ff
#1
1 s
Donderdag *25 Augusti 1898. 5 centiemen per nummer. 339te Jaar 5290
§1J
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst.
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
SOCIALISM
EIGENDOM.
w
VERLOREN EER
De keuze
van een beroep.
Overal en
altijd dezelfden.
DE DENDERBODE.
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week
voor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwilantiën door de Post ont
vangen zijn ten laste van den schuldenaar.
Men schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31,
en in alle Postkantoren des Land.
Cuique suum.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnisse cp
3« bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijnsdag en vrijdag in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele
van dit blad.
Aalst, 24 Augusti 1898.
EN
De grondzuilen onzer huidige samen
leving berusten vooral op onrechtveerdig-
heid en de socialisten willen er, zeggen
zy, een einde aanbrengen.
En om er een einde aan te brengen,
zullen zij al de eigendommen; in grond-
goederen en geld, ten profijto van den
Staat, van dealgemeenheid, aanslagen.
Niemand zal nog iets in eigendom
mogen bezitten.
Uwe ouders hebben u eenen eigendom
of schatten hoe groot of klein ook achter
gelaten en de Staat zal ze aanslagen.
Uw leven lang zult ge gewerkt, ge
zwoegd en geslaafd hebben en ge denkt te
zullen mogen genieten van 't gene ge zult
gespaard hebben, neen, 't is 't uwe niet,
t ia 't mijne zegt de Staat niet gij maar
de algemeenheid moet ervan genieten.
Nu dat zal gebeuren om de rechtveer-
digheid op deze wereld te doen heer-
schen.
En niets zoo rechtveerdig als die
onteigening (of liever, als dien roof)
want, schryft Vooruit van 7 Oogst 11.,
de rijken bezitten alleen wat ge gestolen
of geërfd hebben van de dieven en de
onteigenaars
Vooruit past hier de spreuk toe vau
Proud'bon - Eigendom is diefstal -
Alle eigenaais, alle bezitters ziju die-
veD en dus de roode leiders De Fuisseaux,
de Brouckere, Vandervelde, en honderd
anderen rijke lieden hier te Lande en
elders zouden (lieven zyn.
Als men dit roode leerstelsel toepast,
dwaalt meD natuurlijk tot dergelijke ge
volgtrekkingen.
Maar in het zelfde nr legt Vooruit uit
wie waarlijk eigenaar is.
Hij die de waarde schept is de eige
naar er van n schrijft Vooruit.
Veronderstellen wij dat al de grondeD
aan den socialistischcn Staat toebehooren.
De Staat geeft eenen bijna onvruchtbaren
heidegrond te bebouwen aan een land-
bouwer. Door werken en zwoegen wordt
die grond vruchtbaar.de landbouwer doet
goede zaken, heeft wat vergaard en de
Staat vertrouwt hem meer waardelooze
heidegronden toe.
En daar hij die dorre gronden door zijn
zweet vruchtbaar heeft gemaakt, heeft
hij er volgens het leerstelsel van Vooruit
recht van eigendom op, want hij heeft de
waarde geschapen.
een verhaal naar het hoogduitsoh.
17' VERVOLG.
Wanneer gij slechte vriendelijk tegen
hem zoadt willen zijn...
Dat kan ik niet en hij kan het ook niet
verlangen Hij ie een misdadiger, een eer-
looze, hij heeft in de gevangenis gezeten hij
was met u verloofd, hij heeft mijn huis aan
gestoken, om my ten gronde te richten....
Neen, neen, ik kan hem de hand niet reiken,
en indien hij ze mij aanbood, ik zou ze niet
aannemen. Hij moet weg, niet alleen om on
zent, maar ook om zijnentwille aan gene
zijde van den oceaan kan hij werk genoeg
vinden, zon hij zoeken wil, hier zoo hij moe
ten bedelen. Ik wil hem geld voor den over
tocht geven en nog wat daarenboven. Gy
kunt het hem aanbieden, maar ik moet er by
tegenwoordig zijn. Wilt gij dat.
Dora knikte toestemmend.
Goed. Wanneer hij vrijgesproken wordt,
zullen wy het hem zeggen, ging Hagen voort,
terwyl hy onverpoosd voor zich nit staarde.
Ik geloof wel niet, dat hy vrijgesproken zal
worden, maar het zou toch mogelyk wezen.
Ja, persoonlijk zal hij er recht op heb
ben, maar verder niet.
Immers, volgens dit zelfde leerstelsel
van Vooruil zullen de kinderen geen
recht hebben den eigendom en de schat
ten te erven welke de vader verkregen
heeft door zijn levenlang werken en zwoo-
gen de roode socialistische Staat zal zijn
leerstelsol toepassen en hun toeroepen
't Is H uwe niet't is 't mijne, want g'hebt
die waarde niet persoonlijk geschapen.
Maar de Staat heeft die waarde even
min geschapen en wanneer hij die eigen
dommen, die schatten te zijnen voordeele
aanslaagt, zal hij de dief bij uitmuntend-
heidfjsijn.
Men zal met ons bekennen dat dit roode
leerstelsel tot do afschaffing moet leiden
van alle zucht naar zelfsverheffing im
mers wie ter wereld zou nog willen wer
ken en zwoegen om meer welstaud to
verkrijgen wetende op voorhand dat alles
niet naar zijne afstammeliugen zal gaan,
maar wel door de Staat ingoslokt
worden
Onze hedendaagsche maatschappelijke
inrichting laat niet toe dat men, op goed
valle 't uit, het een of ander aanpakt om
geld te verdienen, maar men moet oen
bepaald beroep kiezen, wil men iets meer
dan een daglooner worden.
Een beroep is zulk eene wonderlijke
zaak vraag slechts aan uwe bekenden
hoevele met hun beroep tevreden zijn, en
gij zult verbaasd zijn te vernemen hoe
weinig menschen er gevonden worden,
die hun beroep prijzen. Velen zullen u
zeggen Ik had wat anders moeten
worden of mijn vader had mij wat
anders moeten laten leeren. a De meeste
zullen met afgunst op andere beroepen
nederzien en de overgroote meerderheid
zullen klagen, dat het vak, dat zij beoefe
nen, op t oogenblik noch vooruitgang
beleeft noch verdiensten afwerpt.
Vanwaar die eigenaardige verschijn
selen vanwaar deze algemeene ontevre
denheid met de maatschappelijke positie,
met de verhoudingen in het dagelijksch
leven
Do oorzaak is hoofdzakelijk hierin
gelegen, dat elk beroep meer onaange
naamheden dan genot verschaftop de
tweede plaats echter is de verkeerde
beroepskeuze, in de omstandigheden dat
de menschen niet zulkdanig beroep geko
zen hebben, dat in overeenstemming was
met hunne neiging, hunne lichamelyke,
zedelijke en verstandelijke geschiktheid,
en vooral met hunnen geldelijken toe
stand.
Zeg hem dan ook, dat hij niet meer in het
dorp moet terugkeeren, want wanneer hij
zich daar liet zien, ware zijn leven niet zeker.
Maar als het gerecht hem toch vrijge
sproken heeft
- Menigeen wordt vrijgesproken, dewijl
men hem niet overtuigen kan.
En menigeen wordt onschuldig veroor
deeld.
De mulder zag het meisje verrast aan, dan
wendde hij haastig het gelaat af.
Dat is de zaak van het gerechtzegde
hij schouderophalend, de rechters hebben
zulks alleen te verastwoorden. Het volk von
nist ook, het oordeelt zelden verkeert. Het
heeft Willem gevonnisd indien het gerecht
hem niet veroordeelt, dan kan het volk hem
de straf opleggen 1
Gelooft ge dat het een rechtvaardig von
nis ware
Gij gelooft het natuurlijk niet, spotte
Hagen het is kinderachtig, dal... voor den
duivel, wie zou het dan gedaan hebben, zoo
hij het niet gedaan heeft
De mulder was opgesprongen een vlam
mende blik trof het meisje, dat verschrikt
ineenkromp.
Gij schynt er behagen in te scheppen,
my te ergeren, ging hy bedaarder voorthet
Niemand wordt het gemakkelyk ge
maakt het juiste beroep te kiezen, omdat
juist in dit opzicht nog vele verouderde
vooroordeelen heerschen. Zoo bestatigt
men in 't algemeen nog bij menigeen eene
groote, zelfs ingewortelde misachting voor
eiken handarbeid, hoe eerlijk en hoe
deftig hij ook moge wezen. Zonder groe
ten zullen velen den landman met knok
kelige, vereelte vingers voorbijgaan, ter
wijl zij een vriendelijken handdruk of
een minzaam woord over hebben voor
den eenen of anderen leeglooper.
Hoe ia dat misverstand te verbeteren
Laten wij daartoe eens ondezoekeu
wanneer de mensch zijn beroep moet
kiezen.
Men neemt over 't algemeen aan dat
een jongmensch zich een beroep moet
kiezen als de schoolkenuis voltooid is.
Deze meeniug is verkeerd. Do school
kennis is wel een zekere grondslag voor
het beroep in alle scholen wordt wel
onderwezen dal men niet voor do school,
maar voor het latere leven moet leeren,
maar weinige menschen weten niet of
slechts op onvoldoende manier dien grond
slag toe te passen.
Hij, die b. v. zijne studiën af heeft, en
dan slechts aan de keuzo van een beroep
gaat deuken, heeft volstrekt geene keoce
meer. Hij is door den toestand, waarin
hij geraakt is, gedwongen verder te
studeeren, en geleerde, doktoor, geeste
lijke, enz. to worden in den hoogereu
ambtenaarsdienst staan hem daarenboven
slechts weinige takken open.
Hij kan niets moer kiezen voor de
meeste zaken is hij te oud geworden,
voor al de andere vakken is hy te weinig
praktisch onderricht, en als hij eindelijk,
niet wetende van welk hout pijlen maken,
er toe besluit den eenen of anderen weg
in te slaan, dan zal hij steeds achter
staan by anderen, welko minder geleerd
hebben dan bij.
De beroepskeuze moet dus langen tijd
voor de voltooiing der schoolkeunis plaats
hebben, zoo mogelijk zelfs voor den aan
vang der schoolvorming.
Nu komt do vraag wio moet deze
keuze doen
Natuurlijk de ouders, zult gij zeggen.
Dat is waar. doch wij hielden er aan de
vraag te stellen, omdat velo ouders hunne
kinderen daarin geheel en gansch baas
laten. Zulks is hoogst af te keuren, waut
levenskennis ontbreekt bij do jeugd totaal
en de meesten, die ter schole gaan, zullen
u, op vrage, antwoorden dat zij 't liefst
soldaat zouden worden of met bet paard
varen.
't Is dus de plicht der ouders zulks te
doen, maar hoe Dat is nu juist de groot
ste moeilijkheid.
Om zulke keuze te doen, moet men
ten volle bewust zyn van zijne ouderlyke
gezond menschenverstand moet u zeggen, dat
niemand anders de brandstichter kan geweest
zyn.
Dora zweegde wagen reed de stad binnen,
zy wilde tlxans de woordenwisseling niet
voortzetten.
Hagen hield voor eene herberg stil, liet het
paard op stal brengen en bestelde een ont
bijt voor zich en zijne braid.
Hij voerde onder bet eten een levendig ge
sprek met den hospes, over het proces, dat
hem in de stad voerde, en Dora hoorde, hoe
de waard op koelen, onverschilligen toon
zegde, dat den beschuldigde even zeker tien
jaar tuchthuisstraf wachtten, als het amon na
de mis, indien de zaak zich zoo toegedragen
had, als M. Hagen hem verhaalde. Dora kon
of wilde het niet gelooven de koelheid, waar
mede heiden daarover spraken, verontwaar
digde haar. Zy hoopte nog altyd, dat het von
nis vrijsprekend zou luiden, en zij verzuimde
niets om, voor zoover het in hare krachten
lag, deze hoop te verwezenlijken.
Toen zij uitgenoodigd werd om getuigenis
af te leggen, antwoordde zij duidelijk en vast
op elke vraag van den rechter, en in elk ant
woord liet zij het geloof aan de onschuld des
aangeklaagde doorschemeren. Zy verklaarde
onomwonden, dat haar verloofde den be-
plichten, namelijk de kindereu op te
leiden tot nuttige en bruikbare leden van
Kerk en Staat, hun zooveel mogelijk den
weg door het leven te banen, hen als goed
gewapende strijders te bereiden tot den
grooten strijd voor het bestaan.
De meeste ouders, helaas I kennen deze
plichten niet, of verliezen ze volkomen
uit het oog.
Gemakzucht, dikwijls ook nood en
gebrek doen hun meermaal verlangen
de kinderen zoo vroeg mogelyk kwijt te
geraken.
Zij deuken er niet aan tot welk beroep
bet kind zich het best zou leonen, voor
welk beroep de middelen,die zij het kind
meegeven, toereikend zijn, maar redenee
ren als volgtDo jongen moet de school-
leergaogen afmaken of hij moet het
zoovor brengen dat hij dit of dat diploma
behaalt, dit of dat examon aflegt, dan
kan hij worden wat hij wil.
Hebben zij een jougeling op stiel ge
daan, hetzij hij een handwerkman, hetzij
bij eenen fabrikaut of elders, dan rekenen
zij reeds uit binnen hoeveel maanden de
jongen reeds aan 't verdienen is. (Onver
schillig is het hun, wat en hoeveol hij
geleerd heeft.
Nog meer verwaarloozen die ouders
hunne pliehten, welke bij do keuze van
een beroep voor hunne kinderen alleen
hunne persoonlijke ydelheid willen bevre
digen, die niet bedenken wat de studie
kost, wat het zeggen wil tegenwoordig
de wetenschappelijke loopbaan af te leg
gen en een postje te veroveren. Zij willen
dat hun zoon zal studeeren en sturon
hem, soms onbegaafd, naar allerhande
scholen hij kost hun de oogen uit het
hoofd, en als hij eindelijk, na herhaalde
buizen, begrijpt dat hij niet voor een
geleerde in de wieg gelegd is en naar
huis terugkeert, schreien do ouders bit
tere tranen, wanneer zij bemerken dat
al hunne moeite, al hunne kosten te
vergeefsch waren.
Maar, helaas, dan is te laat 1
Hooger Onderwijs. De tweede
zittijd der middenjury door het Gouver
nement iugesteld voor het toekennen der
wettelijke academische graden zal, in
voorkomend geval, in den loop van Octo
ber-November aanst. geopend worden.
De.inschrij vingen zullen genomen wor
den in de hoofdplaats van elke jProvincie
van maandag 12" tot donderdag 22° Sep
tember aanstaande inbegrepen.
De recipiendarissen vair Oost-Vlaan-
deren mogen zich alle werkdagen wenden
tot den afgevaardigde van het Departe
ment van BinuenlaudscheZaken en Open
baar Onderwijs, in het Proviuciaal Be
stuur, 2° Afdeeling, A, van 9 tot 11 ;uren
's morgens on van 2 tot 4 uren 's namid-
klaagde door harde woorden getergd had, dat
Willem evenwel bedaard gebleven was en
geene enkele bedreiging geuit had. Zij wilde
ver in het verleden teruggaan en van zijne
goedhartigheid en eerlijkheid voorheelden
aanhalen, ja, zij wilde zelfs in een betoog
zijner onschuld treden, toen men haar met de
bemerking, dat zy slechts op de gestelde vra
gen to antwoorden had, bot woord ontnam.
Had hare getuigenis al eeu gunstigen in
druk gemaakt, zoo moesten de verklaringen
der overige getuigen dezen indruk spoedig
aitwis8ohen.
Hagen verhaalde zijne eerste ontmoeting
met Willem, hij schilderde diens woede, die
zich wel niet in dreigende woorden, maar wel
in dreigende blikken en gebaren uitgedrukt
had hij herinnerde zich duidelijk, dat hy hij
deze ontmoeting tot zijne braid, in tegen-
woordigheid van den beklaagde gezegd had,
dat hy eerst den volgenden morgend zou
terugkeeren, dat zijn knecht verlof had en de
oude meid alleen in den molen was. Daarbij
verklaarde hij, dat de beklaagde van woede
een luiden kreet had geelaakt, toen hy ver
nam dat de verzekeringsmaatschappij de ge-
heele geleden schade vergoeden moest, en do
mulder een ryk man was en bleef.
Deze kreet van woede vormde in de hewys-
De liberalen zijn overtuigde bewonde
raars en standvastige beoefenaars der
scboone deugd van verdraagzaamheid,
dat is geweten I En dat ze geene moeite
sparen om de jeugd dezelfde edele gevoe
lens in te planten, dat ook lijdt geen
twijfel 1 Daarvan hebben we onlangs nog
eon veelbeteekeneud staaltje gehad.
Het was prijsuitdeeling is het St&ds-
Athenenm te Brussel. MM. Do Mot,
Lepage en Do Potter zaten de vergadering
voor. Wanneer de prijzen van Godsdienst
werden afgeroepen, ontstond er een oor-
verdoovend gehuil en gefluit, 't Waren
de verdraagzame vrijgeesten van het ge
sticht, welke op die wyze hunnen eerbied
voor de denkwijze van een gedeelte hun
ner medeleerlingen en een blijk van den
graad van vordering hunner opvoeding
willen toonen. En de heer studicprefekt
liet die lieve bctoogers begaan en ue hee
ren Schepenen op het verhoog moedigden,
door een goedkeurend lachje, hun veel
belovend school volkje aan 't Is def
tig, he
Nu, wio kan het der jonkheid euvel
opnemen dat zij bet voorbeeld en de los
sen der ouderen volgt En daaraan heeft
het haar voorzekor niet ontbroken.
Zie 't is nog maar veertien dagen ge
leden. Te Ëdingen, eeüe stad, wier
Semeenteraad mot dien van Mechelen om
en prijs van verdraagzaamheid strydt,
hield het Oudheidskundig gezelschap een
Congres. Tegen den avond vergezelden
eenige deelnemers den heer minister
Schollaert, welke de zitting was komen
bijwonen, naar de statie. Onderweg wer
den zij overvallen door eenen troep libe
ralen, welke aan eene betooging ter eere
van Senator Paternoster hadden deelge
nomen. Zij beleedigden den minister en
begeleidden hem tot in de statie onder
een aanhoudend gehuil en getier. De
leden van het Congres, die hem vergezeld
hadden, werden bij hunne terugkomst
op steenworpen onthaald. Verscheidene
onder hen werden gekwetst, ouder andere
de vrouw van advocaat Letellier van Ber-
fen, on vele ruiten werden verbrijzeld,
s dat weer geou nieuw bewijs van ver
draagzaamheid (en deftigheid
Welnu, de liberale bladen, welke het
feit verhalen, spreken er over alsof hot
eene heldendaad waro, door hunne vrien
den verricht. Zij pogen er op, wrijven
zich vergenoegd de handen en roepen
jubbeloud uit
Schollaertje heeft waarlijk gedacht
dat zijn laatste uur geslagen was
En wij vragen wat de loden vau het
geleerd Genootschap, wat do deftige
lieden van elke gezindheid, on wat het
Gerecht er vau gedacht hebben en zeggen
zullen.
keten een zeer sterken schakel hij bewees
onomstootelyk, dat het vaste voornemen van
den beklaagde geweest was, den mulder ten
gronde te richten. Al de de getuigen, uitge-
ou Dora en den herder, hadden dezen
kreet gehoord, de beschuldigde kon niet ont
kennen dien uitgestooten te hebban.
De getuigenis van den herder was eveneens
zeer ongunstig. De oude man moest overeen
komstig de waarheid verklaren, dat hij Wil-
ernatig voor elke daad van wraakneming
gewaarschnwd, en hem herhaaldelijk maar
Trnchteloos aangemaand had, met hem naar
het, dorp terug to keereu hij moest op de
vraag, of de beklaagde in dien stond vast
besloten was zich op den mulder te wreken,
toestemmend antwoorden.
Brigitte had den beschuldigde kort voor
het uitbersten van den brand op het erf ge-
en was door de woestheid van dien man
zoo verschrikt geweest, dat zy zich niet nit
het vertrek waagde, wyl zij vreesde hem te
zullen ontmoeten.
Na al deze verklaringen viel het den pro
cureur generaal licht, de schuld zoo klaar en
duidelijk vast te stellen, dat er niet de ge
ringste schyn van twyfel meer overbleef.
(WORDT VOORTGEZET).