Pol en Stant G lil PK A Landbouw ARMS PETRUS! Denderleeuw Loetvlc °v<->;s™°t<! Plaatsgebrek ÏÏC.cCke"Jlv,ofait,"iri"" Minister De Bruyn en Paster Daens. Antwoordende op de redevoering van onzen Redder, zegde minister De Bruyn in de Kamer aAl wat Paster Daens zegt is precies geen Evangelie. a Ik geloof 't wel 1 Vraagt het liever aan Mgr den Bisschop van Qent Maar Zijne Hoogweerdigheid deed er minder doekskens aan om te zoggen dat onzen merteleer met spek schiet. 't Is waar ook, Hij had hem op heeter daad betrapt. Onze merteleer krijgt eene schoone reputatie Pol is bezig met chimiek te strooien op zij nen meersch en Stant komt toe Stant. Wel, Pol, wat doet ge nu (HA Wat zaait gij Qrv-y' daarin uw ges/ ffl f /s** Moet er daar anders iets op groeien dan hooi Pol. Neen't, Stant, anders niets als hooi maar 'k zou geern hebben dat er van dees jaar nen ki er veel hooi opgroeit, Stant, en daarom ben ik bezig met 't ges nen keer goed te peperen t Stant. Schooner om schooner, Pol; 't ges peperen, daar peper op strooien, dat en heb ik van mijn leven nog niet hooreu zeggen. Popor strooiëu op prin- cessen mot botersaus, dat versta ik, Pol, maar op 't ges, dat schijnt mij te veel aardig P°l. Ach, Stant, daar zijn alzoo zooveel dingen op den boer die de steè- mannekens niet en verstaan, maar 'k zal - gaan uitleggen. Weet gij, Stant, welko do beste middel is om nen ezel, zoo oud als de straat en zoo lui als een mosselpeerd, nog nen keer flinks te zien loopen Stant. Neen ik, Pol, dat weetik ook niet, en hoe gaat dat R°L- Maar 't is «r-nvoudig, Stant wrijft hem een handvolleken peper juist op de gepaste plaats onder zijnen kodden, en roef I I)e kerel is weg, zoo flinks als nen haas 1 Stant. Wel, Pol, gij en zult u ook nooit me beteren, man. als wierdtgij zoo oud als Mathusalem, dan nog zult gij grappen «laan I Rol. Ja maar, Stant, 'ten is maar om u de zaak goed te doen verstaan als ik zoo ook aan mijn ges een goei handvol peper onder de steert wrijf, dat is 't ook seflens, niet aan 't loopen, Stant, maar aan 't groeien dat het een plezier is; hebt ge het beet Stant. Wel, Pol, wat dat de paper toch kan te weeg brengen Rol. Ja, Stant, maar in de plaats van peper, is 't chimiek die ik hiorop mijn ges strooi, en dat is een vet dat wij hier volstrekt noodig hebben om iets te wiuuen op ons meerschen Stant. Ja, nu versta ik u goed, Pol; maar ik wist waarlijk niet dat de meer schen ook moesten gevet worden ik meende dat 't ges van zelfs groot wierd. Pol. Er zijn meerschen genoeg, waar dat 't alzoo is, Stantmaar dat zijn vloeimeerschen, 't is to zeggen, meer schen die 's winters door de waters van stroomen ot rivieren onderstaau en op die maaier een vet ontvangen, dat door Seen ander en kan goramplaceerd wor- on maar hier, Stant, i«\niot vetten, niet opdoen Stant. Ja, Pol, don boer moet kier toch schrikkelijk travakken en zorgen om tot iets te komen Rol. Zoo is 't, Stant; maar we leven toch weèr al op goei hoop 't weerzoo schrikkelijk slecht tot over veertien da gen, is voor de moment opperbest en ge ziet de vruchten en 't ges veranderen bij d uur, zoodanig dat we mogen peinzen dat 't jaar 95 een goed jaar zou kunnen zijn voor d'opbrengst Stant. man, dat we daar mannen zitten hebben f in de Kamer met haar op hun tanden VCFllOOr want gelijk die ruige socialisten daar r; moer en ambras maken, en alles willen tegenwerken en omversmijten, dat is te schrikkelijk Stant. Hebben ze nu weérom iets bezonders uitgestoken, Pol Pol.—Zwijg me daarvan, Stant als ge dat nu peist, dat ze daar durven pu bliek in de Kamers uitkraaien, dat hier ook in ons landeken do commune moet uitgeroepen worden gelijk in Frankrijk Stant. De commune, Pol, wat is dat? Pol. Ha, Stant, 't is weeral kozzen Tist die mii dat gexplikeerd heeft. Do commune, dat is do revolutie Dat is moorden en branden Dat is de koning weg Dat is alle overheid en alle gezag weg Dat is de priesters wegjagen De kerken plunderen en sluiten 1 Dat is de kristeue menschen vervolgen Dat is stelen en pakken overal waar die sloe- wers aan kunnen 1 Stant. Wel heiligen steenweg Pol, waar gaat dat naartoe Waarom en ste ken ze die mannen niet seffens in 't kot, die alzoo durven spreken Waarom en raabraken ze die slangevellen niet in de moment zelve Rol. Ja, Stant, ik zei dat ook tegen kozzen Tist; maar hij explikeerde mij dat die mannen in de Kamer inviolabel zijn Stant. Wat is dat nu, Pol 1'ol. Hewel, Stant, 'k heb er twee dagen werk meè gehad om dat woord t'onthouden; maar dat beteekeut dat die kerels daar in de Kamer mogen zeggen dat ze willen en dat men hen daar uicts kan voor doen. Stant. Dat is volgens mij een regle ment van den hond zijn broek, Pol; en ware kik daar meester, ze zouden ze moe ten zien wat dat ze daar vertellen, of het —are er op Pol. G'hebt gelijk, Stantmaar dat is al aardig met die groot»; reglementen daar verstaat den duivel hem niet aan I Stant. Eu zeggen, Pol, dat er men schen zijn die voor die leelijke socialistou durven stemmen I Pol. En zeggen, Stant, dat er men schen zijn die er op roemen op hunnen titel van kristcne volksvrienden en die met dat affreus gespuis van die socialisten meêdoen I Stant. Ja, Pol, 't zijn mij de volks- vriendekens, die gasten 1 Maar laat ze nog nen keer afkomen Dat er nog nen keer eenen van dien boel zijnen voet in mijn huis zet, mijn Trien is in staat van Rol. En dat ze hier nog nen keer alkomen, Stant, met al hun prullekes en schoone beloften, 't zal er mij lief uit zien Stant. Ik zeg. Pol, vivan ons katho lieke leering en vivan de mannen die ze volgen, en al ander kloddcmaus buiten Rol. Dat is 'tvoosken dat wo hier ook schuifelen, Stant, en dat wo zullen schui felen zoolang als er asem is Stant. Alia, Pol, tot later, en laat ons hopen dat er meè den aausiaauden Paschen vele van die ongelukkige en misleidde mannen zullen terugkeereu naar 't goed en naar onzen lieven Heer. Rol. Daar lezen wij alle avonden nen vaderons voor, ik en mijn Ka, Stant want 't moet van ons Heer komen of ders is de wereld om zeep Stant. Ja, Pol, laat er ons voor le zen en daarentusschen met goed betrou wen ons beste doen. Salut, Pol Pol. Den vriendelijken goeiën dag, Stant, en tot de naaste week 1 de plechtige belofte gedaan dat, zoo gij gekozen waart,de landbouw zou herleven, dat het zou beteren tijd worden en de slechte tijd blijft duren. Onze vertegen woordiger, zeggen de boeren, heeft wel over den landbouw in de Kamer gespro- De vertegeuwoordiger dor Aalstorsche ^en, maar hij heeft nog geenen enkelen socialisten, liberalen en misleide lieden, maatregel voorgesteld om den slechten gewaardigt zich vau op zekere dagen een l'J'' te n verdwijnen. Klappen zijn opeubaar verhoor te houden om de gele- f geeneoorden, zeggen ze.... genheid te geven hem persoonlijk te spre- i Wetg. Merteleer. - Wel wat zijn die keu en diensten te vragen. j menschen haastig, M. Van Dvek Zeg hun dat ik de plechtige belofte heb ge daan van 1.- zoekeu of 't niet mogelijk is de pachten te doen afslaan... en... Al. F an Dyek. Ah ge moet nu nog gaan zoeki a Als 't zoo is ga ik morgen de boeren ergaderen en hun voorstellen eene inschrijving te openen om u 't lau- teerntje van Diogenes aan te bieden.... Ge zult dan misschien 't middel wel wat eorder ontdekken. (M. Vau Dyck trekt er al grollende van door zonder gne i, udag.) Roosje. -- Nog al eenen die er vies uitziet.... Kom maar binnen Puydt. Dan wordt de Puydt binnengelaten en zegt Awée, menheer de preseutant, 'k ben onlangs ter statie in den convooi gekropen van eerste klas, zonder kapon en de gatdr heeft me gekoligierd, en.... en... en., 'k zou er willen van af zen... Wetg. Merteleer. Wel, wie heeft u dit gedacht van reizen gegeven De Puydt. Gij... gij... gij, menheer de paster... 'k nieindeda ge de waorheid zegdet, als ge ons beloofd hebt, dat wij voor nikskeu met den convooi inochteu rijden. Wetg. Merteleer. Waar reed ge. naar toe t- De Puydt. Ner Brussel, nor de kamers om a eens te hooreu klappen... Wetg. Merteleer. 'K kan er niksken aan doen.... De Puydt. Hoe geu kentj er na mksken aar. doen... en a beloften ?'t zal a gedenken,kom nog eens langs de sassen Wetg. Merteleer. Wat bedreigin- ten Roosje! Roosje roept Spriet chuylenput eens.... Watten watten bedreigingen wat zijn dat voor ma nieren I (De Puydt vlucht de straat op roe pende Ik zal a wel vinden, valscheu belover Roosje. - - M. do preseutant, er is nog iemaud, mag hij binueu komen 't Is menheer Deegvos M. Deegvos. Bonjour M. Ie Repré- - - t sentant.... Hola ik vergrijp mij. In Wetg. Merteleer. Goed!.... Laat I Vlaanderen Vlaamsch Den hertelijken mij dat (Jat stuk hier; ik zal het op mijn I goeden dag, beste vriend Merteleer., Roosje de meid, heeft het spreekplaats ken zuivertjes opgeschikt; meubels, stoe len, schouwgarnituur, tot de liedjeszan gers-schilderijen van broèr Pie toe, zijn zorgvuldig afgestoft. Voor de ronde tali 1 beladen met boeken, papieren on dag bladen van allen aard, neemt de merte leer plaats in eenen sierlijken leunstoel Roosje op haar zondagsch uitgedoscht, met witten voorschoot, is gelast de be zoekers binnen to leiden. 't Is negen uren geslagen ea 't verhoor vangt aan. M. Moeutjaard wordt de eerste ont vangen. Bij zijne verschijning, springt do merteleer recht, vliegt naar M. Moent- jaard en drukt hem vuriglijk de hand zeggende Wel allerbeste vriend wat geluk Tan u hier te zien Wat verlangt gij, spreekt... M. Moentjaard. Om u met 't doel van mijn bezoek bekend te maken, zal ik u zoo maar zouder er doekskens om te winden, zeggen dat uwe vrienden van Zoutstraatpoort en Hoogstraat, zeerwel de genegenheid begrijpen die gij, in de Kamer, voor de zotten van Ghcel en an dere plaatsen toont. Moest dit ongeluk iemand van ons trefiou, wij zouden toch, dank aan u, op eene voortreffelijke be handeling mogen tellen en dat is braaf, zeer braaf van u... Wetgever Merteleer. Voorzeker. Triend Moentjaard, en om er mij wel over te verzekeren ben ik reeds twee maal te Gheel geweest. M. Moentjaard. Zeer braaf van u, herhaal ik, maar er zou toch wat moeten gezorgd worden voor menschen die, we gens orgeldraaierij, gevecht enz. enz. in 't pensionaat van Dendermonde moeten gaan liggen. Ik heb daar onlangs een be zoek gebracht en zie ik heb de klachten aangeteekend die de pensionairs tegen hun goesting, mij hebben gedaan... Eu ook vele werklieden beginnen te zeggen, dat al die beloften van opslag der daghuur maar eene bedriegerij is ;ge verstaat wel, er is nog geen half centje bij gekomen. Wij hebben onlangs doen opmerken dat den wel ede len hooggeboren Petrus Daeus een stuk land had gekocht, terwijl er volgens hem te Aalst dagelijks men schen stierven van honger en koude, terwijl zijn doorluchtige broeder in de Kamer uit riep Ik en onzen Pie, wij geven sedert 25 j aren al onzen overschot aan den armen,)» terwijl die twee volks vrien den de arme dutsen die bij hen kwamen A la bonne heure, Pol dat i klagen, 'nen 'n band naar het t. Arm nirnnl cr» oQ,M.l ,1. i hoor ik geeru zeggen want alles is toch zoo goedkoop, en den hoor maakt toch zoo weinig geld 1 Stant. 't Is waar, Stant; maar het zal toe11 beteren ons katholieke presen- tanten doen al wat dat zo kunnen om ons t'he.lpeu en t'oudersteuuon. Stant. Zoo dan, Pol Rol. Ja, Stantde rechten op den tot-bak gaan wegvliegen, de grondlasten zullen verminderen, de vuile margarine gaat belast worden, den boer dio een beest verliest gaat nu oratrout geheel den prijs van zijn beest terug trekken, en die jongens die moeten soldaat worden, gaan nu van 20 tot 30 franken trekken in de maand Stant. Van wie weet ge dat, Pol I'ol. Ja, dat weet ik goed, man mijnen kozzen Tist is op courant van al les, en hij zegt dat M. Woeste en M. De Saedeleer en M. Diericx in do Kamer hun strengen trekken gelijk labeurpeer- den om te spreken voor den boer I Stant. Maar, Pol, heeft de merte leer daar niet tegen gewerkt tegen die 30 franken voor de soldaten Pol.Jajaai, Stant, zeker heeft hij daar tegen gewerkt en hij heeft hij daar publiek gezeid in de Kamer dat 10 frau- ken genoeg waren voor de jongens die naar den armee moeten; maar daar heb ben daar andere mannen geparlassaut en 't is zwierig door gegaan, Stant. Stant. Dat is wel, Pol, en ons ka tholieke preseiitanten halen en ecre van 'tzijnzulko mannen dat we moeten heb ben 1 Pol, Ja, Stant, wij zijn gelukkig, Armbureel en naar Stadsbestuur zonden, zeggende Wij ook zijn arm Dat vervloekt stuk land moetopPie zijne maag liggen, want ziehier wat hij, na lange weken gezwegen te hebben over die rijke-vrekken-streek, in zijn gazet van zondag schrijft u Och no man van ons kennis vraagt om hom een plekske land van 1800 fr. te koopeuwij brengen daarvoor eenige akties te gelde..:... Och Ileero 1 't arm schaap 1 hij ver koopt eenige (bemerkt wel, werklieden 1 eenigo van den stapel aktiën die hij met zijnen Werkman met 't zweet van boer en werkman jaren lang heeft op hoopen gelegd I - Eenige maar 1 En Denderbode, die deugeniet, die lapper, die slokal, durft daarop spreken En die Denderbode zegt niemendale wanneor audere burgers ook eens land en huizen koopen Ha' is waar, arme jongen 1 Dat is waar Zoo moet go spreken, zegt Bert Maar, arme Pie, ge vergeet dat die andore Burgers niet, zoo als gij, altijd putten in d'aarde klagen dat zij de rijke menschen niet dagelijks verwijten, omdat zij ion» ook eon stuk land koopen dat vele dier rijken de arme lieden met hunne penningen krachtig bijstaan, alhoewel zij nochtans niet, zoo als gij, in de Kamers doen uitroepen, dat zij al hnnuon over- schot te grabbelen werpen 1 Verstaat gij nu, arme Pie, waarom wij aan 't publiek bobben kenbaar gemaakt dat gij in 't putjo van den winter land koopt r 'T is om uw valsch masker van armo jongen en van volksvriend af te rukken. gemak eens nazien en er in de Kamers over handelen. 'K heb zeer weinigen tijd, M. Moentjaard en dus tot wederzieus. M. Moentjaard. (Zich verwijde rende). Mij alzoo afscheppen, mijne pas geven... Hij zal or in de Kamers eens over spreken 1... Over spreken... ja, zee veren I... Beloven kost niets 1... Roosje. Dien ziet er vies uit... Ah hier is M. Arabi. Arabï, trekt binnen en de merteleer roept hem toe Ach, mijn beste Arabi gij ook hier wat verlangt ge Arabi. Ik zal u beste vriend, in korte woorden uitleggen waarom ik tot hier gekomen ben. In heb ia de gazette De Landverrader gelezen dat de plaats van vrederechter te N. gaat openvallen en ge verstaat dat ware zoo een postje voor mij... en het overige moet ik u niet zeggen niet waar Wttg. Merteleer. Begrepen, be grepen, vriend 1 Ik zal ervoor zorgen, uwe benoeming moogt ge als zeker be schouwen. Ge weet hoe groot mijn in vloed is in de ministeriëu. Eu aan het Hof bezit ik ook grootcu invloed; do lieftallig heden, reeds dikwijls verschenen in Den landverrader, zijn daar naar waarde ge schat geworden. Arabi. Vriend merteleer, wel dui zend maal dank 1 Dat zal een olietje zijn! ......Arabi vrederechterken! Dag, dag vriendik vrederechterki-n Ho la kade Reosje draait de deur open en kondigt aan M. Pelsbrekcr. Wetg. Merteleer. Wie da men dor na hemmen Kom binnen, kom bin nen Pelsbreker, beste jongen. Wat komt mij zoo nu allemaal vertellen... Is er nieuws Laat eens hooren... M. Pelsbreker. Beste kamaraad 'k zal 't kortmaken, het plaatsken van juge de paix te N. gaat openvallen, zoo heb ik gelezen in den moniteur der land- verraderij, en ge verstaat dat zou nu zoo iets naar mijn handje zijn. Wetg, Merteleer. Ja, ja, dat ware uwe zaak, en ik heb er reeds aan ge dacht.... Ge moogt gerust zijn voor u doe ikalles ik zal mijne teonen afloopen,... Gij en gij alleen kunt en moet het zijn... Eu ge weet het, belofte is schuld bij mij... maar men moet er kuunen een beetje naar wachten... Wie niet wacht, wordt niet geacht, zegt broèr Pie. M. Pelsbreker. Ik zal u du3 niet langer ophouden ;'k heb nog eenige kom missiën te doen en na de aanst. vergade ring van ons comitcit spreken wij ei-noj wat verder over voor 't oogenblik ben ik voldaaa, 'k heb u woord. Nu den harte- 1 ij kon goeden dag, menheer de volksver tegenwoordiger Wetg. Merteleer. Van 's gelijken, kamaraad. (Zedrukken elkander de hand (De merteleer tot zich zeiven :Dat is er nu al twee Wie weet Wie weet Roosje opent woêr do deur en roept Menheer Van Dyck van Sonnegem M. Van Dyck. Mijne beste groe ien, M. de Volksvertegenwoordiger, hoe is t met de vodjes is 't nu beter 't Deed mij waarlijk leed u aldus te zien marcheeren. Wilg. Merteleer. Wel bedankt M. Van Dyck voor uwe attentie 't is nu beterMaar waarmee kan ik aange naam zijn Spreek maar ronduit-.... M. Van Dyck.Wel dn boereu onzer streek worden zoo wat ongeduldig. G'hebt Wetg. Mertedeer. Wel wat geluk van u hier to ontmoeten, vriend Deegvos.... Wat nieuws 1. en hoe is't met madam... en waarnu-è kan ik u aangenaam zijn M. Deegvos. Om kort te zijn, ik reken op u, vriend.... Het vredcrechter- schap te N. gaat openvallen zoo schrijft toch De Landverrader eu zie dat ware nu toch ecu plaatsktm die mij zou die nen,.. 'k ware uit Jan 1... Wetg. Merteleer. Voorzeker, vriend, en zoo ik dat nieuwsje las, zegde ik tot mijn zolven ziedaar iets voor vriend Deegvos.dat is zijn kavel daar zal hij goed effekt maken. Hij moet het zijn en niemand anders en ik zal mijne schoenen scheef loopen bij de ministers voor hem. M. Deegvos. Hertelijk dankbaar, vriend... Aan zooveel genegenheid had ik mij niet verwacht... maar ook aan wie zijt ge alios verschuldigd Zonder my liept ge nog op de stoppelen en nu lekt gij aan den vetten pot... Aan u nu de beurt om mij van de stoppelen te helpen eu mij te leiden in het land van beloften in 't land van malschc klavers en jeugdige wortels Wetg. Merteleer. Ja, ik weet het aan u ben ik 't meest vau al verschul digd Ik zal het mij altijd gedenken eu voor u zorgen ik geef u mijn woord van eer... Broèr Pie heeft er reeds een handje aan gestoken... en weest gerust, voor nog dat den pi uimentijd aanbreekt, zal myu beste bondgenoot, in volle majesteit, den rechterstoel te N. bekleeden tot spijt van wie 't benijdt Deegvos vertrekt na Yeel complimenten. Roosje. - Nog twee heoren, menheer, en ze spreken van bruggen en sas, ik versta er al niets van... Wetg. Merteleer. Gauw, Roosji zeg.... zeg menheer, is niet meer thuis., eu breng mij dan 'nen hert versterker... vergunnen aan rijken en betere standen Om al deze redenen, protesteert de Cornice met eenparige stemmen tegen het neergelegd voorstel en vraagt dat het zelve zou verworpen worden, ten minste zoolang de stervende landbouw niet ge holpen en gered zij. Afschrift dezer zal gezonden worden» aan de Kamer der Volksvertegenwoordi gers. VET VEE. Wedstrijd en tentoon stelling van Kuregem. De naainloozc maatschappij der slachthuizen en mark ten van Auderleeht richt, onder be scherming van het Gemeentebestuur, eene tentoonstelling-westrijd in, die op 7 April zal plaats hebben. Eereprijs.Eene gouden medalio van 200 fr. en 250 fr. in geld zal toegekend worden aau deii best gevormden, inland- scliou os, het best geschikt voor het slachten. Verschilligo prijzen in geld zullen ver der nog toegekend worden. Op deuzelfden voet zijn er prijzen voor koeien, vaarzen, stieren, schapen, lam meren en verkens. Dus een wedstrijd van allerhoogste be- lang. Nog gted nieuws voor de Landbouwers. M. De Bruyn, minister van landbouw, heeft vrijdag in de Kamer verklaard dat hij het voorstel van MM. Van Clecmputte. De Sndeleer en consoorten, het krediet tot vergoeding voorafgemaakte dieren van 500 duizend frank op i millioon bren gondc, aanveerd. Alzoo zullen onzo landbouwers ten min ste twee derden der weerde huuner afge maakte dieren als schadevergoeding ont vangen. Brwv'o 1 bravo dat is boter dan socia- listeu praat. Tabak. Het aangebodene wets ontwerp bevredigt onze landbouwers niet: wat zij vragen is de geheele afschaffins, van het, accijnsrecht. Nu onze katholieke vertegenwoordigers zullen den eisch on zer landbouwers ondersteunen Moest men de geheele afschaffing niet willen toestaan, voorzeker dan moet men t recht van 120 struiken vrij van accijns te mogen planten, toestaan aau de land bouwers en landbouwerszonen welke kie zer zijn. Een landbouwer zonder kinderen mag zooveel struiken planten als zijn ge- buur die 3, 4 of 5 zonen heeft, en dat is onrecLtveerdig. Aan de gezinnen samen gesteld uit vrouwlieden alleen, zou men het; recht van vrije planting dienen te weigeren. Indien men dit stelsel aan neemt, dan is de tabakkwestie voorgoed opgelost. De Landbouw Cornice van Aelst- 1= Zuid, in zitting van den 17 Maart 1895. Gezien het voor stel neèrgelegd ter Volkskamer tot het verhoogen der jaarwedden van do staats bedienden, ambtenaars enz. Gezien do verbeteringen in de laatste 25 jaren aan de gesteltenis dier agenten toegebracht welke een aanzicnelijk cijfer bereiken en voor gevolg hebben de jacht op staatsbedieningen algemeen te maken Gezien ten anderen, dat de belooning van «den landbouw-arheid in dezelfde tijdruimte eene aaüzienelijke verminde ring eu thans tot eenen spotloon is ge daald, hetgeen voor gevolg heeft den bui ten te ontvolken en do werkers aan de landnijverheid te ontrukken Overwegende dat, indien de ondergang der Boerderij voortkomt uit de lage prij zen der laudbouw-voortbrengsels en eet waren deze ongelukkige toestand noch tans eene weldaad daarstelt voor de be- dieudeu aau wien hij toelaat, groote be- zuiuiugen to doen op den begrooting van het huisgezin en den weg naar de spaar kas to loeren Dat het govolgonlyk oen schreeuwend onrecht zou daarstellon den verarmden landbouw te doen betalen om overvloed te eer de zetelplaats uit te maken van het Roelandismus. Hot is daar dat het wezenlijk opperhoofd vcr- blyften de drie kopstukken hunne plan nen smeden het is daar ook dat pater Douche wekelijks komt raad en orders nemen om in de Kamer te sproken, in de meetingen te liegen ca in do dagbladen de welbekende waarheid schaamteloos te loochenen. Ouder dit opzicht is die gemeente dan wel vermaard ongelukkiglijk, ay is he thans ook onder een ander. Sedert dat de Klokke en de meetingen het volk zoo zeer beschaafd en verlicht hebben en elk zijne rechten geleerd die niet overeenstemmen met de onderwer ping aan het gezag en den eerbied voor een anders rechten, is de veiligheid in het kanton Ninove eu in het bijzonder te Denderleeuw zeer gedaald en hebben de tribunalen dubbele bezigheid. Hoevelc klachten er thans in onderzoek zijn zegde men niet, doch vier werden genoemd dio bijzonder ernstig geacht wor den Eene voor slagen en verwondingen die eene onbekwaamheid tot werken van meer dan eene maand veroorzaakte en waarvoor het parket meermaals in de ge meente afstapte. Eene voor laster tegen eenen openbaren fonctionnaris- schepenen der gemeente ter gelegenheid Tan het uitoefenon zijner bediening als voorzitter van een stembureel. Eene voor mishan delingen in het huis zelf van het slacht offer, bij nachte. Eene voor het aanran den vau den verkooper der katholieke gazetten en het verscheuren zijner bladen. Al deze zaken, op den rug van Roeland zullen ongetwijfeld eerlang opgeroepen worden. Gelijk men ziet was het niet zonder redenen dat de mannen eene onderlinge verzekering inrichtenden voor het dekken der kosten van verdediging in rechter lijke vervolgen, advocaat, getuigen, enz. Eene andere zaak is zaterdag laatst te Audenaarde geëindigd, de daders van de wreede mishandeliugen op M. B. Asschc- rickx Schepen, werden verwezen tot eene gevangzitting van 6 maanden boet en schadeloosstelling. Het is te hopen dat deze veroordeeling eenigen indruk zal maken en de aange hitste democraten bedaren, zoo veel te meer dat zij zich aan eene vrijspraak hadden verwacht of een straf die eraan; gelijkt, zoodanig beroemen zij zich op het vermogen hunner verdedigers betaald uit de kas de onderlinge verzekering, I nuttig, gelijk men ziet, voor de leden en winstgevend voorde advocaten. Mot mij geheel Je mcdoJeeling in te las- schen Mn eenen oprechten eu oiertuig- Jeu kal .lollek uit do omstreken van Aalst, nen nochtlians doen wat wij kun- Onso correspondent meldt on. dat M ttoeslc, mbo achtbare volksvortegenl woordiger, m een bijvoegsel aan het Lani van Aeht van 17 Maart 11 uitso- vmia m nm f° l)ewijIeu 'lM »™- m CI"Pk» nooit «ene enkele leugen tegen hem geschreven heeft, en DAT op pijne van self beschuldigd te worden als dastebaae eu KrnnMEF. Geen treffelijke mensch, zegt onze cor respondent en bijgevolg zeker M. Woeste niet zal zich vernederen tot liet punt van aan bovc'igemcW heerschap die Wijzen voer ,e |eggon. HIJ ZE„K J ITS1? a' de Ul,mmere Heiland van Aeltl. en van De Werkman. die d'iiï. i °If t",°° jarcn Seschreven en ge- C" Wa,arin BÜ J» uitstekend, diensten, de onschatbare deugden en de welverdiende beroemdheid vaS den heer Woeste in proza en gedichten - be schreven en bezongen hebtspreid die voor u open, en leg daarneven al do num- «5 ^breven lijden, den ki«,stnjd van 1894 eu later; en dan LEES EN OORDEEL en beken voor iedereen dat het u wel zou staan en dat het li veel goed zou doen \.m met den aanstaanden paasebtijd tot inkeer te komen, van mea culpa te doen, van op uwe borst to kloppen en vergiffe nis te vragen 6 Is 't verstaan, man I Gij die niot» an ders int uwe pen laat vloeien dan de woor- den van eerlijkheid, rechtveerdighaid eu deftigheid V V EE VAKVEREENIGINGEN. Geachte werklieden van Aalst, hoe me- nigmaal hebt go reeds al hooren spreken over vakvereenigingen? Hoe dikwijls heeft men 11 met aangewakkerd om van eene dergelijke vereenigiug deel te maken, om door vereenigde krachten van werklieden onder elkaar, den sroffelijken en zede lijken toestand van uw lot te verbeteren Daarom komen wij nogmaals tot u om u aau to sporen van u zoohaast mogelijk te vereenigen, want, op onze dagen meer dan ooit wordt het noodzakelijk dat er krachtig samengewerkt wordt, met man nen die het welmecneu met den werkman. Alleen kunt gij niets: vereenigt u met al uwe deftige werkbroeders,volgt 't voor beeld der schriju werkers na die zich door de zorgen vau den Anti-Socialistiscben bond (gesticht in 1892) in eenen machtigen en sterken vakbond vereenigd hebben. Schaart u allen onder het vaandel der deftige werklieden te lang hebben schrapzuchtigheid, heerschzuchtigheid en £odil-loosheid u verdrukt Onder die jannier schept gij welhaast de lucht van vrijheid vrede en voorspoed 1 Op dus broeders werklieden, en onder de leuze van Godsdienst Eigendom en Huisgezin, zien wij welhaast de redding en den vrede. Naar wij vernemen is het Bestuur van den Bond der Anti-socialische vakveree- niging (lokaal katholieke werkmauskring) zinnens eenen algemeonen oproep te doen tot de schoenmakers onzer stad om ook onder hen eene machtige vereeniging te stichten. Dat alle deftige schoenmakers het zich als eene plicht rekenen de edelmoedige pogingen der deftige werklieden te onder steunen. <a iVun iedereen de lea voor spellen of de wet geven.zie- daar wat de manneu van chipka zouden willen. De geestelijke en wereldlijke Over heden, groot en klein, allen moeten naar hunne pijpen dansen, zooniet zo worden onweerdigen en verdrukkers. Twee betichten verschenen donderdag 21 maart voor de Rechtbank te Brussel. Gedurende 't verhoor haalde een van hen eenen grooton brief, met de wapens der Volkskamer voor den dag en reikte hem den Voorzitter toe zeggende Dat is voor u, M. de Voorzitter... Do heer Voorzitter las den brief, die in 't vlaamsch was ge schreven. 't Was ecuo warme aanbeve ling bevestigende dat de betichte X een goed katholiek is.... En die brief was geteekend Priester Daens. Voorzitter en Rechters schoten in eenen luiden lach. De heer Voorzitter deed bemerken dat de Rechtbank zich niet bekommert met de politieke denkwijze der beschul digden, confisqueerde den briefen hechte hem aan 't dossier. De Rechtbank ver oordeelde dan ook de twee betichten tot de verdiende straf zouder eenige acht te ;oven op de les die de merteleer hen ïad voorgespeld. Waar de hoogmoed een toch redelijk schepsel brengen kan I I>e inilil ieklaw van 1892 is binnengeroepen geworden en wellicht zullen nog twee klassen volgen. Zeven duizend jongelingen hebben dus hun werk moeten verlaten om voor eenigo weken het sol- Er wordt gevraagd waarbij het komt, «latenpak op te nemen en zich aan alle dat de advocaat,stichter dier.doeltreffen- govaren bloot te stellen, de instelling, zijne mannen iu brand laat, ^au w'e de schuld dat de regeering en het pleitloon door anderen laat win- i dien maatregel heeft moeten nemen nen. Zou er tuchtreuk gevreesd worden welken zooveel opschuddiug in 't land Als geestige nota hoeft hier bijgevoegd verwekt? te worden dat een stoet met trekzakken Onbetwistbaar aan de leiders der roode en trommels, zaterdag noen in de Lang»- kliek, aan de boudgoiioten der kristeno straat, aan het huis van eenen toeko mende minister vaardig stond om do brave jongens, welke M. Asscherickx zoo liefelijk behandelden, met eer aan de statie te onthalen, hij hunne terugkom. deinokralen van Aalst die de werklieden tot oproer aanhitsen om eene wot te verkrijgen «lie hem zou toelaten de stad huizen te veroveren, uiet om 't geluk van werkman en burger te verzekeren, maar van Audenaarde, zoo zeker was men van 1 t°t hun persoonlijk voordeel en profijt, den goeden uitslag. Doch toen dc tijding Do binnonroeping dezer inilitioklas is aankwam voor 0 maanden in den bale, 't bewijs dat de regeering aan bare plicht n J niet falen zal, de wetten wildoen eer- do stoet brak en de Hollanders trokken al drupneuzen naar huis. biedigen en de openbare rust handhaven.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1895 | | pagina 2