Zondag 24 April 1898 5 centiemen per nummer. 53sle Jaar 52SG WETGEVENDE KAMERS Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. KIEZI17QEN- op 22.Mei 1898. Kandidaten der Catholielte Vereeniging Voor den Senaat M. de Kerckhove Eugeen, M. Van Vreckem Karei, Voor de Kamer van Volksvertegenwoordigers M. Bethune Leo, M. De Sadeleer Lodewijk, M. Van der Linden Arth. M. Woeste Karei, Catholieke Kiesvereeniging. Algemeene Vergadering VAN T VERBOND De heer Van Vreckem De heer Eugeen de Kerchove De heer Vincent Diericx. De heer Van der Linden. De heer Woeste. De heer baron Leo Bethune. DE DENDER Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantie» door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31, en in alle Postkantoren des band. f *'~r Cuique 8uum. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnissen op 3e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bi) accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den üijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureel© van dit blad. Aalst, 23 April 1898. VOOR DB des Arrondissements van Aalst. provinciaal Raadslid voor Sottegem. Burgemeester, Meerbeke. Advocaat, Aalst. Advocaat, Haeltert. Landbouw-ingenieur, GoefFerdinge. Advocaat, Elsene. der heeren Afgeveerdigden der Steden en Gemeenten crazes Arrondissements. Zondag 11. heeft alhier ter groote Zaal van den Cath. Werkmanskring, de Algemeene Vergadering plaats gehad van't Verbond der Afgeveerdigden van de Cath. Vereeniging ten einde de voorgedragene heeren Caudi- daten te aanhooren en daarna over te gaan,bij geheime stemming, tot de definitieve aanduiding der heeren Candidaten voor de Wetgevende Kiezingen van 22 Mei aanstaande. De heeren Afgeveerdigden waren zeer talrijk opge komen. De heer Leo Gheeraerdts, Burgemeester der Stad van Aalst nam het voorzitterschap waar. De heer Voorzitter bedankt vooreerst de heeren Afgeveerdigden voor hunne zoo talrijke opkomst om over te gaan tot de definitieve aanduiding der Candi daten voor de aanst. Kamerskiezingen. Voor den Senaat aanveerdt de achtbare heer Van Vreckem de vernieuwing van zijn mandaat de beer Karei Liénart, ziet er van af en ter zijner vervanging wordt voorgesteld den heer Eugeen de Kerchove, provinciaal Raadslid des Cantons van Sottegem. Voor de Volkskamer aanveerden de heeren De Sade leer en Woeste de vernieuwing van hun mandaat en de heer Vincent Diericx verlangt, tot ons groot ■pijt, af te treden. M. Arthur Van der Linden, Landbouw-ingenieur te Goefferdingen, wordt voorgedragen ter vervanging van denheer Diericx en de heer Baron Leo Bethune, Advocaat en Schepen dezer Stad, ter vervanging van eenen persoon die 't best zal zijn hier bij name niet te vernoemen. (Toejuichingen). Deze heeren Candidaten worden voorgedragen door de catholieken uit al de standen der samenleving. De heer Voorzitter verleent het woord beurtelings aan de heeren voorgedragene Candidate^ MIJNHEEREN 't Is niet zonder aandoening dat ik voor deze tal rijke vergadering verschijn. Wel is waar, 't ziju geen strenge rechters maar welwillcude vrienden die door hun onthaal bewijzen dat zij steeds hunne vertegen woordigers getrouw gebleven zijn, en bereid zijn hen weerom te ondersteuuen. Zij keuren ons politiek gedrag goed. De Senaat zoowel als de Kamer begrijpt de nood wendigheden van den huidigen tijd en aarzelt niet de vooruitgaaude strevingen intewilligen voor zoo veel zij oprecht het welzijn van 't volk voor oogwit hebben. Onlangs nog heeft de Senaat bewezen dat hij ge hoor geeft aan de billijke eischen onzer bevolking. De stemming der wet op het gebruik der Vlaamsche taal is niet eene vernedering maar wel eeue verede ling voor den Senaat. (Luidruchtige toejuichingen). Uwe vertegenwoordigers in den SeDaat hebben nooit vergeten en zullen nooit vergeten dat zij deel maken van onze oude en tevens jeugdige Catholieke en Bewarende Vereeniging. Wij zullen handelen als ware catholieken, over tuigd met u allen dat onze catholieke Godsdienst de grondzuil onzer vaderlandsche instellingen moit blij ven en ook de hedendaagsche beschaving tegen onaf- gebrokene aanvallen moet beschutten. Wij zijn ook bewaarders en zullen dit blijven zoo lang hetgeen wij als onontbeerlijk aanzien gestadig aangerand wordt. (Levendige toejuichingen). Onze katholieke scholen, onze volkskringen, onze liefdadigheidsgestichten, ons familieleven, onze Vlaamsche taal onze Vlaamsche zeden, zoolang dit alles door onze aartsvijanden bestreden wordt, zoo lang zullen wij bewaarders willen en moeten blijven. (Geestdriftige toejuichingen). Daarom schikken wij ons onder het breed vaandel der catholieke gezindheid. Men werpt ons toe den naam van Woestisten. Nemen wij dien strijdnaam aan. De naao< van Woeste, is eeu vlekkelooze naam, (toejuichingen), 't is de naam van eenen hoogbe gaafden man, door Paus en Koning vereerd, die meer dan 30 jaren lang voor God en Vaderland'ge- streden heeft, die reusachtige slagen aan vijanden van allen aard heeft geleverd. Onder zijne vlag en met uwe krachtdadige en onverpoosde medewerking zal onze Catholieke Vereeniging eens te meer zege pralen (Luidruchtige toejuichingen.) Voor wat my aangaat, wordt mijn mandaat ver nieuwd, wie weet of het mij zal toegelaten zijn het ie voltrekken. Wat er van zijn moge tot mijnen laatsten stond zal ik alles aanwenden om behoorlijk uwe belangen te ondersteunen en ten volle mijne plichten te vervullen. (Toejuichingen). Toén de vergadering tot stilte was gekomen gaf do heer Voorzitter het woord aan den heer Eugeen de Kerchove. (Geestdriftige toejuiching begroeten den nieuwen candidaat-senateur). MIJNHEEREN Ik dank u over 'tgunstig onthaal dat mij te beurt valt. Ik heb getwijfeld, Mijnheeren, eene candidatuur te aanveerden ik dacht dat mijne verblijfplaats buiten het Arrondissemeut eene oorzaak van zwakheid zou ziju voor de cath. lijst. Nogthans ik verbleef gedurende dü jaren in deze streek eu sedert meer dan 25 jaren vertegenwoor dig ik het Canton van Sottegem in den Raad onzer Provincie. Ik heb gewaar geworden dat het in 't belang mijner partij eene plicht was te aanveerden. Mijn verledene is daar om mij te beoordeelen. Wat de godsdienstige belangen betreft mijne catholieke gevoelens ziju gekend. 't Bewijs van mijnen iever tot verdedigiug der zedelijke belangen vindt men in mijn gedrag tijdens den noodlot- tigen schoolorloog. Op 't gebied der stoffelijke belangen is mijn programma in zake van landbouw, nijverheid en koophandel bescher- ming maar gesteund op rechtveerdigheid voor iedereen. Eu de volksbelangen Z. 11. de Paus beeft ons de rechten en plichten van al de maatschappelijke standen voorgeschreven. Die pauselijke voorschriften zal ik naleven doch in richting eu in medewerking met onze geestelijke Overheden welke gelast zijn in naam van Z. H. Leo XIII te spreken. Het minimum van dagloon en de toelagen voor de Maatschaphij van onderlinge bijstand heb ik in de Raad onzer Provincie verdedigd en gestemd. De wetten mogen niet gemaakt worden ten voordeele van eene klas en ten nadeele van andere klassen. De zwakke en de nederige verdienen meer ondersteu ning dan den sterke. (Toejuichingen.) In militaire zaken besparingen eu vrijwilligersleger. Onze moedertaal, de taal gesproken door de meerderheid der bevolking moet den rang bekleeden waartoe zij recht heeft. (Toejuichingen.) Door de bescherming en handhaving onzer moedertaal zullen wij onze Vlaamsche zeden, orde en vrede behou den en onze onafhankelijkheid als volk bewaren. De taal is gansch het volk Ik heb de gewoonte de zaken to beoordeelen door ver verstand en niet door driften. Liever heb ik mannen van daden dan mannen van woorden en de mannen van wanorde bovecht ik want hunne daden strijden tegen ons nationaal karakter. Onbekend is onbemind, zegt de spreuk, daarom moest ik van mijnen persoon spreken. Door meer gekend te zijn, wordt men meer gewardeerd en bemind. Uwe stemming zal het antwoord zijn. Mijnheeren, aanveerdt gij mij als candidaat, mijne genegenheid, mijne gehechtheid, mijne krachten zijn aan u. om uwe belangen te dienen en to verdedigen. (Lang durige geestdriftige toejuichingen.) Bij zijue optreding wordt de heer Diericx uitbun dig toegejuicht. De heer Diericx bedankte de cath. kiezers van 't Arrondissement van Aalst over de eer die zij hem aandeden met hem de verdediging hunner belanaen toe te vertrouwen. Do achtbare spreker deed de reden kennen welke hem hebben doen besluiten van de vernieuwing van zijn mandaat nimmer te aanveerden. Maar omdat ik de eerepost verlaat, verklaarde hij, zal ik 't cath. léger niet verlaten ik zai als eenvoudige strijder in uwe rangen blijven en mij terzijdestellen onzer candidateu. (Toejuichingeu). Verder zegde de heer Diericx dat hij zich gelukkig gevoelt te zien dat de heer Arthur Vau der Liuden als zijn opvolger optreedt. De heer Vau der Liuden,een mau die immer zijne fortuin, zijne kundigheden,zijne gezondheid te pande stelt tot verdediging van het goede. De heer Vau der Linden, riep hij uit, zal met de heer baron Leo Bethune onze lijst volmaken.De heer Bethune is ons, inwoners des cantons van Gcerards- bergeu, welkom en wij zweren hern trouw, gelijk wij verzekerd zijn dat onze cantonale candidaat in gansch 't Arrondissement van Aalst welkom zal geheeten worden. Na de menigvuldige diensten van den heer Van der Linden in zake van ouderlingen bijstand en ver dediging der landbouwbelangen nog meer te hebben doen uitschijnen, wees do heer Diericx er op dat, na den poll van boden.de catholieken van 't Arrondisse ment van Aalst geeue plaatselijke candidaten meer zullen kennen, maar nog alleenlijk de catholieke candidaten van gansch 't Arrondissement. (Toejui chingen,) Ten slotte sprak de heer Diericx met gloed en overtuiging over de twee aftredende leden,de heeren Woeste en De Sadeleer en deed uitschijnen hoe deze beide heeren door hunne welsprekendheid, door hunne rijke ondervinding, door hunne bekwaamheid en bijzonderlijk door hunnen machtigen invloed over den welken zij bij de Kamerleden en bij de Ministers beschikken, zoo wonder wel geplaatst zijn om alles te bekomen wat billijk is ten voordeele der ingezete nen des Arrondissoments 1 (Aanhoudende toejui chingen.) 'Toen de vergadering weer tot kalmte was gekomen verleende de heer Voorzitter het woord aan den heer Van der Linden. De uitbundigste toejuichingen vielen hem ten deel. MIJNHEEREN Indien gij mij hier ziet om mij aan uwen keus aan te bieden, indien ik eene candidatuur durf aanvaarden, na den Z00t verdienstelijken en geacliten heer Vincent Diericx, 't is wel omdat onze vrienden van Geeraards- bergen mij overtuigd hebbeu dat ik eenen plicht moest vervullen en ïudien ook gij oordeelt dat ik door mijnen goeden wil eeuige diensten kan bewijzeu, dan, vrienden, ben ik aan U het zij om 't even wat gij beslist, ik zal in het toekomende gelijk in het. verleden, uit alle krachten blijven werken voor de stoffelijke en zedelijke belangen onzer dierbare bevolking. Boven al stel ik den eerlied voor onzen Godsdienst en voor onze geestelijke Overheden. Verder ben ik van gevoelen datons Vaderland moet onafhankelijk blijven van alle andere lauden dat onzen landbouw moet ontlast worden en op eene kere wijze meer beschermd dient te worden dat men den krjjgsdiemt moot verzachten en een vrij willigersleger meer bevoordeeligen Ik neem bijzonderlijk ter harte de ontwikkeling en ondersteuning der inrichtingen van voorzienigheid voor ziekte en van pensioeukussen voor de ouderlingen, eu zulks ten voordeele der arbeiders in 't algemeen, 't zij dat zij burgers, landbouwers of werklieden wezen elk moet in geval van nood ervan kunnen genieten. Wij moeten bekennen dat men, ouder dat opzicht, langzamerhand vooruit gaatde toelagen van den Staat ziju geklommen van 20 duizend ton 10U duizend franken i deze der Provintie van 1250 tot 14000 franken. Deze aaumoedigingen, Vrienden, moeten nog heel veel vermeerderen, want er is veel nood op onze dagen, en degenen die vooruitziende is, degene die iets spaart voor de slechte dagen, die tracht te beletten dat hij eens ten laste zou vallen van zijnen evennaaste, bewijst daardoor eenen oprechten dienst aan de samenleving en daarom verdient hij belooning on krachtdadige ondersteuning, (loejuichingen.) Daarom, vrienden, ik zeg het u, sluit u allen aan bij de Pensioenkassen, komt er met duizenden in, maakt, ge bruik van de voordeden die er reeds aan vast zijn en wanneer men zal zien hoe groot de beweging is die be staat, zullen wij gemakkelijker voldoening bekomen. Eindelijk ben ik vau gedacht, zooals men reeds zegde, dat men zich niet uitsluitelyk met de belangen van eene klas alleen moet bezig honden, ter uitzondering en zelfs ten nadeele van de andere neen, want het is slechts met evenwicht te brengen tusschen de verschillige standen der maatschappij dat men vrede zal bekomen. Ook, vrienden, in de wederzijdsche betrekkingen die wij zullen hebben, vergeten wij nooit hetgeen O. L. Heer ons geleerd heeft en laat het ons in praktijk stellen Beminnen wij God bovel al, en onzen evennaaste gelijk ons zelve. (Geestdriftige toejuichingen.) Toen onze Woeste rechtstaat wordt hem eene geestdriftige ovatie gebracht. Het Leve Woeste 1 en een oorverdoovend handgeklap deden de zaal weêr- galmen. Toen de stilte hersteld was, sprak onze oeste de volgende Vlaamsche redevoering uit die met de meeste aandacht werd aanhoord MIJNHEEREN Over vier jaren, hebt gij mij met een zevende mandaat vereerd, Ik verzoeke een achtste mandaat van uwe genegenheid. Ik zou misschien het recht hebben rust te nemen maar zoo lang als mijne krachten, door Gods genade, mij niet zullen ont breken, geloof ik dat mijn plicht van christen en van burger is op de bres tu blijven. Overigensik behoor aan 't Arrondissement Aelst. Dit Arrondis sement heeft mij altijd ondersteund het heeft mij in alle omstandigheden een vriendelijk vertrouwen betoond mijne plicht is van het nog te dienen. Sedert vier jaren, ik ben hevig aangerand, belee- digd en gelasterd geweest. Die lasteringen en die leugens hebben mij veel verdriet gedaan zij roepen om wraak naar den Hemel, en ik stelle al mijn ver trouwen op het gezond verstand van het Arrondis sement Aelst. (Toejuichingen.) Ik zal u mijn programma niet voorstellen. Gij kent het. Ik zoete altijd een staatsman en een goeil catholick te blijven en tevens uwe wenschen te voldoen en mijn geweten zegt mij dat ik mijne plicht vervuld heb en dat ik voor het welzijn van de Kerk en 't Vaderland gewerkt heb. (Toejuichingen.) Sedert meer dan dertig jaren, ik heb alle dagen de liberalen bestreden, en ik heb tegen hen de belangen van tien Godsdienst, vau het vrij onder wijs, van de Geestelijkheid eu van de godsdieustige vrijheden verdedigd. Sedert vier jaren bevinde ik mij tegenover twee nieuwe vijanden de socialisten en de volksbedriegers die zich christene volkspartij noemen. De socialisten bedreigen de zaak van arbeid en eigendom zij willen alles nederwerpen. De volksbedriegers doen schoone beloften aan de werk lieden en aan de landbouwers, maar zij blijven aau deze beloften te kort... Ik, ik heb u nooit bedrogen ik zal u nooit bedriegen. Ik doe wat mogelij k is voor de welvaart van anderen Burgers, Werklieden en Landbouwers. Mijne zinspreuk is Geene woorden zonder daden, en, om dit programma te vervullen, ik heb noch moeite,noch pogingen gespaard. (Geest driftige toejuichingen.) Mijnheeren Uw recht is van mij te oordeelen. Ik heb altijd de oogeu op de belangen van de catho lieke zaak gevestigd. Aan u te zeggen of ik ze goed verdedigd heb, of ik ze nog verdedigen kan. Maar indien uw vonnis mij niet gunstig is, zal ik altijd aan het Arrondissement Aelst daukbaar zijn voor zijne lange getrouwheid. Het is dank aau hem, dat ik de kracht gehad heb te doen wat ik gedaan heb. De oer van mijn politiek leven behoort hem. Ik heb nooit betracht de eereambten en de rijk dommen te bekomen. Mijne staatszucht, het is de zegepraal vau de catholieke zaak deze zaak ik bemin ze uit ganscher hert zij is de regel van mijn gedrag, zij za! altijd mijne daden ingeven, indien gij voor mij stemt. Ik heb een enkel verlangen, het is dat, na mijne dood, men zegge dat ik een goed die naar van de Kerk en het Vaderland ben geweest. (Toejuichingen.) Wat ons betreft, mijne beminde vrienden,laat ons niet vergeten onze nationale zinspreuk Eendracht maakt macht laat ons bevestigen de eendracht tusschen Burgers, Werklieden en Landbouwers; dan zult ge onoverwinnelijk ziju. Uw vaandel heefteen vlek gij moet ze uuwisscheu dat zal gebeuren als gij het wilt. Overal de valsche democraten bevechten de catholieken met de hulp van de liberalen en der socialisten. Wij, als wij in 't strijdperk treden, rekenen op de enkele genegenheid van de catho lieken, Priesters eu wereldlijken. Ik vertrouw u mijne zaak vele lasteringen zullen tegen mij uitge sproken worden. Gij zult ze verachten. Gij zijt de voorstaanders van de Rechtveerdigheid en de wre kers van de onschuld daarom zult gij uw geweten en uw vaandel getrouw blijven Opnieuw wordt aan onzen Woezte eene warme ovatie gebracht. (Luidruchtige toejuichingen begroeten den jeug digen candidaat.) MIJNHEEREN Ik aanzie het als eeoe plicht mijne dankbaarheid te betuigen aau het catholiek kantonaal Kit s- comiteit van Aalst en aan de catholieke Werklieden- maatschappijen dezer Sta'! die mijne candidatuur voor de Kamer van Volksvertegenwoordigers hebben voorgedragen. •Indien ik deze candidatuur ondanks drukke bezigheden aanvaard, het is met inzicht al mijne krachten ten pandote stellen voor de belangen en de welvaart van ons catholiek Arrondissement't is ook, omdat die candidatuur, gelijk al* de heer de Kerchove het daar even zoowel zegde, een strijdpost is, dien men zonder beschuldigd te zijn van lafhartigheid niet mag verlaten. Even als M. Woeste het verder deed uitschijnen, zal die candi datuur mij nog meer dan voortijds bloot stellen aan de razige aanvallen der tegen- sti evers. Die aanvallen, kennende vau waar zo komen, vergenoeg'ik mij met ze in oen woord gezegd te verachten. Zij verdienen niets anders. Mijne gevoelens en mijn politiek ver leden zijn Ugekend. Catholiek van hart en ziel beloof ik u in alle omstandig heden, hoven al eigen-belang, boven alle persoonlijke vooringenomenheid, boven alle vooroordeel te zullen plaatsen de verkleefdheid aan onze Vlaamsche catho lieke volkszaak. In de lastige tijden die wij beleven, te midden der woeling van de liberale en socialistische denkbeelden kan de. Godsdienst alleen de zedelijke wonden der samenleving zalven en neelen. Het is do eer van onze partij ophaar vaandel eerst en vooral de verdediging der edele begrippen van onzen catho lieken Godsdienst te hebben geplaatst, en al mijnen pogingen zullen strekken om den hernamen invloed dier grondbegin selen meer en meer in de ziel van het volk te helpen versterken tot heil en ge luk van ons duurbaar Vaderland. De stoffelijke belangen van ons Arron dissement zijn mij niet onbekend. Op den buiten geboren en opgebracht, zal ik altijd met bijzondere voorliefde de zoo gegronde wedereischingen van onzen landbouw behertigen eu verdedigen. Sedert jaren gevestigd in het midden onzer nijverige werkersbevolking en onzer knappe Aalstersche burgerij zal ik insge lijks hunne wenschen trachten te ver- vervullon. Als voorzitter van onzen Werkmans- kring, als schepene van Aalst, heb ik hunne wederzijdsche belangen leeren kennen, en ik denk dat beiden overtuigd zijn dat zij op mij als op eenen oprechten en verkleefden vriend mogen rekenen. Niemand zal het mij ton kwade duiden deuk ik, zoo ik benevens do algemeene belangen van Landbouwer, Burger en Werkman,gemeen aan gansch ons Arron dissement, mijne bijzondere verkleefdheid uitdrukke voor de welvaart mijner ge boortestad waarvan wij onder de wijze richting van onzen beminden Burgemees ter Gheeraerdts droomen,] eene groote stad te maken. De droom van gisteren zal met Goda- hulp de verwezenlijkheid van morgen wordeu 1 De tijd die mij vergund was om met u kennis te maken, Mijnheeren, is reeds vervlogen. Ik moet volledigeren uitleg over cnijue politieke inzichten uitstellen tot op het bezoek dat wij u in uwe ver schillige gemeenten zullen brengen in dien de poll ons straks als uwe candidaten aanduidt. Doch van heden af, en welk ook den uitslag van uwen poll weze, wil ik u aan moedigen voor dezen erooten strijd van Mei 1898. J Gij kent allen de Brugsche metten,dien glorierijken 18 Mei van het jaar 1302 waarop de Bruggelingen getergd door den overmoed der Fransche overweldi gers onder den kreet van - Schild en Vriend hunne .stad van de vreemde gelukzoeker» zuiverden. Naar ons Arrondissement is thans ook eene bende gelukzoekers overgewaaid. Maak er kort spel mede den 22 Mei aan staande Schild en vriend. - Dat al wie niet strijdt onder het zuiver onverbasterd katholiek schild, dat al wie geen oprechte en ernstige vriend is van onze aloude katholieke volkszaak, op de Aalstersche metten van 22 Mei aanstaan de door de moedige vlaamsche kiezers van het Arrondissement onmeedoogend verstooten en verworpen weze. Indien ieder van u zijn plichten kwijt" dan is op 22 Mei de eer van onze stad en ons Arrondissement hersteld, dan zijn zij voor eeuwig vrijgevochten van het ver raad dan wordeu zij wederom en voor altijd hunnen vroegeren naam waard van onoverwinnelijk bolwerk onzer katholiek© volkszaak. (Langdurige toejuichingen en handgn- klap.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1898 | | pagina 1