Donderdag 10 Augusti 1899. 5 centiemen per nummer. 54sle Jaar 5589
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst.
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
Fransch en
Belgisch Congo.
GELUKKIG SCHOT.
Het nieuw ministerie
^An/lafic IS Aiuviiati JJMUL
li i nntitunAii tw»>< Mnnn../»r
DE DENDERBODE
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, ouder
iagteekening van'den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week
loor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont-
fangen zijn ten laste van den schuldenaar
Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat. N. 31,
en in alle Postkantoren des Lands
Cuique suum.
Per drukregel. Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnisse cp
'i' bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
(Jijnsdag en vrijdag in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele
van dit blad
Aalst, 9 Augusti 1899.
Ten titel van inlichting willen wij hier
laten volgen wat M. Alfred Rombaud over
Fransch en Belgisch Congo in Le Ma
tin van Parijs schrijft
Het Journal Officiel bevat steeds meer
eu meer decreten van concessies, toege
staan in Fransch Congo, met de lastko-
hieren aan de concessiounarissen opge-
M. De afgestane gebieden bevatten
Mms de geheele kom van eene der tal-
looze rivieren, waarmeê de groote stroo
men op ons grondgebied zich voeden.
Dus, de Franschen besluiteu partij te
trekken uit onze reusachtige bezittingen
in Afrika en het gouvernement laat ze
doen.
Beter laat dan nooit maar het dient
aangestipt dat, sedert lange jaren, het de
Belgen zijn, die in hunnen Congo, al het
initiatief hebben genomen. Wij doen niets
anders, en zeer laat, dan hun voorbeeld
ilgen.
De brieven, eertijds in den Temps meè-
cedeeld door M. Pierre Mille, en welke
hij in boekdeel heeft uitgegeven, zijn niet
vreemd geweest aan de ontwaking der
Fransche werkzaamheid.
De Belgen hebben op ons, in elke rich
ting, een grooten voorsprong genomen.
Vooreerst voor wat betreft de uitgebreid
heid van hunne bezetting, dan voor de
exploitatie van het bezette grondgebied.
Zy hebben zeer goed geweten, vóór
J8, wat de Congo weerd is, zij hebben
er van geprofiteerd om met ons grens-
bepalingstractaten to sluiten, waarin zij
het leeuwenaandeel bekwamen, zich op
bjjna de geheele rivier Congo in onze
plaats stellende, ons het grootste gedeelte
tan de rivier Oubanghi ontrukkend, en
slechts stilhoudend op de lijn van M.
Bomou, toen wij besloten hün de tanden
te laten zien.
De Belgen breidden gedurig uit, ter-
vijl Frankrijk sliep en doof bleef voor de
bezweringen van Savorgnan de Brazza.
Aldus is België meester geworden van
een land, zesmaal zoo groot als Frankrijk,
vijf-en-zeventig maal zoo groot als België,
bevolkt met 35 tot 40 millioen zwarten,
en een der meest vruchtbare onder de
•n.
Er was, om de beide Congos, Fransch
en Belgisch, te bedienen, een ijzerenweg
aan te leggen, 't Zijn de Belgen die het
gedaan hebben, op Belgisch grondgebied,
met Belgisch kapitaal, en een eenvoudige
oogslag op de kaart zal ons overtuigen
EEN
25' VERVOLG.
De maagd geleek in deze houding een tref-
nd beeld, en Theodoor, die voor een ver-
rnkkenden engel meonde te staan, noemde in
een opgetogen oproep baren naam. Toen
verhief de maagd het hoofd. Theodoor had
zijne armen geopend, zijn bleek gelaat geleek
volkomen een vromen lijder, in zijn blik lag
bet verhaal zijner treurige geschiedenis de
muur der schuterheid stortte ineen, en in de
reinste verrukking omarmden zij elkander
at en innig.
Mijn Julius is dus dood
Deze vraag, door de baronnes aan Jo-
han gedaan, stoorde, als een donderslag uit
den helderen hemel, Augusta's overwellende
vreugd; want Julius was haar lieve vriend,
en dikwijls had zjj zijne edele, geestvolle taal
bewonderd.
Wie dood Julius dood vroeg zij sta
melend, en vreesachtig vestigde zij haar oog
op Theodoor en daarna op den ouden Johan.
Deze vraag is moeilijk te beantwoordon,
zegde de oude krijger, en daar er, om i
gevolgtrekking te maken, wijdloopige aan-
dat er geen tweede ijzerenweg is aan te
leggen of dat, indien men er een aanlegde
op Fransch grondgebied,deze op voorhand
zou geruïneerd zijn, door den bijval van
den eersten. De Belgen hebben ons voor
altijd het gras van onder de voeten ge
maaid.
Wij bekomen nu slechts de toelating
maatschappijen van handel en exploitatie
te stichten.
Welnu, de O Beige du Congo pour le
commerce et Vindustrie, dagteekent van
1886. Tien, twaalf andere Belgische maat
schappijen, filialen van deze, zijn opge
richt. Daaronder de C" du chemin de fer
du Congo, die dagteekent van 1889.
De Belgen hebben in die streek 65 mil
lioen geworpen, voor den ijzerenweg al
leen, wiens afcties van 312 op 1700 fr.
geklommen zijn eD, voor de andere on
dernemingen, nog 60 millioen, die er
tegenwoordig 150 weerd zijn. Groote op
offeringen, groote winsten.
Moet men van al die wijze stoutmoe
digheid de eer toeschrijven 'aan de Belgi
sche natie zelf Dit zou niet rechtvoer-
dig zijn.
De Belgen zyn eerst meer weêrspannig
geweest aan de coloniale uitbreiding, dau
ooit de Franschen. De Congo, zegt M.
Pierre Millo, heeft bij hon cene slechtere
pers gehad dan Tonkin bij ons. Hunne
kapitalen zijn altijd oven bloo geweest
als bij ons de menschen veel meer.
Maar er is een Belg in zyne hoe
danigheid van vorst, hy heeft geen Bel
gisch bloed in de aderen die initiatief
had en moed voor al de anderen.
Leopold His waarlijk de schepper van
hunnen Congo, grondgebied en zaken.
Hij heeft hem overgenomon uit de handen
van ecu Ameri)raanschen ontdekkings
reiziger, Stanley. Hij heeft als voornaam
ste Congoletsche minister majoor Thys,
militair, beheerder en financier tege
lijk begaafd met het stoutmoedigste
en stelselmatigste genie van inrichting.
Leopold II heeft de onderneming be
studeerd met al de hulpmiddelen vau een
grondweltelijken koning, in een der kleine
maar rijkste landen van Europa, met al
de vrijheid vau een alleenheerschend mo-
nark in Afrika.
Souvorein van een onzijdig land in
Europa, heeft hij, iu Afrika, oorlogen
bevolen, zelfs europeesche conflicten ge
waagd.
Zijn gezag werd er uitgevoerd, voor
eerst onder het masker van eene soort
Comité International Africain gesticht
op zuiver, wetenschappelijk en mensch-
lievend gebied, daarna onder den dek
mantel der Öc de Commerce et d'Industrie,
eu der filialen er uit voortgesproten.
Wat is hy ginder eigenlijk Een alleen-
halingen noodig zijn, zoo kan ik u in 't kort
maar zooveel zeggen, dat wij gevangen geno
men zijn en omtrent eene dagreize van do
Niemed gelegenheid vonden de kozakken te
ontvluchten. Wij bespraken vooraf, dat, in
geval van vervolging, ieder van ons in eene
verschillende richting vluchten zou, om de
-ijauden te verdoelen. Golukte onze onderne
ming, dan zouden wij ons aan gene zijde van
Niemed weder vereenigen, in de herberg
van den Poolschen jood, die odb voor onze
gevangenneming eenigo weken in zijn hnis
verborgen had. Onze vlucht werd aanstonds
bemerkt en terwijl ik en de heer baron hij
wees op Theodoor over eene onmeetbare
sneeuwvlakte vlogen, reed de heer luitenant
in het woud en sedert dien tijd zagen wij
elkander niet meer. De kozakken vervolgden
ons een pistoolschot wierp den heer Theo
door de muts van het hoofd, en bracht hem
eene bloedige wonde toe. Dikwijls waren de
kozakken zeer dicht achter ons, en hoe wy
hun ontkwamen, weet ik eigenlijk zelf niet
want toen wij ons verloren geloofden, gaven
zij de vervolging op, en dadelijk reden wij in
het donkere woud. Na twee dagen en twee
nachten hulpeloos rondgedwaald te hebben,
bereikten wij eindelijk de Niemed, reden ge
lukkig over het ijs en vonden de herberg van
den Poolschen jood terug. Twee maanden
wachtten wij aldaar tevergeefs de komst van
den luitenant af, eindelijk trokken wij naar
heerscher De Koning-Souveroin
zooals men hem soms in officieëlo stukken
betitelt Ofwel de voornaamste actie
drager van al de exploitatiemaatschap-
pijen
Een actionnaris zooals er nooit gevon
den werden want, om de eersto tekorten
te dekken, heeft hij er alles dooreen in
geworpen, en zijne eigen gedane winsten,
en de besparingen op zijne burgerlijke
lijst als Koning der Belgen.
Terwijl te Parijs de onbestendige mi
nisteries, het onverschillig, duitenklie-
vend parlement, het niet weten wat men
wilde of het verschil van zienswijze,
maakte dat Fransch Congo, die gift, ons
uit den hemel gevallen, in onze handen
bleef als een gescheuk zonder waarde,
was er te Brussel één enkele taaie wil,
een klaar verstand gediend door manDen
als Stanley en Thys, een slim geduld dat,
met de Belgen of ondanks hen, België
man per man, millioen per millioen win
nend, er in gelukte, in minder dan twin
tig jaar den grootsten, op militair gebied
den machtigsten, en onder geldelijk op
zicht den voorspoedigsten staat te stichten
van geheel Midden-Afrika.
Het rijk der Franschen in Middon-
Afrika is, als oppervlakte en bevolkings
cijfer, vergelijkbaar aan het rijk der
Belgen. Sedert onze uitbreiding in de
Oubanghi en onze aanwinsten ton oosten
en ten noorden van het meer Tchad, is
de voortreffelijkheid vau ons rijk nog
aangegroeid.
Zelfs vóór die aauwinsten zegden de
Franschen te Brazzaville aan M. Pierre
Mille Zeg in Frankrijk, dat de Fran
sche Congo den Belgischen waard is.
Ongetwijfeld maar de Belgische Congo
is ontgind en de onze niet.
Hun Congo beeft een budjet van om
trent 23 millioen ons Congoleesch bud
jet, met de uitgaven en ontvangsten van
Opper-Oubanghi, bereikt geen 3,500,000
franken.
Laat ons in die twee begrootingen de
belangwekkendste kapittels vergelijken.
De Belgen geven bijna 8 millioen uit
aan bun leger wij, nog geen 400,000 fr.
Zij hebben 12,000 soldaten (misschien
22,000 met de opofferingen die de Koning
zich getroost en die niet op de begrootiug
voorkomen) om de orde te handhaven
neen rijk, acht- of nogonmaal zoo groot
als Frankrijk, beschikken wij over 1400
man.
Zij geven 1,600,000 fr. uit voor hunne
kanonneer- en stoombooten 't is bijna
het budjet eener echte marine. Wij geven
nauwelijks 29,000 fr. uit 't is omtrent
het onderhoud van een yacht.
Voor 't openbaar onderwijs in al zijne
vormen, zij 277,000 fr.wij 27,000 fr.
onze woning, waar wij, na vele moeilijkhe-
aankwamen. Of nn mijn goede heer ge
vangen of dood is, dat is een raadseldoch in
alle geval is hy Gods vriend, want in alle
gelegenheden gedroeg hij zich gelijk een hei
lige, zoodat zelfs de ruwe barbaarsche vijan
den hem hunne hoogachting niet ontzeggen
konden. Dit, heer baron en mevrouw, is alles
wat ik u tot troost zeggen kan.
- En dit is veel, zeer veelzeide baron
van Waldberg ontroerd, want meer dan Gods
vriendschap en liefde kan immers geen vorst
verwerven.
Zijne stem beefde, den arm zijner gemalin
vattende, ging hy in hnis met eene vriende
lijke uitnoodiging tot de overigen, om hem te
volgen.
De overtollige vreugde van het wederzien
werd gematigd door de smart over den ver
miste den volgeuden morgen begaf zich de
familie van Waldberg tot het kerkje aan het
Donau-strand. In hunne gebeden vergaten zij
de ongelukkigen iu het Noorden niet. Ook de
armen werden niet vergeten zoodat vele ver-
eenigde gebeden gelijk een wierook ten hemel
stegen.
XII. HET VAARWEL.
Toen Theodoor en de oude soldaat na vele
en zware beproevingen, eindelijk weder den
vaderlandschen grond betraden, was J alius
nog immer op het kasteel van Iwin Dolgoro-
witsoh.
Voor den landbouw, zij meer dau
600,000 fr. wij 20,550 fr.
Zij hebben een ijzerenweg van 400
kilom., wij niets.
Ons Brazzaville is eene eenvoudige sta
tie hunne Leopoldville, Boma, Matadi,
zijn bijna hoofdsteden.
Van 8 of 18 millioen in 1887 bereikte
de handel van Belgisch Congo in 1897 het
cijfer van bijna 41 millioen. De onze is
nog in zijne kinderjaren.
In een woord, bij hen gaat het schip
vooruit, de handel gaat vooruit, de
scheepsvaart gaat vooruit. Bij ons sterft
en kwijnt alles.
En, voorzeker, dat is de schuld niet
van M. Savorgnan do Brazza, noch van
M. Léotard.
't Ware hard van tot het besluit te moe
ten komen, dat deze vernederende tegen
stelling voortspruit uit het feit, dat er
ginder een koning is, grondwettelijk in
België, alleenheerscher in Congo en dat
bij ons het parlementair stelsel heerscht
in al zijne schoonheid.
Laat ons hopen dat de decreten van
concessies, meêgedeeld in de Officiel,
fransch Congo eeucn nieuwen weg zullen
doen inslaan, 't Is meer dan tijd.
Het Staatsblad van Zondag 11. kondigt
't onslag af van de heeren ministers en
tevens de benoeming der nieuwe minis
ters.
Het ontslag den 31 Juli 1899 aange
boden door MM. V. Begerem, minister
van justicie, P. de Favoreau,minister van
buitenlandsche zaken, J. Liebaert, minis
ter van financiën, F. Schollaert, minister
van bfuucnlandsche zaken en openbaar
onderwijs, L De Bruyn, minister van
landhouw en openbare werken en G. F.
Cooreman, minister van nyverheid en
arbeid is aanvaard.
Onze minister van spoorwegen en tele
grafen is belast met de uitvoering van dit
besluit.
Dit besluit is togengeteekend door M.
Vandenpeereboom, alsook do volgende
besluiten waardoor de nieuwe ministers
benoemd worden, als volgt
Minister van financiën M. Paul de
Smet de Naeyer, Staatsminister en Lid
der Volkskamer
Minister van justicie: M.Jules Van
den Heuvel, Advocaat bij het Beroepshof
tc Gent
Minister van buitenlandsche eaken
M. Paul de Favereau, Lid der Volks
kamer
Gedurende zijn verblijf, was hij door de
gravin zoo bemind geworden als haar eigen
kind Iwan sprak met hem zoo vertrouwend
en hartelijk, als met een eigen broeder, en
Olga gevoelde zich alleen in zijne tegenwoor
digheid gelukkig.
Iwan had eene groote belooning aan zijne
lieden beloofd, zoo zij Theodoor en den sol
daat, welke Julius hem nauwkeurig beschre
ven hnd, vinden en op het kasteel brengen
konden. Langen tijd waren alle navorschin-
gen te vergeefs doch eindelijk braoht een
kozak een brief met het opschrift Aan Ju
lius, baron van Waldberg. Hij had hem van
den Poolschen jood bekomen, wiens herberg
aan de overzijde der Niemed, de lezer wel
kent.
Jnlio8 erkende dadelijk het schrift en open
de den briof haastig
u Geliefde broeder I Gelukkig ontkwa
men wij onze vijanden, en de wonde, door een
kogel aan het hoofd bekomen, is re»Is gene
zen. Verscheidene weken reikhalsden wij hier
naar uwe komst. Elke teleurstelling pijnigde
ons smartelijkhet eenige wat wij voor u
doen kondon, was, u aan God aanbevelen 1
u Johan, hond n, terwijl ik dat schryf,
voor dood doch een zeker gevoel zegt mij,
dat wij elkander zullen wederzien. Een lan
ger verblijf in de herberg is onB onmogelijk
omdat ons laatste goudstuk uitgegeven is,
ontvangen wy van den jood maar weinig en
Minister van binnenlandsche eaken en
openbaar onderwijs M. Jules deTrooz,
Lid der Volkskamer
Minister van landbouw M. baron
Maurits vander Bruggen, Lid der Volks
kamer
Minister van nijverheid en arbeid M.
Juliaan Liebaert, Lid der Volkskamer
Minister van spoorwegen'.en posterijen,
telegrafen Minister, M. Juliaan Liebaert
is met het interim belast.
Er is dus nog geen titularis van dat
ministerie.
Minister van oorlog de Geueraal-
majoor Alex. Cousebant d'Alkemade.
Het ontslag van M. Vandenpeereboom
wordt bij afzonderlijk besluit afgekondigd
tegengeteekeud door M. de Smet-de
Naeyer.
Een ander besluit volgt onmiddelijk en
bepaalt dat het beheer van bruggen en
wegen van het ministerie van landbouw
en openbare werken is afgescheiden en
verbonden aan het ministerie van financen
dat voortaan den naam zal voeren van
Ministerie van financiën on openbare
werken.
Zondag werden do nieuwe ministers
Z. M. den Koning voorgesteld en legden
den eed af.
De nieuwe ministers.
In het kabinet bevinden zich vier
nieuwe ministers.
Ziehier hunne korte levensbeschrijving
M. Jules de Trooz
is afgcvcerdigde van Leuven sinds 29 De
cember 1889, als opvolger van wijlen
minister Delcour.
Hij was toon leider der rechterzij in
den gouwraad van Brabant en daar door
vrienden en tegenstrevers hoog geschat.
Goed op de hoogte van gemeente- en
provinciale zaken zal hy een voortreffe
lijk minister van binnenlandscho zaken
zijn.
'tls een groot, zwaarlijvig man, met
arendsneus en vollen baard, is nog al
bijtend in zyne redevoeringen.
Met de dagbladschrijvers goed bevriend,
alhoewel hij een ongelooflijken schrik
heeft van hunne onbescheidenbeden.
42 jaar on getrouwd mot de dochte»'
van den Lcuvonsehen toonkundige Va
Elewyck.
Baron vander Bruggen,
geboren te Gent in 1852 is sedert 1888
volksvertegenwoordiger van Thielt.
Blond, met fijnen baard, het type van
den volmaakten gentleman.
't Ia op het aandringen van zijne vrien
den en vooral van MM. Beernaert en de
zeer onsmakelijk voedsel, zoodat wy onze
krachten spoedig zonden verliezen. Om deze
reden vermaant ons elke klokslag tot het
vertrek, en na het slniten van dezen brief
trekken wij huiswaarts. Ik hoop altijd dat gij
daarheen op weg zyt, en ik veronderstel dat
gij, de Niemed op eene andere plaats overge
trokken zijnde, het dorpje op den heuvel niet
meer zult gevonden hebben. Doch indien gij
nog in het vijandelijk land zijt en eerst later
hier kunt aankomen, dan zal deze brief n
onze redding melden. By de gedachte alloen
naar huis te koeren, drukt my de smart by na
ten gronde en toch het lot gebied ons en ik
gehoorzaam, al is het ook met een bloedend
hart... God bescberme en geleide u, Vaarwel,
mijn broeder, vaarwel, gij edele, grootsche
ziel tot wederziens nw Theodoor.
Gedurende het lezen van dezen brief voelde
Julius zijn gemoed aanmerkelijk verlichthy
kon na toch aannemen dat Theodoor, bege
leid door den trouwen Johan, den geboorte
grond zou bereiken. De Doitschers werden
door de joden niet meer met zooveel woede
vervolgd als vroeger, omdat zij, met hen
vereenigd, volgens een tosschen de vorsten
aaugegaau verbond, den val van Napoleon
voltrekken zouden.
(Wordt voortgezet).