Pol en Stant. Lossen en Wegen. Briefwisseling. ZONDAGRUST. JASJES Hoe rechtzinnig Wat is het collectivism. Van tak op tak. DE MARGARINE. Rederijkkamer De Catharinisten. 8TANT ziet POL van in de verte nog eens 't zaaikleed aantrekken en welhaast is hij erbij. Stant. Zoo dan, Pol, 't is nog altijd te zaaien Pol. Jaat, Stant, de regen van verleden zondag en maandag heeft de boerkes weèr- om vast g'had en non achteruit gebracht in >'t werk. Stant. Ja maar. Pol, 't is maar dat de winter aan de deur staat en dat gij niet lang meer zult kunneu voortdoen op uwe zware en natte landen. Pol. 't Is waar genoeg, Stant en daarom haasten wij ons zooveel 't moge lijk is; en als wij nog «enige dagen heb belijk weêr krijgen, dan is 't er meè ge past. Stant. Is dat niet slecht, Pol, zoo laat op 't jaar zaaien Pol. 't En is in 't algemeen gespro ken niet best, Stant maar alles hangt af van 't weêr dat er op volgt en bijzonder lijk van den winter. Stant. Zoo zou men kunnen te vroeg zaaien ook, Pol Pol. Wel zeker, Stantals 't koorn vóór den winter te groot en te fel staat, dan is het bijkans zeker dat men de goede scheut niet meer eu heelt; men kan wel strooi winnen, maar minder graan. Stant. En 't graan is toch 't bijzon derste, Pol Pol. Wel zeker, Slant; nochtans den boer werkt voor de twee, en voor bet graan en voor 't strooi; en als de zaaitijd schoon gedaan is vóór 't wiutereu, dan mag bij op de twee rekenen. Stant. Welk is 't laatste dat ge van uw leven nog gezaaid hebt, Pol Pol. Hewel, Stant, dat was den dag voor de jaarmarkt van St-Lievens-Hau- tem. 't Was een stuk tarwe eu de peer don moesten springen om van 't land te geraken en als een dingen wilt, Stant, 'k en heb van mijn leven geen beter tarwe opgedaau als de die; ze gaf rond de tien zakken van 't dag wand. Stant. En is dat veel, Pol Pol. Jaat, Stant, dat is buitenge woon; want mochten de boerkens er voor teekenen, ze zouden kontont zijn meê acht zakken van't dagwand. Stant. Maar, Pol, ze zeggen dat het van de jaar zulken vroegen en strengen winter zal zijn Pol. Wel, Stant, onzen lieven Heer bewaard ons daar af, man 't waar ge vaarlijk voorden oogst van 't toekomende jaar en daarbij 't is toch zoo schaailijk voor 't voeier van de beesten. Stant. En dat zijn twee groote arti kels, Pol Pol. 't Zijn do bezonderste, Stant; maar wie is die profeet die ons nen vroe gen en nen strengen winter voorzegt, Pol? Stant. Wel, Pol, 'k geloof dat dat in de gazetten en in d'almanukken staat I Pol. Ja, als 't anders niet en is, Stant; d'almanakken, dat is gekend, daar en staat niets in als dichtstukken en de gazetten, bijzonderlijk de die van de donsjen en de scheurmakers, die en zijn ook van d'eerste leugen niet geborsten. Stant.Ze waren al lang al vergeten, Pol, hadden ze van d'eerste leugen ge borsten geweest; maar daar zijn toch ze kere voorteekens, Pol, die nen strengen winter voorspellen, bijvoorbeeld, de noten en d'eikels die zoowel gelukt ziju. Pol. Ook al prullen, Stant 'k geef daar weinig of geen geloof aan, en vol gens mij, is 't de groote Meester alleen aie zoowel voor 't wéér als voor al ander zaken in de toekomst leest. Stant. Wel, Pol, 'k moet u gelijk geven; maar in alle geval, de winter, 't zij zacht of streng, staat toch aan de deur; de blaren van de boomen beginnen geel te worden cn rond te vliegen en 's mor gens en 's avonds begint het tamelijk koel te worden. Pol. Ja jaat, Stant, de lijfrokken zallen gaan goed doen, eu korts nadien d'onderbroeken ook Stant. Jaas, Pol; en 'tis zondag toekomende prijskamp iu onzen katho lieken Werkmanskring en wie weet of er geen onderbroeken en zullen te winnen zyn Pol. Ja, Stant, gelijk 't verledeu jaar lie man Ge zijt er dan ook meè een dikke onderbroek en een goed slaap- lijf uitgekomen 1 Stant. Inderdaad, Pol, g'hebt goed onthouden, en dat zijn artikels die ner. mensch van ons konditie wel te pas komen Pol. 't Is waar, Stant, de wintertijd is onaangenaam voor iedereen; maar voor den erremen man bijzonderlijk is 't som tijds droef en pijnlijk 1 Stant. Jaat, Pol; 't kost allemaal dobbel n dik binst do winter beddegoed eu saigies, kleeding, vuur en licht, en daarenboven nen mcnsch'kan dan nog zooveel eten als in den zomer en als het allemaal moet gewonucn worden, 't is zeer dikwyls miserie op tafel 1 Pol. 't Ziin redens, Stant; en ieder een zou binst den zomer iets moeten kun neu wegleggen voor binst den winter 't is alzoo dat de mieren ook doen 1 Stant. En al wie dat kan doet dat, Pol maar er zijn menschen genoeg die door tegenspoed of andere omstandighe den meè d'handen en de kas leêg zitten als de winter aankomt, en voor die sukkc- p.eis i» 't wreed, Pol 1 i ol. 'i Is erg, Staut; maar alla 't is Ui>.|«u dat ue rijke brave menschen w»e. om al dezen waiter zullen meewer ken geiijk op auder jaren daarenboven on- priesters zullen nog nen keer hun beste doen om de uoodlijdeudeu op te zoo keu en bij te staan, eu daareutusscben zullen w'er weerom al doorspartelen. Stant. 'k Hoop 't ook. Pol, maar, Pol, dat zal de menschen van Borsbcke varen dezen winter meê dien elektriek daar Pol. Ha jaat, Stant. en 't vaart ben van nu af; alle dagen zijn de straten daar verlicht gelijk in don klaren dag tot den negen uren van den avond. Stant. En anders is 't op den huiten toch zoo dooker 's avonds iu den winter I Pol. 't Kan er schrikkelijk donker zijn, Stant cn nochtans de boerenmeu- schen gaan nog geern nen keer uit meê de winter avonden. Stant. Z'hebben dan tijd, lie Pol Die menschen en werken toch meê den donkoren niet. Pol. 't mansvolk ueensStant; maar 't vrouwvolk is nog al bezig meè den naad of meê de bloemekes 1 Stant. En dan gaat 't mansvolk ze ker al nen keer in de gebuurte, Pol Pol. Jaas, Stant ze noemen dat nen keer gaan omsteken en daarvoor is de winter voor de boerkes nog den besten tijd. 't Is somtijds wel inden bittersten kou naar 't velu achter 't loof te schuiven of in de schuur meè Jan van den balk te spelen, maar 's avonds achter een wer- reme stoof, nen dol doen, spreken van van den ouden tijd cn van al andere ge beurtenissen, of al nen koer nen slag slaan meê de kaart, dat vertroost en ver kwikt toch, en alzoo en staat den boog of de rugge niet altijd gespannen. Stant. Ze mogen 't waarlijk wel hebben de boeremeuscben, Pol; ze tra vakken zij genoeg g'hcel 't jaar door om 's avonds in den winter een wat te rusten en een wat voldoening tc vinden. Pol. 't Is zoo, Stanteu alzoo hoeft iedereen hierop do wereld ziju kruiskes en zijn plezierkes; en al zijn d eerste veel zwaarder als de tweede, laat ons toch maar meè kouragie en moed uitroepen gelijk ons voorzaten Vivent la joie et les pomtnes de terre! 't is te zeggen nen wa ren vlaming en geeft het nooit op Stant. Wel gezeid, Pol, en daarmeê trek ik voort; tot de naaste week en goed weêr Pol. Dank u. Stant, en goei reis I Stant heeft iets vergeten en hij komt teruggeloopen. Stant. En dat merken van de koei- beesten dat langs alle kanten zulke he vige klachten doet outstaan, dat is ne keer iets, niet waar, Pol Pol. Klachten Stant. Ja, dat het gerammel van die oorringen en die decoraties de beest zal doen verschrikken. Pol. 't Gerammel van die oorrin gen 1 Meent ge, Stant, dat de koeien gaan oorringen of oorbellen dragen gelijk het vrouwvolk Stant. Wat I 't staat in bet Land van Aelsi van dio oorringen die ramme len, enz. Pol. Ze moesten hem zelf oorrin gen; hij zou dan weteu wat het is met zijn oorbellen I Stant, dat merk bestaat uit twee ronde medaliekens, een van weerskanten van dezelfde oor, die ver bonden ziju met een kort staafken dat dwars door de oor zit. Met zijn oorringen 1 Hij ziet gelijk oorriugen I... Stant. Maar, Pol, dat kan toch kwaad, zeggen ze Pol. Maar. Stant, ze ringen wel de verkens iu hunnen neus, en dat eu kau wel geen kwaad Stant. En het vrouwvolk, als ze hunne ooren doorboren om oorriugens- kens of bellekens te kuuuen dragen, ik cn heb ik ook nog nooit g'hoord dat dat kwaad kan. Pol. Allemaal onnoozele rimram eu opmakerij tegen 't katholiek 1 Die don- sjemannon en kunnen niet anders li! Stant. Maar, Pol, het is toch alle maal ruzie voor den boer 1 Ze mochten dat allemaal niet inbrengen, gelijk dat register houden ook. Pol. Ik peis, Stant, dat het voor 't goed is; zie neu keer wat dat ze gewon nen hebben voor de peerden met het hou den van de boeken. Is er een land in do wereld dat peerden heeft gelijk wij Stant. Zoo dat het zoo slecht niet is als dat ze zeggen Pol. Het en is niet slecht 1 't Zal goed ziju. en g'hoel goed Stant. Bedankt, Pol, en tot de naaste week Dit was de titel van een schrijven in Denderbode verschenen over eenige we ken. De schrijver beloofde voort te gaan maar sedert heeft hij over die stof ge zwegen. Hij verontschuldigde mij zijnen titel te stelen. Ik hoop dat hij het te gereeder zal doen dat ik mij voorstel eene zaak te vertellen dat een punt van zijn artikel ontwikkelt en hem wellicht in zijn ge dacht versterken zal dat onze wetgeving over do lossen heel gebrekkig is en deer lijk mank gaat. Het stuk speelt te Xon de helden zijn A en B. Wij noemen geene namen omdat het gediug nog hangend is cn wij de zaak niet verslechten willen. Wij laten zo aan de bevoegde Overheid om echter alle gis singen te vermijden moeten wij verklaren dat het besprokene buiten Aalst is voor gevallen. Een boer had een stuk land dat, zooals hij beweerde, ecuon los had langs Z. Laat ons dat zoo aanduiden. Een titel bestaat er niet van. Iu 1878 kocht of huurde hij een ander stuk laud dat verdor gelegen aan een voetbaantje paalde. Beide partijen van een 30lal aren groot, waren door een stuk dat aau ecu familielid behoorde, geschei den. Vóór 1878 wierd dat land langs T ge- lost. Weldra was er tusschen die twee fami lieleden verstandhouding en voor 'nen frank of twee mocht hij over hot land van zijucn neef lossen. Klaarblijkelijk was hier misbruik iu spel want de eigenaars over wier grond die pachter reed, hadden allen bet recht hem hier halte-lii to roepen. Men deed het niet want het waren alle arme menschen en die pachter ging door als een slach van advokaat van kwa zakeu die de wet beweerde te kennen. Ook had hij alras een artikel uit het wet boek gehaald waarbij de verjaring door het gebruik van zijn auder partij land wierd ouderbroken. Stout gesproken is half gevochten. De kleine meuscben wierden bedeesd en kwa advokaat reed gerust door. Men plaagde hem uiet. Nu dat middelstuk verandert van eige naar. Neef had het verkocht en de oorlog begon tusschen A en B. Pachter A beweerde daar altijd le heb ben gereden, vloog bij eeucn advokaat die hem gelijk gaf en dare dare gunstige be- sluitseleu wist op te stellen. De verjaring wierd ingeroepen en zelfs de pandecten ten nutte gemaakt om te bewijzen dat een voetbaantje T geenen los was voor eeuen peerdenboer zelfs hadde men, vóór 1878, langs dien weg T de 30 aren groote plek land uitgebaat Daarmede laat ik het woord aan den eersten schrijver over lossen en wegen. Hij kent de zaak beter dan ik. Een boerken uit Brabant. Wij verlecneu eene plaats in de kolom men van ons blad aan het volgende schrij ven maar nemen geenszins de verant woordelijk op ons. Wij durven nochtans onzen geacliten briefwisselaar aanzetten ons dikwijls zijne gedachten over tc brieven Denderbode Ik ben een eenvoudig boerken die met zijn gezond verstand de dingen gaslaat die rond hem gebeuren. Ik heb veel gehoord en gezien, veel nagedacht maar nog niets geschreven; maar nu toch wil ik dat eens beproeven om mijn gedacht te doen ken nen over de handelwijze van onze christe- ne demokraten. 't Is een feit, onloochenbaar; M. Daens en zijne aanhangers zijn ingelijfd in den Belgischen Volksbond. Ik deuk zoo: om op die wijze te hande len moet er eene rede bestaan en dan al eene groote. Onze demokraten hebben den Volks bond en zijne leden dikwijls aaugerallen, hevig aangevallen, zelfs uitgescholden als knechten der rijken. En nu, wat gebeurt er M. Daens en zijne aanhangers gaan met dien zelfden Volksbond meedoen, met dio knechten meêloopen Waarom Ja, waarom Op de drijfveer die M. Daens deed han delen heb ik veel nagedacht, ja, ze rijpe lijk overwogen en dat kom ik, als gij wilt, uwe lezers zeggen. Waarom heeft M. Daens zoo gehandeld? Ik vinde maar eene uitlegging. M. Daens heeft gehandeld uit belang. Anders kan ik dat niet uitleggen. M. Daens is gekozen geraakt door eene streek die toch niet heel schoon en is. Sedertdien heeft hij ondervonden dat hij gedurig veld verliest. Hij heeft dat onder vonden in de kiezingen voor de gemeente en voor de provincie. Ware ik volksvertegenwoordiger ik zou dat goerne blijven. M. Daeus, denk ik, is in hetzelfde geval. Hij wil ook in de Kamers blijven en van zijnen kant, laat ons dat maar bekennea hij heeft geen on gelijk; hij bemint zijnen intrest. Maar hoe zal hij volksvertegenwoordi ger blijven Zie dat is de kunst. In het land van Aalst braadt zijnen haring bitter aan. Daar is hij deerlijk in zijne hoop bedrogen. In het arrondissement van Dendor- moude zal zijnen wiukel ook niet heel goed draaien. En van daar is hij op zoek gegaan. Wel heeft hij gezegd, ik ga mij aan- sluiteu bij den Belgischen Volksbond. Door den invloed van den Volksbond zal ik kandidaat in Aalst blijveu; de katho lieken en de demokraten zullen overeen komen, zich op eene lijst laten voorstaan en ik ben natuurlijk hunnen kandidaat 1 Dat is heel fijn beredderd, waarlijk dat is zeer slim uitgepijsd. Op die wijze rolde hij zijne vroegere bondgenoten, de liberalen, zoowel als de katholieken in de doekskens Ben ik mis Denderbode Boerke Rechtzinnig. Denderbode denkt, Boerke Rechtzinnig dat ge wel zoudt kunnen gelijk hebben.... maar in alle geval heeft men zonder den weerd gerekend. Alle verzoening met het half dozijn gelukzoekers, de bondgenoten der geuzen, die onze katholieke partij verscheuren, scbijut ons oumogelijk, de geest in acht genomen die heden overal in ons arrondissement heerscht. Eene verzoening met dat zestal verraders zou eene andere scheuring in onze kath. ran gen verwekken die hoogst betreurlijke gevolgen zou na zich slepen. En dat zul len de leiders der kath. partij willen ver mijden. Wie Denderbode niet gelooven wil, be- geve zich naar Aalst en neme inlichtin gen weldra zal men overtuigd ziju dat wij zonder, vooringenomenheid, de waar heid en niets dan de waarheid voor houden. Zondag 18 October 1896, dienstdoende Apotheker: Mr Meganck, Leopoldstraat. In zijn nummer van Zondag heeft Den- dergalm weêr eens naar den hoogsten gedaan Hij durft schrijven De politieke strijd zal in ons nooit het kunstgevoel noch de menschelijkheid dooden. De haat is ons vreemd. Dendergalm drijft den spot met zijne lezers als hij van menscüelijkheid der geuzerij spreekt. Waar was dan dit schoone gevoel in zijne vergalde ziel als hij schreef Wij ook wij gelooven dat het beter is dit volksken (de priesters eu paters) aan de deur te zetten dan ze hier in ons land te laten Waar was dan de menschelijkheid, waarop hij, Denderyalmtjezoo fiere bolt, als bij met zooveel zielevreugde. met zooveel hertelijk genoegen schreef over do meiwetten in Duitschland, over den Kulturkampf in Zwitserland De priesters broodrooven, de bisschop pen iu de gevangenissen sleuren, dat alles stipte die met zooveel menschlievendheid begaafde Dendergalm van vreugde jub- belend aan 1 De haat is ons vreemd durft gij be- weeren. Hij is integendeel do drijfveer vau al uwe handelingen. Gij verliest zelf alle doorzicht wanneer het er op aankomt uwen haat tegen de katholieken bot te vieren. Iu chorus ging het iu de liberale gazetten Laat ons bij de herkiezing voor de socialisten stemineu. Liever zien zij de belangen van ons dierbaar vaderland overgeleverd aan de vurige en dwaze aanbidders der bloedige Commune van Parijs, dan ze in de handen te laten der orde- en vredelievende katho- Neen I daar vonden zij gelegenheid hunnen haat te boelen op alios wat deugd en godsdienst raakte. Zij zijn menscblieveud de partijgenoo- ten van Dendergalm die.schrijven dorsten dat de katholieken maar goed waren om afgerost te worden. Zij waren meuschlievend, die jonge geuskons, de helden der bloedige toouoe- len die als eene vlek kleven op verschil- lige groote steden van ons land. Neen, Dendergalm, bij de geuzerij heeft men het reebt niet van menschelijkheid te spreken. Dat schoone gevoel is daar onbekend waar zijn grondbeginsel, de godsdienst, ontbreekt. Niet dan laffe wraak is der liberalen drijfveer Öp die vraag heeft de Franschman Yves Guyot, die zelf een gewezen socia list is, geantwoord Een stelsel onder hetwelk ieder zal voortbrengen volgens zijne luiheid en genieten volgens zijne lusten, Een socialistische hoofdman daagt Guyot uit deze bepaling staande te hou den. Guyot antwoordt Ik houd ze niet staande, want mijne bepaling is niet die van het collectivism zelf, maar van de beloften der collect i- vistische hoofdmannen. De ware bepa ling van het collectivism is deze n Een staat der samenleving waarin niemand zal werken tenzij op den eisch van zijne vijanden en waarin niemand iets zal ontvangen tenzij uit gunst der re geerders. n Als Alleraane aan 't bewind is zal Jules Guesde opgeeischt worden om de beirputten te ruimen. Als Guesde aan 't hoofd is zal Allemane opgeeischt wor den om hetzelfde werk te doen. Henri Brissac zal mot don eersten een weelde rig leven leiden, waarop zijn vorige diens ten hem recht geven. De tweede zal zich de galei, welke de burgerlijke samenle ving hem heeft doen ondergaan slechts herinneren om deze voor Brissac nog ver schrikkelijker te maken. Indien de collectivisten ooit het be wind in handen krijgeu zullen zij een stelsel invoeren dat zal zijn »1° De dwangarbeid voor de eenen 2° Het luilekker leven voor de an dereu 3° Voor de eenen en voor de anderen de bestendige burgeroorlog. Waarschijnlijk Pol De Witte en al de afgescheurde socialisten ziju van hetzelfde Het socialism en de godsdienst. Op eene socialistische meeting, zondag te Charleroi gehouden, sprak citoyen Van- dervelde als volgt Zoo er menschen zijn die priesters willen, dat zij ze betalen zoo zij kerken willen, dat zij ze zeiven bouwen. Wij willen de scheiding van Kerk en Staat. Het is onze plicht het katho liek geloof te bestrijden. - Dat is ten minste rechtzinnig gespro ken, en 't is te hopen dat de socialisten nu niet meer op den buiten zullen gaan ver tellen dat zij niet tegen den katholieken Godsdienst zijn. I)e koningin komt Een onzer vrienden, zegt Het Handelsblad, die vindt dat men in de bespreking van landbouwbelangen niet altijd evon serieus moet zijn,zendt ons het volgende vertaald artikeltje Lord Cecil is een onvermoeide bieën- telcr eu de zorgen die bij voor zijne ge liefkoosde diertjes draagt, zyn oorzaak geweest, dat over eenigen tijd gansch het dorp Hatfield ten onderste boven stond. Lord Cecil vond Jat een zijner kor ven moederloos was geworden, seinde naar de naastgelegen stad Welwyn, om eene Dieuwc Italiaansche koningin en vroeg terzelfdertijd wanneer hij op do verzending mocht rekenen. Do handelaar stuurde de koningin met den eerst komenden trein en telegra- pbeerde a De koningin komt dezen namiddag met den trein van 3 uren 40 minuten. Wanneer lord Cecil aan de statie kwam, om zijne nioederbie te halen, vond hij de plaats zwart van volk. De telegraaf bediende had begrepen dat Hare Majesteit oen onvoorzien bezoek te Hatfield zou brengen en had het ge heim niet kunneu bewaren. Het nieuws was als eeu bliksem iu bet omliggende verspreid geworden.» Shooting Times.) Werkstaking der schrijnwerkers. Eene afveerdiging van de Brusselsche werkstakers heeft een bezoek gebracht aan het parlementaire comiteit der Tra des-Unions, te Londen. Een der afgeveerdigden vroeg gelde lijke onderstand, op grond dat 4500 arbeiders sedert 8 augusti zonder brood winning zijn met doel verbetering in hunnen toestand te bekomen. De uitslag van het onderhoud was dat al de werkmausvercenigiogen zullen aan zocht worden, de stakers uit Brussel uit hunne reservekas te ondersteunen. Congo- De Congo beige meldt, dat men voornemens is binnenkort de mine rale rijkdommen van Katanga eu Boven- Kassaï te ontginnen. Men weet dat reeds over eenige jaren eene poging in dien aard werd beproefd, maar de Arabieren verzetten zich er tegen en de moord op Hodister brak alles af. Nu is de rust hersteld en de Staat heeft eene nieuwe zending uitgestuurd, om de grondrijkdommen te onderzoeken in die landstreek. Verwereldlijking der hospitalen. Een beroemde dokter te Parijs, D' Picqué, heeft krachtig geprotesteerd tegen de verwereldlijking der hospitalen, omdat de ziekenoppassers en verpleeg sters van het bekende ziekenhuis Dubois, noch wat liet oppassen zelf betreft, noch onder zedelijk opzicht voldoen. Aan een redacteur der Débats, heeft deze dokter de volgende verklaringen afgelegd Ge ziet in mij eeu oud-verdediger van de verwereldlijking der hospitalen, maar nu ben ik op het punt de onmogelijkheid in te zien, dit stelsel in praktijk te brengen. En geloof vrij, velen van mijn ambtsbroe ders denken er over als ik. Onze goede trouw is bedrogen door beloften, waarvan niets gehouden word. Van de verpleegsters van het zieken huis Dubois sprekende, voegde Dr Picqué er bij Van de vrouwen, die zich voor ver pleegsters uitgeven, zijn er bij, die de eerste letter van hare bediening n et ken nen. Wel moet ik bekennen,dat er eenige zijndie belangstelling verdienen maar aan het grootste getal kan men het drie voudig verwijt doen :dat zij vuil eu onwe tend zijn cn van bctrcurenswecrdige zoden. Zij zijn uiet stipt in de zorg der zieken die hen toch goed genoeg betalen. Deze bekentenis van een beroemd dok ter mag wel onthouden worden. Om de weerde dezer bekentenis in haar geheel te begrijpen,moet men weten, dat het huis Dubois geen hospitaal is, waar arme zieken kosteloos verpleegd worden. Allen, betalen, en soms komen rijken, zelfs millionnairs, er verpleging zoeken. Het gouvernement laat thans de optelling doen der kinderen, die de lagere gemeentescholen en aaugenomene scholen bezoeken. Die optelling zal een paar we ken duren. Het doel der optelling is het verzamelen der stukken, noodig voor de verdeeling der schoolsubsidics. De Soir meldt dat w strenge bevelen heeft gegeven ten op zichte der zoogenaamde Compagnies üni- versitaires, bijzondere compagnies waar van de recruten de lessen volgen der hoogescholen en der academies. Naar het schijnt loopen er veel.... karotten trekkers in de rangen en de minister van oorlog heeft nu bevolen dat, om de gunst te genieten in zulke compagnies te worden ingelijfd, men op het oogenblik der inlij ving reeds twee jaar de le«sen eener hoo- gescLool of academie gevolgd hebben. Voor den Provincialen Raad van Oost-Vlaanderen. Zooals men weet hadden onze katho lieke Candidaten voor den provincialen Raad de stellige belofte aangegaan tegen over hunne kiezers van alles te doen wat mogelijk is om de vervalsching der boter door de margarine tegen te werken. Zij komen hun woord te houden. De provincialen Raad was nauwelijks vergaderd toen zij reeds wenschen in dezen zin op het bureel nederlegden in den loop der eerste week dezer maand. De volgende besluitselen ziju door onze Vertegenwoordigers in den provincialen- Raad voorgesteld geweest Aangezien het eene dringende noodza kelijk is vau hulp te brengen in den land bouwcrisis namelijk door het beschermen der natuurboter Aangezien de middelen door het Gou vernement tot hiertoe gebruikt om de vervalsching der boter door de marga rine te beletten volstrekt ontoereikend en zonder voldoende uitslag gebleven zyn Aangezien de Phenolphtaléine, op dit oogenblik grooto diensten zou kunnen bewijzen aan den boterhandel Hebben de provinciale Raadsleden van het Kanton Aalst de eer aan den Raad voor te stellen van den wensch uit te drukken dat het Gouvernement zou ge lieven 1° De margarine-fabricanten te ver plichten van in hunne kunstboter te ver mengen de Phenolphtaléine iu de verhou ding van 1 gram Phenolphtaléine voor 100 kilos margarine, die zou beschikt ziju voor het inlaudsch verbruik 2'1 Een streng toezicht uit te oefenen op de verzendingen van margarine be schikt tot het iulandsch verbruik iu de spoorwegstaties en op de openbare wegen door de agenten van den Staat en door de Politio 3° Het invoeren van vreemde marga rine en vreemde kunstboter slechts toe te laten op voorwaarde dat ze zouden ver mengd zijn met phenolphtaléine in de verhouding van 1 gram phénolphtoléine voor 100 kilos margarine of kuustboter juist gelijk voor de inlandsche margarine. Dit toezicht uit te oefenen door de doua niers. 4° De binnenkomende vreemde boter ernstig te bewaken al de afzendingen zonder onderscheid te onderwerpen aan de proef van den refracto-bulyrometer door de zorgen van den toldienst en zorgvuldig te ontleden al de boter die zou verdacht voorkomen. Deze voorstellen zijn dijusdag geleden door den H. De Naeyer in openbare zit ting ontwikkeld geweest en door de be voegde commissie goedgekeurd. Men ziet dus dat onze gekozenen uiet behoeven aangespoord te worden om hunne beloften ten uitvoer te brengen wanneer zo beloven houden ze hun wooid. MANIFESTATIE. Dendergalm deelt een langdradig verslag meè over de manifestatie-De Windt. Wanneer men dit factum leest krijgt men meer en meer de overtuiging dat die belachelijke parade opzettelijk, of liever, met voorbedachten rade tegen ons katholiek stedelijk Be stuur is gesmeed geworden. In zijne redevoering drukte de held der betooging zijnen dauk uit aan de Donchistische volksfoppers voor hunne medewerking. Die dankbetuiging was verdiend. MM. P. Daens-Mayart en Van Scliuylenbergh maakten deel uit van de iurichtende commissie der betooging hunne namen kwamen neven die der liberalen op 't programma voor en in den stoet gingen zij arm aan arm met de liberalen leden der commissie... Iu andere woorden 't waren gezworen kameraden in samen zweering tegen ons kath. stedelijk Be stuur. Zekeren onzer partijgenooten, kunnen het maar niet gelooven, dat M. P. Daens- Mayart, geflankeerd van zijnen prote Pie Van Schuylenbergh aan 't hoofd van den stoet, arm aan arm met de liberalen meê- liepen ehwel, wij zeggen dat het waarheid is en dat duizenden getuigen het zullen bevestigen.|Als ge,geachte lezer,nog nader wil ingelicht zijn, trek uwe informeer kazak aan en kom eens hooren naar Aalst.... Meer zeggen niet.... Begin van 't werk. sedert onheugelijke tijden bestaat hier te Aalst 't gebruik dat,des winters,het werk wordt aangevangen met 't opkomen van 't dag licht. Voor vele stielen bestaat dit ge bruik nog. Nu sedert eenige jaren, is dit oude ge bruik vooral wat de garentwijnderijen, spinnerijen, weverijen, enz. betreft ver dwenen, en begint den werkdag des mor- gends om 6 uren. Wij moeten niet doen uitschijnen dat dit hoogst.schadelijk is voor de werklie den. Om 5 uren opstaan, dus meer vuur en licht, enz. enz., in een woord, veel ongemakken. Op verzoek der Aalstersche Antisocia listen vergaderde den Gemeenteraad ten einde te onderzoeken hoe men aan den schadelijken toestand zou een einde bren gen. Onmogelijk een reglemeut te stem men,de vrijheid van te werken ol te laten werken verbiedt het. Met eenparigheid werd in zitting van 28 september 11., eene beslissing genomen welke bij brief aan de heeren Nijveraars en Fabrikanten is bekend gemaakt ge worden De Gemeenteraad Gezien de vraag der Aalstersche- Antisocialisten strekkende tot de af- schaffing van het zes-uren werk des morgens gedurende de wintermaanden in de Nijverheidsgestichten Ondersteunt deze vraag en beslist, alles in het werk te stellen om door zijne tusschenkomst bij de Patroons, er de afschaffing van te bekomen. Wij hebben de eer, Mijnheeren, U deze beslissing mede te deelen met verzoek er een gunstig gevolg te willen aan ver- leenen. Wij twijfelen geenzins of gij zult het mogelijke doen, om tot dit edel doelwit te geraken het is immers door niemand loochenbaar dat het zes-uren werk des winters's morgens eene bron van onge makken is, voor de werklieden, en dat zijne afschaffing verzachting zal brengen aan het lot der arbeidende klassen. Hopende op een gunstig antwoord, bie den wij U aan de verzekering onzer be- zondere hoogaclfting. De Burgemeester en Schepenen De Secretaris, M. L. Gheeraerdts. E. SCHEERLINCKX. Morgen Zondag 18 October, Buitenge wone Prachtige Vertooning, ter stedelijke Schouwburgzaal. Meu gaat opvoeren. SIMON TURCHI of de Italianen te Antwerpen, bewerkt naar den roman van Hendrik Conscience. Verder uitvoering van 6 stukken voor orkest onder loiding van M. C. De Mette. Prijzen der plaatsen Voorbehoudene 2,00; i°rang: 1,50; 2° rang: 1,00; boven- plaatsen fr. 0,50. Bureel 5 uren. Gordijn 5 1/2 uren.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1896 | | pagina 2