Donderdag 2 Augusti 1897. 5 centiemen per nummer. 529te Jaar 5183.
Landbouw.
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement Aalst.
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
PENSIOEN
OUDEN DAG.
Sociale beweging.
DE DENDERBODE.
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week
voor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont
vangen zijn ten laste van den schuldenaar.
Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31,
en in alle Postkantoren des Land.
Cuique auum,
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnissen op
3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureel#
van dit blad.
Aalst, 11 Augusti 1897.
Het vraagstuk van 't pensioen voor den
ouden dag is onbetwistbaar een der moei
lijkste om op to lossen.
Onbetwistbaar is het maar redelijk dat
oude en zwakke werklieden welke hun
eansche leven hebben gearbeid, voor ge
brek gevrijwaard worden en er dus naar
middelen worde gezocht die er, op alge-
meene wijze en bestendiglijk, kunnen in
voorzien
Men kent de gevoelens van De Dender
bode hieromtrent de helden der groene
coöperatieven liegen wanneer zij bewe
ren dat hij er vyandig aan is en altijd
stokken in 't wiel steekt.
De Denderbode wenscht niets beters
dan dat de kwestie der werkliedeupen-
sioenen ten spoedigste opgelost worde.
Be Denderbode heeft niet gelijk de
groene socialisten met lichtzinnigheid
gesproken; hij heeft niet, gelijk de groene
volksbedriegers, schoone maar ijdele vol
zinnen ncêrgeschreven om de gunst der
werklieden te winnen. Men moet toch
maar met bitter weinig redenaarstalent
begaafd zijn, om beloften te doen die den
toehoorders aangenaam in 't oor klinken.
Bij voorbeeld, wanneer de groene socia
listen beloven dat ze, aan allen zonder
onderscheid, tot zelfs aan de luiaards, de
landloopers, de dieven, enz. in hunnen
ouden dag een pensioen zullen bezorgen,
dan worden ze luidruchtig toegejuicht
door zekere lieden.
Wij vragen het nogmaals Zou het
rechtveerdig zijn een pensioen te ver
schaffen aan lieden die nooit hebben
willen werkeu, die het grootste deel van
hunnen levensloop ten koste des Lands
in de bedelaarshuizen en gevangenissen
hebben overgebracht, of die hun gansche
leven aan den genever zijn verslaafd
geweest
Wij zeggen neen I
Wat oneindig moeilijker is dan eene
geheele wagenvracht schoone beloften en
woorden uit te kramen, 't is het opsporen
van eene practische oplossing van 't vraag
stuk.
'tGeld is reeds ge vonden, roept H Land
van Aélst en het wijst eenige nieuwe be
lastingen aan die men heffen kan. Maar
aangenomen dat het noodige geld gevon
den is, zijn al de moeilijkheden dan over
wonnen Wie zal er een pensioen ge
nieten en in welke mate
De Commissie gelast met de studie van
het vraagstuk heeft de verplichtende ver
zekering verworpen en het stelsel der
HET
persoonlijke vrijheid met ondersteuning
van den Staat aangenomen't is te zeg
gen, dat het aan eenieder zal vrijstaan
aan de verzekering mede te werken of
beter gezegd, stortingen te doen tot het
bekomen van een pensioen.
Volgens do Commissie moet men bij
dragen om een pensioen te kunnen genie
ten en, om te kunnen bijdragen, zal men
moeten werken, dus de luiaards, de land
loopers enz. enz. zullen er uitgesloten
zijn. Dat is maar rechtveerdig, want wie
zal er durven beweren dat een pensioen
verleenen aan eenen luiaard die nooit
werkte, geene premie wezen zou aan de
luiardijl?....
Vele belangrijke vraagpunten blijven
nog op te lossen. De moeilijkste zijn
onbetwistbaar de volgende
Welke opofferingen moet de Staat zich
getroosten
Tot welk bodrag zal de tusschenkomst
van den Staat beloopen
Op welke wijze zal de Staat die noodige
gelden verzamelen om aan de instelling
bestendigheid te verzekeren, in andere
woorden, dat het blijven duren kan een
pensioen te betalen
Het vraagstuk is dus ingewikkeld en
moeilijk om op te lossen, doch hierom
mag het nogthans op de lange baan niet
geschoven worden.
Wij wenschen dus dat grondige studie
en ernstige beraadslagingen binnen den
kortst mogelijken tijd eene voldoende
oplossing mogen doen ontdekken
Onnauwkeurige geruchten hebben
geloopen over inrichtingsmaatregelen, ge
nomen door het besturend comiteit van
de conservatieve Verecniging vanBrussel.
In tegenspraak met deze geruchten is
er geen spraak geweest naast de bestaan
de associaties eene nieuwe politieke groep
te stichten, die zou bestaan uit de land
bouw vereenigingen.
Dergelijke groep zou, onder politiek
oogpunt, geen reden van bestaan hebben,
want sedert lange jaren maken de lande
lijke kantons deel van de Vereeniging en
zijn alle door hunne afgeveerdigden bij
het bestuur aangesloten.
Waar is het dat men zich met den bui
ten heeft bezig gehouden, onder opzicht
der economische belangen, ten einde het
werk te volledigen der Boerenbonden, der
samenwerkende maatschappijen van voort-
brengst, en, in 't algemeeu, van al de
instellingen, gesticht om den landolijken
werkman ter hulp te komen.
Deze vereenigingen, die het lot der
buitenlieden verbeteren en een machtigen
dijk vormen ten voordeele der sociale
verdediging, leverden hier en daar in het
arrondissement Brussel nog eenige leem
ten op.
wonderlijke avonturen van eenen Zeeman
58vervolg.
Het is beter dat ik dat niet doe, zegde
zij vastberaden.
Gij beloofdet mij Charles te noemen.
Misschien leer ik dat wel doen, voordat
wij scheiden. Ik aard naar mijn vader, die
niet zoo spoedig familiaar met de menschen
werd.
Waar zullen wij van elkaar scheiden,
Kate
Te Sydney, antwoordde zij.
Hoe weet gij dat ik geen aanzoek zal
doen als bediende geplaatst te worden bij
familie, die u als gouvernante aanneemt
Gij hebt een te waggelenden gang om
lakei te worden. Gij zoudt de soep morsen en
de dingen breken, zegde zij, terwijl zij begon
te lachen en opstond om mij een haarborstel
aan te geven.
Ik begreep dien wenk en borstelde mijn
haar voor den spiegel, terwijl zij bij de deur
stond als wilde zij
De socialisten hadden reeds het zwak
punt bemerkt, en hoopten langs daar bij
onze landelijke bevolking binnen te drin
gen.
Gelukkig waakte de katholieke Asso
ciatie dank aan het initatief door haar
verwekt, aan de zelfopoffering, waarop zij
een beroep deed, ziju die leemten aange
vuld, al de kautons hebben voortaan de
noodige inrichtingen voor hunne ontwik
keling, en overal waar de vijand zich zal
aanbieden, zal hij de plaats ingenomen
vinden.
Moge dit werk van voorbehouding tot
voorbeeld dienen aan andere arrondisse
menten Ilet is u niet onbekend dat, in
hun laatste congres te Gent, de socialis
ten een geheel veldtochtsplan hebben ont
worpen, om zich van de landelijke bevol
king meester te maken en te Nijvel zullen
zij zich nogmaals met die zaak bezig
houden. Handelsblad
De Kneipkuur voor vee. In
verband met het voordurend heerschen
van het mond- en klauwzeer, wordt nog
eens in herinnering gebracht het systeem
door Pastoor Kneip tot genezing dezer
ernstige ziekte voorgeschreven
De steller ervan schreef Toen allerlei
middelen te vergeefs geproefd waren om
de dieren van mond- en klauwzeer te ge
nezen, probeerde ik het met water, den
kende Wanneer een mensch in zulk
een toestand was, zou ik hem ook zoo
niet laten liggen. De uitwerking was
verrassend en de genezing volgde weldra,
Ik heb het beproefd 1° met dieren,
waarby de ziekte reeds een hoogen graad
van ontwikkeling bereikt had 2° met
dieren, waarbij zij eerst begon en 3° met
dieren, die nog niet aangetast waren en
die ik voor de ziekte wilde behoeden.
Bij de eerste volgde spoedig beterschap
en de vorming van nieuwe blaasjes werd
voorkomen.
Nog beter ging het tweede, die binnen
korten tijd wederom water en week voe
der tot zich konden nemen. De dieren,
waarbij zich eerst de ziekte vertoonde,
liet ik dagelijks tweemaal met zeer koud
water afwasschen.
Ik liet 2 boerenmeiden, de ééne aan
den rechterkant en de andere aan den
linkerkant van het beest plaats nemen
ieder was voorzien van een kuip met koud
water en een groven schrobber. Zoo werd
elk stuk vee door de beide meiden ge-
wasscheu en geborsteld. Binnen hoogstens
10 minuten was het Jwasschen afgeloopen
en de dieren werden toen met een dub
belen of driedubbelen doek flink toege
dekt.
Na de eerste, maar in ieder geval na
de tweede wassching begonnen de dieren
Denkt gijdat wij ooit te Sydney zullen
komen, Kate
Zeker, Charles, antwoordde zij, terwijl
zij naar mijn gezicht in den spiegel zag.
Dat doe ik ook. Dit schip is voor mij
bestemd Brigstock wist dit wel, toen hij mij
stool. Fletcher van Bristol wist het, toen hij
mij trachtte te dooden. En de sloep wist het,
toen zij mij naar het schip terugbracht om
door u verpleegd te worden. Zij zullen te
Blathford niet denken, dat wij hier samen
zijn.
Hoe zouden zij datzij weten niet eens
dat ik Engeland verlaten heb.
Toen ik een koordje om haren hals ont
dekte, legde ik mijne hand daarop en haalde
het bootsmansiluitje van tusschen haar kleed
te voorschijn.
Hebt gij de deuntjes vergeten, die ik u
geleerd heb
O neen.
Wilt gij die aan Alice Perry loeren
Waarom aan haar vroeg zij. Ik mag
dat meisje niet lijden.
Omdat ik op haar mijne hoop gevestigd
heb in het maken van matrozen van de vrou
wen. Gij zult haar dezer dagen in manskiee
ren naar boven zien klimmen. Anderen
ten dat ook kunnen doen, indien ik dit schip
zonder mannen naar de plaats zijner
hevig te zweeten en blijkbaar bevonden
zij zich reeds veel beter.
Was er veel koorts, dan vond eene
derde wassching plaats en zoo twee- a
driemaal per dag.
Zoodra alle dieren gewasschen en toe-
gestropt waren, ontwikkelde zich spoedig
een vreeselyke damp in den stal, die een
zeer slechten reuk verspreidde, en als de
dieren droog waren, werden alle deuren
en ramen opengezet om de slechte lucht
er uit te laten en versche binnen te laten
komen. De eetlust kwam spoedig weer
alleen kon men waarnemen, dat de die
ren wat langzamer aten, omdat de bek
nog niet geheel weer in orde was. Na vier
a vijf dagen waren de dieren volkomen
hersteld.
Ook wanneer de ziekte zeer hevig was,
vonden 2 a 3 wasschingen per dag plaats
en werden de gewasschen dieren good
toegestopt. Verdween de koorts dan nog
niet geheel, dan liet ik een viermaal dub
bel gevouwen laken of oude roggezakken
in koud water doopen en tweemaal per
dag zóó over den rug leggen, als ik bij een
mensch de onder- en bovenomslagen toe
pas. Dit koude laken trek er de hitte (den
brand) geweldig sterk uit.
Van dag tot dag werd de eetlust groo-
ter en binnen weinige dagen waren de
dieren buiten gevaar. Zichtbaar gingen
zij vooruit en na 4 a 5 weken kon men er
niets meer aanzien.
Mond- en klauwzeer kan dus zeer goed
door wasschingen en omslagen genezen
worden. Ook bracht ik wel eens dieren
op eene plaats, waar ze begoten konden
worden op dezelfde wijze als aan men
schen een rug- en volbegieting wordt toe
gediend. De dieren verdroegen het geerne
en ik had het beste resultaat.
Inwendig gaf ik ze Foenum Graecntn,
een eetlepel in een liter water opgelost,
wat ze geerne namen de muil werd
daardoor gereinigd en zuiver.
Hoe eenvoudig de wateraanwendingen
ook zijn, ze zijn toch buitengewoon werk
zaam, want zij nemen den brand weg en
voeren alle ziektestoffen uit. (Gr. Ct.)
Gezondheidstoestand der huisdie
ren gedurende de tweede helft der
maand Juli. Snotziekte werd vast
gesteld, te Koekelberg, op 2 paarden uit
Engeland ingevoerd, te Laken op 2 paar
den, te Aalst op 2 paarden, te Luik op 2
paarden. Te Gent, waar de ziekte uitge
broken is onder de cavallerie eener tram
maatschappij, werden 8 paarden afge
maakt. Verder werd de ziekte nog gecon
stateerd op 5 paarden voor de slachterij
gedood ouder deze paarden waren er 2
uit Engeland. Van besmettelijke long
ziekte was er geen spoor. Mond- en
klauwzeer werd enkel in 7 gemeenten der
provincie Antwerpen, in 4 gemeenten der
provincie Braband, in 4 gemeenten van
ming zal brengen, en het is zaak voor mij
de eerzucht bij baar op te wokken. Zij moet
op dat fluitje leereu spelen, Kate, en het
dragen, zegde ik lachende. Gij zult haar on
derricht daarin geven.
Dat doe ik liever niet, en terwijl zij dit
zegde, zette zij haren hoed af, deed het koordje
over haar hoofd heen en hield het fluitje mij
>or.
Gij wilt mijn hart toch niet breken,
zegde ik. Gij moet dit dragen, en ik nam het
koordje en deed het weêr om baar hals, en
Alice Perry de wijsjes leeren, die gij kent
laat haar het fluitje dan bij zich hebben en
bootsman genoemd worden. Wat kan u dat
schelen Zijt gij niet mijn eerste stuurman
Of liever gezegd mijn eenige stuurman
Dit deed een blos op hare wangen komen,
en in hare oogen lag haar hart, ofschoon haar
mond gesloten bleef.
Kate, vroeg ik, wilt gij mij behulpzaam
zijn
Alice Perry is geene aangename persoon
lijkheid om iets met haar te maken te hebben.
Maar zij zal een flink matroos worden en
een prachtig voorbeeld voor de anderen. Wilt
gij haar dus het fluitje leeren bespelen, Kate
Ik zal hot beprooven.
En als zij het geleerd heeft, moet gij
haar het fluitje geven.
- Breng haar op den achtersteven zoo
dikwijls gij het verkiest.
Zij zette haren hoed op en ik volgde haar
tot aan de deur der kajuit, gekweld door
hetgeen ik als een overdreven preutschheid
beschouwde, die ons steeds van elkander ge
scheiden hield.
Ik begaf mij naar de kajuit, waarin de
lamp helder brandde, haalde eene kaart van
de Stille Zuidzee en vestigde daarop den
blik. Het eiland Hercules was duidelijk ge-
l aangewezen, maar oostwaarts daarvan
was geen ander eiland op de kaart te zien.
Dit verwonderde mij niet. Als het eiland geen
naam had, kon het ook niet op de kaart aan
gegeven worden.
Toch deed het my genoegen, te weten, dat
zulk een eiland, als Buil mij beschreven had,
ongeveer 23c Zuiderbreedte en 128* Wester
lengte moeBt liggen. Het wees mij eene plaats
op de kaart aan, waarheen ik het schip moest
sturen bovendien lag het in de Stille Zuid
zee, zoodat, indien het gevonden en goedge
keurd was, het schip, nadat de bemanning
aan land gegaan was, binnen eene maand
Sydney zou kunnen bereiken.
Den volgenden mordend bevond ik mij reeds
ten zeven uren op het dek. Alles was dien
West-Vlaanderen, in 9 gemeenten van
Oost-Vlaanderen, in 4 gemeenten van
Henegouwen en in ééne gemeente van
Limburg. Iu hot geheel waren er een
vijftigtal stallen besmet. Bactoridiaansche
koolziekte werd aangetroffen op 31 stuks
rundvee. In Kemseke alléén bracht deze
ziekte 12 runderen ten gronde. Bate-
riaansche koolziekte werd op 15 runderen
vastgesteld.
Middel tegen warkruid. War
kruid bloeit in Juli en Augustus. Men
maaie daarom vóór dien bloeitijd het ge
heele veld, of vooreerst het met de
Cuscuta bezochte gedeelte af deze ge
maaide hoeveelheid wordt flink bevoch
tigd met petrolium en daarna zorgvuldig
verbrand.
Ziet men dat de Cuscuta zich toch nog
uitbreidt, er is geen ander middel dat het
geheele veld te maaien en te verbranden,
terwijl in de eerstvolgende 4 jaren geen
klaver op het bewuste land kan gezaaid
worden.
Eindelijk is het raadzaam geen klaver
zaad van Amerikaanschen oorsprong te
koopen en boven alles te koopen onder
controle van een der Rijkslaboratoriums,
dit wil zeggen, vrij van Cuscutazaad.
Klaverzaden vau Americaansehen oor
sprong zijn in den regel gemengd met
Cuscutazaad.
In Duitschland bestaat een regelment
tegen den verkoop van den Cuscuta ver
mengd klaverzaad.
Ten slotte dient men met de vernieling
of verdelging, als boven vermeld, ten
spoedigste een aanvang te makes, daar
binnen enkele jaren een groot aantal
hectaren ongeschikt zullen blijken te zijn
voor klaverbouw, wegens do aanwezigheid
van het warkruid.
Voorzitter der Volkskamer.
De heer Beernaert heeft de leden der
Kamer reeds verwittigd dat hij onweder-
roepelijk besloten heeft den Voorzitters-
zetel nimmer te beklecden. Alle pogin
gen om hem op dat besluit doen terug
te keerenzijn tot hiertoe vruchteloos ge
bleven. Sommigen beweren dat M. De
Lantsheere opnieuw zal het Voorzitter
schap aanveerden op voorwaarde dat hij
door eene eenparige stemming der Rech
terzijde aangewezen worde. Eenige leden
hebbeD de oogen geslagen op de heeren
Ondervoorzitters welke voldoende titels
bezitten om als opvolger van M. Beer
naert te mogen optreden, doch, in dat
geval, zou het Voorzitterschap waar-
schijnelijk opgedragen worden aan den
heer baron Snoy daar do heer Tack, om
rede van ouderdom, er voorzeker zou van
afzien.
nacht kalm in zijn werk gegaan. Ik had rus
tig geslapen en slechts tweemalen een bezoek
aan het dek gebracht.
De wind woei zacht, maar de kilheid van
den nacht zat nog in de lucht.
Toen Brigstock mij zag, kwam bij naar my
toe en zegde, dat hij wel eens wilde weten,
of zij dien dag een varken mochten slachten.
Hij voegde er bij, dat de bemanning sedert
doktor Rolt geen versch vleesch geproefd had.
Ik zegde, dat zij voor rayn part zoo veel
van de dieren mochten slachten als zij mnar
wilden.
Ik wil mij hiermee liever niet bemoeien,
voegde ik erbij, behalve met dingen, die do
algemeene veiligheid in gevaar zouden bren
gen. Ik wil het scheepsvolk liever aan u over
laten, Brigstock, en verlang alleen gehoor
zaamheid, als er werk op het schip te doen
valt. Een ordelijker stel matrozen heb ik
nooit aangetroffen. Ik zie daarin uw invloed
en bewonder dien.
Dit zegde ik met eene oprechtheid, die hem
niet ontging. Hij glimlachte veolbeteekenend,
maar gaf geen antwoord.
Wat soort van man is Buil vroeg ik.
Hij schijnt een flinke kerel te zijn.
Waar praat hij al over
(WORDT VOORTGEZET).