liioiittAi Zondag 20 September 1896. 5 centiemen per nummer. Ile Jaar. 3121. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. De Denderbode leest en verspreidt dus De Denderbode Socialistische uitbuiting. Werk der Soldatenmis W erkmans-pensioenen. DE DENDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31, en in alle Postkantoren des Land. Cuique suum. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnissen op 3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worchn niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den Uijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele van dit blad. /Halst, 19 Septemb 1896. vangt, heden zijnen 51" Jaargang aan. Het eerste nummer van Den derbode verscheen op 20 Septem ber 1846 en wij zouden dus zijn gulden jubelfeest mogen vieren. Tol 27 Oogst 1871, bfeef De Denderbode onder 't bestier van onzen voorganger, den heer Adolf Byldus gedurende een tijdver loop van 25 jaren. Sedertdien, dus ook gedurende 't vierde eener eeuw, stond De Denderbode onder ons beslier. In ons programma van 1871 zegde wij onder anderen Wij zijn voor en boven alles aan de katholieke en bewarende gezindheid verkleefd, en zullen, bij elke gelegenheid, de ware katholieke princiepen en de vrij- heden door onze Grondwet ge- waarborgd, verdedigen. Dit is genoegzaam gezegd, dat wij het zoo genaamd liberaal ii stelsel, zoo krachtdadiglijk door onze Doorluchtige en Hoogweer- ii dige Bisschoppen in hunne laat- ,i ste bevelbrievengeschandmerkt, ii tot't uiterste zullen bevechten. Aan onze geëerde abonnenlen en lezers te oordeelen of wij aan dit voornaamste punt van ons pro gramma tot heden toe zijn getrouw gebleven. Wij vreezen hunne uitspraak niet, want niemand zal ons de ge tuigenis weigeren dat wij altijd hebben betracht er getrouw aan te blijven. Over 25 jaren eindigde ons pro gramma met 't volgende verzoek Wij verzoeken dus onze poli- tieke vrienden ons in deze harde II taak bij le staan. Aan de vrien- ■i den onzer verschillige kantons ii vragen wij dat zij ons alle inlich- ii tingen overmaken die nuttig en voordeelig konnen zijn aan onze lezers en aan de groote nationale II partij, waaraan wij met hart en ii ziel verkleefd zijn. Heden hernieuwen wij dit ver zoek immers ook heden meer dan ooit hebben wij den steun onzer politieke vrienden noodig want men verlieze niet uit 't oog dat wij nu tegenover drij vijanden staan, namelijk,Ade liberalen, de uit den Oorlog in de Vendee socialisten en de valsche demo- kralen of volksfoppers. Al wat wij vooral betrachten is het vertrouwen onzer politieke vrienden te verwerwen omdat wij dit vertrouwen als de schoonste belooning aanschouwen welke ons kan te beurt vallen. Katholieken van 't Arrondis sement Aalst 2de VERVOLG. Jean Cbouan boog het hoofd en scheen na te den ken. Iets als eene wroeging deed zijn hart ineenkrim pen. Zijne aarzeling was echter niet van langen duur. Hij wendde zich tot den zeerob en vroeg Mijne mailezels t Zij zijn gereed, antwoordde de zeeman. Zeer goed, wij vertrekken. God behoude u sprak moeder Gemis aange daan. Maar toch komt het mij voor, dal gij verkeerd handelt, door met dit ruwe weêr op weg te gaan. Jean Chouan antwoordde niet. Hij drukte zijne muts in de oogen, nam zijn langha rigen mantel, en den ouden Cyranol den arm gevend, nam hij hem mcé naar buiten. Op een tecken van hunnen meester plaatsten de zwaar beladen muilezels zich op eene rjj en sloegen eeu hollen weg in, waar het geraas hunner schreden weldra onhoorbaar werd. Eemgen tijd later trad een armoedig gekleed kind in allerijl de woning van moeder Gervais binnen. —Jambe d'Argentriep Margaretha uit, die het eent de kleine ongelukkige erkend bad. Niet alleen te Luik, te Seraing, te Verviers, en in den Borinage, maar ook te Gent, liggen de socialisten geweldig overhoop. Onze geachte lezers hebben reeds een en ander vernomen over de beschuldigin gen die in 't Hollandsche socialistische orgaan Recht voor allentegen de bazen van den Gentschen Vooruit werden openbaar gemaakt. Die beschuldigingen drukken loodzwaar op Anseele C"le en het is dan ook niet te verwonderen dat zij zich zoeken wit te wasschen. Maandag avond 11. was er in den socia- listischen tempel der Bagattenstraat te Gent eene algemeene partij vergadering belegd om tot den grooten wasch over te gaan. Lang vóór den aanvang der zitting was de zaal eivol. Eene strenge drievoudige controol waakte, opdat geen enkele luis tervink de zaal zou kunnen binnendringen. Maar toch drongen er niet eene enkele, maar verschillige luistervinken binnen, en dit dank aan do medewerking van zekere rooden. Het hing in de lucht dat het er zou stuiven, en 't heeft er gestoven ook. Nu Anseele Cnl' en Vooruit zouden gewroken worden over den laster van Recht voor allenMaar, eilaas, noch Anseele CDle,noch Vooruit ten gewroken geworden, integendeel, ze zijn nog zwarter uit den grooten wasch gekomen dan ze te voren waren. De vergadering was stormachtig van den beginne af. De schrijver der beschul digende correspondentiëu in Recht voor allen deed zich schriftelijk kennen 't is zekere Paul De Witte, oudopsteller vau Vooruit en boekhouder der socialistische coöperatieven, welken Anseele C"le het zoo beu hebben gemaakt, dat hij zijn ontslag heeft ingediend, in andere woor den, dat hij is gaan loopen. De Witte was te slim voor hen Eu De Witte om zich te wreken, heeft zoo wat de gordijn opgelicht, achter de welke de groote jannen van Vooruit zich bewegen. Anseele, Van Beveren en Hardyns kwamen dus eerst aan 't woord om de beschuldigingen van Paul De Witte te Ik zelf, antwoordde hijis Jean Chouan niet hier f Hij is juist vertrokken. Alleen 1 Met den ouden Cyranol. Hoe ongelukkig 1 hoe ongelukkig riep het kind wanhopig uit. Waarom heb ik niet eerder kunnen komen Waarheen gaan zij spreek snel, in Hemels naam 1 Zij begeven zich naar de struiken van Tertre. O, ik was er zeker van I Jean Chouan is verlo ren En te weten, dat ik dat ongeluk had kuuueu verhoeden Zoo ik bem nog kon redden T Zonder er nog een woord bij te voegen, vloog Jambe d'Argent naar buiten en verdween op zgue beurt in den bollen weg. III De Worsteling. Het dorp Val-de-l'Epine ligt op de grens van Bre- tagne, in een soort driehoek, gevormd aan den ei kant door de valleien van Marie en aan de andere zijde door de bosscben en woeste ravijnen van Mortainais. De nabijheid van het bosch van Fougéres maakte deze plaats lot de uitverkoren plek der zoutsmokke laars. In Bretagne, waar gecu invoerrecht op het zout geheven werd, kostte het zout een stuiver het pond, terwijl de naburige provinciën twaalf maal zooveel moesten betalen. Dertig duizend huisgezinnen van Marne leefden van weerleggen, maar zij lukten er niet in, want zichtbaar was de overgroote meer derheid der aanwezigen vijandig gestemd. Zekeren Demeyer vroeg Worden de werkmeisjes uitgebuit door Vooruit?» Vlakaf en luid werd door 60 meisjes te ;elijk geroepen JA. Is het waar dat er afhoudingen gedaan worden op het loon der naaisters gmaals was het antwoord der 60 meisjes JA. Demeyer vroeg verder om de boeken te mogen nazien, en Anseele weigerde, onder voorwendsel dat men ze aan 't gerecht wilde leveren. Een hevig rumoer ontstond en Anseele werd uitgejouwd. Een tegenspreker trad op om Anseele op zijne plaats te zetten, maar het woord werd hem geweigerd. Van dit oogenblik verdeelde de verga- dering zich in twee vijandelijke kampen 5 weldra was men volop aan het twisten en van twisten ging men tot vechten over. Verscheidene vechters werden buiten gedreven. Foucaert en Seffers verdedigden De Witte Anseele en zijne partijgangers waren gedwongen hun te laten spreken. De groote opperbaas Anseele, die vir tuoos der brutaliteit,stond daar tc schuim bekken van woede. Maar ook hij, de held, vroeger zoo ver heerlijkt,zoo aanbeden,aan wiens bevelen allen gehoorzaamden, wordt nu beschul digd van de arme werklieden te hebben uitgebuit net als eenen gemeenen kapita list En die beschuldiging kan hij niet weêr- ggen, 't is onmogelijk, want 't is de waarheid I 't Is voor Anseele 't begin van 't eindje en beter dan iemand moet hij begrijpen dat zijne heerschappij aan 't wankelen is 1 't Verslag van Vooruit over de verga dering van maandag is een knoeiwerk door 't welk men de waarheid tracht te verduiken. Wel wacht men zich te melden dat de werkmeisjes van Vooruit luid op hebbeu verklaard dat de beschuldigingen van Recht voor allen gegrond zijn, dat zij worden uitgebuit men bepaalt zich te zeggen Anseele, Paunekoek, Van Beveren eu nog een ander lid hebben de beschuldigingen wederlegd en de meisjes antwoordden tusschen in. Wat zij tusschen in geantwoord hebben dat verzwijgt Vooruit. Ziedaar hoe onpartijdig de lezers van Vooruit worden ingelicht, maar ook hoe zeer zij voor den aap worden gehouden 1 't Was met opzet dat de roode hoofd mannen de zitting rekten tot na midder nacht en dit om hot de aanwezigen beu te maken en aldus eindelijk die stemming van vertrouwen te bekomen die zij vroe ger niet zouden verkregen hebben. Om 9 of 10 uren zou het voorstel van vertrou wen onbetwistbaar met eene groote meer derheid verworpen zijn geweest, maar om middernacht was iedereen ongeduldig ooi naar bed te gaan. Het voorstel van De Witte, strekkende om 10 mannen te gelasten, in geheime zitting, de boeken van Vooruit eens na te zien, werd hardnekkig bestreden door Anseele en eindelijk verworpen door de Eindelijk ook, na lang twisten,werd een dagorde aangenomen in 't welk de corres pondentiëu van Recht voor allen worden afgekeurd en waardoor eene commissie van 30 leden wordt aangesteld om de gegrondheid der beschuldigingen van Recht voor allen te onderzoeken. Als die commissie nu maar alles in den doofpot niet duwt bij de P. P. Redemptoristen. Ter gelegenheid van het binnen- komen der Rekruten, achten wij JEf het goed een woordje te zeggen IKjL over het soldatenwerk der Paters Redemptoristen. Dat werk is van de grootste belangrijkheid 't is volstrekt noodig om de vruchten niet te verliezen van al de andere werken ten voordeele van de jonkheid ingericht. Wie zal immers waken over den iongen soldaat die zijne schuld aan het Vader land komt betalen Zijne natuurlijke raadgevers, zijn Vader en zijne Moeder, zijn goede Pastoor die hem onderwezen heeft, allen zijn afwezig. Is het nadat men zich zoo veel moeite en zelfopofferingen zal opgelegd hebben, om hem tot daar ongeschonden te bewa ren, is het dan dat men hem moet ver laten en aan zich zeiven overleveren Is het wanneer de jongeling gevormd wordt, wanneer zijne driften zich met meer kracht dan ooit ontwikkelen, wan neer hij uit den bedwelmenden beker eener bandelooze vrijheid gaat proeven, is het dan wel 't oogenblik om hem te verlaten In do kazerne leeft de jongeling volgens zijne grillen. Inderdaad buiten den ver- piichtendon dienst, na de oefeningsuren, geniet de soldaat eene vrijheid waaraan hij 't huis niet gewoon was en al to dik wijls wordt die vrijheid misbruikt. De Paters Redemptoristen hebben het begrepen daarom staan te Antwerpen, Brussel, Luik, Doornik hunne Kerk en hun klooster voor de soldaten open. Even als de legeraalmoezeniers nemen zij de plaats in der ouders wier hart zij bezitten, en der Pastoors wier iever hen "bezielt, Wij kunnen dus de Heeron Pastoors niet genoeg aanzetten om de miliciancn hunner parochie in rechtstreekschc be trekking met die kloosterlingen te bren gen. Het is daartoe voldoende hen van eenen aanbevelingsbrief te voorzien dien ze aan den Bestuurder van het Werk zullen afgeven. Ook vergete men niet de Militaire Kringen. Dank aan de edelmoedigheid van eenige mannen van zelfopoffering, bestaan zulke kriDgen in bijua al de gar nizoensteden. Zij zijn niet min noodzake lijk dan de soldatenmis. Wie ooit door die straten is gegaan waar de verlagende ellende der ondeugd heersebt, zal zulks begrijpen. Hij heeft immers op zekere dagen soldaten zien intreden in die voor de winsten van den smokkelhandel. De familie van Jean Chouan behoorde tot dit getal. Reeds van zijne jeugd aan het moeielijk leven van den smokkelaar ge wend, deinsde Jean nergens voor terug. Zijn groote moed deed hem moeieüjkhedcn en gevaren vergeten. Dien avond verwijderde hij zich echter niet zonder ecnige ongerustheid van de woning van moeder Ger vais. Hij verweet zich bet blinde vertrouwen, dat hij in den ouden Cyranol stelde, over wien vroeger zekere verhalen de ronde hadden gedaan, en dat hjj zijn ge wonen gids, Jambe-d'Argent, verdacht had. Jean Louise Treton, Jambe-d'Argent bijgenaamd, w|jl hij gebrekkig ging, was te Astillé geboren. Zijn vader, die voor een talrijk gezin te zorgen had, liet hem zijn brood bedelen. Het kind was zachtaardig, schuchter en dankbaar van aard -, overal vond het een welwillend onthaal. Nooit weigerde eene hoeve hem des nachts gastvrij heid of een stuk brood om zijnen honger te stillen. Jambe-d'Argent was b|j Jean Chouaan goed bekend, wijl h|j dezen tal van diensten bad bewezen. Op den avond, waarover w|j spreken, moest de kleine bedelaar zich naar de hoeve van moeder Ger vais begeven om zijnen vriend in te lichten omtrent de plaatsen, waar dc kommiezen zich ophielden c hem desnoods lot gids te verstrekken. Ongelukkigerwijze hadden de slechte toestand der wegen en de koude den gang van het kind vertraagd Hij liet het overeengekomen uur voorbijgaan. Zonder den noodloltigen invloed van Cyranol zou Jean Chouan nog gewacht hebben.... Hij wachtte echter nieU portalen der hel,waar geld eu gezondheid, somtijds het leven, altijd de eer en de deugd verloreu gaan. Welnu do Miltaire Kriugea zyu de krachtigste behoedmid delen tegen zulke kwalen. Daar alléén brengen de soldaten hunnen ^tijd deftig overzij vinden er spelen om zich te verzetten, uitgezochte boeken om zich te onderrichten, pen en papier om naar hunne ouders te schrijven, iets wat zoo nuttig is om in hun hart de kinderlijke liefde te bewaren. Daarenboven ontvan gen zij er aan inkoopprijs aangename ver- frisscbingen. De Aalmoezenier bevindt zich in hun midden gelijk een Vader onder zijne kinderen. De soldaten tooneu malkander meer dan eene gewone vriendschap het zijn broeders. De militaire kringen zijn dus als ware familiehuizen. Daarom ook zetten wij de ouders der milicianen, als mede allen die eenigen invloed op hen hebben, dringend aan, zorg te dragen dat zij die schuilplaatsen der deugd bestendig bezoeken. Naar ons gevoelen zijn de Mili taire werken, bij uitstek, tevens vader- landsche, maatschappelijke en godsdien stige werken. Zij dienen tot nut van Kerk, Familie en Vaderland. Vergeten wij niet dat de jongeling van heden, do man van morgen zal zijn I Het is dus noodig hem, door het Werk der Redemptoristen en der Kringen, getrouw te doen blyven aan hetgeen hij geleerd heeft in het Vaderlijk huis, opdat, hij na een deftig soldaat geweest te zijn, bij zijne terugkomst iu zijne haardstede do vreug de zijner familie en het voorbeeld zijner parochie kunne wezen. Tot stichting van allen die het geeste lijk en zedelijk welzijn van den soldaat ter herte nemen, laten wij hierbij volgen de adressen der Militaire Kringen Antwerpen, IJzerenwaagstraat, 18. Audcnaarde, Bourgstraat. Berchem, Vredestraat,7. Bergen, Nimystraat, 61. Brugge, Chartreuzenstraat, 2. Brus sel, Troost,straat, 205. Bender monde, Beestenmarkt, 36. DoornijkSt. Joris- straat, 8. Gent, St-Piotcrs Vrouw straat, 136. Hasselt, Maastrichtstraat. Luik, Buerenberg, 12. Mechelen, Schtoutheclstraat, 5. Leuven, Vle- minckxstraat. Namen. Oostende, Stockholmstraat, 7. Jambe d'Argent, die zeer erustig nieuws me£ te deelen bad, richtte zijne schreden naar de vijvers Oiron, waar hij hoopte de reizigers te ontmoeten. De nacht was duisterde storm nam in hevigheid toe, maar Jambe-d'Argent liep steeds voortHij moest den smokkelaar redden. Ternauwernood ge voelde hij de doornen, die bem gelaat en handen scheurden, het kille water, dat hem tot aan de knieën rees Hij dacht er niet aan. Hg scheen de kommiezen uit hunne hinderlaag te zien komen, zich op Jean Cbouan storten, bem ondanks zijn verwoeden tegen stand boeien en in de gevangenis werpen.... Twee, drie malen hield hjj stil en leende angstig het oorhjj had een noodkreet meenen te booren. een laatste hulpgeroep van zijnen vriend... Het was slechts eene zinsbegoocheling. Jean Chouan moest veel verder zijn. Het kind hervatte zijn snellen loop, overschreed de waterplassen van den weg, klom over rotsen en steenen.... bet scheen vleugelen te hebben. Wat werd er ondertusschen van den zoutsmokke- laar Door Cyranol geleid, had hij gelukkig dc vijvers van Oiron achter den rug. Wel waren twee muilezels in het slijk gezonken, ntaar hij bad ze zonder veel moeite er uit kunnen trekken. Dc kleine troep volgde het pad van Tertre. Cyranol liep voorop cn gebruikte de meeste voorzichtigheid om de moerassen en kuilen te vermijden. Hoe meer men vorderde, des te meer gevoelde Jean Cbouan zijne ongerustheid en angst toenemen. Nu en dan vertoonde de volle maan zich tnsscben In een vorig artikel zijn de reden uit een gedaan waarom de heer Diericx van de verplichtende tusschenkomst van den patroon niet wil, mijns geachtens niet ongelijk. De Staat is volgens onzen achtba ren volksvertegenwoordiger geroepen de plaats van den werkgever in te nemen. Dat de Staat in de stortingen der kleinen moèkelpo dat hij den zwakke ondersleune tot hij bekwaam zij in de goede baan alleen te loopen. Ronkende volzinnen geeft M. Diericx niet veel hij bepaalt dan aanstonds de wijze waarop hij de Staat zijne bescher mende rol zou willen zien spelen. Zij verschilt naarmate de quantum, het cijfer der bekome rente verhoogt. Zoo veronderstelt hij rustgelden aan 0,50 fr. per dag 1 fr., 2 fr., 2,50 fr., eu meer, tot 3 fr. maximum dat men in den tegeuwoordigen stand van zaken, op de spaarkas kan bekomen. Op die verschillige trappen verschilt de tusschenkomst van den Staat. Ik veronderstel, zegt de schrijver, dat de Staat 1 fr. byvoege bij elke stor ting van twéé frank tot op het oogenblik dat de som zou volledig wezen die aan den eigenaar van het ronteboekje recht geeft op 0,50 fr. por dag. In den eersten graad geeft de Staat dus do 3J" frank. Daarna zal de Staat den 5d,n fr. geven do eigenaar van het boekje geeft vier franks en de spaarkas legt er eenen bij zoolang de rente tot één frank per dag klimt. Wil men echter hooger klimmen, dan zal men van een fr. tot 2 fr. rente daags de stortingen alleen moeten doen. Van dit oogenblik af kan men allecne loopen en naarmate men voortgaat wordt de weg voor den Staat,die u inden beginne zoo liefderijk een handjen toestak, recht hobbelig gemaakt. Wat de Staat u in 't begin schijnt te geven was maar leenen indien men te groote rentenier wil worden. Dat en is maar recht. «Tot vergoeding zal de Spaarkas zich den 5deu fr. toeeigenen zoodra men recht heeft op 2 fr. daags. Van fr. 2,50 daags tot 3 fr. maximum ontlast hij u van den derden. Op die wijze heeft hij weèrgonomen wal hij u gegeven heeft na u een onmeet bare dienst te hebben bewezen. Het voorstel van M. Diericx is zeer schoon en practisch. Men heeft hem opwerpingen gedaan. Met zijn stelsel zouden de rijken zoo wei als de armen van de gunsten vau den Staat deelen. Ik zou met hem kunnen antwoorden dat er zooveel rijken niet zullen gevon den worden die hunne stortingen met eene rente van 2 fr. zullen ophouden. Misschien ware er daar middel in te schaffen met deze gunst toe te kenuen, niet aan al de Belgen maar aan de arme alleen. Wy wenschen den heer Diericx herte* lyk geluk. Hij doet beters dan woorden kramen cn ronkende volzinnen uitbazui nen met hem zegge ik dat al degenen, die het met de werklieden wel meenen, met hun ontwerp voor den dag komen en do kwestie der pensioenen zal tot eene goede oplossing komon. De melaatschheid in IJsland. Een Belg, 29 jaar oud, heeft zich aange- bodeu bij den E. P. Sweinsson, overste der Katholieke Missie en is aanveerd als ziekenoppasser. De eerste ziekenoppasster eu de eerste ziekenoppasser die zich zullen opofferen om dc ongelukkige melaatschen van IJsland te verzorgen, zijn Belgen. de donkere wolken. Dan beschouwde bij de boomen> het kreupelhout, de rotsen, maar het sombere land schap was hem onbekend. Toch liep hij steeds door, als dreef een soort van noodlot hem voort. Op deze wijze gingen eenige lange uren voorbij. Eensklaps hield Jean Chouan stil. Zijl gij cr wel zeker van, Cyranol, dat wij niet verdwaald zgn vroeg hjj. Volkomen zeker, klonk bet antwoord. Kent gij dezen weg Ik heb hem wel honderdmaal afgelegd. Zelfs des nachts 1 vroeg de jonge man weêr. O, zeker. Ilij Is zeer gevaarlijk.... Mijne arme muilezels zijn uitgeput van vermoeienis.... Zijn wij spoedig buiten gevaar Wij hebben nog meer dan een gevaarlijk punt te passeeren. Wanneer de maan zich nogmaals laat zien. zullen wjj de muren van de oude abdij van Savignj kunnen zien. De smokkelaar boog treurig het hoofd. Ik vrees voor een ongeluk, mompelde hij. Zjjt ge bang, Jean Chouan Bang Neen.... maar mijn hart krimpt ineen.... Waarom heb ik de hoeve van moeder Gervais ver laten T Dc oude bedelaar lachtte spottend Komaan, sprak bij, geen aarzelen, of alles is verloren. Ik zal u een voorbeeld geven, ik, een grijs aard. -- Een honderdtal meters voor ons bevindt zicb een diep ravijn, door struikgewas omzoomd. Ik ga zien of onze vijanden zich daar niet verbergen. Weldra hoop ik u van de afwezigheid der kommiezen kennis te geven. Welk zal uw teeken zijn De schreeuw van den steenuil, driemaal herhaald. Zeer goed, ga, Cyranol. L)c bedelaar verwijderde zich zoo snel mogelijk. De duisternis was verminderd. Uskoude windvla gen sneden onder somber geloei door het woud. Met de hand op zijn knoestigen stok geleund hoorde Jean Chouan aandachtig toe. Tien minuten, even zoovele eeuwen gingen voorbij. Eindelijk weêrklonk b«t geschreeuw van den steen uil door bet boscb. De smokkelaar ontstelde. Hjj luisterde nogmaals toe, in de vrees zich vergist te hebben. Thans deed het geluid zich tweemaal achtereen booren. Goddanksprak de jonge man, de weg is vrjj I Hij spoorde de muilezels met luide stem aan ei begaf ziel. op weg om zich bg Cyranol te voegen. Op dit oogenblik meende hjj in de richting van Oiron een schel gefluit te vernemen.... Het was zeker een teeken of eene waarschuwing. Tot wien was het gericht I Onwillekeurig dacht Jean Cbouan aan Jambe-d'Ar gent. Thans herbaalde zich het gefluit en kwam hoe lan ger hoe nader... Twijfel was onmogelijk bel was Jambe-d'Argenthij waarschuwde hem tegen een ge- ik: smokkelaar bieid stil, bij wilde teragkeeren.... Te laat Wordt voortgeset.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1896 | | pagina 1