Schikkingen voor den Vasten, Congoleeschc zeden. De duivel op flesschen. Rechtskundig Tijdschrift Fila 0-.-J wordt ia zijoo familie, Ecce sic bcncdicetur h'jniD qui timet Dominum (Is. CXXYII, 4); terwijl Let christen huisgezin een heiligdom is van deugd, van vrede, van geluk; zal er slechts ver warring zijn in het huis van den goddc- loozc, In fructibus impii conturbatio (rrov. Xv6); en zijn huisgezin, gesticht huiten God en waaruit de Godsdienst ver bannen is, zal welhaast, al schijne het ook anders, wezenlijk eene hel worden van wanorde, oneenigheden, ondeugden, klachten en wanhoop. Eeuwige dank zij aan onzen goddolij- ken Meester en Verlosser, Jezus-Christus, die het huisgezin uit den staat van ver nedering, waarin het gevallen was, heeft getrokken, die het heeft veredeld, ver heven, geheiligd, met aan het huwelijk «Ie weerdigheitl van een Sacrament der -Nieuwe Wet to verlecnen Hetgoen Hij gedaan heeft voor het huisgezin, heeft Hij gedaan voor do gau- sche maatschappij. Gelijk een mensch in 't bijzonder een bestanddeel is van het huisgezin, zoo is het huisgezin een bestanddeel der maat schappij De maatschappij dus zal alleen lijk geluk en voorspoed genieten, als «leze bestaan in het huisgezin. Het is eeue al- gemeeue natuurwet dat de volmaaktheid van een geheel vermeerdert samen met «Je volmaaktheid zijuer deelcn en van deze afhangt. Deze eenvoudige overwe ging ware voldoende om te bewijzen dat «Ie maatschappij alleenlijk «loor den christeucn Godsdienst kan gelukkig zijn en dat zij, naarmate zij er zich oau ver wijdert, ongelukkiger moet worden. Nog- tans, Z. B. B., wij oordeclcu het nuttig «leze waarheid nog klaarder voor te stel len. Do Godsdienst alleen, gelijk wij liet boogtr hebben bewezen, geeft aan den mensch den bijstand van genoegzame ver- Jichtiug, van zekere sterkte en vasten steun tegen zijne woelende driften. Hij alk en ook verschaft hem beweegredenen en middelen van gelatenheid en vertroos ting in zijne ellenden en smerten. Veron derstellen wij u dat alle godsdienstig ge voel uit de maatschappij verdwenen zij. Jin weest niet, Z. B. B., al te zeer verwon derd over deze veronderstelling: de waar heden des Geloofs zijn met elkauder nauw verhouden eu loochent men er eene, men zal spoedig ook eene andero loochenen. Dit vloeit uit het natuurlijk verband der zaken; de rede vraagt dit zoo, eu, daar de eeue zonde tot de andere beidt, cischt liet zoo ook «Ie bestraffing. Veronderstelt n ''och de Hemel beware ons van zulk ongeluk 1 veronderstelt dat cr ten gevolge ecuer steeds toenemeude ver- llauwiug van Geloof en Godsdienst, eeu tijd «iome waarop alle godsdienstig gevoel uit de samenleving verdweneu zij waarop «Je goddeloosheid, overgaamlo van de ste den tot de dorpen en van de boogerc standen tot do volksklassen, algemeeu zij geworden ccn tijd waarop er by na aan niemand niets meer overblijft van uen iudruk welke de Godsdienst in hunne kinderjaren op hen hoeft gemaakt, niets meer overblijtt van den indruk welke de Godsdienst in hunne kinderjaren op hen heeft gemaakt, niets meer van al de waarheden, het leven, de krachten, do hulpmiddelen van allcu aard, welke zoo talrijke christene eeuwen aan onze hedeu- daagsche samenleving hebben overgela ten in onzd instellingen, ouzo wetten, onze zelen, onze gebruiken, aangezien het godsdienstig gevoel de eeuigc dijk is, bekwaam cm het geweld der driften van het menschdom tegen te houden, wat moet cr nooJzakelijk gebeuren als die dijk is weggespoeld Ongetwijfeld, zal Uau niets op aarde recht blijven nocü gezag, noch bestier, nocli huisgezin, noch eigendom, noch vrijheid, noch rechtvcer- dighcid, noch wclkdanige grondregel van orde en van vrede. Eu het gezag nog min dan al het Overige. God alleen kan aau eeDcn mensch als gewetensplicht op leggen van zich anu een andereu mensch te ondc-rwerpeu. En nog eens, wat zal er dan gebeuren Aan al zijne driften zal men den teugel vieren gccue audcrc wet zal men meer volgen dan dia van het ge not en do voldoening en «Ie gansche samenleving zal enkel nog eene afschuwe lijke vergadering uitmaken van ongelulc- kigen, die in arglistigheid en geweld on der elkander wedijveren En welk zul, iu dien wanschik, hel lot zijn der zwakken, der ouderliugeu, der kiudercn, der kran ten, der weezen Ziedaar nogtai.s hetgeen «lc maatschappij wier ledeu aan God zoudcu verzaken, te wacLlen staat en zulkdanig is het tafereel welk God zelf, door den moud van den profeet Osec, maakt van het land waar geene waarheid is, non est Veritas, cn waar men God niet teil erkennen, non est scicnlia Dei in terra, Lastercn leugen taalen moord, cn diefte, en echtschcnding loopen over, malcdictum, et mcndacium, et homicidium, et fur turn, cl adulter ium inundaverunt en het bloed raakt het bloed, et sanguis sanguincm ietigit. Daar om ook zal dit land treuren, propter hoc lugebit terra, on de «Iroefheid eu de schrik zullen al zijne inwoners doen kwijnen, et infirmabilur omnis qui habitat in ca, (Os. IV. 1. 2 3.) Ach 1 Z. B. B., dat God ons van dus- j danig ongeluk bevrijde, met onder ons het Geloof tc bewaren en den vooruitgang der ongodsdienstigheid tegen tc houden Want, hoe droevig het ook weze den hui- digeu toestand to bestatigen, wij kunnen toch niet loochenen dat zelfs in ons katho liek Vlaanderen, waar nog zoo menige gedenkstukken van den Godsdienst onzer vaderen prijken, de christene Godsdienst iu talrijke zielen verflauwt. God beware ons evenwel van te miskennen de zoo menigvuldige goede christenen wier over tuiging onwankelbaar en wier deugden oprecht heldhaftig zijn de zoo talryke ciuistene huisgezinnen, waar het Geloof en do wet van Jezus Christus nog steeds het Geloof eu de wet zijn vau al de fami lieleden, en die, Goddank, het grootste getal onzer diocesancn uitmaken. Maar buiten deze moedige christenen, welke verslapping Welke afval 1 Wat vrees voor de menscheu wanueer men God moet belijden Wat vooruitgang der on godsdienstigheid in onze steden eu zelfs in ouze dorpen Een der droevigste teekenen van «leze verslapping is de boweenelijke verzuime- nis van «leu paaschplicht, daar Wij u iu onzen verleden vastenbrief met droefheid van gesproken hebben, en waaraan een groot getal onzer diocesanen niet vreezeu zicb plichtig te maken alzoo van jaar tot jaar het gewicht verzwarende hunner zouden, het gewicht hunner ongerustig- hedcu en knagiugen, het gewicht ook «Ier gramschap van God en der straffen waar mede zij bedreigd zijn. Wij duiden u als dan als bijzonderste oorzaken der verzui- menis vau eeueu zoo heiligen plicht aau, benevens het slecht voorbeeld der ouilers, do slechte opvoeding der kinderen en der jeugd, alsook den iuvloed der vereeni giug, als deze ten dienste van het kwaad wordt gesteld. Meu moet niet elders de oorzaken zoeken van den bctreurensweor- digen vooruitgang der ongodsdierstigheid eu goddeloosheid, zelf in ons duurbaar eu christelijk Vlaanderen De Heilige Apostel Paulus, in zijnen brief aau de Ephesiërs, herinnert aan do huisvaders hunnen plicht van hunne kin deren wel op tg voeden, te onderwijzen en lc kastijden in den Heer, dit wil zeggen, volgens den geest van deu christenen Godsdienst. Educate illos in disciplina et correplione Domini (Eph. VI, 4 Vadeis eu moeders, de christelijke opvocdiug uwer kinderen is ten hunnen opzichte uw grootste plicht. Waakt op hunne ge zondheid, verschaft hun hetgeen zij noo- dig hebben voor het leven, ouderwijst hen volgeus hunnen staat en rang, weest bezorgd met hunuc toekomst op aarde maar vooral, leert hun de deugden van het Evangelie oefenen en verschaft hun een grondig godsdienstonderwijs. Wan neer het oogenblik is gekomen van den last dezer Zorgen aan audcren toe te ver trouwen iu den naam van God, die u r«.*keniug zal vragen over de ziel uwer kinderen, in den naam van deze kinderen e:i van wat u duurbaarst is op aarde, in deu naam vau uw eigen geluk, iu deu naam van ons vaderland en van «Ie maat schappij die bedreigd zijn, onderzoekt vóór God aan welke meesters, aan welke school, aan welk coliegie, aau welke hoo- gcsciiool gij uwen grootsten sehat, de ziel uwer kinderen, toevertrouwt I Vooral, neemt als gromlregel aan dat, op alle trappen van het ouderwijs den Godsdienst niet hoven al het overige zouden stellen, niet weerdig zouden zijn van hunne zen ding en van uw vertrouwen. Doch de slechte opvoeding is niet de eenige oorzaak van deu vooruitgang der ongodsdienstigheid wij vermeldden daar ook de vereenigir.gen, als zij, door eene helsehe ingeving, voor het verderf der zielen gesticht zijn. De macht der verecniging is groot en de II. Geest leert ons er rekening van houden. Het is beter, zegt het boek De Prediker, het is beter getweeën ie zijn dan alleen... Als de eene valt, wordt hij dooi den andere recht gehouden... En was iemand sterker dan een der twee, de twee te zamen zullen hem gemakkelijk weer stand biedeneene drijdubbelc koord wordt moeilijk verbroken. Dit wil zeggen dat eene verecniging zooveel tc machtiger is, en elkeen barer leden zooveel te ster ker, als zij talrijk is. Weest met honderd vereenigd, zegt de II. Joannes Clnysosto- mus, ieder vau u zal voor honderd tellen; weest met duizend, ieder zal voor duizend tellen, zoo voorde werking als voor den weerstand. Deze macht der vereenigiug is ten alleu tijde begrepen geweest door al de eerzuchtigen, door al de hoovec-rdi- gen cn, vóór hen, «loor den duivel die hun meester is. Neemt het wel iu acht, Z. B. B. indien het schoon eu loffelijk is zich te vereenigen voor het goed, met verschei dden samen te werken in eenen geest van rechtveerdigheid, liefde en voorzich tigheid, om het recht der zwakken te ver- detligon eu iudicn God zijnen zegen over zulke vereenigingen uitstort, llUc mandavit Dominus benedictionem (Ps. CXXXII het is eene dwaasheid, het is eene euveldaad, zich te vereenigen voor het kwaad, eu blindelings, vooraf, voor eene slechte zaak, aan zijnen wil en zijne vrijheid te verzaken. Dergelijke vereenigingen bestaan he laas 1 ouder ons, Z. B B. Is het noodig die geheime en helsehe vrijmetselarij te noemen, die, zoo menigmaal veroordeeld, altijd voort in «le hoogere standen de in- gcefster is en de leidster van al hetgeen tegen de Kerk cn tegen God wordt ge smeed En kent gij «lie andere vereeni gingen niet, onder welken naam ook zij zich voorgeven, die voornamelijk, alhoe wel niet uitsluitelijk, hare leden aanwer ven onder de arbeiders, die beweren geen ander doel te hebben dan de verbetering var. het lot der volksklas, maar wezentlijk strekken tot betontrooven van haar Ge loof, tot het omwerpen vaa do grondves ten der maatschappelijke orde Zij be staan dus onder ons, deze vereenigingen zij zijn talrijk, zij hebben hunne lokalen, hunne dagbladen cn ontelbare propagan damiddelen. Zij hebben hunne hoofdman nen, die het wonderwel kennen om de menschelijke driften te vleieD, de heb zucht aan te hitsen, de bedriegelijkste beloften te vermenigvuldigen. Zou men niet zeggen dat het vaD hen is dat de profeet Jcrcmias heeft willen spreken als by in naam des Heeren uitroeptEr zijn onder mijn volk goddeloozen gevonden, die strikken leggen, gelijk men er legt voor de vogelen en elie netten spannen om de menschen te vangen. Hunne huizen zijn vol van dezen, xcélken zij bedrogen hebben, nu hunne medeplichtigen gewor den. Het is zoo dat zij zijn aangegroeid. (Jerera. V, 26) Nog eens, Z. B. B. wacht u wel u te laten verleiden ter- zelfdertijd dat gij uw Geloof, uwe vrij beid, de gerustheid van uw geweien, de rust eu do vrede iu uwe huisgezinnen zoudt verliezen zoudt gij ook de eeuwige zaligheid vau uwe ziel en van de zielen die u zijn toevertrouwd in gevaar stellen Gij hebt begrepen, Z. B. B., dat, zelfs in dit leven, buiten den Godsdienst, er geen geluk mogelijk is noch voor de per sonen. noch voor de huisgezinnen, noch voor de maatschappij. Gij hebt verstaan hoe noodzakelijk het is dat gij, elk in het middcu waar gij u bevindt, medewerkt om onder ons den Godsdienst te behou den. Laat ons, ten dien einde, aan God opofferen de boetplcgiugen cn verster vingen, de gebeden en de werken vau liefdadigheid, welke onze Moeder de H. Kerk ons zoo dringend verzoekt te verme nigvuldigen gedurende deze dagen van zaligheid. Ingevolge de bijzondere macht welke Wij van tien Heiligen Stoel ontvangen hebben, vergunnen Wij, gedurende de aanstaande Vasten, de volgende dispensatiën of toela tingen I. Het is toegelaten boter en zuivel te ge bruiken alle dagen van de Vasten. II. Het is toegelaten eieren te eten alle dagen, uitgenomen op Asch-Woensdag ei Góeden-Vrijdag. Hegenen die verplicht zijl te vasten, mogen bmten de Zondagen, maar eenmaal daags eieren eten, te weten op den voornaamsten maaltijd, en niet op de colla tie en zulks moeten zij ook onderhouden op «1e andere vastendagen van het jaar. Hit ver bod raakt nochtans de eieren niet welke «He nen tot het bereiden van andere Bpijzen. III. Wij staan het gebruik van vleesch toe op den Zondag, Maandag, Hinsdag, Honder dag en Zaterdag van iedere week, uitgeno men op den Zaterdag van Quatertemper (13 MaartJ en den zaterdag der Goede-Week. Hegenen die verplicht zijn te vasten, mogen, buiten «1e Zondagen, maar eenmaal daags vleesch eten, te weten, op den voornaamsten maaltijd, eu niet op de Collatie en dit geldt ook voor vleeschsoep en jeugd. IV. Het is verboden, zelfs aan degenen «He mogen vleesch etenvleesch en visch te eten op één eu denzelfden maaltijd, niet alleen alle dagen van de veertigdaagsche Vasten, de Zondagen inbegrepen, maar ook alle andere vastendagen van het jaar. V. Men is verplicht drijmaal te lezen den Vaderons en den Wees-gegroet, en eens de akten van Geloof, Hoop, Liefde en Beronw lederen dag dat men vau bovengemelde dispensatie van vleesch te eten, gebruik zal maken. Men zal zich nochtans van deze verplich ting kunnen ontstaan, met eene aalmoes, die verplichtend is voor allen «He de voorschre- vane gebeden niet onderhouden, zal tot goede werken besteed worden, volgens Ons advies en de gebruiken van dit Bisdom. VI. Aan de militairen van allen graad, aan hunne huisvrouwen,kindereu en dienstboden, alsook aan de andere personen die dadelijk in militairen dienst zijn, staan Wij het gebruik van vleesch toe op alle dagen van het jaar uitgenomen op Goeden Vriijdag. Met de militairen stellen wij gelijk de gendarmen, de douaniers, de commissarissen en bedienden van politie die in werkelijken dienst zijn, de bedienden van den ijzeren weg welke in dienst zijn op de treinen, alsmede de in dienst zijnde postboden en bedienden der accijnsen. VII. Wij meenen aan de geloovigen van Ons Bisdom wederom te moeten herinneren, dat de Vastendagen, buiten de veertigdaag sche Vasten, zijn de Woensdagen, Vrijdagen en Zaterdagen van Quatertemper de Vigilie dagen voor Sinksen, voor de plechtigheid van de 1UI. Petrus en Paulus, voor Onze-Lieve- Yrouw Hemel vaart, AllerheiHgen en Kerstmis; en dan nog, dat het al de Vrijdagen van het jaar verboden is vleesch te eten, behalve den Vrijdag, waarop Kerstmis zon vallen. III. Ingezien de t ijdsomstan«Hgheden, en ingevolge de bijzondere macht, Ons verleend door Zijne Heiligheid den Paus van Rome, laten Wij toe aan al Onze diocesanen, dit jaar, vleesch te eten, zelfs meermalen «laags, op Sint Marcnsdag en op de Kruisdagen. Om dezelfde beweegredenen en ingevolge dezelfde macht, vergunnen Wij insgelijks aan al Onze «Hocesaneu. tot aan de Vasten van het toekomend jaar, vleesch te eten, zelfs meer malen daags, op al de Zaterdagen van het jaar die geene vastaageu zijn. Ten einde te voldoen aan het verlangen van en II. Vader, moeten Wij de geloovigen die van dezo toelating zonden gebruik maken, aanwakkeren, om daarvoor andere goede wer ken te doen, en bijzonderlijk het gebod van het vasten en van het vleeschderven stiptelijk te onderhouden. IX. Wij laten toe, gebruik te maken Jvan afgesmolten vet in plaats van boter alle dagen van liet jaar, behalve op Asch-Woensdag en Góeden-Vrijdag. Heze Herderlijke Brief en schikkingen voor de Vasten zullen van den predikstoel afge lezen worden in de kerken, openbare kapel len,geestclijko gemeenten en colleges van Ons bisdom. Zij zullen daar gedurende geheel «le Vasten, volgens gewoonte, te lezen hangen. Gegeven te Gent, ouder Onze handteeke- ning, Onzen zegel eu do tegenteekoning van Onzen Secretaris, deu 22 Februari 1897. Antonius, Bisschop van Gent. Op hovel van Zijne Iloogweerdigheid den Bisschop. A. De Meester, Secret. Bericht aan de landverhuizers van Canada. Het gebeurt soms dat weinig aanbevelenswaardige personeD, ten einde zich miu of meer lofbare en rechtvaartlige voorstellen aan tc schaffen, aau de landverhuizers voorstellen ze naar Canada to vergezellen. Men kan er niet genoeg op aandringen bij dc landver huizers dat zij wel op hunne hoede wezen tegenover dusdauigc aanboden, is't dat zij komeu van personen over dewelke zij niet ten volle gunstig zijn ingelicht. In alle geval kunnen zij niet beter doen dan zich tot het Genootschap vau den Aarts engel Rapbaël te wenden daar zal men alle noodige inlichtingen verschaffen. Het is duizendmaal beter alleen te ver trekken, gesteund op «le hulp der verte genwoordigers vau St.-Raphael, dan zich aan een twijfelachtig geleider toe te vertrouwen. Ongetwijfeld, te reizen met een ervaren persoon op wien meu reke nen mag,is zeer wonschelijk en voonleelig en waar do gelegen beid zich voordoet zullen wij niet nalateu ze kenbaar te maken. Zoo b. v. is dit jaar de heer E«J. Fasseau van Canada teruggekomen en zal er met de lente weêr naartoe gaan. Wij wekken grootelijks de landverhuizers op van «leze gelegenheid gebruik te maken en met tien heer Fasseau af te spreken om samen de reis te ondernemen. Mijnheer Ed. Fasseau verblijft te Bin chc, alwaar men schrijvou kan. De Missiën van China en Congo vau de paters van Scheut,deelen het volgende meê uit de reizeu vau den betreurden Pater De Dekeu Zoo hebben de Asandes, een stam van die streken, naar het Congoleesch woord nyama, (vleesch) den bijnaam nyam-nyam gekregen, eeu klank, die eenigzius hot geluid nabootst dat de tanden maken wanneer men vleesch kauwt of knauwt. De Basoko eten hunne eigen dooden op buiten de hoofdmannen, die in hunne hut begraven worden, en degenen die van besmettelijke ziekten gestorven zijn, cn welke men in den stroom werpt, wacht men zich wel de lyken tor aarde te be stellen zij worden gekookt en aanstonds opgeëteu of wel snijdt men het vleesch iu kleine stukkeu en men rijgt het aan stokken, om het bij een zacht vuurtje te droogeu en te rooken. Het vet wordt zorgvuldig op zijde gelegd, eu gesmolteu, om tot hetzelfde einde te dienen als onze reuzel. Een ambtenaar, dien ik persoonlijk ken, had op eene markt langs de rivier Ubangi eeuigc zeer nette pottekens doen koopen, wier inhoud wondergoed aan kunstboter geleek. Op don staatspost aangekomen, roemde hij openlijk «le goede hoedanigheid der waar maar de arme jongen werd bijkans onpasselijk van afschuw en walg, toen de negers hem den aard zijner zoo smakelijke boter deden keunen. Dc Mombuln of Mamgbutu, geburen der oumcnscbelijkc Nyam nyams, bewo nen ec-ne uitgestrekte streek op het uiteinde der rivier Uelle gelegen. Volgens Schweiufnrt en Junker die hen bezocht hebben,zijn die negers tamelijk beschaafd: men roemt hun geest vau orde, huuue vriendelijke gastvrijheid. Maar daarente gen zijn zij, meer dan eenig ander volk, onverbeterlijke menscheneters. Zij hebben nochtans geen gebrek aan vleesch. Het zijn behendige jagersdie olifanten,buffels, herten,geiten schieten, en perellioenders, trapganzen, frankolijnen in strikken van gen maar hun geliefkoosd wild is de mensch. Gedurig in oorlog levend met hunne geburen van het zuiden, zeggen dezelfde schrijvers, vinden zij bij de mindere volksstammen, dio in do nijbijheid der rivier Aruwini wonen, uitgestrekte land streken waar zij jacht kunnen maken op den mensch. De lichamen dergenen, die ouder hunne slageu vallen, worden tu8schen de overwinuaars verdeeld, iu stukken gesneden, gerookt en als mond behoeften medegenomen. De gevangenen, gelijk kudden vee weggevoerd, worden bewaard tot later. Het vleesch der kinde ren, malscher zijnde, is voor de keuken der opperhoofden bestemd. n Meu heeft beweerd dat de neger slechts menschen eet bij gebrek aan ander vleesch, en dat bijgevolg de invoer van vee in de kom van den Opper-Congo, invoer dien de ijzerenweg grooteliiks zal vergemakkelijken, bet beste middel zou ziju om het meuscbeneten te bestrijden. Ik heb daar even getoond dat die schaarcblieid, waarvan meu spreekt,'nbij de Monbulu, uiet bestaat. Er moeten dus andere middelen iu het werk gesteld worden. Terzelfdei tijd dat hij den neger in staat stelt om zich slachtvleesch in overvloed te verschaffen, moet de Staat volstrekt een eiudc maken aan de inwendige oorlogen, al moesten zelfs de gon verbeterlij ke stammen door hunne weerspannigheid van den aardbol weggevaagd worden maar vooral moet men,die arme wilde menschen dc zoetheid van den vrede,het geluk van het huiselijk leven en van een gei egelden arbeid doen gevoelen. Men moet dio verdierlijkte karakters verheffen; menschen maken van die wilde beesten; in een woord, men moet bescha- vou. Nu, dat werk kan het geweld alleeu niet verrichten. De soldaat die kastijdt moet geholpen worden door den mission- naris die troost, overtuigt, aanmoedigt, die als 't ware eeue redelijke ziel schenkt aan die rampzaligen,welke cr geene meer schijnen te hebben. Wat er van zij, vau nu af aan kan men reeds bemerken dat het afschuwelijk gebruik van menschen te eten vermindert, naarmate de invloed der blanken toe neemt, en dat het iu den omtrek der staatsposten geheel eu al uitgeroeid is. Een Bangala die het leger van den Staat, ia onze handelshuizen, in ouze werk plaatsen gediend heeft, beschouwt zich zei ven als veredeld, en aanziet zijne landgenooten, die menschen vleesch eten, als wilden, die hij moet verachten. Normandië was een der schoons-e en rijkste departementen van Frankrijk. Zijne bevolking was talrijk, zijn volk; kloek en streusch 1 Waaruit komt het dat het gedurig in bevolking vermindert. Dat do menschen verbasteren en vermindoren in levenstrijd; en gezondheid Dat de ellende binnen dringt en de armoe erin komt Waaruit komt het dat de gevangenissen ontoerei-t kend geworden zijn om de booswichten op te nemen? De zothuizen niet groot genoeg meer om de krankzinnigen le herbergen Waaruit komt het dat nijverheid eu land bouw min en miu kunueu strijden en ja,: verminderen De oorzaak is de gencverplaag. De hoe veelheid vau brandewijn, genever en andere sterke dranken welke Rouen by. voorbeeld jaarlijks opslokt is niet geloof- lyk. Er zijn straten waar op honderd huizon er 50 herbergen zijn. Men schat dat elke inwoner (vrouwen en kinders meegere kend) jaarlijks 40 liters inslokt. En daar! deze stad 115,000 inwoners telt, is meer dar. 5 millioenen liters verdronken. De liter wordt gerekend voor de werkmanj van 2 tot 3 fr., voor deu burger vau L3 tot 5 fr. (deze driukt dierder drank) e*ndus! wordt er jaarlijks voor meer dan 15 mil- lioenen fr. door het keelgat gegoten en dat zonder deugd, alleenlyk om het lichaam en de ziel te verdierlijken. Te lande zijn er wcrkmenschen die> dagelijks rond deB liters cider en 6 tot 8! druppels korten drank binnen gulpen. Des Zondags zijn de herbergen over vol, en 's avonds heeft men dat afschuwelijk eu af keerig zicht van menschen lamdrou- ke, langs den weg hier en daar gelegen. In verschillige plaatsen en streken drinkt de werkman bij kapperglazen kor ten drank, gelijk wij hier water of bier. 'k Gedenke mij bij 't lezen daarvan die zinvolle verzen van Van Ryswyck over de genever in zijn stukske De Duivel op flesschen. Jenever Welk een bron van kwaad Hij maakt van 't volk, voor kerk en Door 't doodend geestbedwelmen [staat Der maatschappij een echte plaag Verdorven meusche, lui en laag, En rasphuis-aas en schelmen. Hoe menig moord is er gedaan Hoe menig die venstuk begaan, Dat nimmer waar' bedreven Wanneer het mateloos gebruik Der duivclsche geneverkruik Ware onbekend gebleveu Hoe menige ligt er levenslang Geboeid iu 't somber staatgevang Die zijne wanbedrijven Waardoor hij in de rampkuil zonk Aan den jenever, dien hij dronk, Eilaas I heeft toe te schrijven. Ik ken zoo menig huisgezin Dat, met een burgerlijk gewin Zou brood en vreê genieten. En waar nu de jc-nerzucht Doet twist en armoê, hare vrucht Steeds diepe wortels schieten. Keer, keer terug, die zulks nog kan Sla de jenever in den ban Trek voordeel uit mijn lessen Zoo niet, zijt ge een verloreu gast Maak staat, dat de jenever vast De duivel is op flesschen. voor Vlaamsch-Belgiê. Iedere maand verschijnende. Prijs 10 fr. per jaar. Het verschijnen van dit tijdschrift in de huidige omstandigheden is eene ware gebeurtenis op Vlaamsch taalgebied, die door alle belanghebbenden met vreugde zal begroet worden. Mannen van talent en ondervinding, in zake van recht en rechtskuu Je beroemd eu hooggeschat verleenen hunne mede werking aan die uitgave die geroepen is om onschatbare diensten tc bewijzen, en geen enkel vak van het recht (burgerlyk recht, burgerlijke rechtspleging, straf recht, strafvordering,handelsrecht,fiscaal j recht, enz.,) onaangeroerd zal laten. De opstel raad is samengesteld als volgt Jul. Vau der Linden, advocaat en lid der Kamer vau Volksvertegenwoor digers H. De Hoon, substituut van den Procureur des Konings eu leeraar van Vlaamsch strafrecht bij de Hoogeschool vau Brussel A. Delcroix, doctor in de rechten en bureeloverste bij het minis terie van Binnenlandsche zaken en open haar onderwys L. Ouwerx, advocaat en oud-leeraar van Vlaamsch strafrecht by de Hoogeschool van Leuven Odilon Perier, advocaat IC. Brants, gemeente secretaris van Etterbeek, secretaris van i den Opstelraad. Al wie belang stelt in de zedelijke en stoffelijke ontwikkeling van hot Vlaam- sclie Volk, en bijzonderlijk diegene welke zich met bestuurlijke en rechterlijke zaken bezighouden, zullen het zich tot plicht achten op dit tijdschrift in te teeke nen. De eerste aflevering verschijnt op 1 Maart aanstaande. Men kan van heden af inschrijven in den Belgischen boekhan- 16, Treurenberg, Brussel. Correspondentie. J. Kramers Jz. Gier, f, draf, spoeling voorde varkens. Lavure pour les cochonsf. mare m. mest- ;ier. Jus de futnier, m. (Agric.) engrais 'iquide ou flavtand, puriot, purin m. Gips. n. (Minér,) Gypse, sulfate de chaux m, pierre h platre, etc. Dc* de Be is ma: aan d< hem o Burlel 1844. raadsl jaar w Van II In 18! landht en 't het ar tot vol In 1 naert, twee j de ziet ontslai steld gezant het kli invloei weet d naar Burlet do katl zal in Aal zonder pen. SI gezang heeft mis lei droom plaatsl des ar Wil hcersc dig wii berich zijn on neu te -I kerk v den pand groote gestort selen c digd g< Tel hnis i huis g Te] dag on molen cn na gebooi lOtal i en de i vloeen geslagf geworc buiten zijne j heeft d zijde n aanziei molen of cacl kar aa: minste Wij KF Meu Sla nolrlc taloni kassei bos, 1 beien, bi; Lutle AS! Kleedt Gn goede goedi So Uunt L'A' quer ft génér. social. Lundi matin 1° tratic sairei 2° comp 3°1 leurs réélic, 4° ment Les chez du Pi minis tion i

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1897 | | pagina 2