m Zondag 24 October 1897. 5 centiemen per nummer. .IS916 Jaar 3204. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement Aalst. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. Socialistische waarheid. Onloochenbare feiten De Boerenkrijg. DE DENDERBODË. Per drukregel. Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00Vonnissen cv 3* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. II eer en notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele van dit blad. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal Ier week voor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31, en in alle Postkantoren des Land. Cuique iuum. Aalst, 23 October 1897. Vooruil is ran lijne eerste kolossale dwaasheid niet geborsten, want anders had de jongen maar een dag geleefd. In xijn nummer van 94e October schrijft hy het volgende - Vooruil werkt met al zijne krachten aan de oplossing der brandende maat schappelijke vraag. Een perelwant dit blad is op niet anders uit dan om lezers en partijgangers bij te winnen gelijk door wellce middelen, door het vleien der lage driften van het volk nog het meest. Pol de Witte geeft ons daarvan typieke voorbeelden. Wat volgt is echter nog kolossaler - Vooruil wil de bloedige botsingen tusschen kapitaal en arbeid verzachten, voorkomen, door de invoering van nood zakelijke en rechtveerdige hervormin gen. Na sulke schoone dingen uitgekraamd te hebben richt Vooruit zich tot de bur gers en roept hun toe Leest Vooruit, steunt en belpt het blad der werklieden partij die eon zoo schoone rol speelt in de samenleving en gy zult mogen denken dat gij het uwe hebt bijgedragen tot de oplossing van het sociaal vraag stuk. Is dat nu niet kolossaal en moet men de menschen, lijk overigens de opstellers van Vooruit, niet als afstammelingen van apen aanzien om hen zoo iots te durven opdissohen. Vooruit die eene schoone rol speelt in de Samenleving Vooruit die do bloedige botsingen tusschen kapitaal en arbeid wil verzachten en voorkomen 1 Zie dat is te kras dat gaat over zijn hout. Wat laffe bedrieger is Vooruit nu toch geworden om zoo een ellendig masker te willen aantrekken Wie hoopt hij dan toch te bedriegen Vooruit meet gansch zyn verleden ver geten hebben om zoo een kolossale leugen te durven uitkramen. Is het diezelfde Vooruit niet welke in April 1893 schreef In 1789 maakten de burgers min be slag. Zii wierpen koning, edelen en pries ters in t kot. Zij deden op het schavot onder de byl van den beul het hoofd vallen van Lodewijk Capet (Lodewiik XVI) en van Maria Antoinette en al degenen welke niet toejuichten ondergingen hetzelfde lot. Op 31 Maart 1892 Zal onze totale vrijmaking op revo- lutionnaire wijze geschieden Dat is niet alleen mogelijk maar waarschijnlijk en zeker. Op Donderdag 24 Maart 1892 Het woord revolutionnairen schrikt ons niet af. Wij hebben de revolutie altyd beschouwd als een recht der verdrukten. De revolutie, de geweldige oplossing is onvermijdelijk. Op 12 Februari 1892 Maar talrijker en woedender wordt het leger dat heden of morgen weêrwraak zal uitoefenen op eeno rotte vervallene klasse van parasieten. Op 18 Maart 1892 Wij begroeten de Commune wier martelaarsbloed den socialistischen bo dem gedrenkt heeft. Ter gelegenheid der misdaad van Palaz: Een burger vrijdenker heeft het mid del gevonden om de eigendommen te ver nietigen by middel van een werktuig dat men op het dak werpt, door de vensters, in de kelders. Het tuig komt in brand door den val zonder gerucht te maken en onmiddelyk volgt een brand. Leve de uitvinder I In Februari 1896 Het woord anarchie heeft van ons geen afkeer. Integendeel de schrik dien het anarchism aan de burgorklasse inboe zemt maakt dat het ons toelacht en dat wij maar met spijt dit woord zouden laten varen. Hond dien tyd schreef immer dezelfde Vooruit. Wij willen sparen, en wij zullen sparen 1 Maar niet lang, een jaar, twee jaar, drij jaar, vier jaar, vyf jaar, wie woet Wij zullen eene pint te min drinken, wij zullen niet meer rooken, geen konijn meer leggen in de braadpan. iDie eens zullen wij naar de spaarkas dragen, wij zullen ze aan betere handen toevertrouwen. Met die eens zullen wij op het gepast oogenblik een gerief koopen noodig om... Genoeg. Laat ons sparen Wij zullen de uittreksels niet vermeer deren wij zullen er niet bijvoegen dat Vooruit zich verheugt wanueer een onge luk aan burgers voorvalt, wij zullen niet zeggen dat hij de moorden der massa, lijk bij voorbeeld te Parijs tijdens de Com mune, goedkeurt en toejuicht. En daarna zal Vooruit beweren dat hij de bloedige botsingen tusschen kapitaal en arbeid voorkomen wil 1 Heeft Vooruit gedurende gansch den loop van zijn bestaan iets anders verricht dan de werklieden opgehitst tegen de werkgevers, tegen de burgerij En nu dryft hij de onbeschaamdheid zoo ver zijn blad te durven aanbevelen aan hen die hy weleer uitschold als para sieten Dat is waarlijk een comble 1 Een hervorming die alle botsing tus schen kapitaal en arbeid voorkomen zou, is wel de deelneming in de winsten. Maar, eenvoudige, Vooruit is daartegen. De werklieden, zegt hij, zouden alsdan ver geten van bijzondere eigendommen ge meen goed te willen maken Vooruit zal nooit eene vredelievende rol spelen hij leeft bij twist en twee dracht, bij uitbating der lage driften van de menigte. Ophitsen, wanorde stichten, daar waar vrede heerschen moet, dat is de rol van Vooruit geweest en daarom zullen alle weldenkende burgers dit vuil blad uit hun huis houden en zijnen verpestenden invloed trachten te verminderen of te vernietigen. A. V. D. SK. De boom valt langs den kant waarnaar hij overhelt. Dat spreekwoord vindt eene treffende toepassing bij ons hedendaagsch liberalism aat gedurig min en meer met den socialistischen stroom meêge- trokken wordt. Dendergalm die sedert weken en weken zoo stom als een kerpel is geworden, tracht niet eens meer dit Êunt te loochenen of in twijfel te trekken, lij ligt verpletterd en sprakeloos onder de macht en de menigte onzer bewijsvoer ringen. Vandaag is het de beurt der radikale Réforme om het bare bij te brengen wat het feit van de overlooping der geuzerij nog meer grond en stevigheid bijzet. Dit blad schrijft Men begint zich met de toekomende wetgevende kiezingen ernstig bezig te houden .Te (Borchworm) beweert men dat de liberale en socialistische kandidaten op eene lijst zullen komen. Te Verviers evenzoo. Te Thuin zullen socialist Berlot en de bewaarder Warocqué op dezelfde lijst staan. Men ziet het, het woord der geuscke Opinion van Antwerpen wordt in al de kiesdistrikten van 't land bewerkstelligd. Maar in plaats dat het de socialisten zijn welke bij het liberale leger worden inge lijfd, zijn het onze felle geuzen die zich aan den rooden wagen spannen. Tot wat de godsdiensthaat die mannen toch bekwaam maakt. De geuzerij gaat nu meêhuilen met de socialisten tegen ons geloof, tegen den eigendom, tegen de familie, tegen de weerdigheid van vrouw en kind. Tot daar moesten zij komen uit kracht der logica, volgens hunne princiepen. Eene vraag echter mag men zich stellen Wat zullen vredelievende burgers die geen ernstige grief tegen ons katholiek bestuur kunnen doen gelden, daarvan wel zeggen Zullen zij die rust, vrede en voorspoed minnen wel met petroleuzeu gaan meêhuilen tegen al wat hun geluk en dat hunner medeburgers uitmaakt Dat vraagt de Réforme zich niet af. Wat zij vreest is dat de socialisten, de oude pruiken niet zullen dulden lijk de roode groep van Quaregnon reeds heeft bewezen. Dit troepje heeft besloten met de doctrinairen geen verbond te sluiten. Van zijnen kant zal onze armtierige Bendergdlm het zijne bijbrengen om het verbond te doen gelukken. Wij hebben reeds gezien dat hij voor de rooden in het harnas is gesprongen en den degen gegespt tijden» de herkiezing te Borchworm, waar het katholieke leger zijne vijanden ver sloeg en de benden der godsdiensthaters uiteen en op de vlucht dreef. Voor hem ligt niet zoo zeer aan 't herte dan het katholiek gouvernement van kant te hel pen hij denkt niet eens ten prijze van welke rampen voor ons dierbaar vader land dit gebeuren zou, daar het bewind alsdan in de handen der socialisten zou overgaan. En God weet wat er ons alsdan te wachten staat Bij alle godsdiensthaters zal onze armtierige Dendergalm steun vinden ook wordt hij deftig terzij gesproogen en geholpen door het Gentscbe geuzenorgaan - La Flandre libérale dat in den be ginne zoo fier het vaandel der godver- loochening in de hoogte hief en nu nog alle gelegenheden waarneemt om die dwaasheid uit te kraaiën. - Wat iedereen bekommert, schrijft zij, is het omverwerpen van het katholiek ministerie overal is men met de beste inzichten bezield om in 't gemeen een werk op te tillen dat, men weet, van alge meen belang is. De partijen hebben begrepen dat over maatschappelijke grondbeginselen geen twisten zonder einde en gansch vruchteloos meer moesten voortduren maar dat vóór de gevaren waaraan de ikzucht en de achteloosheid der meerderheid ons blootstellen, de plicht zich opdrong de hand te reiken aan al degenen welke oprecht de verede ling van het vaderland betrachten. Dat de socialisten de verheffing van het vaderland betrachten zie dat is iets nieuws, dat kunnen onze ooren niet ge- looven. De katholieken zijn een gevaar en de socialisten zijn er geen, durft de Flandre beweren. De gedachten der roode Vooruiters over familie, over huwelijk, over opvoeding der kinderen, ovor eigen dom zie dat zijn allemaal voor de Gent scbe geuzen byzantijnsche twisteu. Is het dwaai genoeg Wij laten hier twee uittreksels volgen van geuzen welke die kolossale, eifelto- renachtige ezelarij vergruizen. Zij zijn zooveel te meer weerd dat zij vau vijan den komen en God weet hoeveel moeite die kostelijke bekentenissen hebben ge kost vooraleer zij er uitgeraakt zijn Het liberale Journal de Mons de par lementaire werkzaamheden der laatste jaren besprekende zegde Wat al werken, wat al hervormingen in vier jaren 1 De katholieken hebben België op den eersten rang gesteld der volkeren, die vast beraden het maat schappelijk vraagstuk hebben aangevat en begonnen hebben het op te lossen. Zekere hervormingen, bij ons inge voerd zijn bijna als volmaakte toonbeel den aangenomen geweest door vertegen woordigers der groote westelijke mogend- hoden. Van zijnen kant zegde M. Feron, een geus, op 28 Meert 1893. - Ik breng hulde aan de katholieke party omdat zij de wet op de werkmans woningen gemaakt heeft, omdat zij de nijverheids- en werkraden beeft ingesteld, omdat zij het algemeen stemrecht heeft ingevoerd voor die raden. Zij heeft nog een wetsvoorstel ncèrgelegd op het loon- verdrag. Dat is een titel van eer. De bekroning van het werk zal het aange kondigd ontwerp op de beroepssyndikaten zyn. a De meerderheid doet dus haren plicht maar de geuzerij is zoo zeer verblind dat zij liever als vrede en voorspoed onder een katholiek bestuur, wanorde, oproer, onzekerheid onder een socialisten bewind heeft. Arme party I hoe diep is zij gevallen. Uit dien dieperik zal zij nooit meer opstaan en tot vreugde der vredelievende burgers zal zy versmacht blijven onder de vlaag van genegenheid voor 't socialism. De heer Beemaert. Do Journal de Bruxelles meldt dat de heer Beer- naert, toegevende op het aandringen zij ner vrienden, toegestemd heeft voorzitter der Kamer te blijven, gedurende den tegenwoordigen zittijd. (MOORSEL.) In ons nummer van 7 October 11. na men wij den oproep over van het inrich tend Comiteit der Boerenkrijgsfeesten, die zullen gevierd worden het toekomend jaar. De Denderbode voegde daarbij - P. S. Zal er te Aalst geen plaatse lijk Comiteit optreden om alhier de her denking van den Boerenkrijg te leiden. In het laatste nummer van Het Land van Aelst lezen wij nu En Moorsel, met den ouden toren die zoo machtig tusschen het groene loover de lucht in trekt, te Moorsel, 1897 is't jaar der eeuwfeest, voor de kloeke helden van 1797, in het drama van dokter Caudron verheerlijkt en die d'eerste van al op sprongen voor de vrijheid van Kerk en Staat. Dat 1897 niet voorbijga zonder een plechtig herdenken der roemrijke Moorselaars uit den Boerenkrijg 1 In de hoop dat M. Caudron zyn zooveel bestoeft drama zal spoedig durven uit- i, nemen wij als mengelwerk een be- w yke episode uit den Boerenkrijk over, op dewelke wij de aandacht inroe pen van onze lezers, zelfs van deze die niet gewoon zijn eon feuilleton te lezen. Baron Jan-Jozef de Meer van Moorsel. Ze stut hom aristocratique qui ait para tur U tkamp ie batailU a cette epoque. (Aug. Obts. La geurrt des pogsans). Alhoewel men hetzelfde, ja bondiger kan aantreffen in alle geschiedenisboe- keu, ontleenen wij niettemin eene blad zijde aan het oud werk (1807)De Roomsch-Catholieke Religie in Brabant, door G. SmetFriester, eertijds geasso- cieert met den heer Ghesquière, in het op stellen der Acta Sanctorum Belgii. Im mers de geleerde Pater Jesuit heeft eene rol te vervullen in het drama dat ons te verhalen blijft De Franschen kwamen binnen Brus sel den 9 Julius 1794. Den 30 8eptember 1795, declareerde de nationale conven tie, dat de veroverde provinciën in Neder land en het land van Luis vereenigd wa ren met de Fransche republiek. En het volgende jaer moesten hier, eïen als op andere plaetsen, de kroonon en scepters in de kerken weggenomen worden, als ook weggenomen de kruisen op kerken en torens, immors alle uitwendige tee- kens van godsdienstigheid. De onderhou ding van den decadi, de catechismus der rechten van deu mensch, de tempels der rede, menigvuldige andere listen aenge- leid om in de herten der Nederlanders de Religie te verdooven, waren de groote bekommernissen van de bestierders der republiek. Den 4 Augustus 1796, decreteerde de raed van de vyf honderd de confiscatie der goederen van den clergé in Neder land. Den 18 September, is officielyk van Parys toegekomen het decreet tot vernie tiging der abdyen en kloosters in de negen vereenigde departementen van Neder land. Ter uitvoering van dat decreet zyn tot Brussel uit hnnue kloosters verdreven de volgende religieusen manspersonen den 31 October de Minderbroeders-Recol- letten; den 3 November hebben de Mini- men hun religieus habyt moeten afleggen; den 4 November zyn de Ongeschoende Carmelieteu uit hun klooster verdreven; den 8 November de Capucionen; den 12 de Predikheeren; deu 29 de Alexianen of Cellebroeders, welker plicht was, de zie ken en krankzinnigen bij te staen, de dooden te begraven, enz., enz. Aldus werd het vernielingswerk van dag tot dag voortgezet, ^totdat het laatste klooster vau den Belgischen bodem was weggevaagd. Op 11 November 1796 vielen de Fran schen in de zeven eeuwen-oude en roem rijke abdij van Affiigem. In die storm achtige tijden was het getal dor monniken merkelijk verminderd thans werden de zeventien overblijvonden uitgedroveu, om links en rechts vau armoede ,en verdriet te gaan verkwijnen. De priorij of proostdij was onbetwistelijk rijk, alhoewel 't groot ste deel van hare inkomsten verviel op den aartsbisschop van Mechelen, van rechtswege prelaat en abt van het slicht. Niettemin was het klooster de voorzienig heid gebleven, niet alleen van de ge buurte, maar van de drij omliggende dor- pcu, alwaar onverdiende armoede niet bestond, terwyl de blinde en de kreupele hunnen nooddruft vonden aan de Forta Frima of aan de Koningspoort der abdij. Voorwaar der monniken weldadigheid be paalde zich niet bij hulpen troo»taan zieken, bij aalmoescn aan den schamelen arme, bij sprokkelhout voor den haard, bij boschgras voor de geit on eikels voor het varkeu van den behoeftige; de wel hebbende boer was hun pachter hy be bouwde 't kloostergoed bijna kosteloos, van vader tot zoons en mocht het be schouwen als het eigendom van zijn voor- en nageslacht. Wat waren de tijden nu veranderd 1 In de plaats van vreedzame en weldoende kloosterlingen, huisden daar woelige, losbandige, plunderende soldaten, het schuim der nieuwerwetsche samenleving. Is het wonder, de wraak lust kon niet langer verkropt blijven een boerenkrijg ontstond I De kloeke Vendeeërs vonden aanlei- ders en voorvechters bij den ouden adel, als d&ar zijn Jacquelain, de Lescure, Georges Cadoudal, enz. ten onzentwas het geheel anders gesteld, het waren moedige doch eenvoudige Cathelineau's, en Theodoob Sevens heeft met recht ge schreven: - Geen man van aanzien streed in de gelederen der Patriotten. Nogtans wij weten er één wij hebben, om zoo te zeggen, hem levend gekend, zevontig jaren na zijne dood, en wij aar zelen geenszins talrijke regelen tc wijden aan zijne geheiligde gedachtenis. (1) Het prachtig kasteel van Moorsel, op een half uurken afstaud van Affiigem, was, bij koopprijs (1698), in bezit der fa milie Van Coxcyen, van Coxieof de Coxie, afstammende van den beroemden Mechel- schen schilder diens naams, Albrecht de Coxie, baron van Moorsel, heer vaü Bous- val, Laloux, Waalbcm, enz., president van den Grooteu Raad van Mechelen, stierf in 1709, nalatende drij dochters, waarvan de tweede Anna-Maria. trouwde met den Besan$onschcn graaf de la Tour St-Quentin. Deze won insgelijks drij dochter», wiens tweede, Albertiua de la Tour, iu huwelijk giüg met Frederik- Victor de Meer, heer van Daalhembroeck, bij Roerraonde, zoon van den heer van Osen. Uitdien echt sproten talrijke kin deren, waaronder wij er drij zullen noe men Antoon-Jozef, veldmaarschalk te Madrid Wilhelmina, zusier Thc-resiane ofKarmelitersse; Jan-Jozef-Victor-Ghis- leen, baron de Meer, te Moorsel geboren deu 13 Mei 1740, de ongelukkige held vau ons sliptelijk historisch verhaal. Bij zijue meerderjarigheid kwam Jan Josef de Meer iu bezit dor heerlijkheid en ba- ronnij van Moorsel. Men zegt dat zijne familie hem tot don geestelijken staat bestemd had, doch bij nam dienst in het Oostenrijksch regiment van Los Bios, dat hij verliet bij de losbarsting der Bra- bantsche omwenteling en werd kapitein in het leger der Staten. Hier wist hij, onder bevel van generaal Van der Meersch, door zijn mannenmoed to schit teren, byzonder in de schermutseling van Nassogne, in Luxemburg, den 1 Januari 1790, alwaar onze bedroefde Patriotten zoo onbarmhartig de hielen lieten zien en het hazenpad kozen. De opstand der Patriotten was baast gedempt, en de Meer weigerde van opnieuw Oostenrijk te dienen. Hij was ondertusscben, uit liefde, zegt men, in den echt getreden te Leuven, den 27 Februari 1770, met eene om hare schoonheid gekende jonkvrouw, Anna-Maria de Bruynée, die hem eene eenige dochter schouk, het evenbeeld van hare moeder. Onze held waut hij was er een verkoos nu het rustig familie leven, te midden van zijne uitgestrekte eigemdommeu eu zijne dankbare land lieden. Het heerlijk kasteel van Moorsel, in het jaar 1520 gebouwd, later rijkelijk hersteld ua geuzeuverwoesting, was te dien tijde niet alleen bewoond door baron Jan-Jozef de Meer, zijne gade en hun dochterken, Petronella-Maria-Fraucisca, geboren te Asscbe den 5 Maart 1773, maar ook door zijne zuster Wilhelmina baronues de Meer, alsmede door een ge leorden, later vermaarden Jesuit, Cor nells Smet. Cornelis Smet, te Moorsel geboren in 1742, en bijgevolg van dezelfde jaren als baron Jan-Jozef, was na de afschaffing des Gezelschaps Jesu, iu 1773, in zijn geboorte-dorp gaan aankloppen, en gast vrij onthaald, eerst in de pastorij, later op het kasteel. Hier las hij dagelijks de (1) Baron Antoon do Meer, de» veldmaar schalk'» zoon, te Madrid geboren, eerst luite nant bij de dragonders van Napoléon, beur teling» lid van het Nationaal Congres en Volksvertegenwoordiger voor Aalst, overleed op het kasteel van Moorsel, in 1878, op zijne Bojaren. Van uiterlijk beantwoordde hij vol komen aan het afbeeldsel of signalement van zijn oom, dat wij verder mededeelen. mis in de kapel, stichtte de bewoners door zijne godsvrucht en zijne vaderlijke lessen, cn werd de geestelijke bestuurder van jonkvrouw Wilhelmina de Meer, die alsdan bet inzicht te kennen gaf haar leven toe to wijden aan den godsdienst en de betrachting der christelijke volmaakt heid op hare 25 jaren, in 1776, trad zij in het klooster der Theresianen of Onge schoeide Karmelitersen, in Aalst. Zuster Theresia de Jesu werd, met hare kloos terzusters, uit haar gesticht gejaagd, hij decreet van Keizer Josef H, iu 1783, vond eene schuilplaats bij Madame Louise de France, toen priorin te Saint-Deuis, iu het bisdom vau Parijs, eu keerde uit de balliugschap terug, iu 1790, om ooa nieuw opgebouwd klooster, iu Brussel, uiet ver vau do kerk van den Zavel, te gaan bewonen, alwaar zij dan ook in vrede mocht sterveo. Het was Pater Cor nelis Smet die, met den proviq^iaal der Ongeschoeide Karmelieten, P. Petrus d'Alcantara, de vrome dochters giag af halen te Parijs eu inleidde te Brussel. Pater C. Smet, die geweigerd had mede te werken aan het Opus Bollandiamum, spaudo integeudeel samen mot Pater Josef Ghesquière, S. J., en Isfried Tbys, kanunnik der orde van Premoustreit. Zij werkten opvolgenlijk iu de abdijen van Cauwenberg en Tongerloo, ter bearbei ding der Acta Sanctorum Belgii selecta. Zij beleefden schrikkelijke tijden. (1) Ge durende den twecdcu inval der Franschen iu België verstak zich Pater Smet, te Brussel, zooals hij ook deed in 1797, wanneer men den eed van haat aan het koninkdom afeisebte, bedienende de# nachts de heilige sacramenten in de stad en den omtrek. Hij aanvaardde nimmer eene bezoldigde bediening, zelfs niet na de bevrediging, bleef eenvoudig misse- lezer, biechtvader en predikaat ia de Kapelle kerk, eu stierf daar omtrent, deu 11 Februari 1812, iu deu ouderdom vau zeventig jaren. Thans keeren wij op onze stappen terug, naar baron Jan-Josei de Meer, zijude al reeds ingelicht over zijne oabestuauden eu vrienden. Hij mocht uiet, gelijk zij, iu stille ruste sterven, maar op zijn akelig stervensuur zal eeu priester, Pator Cor nelis Smet, hem deu weg naar deu hemel wijzeu, alwaar de rouwgobeden vau zijuo godgewijde zuster hem zullen begeleiden. (Vervolg eondag aanst). (1) De geleerde Jesuit, Josef de Ghesquière van Kaemdonck, te Kortrijk geboren den 27 Februari 1731, stierf armoedig in balling schap, te Essen, aan den Khijn, in 1807. Isfridus Thijs, van Brecht, pastoor van Wij- neghem, overleed te Antwerpen in 1824. Een afgevallen priester. Wat voorzien werd, is gebeurd de Fransche geestelijke Cbarbonnel, een apostel der zoogezegde neo-democratie, de priester welke niet alleen in Frankrijk,maar zelfs iu België en Nederland, bet volk ophitste tegen alle geestelijke en wereldlijk gezag; welke met liberalen en socialisten één zeel trok als 't er op aankwam de katho lieke partij en hare werken aan te vallen; welke zich met welgevallen liet toejui chen en ophemelen door de vijanden van den katholieken Godsdienst, do zoo be ruchte abbé Charbonnel heeft kort en goed de kap over de haag geworpen en zich buiten de gemeenschap der H. Kerk gesteld. Do man heeft een nieuwen godsdienst, een nieuw... Christendom uitgevonden eeu Christendom dat desnoods iedereen, zelfs een volkomen ongeloovige, zou kun nen aanvoerden, want het houdt geen dogma's voor, geen geloofspunten. Die nieuwlichterij heeft hij uiteengezet in een boek, dat komt te verschijnen eu als titel draagt La volonté de vivre. Dit boek besluit met een gebed tot den onbekenden God. Geve de Hemel schrijft oen katho liek buitenlandsch blad dat de afge dwaalde man nog niet dieper zinke en niet uit de hersenschimmen van eenen Tolstoi in de platzinnelijkhedenvan eenen Loyson vervallea Een vrome wensch maar... 't is te vreezen dat Charbonnel de helling heel en gansch zal afglijden, en eiudigen zal zoo als de meeste afvallige priesters eindigen, die tc laf waren stryd te leveren tegen den duivel des boogmoeds en der eer zucht. La Chroniquc schreef over tijd Wij moeten eenen Lulher hebben en wellicht zullen de liberalen er in Charbonnel eenen ontmoeten.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1897 | | pagina 1