Donderdag 24 Augusti 1899. 5 centiemen per nummer. 549te Jaar 5595 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Ongodsdienstig Onderwijs. GELUKKIG SCHOT. Aan de Vlaamsche Katholijke Maatschappijen en Taalgenoten Op heeterdaad BETRAPT. DE DENDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat. N. 31, en in alle Postkantoren des Lands. Cuique hu urn. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnigse op 3" bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden teB Bureel* van dit blad. Aalst, 23 Augusti 1899. Wil men de roode en blauwe volksver lichter» gelooven, dan is het ongodsdien stig onderwijs het eenige behoedmiddel tegen alle kwalen, de ondoordriDgbaarste dyk tegen alle driften en de stevigste ver schansing tegen alle mogelijke schelm stukken en misdaden. Doch ten einde te bewijzen dat onze geuscte volksverlichters dwalen, willen wjj hier eenige uittreksels ontleenen aan 't werk eener protestantsche Amerikaan- sche schrijfster, Mevrouw Davis, onlangs in een ultra-antikatholiek tijdschrift van New-York verschenen. Ziehier wat ze schrijft Meu zegt en herhaalt dat voor het licht der wetenschap, niet alleen de on wetendheid, maar te zelfdortijde de ar moede en de euveldaden van de wereld lullen verdwijnen. Ja, wel 1 Er valt nog al iets op af te dingen. i De feiten zijn daar, die juist het tegenovergestelde bewijzen In een verslag der toezichters van Pensylvama treft men aan, dat 91 gevan genen op 100 recidivisten waren, en dat er van die 91 versteende misdadigers slechts 9 waren, die noch lezen, noch ichryven kouden. - Men bemerke wel dat het onderwijs onzijdig, ja, zelfs veelal ongodsdienstig is in zekere provinciën der Vereenigde Sta ten van Amerika. Doch een ander nog beteekenisvoller feit, willen wij aanhalen Dry jaren na de opening der volks scholen te Londen, bestatigde men eene merkelijke vermeerdering der jeugdige misdadigers opgesloten in de gevange nissen en verbeteringshuizen der stad. Wel is waar, de eenvoudige diefstallen waren minder in getal dan vroeger jaren, maar de schelmstukken die bij de uitvoe ring meer geest en behendigheid ver- eischen, zooals d. v. schriftvervalscbing, waren op eene verschrikkelijke wijze go- klommen. En met de jaren vermeerderde het getal der geleerde schelmen. Nog meerdere werkweerdige feiten haalt Mevrouw Davis aan en waaruit zij ten slotte te recht besluit - dat het on- derwijs, wel is waar, een kostbaar be- scbavingsmiddel is, maar dat bet met oveileg en gezond oordeel dient gebruikt EEN 27' VERVOLG. Het aangezicht dezer vrouw waa zeer treu rig, en Olga, die aan hare zijde stond, was doodsbleek, een gedwongeu kalmte scheen op haar gelaat, doch terwijl zij op een gou den schenkblad een beker aan den vriend gaf, biggelde een paar tranen over hare wangen. Julias nam eene teug, en toen hij den be ker weder op de tafel zette, Bidderde zijne hand. Met eene stem, die bijna in zijne 1 verstikte en van ontroering beefde, dankte hij voor al hetgeen hy daar genoten had, voelende dat hij, by een langer wachtende noodige sterkte zon verloren hebben, knstte hy hartelijk de gravin en Olgas hand en be- ipoedigde zoo het afscheid. Eenige oogenblikken later reed hy Iwan's zijde, die van het besluit om hem eenige dagreizen te vergezellen niet af te brengen was, over de ophaalbrug. Nog eens zag hij om, de gravin zond hem van het ven ster, met eenen witten doek nog een vaarwel toe, en omvatte daarop snel hare dochter, weenend of onmachtig, zonder dat Jnline het «»g, tegen hare moeder Tiel. te worden, zoo niet wordt een gezond en versterkend voedsel, wat het wezen- lijk is, een doodelijk vergift. En het ultra-antikatholiek tijdschrift voegt er bij Zonde» de religie, zonder de zedenleer, verdrijft de geleerdheid noch de ellende, noch de misdaad, en is 't dat zij de onwetendheid vermindert, dan dient dit slechts om den misdadiger slim mer te maken en hem te leeren hoe hij zich best moet schikken om in zijne plan nen te gelukkeu en aan de strafwetten te ontsnappen, kortom, de kunst om, tus- scben twee waterkens in, zijn schuitje van vuilen zaakwaarnemer en beurzen schuimer te doen laveeron I Wij hopen dat die getuigenissen van eene protestantsche schrijfster en een ultra anti-katholiek orgaan, de katholieke ouders zal aanzetten om hunne kinders naar katholieke of godsdienstige scholen to zenden. Weldra gaan vele ouders eene school voor hunne kinders te verkiezen hebben. Van dien keus zal het geluk hunner lie velingen en hun eigen geluk grootelij ks Ouders I indien gij brave en deugdzame kiudors wilt die uw geluk zullen uitma ken en eens deftige leden onzer samen leving worden, zendt ze naar de katho lieke of godsdienstige scholen waar men hen de christene leerstelsels zal in 't hart prenten en waar zij dus in eer en deugd zulleu opgevoed en onderwezen worden I In uitvoering van het besluit, genomen op den Zitdag te Hasselt, den 29 Oogst 1898, zal de Vlaamsche Land- en Zitdag dit jaar te Kortrijk plaats hebben, op Zondag 3 en Maandag 4 September aanstaande. Kortrijk, de Stad der Gulden Sporen, waar binnen drie jaren geheel het Dietsche volk moet samenkomen om het gedenkteeken Van Groeninge te ont hullen, verdient dit voorrecht en deze eer. Gelijk de zege van 11 Juli 1302 alle gebeurtenissen uit onze vaderlandsche geschiedenis overglanst, zoo moet het booggetijde van 19C2 alle vroegere Vlaam sche feesten in luister en geestdrift over treffen. Daarom rekenen wij op de medewer king van kleinen en grooten daarom beschouwen wij den aanstaanden Landdag als eene plechtige voorbereiding daarom XIII. JULIUS OP WEG. Reeda drie dagen waren sedert het afscheid vervlogen, en J alius had met Iwan, die steeds ter zijde reed, slechts weinige woorden ge wisseld. Zwijgend en gevoelloos zat hij in den zadel de verstrooidheid zijner gedachten ging zoo ver dat hij dikwijls meende alleen te zijn. Dikwyls poogde de jonge edelman zijn vriend door vroolijke gesprekken aan de druk kende droefgeestigheid, die hem boeide, te onttrekken doch zijno vriendelijke pogiogen gelukten niet. Eindelijk, den vierden dag nam Iwan, alvorens hij zijn paard omwendde, den woordgierigen vriend bij de hand en zeide Julius, gij hadt bij ons moeten blijven want koewei gij alle gevaar ontkomen zijt, en binnen eenige weken het vaderland en nw landgoed bereiken zult, is uw gelaat duister en zwaarmoedig Belooft gij mij, na een kort verblijf bij de uwen, weêr naar ons kasteel te komen dan vergezel ik u, en zend ik mijnen dienaar met deze boodschap terug I Ontvang mijnen hartelijken dank, zeide Julius, door zooveel vriendschap getroffen. Doch zeg, waarom wenscht gijdat ik bij de uwen terugkeere Zonderling mensch hernam Iwan, waarom is dit nu eene vraag Nu, vriend, zal de derde afdeeling van den Zitdag zich alleen bezig houden met alles, wat den aard en de plaats van het gedenktee ken, den aard der feesten, en de inzame ling van geld betreft. En opdat iedereen met kennis van za ken op den Zitdag kunne spreken, zullen wij den 3 September, oumiddelijk na den Landdag, het Groeningeveld bezoeken. Dat onze Taalgenooten dus in groot getal uaar Kortrijk stroomen, om de bo- tooging van den Vlaamsclien Katholieken Landsbond bij te wonen dat alle Vlaam sche Maatschappijen afgeveerdigden zen den tot teeken van hunne bijtreding. En gij ook, wakkere Vlaamsche Jeugd, met de Leeuwenvaan aan 't hoofd naar Groe- ningestad getogen De eeuwfeesten, die wij voorbereiden, en de overwiuningen die onze taalstrijd in deze laatste jaren behaald heeft, mo gen onze werkzaamheid, op het gebied der Vlaamsche beweging, niet doen ver slappen. Oog in 't zeil en opgelet op de stipte toepassing der verkregene taalwetten, na- melyk der wet De Vriendt-Coremans en der wetsbepalingen tot vervlaarascbing van de Burgerwacht. Kloekmoedig voortgestreden tot her stelling van alle Vlaamsche grieven Maar het is niet genoeg, dat 's lands besturen recht laten wedervaren aan de Vlaamsche taal, onze edele moederspraak moet, daar waar zij onttroond geworden is, te weten, in den huiskling, in het bij zonder en openbaar leven van zoovele burgers en edellieden, weder de eere plaats innemen. Het betaamt dat Kortrijk daarvan het voorbeeld geve aan andere Vlaamsche steden en toone, dat het weerdig is van zijn verleden en weerdig om het gedenk maal te ontvangen, dat den hpldenmoed en de grootheid van onze vaderen zal herinneren en het teeken moet zijn van Vlaanderens herwording 1 Het uitvoerend Bureel van den Vlaam sclien Katholieken Landsbond Hoogleeraar A. De Ceuleneer (Gent). Hoogleeraar P. Bellefrold (Hasselt). K. Brants (Etterbeek). Adv. E. De Vibschebe (Brugge). Dr A. Lapobta (Lier). Namens den algeineenen Raad van den Vlaamschen Kath. Land- en Zitdag De Eerevoobzxtters Z. E. H. De Gryse, Pastor-Deken, Eere-voorzitter van het Comiteit van Groeninge, te Kortrijk. M. Aug. Reynaert, Burgemeester, Eere-voorzitter van het Comiteit van Groeninge, te Kortrijk. toon u niet ongevoellig en verberg mij geen geheim, dat ik reeds geraden heb. Toen Iwan zoo sprak, werd Julius tot aan het voorhoofd rood, en do woorden, een ge heim Ik versta u niet, vielen stamelend van zijne lippen. Reeds wilde Iwan van zijne zus ter sproken, die hem bij het afscheid haar ge voel bekend had doch de gedachte dat Julius reeds in zijn vaderland door eene belofte kon gebonden zijn, maande hem tot voorzichtig heid aan. Zijne zuster aan eenen vreemdeling aanbe velen scheen den Ceren Rus eene ondoenlijke taak. Hij vergenoegde zich dus te vragen of hij wezenlijk in zijn vaderland moest blijven. Julius antwoordde met eenen ernstigen ja, en verzekerde, zoolang in den dienst van zij nen koning te willen blijven totdat zijn va derland van den overweldigenden vijand be vrijd, zijnen arm niet meer verlangde. Hiertegen kon de ridderlijke Iwan niets inbrengen hij bezon zich een oogenblik en zeide Ka goed, dan moet ik beslniten om terug te keeren doch ik hoop dat, dewijl onze czaar een bezoek aan Parije hoopt te doen om den overmoed der Franschen en van hunnen keizer te bestraffen, u aan den Iihyn, of waar men ook den slag zal leveren u nogmaals te zien. Zoo mij evenwel dit gelukkig toeval miet begunstigde, zoo keer dan, wanneer Db Voorzitter M. Edw. Coremans, Volksvertegen woordiger, te Antwerpen. De Ondervoorzitters MM. G. Vandale, Schepen en Voor zitter van het Comiteit van Groeninge, te Kortrijk Dr E. Van Steenkiste, Gemeente raadsheer, te Brugge. De Schrijver M. Th. Sevens, te Kortrijk. Mijnheer den abbé Daens, kwam den zondag 6 Oogst naar Brugge. Hij sprak op verschillige plaatsen, ouder auder op de Kleiue Vischmarkt en in den Rooden Leeuwop de Vrijdagmarkt. Het Brugsch katholiek dagblad La Pa- trie gaf verslag van die laatste meeting. Volgens dit blad had Mijnheer den abbé Daens op die meeting den name geleend van Monseigneur Goossens, Kardinaal aartsbisschop van Mechelen, en gezeid dat ten minste die prelaat nooit de doe- ninge der Daensisten afgekeurd had. Mijnheer den abbé Daens schreef naar de Patrie dat bet al leugens waren dat zij vertelde en dat hij nooit, in geen een zijner meetingen van Brugge, Monseig neur Goossens vernoemd of bedoeld had. 't Ongeluk wilde dat op het oogenblik dat de brief van Mijnheer den abbé te Brugge toekwam, de groene gazetten zelve uitgekomen waron met het verslag van gezeide meeting en dat zij aan Mijnheer den abbé «ie woorden toeschreven die hij iu de Patrie afstreed. Ook was de ant woord van de Patrie stijf kort. De Patrie gaf al den eeoen kant de logenstraffing van - Priester Daens en al den anderen het verslag der groene gazetten. Mijnheer den abbé stond daar nu, met zijn inond vol tanden en overtuigd van juiste het tegenovergestelde van de waarheid ge zeid te hebben. Is het niet jammer dat men alzoo iemand, die nog het priesterkleed draagt op heeterdaad van leugentaal moet over tuigen Ziedaar wat er van komt als men een keer begint op den dool te geraken. Men valt van laogs om dieper. Waarom nu streed Mijnheer den abbé Daens de woorden af die hij uitgesproken had ten opzichte van Monseigneur Goos sens Wel, omdat hij wist en overtuigd was dat zijne beweering valsch was. In menige omstandigheid heeft Monseigneur Goossens gezeid wat hij poist over eene werking zooals deze door M. Daens aan- gedonder van het gevecht voorbij, en uw vaderland weêr vry is, by ons terug. Dit kan gebeuren. En het zal gebeuren, viel hem Iwan in de rede, wanneer gij ons lief hebt, en haar wenacht weêr te zien, die mij bevolen heeft u deze, door haar zelf gewerkte brieveutaech tot een vriendelijk aandenken te geven. Dit zeggende, reikte Iwan een uiterst prach tige, met paarlen beworkto brieventasch den vriend over, Julius opende de tasch, en een ach van verrukking ontvloog zijne lippen. Gp eeu gouden blad, dat in deze brieven tasch stak, had Olga door eene meesterhand hare afbeelding laten maken. Zulk aandenken meenden sij den redder van haar leven schul dig te z(jn. Opmerkzaam beschouwde Julius, door aan doening overmeesterd, de brieventasch, ver borg ze daarop zorgvuldig, reikte zynen vriend de hand, hem verzekerende, het slot en deszelfs bewoners in hartelijk aandenken te honden, en daar eens onverwachts aan te komen, als het God behaagde hem levend nit de gevechten te laten wederkeeren. Iwan drukte hem hartelijk de hand, gaf hem eene met goud gevulde beurs tot voort zetting der reis, en bad hem, den sabel, het paard en de pistolen, die in de sakken waren tot aandenken te bewaren ook verzocht hy hem de kleeren welke hij droeg, en diegi welke hy in den mantelzak gepakt bad, van gogaan en volgehouden, niettegenstaande het verbod zijner overheid. De eerbied- wcerdige kardinaal keurt die handelwijze ten strengste af, lijk al de Bisschoppen van België. Mijnheer den abbé Daons weet dit beter dan iemand. Waarom zegt hij dan het kontrarie Mijnheer den abbé Daens en schrijft ook niet meer naar bet Brugsche Vrije, betrekkelijk den klassenstrijd. Eorw. Heer Daens zoi dat hij de woorden van den Eclair van Parijs terecht gewezen bad. Het Brugsche Vrije beeft vruchte loos aan Mijnheer den abbó gevraagd waar die terechtwijzing verscheen of wan neer zij verzonden werd. Priester Daens gebaart van de wacht niet meer. Is dat al niet pijnabel, van zulke dingen te mooteu vaststellen Al zulke voorvallen ziju weinig geschikt om het gezag van priester Daons te ver meerderen. [Het Brugsche Vrije). Onze Brugsche Confrater schijnt min of meer verwonderd, wij niet maar ook hij wist misschien niet dat de opgeschorste M. Daens door zijnen Bisschop vroeger op heeter daad van logentaal werd betrapt. Matigheidsgenootschappen. Do zoo nuttige genootschappen zetten nie- vers zoo spoedig too dan bij de schoolkin deren, die nog aan den drank niet ver slaafd zijn. Volgens de opgaven van het Staatsblad waren er op 31 December 1898 in België 3407 zulke schoolgenootschap- pen met 66489 leden. 2720 openbare lagere scholen, door jongens van minstens 11 jaar bijgewoond, op 4032 zulko gestichten in het laud be staande, bezitten thans hunnen matig- heidskriug. Dit maakt eene verhouding van 67,73 of do twee derden van het geheele getal. De aanwinst, voor 1898, is van 362 ge nootschappen. Zoo niets de ontwikkeling dos works komt tegenhouden, zal bet dus binnen vier jaar voltooid zijn. Ziehier de toestand officiéél bostatigd op 31 December van ieder jaar. Iu 1887 105 genootschappen. - 1888 153 - 1889 160 - 1890 172 - 1891 208 - 1892 951 - 1893 1281 - 1894 1705 - 1895 2235 - 1896 2651 - 1897 3045 - 1898 3407 t(jd tot tyd op zijn land goed te dragen tot aandenken van zijne Russische vrienden. Jnline beloofde dit, doch de bears nam hij slechts onder voorbehoud aan, van, dan in houd weder te geven. Iwan reed nog een paar stappen aan sijne zijde, reikte hem de hand, drnkte hem een vluchtigen kus op de wangen, wendde zijn roe om en draafde, om het afscheid niet meer te verzwaren snel weg. Groet voor mij nwe moeder en de goede brave Olga riep Julius met bevangen hart. Julius vervolgde eerst zynen weg, toen Iwan een woud inrijdende, voor zyne in tranen zwemmende oogen verdween. Zoo werd het aandoenlijk afscheid geno men, en gelijk allee in dit leven spoedig en rusteloos voortgaat, zoo waren nu ook de uren der zoo snel opeenvolgende scheidingen voor bij gegaan. Al het verledene kwam Julius gelijk een droom voor, en alleen de brieventasch, die hij by zich droog overtuigde hem van de wezen lijkheid. Wel honderdmaal daags bekeek hy haar, en wanneer hij haar opende en in de beschouwing van het portret verzonk, dan vergat hij alles, en aan het paard was dan de zorg overgelaten, om voor ruiters en wa gens van de landstraat nit den weg te gaan. (Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1899 | | pagina 1