets meer. De arme Scbastiaan verlaat deze slad cn ik zie hem niet meer lenig Eene samenkomst tusschcn Mclstane en Spolger kan moeilijk iets goed betcckend hebben, zegde Fanks lerwijl hij den Franschman scherp bezag. Zie, daar weet ik niets van, antwoordde Judas aan zyne ongen hunnen meest schuldcloozcn blik gevend. Maar waar rn, duivel, koos Melstanc Jarlehester uil, tusschen alle andere plaatsen der wereld Ik lub u alles verteld wat ik wist, wedervoer Guinaud met een volmaakte nederigheid. Fanks was in zich zeiven van het tegenover gestelde overtuigd, maar liet niets blijken, En dat is nu al wal ge weet, herhaalde hij. Dat werpt niet te veel licht in de tnoord, mijn beste. Wachl een oogeiiblik. zegde Judas ernstig. Den avond vóórdat mijn vriend vertrok, hield Miss Varlins inet haar rijtuig stil voor <h n winkel van W'osk, Zy zegde mij dat /ij nergens een postzegel kon vicden vroeg of ik er haar geen bezorgen kon. Ik antwoord van ja. geef haar den postzegel en terw ijl rij den brief op den toog legt om hem er op te |d Aken, zie ik... Den naam 1 Hel adies V Ja, antwoordde Judas rustig Monsieur Roge Axton. - Jarlehester. Nu, wat deukt ge daar over? In het geheel niets 1 gaf Fanks koelbloedig ten geprent blijven aldus zou men ook veel tijd winnen. De natuurlijke wetenschap pen worden tusschen de verplichtende vakken gerekend in alle de afdeelingen der humaniteiten plantenkunde, een jaar dierkunde met begrippen van ont leedkunde, levens- en gezondheidsleer, een jaar physika, twee jaren scheikun de, delfstofkunde en aardkunde (minéra- logie et géologie), een jaar. Ziedaar den staal van zaken in dc scho len van den Staat. Het natuurkundig pro gramma, dat onder het beheer van mi nister Van Humbeeck eene ongereimde uitbreiding gekregen had, en men weet waarom, heelt M. de Burlet lot het juist noodzakelijke teruggebracht. üp die manier kan men in de Colleges, waar dit programma min of meer in voege zou kouien door eene grondige stu die der Latijnsche taal de oude klassieke humaniteiten behouden en zelfs bevorde ren en terzelfder tijd zouden zij aan de hedendaagsclie noodwendigheden voldoen door liet onderwijs der moderne lalen, en liet inrichten van eenen beknoplen, doch doelmatigen cursus van natuurkunde. Soortgelijk programma is nog in voege in al de gymnasium's van Duitschla;. in al de lycees van Frankrijk, en in een groot getal Colleges van seculiere pries ters, der bisdommen van Doornijk, Namen ■n Luik. Niemand zal toch durven bewe ren dat men daarom in al die gestichten aan de humaniteiten eene verkeerde rich ting heeft gegeven en ze van hun hoofd zakelijk doel heeft afgetrokken in een woord, dat men zich daar overal zou be drogen hebben en dat liet maar alléén in liet betrekkelijk allerkleinst getal Col leges is, waar de natuurkunde niet on derwezen wordt, dat men nog oprechte humaniteiten zou bezitten. Men gelieve wel in acht ie nemen dat ons doel hoegenaamd niet is den tegen- woordigen toestand van 't onderwijs te beknibbelen, en nog veel minder hem te willen hervormen, zulks laten wij aan bevoegde mannen over. Wij zitten slechts op eenen kijker van waar wij den gang der wereld gadeslaan, en maar eenvou- diglijk den loop der gebeurtenissen met hunne noodzakelijke gevolgen aanleeke- nen en bespreken. Valerius. (Wordt voortgezet.) Men mag zeggen dat het moorden,bran den, doodslaan, echtbreken, vergiftigen en stelen, bij het eindigen der 19e eeuw, op eene groolsche manier gepleegd wordt. Wij gelooven niet dat er ooit eenegroo- ter en machtiger beweging in de wereld der misdaden heeft bestaan, dan wel tegen woordig. Nochtans zou de 19e eeuw het uitvloei sel moeten zijn van d o. gezegende on wen teling, op het laatst der vcrledcne eeuw voltrokken. antwoord. Miss Varlins schreef naar Roger Axton te Jarlcheslcr. Wat wil dal zeggen Ik wist «lat Axton daar was ik heb er lu-ni gezien- Is dat zoo zegde Judas, terwijl een dnivelacbti- ge lach op zijn ge'aat zichtbaar werd. luster dan. En zich voorover buigende, naar het oor van den detective, sprak hij als een zucht. Alvorens tc vertrekken hccfl Axton morphina pillen gekocht Mclslane komt naar Jarlehester, de twee mannen ontmoeten elkander Het zijn vijanden, de arme Melstane sterft door morphina. Ilcgrepeu Zoudt ge daan willen beweeren dat Axton Mel- slanc heeft vermoord riep Facks uit. die zich vruch teloos trachtte te bedwingen. Mijnheer Judas spreidde andermaal de handen uit. Ik zeg mets, mijnheer. Maar tusschen die man nen beslaat vijandschap. Dc ccnc bezit morphina pil len, de andere sterft er van... Maar nog eens, ik zeg niets, ik weet niets. Ik geloof dat gij genoeg hebt gezegd, viel Fanks hem koud in de rede wat meer is, ik geloof u niet... Monsieur Springt niet op uw peerd. M, Guinaud -. ik meen wat ik zeg en t<-n einde dil alles klaar le spinucn, zal ik oniuiddc ijk Axton naar hier doen komen om de zaak uit le leggen. Hij /a: enkel kunnen zeggen wat ik verklaar. Dat is een kwestie van opvatting. Monsieur 1 riep den franschman woedend. Toen beloofde men ons dat wij, eer wij honderd jaar verder zouden zijn, een we reldje van verlichting, beschaving, ver zachting der zeden, uitroeiing van alle misdaden zouden beleven kortom, een aardsch paradijs. Wij zouden scholen, maargeene gevan genissen meer hebben de kazernen zou den er niet meer noodig zijn, wanlde oor log zou letterlijk zijn uitgedoofd. Het ziet er inderdaad lief uit met die ge lukzalige profetie 1 De volken staan van kop tot teen ge wapend, gereed om elkaar broederlijk te verscheuren en in het bijzonder leven nemen de misdaden >.oo gruwelijk toe dat men ernstig vraagt, of al die toegevend heid voor schurken en dieven, geene val- sche theoriën zijn. Men vraagt of men geen ongelijk heeft gehad, de strafwetboeken van een aantal strenge bepalingen te ontdoen, en de hee ren dieven en moordenaars zoo genadig lijk te behandelen in de gevanissen, als kinderen, die niet wisten wat zij deden. Die genadige behandeling heeft niets bijgebracht om de misdaden ie doen ver minderen, en de mensch van fin de siècle is in waarheid soms nog barbaarscherdan de barbaren van Congoland. 't Is de mode, in onze eeuw, beleefd cn toegevend te zijn met de schurken, zelfs meer dan met fatsoenlijkemenschendoch er zal een tijd komen dat men zien zal, dat men ook hierin heeft gedwaald, en men, in meer dan een geval, zal moeten terugkeeren tot de meer vaste strengheid van de oude wetgeving. Fin de sièclehet einde der 19* eeuw. toont aan dat eerlijke menschen, in alles meer en meer de rol der bedrogenen spe len. De Moniteur bevat de behoedmiddelen tegen de trichinose, de ziekte, aan welke de mensch, ten gevolge van het eten van aangetast varkensvleesch, op korten tijd sterven kan. Ziehier den minislerieelen omzendbrief aan de gouverneurs, waarop wij de aan dacht van het publiek vestigen Bij omzendbrief van 28 april 1881, heeft de heer minister van binnenlandsche zaken die, te dezen tijde,den gezondheids dienst in zijne bevoegdheden had, uwe aandacht geroepen op liet gevaar dat het verbruik oplevert van Amerikaansch ingevoerd varkensvleesch, verdacht van trichinen te bevatten. Geen geval van trichinose op den mensch was alsdan in het land vastgesteld geweest, maar, in tegenwoordigheid der vrees die zich elders openbaarde en der maatregels die, namelijk in Frankrijk, genomen werden, had de regeering den hoogeren gezondheidsraad geraadpleegd, om te weten welke voorzorgen dienden Mijnheer antwoordde de koele Kngclschman. De mannen waren recht gesprongen en stonden nu tegenover een Fanks koud en somber, Judas zichtbaar ontroerd, met zijne oogen toegeknepen hunne ge vaarlijke uitdrukking. Hij loerde gelijk ren tijger, die zijnen opsprong gaat wagen maar Fanks hield hem door zijnen vasten hlik in bedwang. Ten slotte schoot Judas in eenen schaterlach slapte achteruit en boog het hoofc, onderdanig Laat ons niet twisten, ik bid u, mijuhecr, zegde hij beleefd als M. Roger naar hier komt, zult gij zien dat ik gelijk had. Tot op dil oogenblik, antwoordde Octavius, ter wijl hij zijne overjas aanschoot, lot op dit oogenblik, hoeven wij elkaar uiel meer te zien. Zooals het mijnheer lieiiell. Vaarwel. Monsieur Guinaud. Tot weérziens, mijnheer, Ik zeg li vaarwel Wel ja cn'ik antwoord tot weérziens I Octavius keerde zich om zonder nog een noord te zeggen en verliet het vertrek. In dm gang ontmoette hij Mee. Rioter, die nog altijd rondliep met dc hoop op den souper. Zij geleidde Fanks tot aan de deur en met zichhareu neerzin liet zij hem de gevangenis vet laten. Onderlusschen leunde Mijnheer Judas, alleen ge- Ideven, tegen den scliounsteen en een glimlach tee- kende zich op zijn kwaad gezicht, (Wordt voortgezel.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1893 | | pagina 1