25 Augusti 1895. 5 centiemen per nummer. 49sle Jaar. 5009. Bij de roode bende. Zondag Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Vlaamsche Maatschappijen en Strijdgencoten. DE CIPIER. Landbouwleergang ten huize. DE DENDERBODE. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan istweemaal ter week voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. i-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 Dtcember. De onkosten der kwitantiën door de Post ont vangen zijn ten hste van den schuldenaar. Men schrijft in jij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31, en in alle Postkaitoren des Land. Guique suura. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnissen op 3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele van dit blad. A a 1st, den 24 Aug. 189» AAN ONZE Volgens het algemeen gedacb verei- schen de belangen van onzen srijd dat wij, in het tegenwoordige verlof, ©gmaals vergaderen om den toestand de vlaam- sche beweging in oogcnschouw fc nemen en vooral om eenige bijzonder belang wekkende punten te verhandelen De Brusselsche Zitdag van erleden jaar had verheugende en merkteerdige gevolgen. Meer dan een wetoutwerp voortspruitende uit zijne beraadsLgiugcn, werd in de Volkskamcr door one vrien- ven en leiders nedergelegd. Stiipen wij hier onder ander aan de wetsonwerpen op de erkenning van het vlaaiscb als ambtelijke en wetstaal. Doch wt vooral de aandacht treft en ecu ware zgepraal mag heeten, is de plechtige intode van onze moederspraak in het hcilidom der wetgeving. Zulks was eene grootgebeur tenis, en de kloekmoedige houdig van al dezen die aldaar het vlaamscb woord deden klinken, heeft zoo verdmstelijk in haar eigen als volksgezind n hare strekking geschenen. Echter zijn noch onze leideran 't bij zonder, noch de vlaamsche sLjders in 't algemeen, geneigd de wapensneder te leggen, zoolang de volkomene hrstelling onzer taalrechten niet zal bekoien zijn. Integendeel iedere schrede vooiit moet als een nieuwe spoorslag wejn, eene aanprikkcling tot moediger pogig. Komen wij dan nog eens te amen, in groot getal, in het oude viamscbe Brugge. Juichen wij over denoestand, en bereiden wij ons tot verder sijden. Met innige voldoening m»en wij aankondigen dat reeds een tioml volks vertegenwoordigers uit verschil ge pro vinciën, onder andere de v.amsch- sprekenden te Kamer, beloofdhebben op den Zitdag tegenwoordig te zij. In de blijde verwachting iJ-onze vlaamsche maatschappijen en «ïjdge- nooten geestdriftig aan onzen iproep zullen beantwoorden, bicden wij an den vlaamschcn broedergroet. DE INRICHTERS V. Chielcns, E. Dc Visschere, l. De Wynter. C. MoeyaertII. Pr ie. A. Van Mullem, J. Vanneste, E. Van Steenkistc. PROGRAMMA VAN DEN ZITD3. Zondag 1 September 's Voormiddags ten 10 1/2 ure, algteene zitting in de Parijssche Hall DAGORDE 1Wetsvoorstellen DeVriendt en ore mans over het vlaamsch als wev en Eerste vervolg en slot. Jonkvrouw de Marlatic klom op eene voetnk, plukte eene bloem, welke zij zicli geweerdigde ren hoeder, den cipier, aan te bieden, hem met nen droefgeestige» grimlach zeggende Mijnheer, aan u alleen, ik ben ervan verztrd, ben ik al de sierlijke weelde mijner laatste vdijf- plaats in deze wereld verschuldigd nog een danog een oogenblik misschien, en ik zal erongetwijfcbiet meer wezen ziehier eene arme en onnoozele gifel- bloem, een schoon juweel, niet waar, dat ik s de schitterende schatten mijns bloemend juweeltjes kom te ontrukken Mynheer, neem die bloem,s al wat ik bezit, en bewaar die als een aandenken vawe ongelukkige zendelinge. Ik zweer het u dat ik haar zal hewarcnjit- woordde Cabanisen de onhandelbare repulein sloot zorgvuldig de kleine bloem der aristocrate ?g. Mejufvrouw, hernam hij, zacht sprekende, hebtgijj iets te vragen, eenig bevel voor te schrijven Ja... maar vooreerst heb ik u eene vraate doen. Denkt gij dat er mij nog langen tijd te lit blijft Ik hoop bet. Welnu, indien bet zoo is, vereisch ik van e menschlieveude genegenheid een gebedenboek, ceï prullen mijner klcerkas twee of drij dichtwcrkeni een weinig geld, dat gij van mijnentwege, int kasteel van Marlatic zult doen halen. Ik zal zelf den aanstaanden nacht naar liet d< gaan, en, als 't God blieft, zult gij dit alles moii bebben. staatstaal. VerslaggeverM. KarelBrants, gemeentesecretaris, Etterbeek. 2. Wetsvoorstel Van der Linden over het vlaamsch voor het krijgsgerecht. Ver slaggever M. Priem, advokaat, Brugge. 3. Vlaamsch in het vrij middelbaar on derwijs en in het lager onderwijs. Verslag gever M. De Ceuleneer, hoogleeraar, Gent. 4. Verplichtende taalkennis voor de staatsambtenaars. Verslaggever M. Theeleu, letterkundige,Bilsen, (Limburg.) 5. Vlaamsch in burgerlijk en handels- gerecht, vlaamsche leergang van burger lijk ën notarieel recht. Verslaggever M. E. De Visschere, advokaat, Brugge. 6. Vlaamsch in leger en burgerwacht. Verslaggever M. Jan De Block, nijvc- raar, Peurs. 7. Het vlaamsch in de aanstaande ge- meentekiezingen. Verslaggever DrDepla gouwraadsheer, Kortrijk. o— 's Namiddags, ten 3 Ij2 ure, openbare feestvergadering in Stads Halle. o 1Openingsrede door M. De Vriendt, voorzitter. 2. Feestrede door M. D'Hooghe-Belle- mans. 3. Aanspraak van verscheidene volks vertegenwoordigers. o Maandag 2 September. Uitstap naar Ivnocko en de Zeekust. In een vorig artikel heb ik doen uit schijnen dat de voor niters van Gent persoonlijk moorden als gerechtigd aan zien indien het gedaan wordt ten voor dode der roode pariij. De nota op den brief van J. K. Van de Veer bewijst dat zonneklaar. Vooruit zal dat loochenen wij ken nen de goede trouw der socialisten, maar dat staat zwart op wit gedrukt in het aan gehaalde nummer. Onze lezers zullen be merkt hebben dat onze gevolgtrekkingen juist zijn en dat die afleidingen in de woorden van Vooruit zijn besloten. Vooruit is aanhanger van het gekende het einde wettigt de middelen 't Geu- zenorgaan van Aalst is ook van die gehalte. Zij mogen samen gaan. Datis ten anderen reeds gebeurd en Dendergalm was fier op dat voorbeeldig bondgenootschap. Niet alleen Vooruit wil den moord ter hulp roepen om zijnen winkel te doen draaien, zelfs mannen, die doorgaan als de groote gezaghebbers der partij, aan zien de Ravachols als hunne goede vrien den. Frederik Engels, een duitscher, over eenige dagen gestorven, heeft het in den Eclair van Parijs laten schrijven en zijne woorden zijn gretigin Foomttfopgenomen: liet is nog alles niet, mijnbeer, en, waarlijk, ik ben beschaamd over ecu dergclijken ciacb ik vraag u nog pen, inkt en papier. Gij zult dit hebben mijne faam, mijne eer, mijn leven misschien; hangen er van af... maar wat is daaraan gelegen spreek altoos, beveel, zeg tol uwen nedcrigcn dienaarsta recht, en ik zal opstaan Kniel 1 en ik zal knielen gehoorzaam en ik zal ge hoorzamen sterf 1 indien het noodig is, en ik zal sterven Vaarwel H. De cipier ging, of weleer, vloog de kamer uithij sloot hcviglijk de deur, en gedurende eene gansche week vond de ongelukkige noch de kracht, noch den moed om onder de oogen tc verschijnen van dit edel schepsel, van die onderscheidene gevangene, die hij dacht belcedigd te bebben alleenlijk gelastte zich een cipiersgast, een vertrouwde van Cabanis, beime- ijk aan jufvrocw de Marlatic alles te dragen, wat zi. gevraagd bad, alles wat zy nog moebt vragen eiken dag kwam de knecht der gevangenis de bevelen der jonge dochter opnemen, waarvan eene begeerte, gedachte, het minste woord, voor den cipier het wedcrroepelijk bevel cener wet gold. Een morgen, op het uur dal dit niet was van dageljjksch bezoek van den cipiersgast, liet het ge- druisch der grendels zich aan de deur der kamer, door jufvrouw de Marlaiic bclrokken, hooren er opende iemand zeer zachtjes de deur, en de sclioone gevan gene uitte een schreeuw van verwondering, ik durf niet zeggen van blijdschap, op hel zien van dien armen Cabanis, die haar, sidderende, dc oogen neergeslagen, naderde, en haar op den verlegen toon eens blooher- ligen bezoekers zegde M.l u gerust, jonkvrouw., het is niets, ik ben het Dat men zich van dynamiet bcdiene als te Chicago en in Rusland, of den revolver bezige als Padlewski (te Parijs) dat is begrijpelijk Voor Frederik Engels, volgens Vooruit in den socialistenwereld gekend voor zijn helder doorzichten zijne beredeneerde oordeelvellingis dynamiet een goed middel en mag men den revolver gerust bezigen Eu daarna zullen de socialisten nog van vrijheid durven sprekenja, de scboone vrijheid voor hun te moorden en te stelen. Hoelang zal het volk nog aan hun ge zwets geloof hechten Hoelang zal het zich nog den blinddoek laten aandoen en denken dat bij zulke kerels troost en hulp in den nood te vinden is Het Belgische Volk bemint zijne vrij heid cu nochtans in het socialism is de vrijheid onmogelijk. Wat zal er in den toekomststaat van de vrijheid van geweten geworden Wat van de vrijheid van godsdienst De socialisten verklaren huichelachtig dat de Godsdienst eene rein persoonlijke zaak is Maar onmiddelijk daarna zeg gen zij, verklaren zij op de daken dat de roode partij naar de godloochening streeft van geenen Godsdienst houdt. Wij kennen geenen God heeft Vooruit geschreven 1 Wat zal er in dit geval van de openbare hulde geworden Zal men ze toelaten Dat is onmogelijk. De schandalen door socialistische helhonden in de groote ste den gegeven, maken alle bewijsvoering overbodig. Nu moeten zij nog het men- schelijk gerecht vreezen I maar wat zal het zijn wanneer hun partijgerecht zulke lafhertigheden zal toejuichen Indien de socialisten zulke verdraag lijke lammekens zijn, waarom toonen zij dan zulk eenen onverdraagzamen gods diensthaat die zoover gaat de priesters op de straten aan te vallen Wat zij nu doen zullen zij dat in de toekomst laten Dat is onwaarschijnelijk zooveel te meerdat degenen, die hun geloof bewaard zouden hebben altijd als staatsvijanden zullen doorgaan Het geloof aan de tien geboden Gods zijn onvereenigbaar met de overtuiging aan de socialistische grondbeginsels. Wat zal uit hen geworden Een socialistische schrijver heeft zorge gedragen het ons te zeggen. Zij zullen ze in de nabijheid houden om er in tijds de hand te kunnen opleggen. Werklieden, opgepast. Bij dc Katholie ken alleen is de redding, bij hen alleen is er hulp en troost. Zij alleen zullen uwen toestand duurzaam verbeteren volgens het woord van onzen onsterfelijken Paus in recht en vrede n Daarom allen bij ons en met ons gestre den voor uw geluk en welzijn, voor recht en vrede Kom hier, hernam de jongcdochter grimla chend, kom hier... dat it u bekyve en u bedanke; Gy zijtdc verborgen God, die mededoogen hebt met mijne pijnen hebt gij dan gezworen steeds mijne hulp en steun tc zijn Spreek, mijnheer, gij licbt beloofd mij tc gehoorzamen ik beveel u, mij te antwoorden, én ik aanhoor u I Mejufvrouw, antwoordde de cipier, blozend over de bevallige gemeenzaamheid zijner gevangene, ziellier bet oogwit dat mij heden tot u geleidt... Ik heb U bcloold te gehoorzamen, het is waar, en u, desnoods, meer zelfs dan mijne rechten en mijne plichten toelaten, dienstvaardig tc zijn... Welnu, ik doe wat ik kan... Ik weet liet Stel u voor dat ik, op liet eerste zicht, zonder het tc ontwaren, zonder liet te willen, ingenomen ben geweest van een hoogst levendig gevoel, van eene eindelooze genegcubcid, van eene onweerstaanbare verknochtheid voor een persoon.... Voor mij, misschien Eilaas, ja ik houd mij zoo menigwerf in mijne gedachten met u bezigik spreek zoo dikwijls uwe schoonheid, van uwe verdiensten, dit ik nergens van iets anders droom gij zijt het cenigste onder werp myner onderhandelingen met de gevangenen, die ik bezoek dank aan uwe woorden, myne loftui- gingen, myne bewonderingen, beeldt eenieder zicb in u tc kennen, zonder u gezien te hebben iedereen mint, eerbiedigt en bewondert u bier reeds over eenige dagen was ik het die, behagen schcp'e de gan sche wereld van u te spreken nu is het de gansche wereld, die behagen schept mij van u tc spreken dat is vleiend voor mij. en ik ben gelukkig zoocven nog met een zeer jong, zoo geestrijk en zeer bevallig gevangene, eenen schoonen jonker, dien men M. Dc Castéra noemt... Kent gij hein f Elide Les. —o VRAGEN. 1° Welke zijn de grondslagen die men bij iedere prijzij moet in acht nemen 2° Leg iedere grondslag in korte woor den uit. 3° Wanneer moet men den prijs in dienen? Welke zijn dc voornaamste rechten en plichten de,s pachters wanneer hij zijnen prijs moet opdoeu ANTWOORDEN 1° Wanneer een stuk land van pachter ver andert, rijzen soms moeilijk- heden op bij het vaststellen der prijzij. Dit spruit hieruit voort, dat men te veel uit het oog verliest dat dc prijs eene rechtveerdige vergoeding moet zijn voor al hetgeen den afgaanden pachter toekomt, zonder winstbejag voor de eene noch voor de andere partij De overdrijving in het opmaken der prijzij is een schandelijk bedrog en geen rechtzinnige prijzer zal zulke opgaven goedkeuren, wel overtuigd zijnde van deszelfs gevolgen, als tegenprijzijen, kra- keelen, processen integendeel hij zal volgens zijn geweten en zijne overtuiging handelen en beginnen met den pachtbrief na te zien, ten minste zoo cr een bestaat. Verders zal hij den pachter ondervragen over de grootte van zijn gebruik, de uit gevoerde bewerkingen en bemestingen, eenen oogslag werpen in zijne stallen, trachten ae gebruiken der streek voor het vetten tc kennen en goed nazien in welken staat liet land zich voordoet. Zijn prijs zal dus steunen op de volgende grondslagen 1° op de oppervlakte van het te verlaten land 2° op de grondbe werkingen en andere 3° op de bemes tingen en navette 4° op het zaad en planten5° op de wedergave van een gedeelte pacht en grondlasten. 2" De opppervlakte moet goed in acht genomen worden om ze als basis te nemen in het berekenen der loonen. Zij moet in hectaren, aren en centiareu in den prijs uitgedrukt worden ten einde den eigenaar toe te laton de rechtzinnigheid der prijzij te onderzoeken. Al de noodige bewerkingen zoowel de voorbereidende om het land in gereedheid tc brengen tot het zaaien als de naberei- dende, het planten of zaaien en de ver dere zorgen die de planten vergen, moeten even aangestipt worden. Dit insgelijks om dc rechtzinnigheid van den afgaanden pachter te kunnen nasporen. Doch men neme wel acht alleenlijk in rekening te brengen de noodige en volstrekt vereischte bewerkingen volgens den aard des gronds HL Dat ijselyk woord van schavot, door den mond eens cipiers uitgegalmd, deed jufv rouw de Marlatic sidderen; Bicri hadde gezegd dat zij plotselings uit ccncn; diepen slaap ontwaakte, voorde toebereidselen en het afgrij selijk tooneel der strafuitvoering zij naderde Cabanis nam zijne hand, die zij in de hare drukte, zy smeekte hem baar te aanhooren. tk herinner mij in u eenen beschermer, eenen op rechten vriend tc bebben^evonden, sprak zy, en dit verplicht my u iets toe tè vertrouwen.... De cipier boog droefgeèstig het hoofd. Mijnheer Cabanis; hernam het jonge meisje, indien gij mij nog bemint vraag ik u om genade, ver geef mij.... De cipier bezag haar zonder gramschap. Mijn vriend, vervoorderde jufvrouw de Marlatic, ik ga mij aan u biechten, gij zult myn rechter wezen. Lie cipier bloosde van Vreugde en hoogmoed. Ik ben aan de gedienstige zorg, welke gij altjjd voor mij gebad hebt het laatste dichterlijke briefje van M. De Castera verschuldigd, is dit niet waar Cabanis Ja. Ik ben aan uwe zelfopoffering voor uwe ge vangene de eer verschuldigd van mijnheer dc Castera ontvangen tc hebhen, welke meer dan honderd maal bier geweest is. Ja, ik had ongelijk. Helaas vriend, gij alleen waart plichtig, ik heb uwen gunsteling met genoegen onthaald, ik was te vreden hem weder te zien, gij hebt bem den weg aan geduid die naar mijne kamer U-idt. cu bij heeft dien zonder u durven inslaan om lot mij te komen. Gy hebt zoo dikwerf den lof ccner ongelukkige gevangene uit gegalmd gij hebt zoo dikmaals den lof verkondigd eens edelen gevangenen. Door u heeft M. De Castéra in den zin gekregen my te beminnen, cn ik, ik kreeg on de noodwendigheden der vrucht, maar geenszins zulke die men uitvoert om vruchten uit den grond to halen, in tc zamelen enz. Daarbij moet men aandui den welke soort van werktuigen men ge bruikt, het getal en den aard der beesten die men gebezigd heeft, het aantal werk lieden alsmede het getal dagen dat zich onledig gehouden hebben, het loon dezer werklieden en of zij voedsel genoten heb ben. De prijzer kan onmogelijk berekenen wat aan het werkvolk moet betaald wor den, wijl dit verschilt van streek tot streek en ook volgens de mindere of meerdere moeilijkheid die de bewerking oplevert. Het onredelijk bewerken doet alle recht op vergoeding verliezen. Nog moeten aangegeven worden alle volledige vetten waarmede de voorgaande en de tegenwoordige vrucht gevet werden. Die vetten moeten tegenstrijdiglijk ge prezen worden. De kostumen maken ge wag alleen van de vetten toegediend voor de tegenwoordige vrucht, maar het is ook noodig die der voorgaande te kennen om do navette op eenen vasten voet te kun nen berekenen. Om alle bedrog te vermijden moet de afgaande pachter den eigenaar aanzoeken te komen zien welke vetten hij gebruikt. Dit aanzoek moet ten behoorlijken tijde geschieden en hij die zulks zou verwaar- loozen verliest, volgens de kostumen, alle recht op vergoeding. De eigenaar moet een ontvangstbewijs geven van dit aan zoek. Zoo hij hier niet in toestemde dan zou men het dienen te doen bij deur- weerder, alle andere wijzen, als door getuigen of bij aanbevolen brief, van ge varen niet ontbloot zijnde. De drooge meststoffen schat men best per hoop, de vloeibare per kuip of per aalstuk en do groene per oppervlakte. Hier valt nog aan te merken, dat men slechts mag in rekening brengen de ge noegzame en volstrekt noodige bemestin gen en dit op voorwaarde dat de afgaande pachter bewijst dat het land eene volle dige bemesting ondergaan heeft. De verbeteringen door den afgaanden pachter aan de eigendommen toege bracht, zou de eigenaar insgelijks dionen te vergoeden en in dien zin bestaat een vonnis van het beroepshof te Brussel, maar de kostumen maken geen gewag noch van verbeteringen, noch van de som die voor arbeid of vette moet betaald wor den. Om alle moeilijkheden te ontwijken is het geraadzaam dit alles in den pacht brief vast te stellen. Bij het schatten der vetten moet men zijne aandacht vestigen op do hoeveelheid gebruikte meststoffen, de hoedanigheid derzeive en hunne weerde. Deze haugt groolclijks af van den staat van verrot- ting waarin zij zich bevinden, van het verschil der voorgaande zomer en winter- vruchten, van de dieren die ze voort brachten, van de vermenging der mest stoffen van verschil ligo dieren, vermen ging die niet zelden hunne weerde ver mindert, en van het stroo en den aal die in den zin... hein niette haten; heden, het is een oogenblik geleden, is een edelman mij zijn naam komen aanbieden en ik heb dien aanveerd, hij beeft mij zijne toekomst aangeboden en ik ontving ze in dcelinghij hecfl mij heil voorspeld, en ik verhoop crziedaar ons schelmstuk gy riept zoo even het gerecht des bculs ter uwer liulp, welnu, mijn vriend, doe wat gij wilt De beul zal te spade koinen, mejufvrovw, ant woordde de cipiermisschien morgen zal de beul u roepen, en dezen nacht zult gij dc vlucht nemen t Dezen nacht Welaan, sta op en volg mijSpoedig, eene ver momming op uwe schouder», geld in uwe tesch en op weg grenswaarts. Dezen avond kwam ik toegeloo- penom u te redden, en ik red u, mejufvrouw, vergeef mij, op uwe beurt, dermate als een kind, als zinnelooze, te sidderen en te weenen.... Het schynt mij toe, alsoi ik u voor de laatste maal aanschouwde, u toespraken bewonderde Vaarwel dan, en denk aan den cipier van het fort Ha, wanneer gij nieti beters te doen hebt. IV. Des anderdaags, waren mijnheer de Castera en juf vrouw de Marlatic reeds veire van de stad verwij derd drie dagen daarna gelukte het hun in Spanje te dringen, cn Cabanis was vol vreugde toen hij deze heilvolle tijding ontving. De ontsnapping der twee gevangenen was nog geheim voor de gcbeele wereld des morgends en des avonds trad de cipier, als om zijn gewoonlyk bezoek af te leggen, in de kamers, welke door den jonker en de jonge dochter betrokken waren geweest. Het aan schonwen dier eenvoudige cd, welke mejufvrouw de Marlatic tot vertrek had gediend, verwekte h|j den armen Cabanis zonderlinge gedachten, licfdevulle kin in hunne samenstelling aanwezig zijn. Zoo is, bij voorbeeld, koeimest krachtiger dan verkensraest en overtreft het mest van het hoornvee der stokers en brouwers datgene voortgebracht door het vee der geringe landbouwers. Do kunstvetteu moeten altijd berekend worden aan den inkoopprijs en men moet afzonderlijk opgeven den prijs der vetten en de kosten van vervoeren, opensprui- den en inleggen, met inachtneming der gemakkelijkheid van vervoer, gebruik baarheid der wegen, afstand enz. Men mag immers het bewijs eischcn dat de kuustvetten de noodige stoffen bevatten om aan de vruchten te geven. Ingedolven mest schatten is niet gemak kelijk en hierin kan men zich grootelij ks bedriegen, daarom is er desaangaan-le een goed onderzoek noodig. De kostumen eischen dat men alle drij jaren moet mes ten op pene geene vergoedingte bekomen. Om het zaad en de planten te schatten moet men kennis hebben van zaad en merktproducten en wel in acht nemen den merktprijs op het tijdstip der zaaiïng of plautiug, en de hoedanigheid, de hoe veelheid en de weerde van hot zaad. Uit gekozen en verbeterd zaad brengt men een weinig boven den merktprijs in, reke ning, doch welke ook de soort zij der za den die men uitstrooit, nooit rekene men meer dan het genoegzame en volstrekt noodzakelijke. De teruggave van een deel pacht en grondlasten aan den afgaanden pachter wordt hedendaags algemeen aangenomen, alhoewel het door de kostumen niet voor geschreven is. In eene commissie vau Notarissen te Oudenaarde heeft men de teruggave vastgesteld als volgt De hol ft van pacht en grondlasten als de vrucht in Juni en een derde ervan als zij inAugnsti geschoren wordt, op voorwaarde nochtaus dat het land met eene nieuwe vrucht be kleed is ten voordeelo van den aanko menden pachter. Wanneer de grond ledig is of nadat hij twee vruchten gedragen heeft, kan de afgaande pachter op geeue teruggave meer aanspraak maken. De teruggave, wanneer zij plaatsheeft, wordt altijd berekend op de pachtsom en grond lasten van het laatste jaar. 3° Het indienen van den prijs moet jeschieden omtrent half Meert, omdat dit iet geschikte tijdstip is om zonder kosten den staat der vruchten en der vetten te bestatigen. Moest men dit verwaarloo/en en de indiening later doen, zoo ware alle recht op vergoeding vervallen. Van de indiening moet men een bewijs houden en dit door den eigenaar doen ouderteekenen ofwel de prijzij door eenen Notaris doen aanbieden. De eigenaar mag volgens keus den prijs aanvoerden of verwerpen, zelfs na tege n strijdige prijzij cn zulks is hij gehouden te doen binnen de acht dagen, te rekenen van den dag dat hem het aanzoek daartoe bctcekend wordt. Men dient hier aan te merken dat de enkele indiening van den derachligbeden, welke vau verrukking of van onnuo- zclbcid getuigden hij scbepte behagen met, een voor een, de vodden, de boeken, de papieren zyner voor malige gevangene aan te raken en te kussenbij speelde met bare kleine bloempjes van het venster, •elke zy vergeten had te plukken hij volgde met de oogen die lange, schroefvormige streep van ht-IJer stof, welker glans op het voorhoofd van het meisje geflikkerd had hij aanboorde het gezang der vogelen, die reeds voor baar gezongen haddenby aanschouwde den gezichteinder welken zy zoo menigwerf beschouwd hadde sterren, welke zyongetwijfeld bewonderd had, en de schoone wolken, welke zij in den hemel boven haar bad zien heentrekken! Cabanis ging dagelijks geheugen, weenen en het verstand verliezen hij de verrukking cener dergelijke opgetogenheid, in dier voege, dat de ongelukkige daar door bijna uitzinnig werd men oordeele Zekeren avond, bij het einde eene dier zonderlinge bezo. ken, welke hij zoo blijmoedig by zijne afwezige vriendin aflegde, verliet de cipier de gevangenishij bood zich aan voor de balie van eeu ontzaggelijk gerecht, en, na de rechters de onnoozele geschiedenis zijner liefde verhaald te hebben, eisebte h(j, van zyne rechtvaar digheid, de kastijding eens plichtigen, overtuigd van tot de ontsnapping van twee staatsgevangenen, twee verdachten, twee aristokraten, de hand geleend te hebben I Cabanis werd aangehouden, voor het gerecht ge- brachten veroordeeld. Naar het fort Ha gebracht, of er den doortocht van het karreken af te wachten, ver wierf de cipier daags te voren van den sleutelitogei de machtiging, om nog eens de kamer van n» juf vrouw de Marlatic te bezoeken, en trad vervolgens, blijgeestig naar het schavot, roepende Leve Fiank- rijk leve de vrijheid leve de republiek EINDE.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1895 | | pagina 1