liioiittAi
Zondag 20 September 1896.
5 centiemen per nummer.
Ile Jaar. 3121.
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement Aalst.
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
De Denderbode
leest en verspreidt dus
De Denderbode
Socialistische
uitbuiting.
Werk der Soldatenmis
W erkmans-pensioenen.
DE DENDERBODE
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week
voor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont
vangen zijn ten laste van den schuldenaar.
Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31,
en in alle Postkantoren des Land.
Cuique suum.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnissen op
3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worchn niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
Uijnsdag en vrijdag in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele
van dit blad.
/Halst, 19 Septemb 1896.
vangt, heden zijnen 51" Jaargang
aan.
Het eerste nummer van Den
derbode verscheen op 20 Septem
ber 1846 en wij zouden dus zijn
gulden jubelfeest mogen vieren.
Tol 27 Oogst 1871, bfeef De
Denderbode onder 't bestier van
onzen voorganger, den heer Adolf
Byldus gedurende een tijdver
loop van 25 jaren.
Sedertdien, dus ook gedurende
't vierde eener eeuw, stond De
Denderbode onder ons beslier.
In ons programma van 1871
zegde wij onder anderen
Wij zijn voor en boven alles
aan de katholieke en bewarende
gezindheid verkleefd, en zullen,
bij elke gelegenheid, de ware
katholieke princiepen en de vrij-
heden door onze Grondwet ge-
waarborgd, verdedigen.
Dit is genoegzaam gezegd, dat
wij het zoo genaamd liberaal
ii stelsel, zoo krachtdadiglijk door
onze Doorluchtige en Hoogweer-
ii dige Bisschoppen in hunne laat-
,i ste bevelbrievengeschandmerkt,
ii tot't uiterste zullen bevechten.
Aan onze geëerde abonnenlen
en lezers te oordeelen of wij aan
dit voornaamste punt van ons pro
gramma tot heden toe zijn getrouw
gebleven.
Wij vreezen hunne uitspraak
niet, want niemand zal ons de ge
tuigenis weigeren dat wij altijd
hebben betracht er getrouw aan te
blijven.
Over 25 jaren eindigde ons pro
gramma met 't volgende verzoek
Wij verzoeken dus onze poli-
tieke vrienden ons in deze harde
II taak bij le staan. Aan de vrien-
■i den onzer verschillige kantons
ii vragen wij dat zij ons alle inlich-
ii tingen overmaken die nuttig en
voordeelig konnen zijn aan onze
lezers en aan de groote nationale
II partij, waaraan wij met hart en
ii ziel verkleefd zijn.
Heden hernieuwen wij dit ver
zoek immers ook heden meer
dan ooit hebben wij den steun
onzer politieke vrienden noodig
want men verlieze niet uit 't oog
dat wij nu tegenover drij vijanden
staan, namelijk,Ade liberalen, de
uit den Oorlog in de Vendee
socialisten en de valsche demo-
kralen of volksfoppers.
Al wat wij vooral betrachten is
het vertrouwen onzer politieke
vrienden te verwerwen omdat wij
dit vertrouwen als de schoonste
belooning aanschouwen welke ons
kan te beurt vallen.
Katholieken van 't Arrondis
sement Aalst
2de VERVOLG.
Jean Cbouan boog het hoofd en scheen na te den
ken. Iets als eene wroeging deed zijn hart ineenkrim
pen. Zijne aarzeling was echter niet van langen duur.
Hij wendde zich tot den zeerob en vroeg
Mijne mailezels t
Zij zijn gereed, antwoordde de zeeman.
Zeer goed, wij vertrekken.
God behoude u sprak moeder Gemis aange
daan. Maar toch komt het mij voor, dal gij verkeerd
handelt, door met dit ruwe weêr op weg te gaan.
Jean Chouan antwoordde niet.
Hij drukte zijne muts in de oogen, nam zijn langha
rigen mantel, en den ouden Cyranol den arm gevend,
nam hij hem mcé naar buiten.
Op een tecken van hunnen meester plaatsten de
zwaar beladen muilezels zich op eene rjj en sloegen
eeu hollen weg in, waar het geraas hunner schreden
weldra onhoorbaar werd.
Eemgen tijd later trad een armoedig gekleed kind in
allerijl de woning van moeder Gervais binnen.
—Jambe d'Argentriep Margaretha uit, die het
eent de kleine ongelukkige erkend bad.
Niet alleen te Luik, te Seraing, te
Verviers, en in den Borinage, maar ook
te Gent, liggen de socialisten geweldig
overhoop.
Onze geachte lezers hebben reeds een
en ander vernomen over de beschuldigin
gen die in 't Hollandsche socialistische
orgaan Recht voor allentegen de
bazen van den Gentschen Vooruit werden
openbaar gemaakt.
Die beschuldigingen drukken loodzwaar
op Anseele C"le en het is dan ook niet
te verwonderen dat zij zich zoeken wit te
wasschen.
Maandag avond 11. was er in den socia-
listischen tempel der Bagattenstraat te
Gent eene algemeene partij vergadering
belegd om tot den grooten wasch over te
gaan.
Lang vóór den aanvang der zitting was
de zaal eivol. Eene strenge drievoudige
controol waakte, opdat geen enkele luis
tervink de zaal zou kunnen binnendringen.
Maar toch drongen er niet eene enkele,
maar verschillige luistervinken binnen,
en dit dank aan do medewerking van
zekere rooden.
Het hing in de lucht dat het er zou
stuiven, en 't heeft er gestoven ook.
Nu Anseele Cnl' en Vooruit zouden
gewroken worden over den laster van
Recht voor allenMaar, eilaas, noch
Anseele CDle,noch Vooruit ten gewroken
geworden, integendeel, ze zijn nog zwarter
uit den grooten wasch gekomen dan ze
te voren waren.
De vergadering was stormachtig van
den beginne af. De schrijver der beschul
digende correspondentiëu in Recht voor
allen deed zich schriftelijk kennen 't is
zekere Paul De Witte, oudopsteller vau
Vooruit en boekhouder der socialistische
coöperatieven, welken Anseele C"le het
zoo beu hebben gemaakt, dat hij zijn
ontslag heeft ingediend, in andere woor
den, dat hij is gaan loopen. De Witte was
te slim voor hen
Eu De Witte om zich te wreken, heeft
zoo wat de gordijn opgelicht, achter de
welke de groote jannen van Vooruit zich
bewegen.
Anseele, Van Beveren en Hardyns
kwamen dus eerst aan 't woord om de
beschuldigingen van Paul De Witte te
Ik zelf, antwoordde hijis Jean Chouan niet
hier f
Hij is juist vertrokken.
Alleen 1
Met den ouden Cyranol.
Hoe ongelukkig 1 hoe ongelukkig riep het kind
wanhopig uit. Waarom heb ik niet eerder kunnen
komen Waarheen gaan zij spreek snel, in Hemels
naam 1
Zij begeven zich naar de struiken van Tertre.
O, ik was er zeker van I Jean Chouan is verlo
ren En te weten, dat ik dat ongeluk had kuuueu
verhoeden Zoo ik bem nog kon redden T
Zonder er nog een woord bij te voegen, vloog Jambe
d'Argent naar buiten en verdween op zgue beurt in
den bollen weg.
III
De Worsteling.
Het dorp Val-de-l'Epine ligt op de grens van Bre-
tagne, in een soort driehoek, gevormd aan den ei
kant door de valleien van Marie en aan de andere zijde
door de bosscben en woeste ravijnen van Mortainais.
De nabijheid van het bosch van Fougéres maakte
deze plaats lot de uitverkoren plek der zoutsmokke
laars. In Bretagne, waar gecu invoerrecht op het zout
geheven werd, kostte het zout een stuiver het pond,
terwijl de naburige provinciën twaalf maal zooveel
moesten betalen.
Dertig duizend huisgezinnen van Marne leefden van
weerleggen, maar zij lukten er niet in,
want zichtbaar was de overgroote meer
derheid der aanwezigen vijandig gestemd.
Zekeren Demeyer vroeg Worden de
werkmeisjes uitgebuit door Vooruit?»
Vlakaf en luid werd door 60 meisjes te
;elijk geroepen JA.
Is het waar dat er afhoudingen gedaan
worden op het loon der naaisters
gmaals was het antwoord der 60
meisjes JA.
Demeyer vroeg verder om de boeken
te mogen nazien, en Anseele weigerde,
onder voorwendsel dat men ze aan
't gerecht wilde leveren.
Een hevig rumoer ontstond en Anseele
werd uitgejouwd.
Een tegenspreker trad op om Anseele
op zijne plaats te zetten, maar het woord
werd hem geweigerd.
Van dit oogenblik verdeelde de verga-
dering zich in twee vijandelijke kampen 5
weldra was men volop aan het twisten en
van twisten ging men tot vechten over.
Verscheidene vechters werden buiten
gedreven.
Foucaert en Seffers verdedigden De
Witte Anseele en zijne partijgangers
waren gedwongen hun te laten spreken.
De groote opperbaas Anseele, die vir
tuoos der brutaliteit,stond daar tc schuim
bekken van woede.
Maar ook hij, de held, vroeger zoo ver
heerlijkt,zoo aanbeden,aan wiens bevelen
allen gehoorzaamden, wordt nu beschul
digd van de arme werklieden te hebben
uitgebuit net als eenen gemeenen kapita
list
En die beschuldiging kan hij niet weêr-
ggen, 't is onmogelijk, want 't is de
waarheid I
't Is voor Anseele 't begin van 't eindje
en beter dan iemand moet hij begrijpen
dat zijne heerschappij aan 't wankelen
is 1
't Verslag van Vooruit over de verga
dering van maandag is een knoeiwerk
door 't welk men de waarheid tracht te
verduiken.
Wel wacht men zich te melden dat de
werkmeisjes van Vooruit luid op hebbeu
verklaard dat de beschuldigingen van Recht
voor allen gegrond zijn, dat zij worden
uitgebuit men bepaalt zich te zeggen
Anseele, Paunekoek, Van Beveren eu nog
een ander lid hebben de beschuldigingen
wederlegd en de meisjes antwoordden
tusschen in.
Wat zij tusschen in geantwoord hebben
dat verzwijgt Vooruit.
Ziedaar hoe onpartijdig de lezers van
Vooruit worden ingelicht, maar ook hoe
zeer zij voor den aap worden gehouden 1
't Was met opzet dat de roode hoofd
mannen de zitting rekten tot na midder
nacht en dit om hot de aanwezigen beu te
maken en aldus eindelijk die stemming
van vertrouwen te bekomen die zij vroe
ger niet zouden verkregen hebben. Om 9
of 10 uren zou het voorstel van vertrou
wen onbetwistbaar met eene groote meer
derheid verworpen zijn geweest, maar om
middernacht was iedereen ongeduldig ooi
naar bed te gaan.
Het voorstel van De Witte, strekkende
om 10 mannen te gelasten, in geheime
zitting, de boeken van Vooruit eens na te
zien, werd hardnekkig bestreden door
Anseele en eindelijk verworpen door de
Eindelijk ook, na lang twisten,werd een
dagorde aangenomen in 't welk de corres
pondentiëu van Recht voor allen worden
afgekeurd en waardoor eene commissie
van 30 leden wordt aangesteld om de
gegrondheid der beschuldigingen van
Recht voor allen te onderzoeken.
Als die commissie nu maar alles in den
doofpot niet duwt
bij de P. P. Redemptoristen.
Ter gelegenheid van het binnen-
komen der Rekruten, achten wij
JEf het goed een woordje te zeggen
IKjL over het soldatenwerk der Paters
Redemptoristen. Dat werk is van
de grootste belangrijkheid 't is volstrekt
noodig om de vruchten niet te verliezen
van al de andere werken ten voordeele
van de jonkheid ingericht.
Wie zal immers waken over den iongen
soldaat die zijne schuld aan het Vader
land komt betalen Zijne natuurlijke
raadgevers, zijn Vader en zijne Moeder,
zijn goede Pastoor die hem onderwezen
heeft, allen zijn afwezig.
Is het nadat men zich zoo veel moeite
en zelfopofferingen zal opgelegd hebben,
om hem tot daar ongeschonden te bewa
ren, is het dan dat men hem moet ver
laten en aan zich zeiven overleveren
Is het wanneer de jongeling gevormd
wordt, wanneer zijne driften zich met
meer kracht dan ooit ontwikkelen, wan
neer hij uit den bedwelmenden beker
eener bandelooze vrijheid gaat proeven,
is het dan wel 't oogenblik om hem te
verlaten
In do kazerne leeft de jongeling volgens
zijne grillen. Inderdaad buiten den ver-
piichtendon dienst, na de oefeningsuren,
geniet de soldaat eene vrijheid waaraan
hij 't huis niet gewoon was en al to dik
wijls wordt die vrijheid misbruikt.
De Paters Redemptoristen hebben het
begrepen daarom staan te Antwerpen,
Brussel, Luik, Doornik hunne Kerk en
hun klooster voor de soldaten open. Even
als de legeraalmoezeniers nemen zij de
plaats in der ouders wier hart zij bezitten,
en der Pastoors wier iever hen "bezielt,
Wij kunnen dus de Heeron Pastoors
niet genoeg aanzetten om de miliciancn
hunner parochie in rechtstreekschc be
trekking met die kloosterlingen te bren
gen. Het is daartoe voldoende hen van
eenen aanbevelingsbrief te voorzien dien
ze aan den Bestuurder van het Werk
zullen afgeven.
Ook vergete men niet de Militaire
Kringen. Dank aan de edelmoedigheid
van eenige mannen van zelfopoffering,
bestaan zulke kriDgen in bijua al de gar
nizoensteden. Zij zijn niet min noodzake
lijk dan de soldatenmis. Wie ooit door
die straten is gegaan waar de verlagende
ellende der ondeugd heersebt, zal zulks
begrijpen. Hij heeft immers op zekere
dagen soldaten zien intreden in die voor
de winsten van den smokkelhandel. De familie van
Jean Chouan behoorde tot dit getal. Reeds van zijne
jeugd aan het moeielijk leven van den smokkelaar ge
wend, deinsde Jean nergens voor terug. Zijn groote
moed deed hem moeieüjkhedcn en gevaren vergeten.
Dien avond verwijderde hij zich echter niet zonder
ecnige ongerustheid van de woning van moeder Ger
vais.
Hij verweet zich bet blinde vertrouwen, dat hij in
den ouden Cyranol stelde, over wien vroeger zekere
verhalen de ronde hadden gedaan, en dat hjj zijn ge
wonen gids, Jambe-d'Argent, verdacht had.
Jean Louise Treton, Jambe-d'Argent bijgenaamd,
w|jl hij gebrekkig ging, was te Astillé geboren. Zijn
vader, die voor een talrijk gezin te zorgen had, liet
hem zijn brood bedelen.
Het kind was zachtaardig, schuchter en dankbaar
van aard -, overal vond het een welwillend onthaal.
Nooit weigerde eene hoeve hem des nachts gastvrij
heid of een stuk brood om zijnen honger te stillen.
Jambe-d'Argent was b|j Jean Chouaan goed bekend,
wijl h|j dezen tal van diensten bad bewezen.
Op den avond, waarover w|j spreken, moest de
kleine bedelaar zich naar de hoeve van moeder Ger
vais begeven om zijnen vriend in te lichten omtrent
de plaatsen, waar dc kommiezen zich ophielden c
hem desnoods lot gids te verstrekken.
Ongelukkigerwijze hadden de slechte toestand der
wegen en de koude den gang van het kind vertraagd
Hij liet het overeengekomen uur voorbijgaan. Zonder
den noodloltigen invloed van Cyranol zou Jean Chouan
nog gewacht hebben.... Hij wachtte echter nieU
portalen der hel,waar geld eu gezondheid,
somtijds het leven, altijd de eer en de
deugd verloreu gaan. Welnu do Miltaire
Kriugea zyu de krachtigste behoedmid
delen tegen zulke kwalen. Daar alléén
brengen de soldaten hunnen ^tijd deftig
overzij vinden er spelen om zich te
verzetten, uitgezochte boeken om zich te
onderrichten, pen en papier om naar
hunne ouders te schrijven, iets wat zoo
nuttig is om in hun hart de kinderlijke
liefde te bewaren. Daarenboven ontvan
gen zij er aan inkoopprijs aangename ver-
frisscbingen.
De Aalmoezenier bevindt zich in hun
midden gelijk een Vader onder zijne
kinderen. De soldaten tooneu malkander
meer dan eene gewone vriendschap het
zijn broeders. De militaire kringen zijn
dus als ware familiehuizen. Daarom ook
zetten wij de ouders der milicianen, als
mede allen die eenigen invloed op hen
hebben, dringend aan, zorg te dragen dat
zij die schuilplaatsen der deugd bestendig
bezoeken. Naar ons gevoelen zijn de Mili
taire werken, bij uitstek, tevens vader-
landsche, maatschappelijke en godsdien
stige werken. Zij dienen tot nut van
Kerk, Familie en Vaderland.
Vergeten wij niet dat de jongeling van
heden, do man van morgen zal zijn I Het
is dus noodig hem, door het Werk der
Redemptoristen en der Kringen, getrouw
te doen blyven aan hetgeen hij geleerd
heeft in het Vaderlijk huis, opdat, hij na
een deftig soldaat geweest te zijn, bij zijne
terugkomst iu zijne haardstede do vreug
de zijner familie en het voorbeeld zijner
parochie kunne wezen.
Tot stichting van allen die het geeste
lijk en zedelijk welzijn van den soldaat
ter herte nemen, laten wij hierbij volgen
de adressen der Militaire Kringen
Antwerpen, IJzerenwaagstraat, 18.
Audcnaarde, Bourgstraat. Berchem,
Vredestraat,7. Bergen, Nimystraat, 61.
Brugge, Chartreuzenstraat, 2. Brus
sel, Troost,straat, 205. Bender monde,
Beestenmarkt, 36. DoornijkSt. Joris-
straat, 8. Gent, St-Piotcrs Vrouw
straat, 136. Hasselt, Maastrichtstraat.
Luik, Buerenberg, 12. Mechelen,
Schtoutheclstraat, 5. Leuven, Vle-
minckxstraat. Namen. Oostende,
Stockholmstraat, 7.
Jambe d'Argent, die zeer erustig nieuws me£ te
deelen bad, richtte zijne schreden naar de vijvers
Oiron, waar hij hoopte de reizigers te ontmoeten.
De nacht was duisterde storm nam in hevigheid
toe, maar Jambe-d'Argent liep steeds voortHij
moest den smokkelaar redden. Ternauwernood ge
voelde hij de doornen, die bem gelaat en handen
scheurden, het kille water, dat hem tot aan de knieën
rees Hij dacht er niet aan. Hg scheen de kommiezen
uit hunne hinderlaag te zien komen, zich op Jean
Cbouan storten, bem ondanks zijn verwoeden tegen
stand boeien en in de gevangenis werpen....
Twee, drie malen hield hjj stil en leende angstig
het oorhjj had een noodkreet meenen te booren.
een laatste hulpgeroep van zijnen vriend...
Het was slechts eene zinsbegoocheling. Jean Chouan
moest veel verder zijn. Het kind hervatte zijn snellen
loop, overschreed de waterplassen van den weg, klom
over rotsen en steenen.... bet scheen vleugelen te
hebben.
Wat werd er ondertusschen van den zoutsmokke-
laar
Door Cyranol geleid, had hij gelukkig dc vijvers van
Oiron achter den rug. Wel waren twee muilezels in
het slijk gezonken, ntaar hij bad ze zonder veel moeite
er uit kunnen trekken.
Dc kleine troep volgde het pad van Tertre. Cyranol
liep voorop cn gebruikte de meeste voorzichtigheid
om de moerassen en kuilen te vermijden.
Hoe meer men vorderde, des te meer gevoelde Jean
Cbouan zijne ongerustheid en angst toenemen.
Nu en dan vertoonde de volle maan zich tnsscben
In een vorig artikel zijn de reden uit
een gedaan waarom de heer Diericx van
de verplichtende tusschenkomst van den
patroon niet wil, mijns geachtens niet
ongelijk.
De Staat is volgens onzen achtba
ren volksvertegenwoordiger geroepen de
plaats van den werkgever in te nemen.
Dat de Staat in de stortingen der
kleinen moèkelpo dat hij den zwakke
ondersleune tot hij bekwaam zij in de
goede baan alleen te loopen.
Ronkende volzinnen geeft M. Diericx
niet veel hij bepaalt dan aanstonds de
wijze waarop hij de Staat zijne bescher
mende rol zou willen zien spelen. Zij
verschilt naarmate de quantum, het cijfer
der bekome rente verhoogt.
Zoo veronderstelt hij rustgelden aan
0,50 fr. per dag 1 fr., 2 fr., 2,50 fr., eu
meer, tot 3 fr. maximum dat men in den
tegeuwoordigen stand van zaken, op de
spaarkas kan bekomen.
Op die verschillige trappen verschilt
de tusschenkomst van den Staat.
Ik veronderstel, zegt de schrijver,
dat de Staat 1 fr. byvoege bij elke stor
ting van twéé frank tot op het oogenblik
dat de som zou volledig wezen die aan
den eigenaar van het ronteboekje recht
geeft op 0,50 fr. por dag.
In den eersten graad geeft de Staat dus
do 3J" frank.
Daarna zal de Staat den 5d,n fr. geven
do eigenaar van het boekje geeft vier
franks en de spaarkas legt er eenen bij
zoolang de rente tot één frank per dag
klimt.
Wil men echter hooger klimmen, dan
zal men van een fr. tot 2 fr. rente daags
de stortingen alleen moeten doen.
Van dit oogenblik af kan men allecne
loopen en naarmate men voortgaat wordt
de weg voor den Staat,die u inden beginne
zoo liefderijk een handjen toestak, recht
hobbelig gemaakt.
Wat de Staat u in 't begin schijnt te
geven was maar leenen indien men te
groote rentenier wil worden.
Dat en is maar recht.
«Tot vergoeding zal de Spaarkas zich
den 5deu fr. toeeigenen zoodra men recht
heeft op 2 fr. daags. Van fr. 2,50 daags
tot 3 fr. maximum ontlast hij u van den
derden.
Op die wijze heeft hij weèrgonomen
wal hij u gegeven heeft na u een onmeet
bare dienst te hebben bewezen.
Het voorstel van M. Diericx is zeer
schoon en practisch.
Men heeft hem opwerpingen gedaan.
Met zijn stelsel zouden de rijken zoo wei
als de armen van de gunsten vau den
Staat deelen.
Ik zou met hem kunnen antwoorden
dat er zooveel rijken niet zullen gevon
den worden die hunne stortingen met
eene rente van 2 fr. zullen ophouden.
Misschien ware er daar middel in te
schaffen met deze gunst toe te kenuen,
niet aan al de Belgen maar aan de arme
alleen.
Wy wenschen den heer Diericx herte*
lyk geluk. Hij doet beters dan woorden
kramen cn ronkende volzinnen uitbazui
nen met hem zegge ik dat al degenen,
die het met de werklieden wel meenen,
met hun ontwerp voor den dag komen en
do kwestie der pensioenen zal tot eene
goede oplossing komon.
De melaatschheid in IJsland.
Een Belg, 29 jaar oud, heeft zich aange-
bodeu bij den E. P. Sweinsson, overste
der Katholieke Missie en is aanveerd als
ziekenoppasser. De eerste ziekenoppasster
eu de eerste ziekenoppasser die zich
zullen opofferen om dc ongelukkige
melaatschen van IJsland te verzorgen,
zijn Belgen.
de donkere wolken. Dan beschouwde bij de boomen>
het kreupelhout, de rotsen, maar het sombere land
schap was hem onbekend. Toch liep hij steeds door,
als dreef een soort van noodlot hem voort.
Op deze wijze gingen eenige lange uren voorbij.
Eensklaps hield Jean Chouan stil.
Zijl gij cr wel zeker van, Cyranol, dat wij niet
verdwaald zgn vroeg hjj.
Volkomen zeker, klonk bet antwoord.
Kent gij dezen weg
Ik heb hem wel honderdmaal afgelegd.
Zelfs des nachts 1 vroeg de jonge man weêr.
O, zeker.
Ilij Is zeer gevaarlijk.... Mijne arme muilezels
zijn uitgeput van vermoeienis.... Zijn wij spoedig
buiten gevaar
Wij hebben nog meer dan een gevaarlijk punt
te passeeren. Wanneer de maan zich nogmaals laat
zien. zullen wjj de muren van de oude abdij van
Savignj kunnen zien.
De smokkelaar boog treurig het hoofd.
Ik vrees voor een ongeluk, mompelde hij.
Zjjt ge bang, Jean Chouan
Bang Neen.... maar mijn hart krimpt ineen....
Waarom heb ik de hoeve van moeder Gervais ver
laten T
Dc oude bedelaar lachtte spottend
Komaan, sprak bij, geen aarzelen, of alles is
verloren. Ik zal u een voorbeeld geven, ik, een grijs
aard. -- Een honderdtal meters voor ons bevindt zicb
een diep ravijn, door struikgewas omzoomd. Ik ga
zien of onze vijanden zich daar niet verbergen. Weldra
hoop ik u van de afwezigheid der kommiezen kennis
te geven.
Welk zal uw teeken zijn
De schreeuw van den steenuil, driemaal herhaald.
Zeer goed, ga, Cyranol.
L)c bedelaar verwijderde zich zoo snel mogelijk.
De duisternis was verminderd. Uskoude windvla
gen sneden onder somber geloei door het woud.
Met de hand op zijn knoestigen stok geleund
hoorde Jean Chouan aandachtig toe.
Tien minuten, even zoovele eeuwen gingen voorbij.
Eindelijk weêrklonk b«t geschreeuw van den steen
uil door bet boscb.
De smokkelaar ontstelde. Hjj luisterde nogmaals
toe, in de vrees zich vergist te hebben. Thans deed
het geluid zich tweemaal achtereen booren.
Goddanksprak de jonge man, de weg is vrjj I
Hij spoorde de muilezels met luide stem aan ei
begaf ziel. op weg om zich bg Cyranol te voegen.
Op dit oogenblik meende hjj in de richting van
Oiron een schel gefluit te vernemen.... Het was zeker
een teeken of eene waarschuwing. Tot wien was het
gericht I
Onwillekeurig dacht Jean Cbouan aan Jambe-d'Ar
gent.
Thans herbaalde zich het gefluit en kwam hoe lan
ger hoe nader... Twijfel was onmogelijk bel was
Jambe-d'Argenthij waarschuwde hem tegen een ge-
ik: smokkelaar bieid stil, bij wilde teragkeeren....
Te laat
Wordt voortgeset.