Zondig 13 Februari 1898. 3 centiemen per nummer. 33- Jaar 8256 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Onnoozele beschuldigingen. De Moordenaar? Naar den afgrond 0 W VOORDRACHT Broodroof.jZlZ%n?% a a DE DENDERBODE. Dit blad varschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteek#ning van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week v«or de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwilantiën door de Post ont- vaigen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31, en ia alle Postkantoren des Land. Guique euum. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnistea ep 3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord, Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegea daa dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden tea Bareeie van dit blad. Aalst, 12 Februari 1898. Men mag het zeggen M. de advocaat De Backer heeft eenen bewaarder, eenen katholiek op zijnen neus, die hem niet toelaat te slapen. Van alle gelegenheid en hij trekt deze dikwijls bij het hair maakt hij gebruik om de katholieken aan te vallen en in de oogen zijner lezers verdacht te maken. Zoudt gij het ooit gelooven, beste lezer, dat het verschijnen van het boek van eenen ontgoochelden socialist hem toeliet eens ferm op de kappe te zitten van de katho lieken, eens fel, en laat ons ook zeggen, huichelachtig tegen de bewaarders te donderen. Volgens den zeer geleerden heer advo caat hebben zij ongelijk, groot ongelijk gehad op het werk van De Witte in te teekenen en het zelfs in handen van be kwame werklieden te brengen Nooit zult gij denken welk groot kwaad die heeren hebben bedreven 1 Ik zal het maar aanstonds zeggen volgen» M. De Backer hebben zij het middel gevonden om de grondgedachte van het socialism onder het volk te doen verspreiden. Alzoo doende, loopt men, volgens dou schranderen advocaat van Denderhautem, groot gevaar den laatsten werkman naar socialism te voeren. Gij zult u misschien afvragen, beste lezer, waarom dit alles gebeuren zal en op welke redens M. de schrandere rechts geleerde, zich steunt om zoo eene kolos saalheid van belaug door zijne kortzich tige lezers te doen slikken Hier is het in twee woorden - De Witte in zijne vlugschriften bemorst al leen personende zaak, de grondge dachte, de économische strekking laat hij gansch onaangeroerd, n Of te wel is M. De Backer op weg naar Gheel, ofte wel heeft hij met opzet gelo gen. Hij mag kiezen tusschen beide maar niet eene vind ik fel eerbaar voor eenen toekomenden volksvertegenwoordiger of voor den feilen pretendent die hij is. Eenmaal zoo goed op weg blijft hij'niet 't halverwege steken en hij gaat voort. Dit maal speelt hij profeet - En hij (Pol De Witte) bewijst aan het socialistisch stelsel meer diensten dan Anseele er ooit heeft bewezen Ook zou het mij geenzins verwonde ren moest De Witte heên of morgen, weerom in Vooruit worden ontvangen met trom en trompet, en begroet als den grooten bevorderaar der socialische ge dachten en zelfs met een standbeeld wor den vereerd. wj. gaan niet verder daar is immers eene vijze aan los en dwaasheden bespre ken dat kunnen wij niet. Wij hebben veel medelijden met dezen die zoo kortzichtig zouden zijn om dit onnoozel en saamhau- gend gezwets van dien advocaat te slikken. WIE IS NAAR HET HOOGDUITSCH ▼au EDUARD WAGNER. If* VERVOLG. Ik heb mij nog niet tot uw hart gewend. Ik ben niet gewoon op dezelfde wijze de hand van eene vrouw te werven, als andere mannen het plegen te doen, antwoordde Leondari. Ik smeek u mijne vrouw te worden en ik wil eene geestelijken opzoeken, die onB trouwt. Als gij het verkiest kunt gij iu het huiB van uweu vader verblijven, tot gy gewoon zijt geworden aan de eervolle plaats, welke gij onder ons inneemt. Ik bemin u, scboone Sofie. Ik heb u lief gehad van het eerste oogenblik af dat ik u zag maar ik zou het nooit ge waagd hebben n, mijne liefde te verklaren, haddet gij den moed niet gehad, mij in mijn bol op te zoeken. Gij scheent mij zoo onge. naakbaar, als daarboven de maan, en de dank baarheid welke ik u verschuldigd was, dwong mij tot terughouding. Uw moed is beproefd, en myne lieden verlangen er naar, u als koningin te begroeten. Het staat thans aan a, daarin te bewilligen. Op eene enkele beschuldiging willen wij antwoorden. M. De Backer beweert dat P. De Witte het collectivism niet heeft afgebroken. Daar geeft gij het bewijs, M. de advo caat, dat gij niet eens hebt gelezen wat gij met zooveel verwaandheid bespreekt of te wel dat gij, wetens en willens, met opgezetten wil om tegen M. Verhaegeu eens te kunnen donderen, uwe lezers hebt bedrogen. Ten bewijze geven wij een of twee uit treksels Op bladz. 327 lezen wij Door te studeeren en te schrijven om de tegenwerpingen onzer tegenstrevers te beantwoorden, had ik de beginselen, welke ik moest verdedigen meer door grond, en het begon mij voor te komen dat het collectivism het doel dat de partij najaagt eene kolossale dwaling is, dat zulk maatschappelijk stelsel uiet kau doorgevoerd worden eu, zoo dit al kon, het voor do menschheid eene ramp zou zijn, de ondergang van alle vrijheden door de laatste geslachten met zooveel moeite en strijd verkregen. b Met dergelijke maatschappij toch sou de mensch ophouden mensch te zijn, en slechts een rad icorden van het groot machien dat men Staat noemt. De col- lectivisten beweren dat de mensch een goed gesmeerd rad in die machien wezon zou, maar dit is eene dwaling: een oogen blik aannemende flat het collectivistisch stelsel kon doorgevoerd worden, zoodra de opbrengst aauzienlijk zou verminde ren, tot wij allen gelijk zouden zijn in armoede. De samenleving ware eene groote kazerne, waarin slechts zij die bevelen op huu gemak zouden aiju. «Wij weten nu wel dat degenen in de partij, wier verstandelijk peil wat boven het middelmatige staat, zelf niet veel op hebben met den Heilstaat eu bij elke ge legenheid verklaren dat het collectivism een ideaal is, daardoor willende te ken nen geven dat het onbereikbaar is en men er dus niet al te veel geloof moet aan hechtenmaar dit neemt niet weg dat dit aan de ai-me drommels icordt voorgehou den als een paradijs, dat niet lang op zich laat wachten. n Dit maakte de zaak erger, want daardoor werden wij allen, die er niet aan geloofden en toch medehelpen die valsche hoop bij de groote menigte op te wékken, niet meer noch min dan be driegers. - Wij kunnen ons hierbij bepalen. Wij hopen immers dat M. de advocaat zoo goed zal willen zijn daar niet eene kwes tie van personeu te zien, maar dat De Witte wel wezenlijk het collectivism heeft afgebroken als stelsel. Dit schrijven zal onze lezers toelaten eens voor altijd dien schranderen hoofd opsteller van Klokke Roeland te wegen, die beweert heeft dat degene die boven den wettelijken intrest geld voor 'zijn ka pitaal bekomt een diefstal heeft begaan. M. de advocaat, waar zeilt gij heen A. B. NooitIk gevoel niet de minste be geerte den schitterenden stand in te nemen, welken gij mij toekent, en ik dank u voor uw aanbod. Ha gij weigert, riep de bandiet, met vlammende oogen. Gij weet er te veel van om uwe vrijheid te behouden, en bij de Maagd, zweer ik, dat gij mijne vrouw zult worden, of gij toestemt of niet. Gij kent mijn antwoord, zegde mejufl'er Lepage, met waardigheid, ik heb er niets bij te voegen. En zij zette het ijlings op een loopen, naar de woning, maar Leondari vloog haar na, en greep haar woest met beide handen. Zoo speelt men niet met mij, zegde Leondari met eene Ruitende stem, men moet mij gehoorzamen. Lafaard schreeuwde Sofie, eene vrouw aanvallen, die zich niet kan verdedigen, ik zal hulp roepen en u door de knechten van mijnen vader laten wegjagen. Maar gij zult niet roepen, antwoordde Leondari dreigend. Ik kwam heden hier om i te zegenpralen. Zachte woorden hielpen niet, er blijft dau niets over, dan geweld nit te oefenen. Geweld heeft reeds menige trotsche vrouw deemoedig en tam gemaakt. Gij zult geeneu tijd hebben uwen vader te waarschu wen. Gij zyt de mijne voor altijd en eenwig Hij bracht een kiein Ruitje aan zijnen mond waaraan hij eenen toon ontlokte als van eenen vogel, en by na op hetzelfde oogenblik spron- Hoe meer men de zaken en gebeurte nissen die zich op 't oogenblik voor onze oogen ontrollen,overweegt,hoe meer men ook tot »le vaste overtuiging komt dat het Daensistische kraam op 't punt is van in te storten. Overigens dat was reeds sedert oenigen tijd te voorzien meer dan een groene held bewees door zijnen handel eu wandel de waarheid dor spreuk Als V gebouw bouwvallig wordt of als H schip aan 8 V zinken 'is, verhuizen de ratten. - Niet waar, M. De Pelsmaeker Een vuurke smeulde sedert eeuigen tijd in 't groeue kamp en de kiezing van Den- dermonde deed het ontvlammen. In an dere woorden, de aardige ridders van de groene vlag liggen over hoop on vliegen elkander iu 't hair als echte vischwijveu. Eu onze liberalen en rooden hebben er spijt genoeg in en bejammeren het, want iu de groeue socialisterij ligt huune gan- sche hoop voor de toekomst. Ja,'t is droef om hooien hoe de liberale jeremiassen zitten te jammeren het ongevoeligste hart zou er van breken. 't Leeuwken Plancquaert eu de gebuis de Ducatillou liggen te volle iu ruzie. Tot over weinige dagen werd Het Recht, 't orgaau van 't Leeuwken, te Waeregem bij Ducatillon gedrukt eu zie op eeus wordt het nu uitgegeven door Bernard Minnebo,boekdrukker te Brugge. Wat moet het er spoken, net gelijk op Chipka, om tot zulk eene beslissende scheiding te besluiten 1 En wat mag de oorzaak zijn Dat zullen Ons Vlaanderen van Waere gem en H Recht van Plaucquaert wel eeus koud maken. 8 Klokke Roeland en 8 't Recht n varen in woede uit tegen de Brusselsche groenen, MM. Renkin, Carton de Wiart en Cle, en verwijten aan die mannen der Justice sociale n dat ze «lechts 8 salons- democraten zijn, die maar democraat zijn voor 't profijt van den zetel iu de Volkskamer en alleen goed om iu de salons der oübewaarders gaau wijn te zuipen naar hartje lust. 't Leeuwken Plancquaert drijft het nog verder en spreekt van 4000 balleken» beloofd aan De Backer van Denderhau tem, Ducatillon en aan hem Plancquaert, dus 12 duizend ballekcns, om eeno bewe ging iu verschillige arrondissementen van West-Vlaanderen te verwekken,ten einde de catholieken vau Brussel te dwingen de candidaturen van MM. Renkin en Carton te aanveerdeu. Men moest de catholieken vree» aanja gen, zegt 'tLeeuwken,en hun toeroepen: Opgepast,behouders 'tGeen in Vlaan- deren gebeurt kan hier gebeuren, zoo ge geene democraten op uwe lijst duit. gen twee gestalten over den muur en snelden naar Leondari. Grijpt haar beval hij, brengt haar weg naar het hol Daarop nam hij zijnen mantel van de schouders en wilde dien over het hoofd van het meisje werpen. Sofie echter, uit hare oogenblikkelijke verdooving ontwakende, ontsnapte door eene snelle beweging en liep, eenen luiden kreet om hulp uitstootende, op het huiB toe. De bandieten snelden haar na. Sofie had eenigszins op hen gewonnen, maar zij struikelde over eenen op den weg hangende tak van oenen rozenstruik en stortte neder. Vooraleer zij kon opstaan had den de roover6 haar ingehaald en gegrepen. Leondari wierp haar aijneu mantel over het hoofd, maar door eene wanhoopige inspan ning gelukte het haar zich gedeeltelijk nit het omhulsel te bevrijden, en zij stiet eenen tweeden kreet om hulp uit, schriller en lui der dan de eerste. Op eens vliegt eene deur op de warande open en schiet mijnheer Lepage naar buiten, met eenen revolver in de hand en gevolgd door al zyne bedienden. De bandieten die hdnne prooi weer hadden gegrepen, trokken zich terug, maar voor zij aan den muur waren gekomen, welken zij wilden overklimmen, gal M. Lepage vuur eu Leondari liet zijne gevangene ontsnappen. Het Bchot had zyuen linkerarm verbrijzeld. Dus men heeft aan MM. De Backer, Ducatillon en Plaucquaert 4000 fr. to samen 12 duizend fr. beloofd, men weet waarom. Nu, daar belofte schuld is en de groene democraten al de eerlijkheid eu deftigheid der wereld iu pacht hebben, is die belofte zeer waarschijnlijk volbracht geworden. Nu, 't ontegensprekelijk bewijs dat die 12,000 fr. gedeeltelijk ten minste ziju uitbetaald geworden, vinden wij in do volgende bekentenis van 't Leeuwken 8 De strijd werd met kracht iu West- Vlaanderen aangevangen dauk aan de r hulp der Ylaainscbe democraten lukte de truo iu Brussel en danmen ge- baarde vau pij kens. Waren Planc- quaert en zijne vrienden die nooit geen groot vertrouwen gehad hadden in die - halfbakken demekratcn van Brussel. 8 niet voorzichtig geweestze waren n schromelijk veel geld kwijt. Dus Plaucquaert en zijne twee socius- sen, de /immocratcn Ducatillon en De Backer waren gelukkiglijk voorzichtig'en stalcen er geeu cent van het hunne bij ze outvingen genoeg om de onkosten te dekken eu wonnen er geen roode duit aau. Zij hebben dns voor niets paljas ge speeld. En van daar wellicht inde vree van daar de gramschap. Niets bijna blijft verborgen op deze wereld eu nu weten wij ook van waar d'oordjes komen en gaan wij wat klaar der zien om de ware re'den te kennen die de oude opstel raad van Klokke Roeland uiteeusloeg.... Niet waar M., De Pels- nuoker MM. Reukin en Carton hebben aan 8 Le Rien public n geschreven dat het eene logen is zoo hatelijk als dom te be- wereu dat ze 4000 fr. hebben beloofd aan Ducatillon De Backer en Plancquaert om als caudidaten te Brussel aauveerd te worden. Nu, 't Leeuwkeu zegt uiet dat het MM. Reu kin eu Carton zijn die de 12,000 fr. gedeeltelijk afduimden. Men duimde ze af, zegt 't Leeuwken. En MM. Renkin cn Carton beweren niet dat M. Men zijne belofte niet hield. Hunne logenstraffing doet du» niets uit, ze houdt geen steek I En De Backeren zijn lakei die beter wetea dan iemand hoe zeer 't Daensi stische kraam geschokt is zij, die over tuigd zijn dat het weldra moet iustorten en in het slijk verdwijnen, willeü het verduiken door strijdkreten te slaken en ons, catholieken, met eenen groenen draak met zeven koppen te bedreigen 1 Hoort ze eens borze geven gelijk Ge rard I Zelfs, schreeuwen zij, als Z. H. Mgr. Stillemans aau merteleer Daens zou ver bieden van als camlidaat op te treden iu de aanst. Kamerkiezingen, dan zullen de groenen overal ten strijde trekken tegen de catholieken en wee beu 1 Ja, wee henten ware dat de oübewaarders Met de andere hand greep hij zijnen revol ver, keerde zich naar zijne vijanden, terwijl zijne gezellen op de vlucht gingen. Sofie bevond zich reeds aau de zijde van haren vader en buiten het bereik der bandie ten. Een zestal gewapende mannen waren bereid haar op leven of dood te verdedigen en maar al te begeei ig om Leondari te doo- deu. Weerstand was nutteloos, hem bleof niets over dan eene snelle aftocht. Hij stak den revolver weer in zijnen breedel gordel. Gij durft toch niet op eenen ougewapenden en gewonden man schieten, zegde hij ruw. Maar wij kunnen hem gevangen nemen en aau de overheid uitleveren riep mijnheer Lepage nit, terw ijl hij op hem toetrad. Leondari legde de rechterhand op den tuin muur, sprong er op en gleed er aau de andere zijde af. Een spottend gelach klonk hem in de ooren van zijne vijanden en men zag hem naar het nabijzijnde boachje snellen, waarheen ook zijne makkers waren gevlucht. Verscheidene kogels werden hem nagezonden, maar kij werd uiet getroffen. Toen hij in het boschjo verdwenen was, gingen de bedienden eu de arbeiders in de keuken, terwijl Lepage en zijne doohter zich naar de woonkamer bega ven. Uier bracht de vader zijne dochter naar eene Bofa en ging naast haar zitten, haar hoofd aan zijne borst drukkende, terwijl Solio met beide armen zyuen hals omklemde. twee zetels zouden afstaan aan de groene democraten, te weten de cersto voor merteleer Daens en de tweede voor Wie- zius De Backer.... O gi sukkelaars toch AI die dreigementen al dat gezwet» maken bij ons, Aalstersche Catholieken, zooveel effect als eene visicatorie op een houten been. Wij herhalen het Of 't u lief of leed is, 't is on wederroepelij k besloten gansch 't rommelzoo vaD politieke booswichten met priester Daeus aan 't hoofd en paljas De Backer aan zijne slippen vliegen den ketel iu en dat zonder misericorde, want de eerlijke lieden van 't Arrondissement van Aalst zien met vreugde het uur nade ren op 'twelk zij zich zullen kunnen wrekeu op die /lewimocraten, die geen ander doel hebben dan hunnen hoogmoed te voldoen en huu persoonlijk voordeel en profijt to bevorderen 1 door den E. KI. Pounet. GENT. Werkmanskring van St- Pieters. Zondag had, gelijk wij aan kondigden, het derde winterconcert plaats, dea leden van St-Pieterskring aangeboden. Dit feest, gelijk de overigen is allerbest gelukt. De spelers hebben zich uitmuntend van hunne taak ge kweten. De voordracht werd gegeven door den eerw. heer Ponnet, bestuurder vau den katholieken Werkmanskring van Aalst. Spreker had tot onderwerp gekozen Het nut van den Werkmanskring inden huidigen volksstrijd. Uitgaande van de gedachte dat de mensch samengesteld is uit ziel en li chaam, én dat bijgevolg het brood alleen, 't is te zeggen, het verzorgeu zijner licha melijke noodwendigheden den werkman niet kau gelukkig maken, vergelijkt de redenaar ons in eene met feiten eu ver gelijkingen vervulde rede het huisgezin van den socialist met dit van den christen werkman. Hij driugt aan op de noodzakelijkheid voor den werkman, zich na eene week van werken en zwoegen, vooreonige uren te gaan verlustigen iu Let werkmansbuis,, dat hij zijn huis noemen mag eu waar hij niet alleen onder stoffelijk opzicht alle voordellen geniet, maar waar hij bijzon derlijk door woord eu daad wordt gesticht en een godsdienstige lucht inademt. Brood en geloof! Ziedaar waaraan de werkmau behoefte heeft 1 Brood zullen wij hem verschaffen door vakvereenigingen, ziekenbeurzen, spaar kassen, werkbeurzen eu hem in zijnen licbamolijken nood geldelijk bij te staan. Ziju geloof"zullen wij hem bewaren met hem de neiging te ontnemen zijn vermaak te gaau zoeken in slechte kriDgen en bier huizen, om hem te brengen in onze werk manskringen, waar alles hem van deugd en godsdienst spreekt, en waar hij onder 't oog van den priester een eerlijk ver maak kan nemen. Mijn liefkind, zegde mijnheer Lepage, verklaar mij toch wat dat alles beteekent en hoe Leondari bij a kwam. Ik geloof dat hij a met geweld wilde wegvoeren, is het niet zoo Ja, vader, antwoordde het meisje, over al hare leden bevende, en het zou hem gelakt zijn, «oo gij niet waart ter hulp gekomen, llij heeft mij durven voorstellen zijne vrouw te worden, die ellendeling, en toen ik dat ontzettend en verfoeilijk aanbod met verach ting afwees, verklaarde hij, mij met geweld te zullen ontvoeren. Ik ken Leondari, zegde mijnheer Le page, hij zal zijnen aanslag hernieuwen, want hij geeft nooit een plan op, dat hij heeft vast gesteld. Ilij zal ons met zyne geheele bende komen aanvallen en wij zijn niet sterk genoeg om hem weerstand te bieden. Ach onze vrede is voor altijd gestoord 't Is nu zestien jaren dat wij hier onbekend leven, maar voortaan is er voor ons geene veiligheid meer in dit land. Wij moeten een nieuw toevluchts oord zoeken. Waar zullen wij dan kannen heengaan vroeg Sofie zuchttend. 't Komt er niet op aan waarheen naar Azië, de Indien, Afrika, als ik maar onbekend blijf voor de geheele wereld, antwoordde de kluizenaar. Gelukkig dat de opbrengst mij ner wijnstokken eu van mijnen oogst, mij jaarlijks eene groote som geld verschaft heeft en wij de middelen hebben om eene lange reis te ondernemen. Maar gy zyt bleek en gy Geestdriftige toejuichingen onderbra ken dikwijls deze vrelsprekeude rede, en een langdurig handgeklap bewees den eerw. spreker dat zijne gevoelens door zijne toehoorders gedeeld werden. X. Hebben is hebben. In den bilan van den socialistischen bond "der maat schappijen van ouderlingen bijstand van het Ceuter voor 1896 staat er te lezen dat de bond voor socialistische propaganda 1557 fr. betaald heeft en maar 1,007 fr. voor andere uitgaven. In andere woorden de werklieden moeten'3,566 fr. betalen om er 1,007 te trekken. Waar zijn de 1557 fr. gegaan welke de werklieden niet gekregen hebben en die toch betaald zijn Naar de roode mannen van hebben is hebben en krijgen is de kunt, zeker. Het is minister Nyssens die dat leerryk feit in de Kamer verhaald heeft den 27 januari 11., en de roodjes hebben er stil op gezwegen I!!??? van Aelst 8 Het volk zal regeeren door zijne'eens- gezindheid om als grooten verbruiker de vrienden te ondersteunen en de vij- anden te verlatenWij moeten - onze vijanden niet sterker ma- 8 ken. 8 Wat wil dat anders zeggen dan Groe nen, ge moogt den penning niet jonnen aan onze vijanden, want ge zoudt ze ster ker, machtiger maken. Broodrooft ze 1 En de man die dat ordewoord aan zyae kliekjannon gaf is 't, die wekelijks ein- delooze jeremiaden laat hooren over broodroof die men tegen hem pleegt. En de man die dat ordewoord aan zyne kliekjannen gaf, schrijft in zijne gazet dat wraak en broodroof twee groote dood zonden zijn. En die man durft spreken in naam van onzen Godsdienst.... Aohteruit fariseër Wat kiekens knnnen opbrengen. Sedert eenige jaren begint men zich meer en meer met de hoenderteelt op te houden. Eenieder zoekt naar goede leg hennen, naar de goede Brakelsche soort men verzorgt beter de hokken, men houdt ze 's winters warm en men zuivert en wit ze bijtijde. Zij die zich met dit werk gelasten, zullen zeker wel met be lang volgende statistiek nagaan. De gemiddelde voortbrongst van een kieken is 1 jaar 15 a 20 eieren 2 70 a 80 3 70 a 80 4 70 a 80 5 70 a 80 6 70 a 80 7 a 50 a 60 8 8 15 a 40 a 9 1 a 10 beeft, myne dochter ga slapen rnyn kind en vrees niets, ik zal over n waken. Sofie ging, na haren vader teeder omhelsd te hebben, naar hare kamer. Mijnheer Le page nam verscheidene aardrijkskundig* kaarten, spreidde deze op de tafel uit, en doorliep dezelve met begeerige blikken. Dit gedwongen vertrek, mompelde hy, zal zijne goede zijde hebben als de graaf Beaucoart in Griekenland terng komt, zal hy er ons niet meer vinden en ons spoor verloren 'hebben. Mijnheer Lepage waakte gedurende den gebeelen nacht en bracht den tyd met het htndeeren der landkaarten door. Leondari liet echter niets van sich hooren evenmin vond mijnheer Lepage eene plaats, welke hem dezelfde Zekerheid scheen aan te bieden als zyn tegenwoordig tehuis, waarin hy zoo veel jaren in rust en tevredenheid had ge woond. Dikwyls vermoeide hem de eentoo- nigheid der oranjeboschjes en wijngaarden van de donkere bergen, die hem als de muren van eene gevangenis insloten, maar hier wa» hij veilig en soms te vreden geweest, Hier had hij zyn kind tot eene liefelijke jonkvrouw zien ontluiken en gehoopt eenmaal ayne laat ste rustplaats te vinden. Daarom viel 't hem moeilijk deze plaats te verlaten maar het was meer dan noodzakelijk en daarom ook had hij daartoe besloten. (WORDT VOORTGEZET).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1898 | | pagina 1