25 Augusti 1895.
5 centiemen per nummer.
49sle Jaar. 5009.
Bij de roode bende.
Zondag
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement Aalst.
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
Vlaamsche Maatschappijen en
Strijdgencoten.
DE CIPIER.
Landbouwleergang ten huize.
DE DENDERBODE.
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan istweemaal ter week
voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. i-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 Dtcember. De onkosten der kwitantiën door de Post ont
vangen zijn ten hste van den schuldenaar.
Men schrijft in jij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31,
en in alle Postkaitoren des Land.
Guique suura.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnissen op
3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele
van dit blad.
A a 1st, den 24 Aug. 189»
AAN ONZE
Volgens het algemeen gedacb verei-
schen de belangen van onzen srijd dat
wij, in het tegenwoordige verlof, ©gmaals
vergaderen om den toestand de vlaam-
sche beweging in oogcnschouw fc nemen
en vooral om eenige bijzonder belang
wekkende punten te verhandelen
De Brusselsche Zitdag van erleden
jaar had verheugende en merkteerdige
gevolgen. Meer dan een wetoutwerp
voortspruitende uit zijne beraadsLgiugcn,
werd in de Volkskamcr door one vrien-
ven en leiders nedergelegd. Stiipen wij
hier onder ander aan de wetsonwerpen
op de erkenning van het vlaaiscb als
ambtelijke en wetstaal. Doch wt vooral
de aandacht treft en ecu ware zgepraal
mag heeten, is de plechtige intode van
onze moederspraak in het hcilidom der
wetgeving. Zulks was eene grootgebeur
tenis, en de kloekmoedige houdig van al
dezen die aldaar het vlaamscb woord
deden klinken, heeft zoo verdmstelijk
in haar eigen als volksgezind n hare
strekking geschenen.
Echter zijn noch onze leideran 't bij
zonder, noch de vlaamsche sLjders in
't algemeen, geneigd de wapensneder te
leggen, zoolang de volkomene hrstelling
onzer taalrechten niet zal bekoien zijn.
Integendeel iedere schrede vooiit moet
als een nieuwe spoorslag wejn, eene
aanprikkcling tot moediger pogig.
Komen wij dan nog eens te amen, in
groot getal, in het oude viamscbe
Brugge. Juichen wij over denoestand,
en bereiden wij ons tot verder sijden.
Met innige voldoening m»en wij
aankondigen dat reeds een tioml volks
vertegenwoordigers uit verschil ge pro
vinciën, onder andere de v.amsch-
sprekenden te Kamer, beloofdhebben
op den Zitdag tegenwoordig te zij.
In de blijde verwachting iJ-onze
vlaamsche maatschappijen en «ïjdge-
nooten geestdriftig aan onzen iproep
zullen beantwoorden, bicden wij an den
vlaamschcn broedergroet.
DE INRICHTERS
V. Chielcns, E. Dc Visschere, l. De
Wynter. C. MoeyaertII. Pr ie. A.
Van Mullem, J. Vanneste, E. Van
Steenkistc.
PROGRAMMA VAN DEN ZITD3.
Zondag 1 September
's Voormiddags ten 10 1/2 ure, algteene
zitting in de Parijssche Hall
DAGORDE
1Wetsvoorstellen DeVriendt en ore
mans over het vlaamsch als wev en
Eerste vervolg en slot.
Jonkvrouw de Marlatic klom op eene voetnk,
plukte eene bloem, welke zij zicli geweerdigde ren
hoeder, den cipier, aan te bieden, hem met nen
droefgeestige» grimlach zeggende
Mijnheer, aan u alleen, ik ben ervan verztrd,
ben ik al de sierlijke weelde mijner laatste vdijf-
plaats in deze wereld verschuldigd nog een danog
een oogenblik misschien, en ik zal erongetwijfcbiet
meer wezen ziehier eene arme en onnoozele gifel-
bloem, een schoon juweel, niet waar, dat ik s de
schitterende schatten mijns bloemend juweeltjes
kom te ontrukken Mynheer, neem die bloem,s al
wat ik bezit, en bewaar die als een aandenken vawe
ongelukkige zendelinge.
Ik zweer het u dat ik haar zal hewarcnjit-
woordde Cabanisen de onhandelbare repulein
sloot zorgvuldig de kleine bloem der aristocrate ?g.
Mejufvrouw, hernam hij, zacht sprekende, hebtgijj
iets te vragen, eenig bevel voor te schrijven
Ja... maar vooreerst heb ik u eene vraate
doen. Denkt gij dat er mij nog langen tijd te lit
blijft
Ik hoop bet.
Welnu, indien bet zoo is, vereisch ik van e
menschlieveude genegenheid een gebedenboek, ceï
prullen mijner klcerkas twee of drij dichtwcrkeni
een weinig geld, dat gij van mijnentwege, int
kasteel van Marlatic zult doen halen.
Ik zal zelf den aanstaanden nacht naar liet d<
gaan, en, als 't God blieft, zult gij dit alles moii
bebben.
staatstaal. VerslaggeverM. KarelBrants,
gemeentesecretaris, Etterbeek.
2. Wetsvoorstel Van der Linden over
het vlaamsch voor het krijgsgerecht. Ver
slaggever M. Priem, advokaat, Brugge.
3. Vlaamsch in het vrij middelbaar on
derwijs en in het lager onderwijs. Verslag
gever M. De Ceuleneer, hoogleeraar,
Gent.
4. Verplichtende taalkennis voor de
staatsambtenaars. Verslaggever M.
Theeleu, letterkundige,Bilsen, (Limburg.)
5. Vlaamsch in burgerlijk en handels-
gerecht, vlaamsche leergang van burger
lijk ën notarieel recht. Verslaggever M.
E. De Visschere, advokaat, Brugge.
6. Vlaamsch in leger en burgerwacht.
Verslaggever M. Jan De Block, nijvc-
raar, Peurs.
7. Het vlaamsch in de aanstaande ge-
meentekiezingen. Verslaggever DrDepla
gouwraadsheer, Kortrijk.
o—
's Namiddags, ten 3 Ij2 ure, openbare
feestvergadering in Stads Halle.
o
1Openingsrede door M. De Vriendt,
voorzitter.
2. Feestrede door M. D'Hooghe-Belle-
mans.
3. Aanspraak van verscheidene volks
vertegenwoordigers.
o
Maandag 2 September.
Uitstap naar Ivnocko en de Zeekust.
In een vorig artikel heb ik doen uit
schijnen dat de voor niters van Gent
persoonlijk moorden als gerechtigd aan
zien indien het gedaan wordt ten voor
dode der roode pariij.
De nota op den brief van J. K. Van
de Veer bewijst dat zonneklaar.
Vooruit zal dat loochenen wij ken
nen de goede trouw der socialisten, maar
dat staat zwart op wit gedrukt in het aan
gehaalde nummer. Onze lezers zullen be
merkt hebben dat onze gevolgtrekkingen
juist zijn en dat die afleidingen in de
woorden van Vooruit zijn besloten.
Vooruit is aanhanger van het gekende
het einde wettigt de middelen 't Geu-
zenorgaan van Aalst is ook van die gehalte.
Zij mogen samen gaan. Datis ten anderen
reeds gebeurd en Dendergalm was fier op
dat voorbeeldig bondgenootschap.
Niet alleen Vooruit wil den moord ter
hulp roepen om zijnen winkel te doen
draaien, zelfs mannen, die doorgaan als
de groote gezaghebbers der partij, aan
zien de Ravachols als hunne goede vrien
den.
Frederik Engels, een duitscher, over
eenige dagen gestorven, heeft het in den
Eclair van Parijs laten schrijven en zijne
woorden zijn gretigin Foomttfopgenomen:
liet is nog alles niet, mijnbeer, en, waarlijk, ik
ben beschaamd over ecu dergclijken ciacb ik vraag
u nog pen, inkt en papier.
Gij zult dit hebben mijne faam, mijne eer, mijn
leven misschien; hangen er van af... maar wat is
daaraan gelegen spreek altoos, beveel, zeg tol uwen
nedcrigcn dienaarsta recht, en ik zal opstaan
Kniel 1 en ik zal knielen gehoorzaam en ik zal ge
hoorzamen sterf 1 indien het noodig is, en ik zal
sterven Vaarwel
H.
De cipier ging, of weleer, vloog de kamer uithij
sloot hcviglijk de deur, en gedurende eene gansche
week vond de ongelukkige noch de kracht, noch den
moed om onder de oogen tc verschijnen van dit edel
schepsel, van die onderscheidene gevangene, die hij
dacht belcedigd te bebben alleenlijk gelastte zich
een cipiersgast, een vertrouwde van Cabanis, beime-
ijk aan jufvrocw de Marlatic alles te dragen, wat zi.
gevraagd bad, alles wat zy nog moebt vragen eiken
dag kwam de knecht der gevangenis de bevelen der
jonge dochter opnemen, waarvan eene begeerte,
gedachte, het minste woord, voor den cipier het
wedcrroepelijk bevel cener wet gold.
Een morgen, op het uur dal dit niet was van
dageljjksch bezoek van den cipiersgast, liet het ge-
druisch der grendels zich aan de deur der kamer, door
jufvrouw de Marlaiic bclrokken, hooren er opende
iemand zeer zachtjes de deur, en de sclioone gevan
gene uitte een schreeuw van verwondering, ik durf
niet zeggen van blijdschap, op hel zien van dien armen
Cabanis, die haar, sidderende, dc oogen neergeslagen,
naderde, en haar op den verlegen toon eens blooher-
ligen bezoekers zegde
M.l u gerust, jonkvrouw., het is niets, ik ben het
Dat men zich van dynamiet bcdiene
als te Chicago en in Rusland, of den
revolver bezige als Padlewski (te Parijs)
dat is begrijpelijk
Voor Frederik Engels, volgens Vooruit
in den socialistenwereld gekend voor
zijn helder doorzichten zijne beredeneerde
oordeelvellingis dynamiet een goed
middel en mag men den revolver gerust
bezigen
Eu daarna zullen de socialisten nog
van vrijheid durven sprekenja, de
scboone vrijheid voor hun te moorden en
te stelen.
Hoelang zal het volk nog aan hun ge
zwets geloof hechten Hoelang zal het
zich nog den blinddoek laten aandoen en
denken dat bij zulke kerels troost en
hulp in den nood te vinden is
Het Belgische Volk bemint zijne vrij
heid cu nochtans in het socialism is de
vrijheid onmogelijk.
Wat zal er in den toekomststaat van de
vrijheid van geweten geworden Wat van
de vrijheid van godsdienst
De socialisten verklaren huichelachtig
dat de Godsdienst eene rein persoonlijke
zaak is Maar onmiddelijk daarna zeg
gen zij, verklaren zij op de daken dat de
roode partij naar de godloochening streeft
van geenen Godsdienst houdt.
Wij kennen geenen God heeft Vooruit
geschreven 1
Wat zal er in dit geval van de openbare
hulde geworden Zal men ze toelaten
Dat is onmogelijk. De schandalen door
socialistische helhonden in de groote ste
den gegeven, maken alle bewijsvoering
overbodig. Nu moeten zij nog het men-
schelijk gerecht vreezen I maar wat zal
het zijn wanneer hun partijgerecht zulke
lafhertigheden zal toejuichen
Indien de socialisten zulke verdraag
lijke lammekens zijn, waarom toonen zij
dan zulk eenen onverdraagzamen gods
diensthaat die zoover gaat de priesters
op de straten aan te vallen Wat zij nu
doen zullen zij dat in de toekomst laten
Dat is onwaarschijnelijk zooveel te
meerdat degenen, die hun geloof bewaard
zouden hebben altijd als staatsvijanden
zullen doorgaan
Het geloof aan de tien geboden Gods
zijn onvereenigbaar met de overtuiging
aan de socialistische grondbeginsels. Wat
zal uit hen geworden
Een socialistische schrijver heeft zorge
gedragen het ons te zeggen. Zij zullen ze
in de nabijheid houden om er in tijds de
hand te kunnen opleggen.
Werklieden, opgepast. Bij dc Katholie
ken alleen is de redding, bij hen alleen is
er hulp en troost. Zij alleen zullen uwen
toestand duurzaam verbeteren volgens
het woord van onzen onsterfelijken Paus
in recht en vrede n
Daarom allen bij ons en met ons gestre
den voor uw geluk en welzijn, voor recht
en vrede
Kom hier, hernam de jongcdochter grimla
chend, kom hier... dat it u bekyve en u bedanke;
Gy zijtdc verborgen God, die mededoogen hebt met
mijne pijnen hebt gij dan gezworen steeds mijne hulp
en steun tc zijn Spreek, mijnheer, gij licbt beloofd
mij tc gehoorzamen ik beveel u, mij te antwoorden,
én ik aanhoor u I
Mejufvrouw, antwoordde de cipier, blozend over
de bevallige gemeenzaamheid zijner gevangene, ziellier
bet oogwit dat mij heden tot u geleidt... Ik heb U
bcloold te gehoorzamen, het is waar, en u, desnoods,
meer zelfs dan mijne rechten en mijne plichten
toelaten, dienstvaardig tc zijn... Welnu, ik doe wat ik
kan...
Ik weet liet
Stel u voor dat ik, op liet eerste zicht, zonder
het tc ontwaren, zonder liet te willen, ingenomen ben
geweest van een hoogst levendig gevoel, van eene
eindelooze genegcubcid, van eene onweerstaanbare
verknochtheid voor een persoon....
Voor mij, misschien
Eilaas, ja ik houd mij zoo menigwerf in mijne
gedachten met u bezigik spreek zoo dikwijls
uwe schoonheid, van uwe verdiensten, dit ik nergens
van iets anders droom gij zijt het cenigste onder
werp myner onderhandelingen met de gevangenen,
die ik bezoek dank aan uwe woorden, myne loftui-
gingen, myne bewonderingen, beeldt eenieder zicb in
u tc kennen, zonder u gezien te hebben iedereen
mint, eerbiedigt en bewondert u bier reeds over
eenige dagen was ik het die, behagen schcp'e de gan
sche wereld van u te spreken nu is het de gansche
wereld, die behagen schept mij van u tc spreken dat
is vleiend voor mij. en ik ben gelukkig zoocven
nog met een zeer jong, zoo geestrijk en zeer bevallig
gevangene, eenen schoonen jonker, dien men M. Dc
Castéra noemt... Kent gij hein f
Elide Les.
—o
VRAGEN.
1° Welke zijn de grondslagen die men
bij iedere prijzij moet in acht nemen
2° Leg iedere grondslag in korte woor
den uit.
3° Wanneer moet men den prijs in
dienen?
Welke zijn dc voornaamste rechten en
plichten de,s pachters wanneer hij zijnen
prijs moet opdoeu
ANTWOORDEN
1° Wanneer
een stuk land
van pachter ver
andert, rijzen
soms moeilijk-
heden op bij het
vaststellen der
prijzij. Dit spruit hieruit voort, dat men
te veel uit het oog verliest dat dc prijs
eene rechtveerdige vergoeding moet zijn
voor al hetgeen den afgaanden pachter
toekomt, zonder winstbejag voor de eene
noch voor de andere partij
De overdrijving in het opmaken der
prijzij is een schandelijk bedrog en geen
rechtzinnige prijzer zal zulke opgaven
goedkeuren, wel overtuigd zijnde van
deszelfs gevolgen, als tegenprijzijen, kra-
keelen, processen integendeel hij zal
volgens zijn geweten en zijne overtuiging
handelen en beginnen met den pachtbrief
na te zien, ten minste zoo cr een bestaat.
Verders zal hij den pachter ondervragen
over de grootte van zijn gebruik, de uit
gevoerde bewerkingen en bemestingen,
eenen oogslag werpen in zijne stallen,
trachten ae gebruiken der streek voor
het vetten tc kennen en goed nazien in
welken staat liet land zich voordoet. Zijn
prijs zal dus steunen op de volgende
grondslagen 1° op de oppervlakte van
het te verlaten land 2° op de grondbe
werkingen en andere 3° op de bemes
tingen en navette 4° op het zaad en
planten5° op de wedergave van een
gedeelte pacht en grondlasten.
2" De opppervlakte moet goed in acht
genomen worden om ze als basis te nemen
in het berekenen der loonen. Zij moet in
hectaren, aren en centiareu in den prijs
uitgedrukt worden ten einde den eigenaar
toe te laton de rechtzinnigheid der prijzij
te onderzoeken.
Al de noodige bewerkingen zoowel de
voorbereidende om het land in gereedheid
tc brengen tot het zaaien als de naberei-
dende, het planten of zaaien en de ver
dere zorgen die de planten vergen, moeten
even aangestipt worden. Dit insgelijks
om dc rechtzinnigheid van den afgaanden
pachter te kunnen nasporen. Doch men
neme wel acht alleenlijk in rekening te
brengen de noodige en volstrekt vereischte
bewerkingen volgens den aard des gronds
HL
Dat ijselyk woord van schavot, door den mond eens
cipiers uitgegalmd, deed jufv rouw de Marlatic sidderen;
Bicri hadde gezegd dat zij plotselings uit ccncn; diepen
slaap ontwaakte, voorde toebereidselen en het afgrij
selijk tooneel der strafuitvoering zij naderde Cabanis
nam zijne hand, die zij in de hare drukte, zy smeekte
hem baar te aanhooren.
tk herinner mij in u eenen beschermer, eenen op
rechten vriend tc bebben^evonden, sprak zy, en dit
verplicht my u iets toe tè vertrouwen....
De cipier boog droefgeèstig het hoofd.
Mijnheer Cabanis; hernam het jonge meisje,
indien gij mij nog bemint vraag ik u om genade, ver
geef mij....
De cipier bezag haar zonder gramschap.
Mijn vriend, vervoorderde jufvrouw de Marlatic,
ik ga mij aan u biechten, gij zult myn rechter wezen.
Lie cipier bloosde van Vreugde en hoogmoed.
Ik ben aan de gedienstige zorg, welke gij altjjd
voor mij gebad hebt het laatste dichterlijke briefje van
M. De Castera verschuldigd, is dit niet waar Cabanis
Ja. Ik ben aan uwe zelfopoffering voor uwe ge
vangene de eer verschuldigd van mijnheer dc Castera
ontvangen tc hebhen, welke meer dan honderd maal
bier geweest is.
Ja, ik had ongelijk.
Helaas vriend, gij alleen waart plichtig, ik heb
uwen gunsteling met genoegen onthaald, ik was te
vreden hem weder te zien, gij hebt bem den weg aan
geduid die naar mijne kamer U-idt. cu bij heeft dien
zonder u durven inslaan om lot mij te komen. Gy hebt
zoo dikwerf den lof ccner ongelukkige gevangene uit
gegalmd gij hebt zoo dikmaals den lof verkondigd
eens edelen gevangenen. Door u heeft M. De Castéra
in den zin gekregen my te beminnen, cn ik, ik kreeg
on de noodwendigheden der vrucht, maar
geenszins zulke die men uitvoert om
vruchten uit den grond to halen, in tc
zamelen enz. Daarbij moet men aandui
den welke soort van werktuigen men ge
bruikt, het getal en den aard der beesten
die men gebezigd heeft, het aantal werk
lieden alsmede het getal dagen dat zich
onledig gehouden hebben, het loon dezer
werklieden en of zij voedsel genoten heb
ben. De prijzer kan onmogelijk berekenen
wat aan het werkvolk moet betaald wor
den, wijl dit verschilt van streek tot
streek en ook volgens de mindere of
meerdere moeilijkheid die de bewerking
oplevert. Het onredelijk bewerken doet
alle recht op vergoeding verliezen.
Nog moeten aangegeven worden alle
volledige vetten waarmede de voorgaande
en de tegenwoordige vrucht gevet werden.
Die vetten moeten tegenstrijdiglijk ge
prezen worden. De kostumen maken ge
wag alleen van de vetten toegediend voor
de tegenwoordige vrucht, maar het is ook
noodig die der voorgaande te kennen om
do navette op eenen vasten voet te kun
nen berekenen.
Om alle bedrog te vermijden moet de
afgaande pachter den eigenaar aanzoeken
te komen zien welke vetten hij gebruikt.
Dit aanzoek moet ten behoorlijken tijde
geschieden en hij die zulks zou verwaar-
loozen verliest, volgens de kostumen, alle
recht op vergoeding. De eigenaar moet
een ontvangstbewijs geven van dit aan
zoek. Zoo hij hier niet in toestemde dan
zou men het dienen te doen bij deur-
weerder, alle andere wijzen, als door
getuigen of bij aanbevolen brief, van ge
varen niet ontbloot zijnde.
De drooge meststoffen schat men best
per hoop, de vloeibare per kuip of per
aalstuk en do groene per oppervlakte.
Hier valt nog aan te merken, dat men
slechts mag in rekening brengen de ge
noegzame en volstrekt noodige bemestin
gen en dit op voorwaarde dat de afgaande
pachter bewijst dat het land eene volle
dige bemesting ondergaan heeft.
De verbeteringen door den afgaanden
pachter aan de eigendommen toege
bracht, zou de eigenaar insgelijks dionen
te vergoeden en in dien zin bestaat een
vonnis van het beroepshof te Brussel,
maar de kostumen maken geen gewag
noch van verbeteringen, noch van de som
die voor arbeid of vette moet betaald wor
den. Om alle moeilijkheden te ontwijken
is het geraadzaam dit alles in den pacht
brief vast te stellen.
Bij het schatten der vetten moet men
zijne aandacht vestigen op do hoeveelheid
gebruikte meststoffen, de hoedanigheid
derzeive en hunne weerde. Deze haugt
groolclijks af van den staat van verrot-
ting waarin zij zich bevinden, van het
verschil der voorgaande zomer en winter-
vruchten, van de dieren die ze voort
brachten, van de vermenging der mest
stoffen van verschil ligo dieren, vermen
ging die niet zelden hunne weerde ver
mindert, en van het stroo en den aal die
in den zin... hein niette haten; heden, het is een
oogenblik geleden, is een edelman mij zijn naam
komen aanbieden en ik heb dien aanveerd, hij beeft
mij zijne toekomst aangeboden en ik ontving ze in
dcelinghij hecfl mij heil voorspeld, en ik verhoop
crziedaar ons schelmstuk gy riept zoo even het
gerecht des bculs ter uwer liulp, welnu, mijn vriend,
doe wat gij wilt
De beul zal te spade koinen, mejufvrovw, ant
woordde de cipiermisschien morgen zal de beul u
roepen, en dezen nacht zult gij dc vlucht nemen t
Dezen nacht
Welaan, sta op en volg mijSpoedig, eene ver
momming op uwe schouder», geld in uwe tesch en
op weg grenswaarts. Dezen avond kwam ik toegeloo-
penom u te redden, en ik red u, mejufvrouw, vergeef
mij, op uwe beurt, dermate als een kind, als
zinnelooze, te sidderen en te weenen.... Het schynt
mij toe, alsoi ik u voor de laatste maal aanschouwde,
u toespraken bewonderde Vaarwel dan, en denk aan
den cipier van het fort Ha, wanneer gij nieti beters
te doen hebt.
IV.
Des anderdaags, waren mijnheer de Castera en juf
vrouw de Marlatic reeds veire van de stad verwij
derd drie dagen daarna gelukte het hun in Spanje
te dringen, cn Cabanis was vol vreugde toen hij deze
heilvolle tijding ontving.
De ontsnapping der twee gevangenen was nog
geheim voor de gcbeele wereld des morgends en des
avonds trad de cipier, als om zijn gewoonlyk bezoek
af te leggen, in de kamers, welke door den jonker en
de jonge dochter betrokken waren geweest. Het aan
schonwen dier eenvoudige cd, welke mejufvrouw de
Marlatic tot vertrek had gediend, verwekte h|j den
armen Cabanis zonderlinge gedachten, licfdevulle kin
in hunne samenstelling aanwezig zijn.
Zoo is, bij voorbeeld, koeimest krachtiger
dan verkensraest en overtreft het mest
van het hoornvee der stokers en brouwers
datgene voortgebracht door het vee der
geringe landbouwers.
Do kunstvetteu moeten altijd berekend
worden aan den inkoopprijs en men moet
afzonderlijk opgeven den prijs der vetten
en de kosten van vervoeren, opensprui-
den en inleggen, met inachtneming der
gemakkelijkheid van vervoer, gebruik
baarheid der wegen, afstand enz. Men
mag immers het bewijs eischcn dat de
kuustvetten de noodige stoffen bevatten
om aan de vruchten te geven.
Ingedolven mest schatten is niet gemak
kelijk en hierin kan men zich grootelij ks
bedriegen, daarom is er desaangaan-le
een goed onderzoek noodig. De kostumen
eischen dat men alle drij jaren moet mes
ten op pene geene vergoedingte bekomen.
Om het zaad en de planten te schatten
moet men kennis hebben van zaad en
merktproducten en wel in acht nemen
den merktprijs op het tijdstip der zaaiïng
of plautiug, en de hoedanigheid, de hoe
veelheid en de weerde van hot zaad. Uit
gekozen en verbeterd zaad brengt men
een weinig boven den merktprijs in, reke
ning, doch welke ook de soort zij der za
den die men uitstrooit, nooit rekene men
meer dan het genoegzame en volstrekt
noodzakelijke.
De teruggave van een deel pacht en
grondlasten aan den afgaanden pachter
wordt hedendaags algemeen aangenomen,
alhoewel het door de kostumen niet voor
geschreven is. In eene commissie vau
Notarissen te Oudenaarde heeft men de
teruggave vastgesteld als volgt De hol ft
van pacht en grondlasten als de vrucht in
Juni en een derde ervan als zij inAugnsti
geschoren wordt, op voorwaarde nochtaus
dat het land met eene nieuwe vrucht be
kleed is ten voordeelo van den aanko
menden pachter. Wanneer de grond ledig
is of nadat hij twee vruchten gedragen
heeft, kan de afgaande pachter op geeue
teruggave meer aanspraak maken. De
teruggave, wanneer zij plaatsheeft, wordt
altijd berekend op de pachtsom en grond
lasten van het laatste jaar.
3° Het indienen van den prijs moet
jeschieden omtrent half Meert, omdat dit
iet geschikte tijdstip is om zonder kosten
den staat der vruchten en der vetten te
bestatigen. Moest men dit verwaarloo/en
en de indiening later doen, zoo ware alle
recht op vergoeding vervallen.
Van de indiening moet men een bewijs
houden en dit door den eigenaar doen
ouderteekenen ofwel de prijzij door eenen
Notaris doen aanbieden.
De eigenaar mag volgens keus den prijs
aanvoerden of verwerpen, zelfs na tege n
strijdige prijzij cn zulks is hij gehouden
te doen binnen de acht dagen, te rekenen
van den dag dat hem het aanzoek daartoe
bctcekend wordt. Men dient hier aan te
merken dat de enkele indiening van den
derachligbeden, welke vau verrukking of van onnuo-
zclbcid getuigden hij scbepte behagen met, een voor
een, de vodden, de boeken, de papieren zyner voor
malige gevangene aan te raken en te kussenbij
speelde met bare kleine bloempjes van het venster,
•elke zy vergeten had te plukken hij volgde met de
oogen die lange, schroefvormige streep van ht-IJer
stof, welker glans op het voorhoofd van het meisje
geflikkerd had hij aanboorde het gezang der vogelen,
die reeds voor baar gezongen haddenby aanschouwde
den gezichteinder welken zy zoo menigwerf beschouwd
hadde sterren, welke zyongetwijfeld bewonderd
had, en de schoone wolken, welke zij in den hemel
boven haar bad zien heentrekken!
Cabanis ging dagelijks geheugen, weenen en het
verstand verliezen hij de verrukking cener dergelijke
opgetogenheid, in dier voege, dat de ongelukkige daar
door bijna uitzinnig werd men oordeele Zekeren
avond, bij het einde eene dier zonderlinge bezo. ken,
welke hij zoo blijmoedig by zijne afwezige vriendin
aflegde, verliet de cipier de gevangenishij bood zich
aan voor de balie van eeu ontzaggelijk gerecht, en, na
de rechters de onnoozele geschiedenis zijner liefde
verhaald te hebben, eisebte h(j, van zyne rechtvaar
digheid, de kastijding eens plichtigen, overtuigd van
tot de ontsnapping van twee staatsgevangenen, twee
verdachten, twee aristokraten, de hand geleend te
hebben I
Cabanis werd aangehouden, voor het gerecht ge-
brachten veroordeeld. Naar het fort Ha gebracht, of
er den doortocht van het karreken af te wachten, ver
wierf de cipier daags te voren van den sleutelitogei
de machtiging, om nog eens de kamer van n» juf
vrouw de Marlatic te bezoeken, en trad vervolgens,
blijgeestig naar het schavot, roepende Leve Fiank-
rijk leve de vrijheid leve de republiek
EINDE.