Zondag 10 Januari 1897. 3 centiemen per nummer. SlsU! Jaar, 3125 ZONDAGRUST. UIT SPOOK Dl ABDIJ, Laffe aanvallen. Landbouw. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Tinnen malen. DE DENDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. i-75 voor drij maanden voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31, en in alle Postkantoren des Land. Cuique »uum. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00Vonnissen op 3" bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den Uijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele van dit blad. Aalst, 9 Januari 1897. In een voorgaand schrijven is bewezen geworden dat de zondagrust den mensch opgelegd door do wet van God zoowel als door die der natuur, in onze huidige samenleving, nog door de burgerlijke wet zal moeten bekrachtigd wordoa. Zulke wet zou gocno inbreuk zijn op de vrijheid, want veel te dikwijls zou het den awang aan den werkman gepleegd doen verdwyuen en bijgevolg zou die wet eene vryheid herstellen. Dat ia onbetwistbaar. In België bestaat zulke wet niet. Men mag dat grootelyks aan de geuzerij wü- ten die daarin een middel vond om ue priesters te plagen, den godsdienst aan te vallen en in don geest van het volk te ondcrmynen. Ook zyn de liberalen gekende man- chesterianen die uitroepen - Vryheid in alles - en laat gaan wat gaat. De pogingen dus die door ieverige ka tholieken gedaan wierden om de zondag- rust in te voerea leden schipbreuk bij den krachtdadigen tegenstand der geu zerij en vau eenige groete kapitalisten. Men zal zich nog den schimp herinne ren met dcnwclken men minister Van- denpeereboom bejegende toon deze be proefde de zondagrust in zijn bestuur in te voeren. De geuzenbladen vonden geen spotwoorden genoeg en op allerlei wyzen braakten zy hunne gal en bitterheid uit tegen dien mentcblievenden maatregel door eenen katholieken minister geno men. Nochtans de minister ging voort, be kommerde zich om dien tegenstand niet en zooveel het van hem afhangt heeft de vraag der zondagrust een goede oplos sing in zyn bestuur gekregen. Ik herinner het mij nog, 't is eenige jaren geleden, toon men zich voor goed met het maatschappelijk vraagstuk begon bezig te houden. In de eerste ontspatting vormde zich eene maatschappij ten voor- deelo der wekelijksche rust samengesteld nit eenige liberale en katholieke heeren. Men was daarover 't akkoord dat we kelijks den werkman een rustdag moest geschouken worden. Er stonden palen aan zyne krachten en 't was zelfs het voordeel der nijverheid, zoo redeneerden liberalen, dat men den arbeider toeliet zijne krachten te herstellen. Nu echter rees eene andere vraag op. Welke dag dor week zal de rustdag zijn Het spreekt van zelfs dat de katholie ken verlangden den zondag als wekelyk- sche rustdag te zien uitroepen. Den zondag vieren is het gebod van God en op zulke wijze konden de werklie den hunne kristelijke plichten vervullen Dit maakte echter de rekening niet uit der geuzerij. Wel roepen zij uit dat Episode uit den Oorlog in de Vendee. I8d* VEEVOLG. Wederom Idouk een schot door de lucht. M. de Milly voelde een kogel lange zyn oor fluiten. Gemist mompelde hij, De eerste kogel was ook voor mij bestemd. Het arme dier heeft hem in mijne plaats gekregen. Welk een duivelsch plan Blanche was op het peerd van Claverolles geetegon. Nu vooruit, riep Claverolles, vooruit. De handlanger van d'Orbois was verbazend vlug. Hij liep en sprong als een hert. De aangezette peerden konden hem nauwelyks volgen. Toen hy uitgeput en hygend stil hield, was het bosch nog maar een honderdtal Bchreden verwyderd. Op dit oogenblik kwam de maan van ach ter eene zwarte wolk te voorschyn en ver lichtte het landschap. Claverolles slaakte een kreet van ontzet ting. Ziet, wat is dat daar riep hy uit, terwyl by op eeu voorwerp wees, dat op eeni- gen afstand op den grond lag. zij aan allen godsdienst onverschillig zijn, en bijgevolg, dat het hun gelijk was wel ken dag als rustdag aanzien wierd maar in dees kwestie kroop algauw den aap uit de mouw. De geuzen roepen en schreeuwen zoo maar banJelen geheel anders. Edelmoed is die mannen vreemd en zoodra het er op aankomt den goedsdienst aan te val len dan voorzeker kent hunne dwaasheid geen palen meer. Wy willen eenen wekelijkschen rust dag, riepen zij uit, maar niet zoohaast wierd den zondag vooruitgezet of allerlei stokken wierden in het wiel gestoken. De geuzery ging achteruit. M. Vandenpeereboom aan wie men aangeboden had lid der maatschappij te worden verklaarde dat hij zulks maar aannemen kon indien den zondag als rustdag wierd verkozen. Dan ging de bom los en de maatschappy uiteen. Met zulke onverdraagzame man nen, ging het in de geuzenbladen, is het onmogelyk huis te houden. Later verrees echter die maatschappij wederom buiten alle politiek. Alhoewel zij op allo daken uitbazuinde dat zij mon delings en schriftelijk voor de verwezen- lyking der zondagrust strydt toch geeft zy niet veel teeken van leren, ten minste van krachtdadig optreden voor haar doelwit. Ik ben mis. Over eenigen tijd heeft M. Nyssens ze geraadpleegd over het wetoncwerp op de zondagrust die hij ge reed maakt. Hier volgt haar antwoord. Het is waar lijk weerdig ingelijst te worden Wy zijn aan allo vrijheden gewoon; eene wettelijke regeling der kwestie, hoe goed zij ook weze opgevat, zou eene te geweldige scheuring aonzer ziens- en le venswijze zyn. Ellendig gezwets van verblinde man- chesterianen Nu is het te begrijpen dat men op dit gebied geen stap is vooruit gegaan terwyl in vreemde landen b. v. in Holland eene zeer streuge wet op de zondagrust wierd gestemd. De groene held herbegint met eene toe- nemendo razernij zijne laffe en leugenach tige aanvallen van weleer. Dus is het onbegrijpelijk hoe men zoo tegen weer en wind in, durft liegen en de welbekende waarheid bestrijden en daarna zijne eigene eerlijkheid en deftigheid gaan verheffen. Is het eerlijk en deftig iemand gedach ten aan den rug te wrijven dat men zekerlijk weet valsch te zijn, iemand van iets te beschuldigen wanneer het tegen overgestelde waar is H Land durft schryven Uit Denderleeuw meldt men ons dat de n heer volksvertegenwoordiger Diericx daar n op een vergadering het pensioen aan d'oude n werklieden heeft afgekeurd.... Is dat echt Zon dat echt zijn Wy moeten 't weten, n want wy komen daarop terug. n Die ondervragingen zijn echt duivelsch. M. de Milly en zijne vriendin kwam haastig nader Op hunne beurt stonden zy wezenloos van schrik. Voor hen lag in eenen grooten bloedplas het lijk van eenen grijzen priester. Het zilveren licht der maan deed de hemel- sohe schoonheid zyner gelaatstrekken nitko- men. Welk eene kalmte lag er uitgespreid op dat gewelfde, door witte haren omgeven voorhoofd Welk eene zachtheid, welk eene snelheid in die strakke oogen, in dien glim lach van vrede en liefde O, het moest de apostel van het goede zijn, die, zyue beulen zegenend, gevallen was Aangedaan^ steeg M. de Milly van het peerd en knielde bij het slachtoffer neer. Hij nam de hand in de zijne en hief ze om hoog ze was stram en ijskoud. Hy maakte de kleêren los en legde zijne hand op het hart... Eene kreet van vreugde kwam over zyne lippen. Hij voelde, dat het hart licht klopte. Myn God riep hy uit, hy leeft Ja, hij leeft herhaalde Claverolles, terwyl hy zich op zyne beurt voorover boog. En met eene vreemde uitdrukking in de stem voegde hy er by Inderdaad, de Heer beschermt de zynen. De priester was werkelijk nog in leven, Zyn toestand liet echter niet de geringste hoop meer over. leder oogenblik kon het De held durft niet bevestigen want in den grond zijns herten weet hij wel dat hy liegt en de waarheid den nek om- vringt. Hij wil M. Diericx verdacht maken bij zijne kiezers, hy wil hem hatelijk maken in de oogen van het werkende volk. Is dat eerlijk is dat deftig is dat demokratisch en recht voor de vuist Dio volksfopper weet heel wol, beter dan iemand, iudien hij, als gazetschrijver, zich op de hoogte houdt der maatschap pelijke beweging, dat M. Diericx voor staander is van hot rustgeld voor des werk mans ouden dag. Over die kwestie heeft M. Diericx eene voordracht gegoven in de maand Augusti verleden jaar, eene voordracht die veel bijval heeft genoten iu zijne geboortestad. Djfcirna heeft hy, de oplossing der pensioenvraag willende bevorderen, een art. geschreven in den Bisn Public over oen stelsel dat hem gansch porsoon- lijk is Dendcrbode in twee artikels heeft er de grondtrekkeu van leeren kennen aan zijne lezers, artikels verschenen in den loop der maand Augusti. En na die openbare feiten zal de waar- heidminnende Groene nog zeemachtig weg durven vragen Is het waar dat M. Diericx van de pensioenen voor den werkman niet wil. Do correspondent van 't Land, indien er een briefwisselaar in 't spel is, moet een groote ezel zyn om tweo zaken te verwarren die van verre of van nabij op elkander niet trekken. M. Diericx is par tijganger van een pensioen,maar is tegen strever van de tusschenkomst van den patroon in de daartoe te storten gelden. Held, uw handelwijze is pijnlijk en af te keuren. Zij is pijnlijk omdat gij door uw schrij ven iemand hatelyk wil makeu die het met de werklieden wel meent,die do pen sioenen voorstaat. Zy is af to keuren omdat gy, alvorens zulk monsterstuk af te kondigen gy weten moest wat waar of leugen was. Ik heet uwe daad een monsterstuk omdat gij daardoor, door eene beschuldiging van zulk gewicht, iemand wilt hatelijk maken ten voordeele van onsen broeder. Eene tweede barbaarschheid gaat aan het adres van M. Woeste. Dio zelfde lasteraar durft schryven Dat is altijd 't oud gedacht van M. n Woeste, dat de Staat, de boeren of dander n werkmenschen NIET MAG HELPEN. De n menschen doen bezwijken onder de lasten n ons geld naar den Congo voeren, JAmaar n de menschen helpen in hou broodgewin, n NEEN. Nochtans de Paus Leo XIII ver klaart uitdrukkelijk dat de Staat, 't Goe- vernement, de Voorzienigheid moet zijn der werkende klassen.... Vaderlijk handelen.... n M. Woeste durft niet direkt tegen den Paus n opstaan, maar hy blijft koppig als eene n klokhen aan zijn oud gedacht, al ziet hij n dat het slecht en nadeeug is. n Na men zulk stuksken gelezen heeft is het niet om zich af te vragen of de maat nog niet vol is leven wyken, en de ziel tot haren Schepper opstijgen. Blanche kuste de zoom van het kleed van in martelaar en mompelde Hoe redden wij hem alleen.... in deze onbewoonde streek Stel u gerust, mejuwrouw, antwoordde Claverolles. Ik ken niet ver van hier eene hut, waarheen wy hem kannen brengen. Maar de tyd dringt, de vyand is ons op de hielen.... Help my dien armen gewonde op lichten. Wilt gij hem meenemen vroeg M. de Milly. Het moet. Het is het eenige middel om dit leven nog een weinig te rekken. Ik zal zacht door het bosch loopen.... Hoort, hoort In de verte deed zich tromgeroffel hooreu. Het zyn misschien de moordenaars van den priester, hernam Claverolles. Laten wij hier geen oogenblik lauger blijven, onze vei ligheid hangt er van af Met de grootste zorgvuldigheid nam Clave rolles den stervende in zyne gespierde armen en liep in allerijl naar het bosch, O, hoe verweet M. de Milly zich op dat oogenblik, zulk een man te hebben mis trouwd. Neen, hij was geen verrader Ver raders handolen zoo niet. Jonkvrouw Blanche liep naast Claverolles en ondersteunde het hoofd van den priester. De baron volgde op eenigen afstand. De Is het mogelijk nog opzettelijker te liegen en zijne lezers te bedriegen. Van twee dingen een of te wel, de schrijver van die lijnen is duivelsch razend of stapelzot goworden of te wel, hij houdt zijne lezers voor aartsdom, onbekwaam eens te redeneeren en meegesleept door den haat en den nijd dio het hart van dien schrijver vertceren. Hoe is Let mogelijk te durven schrijven dat M. Woeste beweert dat de Staat de boeren of werklieden niet mag helpen, hy die de vader is der wet op de werkmans woningen en die zijnen naam heeft ge hecht aan zoovele sociale hervormingen ten voordeele der werkende klassen. Was Het Land gelezen door menschen die geleerd zijn, wy zouden de schouders ophalen en zeggen zo weten waaraan zich te houden 't zal immers%aan die niet zijn dat men zulke monsterachtigheden zal kunnen doen gelooveu zij moeten noodlottigerwyze tegen den schrijver kee- ren maar nu zijn het dé werklieden die zulke leugentaal opgedischt krijgen, die dikwijls reeds door do raeetingen ver voerd, dit alles als evangelie aannemen en er vast aan gelooven. Laat ons de lastertaal voorover stap pen. Do fopper schryftNochtans de Paus leert uitdrukkelijk dat do Staat de Voor zienigheid moet ziju der werkende klas sen. - Dat is dubbelzinnig en eene zeer ge vaarlijke taal. Waar heeft de Paus uitdrukkelijk ge schreven dat de Staat de Voorzienigheid zijn moet der werkende klas Wat heet men de Voorzienigheid zijn der werkende klasse Dat is staatssocialism en zoo zal ieder een het begrijpen. Als de fopper niet heeft willen zeggen dat de Staatzorgen moet in alles en voor alles voor de werk lieden dan heeft hij eene zeer slechte uitdrukking gekozen. Dat alleen mag men Voorzienigheid heeten. Heeft de werkman recht op werk Fopper. Over de tusschenkomst van den Staat schryft de Paus Bedreigt derhalve de gemeenschap of de bijzondere standen oeuig nadeel dat ander» niet af te weren is, dan is de tusschenkomst vau den Staat gewettigd. - In oen navolgend nummer zullen wij voortgaan de aanvallen te onderzoeken zoo van wege Land als van Dender- galm. M. de minister van nijverheid en ar beid heeft aan de beambten van den ykdienst bevel gegeven al de tinnen ma ten van bet oud systeem, die hun zouden voorgebracht worden, af te keuren. peerden welke hij by den teugel leidde, kon den slechts met moeite vorderen. Na een half uur gaans door dit kreupel hout hield Claverolles stil. Daar is het, sprak hy, terwijl hij naar eene hut wees, welke tegen eene rots gebouwd was. De woning ziet er niet zeer aanlokkelijk uit, voegde hy er bij. Het hindert ook niet, daar zij ons eene groote veiligheid aanbiedt. Kent gy den eigenaar vroeg M. do Milly. Zeer goed. Hy is een mijner vrienden, een grijsaard, arm als Job, maar eerlijk en trouw... Onze goede Cyranol zal zich ver heugen, ons van dienst te kunnen zjjn. De hut was inderdaad die van Cyranol. Daar, in dat verpeste hol, rustte de ellen dige bedelaar uit van zijne verre tochten daar was zyn schat verborgen, de vrucht van onzinnige ontberingen gedurende een lange reeks van jaren. Claverolles was er een paar malen geweest, om den onden bedelaar een bevel van kapitein d'Orbois te brengen. Hy wist, dat de oude vrek dien avond afwezig was dit begunstigde zijne pluimen. Hy underdo de deur en klopte. Geen antwoord. Myn vriend ia afwezig, sprak hij ik zal de deur openen hij is te goedhartig om zich over zulk eene handeling te beklagen. Claverolles haalde een steen uit den muur, en zijne hand in eene opening stekend, duwde Teenbosschen. Verjonging. Na een zeker aantal jaren, verschillend volgens den aard van den grond waar de teenbosschen zijn aangelegd en de min of meer redematige zorgen van onderhoud en bemesting waarvan zij het voorwerp zijn, verslappen de stompen zoodanig, dat zij nog slechts onbeduidende opbrengsten leveren. Deze verkwijning kan veelvul dige oorzaken hebben, zooals de uitput ting van den grond veroorzaakt door eene gansche reeks van oogsten, de min of meer groote zuurheid des bodems, de ge vorderde ouderdom van de teenbosschen, de plotselinge opvolging van vorst en dooi, enz. Hetzij deze of nog andere oor zaken afgezonderd of te samen werken, Zij hebben allen voor gevolg de leef kracht van de stompen te vermindoren, alsook de verdrooging en het opensprin gen der schors van de koppen der stom pen te veroorzaken. In dien toestand zijn de teenbosschen onbekwaam nog voldoende opbrengsten te geven en hun bestaan is zelf erg be dreigd. Wat doen in zulk geval Is er een middel tegen deze kwaal of moet men den grond maar goedsmoeds ont ginnen Het middel bestaat en is zeer eenvoudig, doch in 't algemeen is het ongelukkiglijk niet gekend door de eige naars onzer teenbosschen. Het middel dat wy aanbevelen en dat ons in onze proefnemingen uitnemend goede uitslagen heeft opgeleverd, be staat in het afkappen dat wil zeggen in het gelykgrouds afdoen van dokoppen der stompen. Het gelijkgronds afkappen der stompen heeft voor gevolg op den onderaardschen stomp bijkomende botten te doen uit schieten, welke onder den invloed van voordeelige omstandigheden, krachtige scheuten zullen voortbrengen, waarvan het onderste deel na den oogst der twy- gen, het volgend jaar nieuwe stompen zullen uitmaken, welke in staat zijn op hunne beurt talrijke botten te schieten, welke zich met groote kracht zullen ont wikkelen. De afkapping zal plaats hebben na het afkappen der twijgen, bij middel van oen scherpsnijdend werktuig, zijnde eene soort van storke snoeitang. (1) Dit werk tuig geeft eene zuivere snede, eu levert daarbij de zwarigheid niet op, de worte ling van de stompen los te rukken. Te meer het laat de spoedige uitvoering van het werk toe. Bij gebrek aan het werktuig zou men desnoods eene soort van scherpsnijdende hak kunnen gebruiken, maar iu dit geval moet de afkapping geschieden terwyl de grond bevrozeu is, zulks om de bewerking te vergemakkelen en eene schadelijke losmaking der wortels tc vermijden. De afkapping kan slechts al hare goede uitwerksels opleveren, iu andere woorden zy kan de echte verjonging der teenbos schen slechts voor gevolg hebben, op voorwaarde door de oppervlakkige om- hij op eene geheimen veer. Zoodra de deur zich geopend had, trad hij binnen en stak een flambouw aan. Het inwendige van de hut was volkomen in overeenstemming met het uitwendige. Een vermolmde bank, eau koffer, eenige aarden pannen en een paar. armoedige klee- diugstukken waren de eenige teekenen dat daar een menschelijk wezen woonde. Jonkvrouw dc la Mcillorayc gevoelde ccnc groote walging. Dit geval duurde echter niet lang, en zij volgde de beide mannen naar binnen. Terwijl M. de Milly en Blanche den ge wonde met hunne armen ondersteunden, bracht Claverolles eeu weinig orde in de hut. Hij schopte het gereedschap, dat over den grond verspreid was, ter zijde en naderde den hoop vodden welke den bedelaar tot bed dienden. Daar moest de priester worden neergelegd. De legerstede moest wat minder vnil en hard gemaakt worden Ily stak de handen onder de voddon en haalde de peluw te voorschijn, die met droog mos bedekt was. De vriend van d'Orbois toonde bijzonder veel iever. Hij nam den peluw en schudde hem flink been en weder. Eensklaps voer hem eene rilling door het lichaam eu sohitterde een zonderlinge glans in zijne oogen. werking van den grond de mededingende planten (onkruid) te vernietigen, in do uitputting des gronds te voorkomen, als ook de zuurheid des bodems te verzadi gen. De oppervlakkige omwerking zal zoodra mogelijk na het afkappen der twijgen geschieden, en dc vruchtbaarheid van den grond zal hersteld worden door toepassing van scheikundigen mest. Naarmate de grond min of meer is uitgo- put, zal men gedurende den winter 1000 a 1500 kil. Thomas-phosphaat gebruiken. In geval do toen bosschen in een zand achtige grond aaugelegd zijn, zal mon in de meeste gevallen, terzoffdortiid als de metaalslakken 1000 tot 1500 kif. kaïniet moeten gebruiken. Eindelijk, op hot oogenblik dat de wasdom herbegint, zal men de bemesting voltooien met 100 a 150 kil. soda-nitraat, per hectaar uit lo strooien. Wat de zuurheid des gronds betreft, deze zal bestreden worden door do toe passing zelve van do metaalslakken, ton ware die zuurheid overmatig weze, in welk geval men, voor de oppervlakkige omwerking van den grpnd, nog 1000 a 2000 kil. vetten kalk in poeder moet toe passen. L. Van den Beeod. Landbouw-ingenieur. (1) Die snoeitang, in 't fransch sécateur recepteur geheeten, is eon zeer aanbove- lens werktuig, wier prijs betrekkeiyk go- riug is, (ongeveer 16 frank). Liberale gelukkigmakera. Nau welyks zitten de liberalen aan 't bestuur eener stad of gemeente of het regent nieuwe belastiugen. Nog geen jaar warou de liberalen te Niuove en te Geerardsbergen meester of nieuwe belastingen zyn de inwoners komen treffen. Duizenden en duizenden franks worden geeischt. Te Meckelen, ook eene stad aan de macht der liberalen en socialisten over geleverd, worden er voor meer dan 186 duizend franks nieuwe belastingen ge vraagd. Wat geluk van door liberalen bestierd te worden. Moest het bestuur onzer Stad Aalst ook onder de macht dor geuzen gevallen zijn, wij zouden een broeksken gekregen hebben van 't zelfde laken der Ninovie- ten, G^erardsbergenaars en Mechelaars. De liberale belastingsmeders boweren dat de afgetredene katholieke besturen de financiën in bedenkelyken toestand hebben nagelaten. Dwaling 1 logentaalen bedrog De katholieko besturen schaften de belas tingen at vroeger door de liberalen inge voerd en waren zy herkozen geworden, zy zouden hebben blijveu beheereu gelijk vroeger, 't is te'zeggen. zonder zelfs eene roode duit nieuwe belasting te moeten heffen. Ja, wat geluk van door liberale goluk- kigmakers bestierd te worden. Zijne hand had een bard voorwerp aange raakt. Hij wilde zekerheid krijgen of hy zich uiet vergist had, doch het harde voorwerp was er wel zeker en gaf bij aanraking een helderen klank. Ditmaal was er geen twijfel meer mo gelijk het waagoud, het was de schat van den grysaord. Met geweld wist Claverolles zich te be dwingen en hij bleef kalm. Geen woord, geen gebaar verried zyne aandoening. Hy zette zijn werk in stilte en zeer zorgvuldig voort. Toen alles gereed was, sprak hy Laten wij thans onzen dierbaren ge wonde hier neerleggen. Ily zal er rust vin den het is alles, wat wij voor hem kannen doen. Zonden wy zyne wonde niet kunnen verbinden vroeg Blanche. Waartoe zou het baten Hy kan nog slechts eenige oogenblikken leven. M. de Milly iwas dezelfde meening toege. daan. Eene lichte trilling der lippen alleen toonde aan, dat alle leven nog niet geweken was. De oogen waren gesloten.... de ziel stond op het punt haar stoffelijk omhulsel te verlaten Blanche knielde naast den stervende neder en bad langen tyd. Toen zy weer het hoofd ophief sprak zij (WORDT VOORTGEZET.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1897 | | pagina 1