Ponderdag 13 Mei 1897. 3 centiemen per mimmér. 32ste Jaar 3138. w. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. 7. liberaal Comediespel. Leers en Schoen. rken triers, sten ia edten, insche jroot- DE DENDERBODR Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder agteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week oor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes Baanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont- angen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijftin bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31, daan in in alle Postkantoren des Land. Cuique Huum. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnissen cv 3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele van dit blad. Aalst, 12 Mei 1897. Indien er lieden overtuigd zijn dat nunc partij ziek doodelijk ziek is en aren ondergang nabij dan zijn het wel emaconnieke liberalen ofte oude libc- ale pruiken. Het instinct van behoud is eigen aan mmensch en het is dan maar zeer na- nurlijk dat onze liberalen naar genees- liddelen uitzien om hunne partij er op beuren en van gewissen ondergang te niwaren. Maar zie Let is nog wel zoo gemakke- k niet om het gepaste reddende genees- iddel te vinden. .Vu eindelijk, na langdurige overwegin- ■enen studie, dachten eenige logiebroers et wondermiddel ontdekt te hebben at do liberale kliek van volkomen on- ergang moet bevrijdeu. welk is dit wondermiddel Weer al eeus bet houden van een libe- ul Congres -j-1 Maar zie de eenen jemen het wondermiddel aan en de ande ren Terwerpen het en bet is dus niet zon- er nut eens na te gaan hoe men er in liberale kamp over denkt. Dit Congres moest, volgens de Jour al de Mons dat er eerst meè op 't ta- iijt kwam voor doel hebben de eendracht herstellen tusschen de verschilllige Hklerikale groepen. Een liberaal orgaan de Avenir du wmaisis denkt dat het Congres verre de eendracht te herstellen geen ander twerksel zou hebben dan de beerschen- verdeeldheid nog beter af te teekeneu ifte doen uitschijnen en ze in de provin ce nog heviger te doen woeden. De Journal de Mons bekent dat er narheid gelegen is in die beweringen inden Avenir maar doet opmerken atdeafgeveerdigdeu zich zouden kunnen icpalen Lij de oplossing van vraagstuk- en ran practischen aard en van geen ge- leenschappelijk programma te gewageu. Iedere groep zou dus zijn programma i den zak mogen houden en men zou ch maar verstaan over de middelen om etcatholiek ministerie buiten te kegelen fenzooaan 't staatsscbotelken te geraken. j De Gaeette de Charleroi zag ook het 'enige redmiddel der liberale partij in K houden van eeu antiklerikaal Congres deed dan ook eenen oproep, maar zij 'k viel met haar voorstel deerlijk van 1 in 't waterken ?ij moeten in alle oprechtheid be- kennen, schreef zij, dat aan ons voor- f «tel een ijskoud onthaal is te beurt f getallen. Het schijnt dat de gewoonte f t»n twisten bij de liberalen zoo zeer I heeft toegenomen, dat zij eenen afkeer hebbeü gekregen van zich te vergade- H ET ren om hunne krachten te versmelten. Het uur van krakeelen is nogthans voorbij er zijn gecue Kamer- of Se- naatzetels moer te verliezen allen zijn verloren en, in de Volkskamer, is de liberalo partij de afwezige geworden, die men kan aanvallen en vertrappen als een lijk want niemand is daar om baar te verdedigen. Hoeveel bitterheid, hoeveel moede loosheid is er in die woorden gelegen Arme liberale sloor ge zijt nog niet dood, do schoolpedanten van Dendergalm verzekeren het, maar ge zijt toch ziek, doodelijk ziek 1.... Ook te Brussel werd het CDmediespel der toenadering opgevoerd, 't Is de libe rale werkersvereeniging die de taak op zich had willen nemen om als de mid delaarster op te treden tusschen de vijan dige afdeelingen van 't geuzenleger. Maar het lukte ook al niet. De Association libérale verklaarde met de Ligue libérale te willen band aan hand gaan op voorwaarde dat deze laatste het programma der Association zou bytreden en aan haar eigen pro- jramraa verzakeD. Onnoodig bijua er )ij te voegen dat de Ligue gauw de Association wandelen zendt. La Gazette spot dan ook heel lij- nekens met de poging der Liberale Werkersvereeniging om het catholiek ministerie omverre te werpen. Maar wie vol duivels gestampt is, 't is de Journal de Mons n die in razende woede tegen do Brusselscbe dweersdrij- vers uitvalt en voorstelt van ze allen zonder onderscheid buiten het aanstaande liberaal Congres te sluiten. De Chronique komt hiertegen op en zou alleenlijk de tegenwoordige hoofd mannen, de twiststokers en ruziemakers, die de schuld van alles zijn, willen over boord werpen. Ziedaar hoe verre bet nu staat met het Comediespel van een antiklerikaal Con- »res... Men is nu nog maar aan de voor- jereidende maatregelen, aan het voor spel, en men is reeds zoo zeer aan 't kra keelen... Wat zal bet zijn wanneer het Congres zelf zal plaatsgrijpen, wel te verstaan als men 't accoord geraakt Wél dan zullen dé poppen zoo zeer aan 't dansen gaan, dat gansch de liberale boel er zal door uiteengeslagen worden, in machtelooze groepjes die eindelijk on der de algèmeene onverschilligheid zullen bezwijken Wij zijn zuivere materialisten zoo schrijft Vooruit. Dus loochenen de socialisten God, gelooven aan het bestaan der ziel niet, en aanzien paus,bisschoppen en priesters als bedriegers. Zij gelooven slechts in dén buik en maken er hunnen afgod van. In de beschaafde oudheid sloot men den menschelijken voet nog niet, zooals later in een lederen omhulsel, dat voor de gezondheid schadelijk is en de schoonheid niet bevordert. Slechts een sandaal be schutte de voetzool tegen de ruwheid van den grond; door middel van linten, die boren den enkel werden vastgestrikt, werd de sandaal stevig aan de zool ver honden; de voet bleef onbedekt en werd door de elegante heeren en dames der oudheid met veel zorgvuldigheid behan- handeld en verpleegd. De Griekschoen Romeinsche dames polijstten de uagels hunner teeuen, schilderden ze met eeu zacht roode kleurstof en staken ringen met kostbare gesteenten aan de teenen. Ook de symboliek maakte zich meester van de bekleeding van dit hoogst gewich tig lichaamsdeel. Gouden sandalen met purperkleurige linten wareu teekenen van de koninklijke weerdigkeid; Hermes (Mer- curius), de bode der goden, droeg vleugels aan zijn zolen, om als overbrenger vaui Zeus' bevelen over landen en zeeën t(? vliegen, een bode der verschrikking of der vreugde, al naar de luim vau den mach tigen oppergod die het besloten had. Gesloten voetbekleedingen kende men in de oudheid eerst in later tijd. Voetreizigers droegen de tibalia, schoe nen met overslaande zijstukken;de soldaat de caliga, nauwsleutende korte leerzen met lederen riemen en van verschillende versierselen voorzien, al naar deu stand dit meebracht. Ook de caliga heeft eene historische vermaardheid verkregen door keizer Cajus Cesar, die als kind reeds zijn vader Germanicus op diens veldtochten langs den Rkijn vergezeld en de caliga droeg. Daarop noemden do legioenen hem schertsend met het verkleinwoord Caligula. In Byzantium droeg men puntige schoe nen van kostbare stof en met gouddraad gestikt. Onder de Mcroringers waren schoenen van zwart marokijnleder een kostbaar mode- en weelde artikel, dat ook al spoedig een symbolische heteekeuis kreeg. Zulke schoenen werden door eeu bruid of bruidegom wederkecrig aan elkander geschonken, als teeken dat zij gozamenlijk gelukkig en zeker den levens weg wenschten te bewandelen- In de tiende eeuw droeg men zeer nanwe leeren schoenen met opstaande punten, en toen vond een schoenmaker wiens naam aan de vergetelheid is prijs gegeven, dat het schoeisel steeds glimmend zou zijn, en daar slechts weinigen rijk genoeg waren, om altijd nieuwe schoenen te dragon, stelde men don gloed der nieuwigheid eiken dag door middel van schoensmeer voor. De uitvinding van de wanstaltig groote, breede en iu ontzaglijke lange punten Kinderlijke avonturen van eenen Zeeman 46 Alice Perry ging kwaad heen. Twee van de «deren luisterden naar mij. —Gij hebt inlichtingen gevraagd omtrent W plaats, waar het schip zich op ditoogen- «ik bevindt, zegde ik. Het is niet anders dan Jrtonrlijk, dat gij dit wenscht te weten en rarer Sydney nog verwijderd is van het 'dhnd. waarop Brigstock on de zijnen zich tillen vestigen. Als ik uw plan niet aanneme lijk acht, dan komt dit, omdat ik zeeman 0 cn dat ik er met Gods hulp voor zal zor- gra, dat gij goed en wel te Sydney aankomt, "gde ik en begaf mij naar mijne kajuit. Niet zoodra zug Brigstock mij op het dek, of hij kwam naar mij toe en vroeg, wat de vtoowon moesten hebben. Mijn antwoord deldo hem tevreden. Toen bracht ik het ge- weer op zijne plannen. Dit bracht hem Mms goede uim. Hij vroeg mij, of ik de *tap8papiert-u al eens had nagezien, waarop *n bevestigend antwoord gaf. Moet gij de weerde der goederen taxee- n, kapitein vroeg hij. Wat soort van goederen De lading van dit «chip bij voorbeeld. Neen. Wij wilen niet meer aan weerde meene men dan onze gage beloopt, met eene vergoe ding daar wij het schip gered hebben, waarop wij aanspraak meenen te mogen maken. Gij kunt zulke aanspraken niet doen gelden, voor dat gij hoort, dat het goed en wel op de plaats zijner bestemming is aange komen. Dat is zoo. Maar als het eens mocht ver gaan, nadat wij het verlaten hebben, dan is het beter, dat de lading in tijds op het drooge gebracht isdan dat zij op den bodem der zee ligt, niet waar Na het middagmaal ging ik naar het half dek om Kate op te zoeken en nam haar naar den achtersteven mee, waar ik haar het voor stel meedeelde, dat de zes vrouwen, die mor- gend aan mij gedaan hadden. Zal daaraan gevolg gegeven worden riep zij schier nngstig uit. Zeker niet, antwoordde ik, ou herhaalde de redeuen, die ik aan de meisjes had gegeven. Zij zag naar de masten op. Waarom zoudt gij het niet zoo kunnen inrichten, dat de meeste zeilen door de ma trozen gestreken worden, voordat de vrouwen ze opsluiten. Het is dan niet noodig, dat de vrouwen in den mast klimmen. Gij kondt dan zeilen genoeg in top laten om het schip te sturen. Gij zult nooit het bevel op zee kuuneu voeren. Dat zou ik ook voor geen geld van de wereld willen. Wat zouden de matrozen er wel van denken, als ik bijna alle zeilen bij schoou weer liet strijken En ziet gij dan niet in, dat, als er eens een storm opkwam, ook do zeilen nog te veel zonden blijken te zijn Ik begrijp n niet recht. Maar toch moet ik zeggen, dat ik het plan van de moisjes zeer goed bedacht en uiterst practisch vind. Laat uwe stem wat daleu, als wij nabij Ilardiug komen. Kijk eens uaar zijne ooren, zoo groot als oesterschelpen Wij gaan nu flink vooruit. Waarom zoudt gij de mannen nu willen opsluiten en op die manier ons aller leven in de waagschaal tellen De man schappen gedragen zich uitstekend. Er zijn geen vechtpartijen, geen beleedigiugen, geen misbruik vau drank. De manschappen zijn onder den invloed van Brigstock. Laat mij hen behulpzaam zijn om dien droom omtrent een eiland te verwezenlijken. Ik heb het recht niet om ze op te sluiten. Zij willen zich het uitloopende schoenen, zooals men in de twaalfde eeuw droeg, wordt toegeschreven aan den graaf Foulques van Anjou. Deze graaf leed aan kwaadaardige eksteroogen en nam daarom zijne toevlucht tot dit zonderlinge model van schoeisel. Zooals bekend is droegen alleen adellijke en zeor aanzienlijke persouen zulke schoenen vaudaar de uitdrukking op een grooten voet leven. Als men op oude afbeeldingen zulke schoen ziet, kan men bijna niet begrijpen hoe 't mogelijk was dat men met zulk schoeisel loopen kon, maar toeu was de mode al even tiranniek als iu onze dagen. Met de verbreiding van den schoen, kreeg deze tevens al meer en meer eene symbolische beteekenis,welke zich weldra verhief tot de voornaamste personen, die den toeuinaligen wereld kende de keizer en de paus. De paus droeg op ziju zijden schoen, die meestal wit soms evenwel ook zwart van kleur was, een gouden kruis, lot de insignes der Roomsclie keizers behoorden de schoenen van gouddraad en nog heden kan men in Frankfort a. M. naast het zweerd en den rijksappel deze schoenen zien, welke den nieuw gekozen keizer werden aangetrokken met den wensch, dat hij daarin zegevierend over de aarde zou gaan, en waarin hij vervol gens door de keurvorsten op het balkon jelcid werd, opdat het volk den nieuwen jeschermer der christenheid zou kunnec aanschouwen. Weldra kwam ook do leers in de mode, eerst met een korte schacht en van zacht leer. In den beginne was hot oen uitslui tend voorrecht van don adel, om leerzen te dragen. Aan de leers werd de gouden spoor van den ridder vastgemaakt en zoo werd de leers een teeken van rang en stand. Later, in de veertiende eeuw, begonnen ook de lagere klassen der maat schappij leerzen te dragen, cn de adellijke heeren versierden toen hun leerzen met een klein sierlijk metalen plaatje als onderscheidingsteoken. Ook de dames vonden de leerzen zoo doelmatig, dat zij ze eveneens gingen dragen en aan 't hof van Frans I droegen de leden van 't schoone geslacht de zoogenaamde escafignons, nauwsluitende, tot boven den enkel rei kende leerzen van fijn leer. Met de mannelijke voetbekleeding, schijnen de dames uit dien tijd ook den wensch gehad te hebben, om even groot als de maunen te zijn, want zij droegeu onder de sierlijke escafignons kurken zolen, die soms zoo dik waren, dat Bran- tomg, bij de beschrijving van een feest aan 't hof, verhaalt, dat men kleine ondcrkruipseltjes zag, die op groote peer den van kurk de zaal kwameu binneurij- Hij voegt er bij, dat de dames dikwijls onlijdelijke smerten moeten heb ben uitgestaan, daar de escafignons zoo stevig mogelijk werden dichtgesnoerd, om schip niet toeeigenen of daarop eenig schelm stuk ten uitvoer brengen. Het strookt het best met mijne plannen de dingen te laten, zoonis zij zijn. Ik moet het bevel over dit schip wettig in handen trachten te krijgen, en wie weet, of gij er dan op onze terugreis naar Engeland nog niet in zult toestemmen, eene betere hut te betrekken. Zij ontstelde en zag mij verbaasd aan. De terugreis naar Engeland herhaalde zij. Wat bedoelt gij daanneê Als het bevel over dit schip mij te Syd- ney opgedragen wordt en ik u aanbied, n uaar Engeland terug te brengen, zult gij dit dan aannemen - Wel zeker niet, riep zij vol vuur uit. Waarom zou ik naar Engeland terugkeeren Ik zag haar glimlachend aan en verzocht haar toen, zich naar hot halfdek te begeven en mijne leerlingen met behulp vau het boots- mausüuitje bijeen te roepen. Zij gingterstond heen en zag er zeer ontsteld uit. Een der matrozen lachte veelbeteekend, toen hij dat fluitje hoorde. liet was nog zeer stil weer en dus de rechte tijd voor oefeningen aan het roer. Omstreeks vijftien meisjes kwamen bijeen na een paar iuuten gewacht te hebben, vroeg ik, waar de anderen bloven. buz&nnah Corbin gaf hierop ten antwoord. den voet toch vooral maar klein te laten schijnen. Catharina de Medicis maakte aan deze dwaze en pijnlijke gewoonte een einde. In de verzameling Jaquemart, te Parijs, wordt een schoen van de moeder der laatste Valois bewaard, die zooveel ontnenschelijke wreedheid aan de hoogste elegantie paarde. Deze sierlijke schoen is van violetkleurige zijde gemaakt, met zilveren roosjes versierd en met eon breed vierhoekig toonstuk. Dergelijke schoenen droegen ook de dames uit den tijd van Hendrik IV. De schoone Gabriëlle d'Estrées was beroemd om haar wolgevormden, kleinen voet en droeg geborduurde herten op haar schoe nen. De heeren evenwel droegen onder den eersten Bourbon, fijne zachte leerzen alleen hij feestelijke gelegenheden wer den deze door schoenen vervangen. Iu bovengenoemde verzameling van Jaquemart, bevind zich ook een schoen van den hertog vau Montmorency, van zwart marokijnleder met breede vierkante toonstukken. Ook 't midden van den schoen is een lelie geborduurd, daarboven ziet men den naam van den hertog met gouddraad gestikt. Ouder de regeering van Hendrik IV kwamen ook op 't voorbeeld van den maarschalk de Bassompierre, die ontzag lijk groote ruiter en soldatenleerzen in die mode, welke men op oude platen en in museums van oudheden ziet, en die zoo zwaar ziju, dat het bijna onmogelijk is, ze met één hand op te lichten. Ook onder Lodewijk XIII schonken de heeren de voorkeur aan de leers boven den schoen. Men droeg leerzen van zacht leer, onder de knie wijd open, met fluwee- len overslagen en versierd met kostbare kanten. De dames droegen schoenen d la Choisy, van roode zijde met hooge akken of ook wel de breedere, op pantoffels gelijkende muletins, die, volgens de voor schriften der grillige modegodin, van violetkleurig marokijnleder moesten ge maakt zijn. Onder Lodewijk XIV verdween de leers geheel, uitgezonderd bij jachtcostuums on militaire uniformen. De roi soleil was behalve op nog veel meer andere dingen, ook nog bijzonder ijdel op zijn welgevormd been. Daarom droeg hij altijd zijden kou sen en schoenen met spitse zolen. Die schoenen waren onder den enkel met linten van dezelfde kleur als de overige kleoding vastgestikt. De dames volgden deze koninklijke mode na en zoo vonden wij in dien tijd aan 't hof de leden van beider geslacht, op dezelfde wijze ge schoeid. De schoen was smaakvol en gemakkelijk gemaakt en er geheel op ingericht, dat de voet zich vrij bewegen kou, daar Lodewijk XIV overal en ook in zijne kleeding den goeden smaak en den schoonheidszin huldigde. Alice Perry zegt, dat zij geen les meer wil hebben. - Alice Perry is er maar één, zegde ik. Waarom komen de anderen niet Alice Perry heeft aan allen den raad igeven, hetzelfde te doen, antwoordde het meisje. Ik maakte geene opmerking, ofschoon ik mij zeer teleurgesteld voelde. Het had allen schijn, alsof mijn plan omtrent het dressee- ren van vrouwelijke matrozen in duigen zon vallen. Als dit gebeurde, voorzag ik allerlei moei lijkheden. Toch zweeg ik, verzocht den stuur man ter zijde te gaan en gaf aan drie der meisjes eeLe les in de behandeling van hot roer. Ik zeg drie, want slechts zooveel van do vijftien kwamen mij geschikt voor, om dienst aan het roer te doen. De andere vier, die daarvoor nog meer geschiktheid bezaten, behoorden onder diegenen, die weggebleven waren. Deze les duurde meer dan twee uren. G#- durende al dien tijd sloegen Alice Perry en de anderen mij vau verschillende gedeelten •an het dek gaê, Alice in eene uitdagende houding, met het hoofd in den nek, met de armen op de borst gekruist, met eene spot- teude uitdrukking op het gelaat. (WORDT VOORTGEZET).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1897 | | pagina 1